De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1898 5 juni pagina 7

5 juni 1898 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 1093 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. >U begrypt, waarde heer, dat ik niet op u heb gewacht, om mijn schrijvers te kennen." »Ik schikte my er in," zeide Victor Hugo 'tot Blum, «sinds de »Óde a la Colonne" is er al zulk een langen tyd voorbij, dat ik mg wel vergissen kan. Misschien is zij werkelijk van Lamartine. Men leert veel, als men boven op omnibussen rjjdt." Jacques Saint Cère. Armand Rosenthal, bijgenaamd Jacques Saint Cère, vroeger redacteur van den figaro, stierf dezer dagen in den ouderdom van 43 jaar. Hij was een rijkbegaafd man met een avontuurljjken levensloop, de zoon van een in .Fürth wonend koopman, en werd in Frankrijk opgevoed. Daarna woonde hij een tijd lang in Duitschland en W6rd onder het pseudoniem Armand redacteur van het tijdschrift Auf der Höh, dat door Sacher-Masoch in Duitschland werd uitgegeven. Later ging bij naar Parijs, waar hij ais journalist carrière maakte. Jaren lang was hy een van de voornaamste redac teurs van den Figaro en leidde de tegenover Duitschland vijandige politiek van dit blad, tot b\j in de zaak van den peut sucrier Labaudy betrokken en aangeklaagd werd. De Figaro li«t hem hierop onbarmhartig in den steek. Hu werd door het gerecht vrijgespro ken en -zette zijn vroegere werkzaamheden weer voort; hij richtte den Cri de Paris op, en wanneer de opwinding van het proces zyn gezondheid niet had ondermijnd, zou het hem wel gelukt zijn zich weer op te werken. Jacques Saint Cère was getrouwd met Anna Kahscb, die van. haar eer Men echtgenoot; Paul Lindau, geseheiden was. Maandag 6 Juni e.k. zal de Onderlinge Amsterdamsohe Schermcnrsus, in het Café»Elk en Linde", Plantage Middenlaan 4G, een assaut d'E)etraiinement honden op alle wapenen, aan vangende des-avonds te 8 uren, oneer leiding van hunnen instructeur G. Hesse, prof. d'Escrimt. Medewerking is toegezegd door.de S. V. «Excel sior", Haarlem, Minerva, Wapentrouw, Kracht en Vlugheid, 't S. G. »rte Vrije Wapenbroeders" ?en D. O. S., Vn. Onderofficieren van 't 7e reg. inf. alhier. ?«liiiiiiiiiiiimimumiimimiiiHiiiiiiiimiuiiiiiiiiUiiiiiumwiiiiiiiiiitii De crisis in Italië. Koning UMBERTO : »Probeer het nog eens, beste Harehese. Ge hebt daar immers keus en keur!" Di RUDINI: »Ik heb ze allemaal al geprobeerd, Sire; maar er is geen n, die blijft staan!" uit het land m Carmen. Naar het Duilsch van THEODOK WOMT. Ik heb mijn Baedeker in mijn koffer gelegd, ?en heb mij laten leiden door den »Carmen" van .Mérirnée en Bizet. Een betere.gids is nergens te vinden. De gehcele inhoud van Sevilla is om zoo te zeggen uitgeput door dit werk. Nooit is datgene, wat men lokale kleur of stemming pleegt te noemen zoo merkwaardig goed ge troffen als in het gemeenschappelijke werk van deze twee. Men plaatse een groote, aan alle zijden honderdvoudig geslepen kristallen zuil midden in Sevilla of liever een weinig ter zijde van de park- en hotel-wijk men late Me .kleuren, alle zonnestralen uit den omtrek zich daarin weerspiegelen, en men krijgt den kleurigen weerschijn der stad, zooals die parelt en fonkelt in »Carmen". Of men hange een Aeolusbarp aan een der palmen op het markt plein te Sevilla men late elk windje, dat «ioor de stad strijkt, in de snaren tot muziek worden, en men krijgt de levende ziel der stad, zooals die ruischt en klinkt in ,,Carmen". In den tijd, toen Carmen in de sigarettenfabriek werkte, zaten daar niet meer dan vier of vijfhonderd vrouwen en meisjes; tegenwoor dig wordt er door vier- a vijfduizend gewerkt. Zij draaien de sigaren in een groote zaal, waar ..geen man zonder spec'a'e vergunning mag binnen .komen, omdat de werksters, vooral de jonge, het zich gemakkelijk maken, wanneer het warm ?wordt. Zulk een speciale vergunning moet men ook nu nog hebben, maar die is niet al te moeilijk te verkrijgen, een beetje moeilijker vrel is waar sedert een gebeurtenis, die onlangs heeft plaats gegrepen, en die met talrijke der gelijke gebeurtenissen een bewijs ervoor i*, dat de oude strijdlust nog voortleeft bij de Cigar. reras. Twee heeren, die een fabriek bezochten, werden door de Cigarreras voor Amerikanen aangezien en onder luid geschreeuw en gejoel uit de zalen verjaagd. Men zou het kolossale gebouw van buiten af «erder voor een ministerie of een universiteit dan voor een fabrieksgebouw aanzien. Het beeft niets fabriekachtigs, niets onvriendelijks. Ook niet van binnen onder de groote booggewelven. Alles gelijkt daar weinig op die zwart brrookte fabrieken, die er uitzien als ware gevangenissen van den arbeid. Doen de zalen (want in plaats van de ne zaal, die in Carmen's tijd bestond, zijn er tegen woordig zeven of aclit) denken aan het inwen dige van de een of andere fabriek in het Noorden? Ik geloof het niet! O, het ontbreekt ook hier niet aan bleeke, vermoeide gezichten, die vormen de overgroote meerderheid! en aan alle andere teekenen van overwerken en ellende. Maar zelfs de ellende is hier nog ccquet., en op elk hoofd schijnt een kleine, lichtzinnige bonte vogel te zitten. ?Die vogels zijn bonte bloemruikertjes, waarmee hijna al de kroezigo zwarte kapsels zijn bekroond. In het begin, wanneer men bij het binnenkomen van de zaal eenigszins wordt aangegrepen door de zware golven van tabaksluch*-, die iemand te gemoet komen, ziet men niets dan een gedwarrel van schelle kleuren. Dat zijn de bonte blouses en de kleine bouquetjes. De gtheele zaal, tot i.tm het in een blauwachtigen nevel gehulde einde, waar een klein altaar met een Mariabeeld is opgericht, gelijkt een kleurige, rusteloos gol vende zee onder de door pilaren gesteunde boog gewelven. Eu daaruit stijgt een verward geruisch en gedruisch van honderden stemmen op. De Cigarreras zitten aan lange tafels, die in het midden als een trog zijn uitgehold. In die troggen ligt, in kleine hoopjes, de tabak. De bruine vingers grijpen erin, werpen een beetje van de tabak in een stukje wit papier, draaien vlug en handig een sigarette ervan, werpen die ter zijde en grijpen al weer in het hoopje tabak. Eu de bovenlichamen in de bonte blouses wiegen heen en weer, de hoofden met de kleurige ruikertjes buigen zich tot elkaar, en de morden babbelen met dezelfde snelheid, waarmee de vingers werken. Maar bijna nog meer dan door de bonte kleuren ondersche.den deze vertrekken zicli van de fabriekszalen, zcoals wij die in het Noorden kennen, door iets anders namelijk door de kindereu. Rondom de tafels en op de tafels zeif is het een gewoel en gekrioel van kleine kin deren. Zij liggen in de wieg naast den stoel hunner moeder en de Cigarrera biengt de wieg in beweging met haar vott, terwijl haar vingers de eene sigarette vóór en de andere na draaien, en baar mond het babbelen niet moede wordt. Zij waggelen in hun hemdjes rond, zij kruipen onder de tafels en stampen met hun bloote voetjes de tabak in de groote manden, die naast de tafels staan. Zij tronen op een stoeltje mid den op de tafel, grijpen naar de bloemen in al de zwarte kroesharen en amuseeren het geheele gezelschap. Hier en daar ligt er juist een bij zijn moeder aan de borst. En beurtelings zuigen zij de moedermelk en de zware vochtige tabakslucht in. Er zijn eenige zeer mooie meisjes onder de Cigarreras meisjes met fijnbesneden gelaats trekken, een matbleek teint ea groote, schitte rend zwarte oogen. Maar die behooren tot de uitzonderingen. De meesten zijn door gebrek aan zorgvuldige verpleging vroeg verouderd en ver vallen. Velen der meisjes zijn paffig dik. Anderen hebben de uitgeholde ruggen en uitstekende schouders der teringlijders. Een enkele blondine onder vijfduizend brunetten. Zeer veel oude vrouwen met ontelbare rimpels om de oogeu en met hangende, geelachtige wangen. Hier en daar een paar Gitamilas, Andalusische Zigeunerinnen, stamgenooten van Carmen, die gewoonlijk bij elkaar zitten en meestal te herkennen zijn aun de large, zwarte, over de ooren hangende vlechten. En onder al die jonge en oude vrouwen is er nauwelijks n, die zich niet coquet opricht, wanneer men voorbij komt, niet baar tanden laat zien en lacht. Zij, die nog geen bloemen in het haar hebben, wijzen op haar kapsel, ter wijl haar oogen duidelijk zeggen: Tien oentesimos voor een bouquetje.!" Anderen roeren juist de soep voor haar ontbijt dooreen een mengsel van water, olie, azijn, sueedjes brood en knoflook -?en steken den lepel uit, met de eenigszins pijnlijke uitnoodiging eens te proeven. Statig en majestueus schrijdt de corpulente zaal-opzichteres door de zaal, voortdurend met de vleezige roode hand een kleinen waaier heen en weer bewegend. Zoodra zij voorbij is, wor den er achter haar rug allerlii gei stigheden verkocht, en hier en daar wordt, et n sigarette, die onder de tafel verborgen gehouden werd, te voorschijn gehaald en verder opgerookt. Het rooken is verboden, 's Avonds, bij het uitgaan van de fabrii k worden alle werksters door de opzichteressen, gevisiteerd om liet smok kelen te verhinderen. Kr wordt gewerkt tot zes, zeven, acht uur dat hangt ervan af. De werksters worden betaald naar IK t aantal afge leverde Mjrarettin of sigaren (de sigaren worden in twee afzonderlijke zalen vervaardigd) een langzame wetkster verdii ut n peseta en vijfeu-twintig centesimos p>. r dag, een vlugge twee maal zooveel. In de novelle van Mcriiuée en in de opi ra van Bizet komt iets voor, dat ni< t geheel in overeenstemming is niet de tegenwoordige werke lijkheid. Carmeu l akt, zooals men zich zal her inneren, op haar collega los met een mes, waar mee zij bij haar werk de punten van de sigaren af snijdt, /.ij zat dus in de sigarenzaal, Maar daar wordt tegenwoordig alleen maar door bijaarde dames gewerkt. Zat zij in een der sigaretter.zalen, dan zou zij, tegenwoordig ten minste, geen mes hebben, want de uiteinden der siga retten worden niet meer afgesneden, het papier wordt als een Hein peperhuisje ineengedraaid en het wordt aan d< n rookcr overge laten, liet af te snijden. Maar gewapend of ongewapend, met of zon der nies, de Cigarreras vormen nog steeds een gevreesd en moeilijk te temmen corps. Twee jaar gek den werd een Cigarrera, die het een of ander had uitgevoerd, maar in de fabriek zeer bemind was, gevangen genomen, de anderen raasden in tierden zóó lang, tot de gouverneur van Stvilla bang begon te woiden, m de gevangei e weer op vrije voeten stelde. Sigantteumachines zijn al lang en breed uitgevonden maar niemand waagt het, ze in gebruik te nemen, uit, angst .voor de Cigarreras en l:aar aanhang;. Want de Cigarreras staan niet alleen, mimiminitmi die vrouwen en meisjes hebben mannen, die kinderen hebben vaders. Eli die mannen en vaders ne,men het weekloon der Cigarrera in, ontvangst en brengen zelf in de gemeenschappe lijke huibhoudkas dikwijls niets anders aan dan hun Ifefde. En terwijl in de voorstad Triana de vrienden of echtgenooten zich met domineeren en kaart spelen onledig houden, of niet de handen in de zakken, er over droomen, Toreador te worden (het droombeeld van alle Spanjaarden. uit de lagere klassen !) draait de Cigarrera de bruine tabak tusschen de bruine vingers en ver telt aan haar buurvrouw, hoe zij den vorigen avond in het een of andere wijnhuis op de tafel de Sevillaua heeft gedanst. Hier en daar heeft een der meisjes, bevangen door de warmte en de tabaksluchr, het hoofd op de tafel ge legd, en is in slaap gevallen. Een op de slapen geplakt stukje kamferpapier moet de hoofdpijn verdrijven. En om haar heen babbelen haar vriendinnen en steken de hoofden bij elkaar, terwijl de handen vlug en vlijtig doorwei ken, en al de bonte bloemen in de zwarte haren knikken elkaar toe als lichtzinnige kleine vogels. vv\ De De heer K. A. v. d. Weide tracht het voorstel van B. en W., strekkende tot den bouw eener nieuwe stadsdrukkerij o. a. te bestrijden door aan te toonen dat de basis voor hunne toelich ting, iil. het rapport-Tbieme, geen vertrouwen verdient wegens de incompetentie fan den steller daarvan. Die incompetentie blijkt, volgens den heer v. d. Weide, eerstens uit een beweerde onbekendheid met de drukkerij II. C. A. Thiemp, waar iiOO vel dessentiiaau zijn, terwijl in het rapport staat dat op geen druk kerij Huil/a vel van n lettersoort konden uitgezet worden. Ten tweede moet die onbe voegdheid blijken uit onbekendheid met de. Amst(:rdamsebe loonverhoudingen. Ten derde werden door de drukkerij II. C. A. Thieme vei keerde prijzen berekend en kan dus de steller van het rapport niet beooi doelen wat goedkooper is: eigen b', heer of aanbesteding. Altijd volgens den beer v. d. Weide. De eerste zijner drie beweringen nu is on waar, de beide andere doen niets ter zake. daar het rapport niet over die twee punten loopt *)? Ten eerste waren, toen het rapport bewerkt werd, van geen letter meer dan .">0 a 10 vel op de drukkerij II. C, A. Thieme. De onder handelingen met de Kngelsche uitgevers, welke leidden tot den grooten aankoop, waren nog niet begonnen. Die letter kwam in Let einde van '!>(> en begin '1)7, dus ongeveer een jaar nadat bet rapport gereed werd gemaakt. Ten tweede is in de bijlagen alleen berekend, hoeveel tivd elk model van stadsdrnkwerk mocbt kosten. Met dien tijd en het loon der stadsdrukkerij tot grondslag is berekend het het bedrag in gi-ld, welk bedrag vergeleken is met hetgeen door de stadsdrukkerij aan de verschillende administratie:] der gemeente werd in rekening gtbraiht. Ten derde kan men geen prijzen voor boekwerk, zooais bijna uitsluitend ter druk kerij II. C. A. 'Ibiemo vervaardigd werd, vergelijken m c-1 die voor emoutwerk, zooals de stadsdrukkerij bijna altijd maakt, en er morst bij 'net stadswerk zeer veelvuldig rekening gehouden worden reet voimon en metsel dat kon -liliJM'!! staan". Doch al ware het juist dat de drukkerij-II. C A. Thieme te laag- berekende, dan zou die fout den steller hebben moeten leiden tot de conclusie: besteed aan. Doch de steller van bet rapport had geen conclusie te maken op dat punt; het rapport loopt daar niet over. In het rapport is, volgens de opdracht van B. en W, niets behandeld dan de vraag-. werkt l de stadsdrukkerij duur of goedkoop ? liet j antwoord op die vraag luidde: de stadsdrukkerij | werkt duur, niettegenstaande het materieel i voldoende en de werklieden bekwaam zijn, omdat de ruimte te klein en de indeeling dientengevolge nadeelig is voor den vluggeu gang der werkzaamheden. Dus nogmaals, het punt van eigenbeheer ef niet had de steller van het rapport niet te te bespreken. Dit is ook iets dat veel nauwer raakt het individueele gevoel van verantwoorde lijkheid der betrokken, autoriteiten dan de financiëele of technische zijde der zaak. Het is intusschen niet gebleken dat, of de leden van den boekdrukkersbond, óf de heer v. d. Weide onderzochten, 1. of en in hoeverre B. en W. het bewuste rapport als geheim beschouwen en behandelen, . of zij van juiste veronderstellingen uitgingen toen zij den steller van dat rapport een methode van prijsberekening toedichtten, die ze waarschijnlijk zelf niet zouden gevolgd hebben. Doch wel schijnt gebleken te zijn, dat men een zeer hooge mate van onbevoegdheid kan bezitten, wanneer men tracht eene zaak te beoordeelen aan de hand van een rapport, dat men noch gelezen, noch zelfs maar gezien heeft. F. C. D. THJEJIE. 7G Munster Ud. Fulham, Londen, S. W. l Juni IS'.lS. *) Or juist is ook de bewering dat bet rapport gedrukt zou zijn. Alleen het hoofd en de liniatuur der eenige honderden pagina's tellende staten, vormende de bijlagen in bet rapport, zijn gedrukt. Van zeer bevoegde zijde wordt ons. naar i aanleiding van bet bovenstaande, het volgende medegedeeld: De heer v. d. Weide is uitstedig en te ver l weg om in staat gesteld te worden tijdig op i het bovenstaand artikel van den heer Thieme te antwoorden. Maar de grooto vakkennis van j van den beer v. d. \V. die hem naar we j meenen door niemand betwist wordt is ook ook eigenlijk nut noodig om de voornaamste i punten van beschuldiging, di.j het inhoudt, te j weerlegger. Wat 1. betreft meet natuurlijk de heer v. d. W. de \lag strijken voor den hf.-er T., die mededeelt dat do enorme voorraad van l nc lettersoort itut r00 vu) .') werd ingeslagen i eenjaar nadat htt rapport werd gereed gemaakt. i Zeer waarschijnlijk echter stemt (ie heer T, nu loe dat de hcoi'cn Worniser en Sterck (d:o ? volgens den beer Gerritsen als deskundigen poaci'rcn) groot gelijk hebben met bun bewering dat een voorraad um IC><>?/'.> vel alleen in liet voordeel van de clientèle en nooit in dat van den drukker is: De heer v. d. W. kon toch niet wetiHi dat de hee.r T. een j.iar later drie dubbel zou dot.n wat bij zelf onpraktisch noemt! L2o. De heer v. d. W. meende, naar't schijnt, dat de heer T. de loonen bij zijn eigen bere kening te laag heeft aangenomen uit onbe kendheid mei. de Amster amscho ioonsverhoudingen. l';t de repliek van dei. heer T. blijkt dat de zaak r og veel erger staut. De beer T. heeft -Jtct l'ion der ttidntlïiikkcrij tot grond slag gt-nomen'" (<-n dat ioon is veel te borg). Daarmee heeft hij \ergei.-ken wat de stads drukker-ij ia rekening heeft gobraeht. En zóó is hij gekomen tot Let resultaat tU>t hot jaar 1-K!)1 / :-'!' i M.-?te dnur is gtwei-st ! IiB er jilfidüfi voor het voorstel- Wormsrr is zeker niet to leveren dan de hci-r T. hier doet, en het is ons im g u h u c l eu al een raadsel hoe bij tot het advies van nieuwen bouw dor drukkerij is gekomen. De rekening was / 53000. . Dat is volgens den heer T. ? '21000.?te duur. En op de vraag van B. en W. of de drukkerij duur of goed koop werkt, antwoordt de heer T. natuurlijk; »de stadsdrukkerij werkt duur." Maar hij voegt er bij -. «Niettegenstaande het materieel vol doende en de werklieden bekwaam zijn, omdat de ruimte te klein en de indeeling dientenge volge nadeelig is voor den vluggen gang der werkzaamheden." Uit zijn eigen woorden blijkt dat bij had moeten zeggen: tOmdat (en niet niettegenstaande) het nSterieel, voorzoover het deugt, veel te groot is ; onoordeelkundig .ge bruikt, of liever nutteloos vastgezet wordt ?, nooit goed oordeelkundig kan gebruikt worden, aangezien de werkgever uit verschillende deelen bestaat, die nu eens alle te gelijk met haastwerk komen en dan weer all« te gelyk zoo goed als niets te doen hebben ; de ruimte en de indeeling hebben er niets meöte maken." Het 3e punt vervalt hierdoor eigenlek, maar dat is niet de schuld van. den heer v. d. W. Die kón onmogelijk weten dat de heer T. niet den Amsterdamschen loonstandaard, maar het aan de Stadsdrukkerij betaalde loon ten grond slag had genomen. »Daar liep het rapport niet over'', zegt de heer T. Maar waar liep het dan wel over ? Wat wilden B. en W. dan eigenlijk weten ? Of het gebouw dengde ? Dat kon ieder jongmaatje ontkennend beant woorden. Of men in een slecht gebouw goed werken kan ? Voor een antwoord op die vraag is geen rapport van een paar honderd blad zijden noodig. »llet punt van eigen beheer of niet is" volgens den heer T, »iets dat veel nauwer raakt het individueele gevoel van verant woordelijkheid der betrokken autoriteiten dan do linancieele en technische zijde der zaak". Zoo'n uiting is niet heel democratisch en zelfs niet eens heel practisch. De «autoriteiten" zeg maar gerust: de tniibteiiaren zenden veel gemakkelijker een brouillon naar de drukkerij en maken daarna meer dan 300 pCt. extra correctie, dan een typewriter te gebruiken en alleen doordacht werk te bectografeeren en zóó aan de enkele leden der commissie rond te zenden, zooals de heer Worniser Woensdag aan de band gaf. Do >autoriteiten" zeggen gaarne met de heerm Van Leeuwen en Ger ritsen : ->De stadsdrukkerij is een deel van da secretarie; besteed het drukwerk uit en g3 moet klerken aanstellen." De heer Wormsej' zei echter: «besteed het drukwerk uit en koop t\vee of drie typewriters; dat is voor plm. /!»)0. zoo goed als vier of zes klerken ieder a / i!00.?'sjaars. En allicht zeggen de be lastingschuldigen, die minder pleizier beleven van een ilruldaide Secrc/tirie, dat met hem. 't Is maar te hopen, dat de vertegenwoordigers der belastingbetalers er a.«. Woensdag ook zoo ovrr denken ! Kir.de.iijk kunnen we niet inzien dat da leden van den boekdrukkersbond en de beer v. d. W., moesten onderzoeken in hoeverre L', en W. het rapport T. als geheim beschou wen O'.i behandelen. Dut ligt voor rekening van de heeren W<.rmser en Sterck, die het rapport in geschrifte en dïsctusie publiek besproken hebben en wel zullen weten wat ze doen mogen en laten moeten. liet schijnt dat die 't met ons eens zijn dat de tijd van iioodelooze geheim] j t s tegelijk met den regententijd verdwenen is. De wethouder va;i financiën zei Woensdag »Als er geen stadsdrukkerij bestond, zonden we er allicht geen oprichten1'. Voegt de beer T. daar nu. bij : »En als ik gt-we'en had dat mijn rapport geen geheim bleef, dan zou ik het allicht niet gesehrevtii hebben" ? Zoo komt de wagen iu 't reeb ie spoor en krijg;?]; we kans dat het voorstel Worniser- Sterck ivordt aangenomen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl