Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1096
Nationale tweeöracnt 05 de nopntentoonsteliini,
(ülk)
Een Wreilang o?er de zee.
(Jttdr/c.)
JOHN BULL : «Reik my de hand en we zyn baas over de heele wereld."
Zonderling optimisme.
(Simplicissimus.)
«Waarom zouden die moderne kunstenaars toch altyd zoo
overdrijven? Zulke leelijke menschen bestaan in't geheel niet?"
Een lenïert,
Schietwedstrjjden te Loosduinen.
Op het landgoed «Ockenburgh" zal van 5 tot
10 Juli een buitengewone algemeene
schietwedstr^d plaats hebben, uitgeschreven door de
«Vereeniging van Nederlandsche scherpschut
ters", welke veel belooft. Het uitvoerend
comitéheeft met milde hand brochures en
inteekenlijsten verspreid, en het kan geen
kwaad ook in deze kolommen de aandacht
te vestigen op dit concours.
De deelnemers kunnen in tenten kampeeren
en in de cantine zal gelegenheid zijn om
gezamenlijk te ontbeten en te middagmalen
tegen zeer bescheiden pryzen. Zoo is die
voor het eerste ontbyt gesteld op / 0-50, voor
het tweede ontbyt (warm) op / O 80 en voor
het diner, met inbegrip van een halve fiesch
wijn, op slechts / 2 00.
Het heerlyke Ockenburgh, in de
onmiddelijke nabijheid van de badplaats Loosduinen,
zal velen lokken om hier het nuttige aan het
aangename te paren, want het nut der schiet
oefeningen zal niemand ontkennen. Voor- en
tegenstanders van algemeenen dienstplicht kun
nen hier zich broederlijk vereenigen met de
vurige strijders voor algemeenen weer- en
oefenplicht.
Het bestuur der hierbedoelde vereeniging
heeft terecht gemeend by de thans te houden
schietoefeningen niet naar sleur en gewoonte
da programma's van vorige concoursen te
moeten naschr.y pent doch ook het betere te
moeten beproeven. Zoo nam zij op een
snelvuur-wedstrijd naar beginselen, die wellicht
op het schietonderricht ten onzent van grooten
invloed zullen zyn.
Het bestuur van de «Vereeniging tot bevor
dering van het Vreemdelingenverkeer in Gro
ningen en Omstreken", P. de Graaff, Voorz.,
N. A. Wichers, Secr., heeft een «Vouwkaart
voor Groningen" ontworpen, bevattende een
elftal stadsgezichten, benevet'8 een Plattegrond,
met bijschrift in het Nederlandsen en het
Duitsch, teneinde landgenoot en vreemdeling
aan te sporen »de derde handelsstad des Rvjks''
met een bezoek te vereeren.
In dit seizoen worden tienduizend exem
plaren daarvan in Noord-Duitschland en op
de Zeebad-eilanden Borkum en Norderney
en vyf-en-twintig-honderd exemplaren in
eigen omgeving en in de andere provinciën
des iands gratis verspreid.
iimuiiimHititm
Mevr. BI;O\YN : »En ik wil weten waar je al dien tyd gezeten bebt."
BKONVN (naar de dciir gaande) : >;Accoord !"
Mevr. Biiinvx: «Waar ga je riu weer heen?"
BEOWS : »Naar de vrienden, vragen waar ik geweest ben ! ...'
Mijnheer de Redacteur!
Dezerdagen kwam mij 't Nederlandich
ArchievenHad onder de oogeu, waarin mij vooral een
stuk trof, getiteld: //Een dame over de archieven".
De zaak is deze: Mevrouw van
WertneskerkenJuuius heeft iu de llollandsehe Lelie 8 Sopt. '97
een stuk geplaatst, waarin zij de A ederlandsche
vrouwen een en ander meedeelt over het archi
varis-ambt. Zij wenscht blijkbaar er op te wijzen,
dat dames die betrekking of andere
archiefambten 'ouden kunnen bekleeden en aan te
geven, wat daar de vereischten zoo ongeveer zijn.
Zij doet dat aan de hand van inlichtingen, haar
verstrekt dcir df eeiiige dame, die op een
archief werkt en wel als volontair. Deze dame
moet dan werkzaam zijn op't archief te Utrecht.
Ik kan begrijpen, dat de vrouwen elkaar
willen voorlichten, waar 't geldt zich eene
positie te verschaffen in de Maatschappij en ik
breng mijne nederige hulde zoowel aan Mevr.
v. Wermeükerke Junius, als aan de dame volon
tair op 't archief te Utrecht, dat zij hare
geslaclitsgenooten gewezen hebben op eene serie
betrekkingen, waarop de dames wellicht 't oog
niet hadden geslagen.
't Is volkomen waar, dat //algemeen ont
wikkelde vrouwen, vooral zij, die aan een
hoogeschool juridische opleiding hebbja gehad,
kunnen dingen naar de betrekking van archivaris".
Mij dunkt, dat eene dame, die bv.
candidaatsexamen aflegt in de Nederl. .Taal- en Letteren,
vervolgens doctoraal-examên in de Hechten,
zeer zeker in aanmerking i.ou komen. Ik be
hoef er niet bij tj voegen, dat eene grondige
kennis der geschiedenis hoofdvereischte is,
terwijl een cursus aan de Ecole des Chartes"
te Parijs zeker te stade zou komen.
Te Utrecht studeerden enkele jaren geleden
verscheidene jonge dames in de N. Letteren en
ik meen, dat dit nog zoo is. Benige dezer dames
deden ook haar candidaats. Zoo men mag ver
wachten, dat zij nog een doctoraal examen in
de Rechten eerlang zullen afliggen, dan kan
men wellicht rekenen in de toekomst op eeue
kleine schare vrouwelijke geleerden, dingende
naar archief-ambten. Ea als de Regeering wel
hare ambtenaren aati de posterijen ouder de
vrouwen zoekt of misschien te eeiiigen tijd een
professoraat iii de Verloskunde aan een dame
vergeeft, waarom zou die Regeeriug hare archief
ambten der vrouwen onthouden?
Om nu op de inlichtingen, door de
damevolontair aan Mevr. v. W.-J. verschaft, terug
te komen; 't spijt me wel, maar dis inlichtingen
deugen niet. En de hoffelijkheid gebiedt mij,
dat ik de Nederlandschc vrouwen, hoog vereerd,
daarop wijs.
Hel tractement is natuurlijk een der
hoofzaktn. Hoe nu de stand dier traktementen te
Utrecht is, doi't weinig ter zake. \Vel weet ik
dat de dame-volentair ze alle fout opgaf. Men
zie slechts de Xtauts-ciiunnit in en men vindt
cte traetementen, minimi m en maximum, er iu
genoemd. Ik wil ze wel even noemen: een
archivaris 2()()0 pld.?3000 gld; een
commis(c'iartmnrest.er) 1<>00-2UÜO; een
adjunctcom. lUOU-lfiiiO. Voorts zijn er op een Rijks
archief een of meer klerken, wier tractement
van + 400 tot 1000 gld. bedraagt. DJ dame
'?olontair wart een Rijks-arehief met een stads
archief door elkaar. Vandaar, dat zij in u adem
met een archivaris en oen commis-charternieester
spreekt van een rechtskundig adviseur. Dat
ambt bestaat heel alleen aan 't stadsarchief
te Utrecht, elders niet. Onze dame had beter
gedaan te wijzen op het ambt van
adjunctarchivaris, dat, bestaat aan het Rijks-archief te
den Haag.
't Is waar, dat de meeste heeren, die de
bovengenoemde ambten v.ervulien, Mr. in de
Rechten zijn, maar de volledigheid gebiedt er
bij te voegen, dat tegenwoordig ook doctoren
iu de N. Letteren die ambten bekleeden, en
terecht.
Volgens de aan Mevr. v. W.-J. verstrekte
inlichten, zou eene, dame wel eeus kunnen
insluipen" iu de postjes van rijksklerk (;»au een
rijksarchief) eu van gemeente-schrijver" (aan
een stadfarcliicf). Die laatste titel bestaat iet;
wel die van; klerk aan het gemeente-archief.
IS"u geloof ik iu de eerste plaats niets van dat
insluipen''; dat doen onze dames niet. Maar
iiog iets anders. Ik geloof stellig, dat geen
uederlaudsche vrouw in- staat zou zijn, die
ambten te vervullen. Weet de dame-volontair
niet, dat die ambten meebrengen het sjouwen
van stapels folianten in het archief van de eene
plaats naar de andere, of uit 't archief naar de
leeskamer, waar een of ander bezoeker ze
wenscht te gebruiken? Dames, die zulke ambten
amb.ëjren, zou ik een examen afgenomen willen
zien iu spierkracht en zij zouden wel toege
rust mogen zijn met de kracht van eene Juditb,
die met n houw Holofemes 't hoofd afsloeg.
Eeue andere mededeeling van onze dame
volontair moet ik, 't spijt me wel, ten stelligste
tegenspreken, 't is nog de groote vraag of de
tractementen te Utrecht (omdat daar, op den
Haag na, 't voornaamste archief is) hooger zijn
dan elders. Ik geloof er niets van, d. w. z. wat
't stadsarchief betreft. Voor Rijksarchieven heeft
de Regeering a stelsel van tractementen.
Hebben weinig gemeenten een eigen archivaris?
WeJneeti: zelfs Ame^foort, Baara, Kaarden,
Vlissingen, Deventer hebben er een.
Van die associatie van een archivaris met zijn
volontair heb ik nooit iets gemerkt. Stille ven
nootschap? Gekheid; een volontair wordt op
't archief geoefend; opdat hij (of zij) later zelf
standig een arbeid kan ondernemen in de functie
van archief-ambtenaar. Daartoe wordt de(n)
volontair een werk opgedragen, 't zij copiëeren
van oude stukken om 't schrift te leereu lezen
of iets anders; de archivaris houdt 't oog op
dat werk. Eu daarom bestaat de mogelijkheid,
dat de archivaris liever geen volontair heeft,
want deze kost hem tijd.
De dame-volontair geift ook prijzen op voor
copiè'erwerk aan archief-beambten betaald. Die
prijzen zijn niet geheel eu al juist. Wel dient
in 't oog gehouden, of copiëen geleverd moeten
worden van stukken vóór ]700 dan na 1700.
Een regel, waarop 27 letters staan, heb ik
nog nooit gezien.
Ik sta versteld over de mededeeling, dat onze
dame 2 pagina's en soms 3 pagina's oud schrift
par uur kan coplëiiren. Te recht voegt zij er
bij, dat men van haar zegt, dat zij vlug werkt.
Ik heb ook wel eens oul schrift gecopiëerd en
ik weet zoo ongeveer, wat, een tijd dat kost.
Maar 2 i\ 3 pagina's, 't is bar; ik zou
haastwillen vragen .... of ik het eens .... mocht
zien.
Ik hoop van harte, dat de dame-volontair
mij niet ten kwade zal duiden, dat ik hare
inlichtingen een beetje heb verbeterd; (het be
lang der Nederlandsche dames gaat mij ter harte)
dat zij nog eeus er toe moge komen, na rijpere
studie van het archiefwezen, aan de Nederland.
sche vrouwen volledige inlichtingen te ver
strekken over 't geen er aan een Rijksarchief en
aan een ttadsarcliief komt kijken en er vereischt
wordt voor 't vervullen van archief-ambten.
Met dank voor de plaatsruimte.
Utrecht. l'ir. dio. dr.
R. B A.
HiiiiiiiiHiiiiiinuiiiiinimiiMHimiiiiiiiniiiiirniiMiiHiiiiiiuiiiiiininiii
LOSSE UE1SSCHETSEN,
DOOK
JU3TÜS VAN MAURIK.
Een landgenoot.
We «aten, na 't diner, gezellig pratend en
koffie drinkend a»n tafel, onder de begroeide
veranda van 't hotel de France te Versailles,
toen we op een kleinen afstand een soort heer
ontwaarden, die met een slip va i zijn zwarten
d«mi saison de glazen van een kleinen
tooneelkgker afpoetnend, langz»am nader kwam. Hij
droeg een pince-nez, gooida die met een kort
hoofdrukje van zijn neus en keek aandachtig
door zyn kyker, nu eer,s schijnbaar oplettend
naar het paleis van Versailleg, dat door het
reeds dalend zonlicht rose werd gekleurd, dan
weer naar ons.
Wat 'n brutale man, zei een onzer dames,
hij neemt ons waarlijk heelemaal op.
\Vat zou hy willen ? Kijk! hij komt
dichterbij en hij beziet ons hoe langer hoe
scherper; dat 's wel een beetjj al té, bewearde
een ander.
De man naderde, stak den tooneelkijker in
zijn linker jaszak, haal !e uit een beugeltaschje,
dat hij omüad, eec an'dere, kleinere jumelie,
keek nog eons naar het kasteel, toen weer
naar ons en trad, al poetsend en vegend met
zijn jasslip, vlak voor ons tafeltje.
Bonsoir, mesdames, messieuri! Parmettez
moi de vous offrir une belle jumelie? Tres
bon marcbé!
Merci!
Vraie nacre, verres achromatiques, tres
jolie, avec etui, un LOUH!
Non merci, nous en avons!
Nous en avo.is möne a vendre! lachte
een der dames.
Madame vent rire; madame ne fait pas
Ie mrme article, hein?
Hij lachte en ik zag hoe onder zijn knevel
zijn mond reeds tand loos werd. Zrjr. grijze
biard was netjes geschoren aan de kin en zijn
nog heldeie djnker bruine oogen keken met
een slimme uitdrukking van onder dichte
wenkbrauwen naar ons groepje.
Proci-s een verfranschte llollandsehe
brillenkoop, fluisterde ik mijn buurman toe,
en toen de man vl ik bij mij stond zag ik dat
hij een nitgerafell halfhempje droeg en een
boonije dat even grijs als zijn baird aan ne
zijde flauw lag over een rood en blauw geruite,
zwierig gestikte Parijschs das. Zijn zalmkleurig
vest, was evenals zijn grijje pantalon vol
vetvlekken en de manchetten, die hun franje
achtige randen over zijn rimpelige handen
uitstrekten, waren eenmaal wit geweest. E?n
nieuwe pince-nez, met een prijsetiketje opeen
der glazen geplakt, bungelde tegen de uitgesleten
knoopsgaatjes van zijn frontje en het donker
grijze jacquet, dat onder zijn zwarte overjas
uitkeek, had beter dagen gekend. In de verte
zag hij er uit als een toerist, van dichtbij be
keken, als iemand dien men onmiddellijk met
goeie vriend" of koopman" aanspreekt.
Une marchandise sans pareil, travail
exquis l zei hij, de jumelie aanbiedend.
Zijn accent verried onmiddellijk dat hij geen
Franschinan was en in de uitspraak van zijn
l en r's klonk ons een zeer bekend jargon
tegemoet.
Hij is bspaald een zoon van de
Breestraat, lachte een van ons gezelschap half
luid en toen hij nogmaals aanhield met: ~ Je
vous prie mesdames, regardez donc un moment
quel travail, en de paerelmoeren montuur van
den kijker in het zwakke zonlicht liet glanzen,
zei ik : Neen dankje, 'k heb kijkers genoeg
thuis, merci !
Menheer is een Hollander? Ik ook!
Wat 'n gezegend toeval, landslui te ontmoeten,
nou ben ik als zeker dat ik 'n kijkertje aan
je verkoop.
Zoo ! Nu, dan kon je je wel eens
veri, ouwe heer we hebben we] zes kekers
thuis.
Is meneer dan ook in de optiek, ook van
't vak ? t ,
Neen, dat nu juist niet, maar we zullen
toch geen gebruik van je aanbieding maken.
I)e dames dan misschien ?
Neen, wy ook niet I
Alweer mis ! 'k Heb vandaag m'n boozen
dag, nog niks verkocht en 't is haast avond,
Enfin! 't doet me toch pleizier dat ik 'reis
weer Hollandsen kan spreken. Je zou hier je
moedertaal vergeten, ii'est ce pas ?
In den vreemde maakt men licht een praatje,
wanneer men een landgenoot ontmoet, vooral
wanneer hij een type is, en dat was de koop
man in jumelles zeker. Hy had iets leuks,
iets grappigs over zich, dat ons deed zeggen :
We hebbin waarlnk geen kijker noodig;
maar we willen wel eecs babbelen, wil u een
glas bier ?
Un bock, mais volontiers I van een
compatriot kan 'n mensen altijd wat accepteeren.
Gargon, un bock pour monsieur !
De gargon bracht het gevraagde en terwijl
hij het glas bier op tafel zette, keek hij eerst
den koopman en toen ons ironisch aan. Hij
zocht blijkbaar na»r de reden van onze plot
selinge tamiliariteu inet een man, die er vol
gens z'rjn begrippen noch comme il faut, nöjh
correct uitzag.
? Op uw gezondheid dames! Messieurs a
votre santé.
Een Hollandsch sigaartje er by' meneer ...?
Negotiant! Aiiron, Joseph Negotiant,
meneeren ! hij Laaide een vettige portefeuille
uit zijn binnenzak, nam daaruit eenige op de
vouwen versleten, groezeiige papieren en zei :
'n Mensch kan niet te voorzichtig wezen
met z'n kennismakingen in den vreemde, er
loopen bier veel chefaliers d'industrie; vóila.
m'n geboortebewijs en dit is 'n papier
van den maire van mijn arrondissement en
daar heb je m'n verhtiisbiljet naar Parijs. Ben
ik nou een Hollander of niet?
Jawel u is een Hollander, dat hacl ik al
lang aan uw spraak gehoord en ik wist ook
al ongeveer waar u geboren is.
Weizoo ! en waar dan ?
Te Aensterdam, op de Saoekjesgracht of
op 't Waterlooplein.
Mis! op de Breêstraat vlak by de Sf.
Theunis !
Accoord?! dat kan uitkomen; hier steek
eens op!
Met genoegen, hij nam een sigaar, bekeek.
berook en besnuffelde haar van alle kanten.
zei: hum ! dat is fijn spul en lei ze toen voor
zichtig op tafel. U permitteert ? Hij nam
een stoel ik ben 'n oud man, den geheelen
dag geloopen u is 'n knaapie bij myn ver
geleken, ik ben twee en zeventig, hè, hè! Even
steunend ging hij heel familiaar, als waren we
reeds oude kennissen, bij ons zitten.
't Was een aardig type, hij had iets erg
vrij's over zich, dat een glimlach afdwong.
maar hij bewojg zich toch met een zekere
reserve en wist hoever hy gaan kon. 'k Ben
al veertig j*ar in Frankryk, 'n heele tijd, zei
hij, even van zijn bier proevend.
En al dien tyd in de optiek ?
Neen l waarachtig niet, eerst in de dia
manten ik bén slijper en zetter en later
handelaar geweest, maar ik heb malheur ge
had in zaken ik ben alty'd te eerlyk en
te goed van vertrouwen geweest, weet je
ik heb ieder 't zijne willen geven, ik kon
geen mensch bedriegen en daarom ben ik
uit m'n vak gegaan, 'k Ben een gamrnor (ezel) en
een schlemiel (ongeluksvogel in zaken!) Als ik
had gewild was ik eenj'y'k man geworden, maar
en hy knipte erg leuk tnet zyn linkeroog 'k hoi»
niet van gevaarlyke zaken, ik heb «Ity'd ge
dacht : je zal d'r met rechtvaardigheid ook wel
komen, eerlyk duurt het langst nou by
mij duurt 't al veertig jaar, lang genoeg, hèt
En ben je nu binnen, meneer Negotiant?
Binnen? 'k ben nooit Zoo erg bulten ge
weest als nou, 'k heb den dalles, hoor je!
Hebben de dames nou geen idee in dit kokertje ;
is dat je vrouw, meneer ?
Ja!
Nou koop d&n die jumelie voor d'r, ze
houdt er geen oog &f, (te is d'r dol op,
tietwaar Madame?
Neen heusch niet!
En uwe kijkt toch zóó ...! hij knipte weer
allerleukst met zijn linkeroog, streek over zy'n
grijzen knevel en lachte:
Mevrouw kijkt toch niet raar mijn, hè?
't Zou zonde en jammer wezen want ik ben
maar 'n oud man; 'fc heb anders in mijn jonge
jaren oogies genoeg gehad van de dames. Neen
lach uwe nou niet, 'k was een erg knappe jon
gen; m'n vrouw zaliger zei altijd: Aiironleben,
je mag d'r wel weien! Dus wil uwe mijn
niet en mijn kijkers ook niet? Er.fin! dan
spreken we over wat anders. Vindt u niet dat
ik nog goed Hollandsch praat?
Prachtig!
Ja, en toch ben ik er nou al in geen
acht-en-twintig jaar geweest, 'k was eerst niet
van plan hier te blijven, maar een mensch
weet nooit zijn eigen noodlot, je gaat heen
als vrije jongen, je maakt amours,blytt hangen
aan een vrouw, je trouwt, je krijgt familie
neen ! bij wachtte even ik heb geen familie;
alles wat ik had is dood 'k beo weer hij
lachte pijnlijk, knippend met zy'n linkerooj.'.,
een celibatair, nog a, prendre dflmes,
tweeen-zeventig jiar, gezond goddank en mat een
eeuwigdurende dalles.
En wanneer was u 't laatst in Holland?
Tijdens den oorlog van '70, ik zag d'r
niks in om mee te doen, waarom zou ik die
Duitschers, die me niks gedaan hebben gaan
on^elukkii; maken door op haarlui te hakken
of te schieten ik ben een rakker als ik
begin zie je en daarom dacht ik: hou je liever
nergens mee op en ga een visite brengen aan
je familie in Holland. Dat heb ik gedaan ;
't baviel me niks meer in Amsterdam, maar
oorlog l)3viel me nog minder.
Was u bang ?
Bang! wie is d'r nou bang als ie 'n man
is ? Neen ik dacht zoo bij me zelf: als de
Pru'.sen beginnen te bombardeeren, kunnen
ze aan mijn neus niet zien of ik een Fransch
inan of een Hollander ben. Ik heb met der
lui ruzie niks te maken. Ik ben een man van
de vrede. Als ik bij vergissing zoo'n Duitsche
granaat of een puntkogel iu m'n corpus krijg
ben ik voor goed gesjochte, want wie betaalt
mijn schade? Ik kan toch geen bordje voor
mijn lijf hangen met: niet ritken ik ben (teen
Franschmun ! Ik heb stilletjes te Amsterdam de
kat uit den boom gekeken en toen hier alles weer
koscher was ben ik weer naar Parijs gegaan.
Waarom bleef je niet in Holland, meneer
Negotiant ?
Och Holland is heel goed, maar Parijs is
boter. Amsterdam was me te stil, je hebt er
geen Boulevards, geen chic, geen lui die geld
verteren. De Hollander is 'n man die geld ver
dient, maar d'r op blijft zitten, de Frauschman