Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1104
staan terrein te winnen, ons geen vrienden
hebben weten te maken van onze gelukkige
mededingers. Wij hebben aanleiding ge
geven tot onnoodige ergernis en tot kwade
vermoedens, zonder als vergoeding eenig
belangrijk voordeel te verkrijgen. Wij
hebben de wrange vruchten geplukt eener
samenkoppeling van eene politiek van
verzet, en van eene politiek van toegeef
lijkheid."
i ......... iiniiiiiiiiiiiiii ..................... UMI .......... minimi ....... iiiiiini
Sociale,
De booze brief en de wertetalimr,
Drie weken geleden schreef ik : Zou het
waar zijn dat de kleermakerspatroon Ausums
te Culemborg werklieden ontslaat omdat ze
gebruik willen maken van het recht van
vereeniging en vergadering, door de grond
wet erkend en door de wet omschreven in
het belang der openbare orde ? Als het
waar is, dan mag die vrije Nederlander
wel een lesje nemen in het staatsrecht van
zijn land. Hij zal toch niet willen doen,
wat zelfs aan de koningin verboden is : de
grondwet buiten toepassing stellen.
Voor hem lid van den raad zijner
gemeente mag dit volstrekt niet ver
wacht worden. Hij heeft immers den eed,
.voorgeschreven bij art. 39 der gemeentewet,
luidende : Ik zweer trouw aan de grondwet
en aan de_ wetten des rijks ..... afgelegd.
Een consciëntieus man zal toch niet de
opmerking willen maken : dien eed deed
ik als lid van den raad ; als ondernemer
echter treed ik op als onbeperkt heerscher
in onzen constitutioneelen Staat.
Den aandachtigen lezer zal het wel op
vallen dat ik verlangend uitzag naar een
officieel tegenbericht, dat ik dit zelfs ver
wachtte, dat ik daarop, in ieder geval, hoopte.
De heer A. J. Ausems te Culemborg
zendt echter wel een uitvoerigen brief
blijkbaar in groote opgewondenheid ge
schreven maar houdt zijn antwoord
achterwegp. Toch wil ik aan zijn verzoek
om plaatsing, voldoen. Hij schrijft aan
de Redactie.
»In uw nommer van 31 Juli, veroorlooft
de heer Stigter zich, een vraag te stellen.
Dit op zich zelf is reeds ongepast, waar
het dingen betreft, die hem niet aangaan.
Nog meer ongepast is het, wanneer hij
zich veroorlooft mij voortescb rijven, wat
ik wél en wat ik niet tot mijn plicht te
rekenen heb.
Daartoe is zeer zeker niet hij de aan
gewezen man, die liefhebhert in sociale en
nnancieele aangelegenheden, het een ter
wille van den werkman, het ander ter wille
van den kapitalist.
En als raadslid n als werkgever doe
ik, wat rntjn geweten en mijn gezond ver
stand mij voorschrijven, zonder iemand
wien ook het recht toetekennen zich
met mijn zaken te bemoeien.
't Is niet aan den heer Stigter en niet
aan de lezers van uw blad dat ik
rekenfchap verschuldigd ben. En daarom wensch
ik het door hem geschrevene noch te weer
leggen, noch te bespreken.
Mocht ik er ooit toekomen, over mijn
bijzondere aangelegenheden in debat te
treden, dan zal 't zeker niet zijn daar, waar
het door onbevoegden zooals de heer
Stigter ---op een wijze wordt ingeleid die,
op zijn zachtst uitgedrukt, partijdig en
arrogant te noemen is".
De heer A. had kunnen volstaan met : Dat
bericht is niet waar, uw vermoeden omtrent
mijn constitutioneelen zin was juist. Of
wel : De mededeeling was waar, uw meening
daarentegen aangaande mijne hpoge waar
deering voor onze grondwet, onjuist. Noch
het een, nog het ander. Waarom zoo boos
meneer A ? U doet hierdoor een vermoeden
in uw nadeel ontstaan. Ja, laat ik het
maar bekennen : juist in strijd met uw
bedoeling, zegt uw brief: 't Is wel waar
maar ik wil het niet bekennen. Dat her
innert aan de bedeesdheid der jeugd of aan
de houding van een autoeraat die zich
hemelhoog boven zijn medemenschen ver
heven acht. Dit laatste zal bij u niet het
geval zijn ; maar waarom dit vermoeden
Het peten van ien examinator.
DOOR
GRAHA.M TRAVERS.
Misschien moet ik beginnen met te zeggen,
dat ds examinator er een geweten op nahield.
Ik wil hieromtrent, aan 't begin van mijn
verhaal, terstond allen twijfel wegnemen, niet
omdat ik de scherpzinnigheid van den lezer
wantrouw, maar och! titels ziju misleidend iu
onzen tegenwoordigen tijd! en bovendien, wut
de philosophen ook zeggen mogen, het geweten
van den een is niet als het geweten van den
ander.
Natuurlijk heeft ieder eeuige examinatoren
onderzijn kennissen, aardige oude heeren meestal,
die allerlei anecdoten weten op Ie disschen
omtrent hun bevende slachtoffers.
't Was een bitter koude, sombere winterdag.
De bloemen stonden op de raampjes van den
spoorwegcoupé, zoodat de examinator zijn muts
over de oogen trok en de kraag van zijn pels
opzette, toen hij op zijn gemak in een hoekje
dook.
Men deed het waarachtig niet voor z'n pleizier
in zulk weer op reis te gaan oai examen af te
nemen; bovendien was het Januarij-examen
zelfs met mooi winterweer een ware corvéo.
Knapps jongelieden, die hun zaken wisten,
kwamen in April of ;n Juli. Maar in Januari
kreeg men rommelzèo", jongelui die al een
paar maal gezakt waren.
De examinator was jong en enthousiast; hij
kende zijn zaken, dus trok hij zich zijn deel
van het programma niet zwaar aan; ook bezat
hij de gave voor examinatoren van veel be
lang ! om met vaste hand het roer van een
Tiva voce vast te houden, in plaats van het
zich door den slimmen cindidaat te laten ont
futselen; en toch,- als hij een enkele maal in
de verzoeking kwam om er de proef van te
nemen, had hij er wel eens schik in en volgde
hij met een glimlach, of met een knikje van
dan, in onzen democratischen tijd, bij de
booze wereld opgewekt ?
U kent het absolute voorschrift van de
grondwet betreffende de drukpersvrijheid.
U weet dat de vrije uiloefening daar
van als eerste voorwaarde geldt voor de
handhaving van ons parlementair staats
recht; daarom immers waren despoten van
drukpersvrijheid zoo afkeerig, zoo bang.
Telkens als derhalve de grondwet of een
wettelijk voorschrift geschonden wordt, is
het de taak van ieder die de grondwet
waardeert en in 't bijzonder van de pers,
eerbied voor 's lands wetten te verzoeken.
Zij behoort althans op die overtredingen
de aandacht te vestigen tot voorlichting
van regeering en wetgever. Om die
reden deed de Groene de vraag:
Zou het waar wezen, dat de heer A. zijn
werklieden belet van hun grondwettelijk
recht gebruik te maken ? Een dergelijke
handeling is immers van staatsrechtelijken
aard, geen onderonsje, een publiekrechte
lijke overtreding, een daad van revolutio
nairen geest niet geheel vrij. Wist u dit niet?
U behoort n als raadslid n als werk
gever de grondwet en dd hier betrekkelijke
wet van 1855 te eerbiedigen »al schreven
uw geweten en uw gezond verstand u ook
voor" wat wel niet het geval zal zijn
om het tegendeel te doen. Dat kan in een
geordenden Staat niet anders.' Orde moet
er zijn. De wetten moeten door ieder wor
den gehoorzaamd en in acht genomen. Dit
mag niet overgelaten worden aan ieders
bijzondere meening. Overtreding van dien
plicht is een publieke zaak, waartegen de
pers allereerst behoort te waken.
Het recht van vereeniging en vergadering
behoort, in 't bijzonder, door ieder burger
geëerbiedigd te worden. Verlangt u de
uitspraken van enkele autoriteiten ? Prof.
Pekelharing zegt: Zonder het recht van
vereeniging en vergadering kan geene
staatsburgerlijke maatschappij gedijen.Prof.
de Louter: Onder het vertegenwoordigend
stelsel onmisbaar, heeft het onder een
autocratisch bestuur zijn bedenkelijke zijde.
Pro»'. Buys: Het was mi gepote e« gotde
gedachte van de staatscommissie om een
vrijheid, schier even cnmisbaar voor onze
maatschappij als die van welke de art. 8
en 9 gewagen, onder bescherming van de
grondwet te stellen. De oud-minister
Heemskerk, de grondige kenner van ons
staatsrecht, wijst op de bezwaren die uit
het gemis van het recht van vereeniging
en vergadering voortvloeien, »inz >ndeiheid
de vermenigvuldiging van geheime genoot
schappen en besloten vergaderingen van
gelijke soort."
Tot die middelen wilt g\j toch d« werk
lieden niet verleiden V Ik kan mij wel
voorstellen dat gij de opmerking van de
pers ongepast vond t.- O.utrent den arbeid
en den arbeider bij de heidensche Grieken
en Romeinen veracht bestaan nog zoo
weinig voorschriften in de \vet. De onder
nemers, de bazt-n, zijn gewoon alle voor
waarden schier geheel eenzijdig vasttesteilen,
ja, niet eens vastteslellen, maar incidenteel
voorteschrijven. Dit gebrek aan maat
schappelijke organisatie kweekt en ver
sterkt de neiging tot alleenheerschappij.
Mr. J. Heemskerk Az. wijst op die neiging
door als motto van zijn bekend werk : De
praktijk onzer grondwet, aan te halen de
Woorden van Montesquieu : maisc'esturie
expérjence ternelle que tout hornme qui
a. du pouvoir, est portéen abuser; il va
jusqu'a ce qu'il trouve des limites.
Alleenheerschappij evenwel is geheel in
strijd met reineii, verheven christelijken
zin, met den geest van onzen parlemen
tairen regeeringsyorm, die gelukkig bij de
zoogen, lagere kringen allengs meer ingang
begint te vinden. Eerbiediging van ons
staatsrecht, gehoorzaamheid aan de wet
door ieder, zal daartoe kunnen bijdragen.
In die goede richting zal ik durf het
toch nog vermoeden de heer Ausums
willen medewerken, 't zij door zijn verbod,
waartoe hij niet bevoegd was, intetrekken,
't zij door openlijk te verklaren dat hij
gedwaald heeft, toen hij meende, dat het
beletten aan andere staatsburgers, het
recht van vereeniging en vergadering uit
te oefenen, tot zijn «bijzondere aangelegen
heden" behoorde. Op zooveel grootmoedig
heid duif' ik wel' hopen.
iiMiiiiiimimmimiiMiiiii
iitiHiiiniiuifi
bewondering, het gebruik dat de arme joegen
er van maakte.
Het blijkt dus duidelijk dat, behalve een
geweten, de examinator ook takt bezat, en dat,
als hij zondigde, men van hem niet kou zeggen
waar afgewezen candidaten altijd mee klaar
staan dat hij zondigde uit onwetendheid.
De trein stopte aan een provinciestadje;
een snerpende wind woei de coupéin toen
't portier geopend werd.
De examinator huiverde en keek met een
boozen blik op, doch trok zijn zwijgend protest
terstond weer in, toen zijn oog viel op een
allerliefst meisjesgezichtje, omlijst door
sijdcachtig bruin haar en een bonten mautelkraag ?
ordinair bont, maar iegant model.
Kom Dick, stap in!" klonk haar heldere,
vroolijke stem.
Dick had evenals zij een blanke tint en een
geteekend kleurtje, maar mooi was hij niet.
Hij was eer leelijk, en zelfs niet flink uit de
kluiten gegroeid. Blijkbaar had de natuur aan
hem geprobeerd wat ze maken kon, eer ze zijn
zuster de wereld inzond.
//Hier instappen!" lachte hij spottend, waar
door hij twee rijen leelijke tanden liet zien.
't Ia eerste!"
Ja zeker; eerste klasse," herhaalde zij, met
moederlijke liefde en bezorgdheid iu haar toon.
Ik heb je kaartje al, dus er is niets meer aan
te doen. 't Is erg genoeg dat je, met dien hoest,
in dit weer op reis moet, jongenüef! "
Terwijl ze dit zeide, hoestte ze zolve, en
dreef hem zachtjes den coupéin. Geen van
beiden letten op den passagier in den hoek;
trouwens de man was zoo in zijn pels gemof
feld, dat mea hem eer voor een chrysalis ver
sleten zou hebben dan voor een mensch van
vleesch en bloed.
Je weet," vervolgde het meisje, zachter
sprekend, als jij er eenmaal door bent, dan
komt alles wel in orde. En ik ben er zeker
van, dit keer kom je er stellïg\ Je hebt zoo
hard gewerkt!"
Ja ...," kwam hij met een zwak, blij glim
lachje. Ik geloof ook dat ik er nu wel komen
zal, als ik maar een examinator krijg die
zijn zaken weet."
O . .., dat zal wel, deze keer! Maar vergis
je nu niet tusschen aconiet en atropine, zooals
verleden jaar. "\Veet je wat ik daar juist vond,
Dick toeu k een kaartje voor je nam'r
De onvriendelijke woorden aan mijn per
soonlijk adres, waarschijnlijk gevolgen van
misverstand en van onbekendheid met den
grondslag van ons staatsrecht, vergeef ik
gaarne.
f *
Hecht is een woord van betrekkelijke
beteekenis die afhankelijk is van de denk
beelden waaronder we zijn opgevoed, van
het milieu waarin we verkeeren In verband
hiermede kan het wel niet anders of de
bovenbedoelde autocratische gewoonten in
der bazenkring mij van nabij bekend
doen r^eht noemen, wat bij de allengs meer
ontwikkelde arbeidersgroepen als zoodanig
wordt veroordeeld.
Recht vinden vele ontwikkelde werk
lieden, volgens hun rechtsgevoel eerst dan,
als de voorwaarden omtrent loon, werktijd,
ontslag, boeten, in n woord, als de
arbeidsvoorwaarden in het algemeen, door
ondernemers en werklieden, als gelijk
gerechtigde partijen, zijn vastgesteld. Vele
ondernemers en daaronder vooral de
oudere opgevoed in de autocratische leer,
in de autocratische praktijk, achten 'n der
gelijken eiseh onrechtmatig; andere gaan
niet zoover maar zullen toch eerst
onder sterken drang tot onderhandeling
met de arbeiders als gelijkgerechtigde partij
overgaan.
Zoolang het meer moderne, het hooger
ontwikkelde rechtsgevoel der ontwikkelde
arbeidersgroepen, nog niet algemeen in de
kringen der patroons is doorgedrongen,
zoolang bestaat n der groote redenen
voor de vele droevige botsingen van onzen
tijd. Amsterdam heeft daaronder de laatste
weken geleden materieel en moreel.
Wat was de hoofdgrief van de
amsterdamsche timmerlieden? Gemis van een
behoorlijke regeling van het loontarief voor
het stukwerf bij de eigenbouwers. Hiertoe
behooren 'allerlei menschen, zelfs
zandschippers en schoenmakers die, geheel
buitan het eigenlijke bouwvak staande,
met crediet en geleend geld, onder zeer
bezwarende omstandigheden verkregen, op
den woningnood en lage loonen
speculeeren, die dikwijls werk leveren verre
beneden de waardigheid der echte vakman
nen. Door vijf' vereenigingen : «Concordia
inter nos", »Uoor eendracht verbetering",
«Eendracht zij ons doel'', de vakafdeeling
van Patrimonium en Si. Jozef gezellen
van deroomsch katholieke volksbond, was,
?in onderling orerleg, een tariefboekje voor
het stukwerk bij ^j eigenbouwers vastge
steld. Op invoering was herhaaldelijk ge
hoopt. Eveneens was steeds de hoop ge
koesterd door de andere timmerlieden, dat
<>de papieren-beloften'' van de aannemers
tot invoering van het '^5 cent uurloon met
een dagtaak van 10 uren, zouden worden
vervuld.
Om, zoo noodig, dringend optetreden
was de gemeente in vijf' kwartieren ver
deeld. De weigering d t r eigenbouwers tot
invoering van het stukloontarief
saamgesteld in aigemeene harmonie door de
geloovige,. ongeloovige, vooruitstrevende,
niet-strevende en socialistische leden der
genoemde vereenigingen, werd nu beant
woord door siaking, voorloopig in het van
Lennepkwartier. De stakers zouden door
de werkende werklieden worden onder
steund. Inmiddels zoudan de gezellen,
bij de aannemen en de burger bazen werk
zaam, aandringen, hoewel niet door staking,
op vervulling der bovengenoemde
-papierenbeloften", die echter, volgens <le
bemidcleliugscommissie niet op papier gegeven
waren. Door de, in verband hiermede,
opgestelde circulaire, achtten de onder
nemers zich bedreigd. Om die leden ver
klaarden zij zich solidair met de eigen
bouwers. Een niet ongewettigd middel
van verweer.
13ij de staking waren reeds dadelijk
honderden huisgezinnen, duizenden per
sonen rechtstreeks betrokken. Belangstel
ling in en medelijden met hun lot, deed de
heer Kouveld, het bekende gemeenteraadslid
de eerste poging tot bemiddeling beproeven.
Een zeer verdienstelijke, niet genoeg te
waardeeren arbeid. De heer Hovy, ook
een goede bekende der amsterdamsehe
vroede vaderen, van gelijke gezindheid als
zijn ambtgenoot, sloot z:ch bij den heer
Kouveld aan. De beide ijverige
getneente
illiililllllliiHlllliliilinimiiiiiiiiniiiiinimmimmmiiM
Kijk eens!" Ze hield een platgetrapt, gedeukt
driestuiversstukje omhoog, met een gaatje er
in. Dat voorspelt geluk, hè? Wat deuk je dat
beter is, dat ik het om mijn hals draag of jij 'f'
Och, me dunkt jij .. ."
Goed, dan doe ik het om, eu ik zal iedere
minuut aan je denken, tot het oo,renblik dat
je weer thuis bent. , ik weet zelcf dat je er
nu komt; maar, zeg eens," zij aarzelde, zul
je 't je niet te erg aantrekken als het mis is?
O, je gaat! Toe, neem miju shawl mee om over
je kaken te leggen!"
Een dames shawl!" zei hij, met een
minac'itend lachtje.
'/jK liet haar stem nog meer dalen, eu vleiend,
overredend kionk het:
Toe, doe 't maar! Hij is zoo warm. Eu
niemand ziet dat het geen plaid is. Daar! pak
aan. Adieu! God zij met je!"
De trein zette zich in beweging, maar om
een oogeiiblik laier weer stil te staan, en wer
kelijk, daar verscheen het zonnige gezichtje
weer aan 't portier l
Z,eg, wat denk je dat er vau ochtend geko
men is? Eeu kalkoen van oom Jacob! Dus
't gemeste kalf is reeds voor je klaar! Een goed
voorteeken, Biet? Oom Jacob begint zeker te
vinden dat je nog zoo min niet bent! Wat
zullen we feestvieren als je tmis bent!"
Tlians reed de trein werkelijk weg, en de
examinator gluurde door het reetje tusschen ziju
muts en den kraag van ziju pels naar zijn
nieuwen reisgenoot.
Ei ei, dit was dus een caudidaat! hm
dit ventje, dat zich vergiste tusschen aconiet
en atropiue''; en nu... stel hij haalde zijn
diploma... wat aut zou 't hem doen als hij
zich in dergelijke hoofdpunten kon vergissen'?
Och hemel, de studie had bijua niets van
't mannetje overgelaten. Er was geen weer
standsvermogen om een praktijk te beginnen l
De ondervinding leerde dat een dokter het doen
kan zonder: of een zeer sterk gestel of
beschaving of handigheid uf kennis;
maar de goegemeente, die zich anders graag
liïei nemen laat, zou zeker liever niet alle vier
missen!
De examinator zuchtte. Hij was gewoon
aan candidaten, die eigenlijk achter de ploeg
hoorden, maar men kon zich dezen armen jongen
onmogelijk achter de ploeg voorstellen. Waar
hij thuis hoorde in het pian der Natuur zou
raadsleden vonden al spoedig alle partijen
bereid, tot de samenstelling van een be
middelingscommissie mede te werken. Bei
den kregen in die commissie zitting.
Onbegrijpelijk veel is door haar, onder de
krachtige leiding van den qnvermoeiden
heer Kouveld, gearbeid. ^Vie eenigszins
bekend is met den vermoeienden arbeid
van dergelijke vergaderingen, zal dit kunnen
beamen als ik hem mededeel dat de com
missie 15 zittingen, dikwijls van een uur
tot na middernacht heeft gehouden!
De zware, de veeleischende arbeid scheen
te zullen slagen. Dinsdag 26 Juli ontstond
er, vooral door het overredende en krach
tige woord van den voorzitter,
verteedering der harten. Op de toen gehouden
gecombineerde vergadering der commissie
met de besturen en gecombineerde
patroonsvereenigingen, de afgevaardigden der eigen
bouwers en van de vijf vakvereenigingen
der timmerlieden, werd een bemoedigend
besluit genomen. De gedeputeerden der
werkliedenvereenigingen en die van de
eigenbouwers, zoudenTn hun vereenigingen
adviseeren tot goedkeuring der voorstellen
van de bem-iddeJingsciirnmissie om gemeen
schappelijk een lountarief vast te stellen en
in te voeren.
De besturen der patroonsvereenigingen
verklaarden zich van hun zijde bereid, om
krachtig mede te werken tot aigemeene in
voering van het uurloon van 25 cent bij een
dagtaak van tien uren, als de gemeenteraad
mocht besluiten die voorwaarden in de
bestekken voor de gemeentewerken voor
te schrijven. Daartoe zouden de beide
bekwame en werkzame gemeenteraadsleden
voornoemd, het initiatief nemen.
Het resultaat was echter, dat de timmer
lieden wél, de eigenbouwers niet, althans
voorloopig nog niet, toestemden. Hun afge
vaardigden hadden bij hen dus vruchteloos
gepleit.
Vooral de voorloopig aangehouden be
slissing, de twijfelachtige houding der eigen
bouwers, die over 't algemeen in het bouw
vak om bovengenoemde reden niet hoog
staan aangeschreven, voedde het wantrou
wen der werklieden. Zij vreesden dat de
eigenbouwers de zaak op de lange baan
wilden schuiven. Hierbij kwam de'drang
der stakende werklieden van de eigenbou
wers. Zij vorderden een afdoende regeling
of' een aigemeene staking en bedreigden
niet hervatting der werkzaamheden.
Vreeseliik moeilijk was nu de taak der
leiders. Patrimonium had zich terugge
trokken. De St. Jo/.ef'sgezellen weifelden
of' wellicht beter gezegd : het bestuur nam
een weifelende houding aan. \Vatte doen'?
Wat aan de vergadering der timmerlieden
voor te stellen 't Van de zijde van de
bemiddelingsconimissie zijn, tot het laatste
oogenblik toe, pogingen aangewend om de
aigemeene staking te voorkomen. Vooral
haar voorzitter, voorts de heeren C. B.
Posthumus Mtyes en Jozef' Cuypers hebben
daartoe alles gedaan wat nog mogelijk was.
Een vergadering der aannemers kon niet
meer tijdig bijeengeroepen worden. Onder
overredenden aandrang van _ genoemde
heeren, heeft toen de heer Hendrix, de voor
zitter der patroonsvereeniging, aan de tim
merlieden geschreven dat hij op gede
cideerde scheiding tusschen de aannemers
en eigenbouwers zooveel mogelijk zou aan
dringen en dat het hoogst \venschelijk was
de belangrijke beslissing nog 2i uren
uit te stellen. Die brief is echter nM aan,
de vergadering voorgelezen. De stemming
over het voorstel tot aigemeene staking
is gehouden zonder dat het bestuur den
inhoud van dien brief vóóraf had
meegede. d ! De staking niet die van alle
gezellen werkzaam bij de c-iyenbowccrs in
de rijf kwartieren neen van alle
timmer| lieden ook van die, bij de aannemers werk
zaam, werd geproclameerd.
Zonder weerstandskas, zonder een goed
gedisciplineerde aansluiting, werd de oorlog
begonnen. Dat men de minderheid, die zou
blijven werken, tot mede-staking zou over
reden of ten slotte zou dwingen, mocht
niet gehoopt worden. Wél hebben de
patroons der engelsche machinebouwers,
wél hebben ook de bakkerspatroons te
H_amburg tegenover hun collega's die be
reid waren toe te geven, dwang uitgeoefend,
maar op goede uitkomst mocht daarom nog
iiHiiiiiiNimiiiiNiiiHiiiimmiiiuimnmiiiMiimHiiMNiiiiiJiniiii»
moeielijk te zeggen zijn.
Het, jonge mensch had een afgelezen boek
uit zijn jaszak gehaald, waar hij ijverig in ging
zitten lezen, al prevelend iu zichzelf en met
een vochtigen vinger de bladzijden omslaand.
De examinator kende het boek. Het was een
handboek, waaraan hij een bijzonderen hekel
had. Soms hield de lezer plotseling op om
een paar bladzijden terug iets op te slaan, met
een ontsteld gezicht, zeker omdat hij merkte
dat hij vergeten had wat hij juist had gelezen.
De examinator had moeite om zich in te
houden. »Ben je gek, kerel, gooi toch weg
dat boek!" had hij dolgraag willen roepen."
Je arme hersens ziju waarlijk al genoeg in
de war.'"
Toen de trein weer stilhield, kwam er een
oude dame in de coupé. 7/ij keek met moe
derlijke belangstelling den student aan, en nam
de eerste de beste gelegenheid waar om hem
een borstearmel te presenteeren tegen ziju
hoest.
Haar sympathie scheen hem goed te doen.
Vervelende dingen, die examens!" prevelde hij.
//Zoo! ... gaat u examen doeu'? Hoe akelig!
Maar 't zal heerlijk voor u zijn als u er door is."
Hij schudde twijfelend het hoofd 't Is de
vraag of ik er door kom!" Haar vriendelijk,
moederlijk uiterlijk wekte hem onwillekeurig op
tot oniioodige mededeelzaamheid, en hij liet er
op volgen: Ik ben al vier maal gezakt."
Arme man! Hoe akelig! Maar ik wed dat
u nu uw zaken wel weet! 't Is of men aan u
zien kan dat u hard gestudeerd hebt."
Hij schudde het hoofd, en zei moedeloos:
»lk weet het nu niets beter dan den vorigeu
keer ! 'k Begrijp niet dat ik er toen niet
doorgekomen ben.'t Is allemaal geluk. Sommige
examinatoren, wreet u, hebben zelf boeken ge
schreven, en houden er aparte theoricn op na;
heeft men nu toevallig dat boek niet gelezen,
of nooit van die theorie gehoord, dan ja,
dan is 't mis! Er ziju er zooveel; exami
natoren, bedoel ik en men weet nooit vooruit
wien men krijgt. En, met den besten wil van
de wereld, men kan toch niet alles lezen ''. !"
De dame zette ceu verschrikt gezicht waar
ze wel reden toe had en zei:
Dat is toch niet eerlijk. En hoe Utingacslig /"
De examinator gloeide inwendig van veront
waardiging, maar hij vocht niet met vijanden
ziju staal onwaardig, en de situatie wtsniet
niet gerekend worden. Was dat voorbeeld
van die patroons wel navolgenswaardig ?
Mocht onder die omstandigheden op een
goed einde gehoopt worden, met zooveel
goeden grond, als de verhouding tot de op
offering die door de staking gevorderd
wordt, eischt ?
De uitkomst heeft ongetwijfeld geleerd
dat in de arbeiderswereld nog enorm veel
te doen is om meer aigemeene samen werking,
om samensmelting van bestaande vereeni
gingen, te verkrijgen. De arasterdamsche
patroons tponen nu de grootmoedigheid die
den overwinnaar siert en de verzoening ver
gemakkelijkt ! Moge inmiddels evenwel -de
weldadige arbeid van kamers van arbeid
reeds zoo opvoedend werkzaam zijn in de
kringen van de ondernemers zoo wel als in die
der werklieden, dat het hooger ontwikkelde
rechtsgevoel overleg tusschen beide groepen
als gelijkgerechtigde partijen vordert, eischt,
om tot gewichtige besluiten over te gaan.
Als dan de wet, als uitdrukking van dat
rechtsgevoel, dwingende kracht aan de
uitspraken van de kamers van arbeid ver
leent, dan zal wellicht werkstaking de
oeconomische oorlog even af keurens waard
als elke oorlog niet meer noodig zijn
ter verkrijging van de inwilliging van
billijke aanspraken. Zóó kunnen de meeste
wenschen der stakers wel genoemd worden.
Komen daarom toch spoedig de regeling
van het arbeidscontract, de kamers van
arbeid, de bescherming der wet. »Entre
Ie fort et Ie faible, c'est la libertéqui
opprime et la loi qui aff'ranchlt".
* *
*
Den heer en mevrouw P. P. Met veel
waardeering heb 'ik van den inhoud van
uw uitvoerig stuk kennis genomen. Van
die zijde is het woningvraagstuk nog niet
besproken naar ik meen. Gaarne zal ik
uw opstel plaatsen.
D. STIGTBR
Am s t., Alexanderkade 4, 17 Aug. :98.
iiminniiiHinMiiniiniiiHiiiiiiiinintiiiiiiiiimnlililliuiiiiiinmmiilili
40 cents per regel.
lummiiMiiiMMimiMllllI
Henneberg-Zijde
alleen echt, indien direct van mij i f ibrieken
betrokken, zwart, wit en geVleurd vin!ï3
et. tot f 1-I.O5 per Meter efl'en, gestreept,
geruit, gewerkt, damast ena. (ca. 24) versch.
qual. en 2000 versch. kleuren dessins, enz.).
Franco en vrij van invoerrechten
in hui*. Stalen ommegaand Dubbel
bKefporto naar Zwitserland.
G. Henneberg's Zijde-Fabrieken
(k. & k. Hofiever.), Zimcli.
Iloofd-Uepót
VAN
Dr. JAEGER'S ORIG.
Somaal-Wfllarttota.
K. F. DEÜSCHLE-BENGER,
AmsterdatK, Kalvertstr. 157.
Eenig specialiteit in deze
artikelen in geheel Nederl.
MEIJROOS & KALSHOVEN,
Arnhem.
Piano-, Orgel- en Muziekhandel.
Ruime keuze in Huurpiano's.
Dagelijks vertrekt van de RUYTERKADE
naast de Kettingboot 's morgens 10 uur een
Stoomjacht naar MARKEN via ISItOEK
IN WATERLAND en
MONNIKEN1>AW, en terug over de ZUIDERZEE.
Aankomst A91STERDAÏV1 ca. 4.30 n.m.
DE HAVENSTOOMBOOTDIENST;
lllllmlIlllltlllllMMIIHIlmlIMIH
zouder humor! Bovendien, als hij zich nu be
kend maakte, zou hij ter elfde ure liet ventje
gehfel van de wijs brengen.
//Tvu, als u er door is," vervolgde de vrien
delijke oude dame, //dan hoop ik dat u dien
lastigen hoest kwijt raakt. Kunt u niet een
poosje naar het Zuiden gaan ?"
//O, liemel neen! Ik ben zoo gezond als een
viscli ! We hebben in den laatsten tijd nog al
treurigheid in de familie gehad," Lij wierp
een blik op het rossige krip om zijn arm ?
//maar als ik mijn dokters rekeningen kan gaan
schrijven, /.al 't wel beter worden."
Haar lieve oogen zagen hem medelijdend aan.
//Maar het duurt altijd een beetje eer men
zoo ver is... weet u dat wel?"
Hij lachte en wreef zich de handen. Neen,
daar beu ik niet bang voor! Eeu massa
menscbeu hebben mij in den laatsten tijd reeds ge
consulteerd over kleinigheden; natuurlijk
kouden ze niet van betaling spreken zoolang
ik nog niet klaar was. Dat is een groot geluk
voor me : ik kan nog al goed met de menschen
opschieten. Dat doet veel voor een dokter
een beetje xaeolr-ticre te hebben !"
Haar gezicht betrok. De arme jongen! Dus
sai-oir vicre daar hing voor liem yeel vau
af ?...
»lk zou wel graag uw naam en uw adres
noteeren,'' hernam ze, een paar minuten later.
//Wie weet of ik niet eens iets voor u doen
kan."
//Zeer aangenaam." Hij scheurde een blad
zijde uit zijn notitieboekje en bood ze haar aan
met een buiging, die waarschijnlijk van zijn
saeoir vivre getuigen moest.
Juist, reed de trein het eindstation binnen.
liet jonge mensch was er spoedig uit en voegde
zich bij eenige jongelui die op het perron
stonden. De examinator zag hem met zijn
hoofd een wenk geven in de richting van de
moederlijke oude dame.
Zoo'u rakkert van een jongen !" mompelde
hij, terwijl hij de bonten muts voor een
deftigen hoed verwisselde. Je vertelt ze zeker dat
je ,die oude jonge juffrouw" hebt ingepalmd."
Ik zou jou wel eens willen inpalmen, als
de natuur het niet reeds gedaan had!"
(Slot volgt).