De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1898 11 september pagina 2

11 september 1898 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE A M S T E ft D A M M E R WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Na. 1107 onderwerp: de bezoldiging van de leden van het parlement en de invoering van algemeen kiesrecht. Pakkend en overredend was het slotgedeelte. Daarin behandelde de woordenrijke en mefieleepeade redenaar de vraag: zou het magelij k zijn om, bij het bestaan en het eerbiedigen der groote verscheidenheid op politiek en oeconomisch gebied, omtrent vooraf overeengekomen punten gemeen schappelijk op te treden ? Der toestemmende beantwoording viel een groot applaus ten deel. Na indiening van bet yoorste^ot benoeming van een commissie ad m>c, hield de redenaar een aangrijpende pero ratie waarbij hij gebruik maakte van «enige verzen van den grooten «dichter der nieuwe aera" William Morris, dien ik meermalen in deee rubriek besprak. Belangrijk waren de redevoeringen ten gunste eener algemeene kan het zijn internationale samenwerking van alle arbeidersorganisaties, gehouden door afge vaardigden van de coöperatieve vereeniging en van de gedeputeerden der Amerikaaneobe Trade-unions. Deze laatsten vooral pleitten voor cosmopolilisch optreden. On der buitengeworn luidklinkend applaus der vergadering, sprak de tweede afgevaardigde van de nieuwe wereld de verwachting uit, dat op een volgend congres de banieren van de engelsche en amerikaansche rid ders van den arbeid zouden omgeven zijn van die van menige andere natie. Men aiet het: algemeene vrede, algemeene samenwerking roept de grootmachtige russische potentaat den staten toe: zóó ook doen de leiders der volkspartijen in de ver schillende landen. Zou dat niet wat beloven? Al komt het voorstel van den algemeenen vrede, volgens den afgevaardigde van den meest democratischer! Staat van de wereld : Nieuw-Zeeland, van verdachte zijde, toch bracht hij gaarne des Czaren woord hulde. Betreffende de belasting van den grond naar de tegenwoordige waarde deed deze afgevaardigde belangrijke mededeelingen. Verzet de eigenaar zich tegen het bedrag der belasting in hoogste instantie vastge steld, dan koopt de regeering den grond tegen een bedrag dat 10 percent de ge schatte waarde overtreft. Zeer veel belangstelling boezemde zijn mededeeling aangaande een voorbeeld van toepassing der arbeidswetgeving van zijn land, in. Een arbeidgever die de drie woord voerders der arbeiders met wie hij strijd voeide had ontslagen, nadat het scheiosgerecht zich in de zaak gemengd had, werd veroordeeld tot een boete van honderdvijftig pond sterling. Bovendien werd hem door den rechter de verplichting opgelegd deze «agitatoren" nog twee jaren in dienst te houden. Wel wat vrijdag, zou de Culemborgsche booze briefschrijver zeggen, dat zijn toch mijn zaken, daarin doe ik wat ik wil zonder iemand, wien dan ook toe te staan zich daarmede te bemoeien. Ge ziet 't lezer, in Nieuw-Zeeland zou hij buiten de rechter lijke macht gerekend hebben. Is 't niet al te gek, dat ook hier heel wat lieden wonen die de willekeur van de sterk autocratisch gezinde patroons op deze wijze willen voor komen ? *»* J. B. N. Van den heer S. heb ik nieta gelezen, al mag ik niet verzwijgen dat ik zijn brochure ontvangen heb. Ik heb alleen het wettelijk punt in den strijd besproken. De toeneming van het aantal apotheken, voor rekening van naamlooze vennootschap pen, geëxploiteerd het 11 genoegzaam bewezen dat in regeeringskringen de wettelijkheid erkend wordt, Waarom dan daarover nog verder gediscussieerd;' Den briefschrijver over statistiek van kinderarbeid mag ik verwijzen naar den secretaris der centrale commissie voor de statistiek dr. C. A. Verr\jn Stuart te 's Gravenhage alsmede naar den chef van het amsterd. bureau voor statistiek mr. Pb. Falkenburg. D. STIGTER. lHlllftniltUllllUIMtttlllllltttl(IH(lt(MIUlltllU4lt:UtIllUtlllUlllinilll ONVERSTOORBAAR. Indische Schets. door VEIIA. II. Tusschen eenige dichtbegroeide rotseilanden, ?waartegen de hevige branding haar wit schuim hoog opslaat, haar weg kiezend, heeft de Gocluvenj de reede van Singapore bereikt en, lang zaam opstoomend in de richting der Tandjong Pagar Docks, kan ztj weldra haar trossen, uit brengen, om tegerovcr de uitgestrekte kolenloodsen haar plaats aan de kade in te nemen. Mijnssen heeft volop genoten van den prachtigen aanblik, dien de reede van Singapore in den vroegen morgen hem biedt, hier eindelijk niet zonder een bitteren nasmaak evenwel be denkende, dat eerst Engelsche ondernemingszucht dit plekje grond» moest maken tot wat 't K, nadat 't tal van jaren, ongebruikt en vergeten, als waardeloos kapitaal den Hollander had toebehoord. Een tal van s«hepen en kleinere vaartuigen bedekt de uitgestrekte reede. Uit alle oorden der wereld samengestroomd zijn ze daar de Amerikaansche petroleumschepen, ver uit den wal zacht wiegend op hunne ankers onder den regelmatigen golfslag, de zeilen opgerold aan de breede raas kleine kustschoeners en brikken de blauwe pijp van de Holt-line naast de gele pijp der Pakketvaartnaaatschappij zwarte, roode, gele schoorsteenen, al of niet voorzien van onderscheiden gekleurde banden, kruisen of sterren, ter aanduiding vaa de maat schappijen waartoe zij behooren. wit grijs gekleurd liggen naast elkander, een klein on beduidend Hollandscb oorlogsscheepje en een De nieuwe w erïen m Veröi, Men heeft dikwijls erover geklaagd, schrijft dr. Leopold Schmidt in het Berliner Tageblatt, dat wij in een tijd van onvruchtbaar epigonen dom leven, en nergens lieefe die klacht meer reden van bestaan, dan op het gebied der muziek. De groote meesters, aan welke de eerste hplft onzer eeuw nog zoo rijk was, zijn langzamer hand uitgestorven, en geen enkele jongere gene ratie is gebleken sterk genoeg te zijn, om de groote erfenis Ie aanvaarden. Na den dood van Richard Wagner, en nu Brahms ook is gestorven, hebben wij nog slechts n groot musicus over, en dat is Giuseppe Verdi, de laatste der vijf koningen op bet gebied der moderne Italiaansche muziek, zooals von Bülow hem, half in ernst, half in scherts, in een zijner brieven heeft genoemd. De beteekenis vai Verdi is in Duitschland langen tijd niet naar waarde geschat geworden. Domme partijdigheid, kleingeestig chauvinisme en niet minder eea soort van, aestbetisch purisme, dat over bet begrip van «ernst" en reinheid" in de kunst zonderlinge denkbeelden koesterde, bleven blind voor de grootheid van dezen man. En toch is er onder al diegenen, die meenen de schouders te mogen ophalen over het zoo dikivijls mis kende Miserere" uit den Troubadour, geen enkele, die ia staat zou. zijn tot het schrijven van zulk een kernachtige gedachte, vaa zulk een vloeiende, expressieve melodie. Natuurlijk moet men zich, om dat gtheel te kunnen ge voelen, op bet standpunt van den Italiaansclien musicus kunnen stellen. De schoonheid spreekt nu eenmaal verschillende talen, en men ztgt nog niet altijd itta anders, wanneer men het anders zegt. De kracht en oorspronkelijkheid zijner denkbeelden, zijn muzikaal genie, dat hem, waar auderen zich met, abstracte tchema's tevre den stellen, bloeiende klanken laat te voorschijn tooveren, geven VVrli een plaats in de eerste rij der scheppende mus'ci. Wat er valt in te b'engen tegen de wijze van aanwending Vaa ziju materiaal, geldt alleen de werken zijner eerste periode; hierin worden krasse eff eten eu rbythmische banaliteiten, die op het publiek wer ken, niet door dei; meester versmaad. Doch hoe ouder hij wordt, des te meer adel komt er in zijn muziek. Iedere nieuwe compositie bracht nieuwe verrassing MI. Ontsproten aan eeu ver ouderd tijdperk der k urn- 1, slaagde hij erin, zieh de denkbeelden vaa den i ieuwen tijd toe te eigenen, zouder daarbij zi.ja individualiteit te verliezen of te verloochenen, en juist in de veraieagiag dier heide elementen, die geheel iets anders is dan liet tegenwoordig eclecticisme ligt de eigenaardige bekoorlijkheid vau zijn laatste scheppingen vau ,Aï'a," van het Requiem, van Othello" en Falstaff." In den FalstalT', waaruit, zooals van Uü'ow zeide, Mate >gm kon aien, welk een gevaarlijk opvolger »ot)r hem ontstaan was uit, rijn voorganger", vinden vrij een door en door oorspronkelijke scheppings kracht, verbonden met eeu kalme rijpheid van vorm-beheersching, die in de geheele muzieklitteratuur haar gelijke r.ist vindt. N» den »Nibïlungenriui;" (de IVsifrvl" komt hier nitt ia aanmerking) hteft de dramatisch* muziek niets te voorschijn gebracht, dat naast deze part tuur kan worden gesteld. En nu heeft de eerwaardige goija«ard, die binnenkort hij is in hetzelfde jaar geboren als Itichard Wagner ziju S5;n verjaardag zal vieren, en die, naar men zegt, ook weer aan een opera bezig is, ons de nieuwste bemerkten van zijn onvermoeibare werkkracht ge'chor keu. Dit, maal is het geestelijke muziek. Uit Turijn hebben wij gehoord, met welk een geestdrift deze nieuwe werken bij de eerste opvoering op de Turijfische tentoonstelling zijn ontvangen; mis schien interesseert het, den lezer, iet* anders te hooren over de jongste scheppug van den gcvierden Italiaau. De nieuwe uitgave, die evenals alle andere werken van Verdi bij Ricordi te Milaan is ver schenen, bevat, vier I'czzi Sacri," een /['e Deum" voor dubbel koor en orkest, een ^Stabat Mater" voor vierstemmig koor en orkest,, een ,/Ave Maria" voor gemengd soio-quartet en »Laudi alla Ver?'ine Maria" voor vier vrouwen stemmen. liet is geen kerkmuziek in dea eigen lijken. zin van het woord, die Verdi ons hier geeft, ook dan niet, wanneer mea oordeelt van af het Italiaansch-Katholicke standpunt. Daartoe ontbreken twee kenmerkende eigenschappen : de strenge reinheid van den stijl en ol'jeciiriteit machtige moderne Engelsche kruiser ginds in de verte vertrekt eea Rus van de vrijwillige vloot naar Sachalien met ziju lading ballingen hier komt onder de opwekkende tonen der Kellnerkapel een Duitsche Lloydboot binnenstoomeu. Een onnoemelijk aantal sampats, platboomde vaartuigen, door de achteropstaau.de Chineeschc bootvoerdtrs met ongekende snelheid voortgewiekt, onderhoudt de gemeenschap tusschen de op de reede ankerende schepen en den een paar honderd meters in zse uitetekenden, met een ijzeren kap overdekten Johnstoaspier. Op den achtergrond liggen de kleiner» vaar tuigen, Chineesehe jonken met haar grillige vormen en do vierkante matten zeilen, visschersschuiten en AJjehsche smokkelprauwen. Nabij Johustou's Pier vangen de lange huizen rijen aan, die tusschen donker geboomte op klimmend tegen de hellingen der heuvels waarop de stad gebouwd werd, haar bekroning vonden in de boven al 't omringende uitetekende witte massa van het Governor1 s l'alace. Boven de machtige bloeiende handelsstad breidt zich nu een heldere hemel uit, de vrien delijke morgenzon lichtbeelden tooverend op 't zachtgolvend watervlak, een gouden schemer verleenend aan de rotsmassa's waarin de weg werd uitgebroken, die van de Docki naar de stad voert. [Je Gotlavery ligt stil. Een talrijk vreemd gespuis overstroomt 't achterdek, maar ziende, dat 't schip slechts twee passagiers heeft medegevoerd, verwijderen de lieden zich snel, in hun verwachtingen teleur gesteld. Ook Mynssen wacht een teleurstelling. Hij heeft zooveel van Singapore hoorea spreken, dat hij gaarne de merkwaardige stad eens met eigen oogen had willen aanschouwen dit genoegen is evenwel thans niet hem weggelegd. Daar komt de commissaire of administrateur van 't schip hem waarschuwen, dat de passa giers onmiddellijk op de groote boot moeten overstappen, die naast de Godacery langs de kade ligt. Héja, daar ligt zoowaar de Meilourne al, die heeft hij geheel over 't hoofd in de wijze van uitdrukking. Het zou onjuist zijn, den componist te beschuldigen van opper vlakkigheid of het zoeken van theatrale effecten; zijn. muzitk is door en door waar van uitdruk king en het ontbreekt haar niet asn den ernst en de wijding, die de behandeling vau transcen dentale stoffen eischt. Maar Verdi geeft in zijn muziek geen uiting aan de gevoelens eener ge meente, doch aan zijn eigen, zuiver persoonlijk gevoel. Daarmee is het werkelijke verschil tusscheu kerkelijke en wereldlijke muziek uitgewischt, en het individualisme der romantische kunst, die met het R<quiem van denzelfden meester en met Brahms' //Ein Deutsclies Re quiem" in de kerkmuziek was binnengedrongen, tot principe gemaakt. Htt opgeven van stijl tradities is dan slechts een gevolg van subjec tiviteit. Deze, men zou .kunnen zeggen: ver wereldlijkte kerkmuziek zal hoe lange-r hoe meer de eenig mogelijke worden, omdat zij het in dividualisme van onzen tijd ook op het kerkelijk gebied mogelijk maakt. Onder de vier genoemde werken is, dunkt mij, het Te Deum het belangrijkste. Het op schrift; Per doppio Coro" is eigenlijk nitt volkomen juist. De geheele satz is meer bepaald acht stemmig, en slechts in het begin treedt de autiphonische b 'handeling op den voorgrond. De inleiding is zeer merkwaardig. Eerst door de bassen, dan door de tenoren, wordt een rhytmisch vrije, psalmodeerende ;>hrase, een Coïtus firmiu in een oudere kerktoonaard, gtïntoneerd. Dan beantwoorden de beide mannenkoren elkaar pianissi'iio en a rappella in, korte zinnen, totdat, bij de woorden «Sanctus Dominus Deus Sabaoth" het geheele koor en het orkest, fortissimo invallen. Deze introductie, die op de eigenaardige klankverhoudingen der Italiaansche kerken is berekend, heeft een min of meer archaLtisch karakter door de opeenvolging van diatonische drieklatken die zich op n plaats kalm verhtft boven het quintenverbod. Het Sauctus," waai bij een belangrijk thema (1) (plai sunt codi) behoort, leidt tot een Trui/sr/iluin in Ges; de stemmen knielen nog eenmaal in een pianissimo neer en sterven dau weg in een mystieken drieklank. Nu zetten de houten blaasirjs'rumenten een nieuw motief in: (2) dat beurtelings door sopraan, 7 alt en tenor wordt gecontraputteerd eu daarop door de bas wordt, overgenomen. De vierstem mige satz, die nu door de andere stemmen daar tegen wordt, gezongen, heeft een eigenaardige uitwerking door de verdubbeling van de sopraan door de alt iti het, lagere ociaaf. Uit dit thema ontwikkelt zich later de heerlijke melodie: (3) dat na het plotseling met kracht, invallende J'atrcm immei^ae Majesfatia'1 de geloofsbe lijdenis ten einde brengt. De volgende middelsatz geeft ten eeuigszins fugjitibche maar vrije doorwerking van een uit de' liturgie genomen denkbeeld, dat, eerst in de trompetten en horens optreedt bij de woorden: Tu n x gloriae ?."(!?) Na een halfs'ot op de dominant keert liet thema der vereering i2) teru<?, ditmaal in Dt-s en leidt, met het trioleii-motitf tot den prachtigen n C(ipj)eUit-&a\,ï: (5) In kunstige bewerking slingeren zich de motieven (1) en (2; in de inhtrumeutcn en de zangstemmen door elkaar totdat die heerlijke melodie (.'!) die reeds in het (.'oiifMut heeft weerklonken, weer te, voorschijn komt, en tot het, mystieke , Diguare Domme" (Fis-mol!) leidt. Deze s>ati wordt door het geheele koor zacht eu uniscno gezongen. Elkander btantwoordend klinken afwisselend in dur en moll de //mise reres" van mannen- eu vrouwen-stemmen waarop in liet Jint /('v,'/V/v///',/ lut thema vau het Sdlrum-fci- wei r wordt opgenemen, ditmaal in E-dur en zacht begeleid door liet orkest. De cola is gemaal. Driemaal klii.kt, eerst iu de strijkinslrumen'en, dan in de klarinetten en fluiten het motitf (1), driemaal blijft een sologezien. //Zou ik nog gelegenheid hebben om van daar'' op de groote boot wijzende," naar de stad te gaan!J" vraagt liij deu co:nmissaire. //Ik denk 't uiit./' luidt, 't antwoord, »ze moeten daar alleen nog eenige stukjes lading van ons overnemen 't werk van misschien een uurtje. Men zal u dus niet laten gaan, tenzij op uw eigen verantwoording." Dat is een tegenvaller!je. Maar niet de hem eigen geniakkelijkheid om zich over de kleine decepties in 't leven heen te zetten, troost hij zich alras niet de gedachte, dat de geweuschte gelegenheid zich mogelijk later nog wel eens voor zal doen. Den vricndelijkcn commissaire dankzeggend voor de verstrikte inlichtingen begeeft hij zich daarop naar zijn hut, om alles voor de verhuispartij in gereedheid te brengen. Op 't achterdek der lIMoune heerscht intusschen een levendige drukte onder de van de meeste in Qost-Aziëvertegenwoordigde natiën eene staalkaart vormende reizigers. Eugelscheu vau Hongkong eu uit de Straits, Eranschen van Cocliin-China, Portugeezen van imor Delhi en Macao, Spanjaarden van de. Philippijncn, Duitschers, Hollanders bewegen zich daar dooreen, enkelen staan blijvend bij een Hiudoegoocbelaar, die op 't dek zijn kunstje vertoont vau den mangga-tree, een boompje ouder de oogen van de omstanders ontspruitend uit een hoopje losse aarde, anderen weder een kring vormend om een slangenbezweerder, dan wel zich natiesgewijze in groepjes opstellend elkander hunne met de dubbele en meer dan dubbele waarde betaalde, uit de stad mede gebrachte koopjes toonend. Tusschea die menigte loopen kooplieden met gebronsde gezichten, huil ombavwaren, nagemaakte Kashmere-sjawls en hoogklëurige met gouddraad doorstikte stoel en tafelovertrekkeu te koop biedend, liedaard en ernstig beweegt zich te midden van al die drukte de" Indische geldwisselaar, af eu toe een enkelen reiziger staande houdend meteen, ,\vant to change mouey, sar r" Op 't plankier der kade hebben de kleine stem rusten op den toon E; in te speraoi...., daarna verheft zich het koor met een machtig crescendo op den drieklank als in bange onzeker heid in de quint sluitend en de maten van het orkest vormen het slot van het werk. Geheel anders dan dit grootscbe »Te Deum" is het //Stabat Mater." In overeenstemming met het meer lyrische karakter van de tekstwoorden, heeft de meester zich onthouden van gecompliceerden. bouw ; des te meer wordt echter de aandacht getrokken door de harmonische en vooral door de meloiische bewerking van dit vierstemmige koorwerk. Na vier inleidende maten begint in G-moll unisono en a cappella de eerste strophe. Smartelijke accenten in gesyn copeerde rhythmen en een chromatisch afdalend thema verhoogen de uitdrukking, die zich later op sommige plaatsen tot dramatische kracht verheft. Een liefelijke tegenstelling geeft het volgende gedeelte in B-dur, (G) welks zach tere en heldere klanken de troostende wer king der tranen schept af te schilderen. Het Tui nati in C wordt, eerst door de alt al leen gezongen en daarna herhaalt het geheele koor een kwart hooger dea heerlijk uitgesponnen melodischen satz, die met het schoone melisma (7) Ar-h 4J18 t J -j «°«r pTV r _*^_\1 J.' i_ ' » r ? f »^ v. = eindigt. Het is onmogelijk, alle bizoaderheden n voor n na te gaan en daarom wil ik alleen nog maar even wijzen op het verheven slot dat Verdi ook aan dit werk heeft weten te geven. Met de woorden: fac ut animae donetur Paradisi gloria" stijgen de stemmen jubelend omhoog ia koene, breede, harmonieën, terwijl de toon der harpen zich bij de ruisehende orkestbegeleiding voegt. NOS eens fluistert het koor in leege intervallen zijn Amen", daarna sluit het orkest met reminiscenz van het eerste thema in een phrygische cadenz. De instrumeafatie is in beide weikeu vol effect, dikwijls schitterend en dat, het in de partituur ook niet f ai geestvolle trekjes ontbreekt, spreekt bij Verdi van zelf. Door het gebruik vau vier horens, vier fagotten en vier bazuinen, krijgt de klank kleur er iets verzadigds,hetgeen in het ,/Te Deum" uog versterkt wordt door een Engelsch-hoorn en een basklarinet. Vergeleken bij de twee koorwerken zijn de voor solostemmen geschreven composities eenigszins mat. Het Ave Maria is gecomponeerd op een toonladder, die af wisseli nd aan de vier verschillende stemmen is toebedeeld (bij tenor en sopraan een quint hooger (S) ca die de componist zelf vanwege haar oiiorganischeüaard ,,sca'u euiiïmatica" noemt. De vier harmonisaties dezer toonladder zijn zeer interessant, vooral iiuiiiinrr 2 en l klinken zeer goed, T)<: Laudes M.ariau" zijn uvet belangrijk vau vinding, maar zeer tccder, litfelijk en welluidend en zullen in een kerk waarschijnlijk een schoon effect maken. De tekst is ontleend aan den laai sten zang van Dante's //Paradiso." Ook hier vinden wij aan liet slot, eeu behoorlijk Jdaukf ll'ett; pianissimo zingen de vier vrouwei,stemmcn achtereenvolgens de drie klaukeu vaa U- en vau G-dur. * # * Tot, zoover dr. L"opold Schmidt, wiens ana'ysc bij onze lezers zeker dubbele belangstelling zal wekken, omdat de beide door hem besproken koorwerken op 17 December ».^. door de Anisterdaimchc afdeeiing der Maatschappij tot bevordering der Toonkunst onder de leiding vau den lieer Mt;n«cltcrg zullen worden uit gevoerd. mimitiiffimiiimiMuimtiMnnmiiHiiiiiiHiMiiifiiinjiiiinfmiiiiiiitufi» De Impressionisten. IV (tlot). De twee artisten dezer groep, over wie mij, naar aanleiding der tentoonstelling bij DnrandRuel, te spreken overblijft, Renoir en Sisley, hebben beide dit gemeen met zoovelen die in en door de kunst groot zijn geworden, dat langen tijd voor hen de moeilijkheden van het leven met die der carrière" zijn samengegaan. Hun aanvangsti;dperk, dat jaren heeft geduurd, is een zware strijd geweest, volgehouden met ijzeren onverzettelijkheid, die ontberirg en mis kenning niet bij machte waren te verzwakken. Van geen is misschien, door hen die de llltllllllllDMIIIIIIIIIimillllllinilllUttllllllMMnl handelaars zieh opgesteld, hunne koopwaren uitstallend voor de begeerigc blikken van ma trozen en bleeke, ongezond uitziende Pransclie soldaten. Ginds koopt de quartier-maitre een afgrijselijk kleurig doekje voor z.ijn Marscillaansch liefje, zich verwijderend daarop gelukkig en tevreden, met afgunstige blikken nagestaard evenwel door zijn mii;der goed bij kas zijnde collega's. Hier zoekt ook een Frausche tourlourou of legionnairc voor zijn weinige spaarduitcn een of ander nuttig artikel uit lovend, biedend, de schreeu werige stemmen der zich verontwaardigd hou dende kooplieden daar boven uitklinkend. Op den achterzrond staan op de kade de first-, second- en thii'dclass carriages, geel of groen beschilderd, op den bok de Hindoekoetsiers, de hoofden gedekt met breede kleurige tulbanden eu vóór deu toegang tot de aanlegplaats ziet men de Jinricksjah's, kleine lichte tweewielige voertuigen met groote grillige Japansche figuren op 't lakwerk, de Cluneesclie trekmenschen staande bij de wagentjes in afwachting van een mogelijk vrachtje, om dan hijgend en dampend als trekdieren hun loop te hervatten, slechts n genot kennend in dit leven, de door den opium opgewekte hallucinaties, om, na verloop van slechts weinige jaren, afgebeuld door hun vermoeiend métier, hijgend naar lucht, ziel togend nog lurkend aaa de pijp, naar Boedha's hemel te verhuizen ook eea déboucljévoor Chiua's overbevolking. III. 't Stormvreiler, waarmede de ^[elbowne na haar vertrek vau, Singapore en tot zelfs een dag voorbij Colombo heeft te kampen gehad, heeft zich plotseling gelegd en op eeu schoonen mor gen klieft 't prachtige vaartuig met een vijftienmijlsvaart de zacht rimpelende wateren van den onmetelijken Oceaan. De zou, tot dien achter welken verscholen, heeft zich door 't grauwe scherm weten te bre ken en als door tooverslag verdwijnen de wolken van 't firmament, een gouden gloed aan 't hel kunst en de kunstenaars beoordeelen, zooveel kwaad gezegd als van Renoir; geen is mis schien, in den aanvang vaa zijn kunstenaarsloopbaan, zoo verlaten geweest door hen op wie hij recht meende te hebben te rekenen als Sisley. Toch hebben beide bereikt wat, op weg naar hun ideaal, hun bereikbaar toescheen. Renoir zou ik aan mijn lezers kunnen voor stellen als paysagiste; hy is dit met niet minder recht als Monet, Pissarro, Sisley, daarvan ge tuigen zijn werken. Toch doe ik het liever als figurenschilder, omdat als zoodanig zijn oorsproiikel\jk talent en zijn vnrig temperament hem een der eerste plaatsen onder zijn tijdgenooten doen innemen. Het is een der groote kwaliteiten van dezen meester dat hij aan z\jn oaaktfiguren een be koorlijke kuischheid weet te geven, die met een poëtisch waas het prachtig geklenrde vleesch en de mooi gelijnde vormen omhult. Het echte gezonde lever, de krachtige jonge natuur spreken zich uit in die jonkvrouwelvjke lichamen, waarin alles harmonie is. Renoir laat gaarne de zon sch\jnen op zijn naaktfiguren, onder -wier frissche huid wij het bloed ten polsslag zien gaan. Uit de talrijke schilderyen die ik van hem zag, meende ik tot zijn voorkenr voor blond te moeten besluiten, zooales ik in het kleine voor hoofd en in de ietwat sterk ontwikkelde onderkaak bg herhaling hetzelfde type, zoo niet hetzelfde model, dacht te herkennen. Bg Durant Ruel gaven twee zeer mooie naaktgfiuren, een brunette en een blondine, een voortreffelijke gelegenheid tot vergelijken. Beider lichamen zijn en profil van de linker zyde; zij hebben het hoofd zoo gewend dat wy het ge laat voor drie kwart zien. Het onderscheid in karakter der beHe jonge vrouwen, niet alleen in de kleur van haar en oogen, maar in geheel de tint van bet vleesch en de physionomie, bijna zou men kunnen zeggen in de anatomie, van het lichaam is zoo treffend, dat er van verwarring geen sprake kan zijn, de harmonie bij beide, ieder voor zich zelve, is volkomen. Even merkwaardig als colorist van het vrouwe lijk lichaam, wiens groote gaven als teekenaar op elk zyner schilderijen aan het licht treedt, is llenoir als ongemeen opmerker der mobilités caractéristiques de la pbysionomie huniaine." De twee schilderijen JDame a la vitte" en Danse la campagne" bewezen dit, ieder daarvan stelt een dansend paar voor, het eene elegant, los, vol bevalligheid, het andere zwaar, moeilijk in zijn bewegingen. Een van zijn mooiste schilderijen, lang reeds bekend, zag ik hier weer; het is Jeunes /(Hes au )>i(/,no", twee al'erliefste meisjes, de eene aan het klavier gezeten, de andere er bij staande, beide vol aandacht voor de muziek; dit schilderij tinti It van jeugd en onschuld, in zijn lichte kleuren en tinten die de jonge uiiimntiiuiniiiiniimitnntiiimitiinimmn c/licL 40 cents per regel. iiiimiimiiiitiiiinimiiMiiMiiiiii MIIIIIIII1II1IIHII Foulard-Zijde eo et. tot f :ï.;5.~i p. Meter. Japawche, Chineesehe enz. in de nUmvste dessins en kleuren, alsmeda zw.rte, vitre en g<k!eurrl>< HeHoebei'Jj" Z.tJtle van 35 et. tot f 14.05 p. Meter (fi^n, gestreept, geruit, gewt-rkf, damast enz. (ca. 240 versch. qual. en 2000 veracb. kleuren, dtssins enz.) Franco en vry van {nvoerrectiten in Uuis. Stak-n omme gaand. Dubbel brief porto naar Zwitserland. G. Henneberg's Zijde-Fabrieken (k. & k. Hoflöver,), Zürich. MEIJROOS & KALSHOVEN, A r nhe m. Piano-, Orgel- en Muzlekhandel. Ruime keuze in Huurpiano's. Dagelijks vertrekt van de ROYTERKADE naast de Kettingboot 's morgens 10 uur een Stoomjaebt naar >lAKIiE> via BROEK IIV WATERLAND en iHONNIKENI>An, en terug over de ZUIDERZEE. Aankomst AMSTERDAM ca, 4.30 n.m. DE HAVENSTOOMBOOTD1ENST. der uitspansel licht en leven brengend overal. Schitterend in deu zonneschijn schuiven de scholen vaa vliegende visschen over 't water, uit hun zoete rust opgeschrikt, door den nade renden kolos of eea vervolgenden grooten mede bewoner der zee. Op 't achterdek van de MMournc koesteren de passagiers zich, op de veelsoortige dekstoelen gezeten, in de door tent en een frisch zeebriesje getemperde zonnewarmte. Miji ssen. op de balustrade der verschansing gezeten met, den rug leunend tegen een in de davits hangende reddingsloep, laat zijn bukken gaan over 't geheele gezelschap eu merkt daarbij tal van nieuwe gezichten op, die hij tot dien niet heeft ontwaard, wijl de zoo gevreesde zeeziekte de meeste reizigers aan hun hutten heeft gekluisterd gehouden. Een gelaat vooral wekt zijn belangstelling op. Op een langen Singaporestoel uitgestrekt ligt met half gesloten oogen een Franscb souslieutenant, 't doodsbleek, sympathiek gelaat naar boven gericht, een trek van lijden en pijn zich duide lijk daarop afteekenend, //Kameraad, valt 't u ook al op, hoe slecht mijnheer Delatre er uitziet ?" Een Fransen officier van de infanterie der marine, met wieu hij kennis heeft gemaakt, stoort Mijassen, aldus in zijn beschouwingen. «U bedoelt dien sous-lieutenant daar ? Ja 't is ontzettend zoo bleek als hij er uitziet. Hij is niet jong meer, geloof ik ?" //Oh neen, hij is heel lang onderofficier geweest eu toeu voor betoonde dapperheid tot officier bij de gendarmerie benoemd." //Zoo? Dat moet dan wel een kranig stukje zijn geweest, waarvoor men hem zoo schitte rend beloonde." 4Een heldendaad. Interesseert 't u wellicht':" «Zeker, u zou mij eeu groot genoegen doen." //Eh bien" zich raast, zija Hollandschea col lega plaatsend begint de Franschman al gesticuleerend zijn verhaal. (Slot volgt).

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl