Historisch Archief 1877-1940
D E A.M- S T E B D A M M ER W E E K B L A D VOO R N E D E R L A N .
No. 1108
Keizerin Elizabeth.
In het jaar 1853, toen de jonge keizer
Franz Jozeph zich te Ischl bevond, ver
scheen daar ook prinses Ludovica van
Beieren met hare dochters. E-jne van
deze laatste, zoo fluisterde men elkander
in de hofkringen toe, was bestemd orn
keizerin van Oostenrijk te worden. Maar
dan toch zeker niet prinses Elizabeth, een
echte wildzang, nauwelijks zestien jaren
oud, in houding en manieren nog een kind,
wier dwaze invallen en wilde spelen de
deftige hertogelijke familie reeds heel wat
zorg hadden bereid. Had het gezonde,
levenslustige prinsesje niet reeds op haar
negende jaar »circusje gespeeld' in haar
vader's manege en daarbij vrijwillige en
onvrijwillige buitelingen gemaakt, die van
eene hartgrondige minachting voor de
etiquette getuigden ? Neen, aan zulk een
spring in-'t veld kon de' ernstige, stille
jonge keizer niet denkeu. De uitverkorene
moest de oudere zuster, prinses Helene
zijn. Voor prinses Helene waren dan ook
rijke toiletten en kostbare parures mede
genomen.
Toen keizer Franz .Joseph zich reeds in
den vroegen morgen bij de dames aan
meldde, konden de hertogin en prinses
Helene hem niet ontvangen, omdat zij
nog met haar toilet bezig waren. Prinses
Elizabeth, die nog niet als dame werd
medegerekend en 's morgens een heel ge
woon japonneljs droeg, was bij de hand
en liep vroolijk haar keizerlijken neef te
gemoet »Grü*s di Gott, Frunzel!" riep zij,
hem hartelijk de hand schuddend. Franz
Joseph had schik in het mooie, eenvoudige
en opgewekte nichtje, en toen de beide
andere dames binnen kwamen, zaten
«Fratizel" en het hertogelijke
asschepoestertje reeds als een paar oude vrienden te
babbelen.
Den volgenden dag zou er een groot
bal worden gegeven ter eere van de Beiersche
gasten. Keizer Franz Joseph bracht een
balbouquet mede, nu zou hij toch zeker
prinses Helene door zijn bloemengave als
de uitverkorene zijns harten aanwijzen.
Maar de keizer ging rechtstreeks naar het
kleine prinsesje, »het roosje van Beieren",
dat er in haar simpel baljaponnetje aller
innemendst uitzag, en hij week den ganschen
avond niet van hare zijde, en schreef den
volgenden dag aan zijn inüemsten vriend,
graaf Taaffe: »Ik ben zoo verliefd als een
luitenant en zoo gelukkig als een god."
Zoo begon de idylle, die slechts weinige
jaren zou duren. Keizerin Elizabeth be
moeide zich nooit met de politiek, maar
bad toch in rnenig opzicht een gunstijren
invloed op haren strengen echtgenoot. Zoo
werd op haar verzoek de barbaarsche straf
van het spitsroedenloopen voor de soldaten
afgeschaft, en wist zij te bewerken, dat
politieke gevangenen niet langer als boeven
van de ergste soort met zware kettingen
werden beladen. Weldadig en liefderijk
was de keizerin in hooge mate,
betooverend door hare buitengewone schoonheid,
daarbij smaakvol, intelligent en zeer
ontwikkeld. Doch zij bezat niet de kunst
om zich populair te maken, de
Leutseligkeit,'1 die den keizer in zoo hooge mate
IttlinUIIIIMIlminmilMIMIIIimMllimMIIMEtllHMMIMMMMMMlMHimlili;
OHYERSTOOliBAAR.
lialïxche Schets.
door VEIIA.
(Slot.)
In levendige kleuren schetst hij nu hoe
DelÉrre eens bij de voorhoede eener colonne
ingedeeld, toen alle officieren der compagnie
buiten gevecht waren gesteld, den door een
paniek bevangen troep in bedwang had weten
te houden en eenige aanvallen der met groote
overmacht aanrukkende zwartvlaggen had afge
slagen, terwijl de in een smal defilévolgende,
van alle zijden bestookte hoofdmacht niets had
kunnen verrichten tot hulp van de in 't nauw
gebrachte compagnie der voorhoede. Door dit
moedig stand houden had hij ook 't geheel voor
groote verliezen bewaard, wijl 't door hem be
zette punt, eenmaal door den vijand ingenomen,
dezen in staat zoude hebben gesteld het
deboucheeren der colonne ten zeerste te beanoeielijken.
,üaags na thuiskomst van den troep," zoo
beslu't de verhaler, werd Delatre bij den
colonnecommandant geroepen en deelde deze hem mede,
dat hij op diens voordracht telegrafisch tot
officier der gendarmerie was benoemd."
De Franschman houdt even op en ziet nu
hoe Mijnssen een blik van bewondering werpt
op den lijder.
//Een held niet waar? En dan zoo te moeten
sterven."
Onthutst ziet Mijussen den spreker aan.
eigen is en waardoor deze, zelfs in zijn
meest autocratische en reactionnaire dagen,
bij zijn onderdanen, vooral bij den
zoogenaamden minderen man," zoo bemind
bleef. Ongaarne nam zij deel aan
hoffeesten en ceremoniën, maar nog meer
schuwde zij de aanraking met het groote
publiek, tenzij zij zich daaronder incognito
kon bewegen.
De lange reeks van rampen, die het
Habsburgsche Huis gedurende de regeering
van keizer Franz Joseph hebben getroffen,
zijn op den geest en het gemoed der
keizerin niet zonder invloed gebleven.
Ook hare gezondheid leed daaronder, en
reeds in 1S61 was zij genoodzaakt herstel
te zoeken op het eiland Madeira, waar
zij eenige jaren bleef. Toch verzette haar
krachtige natuur zich zooveel mogelijk.
Zij trachtte voor hare vele en groote
zorgen afleiding te vinden in krasse
lichamelijke inspanning; zij was eene
hartstochtelijke cuyère en eene geoefende
bergstijgster. In lichamelijke vermoeienis
meende zij het beste middel te vinden om
de slapeloosheid, die haar kwelde, tegen
te gaan. Wij herinneren ons nog hoe de
slanke, elegante vrouw, ook op rijperen
leeftijd nog eene schoonheid, tijdens haar
verblijf te Zandvoort velen verbaasde en
van hare minder getrainde" hofdames
haast het onmogelijke vergde, door bij
voorbeeld wandelingen langs het strand
te maken van IJmuiden tot Soheveningen.
De zwaarste slag, die haar heeft ge
troffen, was de smadelijke dood van haren
eenigen zoon, den begaafden kroonprins
Rudolf. Zij zelve wilde toen den keizer
de droeve tijding, mededeelen. Z j was hem
eene hulpe en etui steun, en met recht
kon destijds nog de k ei/.er zeggen: ,,Ik;
dank den hemel, die mij zulk eene vrouw
heeft geschonken.''
Sedert die katastrophe heeft de keizerin
een treurig leven geleid. Doelloos zvierf
zij rond langs de kusten der Middeilandsche
Zee, overal rust zoekend in verterende
bedrijvigheid, maar die nergens vindend.
Op Corfu liet zij het wonderslot Achilleion
bouwen en richtte daar een mausoleum
op voor haren betreurden zoon. Maar op
den duur viel de eenzaamheid haar daar
te zwaar, en zoo begon het reizen en trek
ken opnieuw.
Dr. Christoraanos, die jaren lang de
voorlezer der keizerin is geweest, verhaalt
hoe zij eens tot hem had gezegd: Wan
neer de wensch om te leven ophou-1', s'aat
men eigenlijk reeds buiten het, leven." Dat
was de beschrijving van haar eige.i
go^s'estoeïtand. Later kwam zij nog op dit onder
werp terug: ,,01' on wanneer ik werkelijk
zal sterven, is eene bijzaak, waarnaar ik
nieuwsgierig kan zijn. Er i* iu het; leven
van ieder me,n,-eh ten oo^eiiblik, vaarop
hij innerlijk sterft, en dat behoeft juiat
niet hel oogenblik vau oiiien werkelijke»
do 'd te zij'i.'1
Keizerin Eüzabeth bad een zeer ont
wikkelden zin voor poë/.ie; bekend is hare
bijna d'.veepen.le vereering voor Ileinrich
Ileine, wiens werken haar overal vergozcl ?
den. Op Corfu heeft zij zich onledig ge
houden met eeue vertaling van
Shakespeare-fragmenten in het Nieuw-Oriekbch,
dat zij volkomen mees-ter was. Maar boven
al had zij een open oog voor du poe/Je
in du natuur, en zij wist die aeathetische
geestdrift ook aan anderen mede te deelen.
,,Ik hè!) met hare oogen de schoonheid
die in het leven verborgen ligt., gezien,'''
schrijf i Dr. ('hristomanos zii heeft
mij het, mysterie getoond van de bergen
en de golven; zij h et f t mij de innerlijke
betrekkingen doen gevoelen tusschen
menschen en bloemen en booracn. De oneindig
heid van den Oceaan heeft zij voor mijn
oogen ontsloten; het blauw van den hemel
heeft zij geleend aan mijn droornen, de
zang der pijnboomen heeft zij in mijn
woorden doen klinken .... Haar
ond-jrdanen hebben haar niet gekend, en lang
ook baar miskend.
«Wanneer men zoo groot is als zij, is
een troon te gering. Niet dat zij zich
onttrokken heeft aan hare plichten als
laridsmoeder, er was geen zachter, geen
weldadiger hand dan de hare. Maar van
de uiterlijke eischen van den troon, van
het schitterend omhulsel zonder kern, zocht
//Ja wat er aan te doen r Delatre ziet zelf
ziju toestand in en zijn grootst* illusie is slechts
voor ziju dood zijn oude moeder weer to zien.
\Vi'i vreezen echter 't ergste voor hem bij 't
passeeren van de Hoode Z-'e. Hij heeft namelijk
zware dyssenterie. Arme jongen, ik geloof dat
hij zijn oude moeder nooit terug zal zien."
Wederom zwijnt de Franschman en beiden
blijven eenige oogenblikkeu staren op dat bleek
pijnlijk verwrongen gelaat.
Treurig niet waar'r Zoo'n dood te moeten
sterven en dat nog wel door toedoen va i een
eervcrgeteu chef.''
Viv.günd ziet Aiijnssen den ander aati.
Schouderophalend gaat, deze voort: Och,
waarom 't te verzwijgen? Men treft ze toch iu
alie standen aan, overal in de geheele wereld,
die onwaardige sujetten, Judasaaturen ais 't
ware, voor wie elk weldenkende slechts de diepste
minachting gevoelen kan. U moet dan weten,
dat DelïUre 't laatst aan de bezetting van Tugen
Qyan tijdelijk was toegevoegd, alwaar de com
mandant d'mfauterie de marine Bouclion't bevel
voerde. Tusscheu die beiden schijnt vroeger
iets te zijn voorgevallen wat onzen vriend hier
de haat van den ander op den hals gehaald
had. Om kort te zijn Dela're was reeds
eenige dagen onwel, toen ISuuchon hem tot
zich liet ronp.iïi, om hem een commissie op te
dragen in een streek in de buurt, die om haar
ongezondheid bekend stond. Delatre aarzelde
natuurlijk uithoofde den slechten staat zijüer
gezondheid, toen, eerst na Bouchon's dood
kwamen wij 't van hem te weten, vroeg de
commandant hem of hij wellicht bang wa<,*niet
in zulke juiste termen, maar 't bijtend sarcasme
geen twijfel overlatend aan de beteekonis der
woorden. Delarre ging en -werd een wefk later
meer dood dan levend teruggebracht. Na een
zorgvuldige verpleging van enkele maanden
zij zich los te maken. Dat konden de aan
de prachtontwikkeling der oude traditie
gewende Weeners niet begrijpen. Zij was
eene innerlijke keizerin, eene keizerin van
de bekoring en van de ziel, en niet vau
den diadeem Zij behoorde meer tot de
elfen, dan tot de kinderen der menschen,
die in de steden wonen. Daarom voelde
zij den drang naar buiten, ver weg over
de zeeën en de vlakten naar de hoornen
en de weiden en de hoogste bergtoppen,
die, wanneer zij ze had bestegen, voor
haar slechts eene trede waren op den weg
omhoog, dien zij te gaan had. Dan werd
zij een ander wezen. Wanneer zij op een
bergtop stond, de zwarte, slanke gestalte
als een cypres uit het kerkhof der
menschheid, omstraald door het gouden zonnelicht
van het eeuwige leven, - hoe jong was
zij dan, zij die reeds moeder en groot
moeder was; hoe straalde uit haar oogen
de onvergankelijke kinderlijkheid der ziel,
uit die oogen, die in de dalen der raenschen
zooveel tranen hadden vergoten."
De geest, die den vertrouwden dienaar
zulke woorden ingaf, moet iets
buitengewoons, iets buitengewoons aantrekkelijks
hebben gehad.
* *
*
En nu heeft de veelbeproefde, de moede
zwerfstcr, rust gevonden.
De jammerlijke moordenaar, wiens
zwakke hersenen door Herostratus-ijdelheid
en averechtsche vrijheidntheorieën beneveld
zijn, heeft misschien gemeend, der
rnenschhei.l een dienst te bewijzen, en hij heeft
slechts eene menschenziel uit haar lijden
verlost.
Maar van zijn slachtoffer, dat wij niet
beklagen, wenden zich onze gedachten
met deernis tot den grijzen monarch, die
in zijn »jubeljaar'' den wanhoopskreet niet
kon weerhouden: «Mij wordt op aarde
geen enkele smart bespaard!"
uiliimiiiMiiiiiiiiiiiuiiiiiim
Sociale,
iMiiiMmniiiiiHiiiimmiiit
Het congres der enplselie Trafle-nnions en
een korte nacetraclitiiig.
(Slot.)
De £roor;.>:ar.is:eer(h> en<>:olsehe arbeiders
zijn p>aktkcl'.e lie<!en. Zij zouden niet
gaarne meer den ovrwep-eixit-t) invloed
v a'i d-n S'nat, voor zoover zij dantover
kimju'M ly Fcliüikni. hri'ov workir ">? hikn,
in hun behing, l-itcjx nik-el. H,'<k r t. du
ervariuaen V"" ek>, l..ni <'e J-IFVÜtrachten
?ij de iiiedoverkinp van den Staat te
',xrkriisjen of dio te verste', ken.
Het vo<jr."-tel om f-lcehts <lifi c.'iiididulen
te steuncü, v:-.n v ie men v.^el o. in. dat/e
voorstanders van den jilpromycuen s uri^en
arbeidsdag zijn, werd dan ook /onder
beduidendeii tegenstand aanpynomen. M.:t
uitzondering van a groep de
tni.jnarbeiders van Durham was du
h.btemniing algemeen.
Veel suoees l;fid A. Wilkie van
Newcaslle. de vo'iiv.iti.'r vsui bet i.:.;'ii.::;( ii!;;!i'o
Comité, ufgev.-ïrdigde van de scheeps
bouwers, met zijn ontwcrp-btsluit : otn de
arbeiders d t-r i/ü'ieele wereld nad-.-r tot
elkander te Im-nur-ii 0:1 nauwkiuiige
inlieh'inp'on hei r-: iï' ai de hun po-ilio en (ie
atbeklsvooiwa mie!! in liet «Ure/neon, in Ie
winnen en otx >.b.inr te ranker;, worde liet
parlenientain; coiiii'éopgedra^'e-P,
omier
sche en de buiieiiiiind.-T'ne arheid'-rsgroepon
uit te lokken in zooilnemk- inteni:inoii;;le
i'ongres.-en van v.crklieden, (tic tot verwaiile
vakken behooren, voor te bereiden, niet
de bedoelii'p: om kan bet y.i.-n
inter
te verkrijgen.
liet vorige ja.ir n o,;- WEI? ren dcrp-lijk
voorstel zonder veel tr.ue?-stand vetvvorpesi.
Xu, evenwel, bleek ;>1 spoedip: dat vek-n
van jrevoele.n veranderd waren : dat de
harde lessen van dj laatste tijdon, ook in
(ie kringen der en.a;el-ehe arbeidt)s, het
C'eloof i 11 ei»en ]-r;;eht biidden verzwakt
en dat ook daar (ie noodzakelijkheid van
intf'rmUionï'.le siif.ifiiwerkinfr v-unl crkond.
Reeds h.cbboi 'Ie wei kliedt-n vai'. c;-.k( Ie
vakken hun internationale congtv.-sen ;
wij wenschen zeide de voorsteller
dat die meer algemeen worden. Don
engelschen Trade-unionisten ontbreekt een vol
doend aantal mannen, die in staat «ijn de
verhandelingen en de briefwisseling in het
engelsch te vertalen. Daarom moet den
kinderen onderricht gegeven worden in de
vreemde talen. De spreker had nog kort
geleden, zelf met schaamte de ervaring
opgedaan, dat hij niet in staat was de
duitsche kameraden in hun taal
toetespreken terwijl velen van hen, zich van
de engelsche taal konden bedienen.
De bejaarde afgevaardigde van Sheffield
het gemeenteraadslid Hobson, besprak de
wenschelijkheid om het parlementaire comité,
tot het centraal lichaam voor het verkeer
met de buitenlandsche arbeidersorganisaties
te maken. Hij wee? op den groeten geldelijken
steun dien de nmchinebouwers gedurende
de laatste groote werkstaking uit het bui
tenland hadden ontvangen. De helft van
de genoten 28.399 pond sterling was alloen
door de duiische broeders bijgedragen. De
arbeiders van het continent hadden zelfs
het plan opgevat, een congres samen te
roepen om de engelsche machinebouwers
krachtiger nog te holpen. Tegenover zoo
veel daadwerkelijke hulp, tegenover zulke
kranige bewijzen van onderlinge belang
stelling en solidariteitsgevoel, mocht de
engelsche werkman, van zijn kant, niet
langer van verre blijven staan. De arbeid
zij voortaan internationaal, evenzoo de
werkstaking. Er zij in de toekomst niet
meer een engelïche, een schotsche of een
jersche loonstrijd. Elke loonstrijd wekke
in het vervolg de belangstelling van de
werklieden in de gansche wereld; het on
recht n arbeider aangedaan, trerïrf voort
aan de arbeiders van alle landen !
De spreker had zich blijkbaar nogal op
gewonden. Maar treffend is het, dat der
gelijke woorden bij de vergaderde engelsche
arbeidersafgevaardigden thans algemeenen
en grooten bijval vonden. Do nederlaag
in den prooien strijd der machinebouwers
heeft invloedrijke gevolgen. Dat is te ver
wachten geweekt. Hierop heb ik indertijd
ook in deze rubriek gewezen. De victorie
der ondernemers doet hierdoor aan een
Pyrrhus-overwinning denken.
* *
#
Ook hier gingen stemmen op om de
wenschelijkheid van protectionistische maatrege
ien te beph-.it.en. Dit onderwerp is dan ook
f.iii;tr;jkkelijk voor cppi rvlakkige of voor
pi'.rtijrli^e 'ifooidfchiai'i». Voor hou i ven wel,
die verband tu.-sciie'ii den gekoclite.i i'ivoer
011 den uitvoer ter betaling d.iarvan hebben
keren kennen, is bemoeiüjki.'-g van het
inteiuatiouaal ruilvevkeer schier altijd uit
den boo/,e. Een ruimere kijk op dezen
fdineiJiaiiir, dien cotiige zonen van (.'?>!.)'ieii's
v.ük rhiiid huilden, (b e'i hen i;L- V'."-'<L:ui^ers
vun lief, viijr- luilsystcum optreden. Zij
haddon sp.'Kili'j: de groote liitvrderheid aan
hun kr.i.ti. l),1 pas g.'nomen be.-luilen,
bcirt i!'.-r,()e het gc-nn eii.-e'napjielijk optri-den
(L-r \voiklioli-n v-.in :ii!o huiden, kwamen
in nioL «.'tiinp' jviato. hun te hulp oai de
t ,-f;( i.hf:uid< i1.- v??(»' do boto-i^en ten bate
viin il( n vi'ij-Ti koop en verkoop, ontvan
kelijk Ie maken.
*
Een vroolijk mor>ieül; bracht de opge
ruimde rod-jvoeving van den kollntr \rog'>l.
Toch had hij slechts kiaaglicderen die hem
ita.ileiding gavüii o;n het congrcis over te
h a len tot liet uit>pri'ko:i van de.
\vei;:-ehelijkhcid, d;it : n. kollners uivt langer als
(iü-iir-lboiK-n n-iuar fdti arbeiders door de
VMt /.ouden worden beschouwd, /;. voor
hc.d':-;idrii be':i; ileo .1 '\jair-n. d1.; wokolijkscho
ai'))'.:!<i-di!Uj' v;ui <l tot Ijl uren wordt
gereduceerd, /-. de patroons, door wie van
de lo'tnvcgoiitig wordt afgeweken, niet be
voordeeld worden door (ie georganiseerde
arbei-ler-, tl. het pat l inent, gedurende elke
7.ittnii:ï-pürio(l.-, minster.» '?'> > (logen aan dis
iii'boidor.swi'tgeving zal be^teJen en c.
den kellnoij vn;h-jid zou woi'il-.-ii gtlalon
om ook eeii s:ior te drag."n '. De g.?eslig-i
i-edensfU1 had volledig tucco.s. liet cjngivs'
i'.irn allo. voon-ii. He;, aai:.
T«r ''pwekki';;g v;\n hel eol.'darileit.'pcvocl
w-.'rd feu molic v.u; ry.npatle 0,11 tot
o:ul"i'Pleiiüiiig va:i (U: sla~.ei"ie ni;jnarb:idet's in
\\ nk>, ii.'\"gt.'i!')iuoi!. Doxen bobben
ini!-.i.!d;'l.s den ?-;iij ! Verloren. Die
telrursieJi.ng en (ie Iioivijx 'n van bclargstolliug
van dt- ij d o d-.-r vorocnig'lH werblied-'i',
zullon hen wafir.-iihijinlij'k iiieer toegankelijk
maken voor mannen der Trade-Unions die
l;en lot du nl^tiiit'ti,t!.'ï:iiiienwerkin« wll'.:a
overhalen.
* *
&
Do. werkzaamheden van d,-n derden
congres-dag worden door oen fdlen brand,
(iie (en goih-e.l'.c van hel vergaderlokaal
en al de papkren van het bestuur
verHint i in,im
l
' knapU: hij weer ecu weinig- op, uoc'i vrees ie
nieu bij ccn laiürcr verblijf ia A/.iëvoor et:n
terui'storta), waarvan zie'i rceJ» cnkck;
voortuekeiiEH hadden vertoond. 7/io k'.saai l,ij i.i-.r
; iian boord, ik vrtfij cuiit^r, j;i. . ik M-COS . . ..
j »L sprak /.occvcu van den dood van den
l commandant liouulum. Ls di:ze oulangs
gei siieuvekl'r''
j De commandant Bouclion? Gesr,fuv;;!(J,
? vraast u r Ja bij i en excursie tegou de ])ira1en
' door 't scliot va:i (,cu It^ioimain-, dien kij
i tevoren als commandant de p'ace voor een nietig
| vergrijp reeds niet di-gradati;; had gestiaft. ])e
; jozigfn was met terstciiiiiiing van zijn
pdolous' coaimandaut even aclitergcblevcii om een man
kement aan zijn geweer te herstellen. Daar
komt ouchon op hem aangereden. Lafaard,
kruip je weg? Terug op j:: plaats in 't gelid!"
De man was zichzelf geen meester op deze
' heleedigcude toespraak en geen seconde later
; lag- Bouchon zieltogend op den grond de
; legionnaire had goed gemikt. J k zelf heb 't
' vuurpelotoii gecommandeerd hij de ex -cu'ie
van dien armen kerel. Vi"e haddeu allen diep
; medelijden ni"t, iiem. J\Iais vrai? Quant a nous
les au tres, la pitic s'en va au didble, q'iand Ie
devoir nous appelle."
IV.
! Een fel verblindend licht, 't, oog p'julijk aan
doend, heerscht iu de straten van Port-Said.
'tGehecle heir van bloedzuigers, dat vóór de
landing der passagiers ecuer aankomende boot
reeds gereed staat, aan de kad,^, om zich gelijk
die onhebbelijke dieren aan de rekig rs vastte
klampen, de ezrldrijvers, gidsen, kooplieden, de
boereuvangers, flessclü-ntrckker-; en halsafsuijders
\ vau I'ort-baid zien zich allen iu hun verwach
tingen teleurgesteld, wam.ctr de p-issagiers der
'Mi-Ui'jiirrn' bij 'taan wal st.a]ipen hun
aanbiediiigen af-man en zich in de richting van 't
l'"ransclie e <n.-ai;a,;t bigeveu.
Niet lang (hiariia zie', men uit dit gebouw
ren sonihjreii, 1rcur;u'-ai stoei, te voorscliiju
komen, een lijkkist niet de l'ranschc vlag gedekt,
door een twaalftal stoere matrozen vau boord
vooruitgedratrei;, daarop volgend iu ktnce rijen
c!a belai.'gs'eüeiidi'ii, waaronder wij ook Mijnsscu
cptncrkcu. die voor deze gelegenheid ziju groote
tci.ne heeft voor den dag gehaald.
De benauwende zonnelutte drukt loodzwaar
op de hoofden ik r slechts langzaam
voortschriji)ei;(k'a in den stoet en verruimd
herademen zij allen, wanneer eindelijk 't doel van
den tocht, het Ivjouisch-Katlioliek klooster is
bereikt.
Iu de sobere meer dan eenvoudige kapel vau
't klooster staan ten slotte allen iu eerbiedige
houdiug om de baar opgesteld en neemt de
plechtigheid van de inzegening van 't lijk een
aanvang, een aangrijpend tafereel, de vier
monniken met kaalgeschoren hoofden, de lange
verwilderde baarden neerhangend op de harige
bruine pijen, liuu ktaiiKÖn opdreuuend op som
beren drocf-get'stiïcu toon de vrijwillige
levend dooden treurend om den in waarheid
afgestorvene.
Ouder ten helderen sterrenhemel verlaat de
3Irlbri".rii'' de reede van Port-Said en
gracieuselijk dompelt zij haar voorsteven in de watereu
der Middeilandsche zee, zich daarna weder op-,
richtend, een groet brcr.c-eud als 't ware aan 't
reeds niet meer verafgelegen vaderland.
'( Diner is juist afgeloopeu en langzamerhand
komen cl c verschillende passagiers hun uitge
zochte plaatsjes weder innemen.
Mijnssen heeft, zijn geliefkoosd plekje op de
verschansing, bij de rcddingsloep, weder
opjenielde, verstoord. Dat was vooral daarom
te betreuren, omdat die dag was aangewezen
voor de behandeling van het gewichtige
voorstel om, met behoud van zekere zelf
standigheid, alle Trade-Unions door een.
algemeenen federatieven band te verbinden
ten einde, zoo noodig, als n groot, machtig
lichaam, dat aan een centraal gezag ge
hoorzaamt, me overweldigende kracht te
doen optreden. Nu sprak het congres alleen
de wenschelijkheid uit dat, uiterlijk in
Januari 1899, een speciaal congres voor
de behandeling van deze hoogst belangrijke
vraag zal worden uitgeschreven. Dit be
sluit verkrijgt meer beteeken is door kennis
neming van de toelichting door den voor
steller, een afgevaardigde van de
vereenigde koetsiers, die steun vond bij een
gedeputeerde der maehinebouwers ? ge
geven. De toenemende organisatie van het
kapitaal, zeide o.m. de voorsteller, ontneemt
den mannen der rade Unions alle hoop,
tenzij ook zij het goede voorbeeld vol
gend een verbond dat allen, ook de
«ongeleerde" arbeiders omvat, tot stand
brengen.
* *
?XGroot is de beteekenis van dit congres.
Het legt het zwijgen op aan hen, die
meenen nog steeds te mogen verwijzen
naar de Trade-Unions als voorbeelden van
krachtige werkliedenvereenigingen die nog
gelooven en vertrouwen hebben in
oeconpmiache actie allén en af'keerig zijn van
uitbreiding der sociale wetgeving in de
richting van die in Nieuw-Zeeland, waarvan
ik de vorige week het een en ander aan
stipte.
Aan wie de schuld? Sommigen zouden
antwoorden: aan de engelsche ondernemers,
vooral aan hen, die o. m, door uitsluiting
of bestrijding der patroons die in den
grooten oeconomischen oorlog der machine
bouwers, de partij der werklieden wilden
kiezen.
Anderen, ge'lachtig aa.n het «alles is in
alles" en aan bet philofoti c'ae: Tout savoir,
c'est (out pardonner, zien in de handelingen
van de patroons zoowel als in het gewijzigd
optreden der britsche, kloeke werklieden
een onverbiddelijk noodzakelijke conjunc
tuur, de openbaring van de voortgaande
logische evolutie der bestaande
oeconomische organisatie, waarvan de grondslagen
zijn :
a. alle zaken, behalve de wettelijke
uitnjiimnm.>ti:u!i
40 cents per regel.
iamasi-Zijde 65 cent
t»*: 'ï-I.ï>3 p^r M l T al-mOi!-; ??,-arfe.
v. l't j i"\ g-klird; .l«>:i -ieS>;-r^-. Mi.jjSo
V.MI :?«"> «'t. to'; f I i.«{5 p r Mott-r eff.'.n,
j: .-tii-t ji', j-trui', grvVL-iki, f uriM-t eux (ei 210
V-i'M'h. (p'a1. eri 2<J(H) v-r-rli. k) u-e;:, d ssins
enz.) franco en \vl\ v;ui
iiivoer»-CM'Ïj(eii i:i Imis. btilni iiumogaand.
i.'ii'uhel l-rkkjorto mar X vilscrla-td.
G. HBimeborg's Zijie-Fabriekea
(k & k. Hoflever.), Züricli.
lïoofcl-Depwt
VAN
Dr. JA-.GER'S ORIG.
K. V. Dr.fscni.i-; HKNGER,
AniKtenlim, lïulrt:r*ti: lf>7.
Efiüg jip.ciuliteit in (leze
artikelen in geheel Netlerl.
l r K li e m.
Piano-, Orgel- en Muziekhandel.
Enime keuze in Hunrpiano's.
Dagelijks vertrekt van de RUYTKRKADE
rr*a,st de Kcttinghoo' 's morgr-ns 10 uur een
SroomjVht naar >IAUÜEX via BROEÏi
IX WATERS. 1X1» en
.TBOXX1I4EX»AW, u. U'.rucc ov-.r de ZU1UEUZEE.
Aankomst AMSTEBUA^l ca. 4 ;5üri.m.
DE HAVEiMSTOOM803TD!£N3T.
lltnlMHHIItlllll
zocht en mot den ccnen arm stc-nncnd op het
over de s!o"p uit^espinncn zei! slaai-t, hij naar
huitcn, naar de sterren en 't is hem als
vcrteldvn deze no.; eens weer de geschiedenis van
oui arm..-ii da])per(-n siusliouteLant, die door de
de lajie wiaakzucht van een superieur een jam
merlijk einde moest vinden, en van een arm
oud moedertje, ginds ver wi-c iii haar
LuxetnIniffrsch dorpj-', zoo gelukkig- droomend van de
thuiskomst van den eenmaal verloren zoon, dat
nu haar kind nimmer wee.- zou zien. Is 't wel
mogelijk dat er zulke lieden hestaan als die
Jïouchonr'
.Keu oogeublik blijft Jlijnssen voor zich
uitsta-en met oahe.lemdeu blik, dan wendt hij
verruimd 't hoofd af.
lloikg dun toch ors Itidië, waar zoo iets
niet scheuren kan."
O,)k deze levensles is vruchteloos voor hem
voorhijgcgaan.
Zali,' zij, die in gelukkige onwetendheid aan
den demon menscli niet kunnen gelooven maar,
dezen ook nimmer leeren kennen. Want, hen
treft juist de ontgoocheling 't zwaarst, die in
argeloos vertrouwen op het edele foad van 't
dus genaamd naar Gods beeld geschapen wezen.
het dier niet zien loeren van achter 't
menschelijk masker.
//Mijnheer Mijnssen, wij mankeeren nog een
danseur voor de Quadrille Amér.caine. Wil u
zoo vriendelijk ziju ons te helpen r"
«Zeker, met genoegen." Met een sprongetje
staat onze luitenant op 't dek, om daarop zijn
] ranschen collega te volgen naar eene open
ruimte bij de piano, alwaar de danslusligen zich
reeds ia t vee rijen fl -bhca opgesteld.
\Veldr.i laat de muziek zich hooren en neemt
de levendige dans een aanvang.