Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1113
De bedroefde looier.
(Lustige Ittatter.)
Officier van den Gemralen Staf: «Mijnheer de president, als
't zóó doorgaat, moeten we van leer trekken."
FAURE': »En ik zeg u, als 't zoo doorgaat, trek ik weer naar
't leer."
De Gallische Haan,
(Jagend)
AVaarom kraait het vroolijke haantje niet meer ?
Hij heeft wat in z'n keel, dat drukt hem zeer,
En krijgt hij 't niet bij tijds uit zijn keeltje vandaan,
Dan is 't gedaan met den vrooüjken haan.
O je ! o je ! o je !
(Kinderrijinpje)
Het trof hem niet.
(l'uck.)
Doodelijk verschrikte oude jujj' ouw: <-0 lieve man, denk aan
je moeder, denk aan je moeder."
Inbreker (koeltje*): >Dat pakt niet bij me, juffrouw, ik ben in
een couveuse opgebracht."
Koud aMeescli,
(Pidk-me-vp.)
lior.BY ^'///i.'s
voor gedankt."
Miai nn we hebben er gisteren ai
Afgetroefd.
(Lustige ~i:/"tter.)
Een straatjongen fjn'itigt liuigs den itull'imt liecii en U'ccr en
een menscldieceitd heer roejit lictii toe, : v\Yil je we! eens daar
vandaan gaan, bengel, je valt nog in 't water !''
De jongen: >Wat V ik in de gracht val/er, jij me naspringen.
me 'r uit halen, reddingsmedalje kiijgen en vijf pop neen
mannetje; daar komt niets van in !'"
Mineapolis van IVs pet. vastgesteld. Zoodra
het verslag verschenen is kom ik op deze
maatschappijen terug. Men spreekt van het
voornemen om de aand. der St. Paul Minea
polis tegen die der Greath Northern te ver
wisselen in de verhouding van 4 tegen 5.
Van de trammen zijn de aandeelen in de
Amsterd. Omnibus-maatschappij verminderd
van 170 a 176 tot 162 a 165. Dat is de schuld
van den gemeenteraad. Een schuld evenwel die
in z\jn credit behoort geboekt te worden,
naar ik meen.
* *
*
C. N. 1. Ja zeker. 2. De koers is nu reeds
35 in verband met den algemeen minder
ontmoedigenden toestand van de markt. Houden.
K. te S. De 4^ pets. oblig. »Waterleiding
exploitatie mpij. Rotterdam" zijn in 1803 om
gezet in preferente aandeelen der door u
bedoelde Waterleiding-mpij. gevestigd te Rot
terdam. Bedoelde obliegatieleening was groot
(i millioen gulden. Bovendien is het aandeelen
kapitaal vermeerderd met een uitgifte van
235 duizend gulden. Bovendien zijn nog uit
gegeven 425 gewone aand. van ?2000. Hierop
werd naar aanleiding van den verkoop der
waterleiding te Zutphen ?56 betaald waarvoor
de stukken werden afgestempeld. De pref.
aand. ontvingen toen ? 100.
De gewone aand. worden echter niet geno
teerd op de officieele koerslijst. Ge kunt ze
vooreerst rustig bewaren.
C. B. A. te D. 1. Omdat de door u ge
noemde stukken op de officieele koerslijst
niet voorkomen. 2. In het restantenboek. 3.
lu verband met het bedrag der verschillende
soorten waaruit uw bezit bestaat, zoudt ge
voor Let verlangde bedrag het aantal uwer
russen kunnen verminderen.
Amst, Alexanderkade 4, 20 Oct. '03.
D. STIGTKK.
limmiiiimiiiiiiiiimimiii
NIEUWE UITGAVEN.
Verzamelde Romantische Mrerken,van M.T II.
PEHELAEH. ij4 en 35ste all. Amsterdam, Uit
gevers-Maatschappij Elzevier.
Orer de Acqiiivalentie van Man en Vrouw,
door Dr. ('ATHARINE VAN TI'SSCIIEMSROEK. Weer
legging van de biologische beschouwing van
Dr. W. H. Cox te Deventer. Amsterdam, II. J.
Poutsma.
Catalogus der belangrijke bibliotheken, nage
laten door wijlen de heeren ds. J. A. P. Pas
Lambers Hz. te Barneveld, L. Janse Bz. te
Amsterdam, Louis Kuinders te Baarn, J. G.
L. Rieke te Amsterdam, J. L. Santman te
Batavia, waarvan de publieke verkooping zal
plaats hebben op Dinsdag 25 October 181)8,
en volgende dagen. Amsterdam, II. G. Bom.
bedenkingen tegen den aanleg i'tm eene
SommenhuKen te ticheveningen door X. Y. Z.
Haarlem, II. D. Tjeenk Willink.
Inhoud van Tijdschriften.
Taal en Letteren. Aflevering 10.15 Oktober.
Jacob Ek Jzn., Van Helene Swarth Woord
verklaring: B. H., Buiten-beentje ; P. H. van
Meerkerken, Flatteren. Poëzie. (Willern
Kloos); Over Folklore. (Dr. L. Knappert);
Psychologie (A. van Breull) ; Prof. dr. J.
Franck, Schriften zur Liuiburgischen sprache
und litteratur; Indiese Litteratuur (Ilenri
Borel); Voor tachtig (II. P. G. Q.uack).
De Landsverdediging, Tweede jaargang. '21e
serie. Ie afl : Aan de Koningin, door
Investigatores ; Kan het niet zoo l door T. v. A. ;
Ouderdom en geschiktheid. Leeftijdsgrenzen,
door H. E. W. B. ; Kader bij de
VestingArtillerie, door Simplex, Ingezonden stukken.
Eigen Haard No. 41!: Viva, door M. S. de
Meerulaer, I. Do Orarije-Nassau Tentoon
stelling, door F. A. Buis. met portret en
afbeeldingen. (Slot.) Piigèn en Omstreken,
door ,1. E. Jasper, ambtenaar B. 15., met
afbeeldingen naar phot. van IS. Versnel en
L. André, I. Mr. Aaron Ado'f de I'into,
door Mr. J. A. Levy, met portret. Feuilleton.
LERLE1
Het Duivelseiland.
?.
fParamaribo \' v
--;
v-.M'Ubiff«l
v»*?",5 _
die vroeger bestond, is nu aan de
eilandenontnomen en naar Cayenne overgebracht, zoodat
Na het eiland van Ilobinson Crusoë, zijn er
maar weinig plekjes op den aardbodem te
vinden, die zóó gedachten en verbeelding
bezig houden, als het zoogenaamde
Dnivelseiiand, in den Atlantischen Oceaan, nabij
Guyana gelegen. De treurige verniaardheid,
weike dat eiland, behoorende tot de «lies du
S:;iut" zoo plotseling veroverd heeft, door het
verblijf van den rampzaligen, Franschtm ka
pitein Dreyfus, heeft de aandacht van heel
de beschaafde wereld op dat onherbergzame
oord gevestigd, en velen zullen het misschien
de moeite waard vinden, er iets naders van te
vernemen.
ILEDUDÏABU
maar weinig plekjes ter wereld, in zoo volslagen
afzondering gehouden worden.
Museum van Kunstnijverheid.
Op het Museum van Kunstnijverheid te
Haarlem, is thans tentoongesteld het practische
werk der leerlingen, die gedurende een jaar
den cursus voor artistieke metaalbewerking
gevolgd hebben. Eenige teekeningen en
boetseerwerken van dezelfde leerlingen zijn daaraan
toegevoegd, waardoor men een algemeen over
zicht verkrijgt van de wijze waarop het
onderwijs in de verschillende afdeelingen,
voor hen, die zich aan de artistieke metaal
bewerking wijden, op genoemde school is
ingericht, en men tot de overtuiging komt,
dat de theorie met de practijk hand in Land
gaat. De tentoonstelling van gebatikte stoffen
werd dezer dagen nog met enkele merkwaardige
stukken aangevuld en zal vermoedelijk tot
l November geopend blijven.
Naar wij vernemen, zijn twee medaillons in
marmer, naar Panders ontwerp van een relief
borstbeeld van II. M. de Koningin, voor een
beeldenaar van onze nieuwe munt, in opdracht
der Regeering vervaardigd, verkocht.
Maatschappij Zeeland''.
De Maatschappij »Zeeland" zendt ons hare
nieuwe dienstregeling, in de Duitsche en
Engelsche talen. Exemplaren van deze handige
boekjes, uitstekende gidsen voor den reiziger
van en naar Engeland, alsmede van de kleine
uitgaaf in de Nederlandsche taal, zijn koste
loos bij de directie te Vlissingen verkrijgbaar.
llllltilMllllllltli
liet Duivelseiland, dat door riilen omgeven
is, zou geheel ongenaakbaar zijn, indien niet
een nauw vaarwater of geul, tusschen klippen
en banken, althans eenige gemeenschap vormde
tussehen het eiland en het nabij gelegen
Ile Itoyale.
Niet zonder gevaar, worden langs dozen
! smallen doortocht, de benoodigde
levensmidde! len aan het Duivelseiland verstrekt, dat buiten
l de bewakers van den politieken balling, geene
] bewoners telt.
\"roeger was het eiland de verblijfplaats
van de op Guyana talrijk voorkomende
melaats-chen. waarvoor men bij de komst van
Dreyfus. op Maroni een nieuw leprozenhuis
bouwde. Alle gebouwen op het Duivelseiland
werden verbrand 8n alles wat gevaar op kon
leveren, ontsmet, terwijl men op de Z. W. punt
van het eiland, uitzicht gevende op het >-lle
Royale'' eene woning inrichtte voor den ge
vangene, met nevengebouwtjes voor zijne
bewake.'s. Schepen mogen »les Hes du Saint"
niet naderen; zelfs de geregelde postdienst
De Nachtwacht" en het Katholicisme.
De Nieuwe Rottcrdamsche Courant verwijt
aan de Xedcrlandsche Spectator dat deze door
haar plaat op de Nachtwacht" den godsdienst
ijver geprikkeld heeft en daardoor het debat
op een verkeerd terrein heeft overgebracht.
Wij wenschen evenmin de bedoelde plaat als
de redactie van dat weekblad in bescherming
te nemen, waarmede wij in vele opzichten van
meening verschillen. Wij bedoelen voor het
oogenblik alleen tegenover enkele beschouwin
gen van het Rotterdamsche blad een woord
van protest aan te teckenen.
Men moet niet vergeten, aldus redeneert
de JV. R. C. dat dr. Cuypcrs een eminent
katholiek is", die op ieder bouwwerk ziin per
soonlijkheid, dus ook zijn godsdienstige over
tuiging afdrukt. Is een kunsteraar als Cnypers,
vraagt het blad (-en man om een geest
als llembrar.dt te kunnen begrijpen ? Zou een
man als Jozef Iwaels Vondol kunnen
illustreeren ''. Wij vragen op onze beurt, waarom niet ?
NVat belet oen katholiek de poëzie van een
Miltcm, zijn Verloren Paradijs te bewonderen
en wat verhindert een protestantsch Neder
lander Vondiil's Lucifer" ah een hooge kunst
uiting te waardeeren, ook zelfs, wanneer Vondel,
zoo als van deskundige zijde wordt beweerd,
den afval der Nederlanden van hun wettigen
vorst heeft wilk-n kastijden. Waarom zou een
Israëliet, die mi-schien beter dan menig christen
in den geest van het Oude Testament is door
gedrongen, niet Vondei's bijbelsche drama's
kunnen versieren V Het kenmerk der groote
kunstenaars bestaat juist hierin dat zij niet
tot een bepaald kerkgenootschap, maar aan
de geheeïe merisc'iuuid behooren. Zoo hebben
wij in de Madonna's van Itafaël niet zoozeer
liet katholiek dogma der Mariavereering, maar
de verheerlijking der moederlijke liefde, als het
symbool der hernelsche liefde te zien. Zoo is
het bekend dat in Hembrandt's kunstverzame
lingen zich vela afbeeldingen der schilde
rijen van katholieke mee-.tcrs bevonden die
hij, niettegerstaande het verschil in opvatting,
(och hoogelijk vereerde. Zin hebben
protestantsche toonkmisienaars missen
cecomponeerd en katholieke compon'ston psalmen, van
Ilebrceuwscue dichters op muziek gezet. In
Lessing's Nalhuu <!er IIV/',?</ worden, hoewel
de dichter zei! protestant was, de humanitaire
denkbeelden door een Israëliet verkondigd en
toegepast. Wij h'-bivn immers, volgens den
schrijver in de -TV. 7>'. CL, met de kunit en
niet met den godsdienst te doen."
Indien dr. Cuypers zich in zijn bouwwerken
niet van zijn godsdienstige overtuiging kan
losmaken, kan hij misschien de eminente ka
tholiek'"' blijven, maar kunnen wij in Zijn
l'Jrninentie-" onmogelijk den eminenten bouw
meester" hu'diijen als hoedanig hij door velen
beschouwd wordt. Dan behoor; zijn werkkring
tot het bouwen van kerken, kloosters en katho
lieke gestichten beperkt to blijven. I >in behoort
de zorg voor onze openbare burgerlijke gebou
wen aan anderen te worden opgedragen. Indien
wij ons niet bedriegen i's dr. C'uvpors dan ook
oorspronkelijk als kerkelijk bouwmeester, onder
aanbeveling van den bisschop van Roermond,
opgetreden en is hij eerst later, met medewer
king van de heeren Alberdinck Thijrn en mr.
de Stuers, ook eminente katholieken", tot
rijksbouwmeostcr benoemd en werd hem dan
ook :n die hoedanigheid het bouwen van
het Uijk.-museiim, na mislukking van den
prijska'iip en in afwijking van het oorspron
kelijk bouwplan, opgedragen. Zo) zouden wij
de Carolingische Kapel in het museum, die als
een overbodig aanhangsel moet worden be
schouwd, maar dk' misschien als geloofsbelijdenis
waardeering verdient, gaarne voor een lietcre
verlichting van de Nachtwacht'' wenschen in
te ruilen. Een der voornaamste eii-chen aan
het gebouw gesteld, was dat het voor een be
hoorlijke plaatsing van de Holland'che schilders
stukken uit de zeventiende eeuw moet zijn
ingelicht. Wat minder katholicisme en wat
meer eerbied voor onze schildersschool; ook
waar deze in het algemeen een protestantsch
of profaan karakter mocht hebben, zou dus
gewenscht zijn geweest.
A.
Drie vragen aan de Redactie van den
Amsterdammer, Weekblad voor
Nederland.
Mijne Heeren!
Sedert eenigen tijd verschijnen in uw voor
treffelijk geredigeerd weekblad De Amsterdam
mer overzichten over de tijdschriften
dermaand, geteekend door zekeren G. v. H.
Mijn eerste vraag is, of deze rubriek wel
in den Amsterdammer thuis hoort? Uw blad
wordt door alle beschaafde Nederlanders ten
onzent en in de Koloniën gelezen, mannen
en vrouwen, die gewoon zijn al onze tijd
schriften geregeld te volgen of in te zien.
Overzichten over den inhoud van tijdschriften
zijn voor hen nutteloos.
Bij de afschaffing dezer rubriek zou tevens
iets te winnen zijn. Er zouden niet meer
aangetroffen worden tegen enkelen uwer lezers
belecdif/ingen, die geheel aandruisen tegen
bet degelijk karakter van uw Amsterdammer.
Zoo zag ik in uw laatste nummer, dat de
gezegde G. v. H. over mijne Zaterdagsche
feuilletons in de Telegraaf schreef en oor
deelde. Hij beweert, dat mijn arbeid :
»Xaterdagsch geleuter" is.
Ik zou mij willen verootmoedigen voor dit
edelmoedig vonnis, maar het wordt door geen
zweem van bewijs gesteund. Hier wordt met
majesteit en eenvoud de waarheid ter zijde
geschoven. Daarom richt ik een tweede vraag
tot u:
Is de majestueuze G. v. II. een man van
gevorderden lestijd ?
Heeft hij een veertig jiar lang door letter
kundige werken zijn naam gemaakt van
Rottum tot Maastricht, van den Hoek van
Holland tot Nijmegen?
Worden zijne geschriften in de Oost en de
West gelezen ? Betaalt men op eene
boekenvendutie te Batavia voor een stuk gelezen
exemplaar zijner werken het vijfdubbele vaa
den oorspronkelijken prijs ?
Is hij een man van uitgebreide letterkundige
kennis en beschaving ?
Zoo ja dan zal zijn vonnis wel juist
zijn en moet ik mij nederig voor hem buigen,
beloovende in mijne volgende Zaterdagsche
feuilletons n >oit meer te slenteren".
Maar nu een darde vraag.
Is de majestueuze G. v. H. soms een obscuur
jongmensch, die onder het masker zijner
initialen den lust niet kan bedwingen zijne
meerderen met scheldwoorden aan te randen ?
Zoo ja mijne Heeren ! dan hoop ik voor
de eer van den Amsterdammer, dat aan dit
laaghartig bedrijf paal en perk zal worden
gesteld.
Met de oude vriendschappelijke gevoelens,
nsti'airdig
JAK TKN
Op de drie vragen van onzen vriend ant
woorden wij :
1. Wij kunnen de rubriek niet opheffen^
omdat een aantal beschaafde lezers, minder
bevoorrecht dan de Heer ten Brink, gaarne op
deze wijs in kennis worden gesteld van het
geen de tijdschriften, die zij niet of eerst voel
later lezen, bevatten.
?2. Dat we nog nimmer iets vernomen heb
ben van beleedigingen, in deze rubriek schrij
vers aangedaan ; al mogen er verscheidene zijn,
die en dit is zeer menschelijk den lof
hun toegemeten, te gering achten.
3. dal het woord geleuter, hoogstwaarschijn
lijk een veel te krasse term was, om mr. v.
Ilall's oordeel over de Zaterdagsche feuilletons
weer te geven, maai) toch weer niet zoo heel
kras kon zijn, waar zie het nr. van verleden
week, ten Brinks collega prof. Boiland het zelfs
aangaande de filosofen heeft gebruikt.
4. dat de Zaterdagsche feuilletons ean zóó
gering deeltje zijn van den reuzen-arbeid van
Prof. ten Brink, dat hij, boven op den toren
staande, door hem in veertig jaar gebouwd,
niet aan die enkele steentjes ai te zeer zijn
aandacht moet wijden.
5. dat de heer G. v. H. naar zijn eigenen.
ons oordeel allerminst majestueus toch ook
geen obscuur jongmensch is; wat zijn leeftijd,
ons niet precies bekend, aangaat, wij kunnen
onzen vriend verzekeren, dat het bedoelde indi
vidu des levens lente reeds lang achter den
rug heeft.
(>. dat wij hopen, dat Prof. ten Brink nog
menig Ziterdagsch feuilleton raoge schrijven.
ter leering van zoovelen, voor wie d;t de
eenige vorm is, waarin zij zich omtrent
ietttrkundige aangelegenheden laten onderrichte i.
PiKH.
iimiiiiimiiimiHl!
Jülius Pi'üelaiaa Bronimeijer.
Brrr! wat was
! dat verleden Za
terdag guur. 't
Leek wel alsof'al
het wanne leven,
dat je in je hadt,
heelemaal naar
binnen werd ge
jaagd, zoodat je
eigen verkleurde
buitenkant, kil
en klam door den
regen, je vanzelf
aan een
schijndoode deedt deu
ken. Toen ik van
de beurs kwam,
droop ik maar
weinigniinderdan
mijnpaiapluie, en
Jacob, de vent
is anders niet
overgevoelig
had zoo met me
te doen, dat hij
bij 't aannemen vau mijn regenscherm zijn
hoofd schudde, en met een bescheiden re
primande aan het Al bestuur zich verstoutte
ie zuchten : wat een weer mijnheer, 't is
haast ongepermitteerd!
Ik heb de vaste gewoonte op al die soort
van gezegden, vooral als er zoo iets
geinoedelijks in doorschemert, geen acht ie
slaan; want je hart is juist de z'.vakke zij,
waarop je dienstpersoneel speculeert om
vat op je te krijgen en je er in te laten
loopen ; maar nu moest ik toch wel even
knikken. En is de kachel aan,
Jacob,'.vroeg ik.Waarachtig, die toevoeging »Jncob':
had de kerel door zijn medelijdend woordje
er al bij ^mij weten uit te krijgen; want ik
geloof niet, dat ik hem anders meer dan
eens in een halfjaar bij zijn naam noem;
maar toen hij antwoordde: mijnheer dat
zou ik u niet kunnen zeggen, was ik dade
lijk mezelf weer meester, en snauwde hem
toe: zoo dat behoorde jij dan toch wel