De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 29 januari pagina 3

29 januari 1899 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1127 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. herinnert zij zich nog, dat baar moeder zeide: ^Kinderen, laten we neerknielen en bidden!" en dat zij allen neerknielden en dat er een luid bad bm behouden te blijven?" Thans is het romantisch. Als men het mee maakt, gantschelijk niet. Herinnert Doorlje zich nog Judels in de kracht Tan zijn leven, in zijne schouwbnrgtent te Gro ningen? Judels gaf een stuk, waarin boeren jongens en boerenmeisjes voorkwamen. Vóór het doek opging, kwam Jude's bij hen en zei: ,Dag kindertjes, zullen jelui het mooi doen?" »Ja, mijnheer!" klonk het uit n mond. Onder die kindertjes was een meisje, wie Judeis toe voegde: Lieve meid, wat zie jij er helder uit en wat heb jij je aardig gekleed, je beiit een echt koket boeriunetje; hoe heet je?" En het meisje antwoordde: vik ben van de Bouwmeesters, m'nheer Judels; vader is den heelen winter hier geweest, we hebben het slecht gehad. Ik heet Doortje. Dan begrijp ik het, beste meid, je beivt een tooneelkind. Zeg je vader dat ik eens bij hem aankom." Judels kende Doortjes vader goed, ook de moeder, al heel lang. Juffrouw Bouwmeester had hij al gekend toen zij bij Jau Gras in de Elandstraat speelde en hij bij van Kruchten was «n, onafgebroken, op vrijers voeten ging. i/'t Is of ik 'r nog voor me zie" ? vertelt Judels, die nu welhaast, in de maand Maart, 84 jaar wordt en leeft en er uitziet als 'n jonge man en nog veel schik heeft in het leven »'t was een knappe vrouw, Doortje's moeder, mooi, heel mooi, levendig en bewegelijk, en »adret", enfin, net Door." »'k Dacht toen in Groningen niet, dat't kleine, dartele ding nog eens lid van m'n gezelschap zou worden. Dat is nu 25 jaar geleden. Victor Driessens ging met 'Jn gezelschap bij me uit de Salon. Daar stond ik zonder gezelschap; Het LnMtolaM oer speelzucht. Verleden jaar is bij Pion ein belangrijk . werk verschenen, Le paijs de Cncaf/ne. Dit is de vertaling van een roman der Italiaaiische schrijfster Al at l i el c Strao, II I'aese di ?Cocagu», <>p zijn Hollandsch Luilekkerland en het speelt te Napels. Het is ten naturaJistiscl), doch geen vuil botk ; men kan er uit leeren, dat een naturalistisch schrijver niet noodzakelijk gedwongen is onze begrippen van zedelijkheid eu welge,manierdheid te schenden. Het is een urnsT,: straal en majestueus boek. Prachtig eu schitterend zijn de schilderingen der meiiscbeumassa's in beweging; liet, volk getuige van de trekking dtr loterij ; l.c' carnaval, toch zulk een afgezaagd thema, de processie op l Mei, maar vooral het feest bij den lijkeu banketbakker Tragala. Aan de Ei;grlsclie letterkunde en aau de Onze hebben arnes allerlei goedgtlukte beschiijvingeu geaeven van afternoou-Uas, avondjes niet een kopje slemp eu Eaaimiddagjes, beschrijvingen die d»ur de zeer nauwkeurige veimelding vau alledaagsche kleinigheden, noodzakelijk humo ristisch moesten morden. Math 1de Serao echter vat een feest geheel atders op. Voor haar is het een carnaval, een satiiruaai der snoeplust. De ga-stei: zijn aU bezeten door d<ze i cht ItaJiaitnsche zwakheid. Zij, de snoeplust, komt de zaal binnen in de gedaante van .pralines, ij-, baisers, tc'auim //die om zich h.'en verspreiden de vreugd der begeerte, die de lust is van allo dezen, hoi g-rende naar zoelighedeu, vau deze lekkerbekken: mannen, vrouwen, jongens, meisjes, Ouden vau dagen." De heeren loopen Biet de knechts mee om «ene goede keus te kunnen doen op ue bladen, ?die deze dragen; de dames zijn ,/sentimeiiteeler'' in haar etui, zij Lemen .kleine hapjes en vegen telkens den mond af; twee arme ambtenaarskinderen ruilen hun halfopgegeteu porties ijs om elk van twee soorten Ie genieten; eene oud« markiezin zonder tanden, spreidt haar zakdoek op liaar schoot uit eu gaat smullen. Allen handelen en bewegen zij zich onder den invloed van de zucht, tot soocpfu. Heeft iemand ooit zóó een feest weergegeven? Ik vrees, dat l:ij of zij, die niet van zojtighoden houdt, weiniit voer dit tafreel zal votleu. Zooale de schrijfster deze feestelijkheid heeft Opgevat, z.io heeft zij h-1 leveu begrepen. Geen van de vtle personen 111 dit boek, gekozin uit alle standen der maatschappij, is de held van het verliaal ; liet heeft ook geen held, we! esne heldin namelijk : de hartstocht van het spel, iu liet bijzonder van het spslen in de loterij. De schrijfster («hoort dus t-igeulijk aaa Frankrijk, aan het land van Corueille, Ilaciue eu Balzac, iu wier werken de karakters bijna altijd door n kolossale eigenschap, ge c Ie of kwade, beheerscht, getiranniseerd worden, zouais iu Ie pays de Cocagoe door het spfl. DO wijze waarop deze passie om zieh grijpt, hoe zij Je meuscheu besmet, hunne goede ei^enschapp.-n dtoit, tot welke daden zij nare slacht offers breugt, het, verdriet en den oudergang, waarheen zij ze drijft, dit is de eigenlijke roman. Allen, alltii is zij tot een 01,geluk, tot een oor zaak van misdaad en schande. Door hare werking verschachert de profesor de vragen voor het examen, wordt hij ontslagen eu verkoopt zich met zijn gezin aau de Evangelische kerk ; de beroemde advokaat maakt valsche stukkfti om met goud geld te kunnen spelen, wordt betrapt en sterft zoo arm, da,t geeu ijs voor zijn ziek hoofd kan gekocht worden ; de ambachtsman slaat zijne kindereu, tot zij hem hun weeklooutje afstaan voor speelcenten eu vermoordt zijne zwangere echtgenoote, in de hoop een rijke vrouw te kunnen trouwen ; de goede trouwe zoon wordt de beroover y.ijner ouders", de vader de moordenaar zijner dochter; de trotsclie mar kies met, zes eeuwen adeldom achter zich, ver koopt de portretten zijner voorvaderen, de kleinood,en zijner dochter, het Christusbeeld en het Mariabeeld van zijne kapel, alle heiligen beelden uit zijn huis, leent geld vau zijn knecht, leent geld vau zijne meid, vau zijn aarisvijand om te spelen. Een paar personen worden iiict door de koorts aangetast; maar ongelukkig worden zij tech ook, indirekt, door de drift der anderen. Een slimme en koelbloedige geld schieter, een meid en een knecht en ecu dokter. Zoo'u meid en zoo'n knecht kennen wij niet in Holland. Zij werken zonder loon voor hunne meesters, leenen geld op hun eigen naam om aan hunne meesteres te eten te geven, eu gaan eindelijk geld verdienen voor flat zelfde d iel. 't toeval wilde, dat het 't gezelschap van Bouw meester en Bamberg te Rotterdam slecht ging. De laatste stoot gaf er de vertooning van De non van Krakau. De katholieken vonden liet aanstootelijk. Op een avond kwamen ze bij hoopen in de schouwburg-loge en sloegen er de boel kort en klein. Volgende avonden was bij het station de militaire macht opgesteld. Het einde was, dat 'de directie moest sluiten. Ik maakte van de gelegenheid gebruik en enga geerde het geheele gezelschap. Louis Bouw meester nam ik op in de directie en Doortje kwatn als actrice bij mij. Haar eerste rol in de Salon was een ondergeschikte in jlfurgot, >fe Llofmenrer koopster. Ik had haar den jongen koning toebedacht. Mina Sluijters kwam er achter. Mina was ecne lieve actrice, het publiek mocht haar graag; ze lad de oudste brieven, ik moest dus wel toeseven. Later heeft Door al gespeeld wat maar mooi was Ze is altijd een flinke meid voor me ge weest Waarachtig! Nooit, was 'r iets te veel, en altijd met hart en zie! er bij. Zij is bij me gebleven, zoolang ik de directie voerde. Toen Louis naar de Vereeuiging: Het Nederlaudsch Tooneel ging, legde ik er het bijltje bij neer. Door kwam spoedig bij van Lier, en een paar jaar later bij de Koninklijke Vereeniging: Het Nederlandsen Tooneel. Daar viert ze de volgende week haar 25-jarig jubileum. Ze rekent haar eigenlijke loopbaan vau het oogenblik, dat zij bij mij, in de Salon des Variélés engagement kreeg. Ik hoop, als haar eerste, goed gevestigde directeur te Amsterdam, haar op het jubileum te komen toejuichen." Het zijn harde, maar goede leerjaren geweest j voor Mevr. Bouwmeester, de j'tren vau het amj bulante leven, uu hier dan daar, alle genres spelende: blijspel, vaudwille, klucht, treurspel, drama en operette. Op reis en in de kleinere theaters, in de Brtêstraat, de Plantage, de Kalverstraat (Diligentia) te Amsterdam kon zij alle rollen vervullen, goed of slecht. In vroegere jaren nam de kritiek daar heel geen kennis van. Men speelde weg voor vaderland en vorst. M,en werd er plankenvast door, leerde zich gemak kelijk bewegen, had den moed zich los te laten en hem fl.uk van ^hakkidau te geven;" hoe meer men zich aanstelde, hoe luider de toejui chingen. E' iie betrekkelijk goi-de maar gevaarlijke leerschool. Alle leerlingen der tooneelsehool moesten dit leven eenigszms door maken. Er moest zelfs zorg worden gedragen dat geen die de school verliet, onmiddellijk aan een groot tooneel kwam. liet oude toouoelleven mo?t een tooueelist echter door ruiken tot zekeren tijd, en, spelende waar ook, de meerdere aangeleerde beschaving niet verwaarloo/,eu. Het maakt den artiest wel niet, maar het is goed in jongen tijd znre en ontbering te leeren. De Amsterdammers stonden verbaasd toen/.ij, bij v. Lier, Mevr. B mvvmsester zij noemde zich in die dag;-u Mevr. de Wed. Frenkel voor het eerst zagen spelen. De hartstocht, die van haar uit.gin,;, wekte hartstocht. liet scnsueele bedwelmde velen. Het beheerschen van het tooneel verblinde hen. Daar kwam een stuk van Sardou; FeJora, als geschreven voor Mevr. Frenkel. Al haar tooneelroutine. al haar kunst, al haar zich-gcven en zich loslaten venukten velen. Sterk hoorden de vrienden hare tcnigezins onzuivere uitspraak niet; flauwtjes zasren zij een zeker gemis aan besc'-avlng. Mevrouw Frenkel ving hen allen onder caeii hoed. Maar, wanneer zij niet wezenlijk talent had bezeten, wanneer zij niet eene goede oefening in het breed spreken, in 'iet acteeren, iu het maken van g(biar, in de p'ast.i. k als erfenis van haar vader op den toonrelweg had u:e legekregen, zou zij dat nooit htb'ien vermocht en het niml IMNM III11 MINIMI MH4IIMH mtHI mer tot de hoogte hebben gebracht, waarop zij thans staat. Bij Van Lier ving zij, gaande weg aan betere manieren aan te nemen, legde zij zich toe op zuiverder uitspraak, en ging zij groote zorg besteden aan kleeding. Het konvn van Sarah Bernhardt, het spelen van deze fransche artiste had grooten invloed op haar. Al het grillige in spel, het poseeren, het ijl-doer, het half-dood doen, het berekende op effect, zag men spoedig, naar gewijzigde opvatting bij mevr. Frenkel. Zelfs het mooie roode haar van Sarah Bernhardt bleef niet onopgemerkt. Het rustiger eu voornamer spsl der Duitsche actrice, Francisca Ellmenreich bleef voor Mevr. l'renkel niet zonder btteekenis. Hoewel haar vader haar het treurspel had leert n zeggen en het gebaar maken zooals Snoek en Wattitr plachten en zij, daardoor, in zekeren zin tot die school behoort, is zij door liet, frivole in ha-ir kunst met een luchtsprong uit die school iiaar buiten gekomen. Zij kan streng klassiek zijii ia stand, in spel, in gebaar. Zij kan plitseling een gebaar maktn zoo mooi, dat het »'ei;e openbaring", is, geheel klassiek blijft ze zelfs iu klassieke stukken niet. Mevr. Bouw meester beeldt meer naar waarheid het aardsche dan het hoogere leven af. Hare kunst is meer eene vau buiten dan van binnen. l),t brengt, zoowel het goede als het minder goede. Die uiterlijke kui.st heeft hsar voorbeschikt voor de uiterlijke kunst van Sar dou. Zoo hoog staat zij daarin, dat de rol van Sardou's Lu TOKCH door haar beter, indrukwek kender, met minder trucs gespeeld wordt dan door Sarah Bernl ardr. In die rol gaan soms onbewust de goede leeringen vau haar vader vrucht dragen. ]u La Tcxr/t munt Mevr. Bouwmeester behalve door spel, ook uit, door f chooi lir.id vau gebaar en stand, evenzeer als in menig opzicht in slut'tf/fiiie. Htt drama speelt haar soms in het klassieke parten, b.v. in Badeloch, in Gysbrtght van Aemstel. Soms ook doet het haar iets buitengewoons doea, als in Medéa, hoewel de les vau haar vader in het klassieke, en het spelen volgei s de traditie der oude Hollandsche ernstige kunst, het meeste doet. In Medéa komt Mevr. Bouwmeester niet op met de btide kinderen, n aan iedere hand zooals de meeste treur.-pelspeelsters eu gelijk de auteur voorschrijft, neen, n kind aan de hand en a op den arm. Meer drama dan treurspel. De indruk is echter treffer.d. In Medéa mengelt zich het klassieke en het onbeteugelde van den hartstocht bij haar schoon dooreen. Alle kracht en licht brengt zij in haar persoonsbeschrijving: (icon Gricksche ben 'k ... iu;:ai' d'jeliter der Barbaren. Mijn teedui'heid is zelfs uujr woest, uus'.uimis;, Mijn hartstocht maakt een kinderhurt bevreesd. Haar hartstocht, haar ze^genskracht eu haar schoor.e pose zijn voorbeeldig in het schilderen van Mei/i'a's jaloezie. Wat zoudt ge does, als ge uw echtgenoot op ontrouw betraptet ? ??Wat ik doen zou ? zegt ze. Wat 'k doen /ou, vraagt ge ? .Dat wat do luipaard doet in 't du-pst van 't wuud, Wanneer hij brult ? huiit van woeste vreugde, En eensklaps als het wrerlicht op zijn proui \alt, Haar ntiar zijn hul sleept, om daar hrok voor brok Het bloedend lichaam stuk te tcticiuv.u. Er is een groot versclil in zuiverheid van zeggen en doen zooals Mevr. Bouwmeester thans Heden vertolkt bij vroeger, Iu de dagen, dal zij kort aan de Konink lijke Vtreeniging: Het Nederlandsch Tjoneel was verhonden zij debuteerde op 3 Sapt. 1S84 in GierWaliij van H. Hillern-Birch, vertaald door J. H. Rö-siuir, had Mevr. Bouwmeester veel af te leggen. Zij kwaai er in zulk eene geheele audere omgeving. Iu den zomer van iiiiiiiiiliiiiiimimi llllimiiiiimiii iiiiMiiiiiimlitmiiiimiiiimiiMiiiiiiimii DAMEjg. In Nederland bestaat deze devotie niet vau de mindere standen voor tts hoogere. De zelfzuchtige, ?brominige, oude keukenmeid, eigenlijk huisdwii geland vai) sommige llollantische gezinnen is geheel iets anders dan de bereidwillige, trouwe, ouderdaiiigf, beliefde, liefderijke Ilaliaanschu <1 enstmaagd. De brave Hendrik, ei n sc!irijfster kan niet, buiten een 1n«nbeeld vau deugd is weer de ^.?iiccsliecr. A'n, du; v<rgo^iug van dokttrs vindt men tei;i'nwonr lii; meer. \Vij heb leu Laar in de romans vau Anna de Sivornin Lo'miau en ook i u Hild.i van Siiylcnburg, waar zij deu vorm aanneemt, vau eene medische vrouw, m de Enijflsche l'-tt< rkundi; in t/ti: llaicniily liciiib, in (ie Duitic'ie in ecu Ai ?:( 'def Si'ele en/;. Ouze Italvc (l^meswerfld ia daii cok met, deze veretring bcheüt. Gin.? in vrorgtre dagtn de nietige, onzi Ifstai.digii vrouw naar haar buclitvader om raad iri dr k. u «e van eei;c woning of een scfioul voor l, art- tn deren, lieden t.en daxe laat, y.ij in ullis deu tlrkfcr hct.li~si.-n. E' u zwak kaïaklcr dient, een raadgever te heb ben, maar waarom deu dokter gt kozen? Omdat er 111 onze digt-u eene sekte opstaat, zooals er no^ nooit eejie geweest if, eene s,'kte, wier leden wel behooren tot de groote meuscliei;soort der M iteriaiisten doch die iiuu cre.io gi heel | anders opvatten dan de S idduuë.Ts van vroeger. Zij denkeu niet, aaa wat zij eten tit drinken en waarmede zij zich kierden zullen, neen in tegendeel: aan wat zij niet eten of drinken j mo^en eu welelia ojk a,iti waannedi; zi] zich i/üi bedekken zullen. Do afgod dezer sekte !?> uu gezolidlieid vau liet. ei«eu lichaam en naar piiesttrs ziju de a:ts:'ii. Laat alle dezcu Le I'<n/s ' lezen, zij kunnen liuu h«rt or;l ai; u (Je en laat eeu elk het lezen, want het is een mooi boek eu het geeft afschuw van misschien de noodlottigste vau allo zonden. llecft, Mathilde Serao voldaan aau de wetten der gewone straat- eu huismoiaal, de eischen eener hoofere zedelijkheid heelt zij niet bevre digd. Want ziet, aau hit einde M at n wij tussciieu ' ruïnes eu iieigcns een straal vau lioop ; het gewone cmde Oi zer boeken. In la'ere eeuwen zal voor een algcnueueu karakter'rek vau de/e teuw gelden : liet dopelooie slot. Ui,ze voorou ders hebbeu melancholieke boeken, in overvloed, geschrtv.u en g> lezen, maar zelfs aan de trage dies, waarin e held moest onderdaan iu den strijd met, zijne Omgeving mocht, het Verzoenende akkoord niet ontbrekri'. R-eds de H,-llciiOii, toch zoo gedwee zich buigende, ouder de slagen vau het Noodlot, heuhen den Oedip'is iu kolonos eu de Euniennlen besloten met woorden van hoop en vrede. Zij begrepen zoo troiel, dat. de smart niet het laatste woord mag hebbcu inde kunst, dat zij hun theatervoorstelÜLgen ein.iigden nut een boertig toomclstuk, waanu de helden der vooi afgespeelde trauidies bc.-pol. werden. Galgetiliumur dus tot besluit, liever dan te blijven staan bij IK: t leed. U'ij, die ons iu de letterkunde een nieuw Eatum hebben ge vormd, uiet als eeu demonische kracht, builen ons, (tocli als een wet vau oorzaak en gevolg in ons, wij kunnen o! wilieu die ijzeren band niet breken. Iu liet geval van Ie pavs de Cocaji.e, ware het toch mogelijk geweest. De schrijfster had eeue grorp jungeiiuueu kunnen leekenen, die, met grooteu haat voor de loterij vervuld, tot het besluit waren gekomen nimmer te spelen eu alleen geld te willen verdienen door spaar zaamheid, geduid eu arbeid Zij had ook wat andere ambtenaren kunue'i kiezin, ambtenaren, die zich schaamden over de millioeiieu door dm staat van het, volk ontvangen door deze waai.ziuuigheid. liet is zeer jammer, want uu zal dit, voorname boek niet, zoo laug gelezen worden als liet verdient. Men uiake t-r dus spoedig kennis mede, voordat de wa'ging (ter troostelooze som berheid, die i u aantocht is, beletten zal van zijne schoonheid te geuitteu. E, 1'iOsKE. De Czaar aan tafel. Czaar Nicolaas II is een der soevereinen die van zyn dii;er het meeste werk maakt. liet is, volgens Oostcrtche overlevering, eene plechtig heid; een weelderige ouderwetsohe liofdie: st gaat er samen met culinaire moderne verfijning. De hi.flnrichtitg is eeuwen oud, maar sinds het begin dezer eeuw is altoos de keukere'hef een Franschman; de beroemde Caióiuc en Riijuette ziju een tijdlang in dienst van bot Russische bof geweest, en hebben er een groot fortuin gemaakt, want de post van chetkok schijnt een vette." post te zijn. Ken dor vorigfi koks, Bérenger, wooiit zeer welgesteld te Parijs ; zijn opvolger, Ktautz, een Kizas:-(-r, ontkwam als door ecu wonder aan de catastn phe te U 'rki; de tegenwoordige is ook een Krans-chman. De tafeldie ,st heelt, onder het oppf'itoezicht vai\ graaf Paulin Benker.dorf, bof'maarschalk, tot ehff een Vamnier-fourif r"; (He den ko'onolsrang heeft en rok en dejcn draagt. Gewoonlijk is <;eze kaïurnerfourier eer. gewezen kok, maar hij raakt geen spijzen meer aan. Hij hue t omb-r zijn orelcrs twaalf secretarissen, een werkelijke kan£e!&ri,>, voorts 4 hulplonriers, -1 olliciers de bouebo", 31 lakeien, 18 aspi rant-lakeien, f)l Imffdtkni-chti-, bentvens bet eigenlijke kenket personeel. Hiervan zijn dj hoofden de ch< i' kok Eucien Posicet uit Bourg, en Cuba', de gpwe«in stichter van het bekerde restaurant d r C lamiis Jvy «-:, 4 cnefs va-i ut teelingcn, 38 koks. 'J t leerling koks, 3^ keiikeiiknecbts, l chef [ a'issicr, Roskelet genaimil; 2 chef bakkers, chef coi.liseurs en 2 ' helpers van deze. De chef-ko w zijn verantwoordelijk voor al wat de Czaar eet en drinkt; eene vergi tiging zou aa'i hen bezochf worden; nie's wordt den Czaar voorgediend zonder hun toestemuir.g. De keuken is I-Yansct; en Russisch gemengd; C/.aar Nicolaa-, 11 e t, cvenai-zijn va,dei. gaarne de twee na'ioi.ale Rus isches eper,de bortsch", en <lij tchi''. liet aulbftntieke recept voor de bortsch", afkomstig van I'etit, chef de cuisine van den minister van justitie graaf l'ariin, is het volgende: Snijdt bieten, prei, selderie e;i jieterstliewortel en een ui door clkair; voeg er een kleine b o renkool bij en laat het in boter licht bruin worden. D.in volgt een kopje bouillon, een potle..el zuurgewordun bietensap, een drie kwart gaar gebraden eend, een kilo driekwart gaar rundvleeseh, en als kruiderij laurierbladen, mariolein en kruisnagelen. Men laat alles zacht koken tot de eenrl en bet vlcescb guar zij.;, eu neemt deze uit de soep, snijdt (ei.d en rnr.dvlecsch aan kleine btuhj s, neemt do kruiderijen er uit, het vet er at', en voegt naar den smaak zout eu peper er bij, vervolgens een halven potlepel zuren room, aangele: g<l met bet sap van twee ge raspte bieder-, wat peterselie en venkel. Op het oogenb, k dat de soeji opgediend woult. gaan de stukje vleesch en «end er weer in, m.-t wat gebraden ehipolaatwors-fjes, vau h-.;t vel ontdaa'p. De kleur van deze soep, dik en paarsroo.l is voor den vreemdeling niet aanlokkend, maai wie ze hei ft durven proeven, wsiit er wel aan. In de tcbi" is geen eend en geui bi^t, u,aar meer kooi. Ken andere Russische spijs-, waar de f'zaar van hotuH, is de koiilibidf', een soort van pasrei van gen-zen meel, waa-'in eene ta-ce van kooi, viseh, kach (gebakken grutto ) hardi eieren en wcziga. Die Weziga" is weer iets bij'.ouders, de rnggestrer.g van een sten", die acht ii tien uur in k-.keml water moet zacht worden en dan nog taai en virchachtig is. Eindelijk aehlen nog als lekkernij de canapéi de kilkis". C.-inapós zijn de sneetij 'S geroosterd of gebikken brood die door geheel Europa als hors d'oeuvr" dienen: kilkis zijn kleire viscbjes die uit Rcva! in Finland konuisi en op Hollandfctie sprot gelijken. Ze worden gerookt of gemarineerd voor de ca-apés gebrnkt; ook maakt men er een jui'e van, met eayenne; in dit laatste geval bedekt men de canapés met de j fi t e en legt er een paar filets van ansjovis omheen met wat gebakt hard ei en peterselie. il//'*. //«(Mi's. ])c ontlerf/rnif) der >I>. lit de lateien. ]\'tnlerlMit. ' Mrs llaweis, die zooveel voor de zaak der vrouw gedaan heeft, en nog op haar sterfbed een artikel voor een tijdschrift dicteerde, wordt door d'1 vrienden der vrouweiujiiaestie zeer betreurd. Zij willen ter harer eere een fonds oprichten, het »Mrs. Hawtis Trnstfimd foi1 workii.g girl.a," waarvan het doel is »Kngelscbe en Amxrikaanecbe meisjes, van twaalf tot twintig jaar, in staat te stellen, een ambacht te leuren of een loonende bezigheid te vinden, hetzij door luiur onderwijs te bekostigen, haar kost. inwoning of uitzet te bezorgen, haar reisgelii, inletr of borgtocht voor een zaak te verscbatt'sii." Hot fonds is natuurlijk bescheiden, maar wanneer de statuten goed gesteld zijn en een behoorlijk kader vormen dat in den smaak valt, kan Kien niet zegeen hoe groot het in Engeland en Amerika worden kan. * * De speeliioedbandtlaars te Parijs klagen, dat de poppnn uit d« mole raken; het is de dé/KÏcle de fit i>oi<i>t'v. Zij gaat te grond als (?lïisr van de vorderingen der wetenschap. Vroeger kregen df moisj.'s met Kerstmis een voudige, oniiangekleede poppen; de jonge moeders mochten hemdjes knippen, jurkjes naaien, hoedjes maken. Maa'- niet bet opdrij ven der weelde uiont tegenwoordig, wie een pop cadeau gpi'ft, er een tiousseau by te geven. Da pup moet ook »pap;i, nian.-a" zeggen en het nieuwste liedje nic du r\,lies-ISergèie zin gen. M-inr nu is de pop zoo duur eu mooi. dat bet kind t r niets aan heeft en er nauwe lijks aan mag komen. Die pop verveelt al gauw; het eouwiire «papa, mama" wordt een bezoeking; het kind gaat haar pop veraf schuwen en meent dat /e van g'-eu poppen houdt. De goedkoop:! pop wordt dus niet meer gegeven, de duurdere wordt niet meer geacht en de heel dure is vervangen door: de bicyclttte. ^ * De prinses van WaU;s, die zich zeer veel n oeite geef. voor d? liftdadiaheids-inrichtingen en gasthuizen, bezoekt ook van lijd tot iij.1 de gevangenissen. Te Wormwood Serubbs-, waar Jameson en zijn medeplichtigen gevangen gezeten hebben, wilde de prinse-s alles zi=-n, de wase.hinrichtiiig, de keukens en de strafcellen. Toen de prinses de handboeien zag, wilde zij deze ook om haar polsen jirobeeren ; dn gouverneur legde ze baar aan. Maar toen zij ze weer af wilde doen, wist de gouverneur, die er niet mee terecht kon, ze n iet los te k rijgen, hij werd verlegen en zenuwachtig, en het duurde een heelen tijd, eer men op bet idee kwam, den gewonen cipier te roepen. Deze talmde ook, want hij vreesde de prinses te bezeeren ; eindelijk met veel moeite, en nadat de prinses half lachend, half zenuwachtig hem \erlofhad j gegeven, haar zoo hard aan te raken als noodig was, kreeg hij do noodige kalmte om haar te bevrijden. * * Is'ic't iedere huid kan zonder schade de winterkou verduren. Zonder van winterbanden en voeten te sproken, ook op bet gezicht werkt de koude, maakt de huid hard, droog, springerig, en praedisponeert tot rimpils. Sommige dames bedekken daartegen het gezicht niet cold-oeam of andere vette zelfstandighedon; de poriën der huid worden er mee verstopt, en als het vet ranzig of korrelig wordt tast het zelf de huid aan. Integendeel moet men de huid in baar functiën verdubbelen, liet gelaat 'a morgens en ook 's avonds nauw keurig wasschen (natuurlijk zonder zeep) en wel met gekookt water, dat niet al te koud is, en waarin wat borux, wat zemelen, wat emulsie geen kwaad kan. Is de huid reeds geschonden, dan kan wat coklcrcam of derge lijke te pas komen, maar dan doet men ook beter, niet uit te gaan. Een onschadelijk voorbehoedmiddel is poudre-de-riz, mits men daarvan geen misbruik maakt. * * De Vereeniging voor »Vrouwenkiesrecht", afd. Amsterdam, houdt op Maandag 30 Januari, ''s avonds te N uur, een openbare vergadering in het gebouw ^Eensgezindheid" Spui. Mevrouw Versluys-Poelman zal spreken over »de beteekenis der vrouwenbeweging1''. Entree voor niet-leden 10 ets. * * * Errata. In het artikel »Esn woord naar aanleiding van de Ite/de in de Yrouwenqnuestie' kwamen de volgende s'orende fouten voor: kolom '2 regel 31 van boven staat: »ons innigst wesen,'" moet zijn: »ons innigst werken''. En kolom 3 regel 11), in plaats van »lezen" moet staan: «leven". E-e. IMIIIItlllllllMIIMII yronwetóiesrectit, (Ingezonden). Op (lit oogenblik, waar er zoovele brochuren van heeren geleerden verschijnen, waarin over het al of niet hebben van verstand der vrouwen wordt getwist en haar de deelneming aan het openbare leven wordt ontzegd, zal bet zeker velen uwer lezers en lezeressen interesseeren eens te hooren wat daarover door den eersten minister te Victoria is gezegd in eare rede, gehouden bij hu' i'.dienen van een voorstel om de vrouwen kiesrecht te geven, DB heer Gaorge Turner zeide o.n. het volgende: »Ik zou nog gaarne in het kort eenige tegen werpingen beantwoorden willen, die van tijd tot lijd tegen h t kiesrecht der vrouwen wor den opgeworpen. Doze tegenwerpingen kunnen in twen klassen verdeeld worden ; zij zijn of van sentimenteelen of van zelfzuchtigon aard. Bij geen enkele geiegenbeid heb ik een argument gehoord dat werkelijk steek hield om de vrouwen liet staatsburgerrecht te wei geren. Men zegt dat slechts eene ruindeiüeid van vrouwen bet kiesrecht verlangt. Ik ben niet van die meening. Maar al was dat het geval, dan is liet toch zeker eene veelomvat tende minderheid, die verdient dat men hare rechten en rneeningen overweegt. De vrouwen hebben oven goed hare rechten te beschermen en h t', t recht zich te verzetten tegen eene slechte wetgeving, die haar in dezelfde mate kan treffen als den man, en als it ts verkeerd uitval', hetzij door vergissing, hetzij door een slechte regeerinj, zoo lijden zij even zoo zeer daaronder, ala ieder ander deel der gemeente. Zy hebtien naar uiijüe meerling het volste recht om geene gunsten ie verzoeken, maar om rech ten te eiscben. Wanneer de mannen gerech tigd zijn zich te laten vorteg-anwooniigen, opdat er voor gezorgd worde dat geen wel, dis tegen hun eig ndoai strijdt, doorgaat, zoo hee-t't de andere helft van de gemeente daartoe hetzf-lfds rechf. Ik heb tot nu toe te vergeefs getracht in ie zien hoe men, als men rechtvaardig en eerlijk zijn wil in betrekking tot het kiesrecht een onderscheid kan maken tusschen mannen en vrouwvn. Een van de eerste tegenwerpingen tegen het voorstel is die, dat de vrouwen dit recht in het geheel niet wensc.hen. Doch een groot aantal wenscht inderdaad dit recht te hebben en waarom zullen wij die allen uitslui en om dat eenigen onder haar het niet verlangen ? Eenige leden ziju van meening dat de vrouwen die voor het kiesrecht ijveren, onvrouwelijk, van twijfelachtig karakter en wat niet al zijn ; ijveren zij er niet voor dan wordt eezrgl dat zij het kiesrecht niet verlangen. Hmd^n zij openbare vergaderingen en brengen argumen ten voor den dag dan worden zij aanstonds door heleedigingen van allen mogelijken aard overladen ; treden zij niet openbaar met hare meeningen voor deu dag, dan heet het d-it de vrouwen in het geheel niet wenschen tB kiezon. Over het algemeen kan men niet zeggen dat wij de vrouwen rechtvaardig behandelen. En diegenen die beweren dat de vrouwen het verkregen kiesrecht niet gebruiken zuilen, verwijs ik naar Z'iid-Australiëen NieuwZeeland, waar bewezen is dat zij het in ruime mate, ja in nog grooter aintal d-in de mannen doen. Maar zelfs als 't waar zou zijn dat een groot aantal vrouwen niet kiezen, elan vraag ik : zijn er niet onder onze tegenwoordig ? kiezers duizenden en tienduizen die zich niet de moeite geven hunne stemmen bij de verkiezing uit te brengen 'i Het volgende argument is, dat de vrouwen geen voldoend verstand van politieke zaken bezitten, om het kiesrecht uit te oefenen, dat zij geen voldoen te opvoeding gehad, te prik kelbaar en impulsief zijn, en toch wordt ons het tegendeel verzekerd van Zuid-Auatrali en Nieuw-Zeeland, waar de ondervindingen bij het verkiezen reeds gemaakt zijn. De volgende tegenwerping betreft het fami lieleven, men gelooft dat de plichten der vrouw in huis niet vereenigbaar zijn met die der burgeres. Maar ik ben van meening dat do vrouwen het verlangde burgerrecht op zulke wijze uitoefenen zullen dat daardoor het huis gezin, verhevener en heiliger worden zal Zij zullen bij de verkiezing op die candiJaten stemmen, die zulke wetten in het parlement voorspreken, welke voor de rechten die do vrouwen in het gezin hebben moeten, maar nog niet hebben, opkomen. Wij willen ne regeering hebben van het volk, door het voJk en voor het volk, en tegelijkertijd sluiten wij eene volle helft van het volk uit, wanneer het zich handelt om de verkiezing van vertegen woordigers voor de wetgeving. Men kan spot ten met het voorstel, men kan het belachelijk maken, maar het toegeven van dit recht is onvermijdelijk. De argumenten ten gunste van het vrouwenkiesrecht zyn zoo sterk, de tegen werpingen zoo zwak, dat wij over kort of lang allen dit recht moeten erkennen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl