De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 16 april pagina 6

16 april 1899 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1138 PnplrmprV PD DUOJulltM uil ii. Het boekmerk herinnert op vriendelijke wijze den tijdelijken gebruiker van een boek aan den eigenaar. Niet ieder echter is zoo welwillend gezind zijn boeken uit te leenen. Er zijn zelfs mensohen die het uitleenen van een boek een strafwaardig feit vinden. En het is 't in zooverre ook, als men er auteur en uitgever schade door berokkent. Boeken-leeners zijn geen boekenkoopera. Er is een trek in van klaplooperij. Doch .... een vergeefelijke klaplooperij. Toen een zeker Duitsch schrijver onlangs achter den titel van zijn geschrift Het drukken: «Het uitleenen van dit boek is op straffe (Konventionalstrafe) van 100 mark verboden", was hij zich naar alle waarschijnlijkheid niet bewust dat hij daardoor een oude gewoonte in nieuwen vorm deed herleven. En toch is het nieta anders dan een bijzondere soort van den zoogenaamden boekvloek, waarvan zich verscheidene schrijvers tot in de 13e eeuw plachten te be dienen. Zij deden dat in de meeuing dat ze aan hun boek een soort van talisman meegaven, die ze tegen allerlei mishandelingen, ongeoor loofde praktijken en »TJnfug" van de lezende wereld zou beschermen. De tijd van het ontstaan van den boekvloek is geheel in 't duister gehuld. Het moet ons verwonderen dat wij .bij de oude volkeren, hetzij Grieken of Romeinen, niets dergelijks vinden, terwijl we bij de christelijke kerkvaders, nadat het licht der liefde-predikende Blijde Boodschap in het Oosten was opgegaan, bij herhaling de meest onchristelijke vervloekingen lezen. Doch onze verwondering moet worden ingetoomd. Laten wij bedenken dat 't geschiedde in een periode, waarin het er in elk geschrift en in ieder verweerschrift bijzonder op aan kwam, nauwkeurig de juiste lezing van een tekst vast te houden. Men moest wel, om 't zoo uit te drukken, op een letter doodvallen, waar soms n letter den zin van een geheel dogma kon veranderen. En dat dit niet altijd tot voordeel van den schrijver geschiedde, was toen, in een tijd waarin ongeleerden zoowel als geleerden afschriften namen van beroemde werken, zeer licht mogelijk. Soms veranderde een nadenkend overschrijver naar zijn idee een titel. Een slordig of lui copüst verkortte of vervalschte een opschrift. Anderen brachten de aan* of op merkingen die in den rand genoteerd stonden in den tekst zei ven over, alsof 't woorden waren door een vroegeren overschrijver in deii tekst vergeten en in den rand hersteld. Zoo vindt men honderd malen in Grieksche handschriften de woorden: mooi.' bravo! best! in zinnen die naar de meeniug van een overschrijver mooie ideeën bevatten. Maar ook opzettelijke vervalschingen bleven niet uit en werden in de geschriften der kerk vaders veelvuldig ingeschoven. Door een der gelijk boosaardig bedrog wilde men uit hen en hun werk bewijzen putten, voor 't geen hunne tegenstanders juist wenschten te beweren. Vooral waren dit, zooals spreekt, toevoegingen en ver vormingen van zinnen uit de Heilige Schrift, zooals ze juist in het kader van deze of gene sekte pasten. Tegen al deze en dergelijke onwillekeurige en willekeurige handelingen moest een krachtige vloek of verwensching het boek beschermen. »En ieder die dit boek bf lezen of afschrijven zal, bezweer ik voor het aangezicht van God den Vader, des Zoons en des Heiligen Geestes, bij de beloften van het toekomstig rijk, bij het geheim van de opstanding uit den dood, bij het eeuwige vuur, 't welk den duivel en zijn helpers bereid is, dat hij, zoo hij niet soms die helleplaats als zijn eeuwige woning wil hebben, waar geween is en knarsing der tanden en waar het vuur nimmer wordt uitgebluscht, dat hij aan dit geschrift niets toevoege, noch iets daarvan afneme, noch iets daarin schuive, noch ver andere, maar het met 't oorspronkelijk geschrift, waarvan het is afgeschreven, vergelijke en tot op den laatsten letter nauwkeurig verbetere. Dat hij zich ook geen voorbeeld tot afschrijven neme dat reeds verbeterd of veranderd is, waar door de juiste kennisname van dit geschrift voor den lezer bemoeilijkt wordt." Zoo luidt bijv. de boekvloek die Rufiuus liet voorafgaan aan zijn latijnsche vertaling van het werk van Origines: xe(i ap%üv, de principiis. En die boekvloek kon als voorbeeld dienen van tal van dergelijke verwenschingen in kerkelijke strijd schriften dier dagen. Toen (naar luid van het verhaal), de zeventig geleerden aan het hof van Ptolemaeus Philadelphus te Alexandriëin de 3e eeuw vódrChr. de vertaling ondernamen van het Oude Testament, die naar hun aantal de Septuagint wordt genoemd, zegt men dat de koning ook beval dat er een vervloeking aan zou worden toegevoegd voor eiken veranderaar of verkaoeier. Toch schijnt deze verwensching weinig vrucht te hebben gedragen, immers Origines en andereu in den loop der eeuwen vóór en na hem, hebben aan de Bijbelvertaling van de zeventig" verbeterin gen trachten aan te brengen, zonder schade aan lijf of ziel te vreezen. Ook de middeleeuwen namen de gewoonte van den boekvloek of boekverwensching over. Naar alle waarschijnlijkheid werd deze gewoonte j door de kennismaking met de producten der copiisten in de kloosters algemeen bekend. Toen Eike van Repgow tegen 't midden der 13e eeuw den Saksen-Spiegel in 't Duitsch samenstelde en zóó 't oudste Duitsche Rechtsboek leverde, was hij zeker vol vrees dat een dergelijk boek, het welk spoedig een algemeene bekendheid ver wierf, zou bedorven worden door invoegingen. Wetten op auteursrecht en bescherming van letterkundigen eigendom bestonden niet; een verwensching (in versmaat bij voorkeur) moest het gemis aan strenge wettelijke bepalingen ver goeden. Groote vreeze grijpt mij an. Ik ben bang dat menig man Dit geschrift wil gaan verfraaien En daaraan zal gaan verdraaien. Wie verandert aan dit boek, Treffe daarom deze vloek: Die hier valsch wat bij wil schrijven '/&] eeuwig in verdoeinnis blijven. Maar niet alleen had de boekvloek beteekenis als beschuttingsmiddel tegen vervalschingen en bij voegingen ; ze werd ook als middel gebezigd tegen nadruk of vertalingen door onbevoegden. Vooral in de joodsche wetboeken, die in de 17e en 18e eeuw, met verklaringen veelvuldig werden gedrukt, vindt men vervloekingen. Eenigszins zachter klinken de verwenschingen van nadruk kers in de Doitsche boeken van dien tijd. Chr. Weidling plaatst vóór de uitgave van zijn «.Oratorische schatkamer" het volgende klapper mans-gedichtje: Wie goed en eerlijk leeft verdient een scbild en helm, Maar wie dit boek nadrukt, dien noern ik eenen schelm. Was de vervloeking niet krachtig genoeg ge weest? Miste de verwensching door af wezigheid van hel en vagevuur, knarsinge der tanden en duivel het afschrikkend vermogen ? Hoe 't zij, het boek werd toch nagedrukt, en aan dezen nadruk werd zelfs een leuke parodie op het oorspronke lijke vervloekingsversje toegevoegd. Wie door zóu'n vers niet van zijn plan wordt afgebracht, Die zinke als Don Juan in 's afgronds diepsten nacht. Wie zich het vertalingsrecht wenschte voor te behouden van zijn geesteskind of wie van geen overzetting wilde weten, verzekerde dit gewoonlijk in een voorrede in krasse bewoor dingen, uitloopend in een vloek- Een Italiaansch priester Barrins, die een geschiedenis van Galabrie schreef, bedreigde den vertaler van zijn werken hiermee: dat hij geen jaar meer zou leven. Gelukkig voor de historiographen van Italië, die de monographie over Galabriëwensch ten te raadplegen, dat Barrins de beschikking niet had over leven en dood. Langzamerhand, met de vermeerdering der beschaving verdwijnt ook de gewoonte van den boekvloek. Toch is er zelfs op juridisch terrein over geschreven en getwist, of zulk een ver wensching kracht van wet bezat, dan wel waarde loos zou wezen. Slechts in een zeker soort van volksletterkunde, die zich trots beschaving en ontwikkeling nog staande wist te houden, in de boeken n.!, over tooverkunst en geheime middelen, bleef de verwensching bestaan. En te recht. Daar bevond zij zich op een haar passend terrein. Immers: de middelen om goud te maken, de bezweringsgeheimen der pretieuse stof in tooverboeken vervat, mochten geen ge meen goed worden, niet aan oniugewijden worden meegedeeld en een vervloeking over het hoofd van den misdadiger die 't wél deed was verdiend en .... gevreesd. In het Rosarium phüosophicum, een alchymistisch geschrift dat door de drukpers een verdere verspreiding erlangde, wordt een ieder die het ge heim van het goudmaken zou openbaren er mee be dreigd dat hij aan een beroerte zal sterven. Gewoon lijk roepen de wijze meesters der zwarte kunst bij hunne verwenschingen God en de Heilige Drieeenheid aan, als wrekers van het verraad aan hunne geheimen gepleegd: ja, de banvloek van de kerk wordt meermalen in het verschiet ge steld als een passende belooning. Meende men dat de inhoud van de boeken genoegzaam door vervloekingen en verwenschin gen was beschermd, dan zocht men door zulke middelen ook bet boek tegen diefstal of nala tige leeners te beveiligen. Van de tijden van Cicero af, van wien wij weten dat hij in zijn bibliothecaris Dionysius een ontrouw dienaar bezat, tot op onzen tijd toe, zijn er liefhebbers geweest van geheime onteigening. Er zijn menschen die door hun hartstocht voor boeken zóó verblind worden, dat zij tot misdaad vervallen, strafbare feiten plegen, ja voor moord soms niet terugdeinzen om in het bezit te komen van een door hen vurig gewenscht werk. Mendenkeaan den prediker Tinnius te Poserna, die tot moor denaar werd ter wille van een kostbaar boek. En het proces in 1861 van Dr. Pickler die de keizerlijke bibliotheek te St. Petersburg had bestolen, van Prof. Lindner in 1860 te Leipzig zijn er, om te bewijzen dat zelfs geleerdheid en ontwikkeling tegen kleptomanie geen behoedmiddelen zijn. In de Vatikaansche bibliotheek trof de pau selijke ban eiken boekendief. rlndien iemand hier verkeerd doet, boeken of een deel er van meeneemt, er uit rukt, steelt, of met opzet be derft, hij zij uitgesloten van de gemeenschap met de geloovigen, verwenscht, belast met onzen banvloek. Door niemand dan door den Paus kan hij daarvan ontheven worden." Op een andere wijze behielpen zich de monniken in de beroemde boekerijen op den berg Athos aan het zuiden van de Thracische kust. Zij hechtten in elk werk een boekvloek waarin de dief werd bedreigd met den vloek der twaalf apostelen en al de mon niken. Dergelijke formules vindt men in tal van handschriften, gewoonlijk in den vorm van een versje aan het slot. En tot in de ISe eeuw houdt dit stand. De beroemde handschriften-kenner Wattenbach verzamelt in n zijner werken daarvan vele voorbeelden, allen neerkomend op hetzelfde: //die mij steelt zij verwenscht en ontga zijn gerechte straf niet." Die ^oed rnij behandelt en van mij houdt Dien draag ik op aan God ; Maar dii' mij wegneemt of uit mij steelt, Verdii-iit der dieven lot. of: l lic liber est mem. Tcslis est deus. of: Qui eum rapiet Diabolus capiet. (Dit boek is van mijn God zal mijn getuige zijn. Die 't wegneemt .De duivel haal hem). Zoo iemand steelt dit boek, voor hem moog d'aarde splijten, En tevens raoog in 't vagevuur hij verder 't leven slijten. of: Wie steelt dit boek, hij is bestemd, Hoog aan een galg te hangen. terwijl dan als tegenhanger van al dit vreeselijks dit rijmpje zoeter in de ooren klinkt: Wie dit boek steelt is een dief, Die 't mij weerbraigt heb ik lief. Wij mogen van geluk spreken, dat zij wier levenstaak meebracht dat ze over boeken en boekverwenschingen schreven, aan hunne werken geen vervloekingen hebben toegevoegd voor de gebruikers van hunne geschriften. Het putten uit de verschillende voortbreng selen dier noeste vlijt zou aldus een gevaarlijk werk worden. Of de verwenschingen echter in onzen tijd van nadruk en letterkundigen diefstal zouden baten? Te betwijfelen valt het, waar man nen als Plemp van Duiveland en Veegens, blij kens hunne Gidsartikelen, het zoo geheel oneens zijn, en ook andere belanghebbenden en belang stellenden van verschillende kanten hulp ver wachten, en lijnrecht tegenover elkander staan. Misschien brengt de 20e eeuw ons een prak. tischen, afdoenden, wettelijken boekvloek. Utrecht. N. J. SINGELS. Boek en Tijdschrift. De Nieuwe Het l\jkt wel of de Nieuwe Tijd opeens dik is geworden als een ton-rond bankier primo: door Schapers verkiezing, in het bijzonder secundo: door het floreeren van de S. D. A. P. in het algemeen. Aan het eerste, verrassende feit wydt v. der Goes een sub-artikel onder de rubriek : Politiek, waar hy ook de overeen komst met de Kon. Paketvaart-maatschappij, de gelijkstelling der Japanners met de Europeanen in Ned.-Indie voor de wet en de bezoldiging van den Gouv.-Gen.: bespreekt. Ook hy noemt naar de heerschende gewoonte, alleen lettend op den vorm van Japan, dit ryk het Engeland van het Oosten. Maar wil men werkelijk en dat land n dat volk met een Europeesch gebied en een Arische natie vergelijken, dan zijn de Japanners veeleer de Franschen van Azië. Ze zy'n evenals deze hoogst arti stiek ; lichtzinnig leven ze voor den dag van heTrademark THEE - E. BRANDSMA. Trademarlc KQLBEÏEIJ&COBBEÏRE, ft L H! l D SC H E B T ft. .» ?" A.M.SXMKt)A.M. * Groot Beddenmagazijn. Groote collectie Wiegen, Kinderledekanten, Luiermanden, Babytafeltjes, Babybascules, etc. etc. Vraagt geïllustreerde catalogus. En is de huwelijksplechtigheid nog al kalm afgeloopen ? Ja, natuurlyk. Hadt je soms ver wacht, dat ze onder de preek al aan het kibbelen waren geraakt? Bakker. Zeg, Meier, jjj komt pas uit Indië, is het waar, dat een inboorling, als hij een fiets ziet, een eerbiedige buiging maakt? Meier. Ik heb er niet op gelet, maar dan is het juist het tegenoverge stelde van hier. Wg buigen pas» als we er op zitten, en sommigen laten die ?eerbiedige" houding eerst varen, als ze er weer af gaan. Specialiteit van Overhemden op maat, Dassen, Boorden, Manchetten, etc., bij VVI W. VA\ DJ3K HULST Hofleverancier. Reis artikelen. Parapluies. 167 Kalverstraat, AMSTERDAM. PHILIPPONA KETELAAR, KALVERSTRAAT 16 6* AMSTERDAM. SPECIALE INRICHTING voor het vervaardigen van volledige Uitzetten en Luiermanden. Op aanvraag worden prijsopgaven en modellen franco toegezonden. van KINADRUPPELS van Dr. DE VRIJ, Het krachtigst werkend middel tegen Malaria (binnenkoortsen) algemeene zwakte, bloedarmoede en bleekzncht. Vraagt oyeral de n verzegelde flacons a f 1.?, voorzien van nevensstaand fabriek smerk. Men lette daarop. Bg overmaking van een postwissel a ? 1.15 volgt franco toezending door de Chemische Fabriek H. NANNIHO, Den Haag. VERSCHENEN De Rots waarop wij bouwen, DOOK W. ZAALBERG. Opgedragen aan den Nederlandschen Protestantenbond. Prijs in geïllustreerden omslag ? 2.50. Gebonden in prachtband ? 2.90. Een uitstekend geschenk voor nieuive lidmaten* Uitgave van V A N HOLKEMA & W A R E N D O R F. Amsterdam. HELM-CHOCOLADE. o o l cc Lu Lu I ^lSSM& I m r o > o Een tli is zeker, Sunlight DRINKT HOLLANDIA" TAFELWATER. Gevestigd te Amsterdam, Damrak 74, Goedgekeurd Uj Koninklijk Besluit van 3 December 1895, A"". 38. Maatschappelijk Kapitaal/ 1,800,000. Directeuren: Mr. C. L. SCOTT en Mr. PAUL L. MULDER. Commissarissen: W. J. GEERTSEMA, Amsterdam; JOAN H. SCHMITZ, Amsterdam; Dr. Ju. VA> GEUNS, Amsterdam; J. C. VAN GOENS, 'sGrareniïage; Dr. S. J. HALBERTSMA, lluttrrdam; Prof Dr. W. KAPTEIJN, Utrecht; Mr, J. LUDEN, Amsterdam; Prof. Dr. J. A. C. OUDEMANS, Utrecht Jhr. F. VAN REENEN, Zeist en E. W. SCOTT, Amsterdam. S&" De Maatschappij verzekert pensioenen, uitte betalen zoo dikwijls en zoolang de verzekerde door invaliditeit, onverschillig of deze voortspruit uit ziekte of on geluk, buiten staat is zijne beroepsbezigheden te verrichten. jssrffsf, ??|R" /. n r P A u n i n A T n n D - u A N BOMMFI, zedige opvoeding, Fransche en Engelsche U L U H H U l U H l U U 11 ? ff 11 U U III III k L) leerares, evenals eene huishoudschool- dOOf DOCTOR J U R I Sonderwfl'zeres. Zorgvuldige verpleging. DERDE DfltJK. Uitstekende getuigschriften. Pensionprp »<r j. TDDlror,iTin.D-n Van TnVian Rvflak-pnQl'pk 750 Mark. M. BossE Hoofd der schooi, M6i i eeKeningen van onan Draan.enbiüjv. H. BUSSE, muziekonderwijzeres van het Prijs ? 1.?, gebonden / 1.40. conservatorium. Amsterdam. S. L. VAN LOOY. BOSBÜOM-TOUSSAINT. NIEUWE UITGAAF voor slechts f l.?. Door den Uitgever D. BOL LP", te Rotterdam, is in alle Boekwinkels de inteekening opengesteld op <§e $erzamelde perken VAK M BflSBOOM-TflüSSAIHT. Met 100 fraaie Platen, compleet in 25 maandelyksche deelen, ad slechts ? 1.?, in prachtband ad slechts ? 1.40. Reeds is verschenen: Dl. 1?2. De Delftsche Wonderdokter. Dl. 3. Een Kroon voor Karel den Stoute enz. Dl. 4. De Verrassing van Hoey. Dl. 5. Graaf Pepoli, of de roman van een Rijk Edelman. Buiten inteekening is deze goedkoope uitgaaf niet verkrijgbaar. Onderlinge Verzekering-Maatschappij J U VENT U S", gevestigd te AMSTERDAM. Opgericht 1887. Reserve op Ult°. December 1897 ? 25167,83M. Afd. I. Militie-Onkosten Verzekering ter bestrijding van de Onkosten en geldelijke nadeelen aan den Persoon1 \jken dienstplicht verbonden. Afd. II. Huweljjks-TJitzet Verzekeringen. Prospectussen en Tarieven en alle inlichtingen gratis verkrijgbaar bij de Directie, den Texstraat 41, en b\j H.H. Agenten. Hotel e 11 Pension JUJÏKER JÖBG Prachtige vrije hooge ligging zonder weerga, aan den weg naar den burg. Uitstekende gelegenheid om 's Zomers te verblijven. Goede getuigschriften. Geïll. prospectussen verzendt de eigenaar Os wis SCHRÖTBB. bij de Wartburg Eisenach in Thttr,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl