De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 9 juli pagina 3

9 juli 1899 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Na. 1150 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. schrijnende tegenstelling tusechen den ernst binnen de wanden van het theater, dat men betreedt gehjk men een paardenspel binnen gaat, en de kermisdrukte daarbuiten. De Münchener Hühnerbraterei, de worstvuurtjes met hun stinkenden walm, de Pschorrbiiiu, de SauerkraiU-tent, de photograpMe-uitstalling, de galanterie-winkel, de sigaren- toonbank, de geldwüselaars ze komen ons voor als wanklanken in een verheven symphonie. Doch ook over de Ober-Amna-ergautrs heeft de tijdgeest zijn adem geblazen: ze z\jn bezield door winstbejag. Van eenvoudig vrome dalbewoners zjjn ze geworden ordernemers van een godsdienstig-pubiieke verraakalijkheid. Gelémaïen, al is 't dan niet geheel «n al voor eigen beurs, is thans hun streven .geworden, waar hun vroeger sltcate de eer Gods en dankbaarheidsbetoon, plichtbesef in 't vervullen eener oude gelofte voor oogen stonden. Toen dan ook in 't jaar 1890 in de pers verhalen werden gelezen van den ontzaglijk' n menschenstroom, die zich over 't Beiersch Alpendorpje uitgoot, toen gewaagd werd van den goudvloed die naar Ober-Ammergau vloeide, van de wereldsche vermaken waarmede de geestelijke stemming werd gemengd, wist men óók te spreken van ontevredenheid die deze profanie had gewekt bij de hooge geestelijkheid, met name bjj den Paus. Men sprak zelfs van een verbod tegen 1900. Sedert dien tijd werd daarvan niet meer gerept. Of men heeft ingezien dat een raken aan een oud, heilig gebruik een krenking zou zijn voor al wat Beier heet, ook al worden dezen verteerd door ijverzucht op de Ober-Ammergauers? We weten het niet Maar ?wél weten wy uit de geschiedenis, dat een op heffen van 't merkwaardig verschijnsel een jammerkreet zou doen opgaan uit den moed van allen, die oude volksgebruiken eeren en in stand willen houden. Men breekt geen brok leven straffeloos af. Vooral want, eer dat zóó is eamengegroeid met het bestaan van een volk. In Ober Ammergau leerde ons de geschiedenis dat meermalen. April 1770. Een algemeen verbod had de op voering van Passie-drama's verboden in 't ganscbe n. Kinderen en Dienstboden. Wees niet bang vcor een //meidenpraatje"; ik zelve vind dat, in zijn ouden vorm, iets af schuwelijks. Waar ik 't dan wél over hebben zal, nu ik hierboven: Kinderen en Dienstbo den" als mijn onderwerp voor heden heb ge plaatst? Je zult gauw genoeg merken, waar ik henen wil. Wij, moeders uit de hoogste of hoogere klas sen der maatschappij hebben, behalve tegenover onze kinderen, ook ten opzichte van den kring, waarin wij leven, plichten te vervullen. Deze laatsteu zijn de hoofdoorzaak, dat de kinderen uit onzen stand, meer dau die van de kleine burgerklasse, aan kindermeisjes, nurses of bonnes worden overgelaten. Is dat wensctielijk? Nie mand die dat, bevestigen zal. Maar ik wil er bijvoegen: mits dat ,/over.aten" een rtoevertrouwen" zij. en dat oordeelkundig geschiede eji tot het minimum herleid worde, viiid ik nog wel een lichtzijde aan die noodzakelijkheid. De kinderen worden, doordien het niet altoos de zelfde persoon is, die geleidt, minder eenzelvig. Zijn beide invloeden goed eu werken zij homo geen, dan is dat nog zoo kwaad niet, maar ik herhaal toch: mits dat toevertrouwen" tot een minimum worde gereduceerd. Want: zelve is de vrouw", in dit geval de moeder." Vóór de plichten tegenover de we reld, gaan die tegenover de kinderen en daarom mag het geen gewoonte worden, dat //moe" 's middags visites ontvangt < f bezoeken maakt en 'a avonds uitgaat." Uitzondering moet dat blijven zoolang... ja, zoolang de kinderen, groote of kleine, thuis zijn. Die uithuizige" plichten worden helaas maar iil te zwaar dik wijls opgenomen, de plicht" is al te vaak het masker voor eigen genoegen. Van welken aard de positie zij, die de moeder inneemt, zij moet m. i. voelen dat zij, zeker zoolang de kinderen klein zijn, bij dezen, en niet in de balzaal thuis behoort, de kinderen moeten niet alleen bij het dessert mogen verschijnen, maar van hun tweede jaar moet het regel zijn, dat zij aan tafel bij de ouders eten. Is dat door omstandigheden nu eenmaal niet mogelijk, zorg dau, moedertje, dat gij bij het middagmalen vaii uw kleinen tegenwoordig zijt en zooveel mogelijk bij hun slapen gaan. Toch zou ik niet graaj zien, dat de //vrouw" 1) geheel opging iu de moeder, dat haar beste levensjaren, juist die, waarop zij eerst recht het oordeel des onderseheids" krijgt, zonder vruchten zouden blijven voor haar eigen verdere ontwikkeling, dat zij niet op de hoogte vau haar tijd bleef. Maar niet in de balzaal, noch op diners ??? tenzij ge in 't laatste geval een biezonder bofje hebt zult gij meerdere ont wikkeling op doen. Bezoek, als de kleintjes slapen, af en toe het theater, vooral bij dege lijke voorstellingen, ontvang eenige gezellige intieme vrienden, mannen en vrouwen, die even als gij het kapellenleveu" verafschuwen, geniet van goede muziek, en zijt ge werkelijk begaafd, en hebt ge uw talent ernstig geoefend, maak vél muziek thuis, zorg dat de kinderen behoefte daaraan krijgen. Tegen dat alles heb ik niet alleen geen be zwaren, ik vind dat hóógst-wenschelijk. Vóór haar vijf-en-twiutigste, soms ook wM vóór haar dertigste levensjaar is de vrouw, óók dus de moeder, niet geestelijk rijp. Of dit, als de om standigheden veranderd zullen zijn, anders zal worden? Ik geloof het niet, watt... naar het kijkje dat ik in de mannenwereld genomen heb, is 't daar niet anders gesteld. Hoe treurig is 't nu met, als jonge vrouwen met goeden aan leg en die geestelijk goed-onderlegd zijn, van baar twee en-twintigste b. v. tot haar vijf-endertigste opgesloten zijn in de kinderkamer en zich zoo goed als niet met het leven daarbuiten in contact kunnen stellen. Hebben die vrouwen een hoog lot" uit de leveiislottrij" getrokken en zijn zij gepaard aan een man, die, even ont wikkeld, het een genot vindt, met zijn ^andere helft" van meening te wisselen over alles wat hem, die elk uur, met het groote, het algerneeue leven in aanraking komt, interesseert, dan zon zulk een vrouw al heel gauw niet meer den gedachteugaag, het geestelijk leven van haar man kunnen volgen en dat ware een misdaad tegenover haar zelve, tegenover haar man, ja ... tegenover haar kinderen. l) Let wel, ik he'o 't oog altijd en alleen op de geestelijk ontwikkelde vrouw. Beiersche gebied. De Ober-Ammergauers,die zich gereed maakten hun spelen in dat door tien deelbare jaar te vieren, waren getroffen in 't dierbaarste wat een volk bezit, in hun volkstrots. De klooster-rechter van hot nabij gelegen Ettal, waartoe Ober-Ammergau behoorde,, bad hun het bevel overgebracht om nicht ohne ehevor erlangte gcadigster COL cession'' hun plan ten uitvoer te brei'gen. En er was reden waarom de Beiersche keur vorst besloten had in sammtlichen Ober-landen" in Stadt und Markten sowohl als durchgehrnds auf dem Lande die Passionstragoedien gilnzlich abzuschaffen." Het Passie-spel toch was ontaard. Het had elementen in zich opgenomen die niet konden samengaan met zuiver godsdienstige gevoelens. Door den aangroeienden smaak voor de opera, drongen gezang en instrumentale muziek bij zonder op den voorgrond, ook in de Passie spelen. Politiek bleef evenmin vreemd aan de vertooningen. En waar zich daarbij nog voegde de platte, oud Beiersche humor van de lage volksklassen, daar moesten de opvoeringen dak-n tot ware caricaturen van het Hoog Heilige en het Verhevene. In München bijv. werden de vertooningen Overgelaten aan de stads-muziekanten, de gerechtsdienaren en hunne vrouwen, aan de koetsiers en de daglooners uit de voor steden. Wanneer men nu verneemt dat het geheele huishouden der medespelers op de planken kwam: dat spiegeltjes, kasten, stoelen, familie portretten der acteurs, stukken hui-raad aan sommige toeschouwers bekend, met kreten van bewondering en verrassing werden begroet, dan kan men wel nagaan dat er te midden van den hoogsten ernst te veel reden tot ergernis ge geven werd. Bij een voorstelling van een geestelijk stuk : De Zondvloed" werd de gansche verdelging der menschheid bewerkstelligd door 't over elkander werpen van alle meubels, terwijl eenige emmei s water de vernietiging moesten vol tooien, en pauken en ketels door een oorverdoovend gedruisch de illuzie moesten vergrooten. Als onmiddellijk vervolg op deze klucht werd in den vastentijd vertoond: Das bittere Leijden und Sterben auf di>m offentlichem Tbeatro zu sonderbarem Vergnügen und Auferbaulichkeit , des Adels und der Genieinde." (Wordt vervolgd.) N. J. SINGELS. Tooneelwedstrrjd. Ter gelegenheid van haar 25-jarig bestaan schrijft de Leidsche Tooneelvereeniging »Jacob Cats" een tooneelwedstrijd uit, waaraan alle Nederlandsche rederijkerskamers-tooneelgeschappen, reciteercolleges enz. kunnen deel nemen, uitgezonderd die van Leiden. II. M. de Koningin en H. M. de KoninginMoeder hebben daarvoor de hoofdprijzen uitge loofd. Tooneelspelers van beroep mogen niet mededingen. ledere mededingende vereeniging zal oproe pen : a. Een drama of tooneelspel in drie of meer bedrijven, van ten minste n daoiesrol en vier spelende heerenrollen. b. Een blijspel in hoogstens twee bedrijven, van ten minste n damesrol en drie spslende heerenrollen. Zes vereenigingen worden tot den wedstryd toegelaten. De wedstrijd vangt aan in November 1899 en eindigt in Februari 1900. De voorstellingen zullen bij vooikeur op Zondag plaats hebben. Het bestuur bestaat uit de heeren H. L. van Nifterik, eere-voorzitter. A. J. den Hollander, voorzitter, Th. J. Bouwmeester secretaris, A. Livingston, penningmeester etc. etc. iiiiiiiimiiiimimiiiiiiiiiiiiiijiiiim Dc Tuin. Tweede aflevering. Het bestaan van dit tijdschrift is vrijwel overbodig. De text is in deze tweede afleve ring al even ongaar en brokkelig- van stijl als in de eerste, en de platen, hoe fraai en zorg zaam ook gelichtdrukt, zijn niet zóó gekozen dat zij de oprichting dez. r periodiek tot een bizondere verheuging maken. De afl. opent met een beschouwing van den VOO E DAMBS. heer Alb. A. Plasschaert over »De kunst en de kunstidée", welke ik niet getteel uit kon lezen, daar zulks mij moeite noch tyd scheen te loonen. De kritiek van den heer Carel Hartse op »de Hollandsche schilderkritiek" heb ik evenwel geheel gelezen, en bevonden dat diens schrijfwijze, een kortaf vermoeiend en onverteerbaar gehakkel, beïnvloed schijnt door die van den heer Plasschaert, van wien hierna eenige opmerkingen volgen over Vincent van Gogh, wel goed van bedoeling, maar weer ongenietbaar van vorm. Men zie slechts dit proefje : «Vincent's werk kent geen tijen van accent, en dan van leugen (accent in kunst waarheid) wie schoon mensch vecht met 'n te sterke, 't licht, wanhopig, om te winnen, foeft niet." Een kritiek over Pulchri's keuze tentoonstelling besluit het proza dezer afleve ring, die voorts nog eenige onder Gorter's invloed geschreven verzen van den redacteur bevat. De eerste der vijf platen is de fraaiste; het is een reproductie, op de bekende voortreffeIjjke wijze uitgevoerd door H. Kleinmann & Co, te Haarlem, naar de «Binnenplaats" van Pieter de Hoogh, uit de National Gallery te Londen. Dan voleen een tweetal aardige krabbels van Anton Mauve. Evenals in afl. I is hier een reproductie naar een teekening van Johan Thorn Prikker; het is de »Moine Epique", bij het gedicht van Emile Verhaeren. Voorts een straatkrabbel van Isaac Israëls en een plaat naar een bevallig landschap van W. Degouve de Nuncques. Mij komt evenwel deze keuze, de fraaie binnenplaats van De Hoogh uitgezonderd, niet in voldoende mate belangrijk voor. Er zijn toch waarlijk nog schoone zaken genoeg, en men behopft zich heusch niet te behelpen met de krabbels, hoe voortreffelijk ook, van Mauve en Israëls, of, wat erger is, met de ongure en krachteloos-slappe teekeningen van den vol komen onbeduidenden (laten wij aannemen: onbewusten) charlatan Johan Thorn Prikker. Zoolang er nog die eindelooze schat van schoonheid is uit alle tijden, zoolang er in de oude landen nog monumenten zijn wier af beeldii gen ons een denkbeeld konden geven Wat een genot voor kinderen en moeder als later, wanneer haar kroost den leeftijd van achttien jaar bereikt heeft, zij in het onderwijs, in alles wat dau de kinderen boeit., hun gedach ten kan volgen, nuêkan leven, nuêkan voelen al wat daar omgaat in dat frissche jonge leven. Och, daar weet u niets van." O ! hoe pijn lijk moet dat een moeder trtiïeD. De kindtren zeggen het niet om te kwetsen ; volstrekt niet, ze zegeen 't omdat... het zoo is en ze geven daaruit een brevet van onvermogen aan de moeder. Ook de best geaarde kinderen gaan zich in dat geval de meerderen vau de moeder voelen en... weg met elk u-ziju, met elk heerlijk samen-leven zoodra de ue partij, zij heete man en vrouw of moeder en zoon, zich de meerdere der andere voelt. Daarom zou ik alle ontwikkelde, serieuse, getrouwde-vrouwen willen toeroepen: pas op, wacht u voor uit huizigheid, voor ijdele domme prrt-jajagerij, maar óók wacht u voor insluimermg bij het huishoudboekje, of... in de kinderkamer. Een verstandige vrouw zal de //juste milieu" weten te bewaren. En zulk. een moeder zal dan ook niet alleen in de keuze van haar, wie zij, tijdens ? haar afwezigheid, haar kleinen toevertrouwt l wikken en wegen, maar ook overigens zooveel mogelijk trachten een goed stelletje" te krijgen. Wat ik daaronder versta? Iu de allereerste plaats duld geen boosaardige ruziezoeksters, geen praatjesmaakbters onder uw personeel. Zoek flinke elementen i'it. Ga persoonlijk mliclitiugeu inwinnen en ook persoonlijk, zoo ver dat moge lijk is, zien uit welk //nest" uw aanstaande dienstbode komt. Stamt zij uit eeu degelijk gezin, maakt de moeder een goed-burgerlijken indruk, en spreekt de omgeving van degelijk heid, uu, dan moogt ge 't al voor drie-kwart wagen. Uw goede behandeling stuit af op onverbChilligDeid en onwil. £org dus dat uw kinderen van geea dienstboden-iuzietjes kunnen getuigen zijn. Gij weet niet hoeveel onkruid er m de zieltjes uwer kinderen ontkiemen kan, door die halt- of niet begrepen zmnen, maar waarvan de kleintjes toch dadelijk voelen, dat ze boosaardig zijn. Eu evenmin weet ge, hoe soms een enkele zin kan blijven hangen, waar door later, veel later, als het kind de beteekeuis weet, kwaad wordt gedaau. Dus ; een goed stelleljt', dat goed met elkaar kan opschieten, maar toen . . . houd uw kmderkamerdeur voor de grens van het overige per soneel. Daar is het territoor van de kiiiderjull'rouw" of vau het kinder?meisje." Daarbinnen moet elk geklets" geweerd worden en op dat punt... ga gerust met de meeste gestreugheiii te werk. Ik houd volstrekt niet van zoo'n sentimerjteelwauwehgen omgang met kinderen eu het kiud raakt even goed gewoon aan den uaam eugei" als aan zijn eigeu, maar wuer hardheid eu boos aardigheid zooveel 't iu uw macht is eu laat hartelijkheid den grondtoon vormen. Daarom herhaal ik: zie toe, tracht meuschen" orn je heen te krijgen en //mensclieu" vmdt ge, geloof me, in alle standen ; alleen maar . .. niet zoo voor 't pakken. Wat ik dau wel onder //menschen" versta? Wezens niet een goed hait en goed-gezond verstand, at kliukt heel eenvoudig ; toch t.loeg Diogeues de plank niet zoo heelemaal mis, toen de man een lantaarn nam om ze te zoeken. Jou lautaarii heet; intuïtie. Gt-voel en verstand zullen je leiden eu je net zoolang laten ruilen tot je liet rechte gevonden hebt. Maar iu de keuze van uw kindermeisje moet ge niets //wagen" want hoogst nadeehg voor uw kinde reu is dat verauderen telkens eu telkens weer. Hebt ge werkelijk een geschikt meisje, dau be hoeft die niet eerst een vakschool" bezocht te hebben, om tact" te leeren -2) want zoo een heeft dat bij haar geboorte als gave meegekregen. Tact is n u11 te verkrijgen, wél te ontwikkelen. Die ontwikkeling nu geschiedt vél beter, vél natuurlijker iu het dagelijksch leven, door dagelijksche ondervinding m de kinderkamer, als assistente-kindermeisje, opgedaan, dau door de //opgeschroefde" praktijk in opleidingsscholen, tenzij die tevens kitiderbewaart-cholee. van de goede moderne soort zijn. (Sld L'ol'lt.) YllOUWKE. Fleurig Lentegcdoe all the year ronM. Lente. Weekblad voor Jonge Dames, onder redactie van TINE VAN BI:BKKX en EGUEHTA C.VAN DEK MANUELE. H J. W. Becht, Amsterdam. Het is nu bijna een halfjaar, dat dit blaadje wekelijks een welkome gast is in allerlei ge zinnen, waar jonge meisjes zich graag niet lectuur diverteeren, en het is werkelyk aardig op te msrken, hoe trouw de redactrices zich hebben gehouden, aan wat z\j in het eerste nommer hebben beloofd. Het is een frissche, gezonde geest, die u uit dit werk tegemoet komt, zooals ge niet anders verwacht, waar een schrijfster als Tine van Berken de leiding in handen heeft. Maar ook in de keuze der medewerksters en medewerkers, want ook het mannelijk element is onder hen goed vertegenwoordigd, is de redactrice blijkbaar zeer gelukkig ge weest, en haar mede-redactrice, mevrouw de Wijs?van der Mandele, weet, naar onze mee ning, uitstekend den juisten toon te treffen, den toon, die niet te lief en zoetsappig en ook niet te meesterachtig klinkt; die niet vleit, maar ook niet bruskeert, en die warm blijft klinken, ook waar met 't kosle verstand wordt geredeneerd. En dit is niet zoo'n heel glad en gemakkelijk terrein, om zich met de pen te bewegen. Er liggen voetangels en klemmen van gemaaktheid en oneenvoudigheid en zelfverheerlijking, ge vaarlijke strikken, die de voorgangsters dezer schrijfsters niet hebben kunnen vermijden. Zij hebben ze tot nu toe uit den weg weten te gaan en hartelijk hopen wij, dat het haar ook ? verder gelukke, er vrij van te blijven. Want l zóó als dit blaadje nu is, kan het zeker veel nut stichten. Het zal den blik verruimen van eenvoudige lezeresjee, wier keuze van lectuur, ongeleid als zij vaak is, soms niet al te goed uitvalt en zich anders licht tot het alleroppervlakkigste zou bepalen. En er is hier eenheid in het werk, een afronding, die aangenaam aandoet. Niet op de ne bladzijde een getheoretiseer over veraf liggende dingen en een jacht op effect door een schrikaanjagende vooruitstreverigheid en op de andere een laf dienen van verouderde vormen of een sentimenteel liefdoen, dat tegen staat. Ook waar de schrijfsters lastige onder werpen behandelen, als vormen en gewoonten en wellevendheid, zaken, die in zulk een blaadje niet schijnen te mogen ontbreken, daar hanteeren zij die sierlijk en vlug, zonder all'ectatie en blijven zachtjes aansturen op waarheid en eerlijkheid en eenvoud. Op prettige fleurige manier worden verder de rubrieken Hygiëne en Muziek behandeld, de eerste door dr. Cornelia de Lange, de laatste door den heer Jacques Hartog en onder het hoofd sOnze Pleegkinderen'', lezen de abonnees vrij wat wetenswaardig* omirent de verzorging van bloemen en planten en huisdieren. De heer C. van Son te Dubbeldam weet de ambitie voor wielrij'len en gymnastie en zwemmen en l tennis aan te moedigen en te leiden en Snze S. j praat opgewekt over huishouden en huishoud- j scholen, aan de hand van haar eigen ervaring, op de Ilaagsche kook- en huishoudschool : opgedaan. De bellettrie heeft voorloopig nog niet veel t anders gegeven dan den in elk nommer voort- l gezetten roman van de redactrice, getiteld »Mijn Roman", op haar eigen, aan Alcott herinnerende manier de lotgevallen schilderend van de aardige Rudi en haar twee zusjes, en een paar als altijd frissche origineele schetsjes van Truida Kok. Kieskeurigheid blijve in dezen de leus ; 't kat zou hier heel gauw het welbehagen der lezers in 't koren kunnen bederven. L o c h e m. F. J. VAN UII.HUIKS. , 21 Mijns inziens kunnen de vak- of opleidings scholen van haar wie 't aan bovengenoemde facj toreu ontbreekt, al evenmin geschikte kinder meisjes of andere dienstboden maken als de vorming 111 het gezin of in den vre?mde zulkeu tot //geschikte" la i kunnen omwerken. Wee de bron, waar iu ''t water gedragen moet worden." mimiiiiimiiiiiM /Mintrmoile. Society pnjiers. Vrouwencongres en rrouiceitraad. Vrouwelijke tuh'oliaten. Keceji'en. Evenals van Ascot wordt ook uit Parijs gemeld dat er zooveel paarlencolliers en juweelen ge dragen worden, wat anders bij zomercostuums zoo weinig het geval was. Er wordt nog ge dineerd en de garden-parties in de hotels aan de Champs-Elysées en de verschillende avenues daaromheen gaan ook voort, zoodat al de tulle en gazen toiletten met incrustatiés van kant op blauwzijden of rose transparants ruim ver hunner pracht, zoolang de oud-christelijke kunst er nog is en een uitgezochte collectie reproducties daarnaar ons zeer welkom zouden zyn, zoolang gaat het niet aan het publiek te onthalen op de onrijpe proboeraelen van een jongen man, die, vooral door de onge motiveerde uitgave van een reeks brieven waarin de vruchtelooze pogingen van zijn onstandvastige!! geest maar al te duidelijk zichtbaar zijn, door eenige verstandelijkkortzichtige lieden en ontoerekenbare jonge dames voor een bizonder wonder wordt aangezien. Ongetwijfeld, dit tijdschrift, zooals het mi is, heeft geen reden van bestaan; en evenwel zou er heel wat begeerlijks van te maken zijn; 1. zouden redacteur en medewerkers hun onbeholpen stijlgestamel moeten afleeren en. den tekst beperken tot begeleiding van de platen, die 2. met takt behoorden gekozen te worden, onder het schoonste van al het schoone dat op deze aarde in alle eeuwen werd voort gebracht. Zal dit tijdschrift een toekomst hebben, zoo zij het zuiver aan reproductie gewijd; immers het formaat alleen duidt reeds aan dat het niet geschikt is voor «letterkunde, tooneel, muziek (daar zijn ook wel andere gelegenheden voor), politiek, sociologische wetenschappen en maatschappelijk werk", gelyk de weidsche tiel vermeldt. En dan: de redacteur wist toch wel dat de heer Van Hoytema de man niet is om een ornamentaal werk, een omslag, te maken. v. M. Inhoud van Tijdschriften. Eigen Haard, No. 27 : Elisabeth Blaeu, door M. W. Maclaine Pont, XL Heeswrjk, door J. F. L. de Balbian Verster, met portretten en afbeeldingen, waaronder die van het bezoek van Ministers, leden der Eerste Kamer en andere autoriteiten, in Juni 1898 aldaar ge bracht. »Grootvader", door Truida Kok, II. Apeldoornsche Causerie, door J Winkler Prins, met afbeeldingen naar photografieën van den heer R. Kerkhoven te Apeldoorn, I. Feuilleton. m. toond kunnen worden. Vooral de geelachtige oude kant, point de venise, oude chantilly, oude guipure op mousseline de soie is een prachtige combinatie; het gedeelte van de stof dat als strook of' quille te zien komt, wordt in den vorm van bloembladen geknipt; ook zijn er chiné-dessins van rose of lichtblauw of hortensia op witten grond, die men met effen wit combineert. De paarlen of diamanten col liers worden veel wijder genomen dan vroeger, zoodat ze den rand van het decolletage raken en de inplanting van den hals dus vrij blijft; hetzelfde is ook het geval met de ellenlange kettingen van kleine paarlen, die verscheidene malen heel los om de hals gelegd worden en in een paar paarlenkwasten eindigen. De avondmantels daarbij moeten meer be schutten door het dichte fouillis van volants, ruches, bouillonnés, waarin de dame als inge wikkeld wordt, dan door de dikte; men maakt ze meest van liberty zijde en kant; zij bedekken het gansche toilet, maar zijn heel dun. De kleuren zijn rose, lichtgeel, mauve, maar vooral lichtblauw en wit, de lievelingskleuren ook voor het toilet. * * * In Londen, nog meer bijna dan te Parijs, wordt jacht gemaakt op de nieuwtjes uit de uitgaande groote wereld. Er is een heele reeks van Society papers", die er zich uitsluitend mee bezig Houden, waar Mevrouw A of B, gedineerd of gedanst heeft, wat zij bij die ge legenheid aan had, en ook vooral waar het gemaakt was. Deze bladen jagen niet naar eigenlijk schandaal, maar toch kan men aan de wijze van bespreking al heel spoedig zien, welke gastheeren, gastvrouwen, gasten, en leve ranciers in de gewoonlijk niet belanglooze sympathie van het blad mogen verheugen. Als curieus voorbeeld diene het volgend artikel uit het weekblad Modern Society''. Waar schijnlijk heeft de hertogin van Devonshire zich te voornaam geacht om tegen den reporter vriendelijk te zijn; misschien ook heeft zij hem niet genoeg veracht om hem te durven betalen. Het ariikel luidt: De hertogin van Devonshire heeft een enorme garden-partij gegeven op Devonshire house, l'iccadilly. Maar een volkomen succes was het niet. Reeds in het aanrijden was vertraging door de slechte regeling der files. . . De hertogin ontving haar gasten op het terras, achter het huis, zoodat zij doelloos om het kolossale paleis moesten heen wandelen, al vorens de gastvrouw te kunnen vinden. Nadat deze de gasten de hand geschud had, hoopte Haar Genade natuurlijk, dat zij zich verder zouden bewegen. In plaats daarvan echter bleven de gasten om haar heen plakken, gaapten de nieuwaankomenden aan, en vulden het terras tot verstikkens toe. Daarenboven werden de ververschingen ook op dat terras gediend, aan een lang buil'et, zoodat de etenden zich bij de llaneerenden voegden en er een alge meen gevoel van ongemakkelijkheid ontstond. De hertog van Devonshire had nu eens het recht, zijn gewoon gezicht van onuitsprekelijke verveling te laten zien, De tot de Society" behoorende gasten waren gemengd met de leden eener politieke vereeniging, en men moet alle voorsteden afgezocht hebben, om zulk een collectie vrouwelijke vogelverschrikkers en onbesc aafde opdringende wezens bijeen te krijgen." In een ander blad, vriendelijk gezind, kan men eene geestdriftvolle beschrijving vinden van het welgeslaagde feest; maar 3/otZern Society zal wel gezorgd hebben, dat de hertogin haar exemplaar thuis kreeg. * % ?xHet eerste internationale vrouwencongres te Londen, waarvan de dagbladen geregeld verslag geven, uitvoerig te bespreken, komt ons over tollig voor; aan het einde hopen wij van een der Hollandsche dames, die het bijwoonden. eene bespreking te ontvangen. Het congres werd geopend door Lady Aberdeen, de vrouw van den vroegeren gouverneur van Canada, eene imposante vrouw en uitmuntende spreekster die zich vleit, met behulp der vrouwen in Canada een aantal belangrijke hervormingen te hebben ingevoerd, als: onderwijs in huis werk in de openbare scholen in Ontario en bevordering van hetzelfde in andere provinciën ; de aanstelling van fabrieks-inspectrices in yuebec en Ontario; de aanstelling van vrouwen voor de inspectie van scholen in New-Brunswick; wijzigingen in de behandeling van vrouwelijke gevangenen ; invoering van stelsels voor samenwerking bij het lenigen van armoede; hospitalen ; onderscheidingsteekenen voor zie kenoppasters, die zich bijzonder verdienstelijk gemaakt hebben ; kookscholen ; verspreiding van kennis over sanitaire beginselen; tegen gaan van pornographische literatuur ; onderzoek naar de voorwaarden, waaronder vrouwen werken, en naar de wetgeving voor de be scherming van vrouwen en kinderen; zorg voor de bejaarde armen; bescherming van dieren en vogels tegen nuttelooze wreedheden en verdeiging in het belang der mode; beter zorg voor vrouwelijke immigranten ; bevorde ring van stelselmatig kunstonderwijs, enz. Van 28 landen waren gedelegeerden orjg£komen; interessante en minder interessante mededeelingen werden gedaan, vooral werd, zooals bij alle congressen kennis gemaakt, onder anderen op de prachtige soiree, door de hertogin van Sutherland aan de leden aan geboden. Onder de reeks van onderwerpen, in de afdeelirgen behandeld, waren zeer be langrijk: hooger onderwijs, huisvesting, jour nalistiek, tooneel, dienstboden, redding van gevallenen, liefdadigheid, opvoeding, onderwijs. Een andere, niet minder belangrijke bij eenkomst, te Londen gehouden, is die van den Internationalen Vrouwenraad, waarvan in ons land mevr. Klerck de vertegenwoordigster is. Deze raad behandelde de vraag, hoe men het best den zoogenaamden handel in blanke slavinnen kan beletten. In zijne laatste zitting hechtte het zijne goedkeuring aan de voor stellen eener commissie. Volgens deze, zal in elk land een nationaal comitégevormd worden, om dezen handel te bestrijden. Al de nationale comité's te zamen vormen het congres. Het congres is een internationaal comité. Het bureau van het congres zal bestaan uit 2 Engelsche afgevaardigden en uit drie andere personen, aan te wijzen door de National Vigüance Associution. ilet inter nationaal comitékomt bijeen, wanneer het door het bureau wordt opgeroepen en kan voorts door correspondentie handelend optreden. Voorts worden de volgende wenschen te ken nen gegeven : A. Dat eene overeenkomst tusschen de verschillende Regeeringen tot stand kome om: 1. zooveel mogelijk met dezelfde straffen of boeten te straffen het leveren van vrouwen en meisjes door geweld, bedrog, misbruik van autoriteit of andere middelen; ?2. tegelijkertijd onderzoek naar de misdaad in te stellen als zij in verschillende landen gepleegd is; ?>. jurisdictie te vergemakkelijken door de plaats van het verhoor vast te stellen ; 1. in de uitlevering van beschuldigden door tractaten te voorzien. B. Dat eene overeenkomst tot stand ge bracht worde tusschen philanthropische en liefdadigheids-instelliiigen van verschillende landen om aan elkander inlichtingen te ver schaffen over de emigratie van vrouwen onder verdachte omstandigheden en de bescherming van emigranten na aankomst op zich te nemen. C. Dat eene volledige lijst aangelegd worde van alle genootschappen in verschillende lan den, in staat en bereid om dit werk te ver richten. D. Dat deze lijst gezonden worde aan alle Regeeringen en alle genootschappen. * * * In de Fransche Kamer is nu eindelijk het ontwerp aangenomen waarbij aan vrouwen het uitoefenen van het ambt van advokaat wordt toegestaan. De voorsteller was de afgevaardigde Viviani; in het debat is weer allerlei gemengd over emancipatie, vrije liefde, socialisme, dat met de zaak niet veel te maken had, maar Viviani wist met een schitterende verdediging de Kamer mee te slepen, zoodat hij eene meerderheid van 319 tegen 17-1 stemmen verkreeg. Nu moet het ontwerp nog in den Senaat komen, die er waarschijnlijk tot den winter mee wachten zal. * * Kaasnoedels. Van een pond meel, een liter zoeten room, 100 gram boter en vier eierdooiers met het ncoJige zout, bereidt men een deeg en werkt dat goed dooreen. Men snijdt het aan stukken, rolt die weer uit en snijdt er strepen van ter breedte van een pink. Deze kookt men een kwartier in kokende melk, legt ze op een schotel, bestrooit ze dik met geraspte kaas en overgiet ze met warme gewelde boter. . % E?e.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl