Historisch Archief 1877-1940
8
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1159
Ctóna »fle
(Lustige Sluiter.)
DE CHINEES : >Waarde Heeren, mag ik óók een stukje van mijn kust!''
Lotte TOE HaffliersttMoxtei
of de voedering der agrarische kindertjes.
(Vrij naar Kmilbnch.)
Minister VON GOETIIE: «Maar beste collega, oven oer je kleintjes toch niet!'
De antoiatisclie toerist.
(Die Jlomhe)
De productie van geraffineerde petroleum
by de Petroleum-mpij. »Sumatra Palembang"
wae, volgens de officieele opgaven, als volgt:
Ma»nd December 1-98 . . . 24000 units
Januari 1899 .... 43 500 »
Februari .... 49 000 »
.... 31000 »
.... 58000 »
.... 56000 »
.... 49000 »
.... 42000 »
.... 75.000 »
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Augustus
Totaal in negen maanden.
427.5UO units
Hoeveel zal echter de produktie nog niet
moeten vermeerderen om eenige hoop te mogen
koesteren op een dividendje over 7 millioen
aandeelenkapifaal.
Voor de «Koninklijke" gelden de volgende
cijfers:
1897. 1898. 1899.
sMaand Januari 228.015 520.000 205 000
» Februari 222377 280000 170500
» Maart 3H6 G54 710.000 171.000
» April 324605 740000 l GO 000
» Mei 345.800 839000 149.500
». Juni 345.275 471000 137.000
» Juli 3H4339 3*2.500 127.500
» Augustus 435 480 300.000 129 O' O
2.602545 4542.500 1249.500
Ten ogzichte (Ier productie in de maand
Augustus 11. moet worden opgemerkt, dat die
was:
1?10 Augustus . . . 40500 units.
11?20
21-31
40 000
48 500
Totaal 129.000 units.
Men dient in bet oog te houden dat
van 1?10 Augu&tua. . . 9 werkdagen
» 11?20 » . . , 8 » er
» 21?31 » ... 10 »
aldus gezamenlijk 27 werkd. waren.
De maand Juli had echter 26 werkdagen
en leverde 127 500 units op; de maand Auernstua
bad 27 werkdagen en leverde slechts 129.000
units op, zoodat men met het resultaat komt,
dat de productie in de maand Augustus
oogenschijnlijk 1500 units meer, doch in wer
kelijkheid 3400 units minder was.
Veel belovend zijn deze - uitkomsten nog
niet; integendeel.
Onder de Trammen vind ik hooger: Eerste
N. Electrische 4^ pCt. oblig, aand Haagsche
Tram, Joana, en voorts Samarang-Cheribon.
Lager staan : Babat-Djombong door verandering
van 84 in 821A en Probolingo. Voor den achter
uitgang in den laatsten der Babat-Djombong
was toch geen afdoende reden ; de lijn immers
is slechts voor een gedeelte op het einde van
Juni voor het goederenvervoer en sedert den
10 Aug. voor het paesagiersverkeer opengesteld.
Van berekening der geldelijke uitkomsten kan
derhalve nog geen sprake wezen.
Loten bijna onveranderd al neemt het aantal
lotenhouders wier lijfspreuk is : »hoop doet
leven" toe. Gewoonlijk wordt die hoop duur
betaald.
Amst, 7 Sept. '99.
D. STIOÏEK.
pailiiiliiiiiiluiimnimHtHiiMHminiiitiiitiiiinnni nu nniiiia
TooneeJgezelschap A. van Lier.
Het Hollandsen tooneelgezalschap, directie
A. van Lier, zal, voor het aanstaande
speelseizoen, bestaan uit de volgende dames en
heeren.
Dames: mevr. André-Meeuwissen, mej. van
Ast, mevr. van Beem-Kapper, mevr. van
Biened'Oliveira, mej. Martha (.oerdes, mevr. Kaart
Willemsens, mevr. Math. Kiehl, mej. Klopper.
mevr. de la Mar-Kley, mej. J. Meyer, mtj.
Gusta Mulder, mevr. van lüeuwland-Koning,
mej. de Wilde.
Heeren: van Beem, de Boer, Buderman,
Delmonte, Ilolleman, Kammeijer, Kreiner,
Lageman, Xap. de la Mar, vaa Xieuwland, Rent
meester, Wagemans.
Hoofdregisseur: tle heer Isouard van Lier;
kapelmeester de heer van Dinteren ; soultleur
en bibliothekaris de heer Kaart; costumier
het Nederl. Kostuum-Magazijn voorheen
Helmhout & Co.; Coifïóur J eau Baptiate en Zoon.
Het tijdschrift Camera Obscura".
Naar wij vernemen, heeft de «Union Inter
nationale de Photographie," bet nieuwe foto
grafische tijdschrift Camera Obtcura (uitgave
der Boek- Kunst- &, Handelsdrukkerij v h
Gebroeders Binger te Amsterdam) tot haar
officieel orgaan aangenomen. De «Union" is,
zooals bekend is. een corporatie in ls;il op
gericht en heeft baar hoofdzetel te Antwerpen,
waar de presidend, de beer Maes, de algemeene
secretaris, de heer Goderus en de penning
meester, de heer Stappers, woonachtig zijn.
De overige bestuursleden zijn verspreid over
de geheele wereld. Eenmaal per jaar wordt
een algemeene vergadering gehoujen : het
laaatste congres had plunts in de vorige maand
te Hamburg. De «Union" is, zooals bekend
is, een corporatie van zeer veel gewicht, welke
de meest bekende beoefenaren der fotografische
kunsten en wetenschappen der wereld onder
hare leden telt. Dat de -Union" het tijdschrift
(.'«ment Obfcnni heeft waardig gekeurd haar
officieel orgaan te zijn, mag dan ook voor
redactie en uitgevers een groote voldoening
heeter. Er blijkt uit, dat dat de eniineutste
mannen op fotografisch terrein het tijdschrift
beschouwen als beantwoordende aan de eischen,
die zij aan een degelijk, goed, internationaal
tijdschrift stellen.
MMifimiiiiiiminuiiiiiiimii H
Levert slagregens, windvlagen, sneeuwstormen, afgronden, lawinen,
gebroken bruggen enz. Wie wat tijd en wat geld heeft, zal er zich wel
bij bevinden.
iütoi Poyer m to Stadsschouwburg.
Woensdrirjitrond: voorste/lint/ ran
»SchnrJifHs/i'-ï" : inweken het eerste en tu'tede
bedrijf in den Foyer. l'-en f/e.:et lieer,
met gebruind geliidt. Ju>or/c l'leur. een
(frijn lioofd en een paar gitsicurte. rinniye
ooi/jc*, kumt knorrig den slecht rerliehfen
J-'ui/cr in en rjaat roor liet ti/i/jet t-titan.
Et-u andere lieer, minder dtk, minder grijs
en minder knorrig, volgt heiu.
De dikke (zijn icit rest een rul; nuar
beneden gerend) t(.t de butl'etjuttVouw : ISoeh !
wat, is het benauwd in die ;oge! en wat
kweek jelui een vieze, gore lucht in jelui nieuwe
komed.e; is dat luchtje niet uit de Baangracht?
Boeh ! ze moesten alles hermetisch sluiten
tegen zoo'n pestilente lucht, maar ze laten,
God beter 't, de vensters open. ik vind jelui
nieuwe komedie erg 01 frisch en je verstaat er
de acteurs heel gebrekkig, er. fin! (tot
een kellner) Hé, vriendje, breng jy 'ris even
twee porties ijs aan myn dames in de loges.
Kellner In de loges mag niet bediend
worden, menheer.
De dikke. Hè? en als mijn dames
nu graag ijs willen gebruiken ?
De magere. Of limonade?
Kellner. Dan mo.ten uw dames hier
komen, mijnheer.
De dikke (boos) Wel zeker ze zullen
zich reppen! Jelui lijken wel gek hier ia
Holland; wie ordineert zoo iets ?
Kellner. De Stad, meneer!
De magere. Hè, hè, hè, hè!
De dikke. Lach je daarom ? 't Is betoel
om te huilen. Deze inrichting voor amuse
ment is uniek! (Tot de juffrouw):
Mu goeie juffrouw je zit daar precies als een
pleegzuster achter een doodkisf. Wanneer je
de Stad kon bewegen op dat doffe zwart
van je toonbank een paar zilveren bekkeneelen
en een paar gekruiste doodsbeenderen te
plakken, was de illusie volkomen. Ik vind het
hier heelemaai bizonder vroolijk; als je de
komedie binnenkomt al; die holle pcrtalen, die
suppoosten met aansprekers tronies, die witte
muren overal, die stilte en die stemmigheid,
't doet je allemaal zoo denken aan de wacht
kamers van Westerveld. Hum! by de Ves
tiaires is plaats genoeg voor nette
>ouwwinkeltjes, daar konden ze voor de bezoekers
beffen en lamfers verhuren; misschien klopte
de Stad d'r neg wat uit.
De magere. Je durft hier haast niet
loopen; ban>; om leven te maken!
De dikke. Zou 't niet op den weg
van jelui Stad liegen om aan de bezoekers
gratis vilt-pantoffels te verstreüken, dan wordt
't hier heelemaai een luat-oord, voor
zenuwlijders.
De magere (in een lach schietend.) :}\&, h a,
ha, hii!
De dikke. Hé, Soedan! n'ct zoo hard
lachen kerel! kijk, die mandoer ci'utrheeitje al
in de gaten, pas op ! Je moet in rte stemming
blijven anders.. .. (/luisterend). Zeg, kellner V
De kellner (ook /luisterend). Watblielt
meneer V
De dikke. Mag ik in de loge hoesten
of m'n neus snuiten of. heb jelui daar toms,
ook aparte lokaliteiten voor V 'n Gezellige
pan hier-, maar die rooie pudding in't midden
moest er nog uit, dan kon je nergens zitten
of je moest hurken als een inlauder. Enfin !
geef ons een paar glazen bier.
Kellner. Bier mag hier niet geschonken
worden, dan moet u naar beneden gaan, meneer.
De dikke. Wel allemachtig, moet jij
me vertellen w;i;lr ik bier mag drinken?ajo !
gauw haal me wat bier.
Kellner. Mag niet, meneer!
De magere. Wie verbiedt dat?
De jutvrouw. De Stad, meneer l
De dikke. Goeie hemel! wat is jelui
Stad grappig ??mag je hier misschien een
beroerte krijgen van kwaadheid of verbiedt de
Stad dat ook?
De kellner leuk. Dat staat aan usv
eigen beleefdheid!
De dikke. Hou je mond vent, en haal
bier!
De kellner. Om H plezier te doen,
zal 'k twee glazen halen, maar 't is tegen 't
reglement.
De juffrouw. Als ze'm snappen kiijgt
ie 'n standje.
D e» d i k k e. Die schijnen ze bij jelui
altijd in voorraad te hebben.
D e j u f f r o u w. Hi hi hi hi!
De magere Heb u ook 'n v.'ammefje
vcor me?
De juffrouw. U mag hier niet
rooken, stedelijk verbod meneer!
De dikke. Natuurlijk! als jij niet
rookte mocht je hier wél rooken; verduiveld
pieizierig! ^eg, waarom kom je niet bij
ons zitten, kerel!
De magere. Dat wou ik doen, maar
ik mocht niet. Ik heb Ouk loge, maar juist aan
den overkant en toen ik bij jeiui wou gaan
zitten, schoot zoo'n bediende op ine af en zei:
l moet op uw numm r blijven zitten, zonder
permissie van den bureaulist mag u niet
veranderer.
De dikke. . Hu, die is goed. zóó ben je
nog r, ooi t op je nummer gezet, maar ik begrijp
't als jy daar uit die loge weg was, zat er
niemaiid meer aan dien kant, dat verstoort
't equilibre. Och, ocb, wat 'n pleizierige boel
hier.... en waarom is er geen muziek meer
zooals vroeger.
De j u J J r o n w. De Raad van beheer
heeft ze afgeschaft meneer !
De dikke. En waaromr
De jufrouw. (luialt de tchoaders op).
De magere. lu gefouf omdat ze hier
't Theatre Francais willen nadoen - 't in
fljiur zoLclcr muziek, wtet je
De dikke. Mallighe.d, 't is hier altijd
een comedie voor de fatsoenlijke burgers ge
weest, de tie-tieur van de aristocratie zit toch
liever thuis bij mekaar, te eten of' te kaarten.
De Kaad van beheer is zeker bang, dat de
mentenen zich hier amuseeren ik wou
andere plaatsen ook gehad nebben maar die
kon ik niet krijgen.
De magere. Zeker omdat je ze graag
hebben wou.
De kellner (bier brengend). Dat zijn
mis;chien aandeeltiouder.-plaatsen geweest, die
moeten altijd open blijven, weet u '!
De dikke. Ja wel, dat vat ik ze
honen hier niet van menschen in de komedie
als er vél volk inkomt wordt alles te gauw
smoezelig zuinigheid met vlijt, zie je....
De mager e. 't Was hier vroeger veel
gezelliger.
De Dikke. Dat zal waar wezen ;
voor vijfentwintig, dertig jaar geleden ging
ik hier heel graag heen, toen was de kome
die er vaor 't puuliek, nu schijnt 't omge
keerd; vroeger amuseerde je je, nu is 't een
gelegenheid om je te leeren tooveren een
schooi waar ze lijdzaam verdragen onderwijzen.
Je betaait voor 't luchie, geen bedieniug in
de loges of balcons een foyer geschikt
om een lijkrede in te houden en als je wat
van 't stuk verstaat heb je nog kans dat ze
je er iets ex:ra's voor in rekening brengen.
Och heere, wat is er van die gezellige
Hollamlsche komedie op 't Leidscbeplein ge
worden? Als de goeie juffrouw Boggia, die
vroeger zoo heerlijk slemp kookte en chocolaad
maakte, wist dat 't hier zóó'n dooie boel was,
keerde zij zich in haar graf om en Jan Hilman
zaliger, die zijn houten kast" op 't Plein toch per
saldu zóó gezellig wist te maken, als die 't hoort,
komt ie terug om die wijze Stad G .
dd . . me" de ooren te wasschen !
(A/geluisterd en gcstenoijrapheerd
Wocnsdugcn'oiid G Se+iteiulja).
M.
Juliiis PrüKelman Brommijjer.
Papa, papa!
riep Thérèse uit,
zenuwachtig met
de krant op mg
toevliegende, leest
u nu eens daar
staat een
artikeltjeoveruin;?een
héele »Van Dag
tot Dag". Mijn
heer Boissevain is
zoo boos op u als
een spin.
Kom, zeg ik, dat
kan niet waar zijn.
Boos wordt mijn
heer Boisseyain
nooit; dat is juist
een bewijs van
zijngrootheid van ziel,
en ik verzoek je in
elk geval vrien
delijk hem niet bij
zoo iets
onaanzienlijks uit liet
diereiirijk te vergelijken; zelfs indien hij
voor een keer boos had kunnen worden,
zou hij dat toch alleen zijn als een reus,
een titan of een god. Nu, ik hedoel
maar, dat hij afschuwelijk leelijke dingen
van u vertelt.... leest u dat boJommetje
eens... en zij stond nog even te wachten,
maar ik lei het blad naast mij neer, en
nam het niet op vóór zij de kamer was
uitgegaan; want op een oogen blik, wan
neer zich eenige ontroering op mijn gelaat
afspiegelt, blijf ik gaarne onbespitd. Ik had
echter die voorzorg niet behoeven te nemen.
Toen ik de twee en een halve kolom had
uitgelezen en Théièse terugkwam, was ik
de kalmte in persoon, en de nieuwsgierig
heid, die uit haar oogen blonk, verdween
eensklaps voor de teleurstelling, welke ik
haar bezorgde. Dat artikeltje, zei
ik,isonmogelrik van mijnheer Boissevain. Datiseen
n yst'h'caüe,een ondergeschoven
stuk.Miinhter Boiesevain schrijft, veel beter. Heb jedat.
niet eens gemerkt? Een echte »Van Dag
tot Dag", zooals mijnheer Bois>sevain, die
levert, gaat als een vuurpijl, in eens, met
zwier en gesis, de lucht in, en eindigt met
een fiinken klap, taaar dit 'mopje doet je
denken aan een sajetfen hal, die een uit
zijn kracht gegroeide slungel, zelfs niet over
een boom kan gooien, en 't komt weer or>
den grond tertcht, als een kous, die uit je
moeders naaimaridje valt. Bovendien mijn
heer Boissevain zit er geen week over
tesoezen wat hij iemand antwoorden zal, als hij
boos is; neen, zoo dadelijk.frischen vrool\ik.
geeft hij zijn tegenstander op zijn huid.
Was 't van hem, deze »Van Dag tot Dag"
had verleden Maandag al moeten verschij
nen. Nu, maar ik kan mij best begrijpen,
dat hij een uurtje tijds heeft noodig gehad
om te bedaren, bracht Tt:étè<e hier tegen
in. Wat zou jij begrijpen, voegde ik haar
toe, ietwat bits van verontwaardiging;
wat weet jij van schrijven af, en je zou je
durven vermeten je zelf een voorstelling er
van te vormen, hoe het in een schrijvershoofd
als dat van mijnheer Bmsfevain toegaat;.
zwijg nu maar en laat mij uitspreken;
inijijhfer Boissevain heeft part ru.ch deel
aan dat pamflet, want in twee en een
halve kolom is niet meer dan nmaal sprake
van Ilarcr Mtjefiteits marine, terwijl in het
vorige H. M. schering en inslag was. Al
een bewijs van beterschap, meende Thérèse
te moeten opmerken. Jou wijsneus, duwde
ik haar toe, en ik vervolgde, mijnheer Bois
sevain zou niet gesproken hebben van een
aftuiger die op een dukdalf zit, zooals hier
geschiedt, want dat zou de lezers maar
herinneren aan een plaatje, waarop
Boiseevain zelf op een dukdalf' zat meteen ketel
kokend water om het Y bij ijs open te houden ;
sinds dien tijd heeft hij het woord dukdalf
ik weet het zeker nooit meer uitge
sproken of geschreven. Mijnheer Boissevain
is een man; oprecht, waarheidlievend,.
een model van een man, en zou je dan
kunnen denken, dat hij van ons gesprek
den hoofdinhoud had verzwegen, om zijn
lezers den indruk te geven, alsof je vader
de vloot en de marine had zoeken te
declineeren, in plaats van mijnheer
Boissevains bombast wat af te tuigen ? /.oo
noemde ik nog het eene bewijs na het andere,
tot Théi we blijkbaar gfen lust meer had
mij tegen te spreken of nog verder naar
me te luisteren.
Maar het duurde niet lang of het tegen
deel moest mij blijken. Dinsdagmorgen
kwam er al een briefje van DeRanitz, die
mij verzekerde, dat de hfereri en de dames
van het Hof ten zeerste ontstemd waren
over deze daad van Charles; de heeren
omdat zijn onwaardige aanval iemand als mij,
die zoo hemelhoog boven hem stond, gegolden
had; de dames wijl hij zich niet geschaamd
had van spuwen en van een tabakspruim
te gewagen in een geschrift, waarvan hem
bekend was.dathetzoowel H. M. dellegentes
als H. M. de Koningin onder de oogen
zou komen ; en ook dat zijn buitensporig
verhe ff en van de vloot boven het leger d_e
ergernis* had gewekt van het geheele Mili
taire Huis, v. d. Siaal en Zegers Veeckens
niet uitgezonderd, daar zij onpasselijk waren
geworden van al die zoetigheid en lof en
protesteerden tegen de verheffing van de
vloot boven het leeerv Dezelfde post
bracht een brief van Gijs. Zoo ziet u, schreef
hij, hoe weinig u op de pers vertrouwen
kan. Zelfs de beste redacteur heeft ze achter
de mouw. De anderen hebben mij ai'getuigd
en nu tuigt deze u af, om de Marine en
zichzelf op te kammen. Trek er u niets van
aan, ik deed dat ook niet. Al hebben ze
aan mijn naam geknaasrd, ik zit hier nu
tocli maar lekkertjes te Haarlem, en dat is
nog wel zoo aangenaam, als daar in't Gooi
op een heuveltje te liggen onder een
lindenboom. Dat laatste begreep ik niet zoo
dadelijk, maar ik had geen tijd er over na
te denken, want daar was ook een schrijven
gekomen van mevr. Wazcklewics. »Hoe
wreed nietwaar, hoogvereerde heer
Brommtijer, waar nu pas de vredesconferentie in
vrede g( indigd den vredesboom, waaronder
wij allen mogen rusien, heeft gepoot, de
harmonie onder broeders, zoren van het
zelfde huis verstoord te zien. Welk een ver
antwoordelijkheid, laadt de heer Boissevain
op zich! \Vant juist de burgeroorlog is de
eenige oorlog, die het congres heeft vergeten
in den ban te doen." Daar volgde verder
een aanbod tot het samenstellen van een
dames-comitéom als raad van bemid
deling op te treden, »ter wzoening",
schreef de beminnelijke vrouw. Boelaardt