De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 1 oktober pagina 6

1 oktober 1899 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1162 (INGEZONDEN). Aan de redactie van De Amsterdammer, Weekblad voor Nederland. Mijne Heeren! Vertrouwende op uw rechtvaardigheidsgevoel, dat zich, naar ik hoop, niet zal verzetten tegen de toepassing van den regel, die over de geheele beschaafde wereld geldt, n.l. dat aan een be schuldigde het recht van verdediging toekomt, ben ik zoo vrij u eenige plaatsruimte ia uwe kolommen te verzoeken, naar aanleiding van een tweetal artikelen in uw nummer van 17 Sep tember 1.1. Zij zijn getiteld: «Militaire gezondheidsleer" en ,Na het vonnis van den krijgsraad." De strekkirg van het eerste artikel is, om naar aanleiding van de getuigenis van een mili cien en van de artikelen in de Zutfensche Courant, Het Volksdagblad en Het Vaderland te constateeren een zoodanige misdadige nalatig heid van het legerbestuur in zake te sterke inspanning, die geeischt werd," »te weinig hulp voor de zieken en geheel onvoldoende voeding dat ik niet wil beproeven met mijn geringe autoriteit het zonder twijfel diep beleedigde, naar licht en opheldering dringende rechtvaar digheidsgevoel van het Nederlandsche volk be vrediging te verschaffen. Het schildert in zulke treffende kleuren een zoo hartverscheurend beeld van »stukgeloopen voeten," leege magen" en «miliciens die iu 1899 met het schuim op den mond aiuechtig, half dood van vermoeienis ergens aan den wftg hebben gelegen," dat ik er niet aan twijfel of uit den boezem van het diep beleedigde Nederlaudsche volk zal zich zulk een luidklinkenden, hartverscheurenden kreet om wraak doen hooren over ons geheele koninkrijk, dat de stem der gerechtigheid ten dezen niet gesmoord kan worden en dus ongetwijfeld binnen kort over deze gruwelen het licht der waarheid in vollen glans zal schijnen. Wat dan zal blijken? Ik voor mij wacht dat licht met volle gerust heid af in de stellige overtuiging, dat het ook hiermede z&l gaan, als met de naar waarheid zoekende gerechtigheid in een der laatste teekeniugen van de Figaro waar, met het helderder worden van de verlichting telkens voor de oogen der zoekende Justitia, de lijvige dossiers met ^bewijzen," bleken geen rbewijzen" te bevatten Ik vermoed, dat u eenander resultait verwacht en die verwachting baseert op onweerlegbare, betrouwbare gegevens, die het volle daglicht niet behoeven te schuwen want, wat anders te deuken van een zoodanige beschuldiging tegen het legerbestuur, dat met voorbedachten rade dergelijke gruwelen ontwerpt; niet waar uwe inlichtingen schijnen u het recht te geven te spreken van een programma (dat is een van te voren, bestudeerd ontworpen plan van hande ling) waarop, om zooveel mogelijk de illusie te voeden dat er heusch zoo iets als oorlog wordt gevoerd," op dus zeer verklaarbare wijze," «?dit ne uit den oorlogstoestand, want met eenigen goeden (sic) wil bedriegelijk kan worden nagebootst, vooriomt: het marcbeeren met leege maag en het langs den weg blijven liggen van oververmoeiden bij gebrek aan een voldoend aantal ambulance-wagens." Geen ongelukkig, op zich zelf staand en door iedereen betreurd, maar niet altijd te voorzien uitzonderingsver schijnsel dus, maar een met voorbedachten rade, met verfijnde wreedheid en inquisitoriale wellust opgemaakt slotnummer van. het manoeuvrepro?gram, als apotheose van het martelaarsschap van den Nederlandsc^en milicien aan het vrije Nederlandsche volk verloonende eenige zijner zonen, stervende van honger, bewusteloos van vermoeidheid, verwond en met schuim op den mond, amechtig, half dood ergens aan den weg liggende en met hun laatste krachten vervloe kende de beulen-samenstellers van het manoeu vreerprogram, de meedoogenlooze,onmensehelijke chefs, het superdiabolische legerbestuur! Het wil mij voorkomen, mijne heeren, dat het spreken vac een programma" in uw artikel als een «-aardigheid" is bedoeld, maar dan zult u mij toch, hoop ik, moeten toegeven, dat die aardigheid" voor iemand, die aan de woorden hun ware beteekenis geeft en dit zal toch aan den anderen kant ook wel uwe bedoeling zijn, te' dicht nadert tot een huiveringwekkende beschuldiging om niet zijn karakter van geestig heid te verliezen, eu dat de vraag gewettigd is of het, voorkomende in een persartikel, dat dus bestemd is het Nederlandsche volk te onder richten en te waarschuwen, kan doorstaan den toets der waardigheid, der oprechtheid en of het u in uwe kwaliteit van leiders der volksmeening veroorloofd is, dergelijke beschuldigingen op die wijze te formuleeren ? Volkomen passend in uwen gedachtengang is dan ook de conclusie waartoe u komt, betoogende de wenschelijkheid om de militaire artsen van wien tengevolge hunner positie in het leger een krachtig optreden niet schijnt ver wacht te mogen worden," en de chefs, met hunne respectievelijk karakterloosheid en wreedheid, te stellen onder burgerlijke curateele. Of het Nederlandsche volk, het denkende deel ervan, dien eisch zal steunen? Ik betwij fel het. In uw tweede artikel, waarin het vonnis van den krijgsraad te Rennes u de gelegenheid opent, een soortgelijk verwijt van laagheid en karakterloosheid aan de officieren in het alge meen te richten, straalt ontegenzeggelijk even zeer als in het eerste hier en daar de goede bedoeling door, te strijden voor het wegnemen van opgemerkte misstanden; jammer alleen, dat gij ook hier u overgeeft aan verdachtma kingen en generalisaties, die dat straaltje licht van uwe goede bedoeling doet verbleeken naast den plotselingen lichtstraal uit een dievenlantaarn geworpen op een bende samenzweerende, geweten- en eerlooze automaten, die, geroepen over het al of niet schuldig zijn van een medemensch zich uit te spreken, zich //door hun beroep" (een edel beroep dus!) gedwongen zien tot blinde gehoorzaamheid," onvatbaar als zij in den regel door hun voorafgaande carrière gemaakt zijn voor zulk een voorbij gaande onafhankelijkheid van diegenen, welke teu slotte over hunne toekomst hebben te be slissen" en die, te midden van dat edel bedrijf door het lantaarntje van den detective-volks voorlichter worden ontmaskerd. De vele wanbegrippen, die omtrent het wezen van de militaire discipline onder het publiek in omloop zijn en nog steeds gebracht worden, zijn, helaas te diep ingeworteld om ze met een oppervlakkig betoog, met hoop op goeden uit slag, te kunnen bestrijden. Het bestek van dit verweerschrift gedoogt niet eene weerlegging a fond van deze wanbegrippen, doch ik wensch hier toch met nadruk te protesteeren tegen de voorstelling alsof blinde gehoorzaamheid, afhan kelijkheid quand mcme, karakterloosheid, onder drukking van de stem van eer en geweten de essentieële kenmerken zijn van die discipline en tegen de insinuatie, alsof die zedeloosheden den maatstaf leveren voor de beoordeeling, die de meerderen over de toekomst van de minderen doen beslissen. Iets, dat blind is, is abnormaal, deugt dus niet; blinde gehoorzaamheid evenmin als blinde vooroordeelen, die iemand er toe brengen, zelfs al is hij met de beste voornemens bezield, zich zelf te pletter te loopcn tegen de eenvoudigste beginselen van logica en onpartijdigheid. Afhankelijkheid quand même is onbestaanbaar en wordt zij gesimuleerd niets anders dan gluiperigheid; karakterloosheid is een toestand van moreel idiotisme en het verstikken van de stem van eer en geweten het bedrijf van mis dadigers. Houdt mij ten goede, mijne heeren, dat ik iu de hoogste militaire deugd iets anders zie, dan een mengsel van abnormaliteiten, gluiperigheden, ziekelijke afwijkingen en misdadigerspraktijken. Het papier is geduldig, de goedgeloovigheid der groote massa grenzeloos, maar daarom vraag ik mij af, waaraan ontleent gij bet recht der gelijke beschuldigingen te slingeren naar het hoofd van mannen, die, evengoed als elk ander vrij burger" beliooren gevrijwaard te zijn tegen ongemotiveerde verdachtmakingen en door niets gesteunde waarscbijnlijkheidsberekeningen, neer komende, in uw eerste artikel op een bcschul diging van karakterloosheid en plichtsverzuim der officieren van gezondheid en van wreedheid der hoogere chefs, in het tweede geval op een certificaat van onbevoegdheid voor alle officieren waar het geldt naar eer en geweten recht te spreken ? Dat gij in uw weekblad den strijd tegen het militairisme hebt aangebonden, brengt toch niet mede. dat gij klakkeloos het recht hebt de officieren aan de natie voor te houden als harte loos, eerloos, karakterloos en gewetenloos? En wat deed gij anders in die twee axtikelen? Ik weet wel, dat, waar het eerste speciaal Nederlandsche officieren beoogt, het tweede in meer algemeene termen is gesteld, maar juist die generalisatie van uw oordeel over de rech ters van Rennes, die overbrenging van een door enkelen begaan onrecht op een geheele klasse van ambtenaren, schijnt mij toe een bedrijf, waartegen ik met den meesten nadruk wensch te protesteeren. Geeft het feit, dat in Frankrijk een schandpers wordt gevonden, die zich niet ontziet haar taak als koningin der aarde zoodanig op te vatten, dat elk normaal georganiseerd menschelijk wezen zich bij het lezen dier verfijnde walgelijkheden met ontzetting afvraagt of hij werkelijk tot een zelfde genus" behoort als die huilende, niets ontziende, alles bekladdende en alle menschelijkheidsgevoel bevuilende jodenvervolgers en door godsdiensthaat verblinde clericalen, geeft dat feit aan iemand het recht, dat oordeel te generaliseeren en de pers" te signaleeren als een bende gewetenlooze broodschrijvers zonder gevoel, zonder hart, zon der karakter, zonder eer en zonder geweten en allen zonder uitzondering drukkende de voet sporen der Arthur Meyer's, der Drummond's. der Rochefort's ? Gij houdt mij ten goede, dat ik u die vraag voorleg; het is m. i. het beste middel om tot een antwoord te komen op deze vraag, die ik u wilde stellen: Gij vermoedt een onmenschelijke behandeling van miliciens geconstateerd te hebben (want gij veroorlooft mij zeker wel, dat ik aan et door u op die wijze als feit voorgestelde, voorloopig slechts de waarde van een vermoeden toeken), gij ergert u met de geheele beschaafde wereld over het vonnis van Rennes, goed. Maar waaraan ontleent gij het reclit om daaraan vast te knoopen een beschuldiging van wreedheid met voorbedachten rade van het legerbestuur, van karakterloosheid der officieren van gezond heid, eeii brevet van eerloosheid en gewe tenloosheid uit te reiken aan de officieren in het algemeen, die geroepen worden als rechters het recht te vertolken ? Dat recht hebt gij niet en waar gij meent u zelf dat recht te mogen toekennen, daar ben ik zoo vrij met de diepe verontwaardiging, die elk mensch, ook al is hij dan maar" oüicier, bij een dergelijke beschuldiging moet gevoelen, u toe te roepen : Keen, het militair zijn brengt niet met zich mede als conditie sine qua non het afleggen van gevoel, van karakter, van eer en van geweten. Ik ben niet blind voor de gebreken van het militaire, allerminst voor die van de militaire rechtspraak, maar ik ontzeg een ieder het recht tot het schrijven van persartikelen als de aan gehaalde, bestemd tot voorlichting van het Nederlandsche volk. Als militair eisch ik niet de erkenning eener speciaal militaire eer, maar wat ik met de meeste kracht voor mij zelf en voor anderen eisch, dat is de onbeperkte erkenning van een ieder en in de eerste plaats, van vertegenwoor digers der Nederlandsche pers, dat er in het Neder.'andsche leger plaats veel, zeer veel plaats is voor mannen van hart, van karakter, van geweten en van eer. Met verschuldigde gevoelens J. M. BENTEIJN, Ie Luitenant der huzaren. Breda, 17 September 1399. Doordien ik, na eene afwezigheid van enkele dager, de drukproeven pas 24 dezer thuis vond, was tiet de redactie onmogelijk, dit stuk in haat nummer van 23 dezer op te nemen. J. M. B. *** Iemand die zich beschuldigd acht, mogen wij de gelegenheid om zich te verdedigen, niet ont houden, al meenen wij, dat het in dit geval, zonde is van de plaats, er voor gevorderd. De dwaasheid, alle officieren en dus ook den Heer Benteijn voor mannen zonder gevoel, karakter eer en geweten" te verklaren, hebben wij nooit begaan. Ieder die onze arti kelen over militaire aangelegenheden getrouw gevolgd heeft, weet beter. Zoo schreven wij dan ook in ons No van 17 Sept. j.l.: Welk een krachtigen steun zouden daardoor de militaire artsen en de humane officieren niet ontvangen, die wars van elke menschenkweliing en dus ook van soldatenplagerij, zoo menige verbetering van de legertoestanden op hygiënisch gebied vooistaan?" Hoe iemand nu nog kan meenen, dat wij alle officieren over ua kam scheeren zij alzoo den heer Benteijn ter verklaring overgelaten. Zeker was wat wij over het manoeuvre-plan schreven niet naar de letter op te vatten. Zelfs de Heer Benteijn heeft dit begrepen; maar wie zal ontkennen, dat het legerijestuur in vredes tijd meermalen martchen en manoeuvres laat houden, waarbij de ellende van den oorlogstoe stand wordt nagebootst? Dit is de zaak. En nu* weet de Heer Benteijn, geen enkel bewijs bij te brengen, dat de Zutphensche Ct., Het Volks dagblad en Het Vaderland hebben overdreven. Terwijl hij ons zoo zwart als den duivel ziet, vermoedt hij wel, dat bij de manoeuvres alles in den haak zal zijn gewee&t! Ten overvloede voegen wij, ter overdenking voor den Heer Benteijn, hier iets bij uit een brief ons ter lezing verstrekt. //Eerstens zou 't allen ten goede komen zoo de pers, die vooral hier en bij oefeningen een ruim arbeidsveld zou vinden, zich deze zaak aantrok. In de meeste couranten toch treft men heel aardig de veronderstelling, den gang der manoeu vre en enkele beschouwingen dienaangaande aau, maar de toestand, de behandeling der troep wordt achterwege gelaten. B. v. Bij de manoeuvres der Divisie, te gehouden, bleken o. a. verschillende afdeelingen onder intendance ressorteerende niet in orde. De voeding der troep is onvoldoende, direct te constateeren aan het broodverbruik in de cantine. Begrijpelijk met gegraven keukens en b.v. boonen of aardappelen met kool. ~\\ aarom op manoeuvres geen verduurzaamd eten wat in elk geval smakelijker, voedzamer en minder tijdroovend is. De voeding der troep, b.v. 's morgens soep om (i uur, brood eu koiiie medenemen, manoeuvreerende tot A, van daar marcheerende naar bivak bij B, waar 's avonds ten 5'~' de troep aankwam. Toen moesten de faoonen gekookt worden, waardoor onze compagnie om 8}£ uur eerst weer at. Bij 't vertrek uit ;t bivak was de toestand nog erger. Toen was het om 2'/2 u. 's nachts reveille, S1/* u. soep eten, marsch en manoeuvre naar waar de troep 's avonds ten 8 uur, enkele afdeelingen nog later, eten kregen. Hoe wel de man in 't bezit is van een reserve ration bestaande uit vleesch en beschuit wordt de last, die tot het nuttigen uitdrukkelijk noodig is, niet gegeven. Er is zeker niet aan gedacht. Mij dunkt zoo'n 17 uur had dien last wel gewettigd. Zoo zou nog veel vermeld kunnen worden van de bepaald nonchalante wijze waarop met voorschriften en reglementen, die wel be staan en goed zijn, wordt rondgesprongen." Waarlijk de behandeling van en de zorg voor de soldaten is een punt van oneindig meer gewicht dan de vraag of er in het Nederlandsche leger plaats, veel, zeer veel plaats is voor mannen van hart, van karakter, van geweten en van eer." Natuurlijk, gelijk onder alle overige standen telt men in den officierstand ook mannen van hart, karakter, geweten en eer. Alleen zijn, naar onze meening, de militaire opvoeding en omge ving, niet de meest geschikte, om die hoog geroemde eigenschappen te ontwikkelen. Wij hebben dat in 't breede besproken bij onze be strijding van het duel. Maar lezen wij thans den dollen uitval van den heer Benteijn tegen ons, en zijn geheel ongemotiveerde verheffing van zijn confraters, hebben wij dan geen recht te vragen: leidt de officiersopvoeding er niet toe, dat bij vele hunner de belangstelling in eigen eer? hun ijver voor het welzijn van den soldaat overtreft? Hoe kan b.v. iemand als de heer Benteijn, na de zoo ernstige klachten, welke in de bladen zijn aangeheven, zich tevreden stellen met over de officieren te schrijven, als bestonden de soldaten niet, eenvoudig vermoedende, dat deze klagers wel behoorlijk hun deel zullen hebben gehad? «? * Bizonder getroffen is de heer Benteijn door de opmerking, dat van de officieren van gezondheid, zooals wij met opzet gecursiveerd schreven: ten gevolge hunnerposilie in het leger, geen krachtig optreden schijnt verwacht te mogen worden, en dus burgerlijk hygiënisch toezicht op het leger noodig is niet om de zieken te genezen, maar om de hygiënische zorg voor den soldaat te versterken. Ook die officieren zijn volgens hem door ons daarmee karakterloos verklaard, even als in het artikel Na het vonnis tan den krijgsraad, alle officieren te gelijk, omdat daarin wordt verzekerd met het oog op de Dreyfus-zaak dat geheel hun voorafgaande carr.cre hen in den regel heeft ontvatbaar gemaakt voor zulk een voorbijgaande onafhankelijkheid van diegenen, welke ten slotte over hunne toekomst zullen hebben te beschik ken" een onafhankelijkheid dus, waar de rechters, als te Rennes het geval was, te kiezen hebbeu tusschen 5 generaals en een kapitein ! Meent de heer Benteijn nu inderdaad, dat we van de officieren van gezondheid een krachtige beweging hebben te wachten, om de marschen en manoeuvres enz. in overeenstemming te brengen met het weerstandsvermogen van den soldaat: en dat de onafhankelijkheid van de minderen in het leger g-oot genoeg is, om hen zonder schade voor de rechtspraak over hun meerderen recht te doen spreken, dan wensehen wij hem geluk met zijn optimisme; maar het zal hem, hopei wij, geen moeite kosten, hen die 't tegenovergestelde waarschijnlijk achten, te houden voor pleitbezorgers van de belangen van den soldaat; pleitbezorgers die, het zij niet alle eerbied en vrijmoedigheid gezegd, inzien Trademaric THEE - E. BRANDSMA. Trademaric KOUEIEIJ & CORBIlEE, Groot Beddenmagazijn. Groote collectie Wiegen, Kinderledekanten, Luiermanden, Babytafeltjes, Babybascnles, etc. etc. Vraagt geïllustreerde catalogiis, BI U ARTS. Geen beter, solider en goedkooper adres dan by J. ELSENBURC, N. Z. Voorburgwal 177. TELEFOONADRES No. 2699. Specialiteit van Overhemden op maat, Dassen, Boorden, Manchetten, etc., hij VVE W. VAM DER HULST Hofleverancier. Reis artikelen. Parapluies. 167 Kalverstraat, AMSTERDAM. PBILIPPONA KETELAAR, KALVEBBTRAAT 166, AMSTERDAM. SPECIALE INRICHTING voor het vervaardigen van volledige Uitzetten en Luiermanden, Op aanvraag worden prijsopgaven en modellen franco toegezonden. Eerste Nederl. Verzekeriog-Maatscbappij op het Leven, tegen Invaliditeit en Ongelukken, gevestigd te 's-Gravenhage, Kneuterdijk n. Directeuren: Jbr. Mr. W. SIX en Mr. A. F. K. HARTOGH. Adjunct-Directeur: P. DEURINK. Bykantoren: te Amsterdam, Utrechtschestraat hoek Rembrandtplein; te Rotterdam, Gelderacbestraat, Plan C No. 4. Volteekend Maatschappelijk Kapitaal / waarop 20 pCt. is gestort. Verzekerd Kapitaal op het Leven, uit. 1898. . . Verzekerde rente 469,260.01 Ontvangsten over 1898 1,519,902.59 1,500,000.?Reserven en Zekerheidsfondsen ultimo 1898 . . . Bezittingen ultimo 1898 16,717,290.28 Tegen ongevallen met doodelijken afloop, ultimo 1898 a invaliditeit, gevolg van ongevallen, , ? 5,083,683.57 , 5,371,226.81 38,171,666.59 41,984,463.28 Geheele pjjnlooze verwjjdering van Likdoorns. Voor belanghebbenden aanbevelingen ter Inzage. Spreekuur iederen werkdag van 9 tot 12 uur en van 2 tot 5 uur. WILLEM BIJLMER, PEDICURE. Singel 15 O. Genre LIBRE AESTHETIQUE. KRAEPEÜEN & HOLM'S Eikel-Cacao. Aanbevolen door H.H. Genees- en Scheikundigen. Bekroond met Gouden en Zilveren Medailles. Voedzaam, Versterkend en Aangenaam van Smaak. Met melk gekookt zeer aan te bevelen voor dagelijksch gebruik tnj kinderen, zwakke personen en klierachtige gestellen. Met water toebereid is zjj als geneeskrachtige drank uitstekend bjj diarrhee, ook voor zuigelingen en kleine kinderen. «k De Echte Eikel-Cacao van KKAEPELIEN & HOLM is alom verkrijgbaar in vierkante bussen van K Kiloer. a ?1.70, X Kilogr. a ?0.90 en K Kilogr. a ?0.50, voorzien van Etiqult, waarop nevensstaand fabrieksmerk en handteekening van de fabrikanten: KRAEPEMEW A HOL.JII, Hofleveranciers, Zeist. = Behangselmagazijiien C. B. SCHNEIDEE, Leidschestraat 79. = Men leze de recentie in dit blad van 7 Mei en in het Handelsblad van 7 Mei, ie blad. A. SINKEL. WieuvvendijK Groote Markt. Telephoon B3S. Uitgebreide sorteeringen in Lingeries EIPQS/T/E P DE SALONS, Uitzetten en luiermanden in alle prijzen. EIGEN ATELIERS. Verzekering-Maatschappij HOLDA". Damrak 74, Amsterdam. Werkkrachtverzekering. ZIEKTEN, ONGELUKKEN, ORGANISCHE GEBREKEN. Uitkeering reeds voor ziekten van langer duur dan drie dagen. Speciale tarieven ter verzekering tegen levenslange ongeschiktheid. Zweedsche K.nnstweefslöid. Ocdergeteekende stelt zich voor Onderwijs te geven in het liunstweveii. Het onderwijs kan gegeven worden ten huize van de leerlingen of in het atelier L e i dschekade 84, waar weeftouwen, die in iedere huiskamer geplaatst kunnen worden, eu gefabriceerde artikelen voor huishoudelyk gebruik als muurdecoraties, meubelstoflen, gordijnen, boezelaars enz. zyn ter bezichtiging voorhanden. Dagelyks te bespreken in het atelier Leidschekade 84, tusschen 2?3. ARILD MADSEN, gew. Leeraar a/d Ned. School voor Nijverheid en Handel, te Enschede. Sunligh SJM1IS & SCHULD, Tuiitarchitecten, NAARDEN en HAARLEM, belasten zich mei den aanleg en de verandering van kleine en groote Tuinen, Parken en Buitenplaatsen. Hcerengraclit 363, Amsterdam. KAPITALEN verkrijgbaar voor Ie en 2e Hypotheek. GELDEN beschikbaar met n solieden borg van af f 100 tot elk bedrag voor langen tijd. B^* Bouwcredieten tegen billijke voorwaarden, Kantooruren van 1O?l en 7?9.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl