De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 22 oktober pagina 9

22 oktober 1899 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

No. 1165 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. 9 In Weenen verschijnt ieder jiar 'n hoogst ?wetenschappelijk en hjvig boekdeel: j-Wissen«ehaftlic-ie mittheilungen aus Bosniëund der "Herzegowina", waarin nauwkeurig alle vondsten van uitgravingen uit steden der vroeg-christelijke nederzettingen of uit woonplaatsen der oude Daders beschreven en beteekend worden. Ook vindt men er belangrijke gegevens tot- 't ver klaren van turksche en Slavische gewoonten, legenden, volksaard, spelen enz. enz. Ook is er nog 'n beliettristisch tijdschrift Nada dat in 't Duitsch geschreven wordt en in 't Cyrilisch, waaraan zeer bekende Duitsche schrijvers deelnemen; maar een groot schrijver, die de toestanden dramatiseert, en ons 't leven, lieven en strijden laat zien in een hem door leefde compositie van de verschillende poëtische oostersctie gegevens, die is er niet. e eenige, die men als zoodanig zou kunnen noemen is de gewezen redactrice van de Bosnische Post Mileiia Mrasovic ; zij heeft in haar elam dat reeds in '93 verscheen, eeuigszins 't leven van den mohammedaan in Bosniëweten te dramatiseeren. Oferigens doet de oostenrijksche regeering al 't mooglijke om de beide lauden vooruit te heipen, bekend en geliefd te maken. In Sarajevo is een museum opgericht, waarm bewaard wordt al wat mettertijd verloren zou gaan, of kans had vergeten te worden. Groot is 't nog niet, maar belangwekkend zeker. Eeu geheele afdeeJiag is gewijd aan de verschillende kostuums, die evenals vroeger in ons land verschillen zelfs bij een halfuur afstand. Ia een ander gedeelte vindt men vele sieraden meest door vrouwen gedra gen, die den Eogelschen oudheidzoeker gek zouden maken, "erder kasten vol opgezette dieren en vele, vele merkwaardige planten, zoo als alleen een land kan opleveren dat tropische hitte vereenigt met Noordsche kou. De directeur van dit museum, is de intelligente en met 't volk volkomen meelevende Hofrath Constautin Hörmaun, tevens medewerkend lid van de Wissensc'iaftliche Mittheilungen." Ritter v. Horrowitz in Weenen en Hofrath Hörmann in Sarajevo geven aan iedereu beiaugstelleude met .grooten ijver van alles, wat eeu vreemdeling maar in de verte interesseeren kun. Beide heeren kan ik dan ook niet nalaten m'n dauk te betuigen voor de vele faciliteiten tijdens mijn verblijf in Bosniëen de Herzegowma ondervonden. Wanneer men Sarajevo binnenkomt, vermoedt men allerminst, dat men in zulk 'n typische omgeving komen zal. Heel in de verte steken wel wit en slank de torens omboog-, die den indruk maken als klauterden zij gezamenlijk tegen de bergen op; men gist daar tusscheu die bedehuizen wel een oostersche orugevmg, en men meent, dat die onregelmatige hoekige huisjes, waarvan de een over de ander heenziet, iets niet-Europeesch zullen te zien geven, maar bij de aankomst aan 't station ziet men slechts de herrie van 'n groote stal. Rijtuigen, omni bussen, karree, ,/dieustmanner" en pakjesdragers in overvloed, zelfs 'n electrieche tram. lu de gauwigheid valt toch nog in 't oog de roode fez der koetsiers op de Dokken en de kleine paarden voor de rijtuigen, ze weten handig de paarden te mennen die fez-dragende door de «Irukte heen van meusch en rijtuig, ze laten hun zweepen knallen en voort gaat net. Snel «n vlug of er geen hitte was en de afstanden mijlen ver. Mij heenwringende tusschea schreeuwende dienaren van l,ötels, vindt ik mijn plaat-je in de electrische train. Hier en daar hoor ik nog Duitsch spraken, maar voor 't meerendeel glijdt al 't gesprokene glai langs 't oor heen; voor een die geen Slavische taal kent is de taal absoluut onbegrijpelijk. Tegenover mij had ik een werkvrouw, ze was niet jong meer, maar zag er toch nog guitig uit. Ze keek me vlak in 't gezicht en alsof zij begreep wat er in mij omging, zei ze lachend : /,Ja, het heeft ook lang geduurd vóórdat ik ?er achter was. Zes jaar lang heb ik er mee getobd, maar nou kau ik er mee terecht." Zoo, ben je al zoo lang hier?" »Van af de occupatie." .Nou, dan weet je er van mee te praten, dan heb je 't zeker .hier ook niet alt ij.l zoo gezien," wijzende op alle moderne huuen en inrichlingeii, waarlangs de traui heinsnorde, die zelfs deden vergeten, dat meii zoovele dagen van 't hartje van Europa verwijderd was. »Ach! uat kun je denken. A'og geen tien iaar geleden was deie wijk heelemaal Tu.ksch, «r is nou niks meer vau te zien.-" //Zoo, bevalt je die occupatie goed r1" *0ch, wat zal ik je zeggen, ja hebt overal goede en je hebt ovtial kwade menschen. ik moet je zeggen dat ik meer vriendelijkheid heb genoten van de Tnrkeu dan vau mijn eigen landgenooteii. Ik kom uit Oostenrijk, uit \Veeueu, maar a!s je m nood zit, cfaa ziju de Turken altijd klaar om je te helpen, eu vau ja eigeu land kijkeu ze niet ratr je om, ze uten je maar tobben." .... Ze keeK me ter sluikseti aan, en zei toen bijna iu m'u oor: ik liou wel van de Turken." Zoo, van hoeveel wel :" //Vau allemaal," hi, ui. 'k Beu zestig, zou je aiij dat geven 'i //Geen (lu'.ig, ' loog ik, en keek naar haar randjesoogeu eu naar deu eeuigeu tand. 'u Jong meisje vau 't land zat naa^t haar, ze scheeii van 't gehetle gesprek niets begrepen 1e hfcbben, maar bij deze laatste fliuwigheid toevallig de vrouw aanziende, snapte ze waar over 't liep, en haar met den elleboog aanstootend, brabbelde ze eeuige zinnen, die eeu gewoou mensch niet verstaan kon. Ik iiam haar van 't hoofd tot de voeten op. Ze was Europecsch gekleed, eeu wollen kleedje, eeu hoedje naar de mode, maar geen handschoenen, eu toen zag ik tot mijn verbazing blauwe tetkeuiugcu op hand en armen. Wat is dat" vroeg ik, daarop wijzende? De vrouw begon te lachen eu 't meisje keek ?wat verlegen, maar stroopte de mouw wat om hoog, om des te beter te laten zien. »Ze is Katholiek" zei de vrouw, ,/niaar 't, is allemaal 't zelfde of je nou Katholiek of Turk bent, allemaal eender. Ik heb hard gewerkt in miju leven, maar 't kan mij niks schelen of ik voor eeli Turk zijn hemd wasch of vojr een Katholiek, 't bennen allemaal ruenschsn,'t goed is hij allemaal 't zelfde vuil." Een Turk achter haar tikte haar op den rug en brabbelde een aardigheid. Met 'n onwilligheid, die alleen in de hoofd beweging merkbaar was, keerde /.ij zich weer tot mij en veegde de mondhoeken met 't punt van haar schort af. ^Achttien kinderen heb ik gehad. Ja, ja, ik weet wat 't zeggen wil, 't leven.'' Wat zei die man daarnet togen je. »Ach" en ze haalde minachtend de schouders op. Hij heeft het over de kinderen, die ik gehad heb. Ik ben tweemaal getrouwd geweest, mijnheer, maar nou wil ik niet meer. AU ik nog weer eens twintig jaar kou worden cu weten wat ik nou weet, dan zou ik leven hoor, dat beloof ik je. M'n eerste man was so'daat De gevolgen van de bestrijding van het drankmisbruik. JENEVEK Mr. PJEKSOX : «Alweer (en (ractsatje, in plaats van een goud tier.tje... wat moet dat geven op den duur?" toen ging ik mee als marketerj'stor maar die hebben ze doodgeschoten in I'aliëen toen ben ik weer getrouwd en heb AP. occupatie meegemaakt en daar hebben de Turken hem zijn kop afgehakt en toen heb ik basta" gezeid. We verdienden goed ons brood, omdat ik met wasschen heel wat te doen had nou war,ch ik nog veel, voor alle l.ötels die hier zijn. 's Zomers wasch ik voor den minister v. Kallay als hij in Ilidce is. Mevrouw is een best meiiseh. Als dan 't seizoen om is, dan geeft ze me/'.10 ,/Dat is omdat je me zoo goed bediend hebt," ze^t ze dan. Ja, ik heb ecu boe! te doen nog, ma.'tr tiouwen wou ik niet meer." En vertrouwelijk tot mij overbuigende zei ze half fluisterend: //éa kwam er met de keizersnee en nou heb ik jiog maar óa in leven." Ze keek verschrikt om, angstig dat de Turk iets gehoord zou hebben, die een beweging maakte alsof hij haar weer ceri aardigheid wist te vertellen. Ik was door die vertrouwelijkheid geheel onthutst en niet goed wetei.de wat te zeggen, bang voor nog1 meer vertrouwelijkheid, zei ik maar: »ja er is een boel veranderd Lé? Nou of 't," zei 'r, meusch nog gedeeltelijk in haar moeielijke tijden van toen verdiept eu toen plotseling ais wakker wordende: //Jessas ja, als ik nog eens 40 iaar jonger was, wat zou ik 't dan anders doen !'" Daar stegen bij de haltestcllen eenige dames in den trein, door corsetteii behoorlijk tot Kurcpeesclie wespen gemodelleerd, de handen vof>r de zounewaruitc in groote glacé's gestoken. 7.; kuchten de ia^ueux, zooals alle winkiijull'iOuwcn iu gala, gingen niet, 'n treur van bedwelmend parfum in 't. uiterste liorkje van de tramznten en gluurden juillL' door 't gespikkelde' gordijntje voor den i eus uuur de waschvrouw. De/.e begon oouenblik d;: gelatouecrdc aan te stooten t-n /luisterde toen ic's in 't Kroatitch. Toen bc- j gunnen Ixiici* hard ie Leliën. i A u eerst VK! mi' < p. dut xe op ha".r srn.cii in 't, geheel geen ('h.-i.-'vlijke i-vmbuion !,a'!. De Christenen iu Ji'is.'i.ëlat.on<-rri-u zidi om | geheel andere rcderiT, veel pccomp]:rv< r<i, r dan men a'gnnccu vsrlclt, ik hoop hi'-rop ' terug te komen ii. (ie voigciidc artikelen. Eiiideiijk m o L-f T, ik iu 't geheim lu-irol.kcn worden. Ouder herhaalde kuclijes kwam ik te hooren: //Ze hebben 't warm die daar," wijzt-udc op , de Europcesc'"e toiletti n. ,/Ha! IIK! i:i. i, t u : verwonderen, 11 a, ha, ri'r j'ikkxs zijn te j.auw. l ha! en 'n luenin bij d'r . . . dat heeit ook er;i reden. Ha! ha! ha!... Kn dau ze hebbin wel voor 20 kri'iuer pucu-r op d'r grzidit gesmeerd en nou moeten ze dat er allemaal afvcg.h, wat. 'n j'immcr, ~0 krcu/.cr poeier, ha! ha... ha!'' Lachende Lam ik vau de oude U'u'nsulie afscheid, ik «as m 't, centrum van iic .stad '. aangekomen. .Luiks v;iu me gü^cn Kruiitiërs, Slowakken cu Bo.-niakkeu op ! uu Z;n.tiag.-';h uiigedoscht naar de kerk. De !.hnm,inr van kleuren in hun kletding trof me hier hureinri woon. /elf bereiden ?.e de kl uivn uit kruiiini van 't, gttberntr en regen noch v.nmiiscMin /iiu j in staat, deze 1c doen vertcbittcr. OuwilK ;<cinii.' ] vergeleek ik MUI kostuums bij dn: vau de lloilandscue boeren c;i b;;t fi.'ii.cii. l;;tg( /iOim n ; i.kcic ' kostuums uit Zeeland en Vlaanderen rn van enkele van onze eilandbewoners is de smaak vau onze boeren, en boi.rinntn ;;ltijd s;i:f, en vaak afschuwelijk bont en smakeloos. ', Terwijl ik duar zoo stond U: kijken en te vergeefs op den hoek van 'u straat urn nainn op 't bordje tiachtte te ontcijferer, liie m aiu: talen gesteld is, Turkse!!, ISjsuisch eu Cv.^rh, kwam etn Turk deftig buigend op ni?? af cu vroeg me iu 'n nasaal Puitsoh, of hij :;ich mocht voorstellen als: Olmiïtz l'atcha. Ik wist niet :r"e l wat de man wou e>; k:ck naar z'n cigaret, meenende dat de Oostersche beleefdheid zoover zou reiken bij 't vragen naar wat vuur. De man gaf mij toen met veel omhaal van woorden en gebaren 'n kaartje, waarop ik la?: //üeerhter Herr! Nehine mir die Freiheit j mich als Frcmdenführer für die Stadt Sarajevo l und Umgebung Ihuen zu empfehlen." [ Olmütz Pascha (liuseiu Pasah'é). | Aan den achterkant van 't kaartje stonden j op de vij af alle bezienswaardigheden genoteerd. j Ik betuigde den man vriendelijk, dat ik zoo iets heelemaal niet zocht, alleen een fó'el. ((ogenblikkelijk geleidde hij mij voor lliVel Europa en vroeg me of ik de huilende Derwitc'ieu niet eens wilde gaan hooren. Hij ver schafte tegen eutrca toegang daarvoor. Hoewel eeu godsdienstoefening tegen entree me zeer stuitend letk, beloofde ik hem toch, dat hij op mij kou rtkenen. Sarajevo, Aug. 'Ou. L L E R L E I Verongelukte hazardspelers. Naar aanleiding van het geruchtmakend f proces tegen den zoogei aamden Klnh der \ Jlitnnlosen te lierlijn wordt uit New-York aan j een Duitsch blad het volronde geschreven: l In de stalle'i te New-Yorkkan men menigen i vroegeren cavnilerieoftieier teri.gvinden. Zoo [ wordt do fquipage van een bekenden reeder i bestuurd door een ritmeester von Zastrow, een | i.t'.-tarnmeling van een oud adellijk geslacht. ' O|i den Broadwüv, de voornaamste straat van j de ^iiord-Amt-rikaattsche hoofdstad, kan men dagelijks graaf Ziehier, eeu voormalig kuras- i M'.'rsoiiicitT, die eens de afgod van alle circus- j d.-tmcs \v:>--, een vrachtwagen zien rijden. Nu, : werken, ia geen schande, en deze twee, die ! een tamelijk hoog loon kiij^er, bevinden er i zich we! bij. Erjier staat liet met bun kamej;:den van do n.f;ii:rerie l!;>t vinden van werk, valt hun veel nioeieiijker. In bun nood berin- l neren zij zich nu van de schoune dagen, die zij i;i ik; terstt rf>,i:iuratits van hun vroegere v-<iohji);iats hcbbe,; doorgebracht. \Vat duurde kelli.ers dak-r, ziilkni zij nu trachten, ook 19 doen. l']-i werkelijk, het iaat goed. Zij vinden een plaat1', vnu.t de voormalige officieren worden oiu hun elegant optreden gaarne aangenomen, i Ieder. di<: New-Vui Je kent. zal zich het reus- i achtigu keljerrestanrant bij den opgang van j de Bruokiyiibrug herinneren. De waard hiervan, j een vooimiiüg wachtmeester van de dragonders, l Leemt alken o!t';.-i ren a;;n. Onder de dozijnen ' keili;?!'--:, die bij hem bedienen, zijn alle rangen van \a:ir,(li-ij: t'.-t overste vertegenwoordigd. IhntschlunJ, Eiai.krijk, Oostenrijk, Italiëen Rusland hebben kontingsnt geleverd. Hierbij moet, i'ic-n op'.ii°rkoi). dat A:r,erikaansche kellneia i.ift o|) fooien zijn aangewezen, maar traktement kiijgei:, zoodat zij uit een oogpunt van z;;kun tamelijk wol gelijk b'.aan met han- j Wicii bet ontbreekt aan de geschiktheid, orn het kt-lluersberoep uit te oefenen, moet zich tüvrCilc.nstellen niet het vermoeiende postje van bü:denw:isscher. Hiervoor krijgt hij ten kost en inwoning. Een groote menigte adellijken !s iii dit beroep werkzaam. Voor eenigen tijd o/.tstond ouder hun burger) ij k e collega's oppo- j sitie legen hun concurrentie;!, maar er werd ei-;! eiiule aan gymaukt, toon de couranten viüklaarden, dat het onbillijk was, den adel den haihtsn weg, om zkh oürlijk door hst l leven te slaan, af te snijden. Men moet helaas echter het feit constateeren dat het aantal der gebeterde officieren naar verhouding klein is, .van t dat velen tot hun ouden hartstocht, het spel, terugkeeren. Waar blijft de Champagne Wijn? Op deze vraag geeft een iransch blad het volgende antwoord: Wij Kranschen gebruiken er heel wat van, maar de vreemdelingen nog meer. Zij zijn nog zoo kwaad niet, dis vreemdelingen .' In 18<)8 heeft Frankrijk aan zijn klanten buitenslands l!l.(582 000 liters champagne en mousseerende wijnen verkocht voor ',>1 ;i-!7.552 francs. De eerste plaats onder deze afnemers wordt ingenomen door Engeland, dat in 1898 1().5!)<J..')()0 liters of llesschen heeft verbruikt; daarna volgen Belgiëmet '2 778 700, Duitschland met l 851).iOO. de Vereenigde Staten en Canada met .1.11!). 100 rlesschen. De Hollanders versmaden den champagne ook niet, zij hebben in het jaar 18ÏI8 4(58.400 fiesschen mousseerenden wijn van ons gekocht. Wat onze Russische vrienden betreft, zij heb ben gedurende hetzelfde jaar l'.ts 500 flesscben gehad. Dat is geen groote ijuaiititeit voor zulk een groot land ; maar onze vrienden maken het weer goed door de qualiteit: zij houden van tijne merken. Tot onze andere klanten behooren Zweden met -T)!* -!00 en Denemarken met 188700 tlesschen. Wij hebben aan Oostenrijk 15^ :!()() tlesschen geleverd, aan Zwitserland 141.100. aan Itali !'-!'.> 700, aan AustraliëI^ó.'J(M), aan Noorwegen IOS.L'OO, aan de Argentijnsche Republiek 100.",oo en aan Engelsch Indië100 000 ilesschen. De landen, die do duurste moiken van orze champagne en andere mousserende wijnen drinken, zijn Rusland, Engeland en de Ver eenigde Staten. De Fransehe douane schat de waarde van de wijnen, die miar deze drifi landen worden uitgevoerd, op gemiddeld 5 francs de lleseb. Voor de andere landen is het gemiddelde niet meer dan l francs. Na tuurlijk is dit een en-grosprijs, die niets te maken hoift met de prijzen in de groots hotels te 1,'Huier. New-York en St Petersburg. Zij, die in de gelegenheid zijn geweest, die wijnen daar te drinken, en vooial te betalen, zuilen dat ook wel weten. Wie was de eerste kantwerkster ? Op het kprkhof te Annaberg in het Erts gebergte vindt raen een monument, eene vrouw voorstellende (lic, op een bijenkorf gezeten, kant maakt; met dit opschrift: .Hisr rn-t liarbara Uttmaiir, gestorven 1-1 Jur.uari 1575; zij werd door bet in 15G1 door haar uitgevondene kantmaken de weldoenster van het Ertsgebergte." Dit -uitvinden" is, zooals wij weten, niet volkomen juist; lang te voren werd te Mechelen en te Brugge kunt gemaakt; maar men ver moedt dat juist uit die streken, onder de talrijke emigranten die door de zilveraderen van het Ertsgebergte werden aangetrokken, eenige kantwerksters waren, van wie Ilarbara Uttmanri haar kunst weer geleerd had. Zeker is het dat Uarbara, uit eene patricische familie uit Niirnbcrg afkomstig, in haar Saksische woon plaats al zeer spoedig de kunst wist te ver breiden, want toen zeven jaren later, in 15(58, de pest in het Ertsgebergte woedde, stierven daaraan alleen 81») kantwerksters. In Kioli de 17de eeuw steeg het aantal kantwerkstere tot 10,000, veertig jaar geleden waren er 80,000 en in 1885 zijn er talryke scholen voor kantwerken opgericht, te Schneeberg, Gassengriin, Bleistadt enz. Ook mannen beoefenen deze kunst; maar op het oogenblik is zy in zooverre in verval, dat de werksters zich meer op goedkoop grof werk toeleggen, waarin zij toch met de fabrieken niet concurreeren kunnen, dan op het kunstwei k, waardoor Mechelan, Brugge, Valenciennes hun naam ep. rang weten Je behouden. inuiiiiiililiiniiiiiiiiiiiiiniiiill iiitusïchen de industrie weer zoo uugebreid, dat er een bulastir.g op gelegd werd, het KIojipcIg'-'ld'', die heel wat opbracht. In Bemnlphiis, fle ralepwoorilipr oer mMel eenwselie tanst in Nederland Geachte Eedacteur! »... wat op 's harten grond lelt. f.Dat wdt ZE naar de keel." (VüNDEL.) Dr. W. Zuidema, oud-redacteur van De Grensivachter, achtte het noodig op te komen tpgen mijn objectieve mededeelingen over Bisschop Bernulf in uw geacht blad van laatst leden Zaterdag, waaraan, naar ik meende en nog meen te kunnen vertrouwen, geen enkel verstandig mensch aanstoot nemen zou. Niet om met dien heer in polemiek Ie treden, kojh ik nog eens op hetzelfde onderwerp terug, daar van die zijde toch nooit overeenstemming', zelfs in zuiver historische vragen, te ver wachten is. Immers, zoodra ze een roomschekleur vertoonen, hebben de meest onomstootelyke feiten op sommigen de werking van een rooden lap op een stier. Maar om mijzelf te rechtvaardigen over Lctgeen ik uit loutere waarheidsliefde in uwe kolommen meende t moeten opmeiker. De heer Zuidema verwijt mij, dat ik »Mo!I, Bockenberg, Beka en Ileda'' heb genoemd »in n adem". Ik schreef echter de volgorde eenigszins anders. Zoo ramelyk: »aan de hand van prof. Moli, Bockenberg, Ueda, de Beka en tal van historici" wilde ik Bernulphus voorstellen. Die omzettii g van Beka en Ileda, die byna twee eeuwen na elkander leefden, i's een polemisch zetja van dr. Zuidema om mij belachelijk te maken, mar.r dat hy zelf onge twijfeld in een ander als -pen Jezuietenstreek" bestempelen zou. Maar nu vraag ik : wat is er tegen, eenigen onzer voornaamste oude historici, in teruggaande tijdsorde, bij name te vermelden en mij in substantie te beroepen op hun getuigenis omtrent bisschop Bernulf, in zooverre het door onzen grootsten kerk historicus, professor Moll, getoetst en betrouw baar gevonden is ? Slechts iemand, die spykers op laag water zoekt, kan zich daaraan ergeren. Bisschop Bernulf heeft als bouwheer der kei ken van Sint Jan en Sint Pieter, der adbij van Sint Paul te Utrecht, dor Lebuinuskerk te Deventer, gelijk Joannes de Beka uitdruk kelijk vermeldt, buitengewone verdiensten voor de middeleeuwsche of christelijke kunst. Reden waarom hy ten onzent als haar vertegenwoor diger geëerd wordt en eene plaats verdient op den gevel van ons Rijks-Museum. Niets meer en niets mfrider heb ik willen beweren, op streng historische gronden. Dr. Zuidema wil mij nog terechtwijzen over Bockenberg, die van Bernulf gezegd heeft: omagniricum fecit collegium'', wat volgens den doctor beteekeren moet »hij TBernulphus] stitchtte het Kapittel van St. Eeb, te Amersfoort". Maar »7u heb dit getuigenis van Bockenberg volstrekt niet aangehaald! Nu echter dr. Zuidema hierover geheel noodeloos zijn wijsheid ging luchten, diende hij toch te bedenken, dat er te Amersfoort geen kapittel van St. L- buinuu bestaat, en dat aldaar liet kapittel van St .lort» eerst werd opgericht drie eeuwen later dau Sint Bernulf leefde, namelijk door bisschop Jan van Diest in het jaar Onzes Heeren t'.ï'.t~ i ! Bij Sint Joris, ik, die maar een dilettant ben in de geschiedenis, had zulk een dubbelen blunder van een voormalig commies-char termeester niet verwacht. Mijn tegenstander zegt verder, dat de kunst, die in de middeleeuwen heeft gebloeid «eerst lang na Bernulf's dood is begonnen". Hij bedoelt hiermede waarschijnlijk de Gothiek. Maar heeft hij dan nooit gehoord van den Jïinuftfifdien stijl, die voornamelijk in Bernulf's tijd gebloeid heeft, en waarvan nog enkele merkwaardige monumenten, zooals de Sint Pieterskerk te Utrecht en de crypta van Deventer, in ons vaderland zijn overgebleven ? De Houmunsclie stijl, die tegenwoordig ook genoeg bewonderaars f n navolgers vindt, behoort evenzeer tot de christelijke kunst ais de spuntboogstijl", waarvan de .«wetten en regelen", volgens dr. Zuidema. ;>'t geheim waren der bouwbroeders. in wie men niet zonder grond de voorouders der vrijmetselaars heeft gezien.'' Wat hij eindelijk over eenige voortbreng selen der middeleeuwsebe letterkunde bazelt, heeft met onze quaestie niets uit te staan, welke hoofdzakelijk loopt over de middeleeuw sche luiiiidiiuiat. En deze mag. ten spijt van alle Dr. Zuidema's, nog altijd met eerbied v.orden genoemd. Zij is er bij de Hervorming waarlijk Jiipt beter op geworden. Ik beroep mij hier op tiRn onpartij.iig getuige, cp Busken lluet. die in zijn Lnnd ctm JiLnilirandt (I, bl. ;>!5) met nadruk constateert: >>Te zeifder lijd, dat het protestantisme den wil en de logica der Nederlanders versterkte, heeft liet hunne verbeelding afgestompt en verzwakt. De zin voor hoogere bouwkunst ging bij hen ten onder." Ten slotte nog dit. Dr. Zuidema acht zich persoonlijk getroffen door rr.ijn signaleering van >zekere prulblaadjes'', enz. Hij moet zelf weten, of die schoen hem past, en kan hem naar verkiezing dan aantrekken. Maar ik heb zijn naam in de verste verte niet aangeduid, en behoef dus geen gevolg te gever» aan zijn uitdaging, om dien »aanvai" »in betamelijke woorden"' te herhalen. Ik kan mijn tijd wel beter besteden dan aan de polemiek rnet dr. Zuidema; te meer wijl ik vrees, dat hierbij van betamelijkheid maar al te weinig zou overblijven. Dankend voor de plaatsruimte, teekent zich met hoogachting Amst., 17 Oct. 'Hl'. Bi;i;.NA!;i> J.M. M-. BONT.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl