Historisch Archief 1877-1940
No, 1166
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
dan ligt het voor de hand en in het systeem
van de verordering, dat de aftrek wordt:
voor gezinnen
met l kind ?550 + ?100 = ?650
2 a 3 kinderen //550 -j- ,150 = ,700 en
,4 , , 550 -f- , 200 , 750
als maximale aftrek.
Genoemde aftreksommen zijn de aan
gewezene; afwijkingen van belang zijn niet
mogelijk.
Hooger dan een aftrek van ? 550 +
f 200 zal men niet kunnen gaan, omdat
het niet in de bedoeling ligt, inkomens
van f 800 en hooger vrij te stellen. Bij
een inkomen van f 800 is het trouwens
niet bezwaarlijk aan belasting te beta'en:
/?800-f750 f50 a. 5 pCt. ?2.50.
Wordt de minimale aftrek / 550 en de
maximale aftrek ? 750, dan is het grootste
verschil in aftrek mitsdien ? 200 aan be
lastbaar inkomen of wel aan belasting
?200 a 5 pCt. = ?10.
Voile, tout!
De aanslag van een belastingplichtige
met 4 of meer kinderen, zal dus op zijn
hoogst ?10 minder zijn, dan die van een
ongehuwde. Een groot verschil met het
hierbovenstaande thans geldende tarief.
Men ziet hieronder hoe groot thans bij
het hebben van 4 kinderen, de kinder
reductie, uitgedrukt in belastbaar inko
men, is:
inkomen aftrek thans aftrek toekomstig
?1200 ?204 ?200
»1500 »450 ' »200
»1800 »612 »200
»2000 »720 »200
»2200 >840 »200
»2400 »864 »200
»2600 »832 »200
»2900 »812 »200
»3200 »768 »200
inkomen aftrek thans aftrek toekomstig
?3500 ?700 ? 200
»3800 »608 »200
»4200 »504 »200
«4600 »368 »200
Om een dergelijken niets beteekenenden
aftrek ad ?200 is het Amsterdam niet te
doen. Men kan dan evengoed den
kinderaftrek weglaten.
Het is gemakkelijk te berekenen hoeveel
de kinderaftrek naar dat nieuwe systeem
zal moeten kosten.
Blijkens de laatst opgemaakte statistiek
over 1805/6 zijn er op 100 aanslagen:
50 zonder aftrek voor kinderen,
13 met aftrek voor l kind,
21 » » » 2 a 3 kinderen en
16 » » » 4 en meer kinderen.
Thans zijn er 55,000 aanslagen. Opdat
aantal zijn mitsdien ten naastebij :
27,500 aanslagen zonder aftrek,
7150 aansl. met aftr. voor l kind,
11.550 » » » » 2 a, 3 kind. en
8800 » » » » 4 en m. kind.
Men krijgt dus in het nieuwe stelsel
den volgenden kinderaftrek :
7150 aanslagen u ?100 0.71 millioen
11,550 » il »löO = 1.73 »
8800 » k. »200 =: 1.7ü»
is hij 4'73 ppt. thans
? 600 ? 6.75
» 700 » 7.87-5
» 800 » 12.60
»1000 » 20.25
»1200 » 29.70
»1500 »
50.62»1800 » 6885
»2200 » 94.05
»2GOO »117.
» 3000 »135.
zal bij 5 pO. worden
? 2.50
» 7.50
» 12.50
» 22.50
» 3250
» 47.50
» 6250
» 8250
»102 50
» 122.50
Samen 4 20 »
terwijl de aftrek onder de thans bestaande
verordening ? 240,000 aan belasting be
loopt en dus is berekend naar 5'/a millioen
belastbaar inkomen.
Wij zullen uit de onderstaande tarievrn
zien, hoe de inkomstenbelasting te Am
sterdam thans werkt en hoe zij, bij wijzi
ging der verordening werken zal.
De aanslag van een belastingplichtige
zonder kinderen bij een inkomen van:
De aanslag van een belastingplichtige
bij het hebben van 4 kinderen fn bij een
inkomen van:
? 600 is thans ? 4.05 zal worden nihil
» 700 » » » 4.72' » » id.
» 800 » » » 7 56 » » ? 2.50
»1000 » » » 12.15 » » » 12.50
»1200 » » » 17.82 » » » 22.50
»1500 » » » 30 373 » » » 37.50
»1800 » » » 41.31 » » » 52,50
»2200 » » » 5G.43 » » » 72.50
»2600 » » » 79.56 » » » 92 50
»3000 » » »lf-2.GO » » «112.50
De ongehuwden zullen alzoo bijna allen
baat vinden bij de wijziging, ten koste der
groote gezinnen.
Aan de wijziging der verordening in den
geest van art. 243 is voor Amsterdam dus
niets dan nadeel verbonden :
1°. het heffingspercentage moet worden
verhoogd ;
2'. de aftrek naar gelang van hf t aantal
kinderen bereikt haar doel niet, want:
a voor de kleinere inkomens van ? ] 000
? 3000*is hij niet voldoende,
b voor de grootere inkomens is hij
onnoodig en bovendien van geene beteekenis;
3" de ongehuwden worden onnoodig ont
last en de gehuwden daarentegen z:en hun
aanslag verhoogd.
In 't kort, op welke wijze moet art. 243
worden herzien ?
Amsterdam vraagt slechts hare heffing,
waarin alleen degressie, geen progressie
aanwezig is, met de daaraan verbonden
kinderreduclie, naar volle vrijheid te mogen
regelen. Die gemeente zou hare heffing
niet gaarne, vooral ook om het percentage
niet te moeten verhoogen, in het knellend
gewaad van het tegenwoordig a: t. 243
willen steken.
Eri de Friesche en andere gemeenten
kunnen een zij 't ook beperkte ? pro
gressie niet missen.
Ons dunkt die progressie is wel in zoo
danig limiteerenden zin te omschrijven, dat
aan den eenen kant den gemeenten de
vrijheid wordt ontnomen, in hare heffingen
overdreven hooge progressie-schalen te
brengen, doch dat aan den anderen kant
de aanslagen der kleinere lieden, althans
geen te groot verschil in meer aanwijzen,
vergeleken met het bedrag op hun oude
aanslagbiljet vermeld.
Tusschen de uiterste vrijheid onder het
oude artikel 243 gegeven en de uiterste
beperking door het nieuwe artikel voor
geschreven, is een middenweg gelegen.
Amst., Oct. '99. C. U. W. RAEDT.
Sccia L aa i / ae Iccjan nebcn.
nititi n 11111 itiniinimiiminir
Winst in e coöueratieTe ziMMüstrie,
In aangename tegenstelling met de
vooren nainidiiagzittiro', droeg de avondverga
dering van den Nederlandschen Co
peraiiiiiMttiHiHiiniiiin
MtnlIIIUItHllllltttlllHIIIllllllHlIIIIMIIIIIlntlllJIIMIItMIIIIIIItMlMlltll
DAMBSf.
In den
door A. S. K.
Broughty-Ferr y bij Dundee,
Gartiands, October '99.
Beste Tante,
Sedert ruim drie weken ben ik in Broughf
yFerry, bij Dandée; hoewel ik op school altijd
den klemtoon hoorde leggen op Dim, ben ik
er nu toe overgegaan, in navolging van het
geen ik hier hoor zeggen, dée aan te dikken,
en Dun" in zyn rechtmatige schrielheid te
doen prijken.
De familie Linstone is allerliefst en wel in
staat, my vlot over mijn heimwee heen te
zetten. Akelig-gewoon en gezond zich subiet
in een vreemde omgeving te kunnen schikken,
hétante? Ik ben helaas! ongeschikt voor
roman-heldin, vooral een heldin van de uiterst
moderne romantiek. Zoo'n rond-warende,
leedtorschende, smartsnikken slakende jonkvrouw,
met angst-blikken peilend en slappe vingeren
uitrafelend den intensen kommer van haar
hoogreine passie-zie], neen, dat type represen
teer ik niet.
Natuurlyk voel ik mij nog dikwijls als onze
spreekwoordelijke kat in het haar onbekende
pak-huis, maar dat nieuwe trekt mij aan. Ik
houd het hier best uit, zonder met droef-strakken
blik, somber zwijgend voor mij uit te staren.
Mama heeft mij weggebracht; ik vord het
dollefjes zoo met ons beidjes op reis. Moeder
wilde zelf pools-hoogte neinen van het intérieur
der Linstone's.
Weet u, wat ik geloof? dat mama mij weer
met haar onverstoorbare kalmte zou hebben
meegenomen naar dear cld Holland, wanneer
haar scherp-ziend moeder-oog iets had ontdekt,
dat zy' niet geheel in den haak oordeelde.
Mevrouw Lijstene is wat jonger dan mama;
de twee dames waren dadelijk op zeer goeden
voet met elkander. Moes spartelde lustig door
het Engelech heen; Mevrouw Linstone er
kende grif weg, dat het haar onmogelijk was,
een gesprek in het Fransch te voeren.
Tant mieux! dacht ik, geen Philaminte of
Bélise in de buurt, oin mij te berispen over
het beleedigen van mijn grand'mère."
Naar aanleidiig van dat Fransch, hebben wij
een pijnlijk oogenblik doorleefd. Mama had
het er nu eenmaal op gezet als detective op
te treden en peinsde: ik moet mevrouw
Linstone uit haar verschansinkjs lokken; zij
beweert geen f'ransch te spreken, maar ook
hiervan wil ik mij persoonlijk overtuigen!"
En daar begon die ondeugende moeder sierlijk
en rad fransch te spreken. Mevrouw Linstone
liep goedig in den val. Gebceid door moeder's
opgewekt relaas en vol bewondering voor haar
vloeiend fransch, antwoordde zij in dezelfde
taa', maar tante l als u dat gehoord had!! 't
klonk zóó enge'.sch, dat róch moeder, toch ik
merkten, dat het lieve mensch in een andere
taal was overgegaan. Zij voelde zeker de ver
bazing die wij toch niet toonden, want op eens
tot haar moeders taal teragkeerend, klonk het
eenvoudig en bescheiien uit haar mond: You
know, mrs van Helden, we never get the accent",
en in myn binnenst beaamde ik haar overtui
ging ten volle.
Onder de fransche lees oefeningen met Mand
en Daisy heb ik dikwijls moe.te mij goed te
houden; soms wordt het mij te machtig en
dan proesten wy het uit met ons drieën, want,
mijne leerlingen vertoonen niet de geringste
symptomen van tobben over haar oor-verscheu
rende uitspraak. De vrolijkheid bereikt haar
hoogte-punt, wanneer ik hen nadoe! Is 't niet
grappig? Zij hooren hél goed 't verschil en
hebben geen begrip hoegenaamd van uitspraak
en met koddig plompen klemtoon verdofi'en zy
de gladde gepolystheid der fransche woorden.
Heeft mama u verteld dat wij in Londen in
't Lyceum theater zy'n geweest ? Ik ben zoo in
myn nopjes, dat ik Henry Irving en Ellen
Terry heb zien spelen. Wij woonden een op
voering bij van Cymbeline. Schitterend decor,
door Alma Tadema geschilderd. Betooverend
als een wonder-sprookje. Wat wordt in dat
theater heerlijk duidelyk gesproken. Het engelsch
van die artisten klonk waarlijk hél mooi. De
komedie was stampvol. Wij konden hél toe
vallig nog twee plaatsen krijgen, maar, o hemel!
niet anders dan in de dressed circle".
Wij vonden onze donkere reis-toiletten
bizondcr weinig dressed". Never mind ! een der
keurig gekleede heeren bureaulisten, allen in
rok, witte das en vtrlakte schoenen, stelde ons
gerust door de minzame verzekering, dat wij
hél goed in de circle ' konden plaats nemen,
indien wij onze hoeden wilden afzetten.
In een wip balanceerde mijn hoed op mijn
vuist; ik was bang, dat mama nog tegen
werpingen zou maken. Wij deponeerden onze
hoofd bedekkingen in de dameskleedkamer en
stevenden naar de ons aingewezen plaacsen.
Om ons heen gewiegel van wapperende veertj-s
uit hooge dameskapsels: getforker van
edelsteenen; geglans van zijde en satijn. Foei!
ik had nooit gr dacht, dat men zich in het
prude Albion" zóó schaamteloos zou d
colleteeren. 0/eral om ons heen naakte schouders,
ruggen en boezems. De dames in the private
bcxes" waren nog het brutaalst met hare ont
hullingen ! Kan u zóó iets liegrypen ? In
Engeland moet je het niet wagen het woord
maag te gebruiken. Dat is ontzettend shocking",
maar het gewraakte lichaamsdeel bijna ver
toonen, door een impudique ontblooten, is
fatsoenlijk, heelemaal niei shocking". De
engelsche dames, met baar strakke
poppengezichten en lipjes, saamgeperst als in uiterste
angstvalligheid n onkiesch woorrje te doen
ontglippen, verfoonen zich in 't publiek op een
wy'ze, die icy'u holland?cbe wangen purpert.
De familie Linstone woont gelukkig niet in
het sombere, rookerige Dundee; maar in
Broughty Ferry, een aardig, open, frisch stadje
aan de T»y, met prachtige buitenplaatsen.
BrougWy Ferry ligt een klein kwartier sporen»
van Dundee; de trein gaat over de lange, lange
Tay-bridge, iets wat moes nog al angstig vond,
zich het afschuwelijk spoorweg-ongeluk, her
innerend dat een jaar of achttien geleden ge
beurd is, door instorting van die brug.
De buitenplaats der Linstone's is imposant;
het huis is hél groot en ligt zóó diep-in, dat men
het van den straatweg niet ziet; een prachtige
oprij-laan, met zware boomen aan weerszijden,
voert er heen. Vóór bet huis een schitterend
mooi gazon, omzoomd door een vélkleurigen
rand van zeer smalle, bo: te bloemperken.
Mijn jongste leerling Maud heeft veel aanleg
voor teekenen en schilderen; zij speelt ook
viool, maar biar spel kan niet met Daisy's
muzikalen aanleg en ontwikkel! g vergeleken
worden. Wa; ben ik dankbaar, dat ik mijn
pianostudies goed heb bijgehouden; het kost
mij nu weinig inspanning, Daisy behoorlijk te
accompagneeren. Zy is een levendig en uiterst
gevoelig schepseltje; zij beweert, met al het
aplomb van een vijttien-jarig meisje, dat niemand
haar zoo goed accompagneert als ik! Het is
ongeloofelijk hoe gewillig iedereen hier is, i<vs
te doen hooren in zang of op 't klavier. Wij
Hollanders, zijn in dat opzicht óf veel beschei
dener, óf' mér-eisenend. Uier zingt en speelt
men er maar op los!.... Daisy zit met een
onverstoorbaar gezicht stapeltjes sandwiches te
verschalken, en toont niet de minste ergernis
of lachlust over de jammer-concerten die
's middags gedurende den afcernoon-tea gegeven
worden. Ik zal toch eens aan Dai y vertellen,
dat wij het niet zouden wagen, in een salon
iets voor te spelen of te zingen, wanneer spel
en zang zóó beneden alle kritiek zijn.
Mevrouw Linstone puzzles me", wanneer
zij met haar vriendelijken lach en trouwhartige
oogen, de exécutanten hartelijk dankt voor
hun voordracht!
Mrs. Linstone ben.je nu waarlijk zóó weinig
eischend, óf.... ben je een onverbeterlijke
comédienne"? denk ik bij ine zelf. Ik ben
overtuigd, dat een Hollandsche gastvrouw haar
zoo iets niet nadeed. Daarvoor zijn wij veel
te leuk, veel te gewoon, wij denken dadelijk:
hou-je me voor 't lajje"?
De En gelachen maken misbruik van hun
dear." Ik was in de eerste dagen werkelijk
verbaasd door iedereen zoo dear" te worden
gevonden; ik philosopeerde: óf ik ben in
Holland miskend, óf ik word in Schotland
overschat. Nu ben ik er achter maar vol
strekt niet er vóór hun dear" is een af
schuwelijk stop-woord, zonder eenige beteekenis
voor spreker of aangesprokene. Om niet uit
den toon te vallen, dear" ik nu maar mee.
De huisgenooten zijn tegen elkaar vél be
leefder en vormelijker, dan wij Hollandeis.
Wanneer men bijvoorbeeld aan tafel verzoekt
iets door te geven of wanneer men iets aan
biedt, hult men vraag en aanbod in een bloem
rijk kleed van snel uitgesproken hoffelijkheden.
Aan die minzame uitweidingen en aan dat
much ado about nothing" zal ik wel wennen,
maar voor 'too;er,Mik geef ik no;.; de voorkeur
aan ons rustig, kort-en-bondig asjeblieft" en
dank je".
' Voor mijn door-en door Hollandsche
geaard. heid is er iets onnatuurlijks, ieis
komtdiej achtigs in dat op efmaken van niets en met
j tft'usie bfdaiiken voor de gewoonste dirgen
! jt zelfs voor een buitengewoon valsch gezongen
? liedje of jammerlijk verminkte sonate.
Kom, Tantetjel ik doe net als u, ik gooi er
ook nog eens een citaat doorheen. Als ik die
lamme.ende woorden-drukte om mij heen hoor
gonzen, zeg ik in me-zelf: Icti höre das
Klappern der Mühle doch sehe keiu Mehl".
Wat een verschil, in Holland zoo'n beetje
et gelsch prater, met kennissen, vrienden en
familie of die taal gebruiken in het land zelf!
Wat een heilzame en verfrisserdo douche, je
eigen orbenolpenheid zoo eens flink te gevoe
len. Geli of me, Tante, ik ben al hél blij,
wanneer ik eenigszins dragelijk de helft zeg,
van hetgeen ik eigenlijk wil zeggen. Thuis
lachten ze nog wel eens rm mij; hier zal nie
mand mij een grein humor toedichten. Mijn
woorden staan kaarsrecht; mijne volzin tien zijn
houterig, onsierlijk, dor en kaal als
boonestaken sluiten zij mij in ; zij vloeien niet, zij
deinen niet mee, paren zich niet aan de
stemming van 't oogetiblik. Ik heb niet de
minste macht over mijn engelsch vocabulaire;
op 't gewenschte oogenblik schiet mij nooit het
juiste wourd te binnen. Het is altijd een
a 'peu pres" van wat ik denk, gevoel en wil
z.ggen. De heele familie Linstjne zit op mijn
toig! Gisteren heb ik hun dat plainly"
miegedeeld: You are all sitting on my tongue"!
Ze snapten gelukkig wat ik bedoelde, en
hadden plezier over mijn gulle, wanhopende
bekentenis. Wat moet men in de geheime
nissen van een vreemde taal zijn doorgedrongen,
om zijn gedachten nauwkeurig, genuanceerd
en niet het stempel van eigen persoonlijkheid
te kunnen weergeven ! Als u altijd in Holland
was gebleven, tante, zou u de menschen ook
niet verbazen door uw virtuositeit in 't spreken
van verschillende) talen. Dat heeft u ook te
danken aan uw verblijf in den vreemde. Bereid
u moeder er op voor, dat ik over twee jaar
naar Frankrijk hoop te gaan. Mijn fransche
taai-ervaringen zullen wel even
verrassendbeschamend zijn als mijn engeUche
Ik vind het hier een prettige gewoonte, dat
men zich iederen dag voor het dirur kleedf,
alsof er gasten kwamen.
Geeu engelsche vrouw zal er over denken,
in huis de laarzen aan te houden, di« zij
's middags voor de wandeling gebruikte. Ieder
een draagt hier elegante huisschoentjes. Deze
goede gewoonte moest in Holland ook een
vaste regel worden, waarvan een dame nooit
afweek. Een ccqueftene zoo behagelijk en
streelend voor de omgeving, moest aangemoe
digd worden. Ik behoef niet te vragen, hoe
u hierover denkt. Uw keurige voetjes hebben
altijd de bewonderende blikken tot zich ge
trokken van
U\V BTTY.
?iliimiiMMilimniiMiiMiiMiiiiiiiijiijifiiiiimiiiiiijiimmifflififiimiffllf
Mode. ~\Vlelrij<len. \V<mrom niet
trouwen ? Koningin Victoria.
Naaimachines. tiiervissehen. ? ?
Duineiditb. llccept.
Eene mode in de hoedenversiering is plot
seling te Parijs opgekomen, maar ook ineens
zoo algemeen geworden, dat zij wel weer als
een luchtverschynsel verdwijnen zal. Het is,
lange charpes van zwart liberty-sa'ijn of slap
zwart taf met punten van lange koordt'rartja
wel 15 centimeter lang, rondom den hoed
te drapeeren, en de punten te laten afhangen.
De hoeden daarvoor waren ook zwart, met
gegolfde en opgewipte randen; men kon de
lussen van de charpe tegen den bol opzetten
of er omheen leggen, in allerlei variatiën;
alles was zwart en toch heel opzichtig; voor
l^irijs heeft deze mode haar tijd al gehad.
Marï. de Goupy merkt op, dat wielrijden
le vrouwen leelijk maakt, maar dat dit gevolg
'.volstrekt niet noodzakelijk is. Wanneer zij
er niet op letten, zetten zij een scherp, al te
energiek en vastberaden gezicht, fronsen het
voorhoofd, klemmen de lippen opeen, knypen
de oogen half dicht. Al die inspanning is
meestal volstrekt niet noodig; het is een ge
woonte, maar wanneer het een gewoonte blijft,
misvormen zich de gelaatstrekken daarnaar.
Een beetje opletten, een beetje denken aan
den »soui-ire de danseuse", die toch ook een ,
onschadelijke valschheid is, en inen zal aan j
tieven Bond, op 23 September 11. een waarlijk
gezellig karakter. Door den aard der be
handelde onderwerpen waren dediscussiën
nimmer scherp, hier en daar. zelfs uiterst
gemoedelijk, zoodat ook deze speciaal aan '
de bespreking der zuivel belangen gewijde
bijeenkomst, ook voor leeken op het gebied
der zuivelindustrie eene belangwekkende
mocht worden genoerad.Slechts twee schotels
waren voor dit vergadersouper aangekon
digd, t._w. 1. bespreking van boterlevering
door middel van de Handelskamer, welke
door den heer Posthuma werd ingeleid, en
2. behandeling van de vraag: »w'at moet
men bij coöperatieve zuivelfabrieken winst
noemen en hoe kan die in cijfers worden
aangegeven?"
Het eerste punt dier avondagenda lokte
menigen zuivelman tot spreken uit, waarbij
men zich vooral op het gebied der
boterkeuring bewoog, hetgeen echter bijna uit
sluitend van belang mocht worden genoemd
voor hen, die inderdaad bij de zuivel
industrie betrokken zijn. Op grond daarvan
wil ik hier dan ook met de bloote vermel
ding van deze besprekingen volstaan, het
aan zuivelspecialiteiten en
zuivelspecialiteits-organen overlatend, den warmen
zuivelvrienden de nadere bijzonderheden daar
van mede te deelen.
Op meer algemeene belangstelling mocht,
naar ik meen, bet tweede punt rekenen,
en het ware ook te wenschen geweest, dat
ook meerdere zuivelleeken de besprekingen
daarvan hadden bijgewoond en aan de
discussiën daarover hadden deelgenomen.
Het winetvraagstuk in de zuivelindustrie
toch is niet in de eerste plaats een
zuivelkwestie, doch veeleer eene economische,
misschien wel vóór alles eene ...
belastirgkwestie.
Zooals ik reeds in no. 1157 van dit blad
mededeelde, werd reeds ten vorigen jare op
het eerste Nationaal Coöprratitf Congres
over dit vraagstuk gesproken, en kwam
men daar tot de verrassende conclusie, dat
een groot deel der zuivelcoöperators, zoo
de misvorming ontkomen. Ook is het geraden,
na den rit, met de vingers in koud water
gedoopt een paar malen van den neus langs
het voorhoofd aan beide kanten naar beneden
te strijken.
* *
*
Waarom, vraagt in een interessant arti
kel in een Weener tijdschrift de Engelsche
schrijfster Elia Hepworth-Dixon, waarom
verlangen zoovele rneit-jes niet meer te trouwen?
Dat dit toch het gevai is, schijnt ondanks het
beweren van novellisten en blijspelschrijvers
inderdaad een feit te zijn. De schrijfster noemt
ais voornaamste reden een meer kritische be
schouwing van den man door het jonge meisje,
dan bijvoorbeeld vijftig jaar geleden, in liet
begin van Victoria'» repeering mode was. Zie
de romans uit dien tijd; de bruidegom werd
aangebeden; dat de getrouwde man zoo mogelijk
schoon en beminnelijk, maar in elk geval ver
standelijk superieur was, werd als van zelf
sprekend beschouwd. Dat is veranderd; de
meisjes weten wat ze zelf waard zijn, maar
ze mogen ook begrijpen in welke opzichten
de man van het ideaal kan afwijken, zelfs in
opzichten waar ze vroeger niet naar vragen
mochten. Les rois en exil hebben hun kroon
verloren en zij weten het wel; wanneer
Shakegpeare's «getemde feeks" het haren zusteren
zegt: »legt onder zijnen voet uw hand," glim
lachen daar niet alleen de vrouwen maar ook
de mannen om.
Maar daar staat iets tegenover : wanneer het
meisje het huwelijk en de gevolgen daarvan
beter beoordeelt, ernstiger bekijkt, is ook te
verwachten dat zij, eenmaal besluitend, er be
ter toe berekend zal zijn; de huwelijken zullen
dan gelukkiger worden, althans indien zij dat
niet worden, moeten er weer andere redenen
zijn. Nu eenige der vroegere redenen van een
meisje om te trouwen, om vrij te zijn, alleen
uit te mogen gaan, een rj^fep te mogen uit
oefenen, kennissen te nN|Rh ontvangen, te
mogen lezen wat zij wi), over haar eigen beurs
te mogen beschikken, vervallen zyn, moet
zy om te trouwen ernstiger en beter redenen
hebben, zij zal dus niet den eersten den besten
nemen.
Een ander verschijnsel is, althans bij de
Germaansche volken, dit: het meisje gaat de
ceremonie van het huwelijk minder hoog
stellen. Zij gaat zich afvragen, of de bur
gerlijke consideratie, daardoor verkregen, waard
is wat zij aan gebondenheid kost. Eene vorige
maal haalden wij een geval aan van jongelui
in Amerika die, zonder huwelijk, zich door
een wederopzegbaar contract gebonden hadden
en dit met de plechtigheden welke anders
bij een huwelijk behooren, hadden omgeven.
Miss Hepworth Dixon voorziet dat dit meer
zal gebeuren. Zelfs meent zij een toestand
te zien komen, waarin de werkende of wel
gestelde vrouw den vader van hare kinderen
zal onderhouden, «wanneer dat noodig is en
zij belangstelling voor dien persoon gevoelt,"
en toch niet met hem zal willen trouwen.
Eer het zoover is, zal miss Hepworth Dixon
nog eenige artikelen kunnen schrijven.
* *
*
Koningin Victoria amuseert zich, nu de tijd
van paardryden, schilderen, wandelen over is,
vooral met patience-spelen. De prinses van
Wales is ondanks haar grootmoederschap,
steeds eene uitstekende danseuse, ? evenals
haar zuster, de keizerin-weduwe van Rusland,
maar houdt zich ook bezig met spinnen en
photografeeren. Van haar dochter» is de
hertogin van Fife eene photografe, prinses
Victoria houdt van visschen en prinses Karl
van Denemarken van wielrijden. Prinses
Louise van Engeland houdt van huishouden
en visschen, prinses Christiaan van piano
spelen, wielryden en visschen. De prins van
Wales is geen visscher maar houdt van paarden,
van klopjachten, van alle kaartspelen, van
golf en balspel. De hertog van York is een
vissofeer, en kan «ren lang banjespelen en
komische liedjes zingen; de hertogin heeft een
mooie altstem en zingt ook; de hertog van
Connaught is specialiteit in het tennissen.
* *
*
In Mexico bestaat eene inrichting, die voor
zoover wij weten, elders even noodzakelijk,
maar ver te zoeken is: eene kamer waar
eenige naaimachines gereed staan, die men
tegen eene geringe som gebruiken kan. De
inrichtiiig is door liefdadigheid gevestigd en
eenige jonge dames hebben er om de beurt
het toezicht over; deze moeten zelf met de
machine terecht kunnen en tevens oordeelen
of zij in orde is en weer in orde wordt afge
leverd: ook wit en zwart garen is aan het
lokaal verkrijgbaar.
*
Menigeen moet het getroffen hebben, hoe,
bijna nog erger dan de vogel in de kooi. de
goudvisch in de glazen bowl een mishandeld
wezen is Wat vogels Justen en voor hun
levensonderhoud noodig hebben, weet men zoo
ten naastenbij ; wat goudvisscben eten is iets
legendarisch en schande genoeg in plaats
van behoorlijk te informeeren naar de oorzaken
van hun overlijden, vergenoegt menig oude
juffrouw zich ermee, voor do gestorvene maar
weer een paar nieuwe te koopen ; ze zijn niet
duur. De vischkom wordt vooreerst
schoongehouden, dat wil zeggen, dat aard en zand,
voor het diertje roodig, en de waterplanten
waar het nog eens wat afwisseling in vond,
er zorgvuldig uit verwyderd worden. Dan
voert men bfm met stukjes ouwel of
broodkruim, soms met wat oude, harde miereieren;
in zijn kristalheldere gevangenis, met licht van
hoven en onderen, zwemt het arme dier rond,
om lucht snappend, verblind en hongerig, tot
zy'n krachten op zijn en men weer een nieuwen
koopen moet.
Er is lang gezocht naar uitmuntend goud
visch-voer; een aanbevolen middel is gemalen
en gedroogde Noordzeekrabben; zij hebben
echter tegen dat er te veel stukjes harde kalk
in zyn die den visch bij het verzwelgen hin
deren, of als hij ze versmaadt, den bodem
verontreinigen. Een ander middel is gemalen
en gedroogd vischvleesch; nog een ander
gemalen vleescb, (Fleischgrifis): beide hebben
tegen dat de siervisschen, die kleine eters zijn,
ze spoedig tegeneten, en dan van verveling
en tegenzin toch sterven.
In Bologna maakt men een beroemd
vischvoeder uit een zeer gemengde collectie dieren,
mosselen, schelpen, slakken, kikvorschen, wa
tervlooien, enz. Dit laatste is nog verbeterd
door dr. Bartmann, directeur van het aquarium
te Wiesbaden; deze doet er minder schelpen
in (omdat gebleken is, dat te veel kalk den
glans der goudvisschubben benadeelt) en meer
niiereneieren. Voorts kreeften, vischvleesch,
garnalenafval, kaasstof; het geheel heeft de
benoodigde voedingswaarde, smakely'kheid en
verteerbaarheid voor de kieschkeurige
goudvisschen. Ook de andere siervisschen,
zilverkarpers, makropoden, paradijsvisschen en
chanchito's, eiervisschen, komeetstaarten, teles
coop- en hemelsoogvisschen, sluierstaarten en
al de Japansche siarvisschen kunnen met het
zelfde mengsel gevoed worden.
* *
*
Te Berly n wordt weer een nieuwe damesclub
opgericht, onder den titel «Berliner
Frauenclub", zy zal gevestigd zijn in den omtrek
van den Potsdamer Platz, en leeskamers,
muziekkamer, eetzaal en vooral conversatiezalen
bevatten. Waarom men, bij de bestaande, een
nieuwe wenscht, wordt niet gemeld; wellicht
alleen om de afstanden in de groote stad.
* #
#
Dat men honden met prachtige costumen
bekleedt, is een dwaasheid die aan arme lieden
ergernis moet geven; iets anders is het, hen
tegen ongevallen te beschermen. In de prairié'en
bemerkte men dat honden maar twee dagen
achtereen konden jagen en dan moesten uit
rusten om hun pooten te doen genezen die op
den harden grond stuk gegaan waren. Men
geeft hun nu schoenen aan en na de paar
eerste keeren zijn zij daar zeer dankbaar voor.
In Japan ziet men de paarden op pantoffels
van ryststroo gaan; in Rusland zendt men
wanneer het eerste gras nog pas door de sneeuw
heen breekt, de koeien by honderden met
blauwe brillen naar de weide. Ook heeft men
wel honden en katten met houten beener, en
op de laatste tentoonstelling te Londen was
een hond met een kunstgebit.
** *
Selderie-lotrl. Eind October neemt men
selderieknollen, schoon afgeveegd, in dunne
schyven gesneden en twee dagen vóór het
gebruik met fijn gestooten gezifte
kandysuiker in een flesch of glas luchtdicht gesloten;
op een koele plaats gezet en den voorlaatsten
avond met cognac begoten, worden ze tot bowl
gebruikt.
Een knol op twee flesscheu. Met llljnwijn
en Bourgogne.
E?e.