De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1899 5 november pagina 9

5 november 1899 – pagina 9

Dit is een ingescande tekst.

Ho. 1167 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. 9 ~Wat 'n kunst? In haar wezen: de natuur plus «en menschelyk gemoed; in haar vorm: de natuur plus een strjl. Als na een bnuwtraut, ?die bjj gemis aan doorgaand beginsel niet eens -een stijl kan heeten, bewonderd moet worden op grond van fraai bewerkte jnderdeelen, dan is ook de rocoeoetijl (dat is ten minste een stijl) te prijzen, dien de »>eer Kaiff moet verfoeien zoolang hij in het, Rijks-ni«seum»ebouw een kunstwerk ziet; dan is 't ook in orde dat Vondels Maria Stuart en andere droevig mis lukte treurspelen hemelhoog worden geprezen om de buiten kijf heerlijke verzen. »Men her kent in deze statue wel den to«leg den Maastiichtschcn Sint-Servaas te imiteerer." Men ?erkmt dus den toeleg, aan het Rijksmuseumfebouw een heiligenbeeld aan te brengen. Van deze erkennitig 'neem ik weder acte. Als de heer K. d«n stijl der latere middeneeuwen geen pimtboogstijl noemen wil, moet hij hem vgothiek" noemen; en wat, ik boven over Hezen saam gezegd heb kan de heser Kalff, liU. Neerl. <c&nd., onmogelijk tegenspreken, r Vrijheid van spreken in katholieke tijnen." Geen der dicbtera <loor mjj genoemd heeft in een katholieken tijd geleefd ; want er is geen katholieke tijd (d i. «en tijd, waarin een katholieke d. i. algemeene kerk bestaat) meer geweest na de apostol^che -eeuw; ds lat«re christenheid was altijd verdeeld door leergps billen. Dat en waarom dit niets bewijst tegen het christendom, maar alleen "tegen hen, die anderen noodzaakten zich af te ?wsheiden en dan met list en geweld een uiter lijke eenheid zoc iten te scheppen, is hier niet <ie plaats om aau te toonen. Mtar de heer K. bedoelt dan ook den tijd, waarin de roomsche kerk heerschte. En 't is volkomen waar; toen deze nog niet bang ge maakt was door de groote beweging der Lollarden, was zij lans zoo achterdochtig en veivo'gziek niet als latw. Maar toch is Maerlant wel degelijk bemoeilijkt; en wat zou er van Tiar.te, wat van Walt.her von der Vogelweide geworden zijn, zoo zij in pausgezinde lianden gevallen waren ? Wat van Wolfram van Eschenhach, indien de tijdgenoot de verheerlijking der Tempeliers in zijn Graalkoninkrijk zoo goed had begrepen als wij, bekend met de eigenlijke oorzaken van hun val, het kanoen V Dat er een gedeeltelijk apocriefe geschiedenis der vrijmetselarij bestaat, en. wat daarin apocrief is, geloof ik beter te kunnen en trouwens te moeten weten, dan de heer Ka'ff; het geeft «ij geen reden om haren SB men bang met de bouwbroeders te ontkennen. IQ elk geval kan en moet de heer Kalff even goed weten als ik, wat men terecht heeft afgeleid uit het snijwerk *an de koorbanken te Wouw en te Bolsward, ?en el 'ers, met zijn satirieke voorstellingen van het leven der geestelijkheid. De redactie mijn dank voor plaatsing. A m s t., Hervormingsdag 1809. W. ZUIPEMA. 1) Weet de heer de Stuers dit wel? Waarschijn'ijk niet; dan zou Karel de Groote toch ?wel de voorkeur hebben genoten. Ennerll huwelijk en Mijnheer de Redacteur ! In de Gemeenteraadszitting van Donderdag 26 Octoher te Amsterdam heeft de heer Pabins de meening geuit dat de ambtenaren van den burgerlijken stand geen nieuwerweUche kerk van de trouwzaal moeten maken. Wat anders dan: een nieuwerwetsche kerk toaken van de gemeenteraadszaal doen de heer Fabius en «ijn geestverwanten, waar zjj den voorzitter dwingen een verminkt gemeen teraadsgebed voor te lezen, zoo dikwrjls als «r vergadering gehouden wordt V ... Dankzeggend voor de opname. Hoogachtend, Uw Dienstw. Dr. Amsterdam. J. A. HELPEK SESBEUGGBB. MiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiutmiim Jiilius Pmttelman Brommeijer. Het is voor de tweede maal in mijn leven, dat ik met een uitgever te doen krijg, en ik moet zeggen de manier, waarop Van Ditmar zich aanmeldt, heeft mij in prettiger stemming ge bracht, dan toen ik de eerste maal metzoo'n individu kennis maakte. De vorige heeft nog altijd den moed niet gehad nogmaals bij me aan te schellen, nadat ik Jacob last had gegeven, de deur voor hem op de ketting te houden, m aar Dit mar waagde zich tot dusver niet op mijn stoep, ofschoon het m\j een genoegen zou wezen ziju facie van nabij te zien en hem bij mij aan huis te ontvangen. Dat is een vent, die den juisten toon weet, Ie treffen. .Nederig, bescheiden, beleefd, eerbiedig zelfs, met geen woordje te veel en ook geen woordje te weinig. »~\VelE<ï<id>. lieer, zoo schrijft hij. De o;;dergeteekende heeft de eer te uwer kennis te brengen, dat hij in verband met de gebeurte nissen in Transvaal, het voornemen heeft, een ?(fedenkboek het licht te doen zien, waaraan alle mannen van naam en gezag in Nederland zullen worden uitgenoodigd hun medewerking te verleenen, om hun meening te zeggen over den Engelsch-Tranavaalschen Oorlog.'DB be doeling van den uitgever is, dit hoek te maken tot een Standaardwerk, dat zelfs in latere jaren het gevoelen zal weergeven van Xeèrland's eerste mannen over dezen rampzaligen krijg. Daarom wordt ook u beleefd uitgenoodigd uw denkwijze neer te schrijven in den vorm van -eenige regels proza of poëzie, een compositie ?of penteekening. Teneinde de waarde van het werk te verhoogen, zullen de bijdragen behoudens enkelen, die te groot van omvang mochten blijken te zijn niet in druk worden weer gegeven, doch het origineel handschrift langs fotografischen weg worden gereproduceerd. Op Generaal den Beer Poortugael's adviezen. JOUBEET (tol. Gfmraal den Beer Poortur/ael): »Zie hier. generaal, de lijft onzer krijsgevangenen." Generaal DEN BEER POORTUGAEL: "Onmogelijk, hij Uw gebrek aan discipline! Dat is geheel tegen mijn adviezen. Onmogelijk!" elke pagina van het werk zullen, op zeer zwaar kunstdruk papier, hoogstens drie i vier bydragen worden opgenomen in een toepasselijke, artistieke omlijsting. Het Gedenkboek zal op het formaat Neder land?Lombok worden uitgevoerd en voorzien zyn van een fraai geillustreerden omslag, terwül de helft van het netto provenu aan de Nederlandsen?Zuid-Afrikaansche Vereeniging zal worden uitgekeerd. De Uitgever twyfelt er dan ook niet aan, of u zal hem door omgaande toezending uwer bijdrage in de gelegenheid stellen, reeds in den loop van November deze uitgave het licht te doen zien, die iieker als eenig Standaard werk in de Transvaal-Litteratuur een blijvende plaats zal behouden. Als uitgever van een vroeger dergelijk werk, getiteld Nederland?Lombok, dat verscheidene duizenden in de kas van het destijds gevormd comitédeed vloeien, vertrouwt ondergeteekenda door uwe medewerking in staat te worden gesteld, deze hoogst merkwaardige uitgave tot stand te brengen. Zoo mogelijk omgaand uw antwoord tegemoet ziende, heeft hij deeertezijn, Met de meeste hoogachting, L'n; dienst ir. diaitinr, K. B. VAN DITMAR. Rotterdam, L'S October iyii',1." Een gedenkboek, geschreven door al/e mannen mu imam en jr^afj in Neder!;;!.d eeu ta>ufa<m/icc>;(-, dat, niet alleen mi of een ander jaar, maar ».'.c//,s in latere jtueu het gevoelen zal weergeven van Xccrlam/'n eerste mannen," nietwaar, da:, is ieis, waar aan ik met voeg- kan meedoen. Neerlands eerste mannen. Goddank, niet ookNeerlands eerste frou/.cen; een verstandige kerel, alle blauwkousen laat hij (huis; trouwens een vrouw van naam zou desnoods nog te vinden zijn, er zijn er zelfs verscheidene van een heel slechten naam, maar ecu vrouw van gezag, dat, zou alleen Wilhelmina kunnen zijn; en n is geen denkt v. Ditmar. Vervolgens maakïhet ee;i guri;-,ihren in druk op me, dat hij mijn neergeH-nrevui denkidj-e met den uitersten eerbied wil behandelen; hij zal liet oritjiiird langs fol'iyrajïschm weg reproduceeren. Want dat, is juist de, weg, waarvoor ik een /.'.vak gevoel. Immers het is eeu der grieven, die ik tegen het langs drukpers weg reproduceeren mijner denkwijze heb, ook in de Groene; je vindt daar bijna altijd fouten in, die je het genoegen bederven je eigen voortbrengselen ongestoord te genieten. Eindelijk zal ik dan toch eens mijn eigen denkwijze kunnen lezen zonder nu en dan een knoop te laten vallen. Dit reeds is voor iemand, die zichzelf en dus ook hel peen hij uit zijn brein te voorschijn roept, respecteert, een niet gering voordeel ; want indien het waar is, en ik twijfel er volsttekt niet aan, dat booze woorden, vervloe kingen en Godslasteringen den hemel voor iemand sluiten, hoe moeilijk is het dan niet voor een krap tenschrij ver zalig te worden, zelfs al heeft hij een met zoo buitengewone zorg gecorrigeerd orgaan, als het Weekblad, te zijner beschikking! Maar, |is de schrijver hieidoor gebaat, met welk een wellust moeten de lezers dan nietdatstandaardwerk in handen nemen? Daar gaat haast geen week voorbij, dat ik niet een of ander briefje krijg, blijkbaar uitsluitend met het doel geschreven, om mij te verlokken een antwoordje te zenden, eenvoudig om daar door in be/it te komen van mijn handschrift. i De gekste vragen worden mij soms gedaan. Zoo voor een paar dagen nog den Beer l Poortugael: Hooggeëerde lieer, ofschoon i Gij u er over zult verwonderen, dat ik de ! vermetelheid heb mij rechtstreeks tot U te j wenden, zou U mij niet het genoegen i kunnen doen, mij even te melden, rcr! /roii/cclijk _ hoe U denkt over het door ! mij ^ gebruikte beeld, toen ik schreef, >het 'l Nede: lami.-ehe Volk is met zijn willen en j sympathieën voor het ransvaalsche Volk l gelijk aan een kikker, die, een groote os wil j schijnen, maar het volstrekt niet is of worj den zal''. Ik begreep natuurlijk dadelijk waar | Let hem om te doen was, en antwoordde liem per briefkaart, met den typewriter: i ??Jilijf uat g;j waart en wat g\i zij t, mijn be.-te generaal: een koude kikker!" Maar j stel nu dut v. Ditmar slaagt en dus langs l iotogndischon weg gereproduceerde harid| schriften van alle mannen van naam en j gezag, van alle eerste mannen, b. v. voor \ een paar daalders door hem te koop worden gesteld, wel* een voldoening moet dal niet ! voor lief, publiek zijn? liet 10 waar. de collectie kan niet zoo heel groot, wezen. Op zij n lie.-üeen paar dozijn -eerste" ; mannen; het ft v. Ditmar die gelicht, dan zal liij wel aan do tweede ' sooit mannen ] toe zijn; want ik kan niet denken dat i liOiYii eerlijk degelijk luensch ze achter <icn ; mouw z.)U hebben, en na mij zijn meeste hoogachting" te hebben betuigd, ermijzou : willen d;>e:i inloopeti, en mij dwingc-u mij ; met tweede i n derde rangs grootheden te ; cücaiuiiileereu. Xeen, zoo iets zou ik van ; eiken uitgever kunnen vermoeden, alleen niet, van den weliïoenei', die ons land . Xederland-Lombok-boek, >dat verscheidene ', duizenden (guldens) in de kas van het { destijds _ gevormd comitédeed vloeien". i Want dit^is het merkwaardigste van deze ( heele geschiedenis, het merkwaardigste., of i eigenlijk gezegd, het wonderbaarlijkste, de j helft van bet netto proveuu zai aun de Nederlandsche Zuid-Air. Ver. worden uit gekeerd ; dus niet meer dan de helft van de zuivere winst steekt deze barmhartige Samaritaan in zijn eigen zak. Kom om zoo iets nu eens in de Bocht! Ik houd het er dan ook voor, dat die v. Ditmar bij geen enkele pilaar en in geen enkelen hoek aan onze Beurs een uur van zijn leven zou willen doorbrengen. Hij liep er van daan, ook al waren er handschriften en denk wijzen van prima-kwaliteit eerste mannen te koop ...; hij spoedde zich zonder eenigen inslag te hebben gedaan, weer naar Rot terdam naar zijn lieldadigheidfbureautje in den Wolfshoek In den Wolfshoek 3, zoo heet 's mans domicilie; in den Wolfs hoek Zonderling spel der topograiische beschaving....! Waarachtig, in den Wolfs hoek woont dit lam. Al lezende en denkende was ik in de goede stemming gekomen en greep mijn pen, om een bijdrage in poëzie te ont werpen, want ik gevoelde bet, bij deze gelegenheid mocht proza niet bet voer tuig mijner «denkwijze" zijn. En ik had maar den inkipot te openen en het papier Ie benaderen, om te beginnen : Die oorlog, ja, die oorlog. Wrik nienseh, die hem be mint ? En toch Van Ditmar vraagt nog: Hoe ik die oorlog vind...? Van Keerland's mannen de eerste, Vervloek ik dezen krijg... en daar zat ik even vast, om een rijmwoord op eerx!c te zoeken. Juist viel ?'trii, 'icci'nle' mij in, toen me vrouw met There^e binm-nüwamen. Ieder die ooit een goed vers gemaakt heeft, zal weten, boe zoo'n stoornis je dichterlijke stemming be derven kan en dat, uit bij mij 't geval was, moest, mijn vrouw wel begrijpen, toen zij zag met vyelk (.en woede ik mijn pen op t papier gooide eii haar en Thetx.se toe donderde : wat moeien jelui hier 'i ! Nu, zei me _vrouw, ais ik geweten had dal je in ernstig werk verdiept was, zou ik je niet zijn komen hinderen, en, in mijn origineel handschrift zier,,ie, vervolgde zij: wal doe je, _maak ju een vers Juul ? Waarom sluit je bij zulk een gelegenheid ook niet, je deur? Dut doen dicmei'S ullijd. .Maar There>e had al dadelijk Van Dilmars schrijven, mol het, hoofd Hedntklui k ^cderlaiii.l-Ti-ttitti/'iutl., in de hand genomen, en je kon direct zien, dat er van dal blaadje een duiveltje naar baar hartje wipte; een hartje (jat, ik moei het als vader lot, mijn diepe droefheid erkennen, maar zelden weigerl dierst ie, doeu als eeu iustpiiëe.1 van den booze. Zij las en las, en daar begon me vrouw wel verstaanbaar, maar met door aandoening gedempte stem, de dichtregelen te lezen... haalde nog voor ze ze uit had, haar zakdoek te voorschijn, om aan het eind, na -Vervloek ik dezen krijg'' te zeggen.: Juiius dat doet je hart eer aan, en wat komt er nu verder ??Verder ? antwoordde ik, natuurlek, wat de geest mij ingeeft. Maar ik trok tegelijkertijd het schrijven van v. Ditmar Therese uit de handen, en vertelde nu hoe een uitge ver zijdelings deze ingeving bij mij had gewekt, door mij tot medewerking aan zijn Standaardwerk uit te noodigen en weidde er over uit, hoe verkwikkend de tegenwoor dige dagen voor ons gevoel als Neder lander zvjn. Daar heb je nu iemand uit den Wolfshoek, zei ik, die dag aan dag het geld voor de Zuid-Afrikaanders ziet toestroomen, en toch nog maar niet tevre den is, vóór hij zelf er eenige duizenden aan heeft mogen toevoegen; een man, die niet wil onderdoen voor de rijkste Nederlanders, en die van wege zijn barmhartelijkheid en geestdriftige Vaderlands liefde heel best een huis zou kunnen be trekken hier aan de Bocht ?.. Maar dat is het mooie van onze natie in 't algemeen: onze edelaardige gezindheid, onze offervaar digheid bij rampen en onze nationale teerge voeligheid, je zou als Nederlander wel roet een paar bokspooten in je schoenen moeten loop=>n, als je niet trotsch was op je volk... Of het kwam door die laatste uitdruk king, omdat Thérèse begreep hoe zij dit als een verwijt zich had aan te trekken, daar schoot plotseling zoo'n yuurrooden gloed over haar wangen tot bij haar tril lende neusvleugels, en tot in 't wit van haar_ flikkerende oogen, dat ik onwille keurig mij pp een uitbarsting voorbereidde. Ik sloeg mijn armen over elkaar, liet mijn hoofd rusten op den rugrand van mijn stoel, en strekte mijn beenen uit, alsof ik zeggen wilde: begin nu maar ; en daar be gon zij: O papa, hoe durft u zoo spreken! Wat zijn uw Nederlanders toch voor raenschen? Daar is er een, en zij wees op v. Diemars circulaire, die er zelfs aan denkt door liefdadigheid geld te slaan uit de droevigste geschiedenis, die de wereld ooit heeft kun nen beleven ; maar zóó verschrikkelijk kan een ramp niet zijn. dat er geen Hollander zou wezen, die ook daarvan nog denkt te profiteeren. En u voelt dat niet eens; u helpt zoo iemand in zijn speculeeren. En uw andere Hollanders! Geen ongelijker, geen onrechtvaardiger oorlog werd ooit gevoerd dan deze, en het gaat daarbij om den Hollandschen naam, die over de geheele wereld wordt gedragen, als die der vrijheidlievende zonen van ons voorgeslacht, ook als die van zoovelen, die hier geboren, daar hun leven zullen laten. En wat doen uw Hollanders? Ja, ieder geeft wat, maar hoe veel ? Half December zal er n ambulance in Zuid-Afrika kunnen zijn, alsof er niet minstens een half dozijn hadden moeten wezen, nu dit de eenige wijs is, waarop wij hulp mogen verleenen. Eén ambulance, en een paar Amerikanen zorgden er al voor t wee voor hun Engelsche vrienden. Welnu papa, welke lijke Hollander heeft iets gedaan'? Waar bleven hier de millionairs en de archimillionairs ? Zij teekenden voor 100, 200, 300, hoogstens, bij groote exceptie, voor OO gulden. Een speldeduitje, een aalmoes, een fooitje. Zegt u nu nog eens, dat ze hart hebben, dal ze vaderlandsliefde bezitten.... Papa.... wat gaf u zelf? 100 of 200, en hoeveel millioen is u rijk ? Dat gaat je niet aan, wierp ik haar tegen, maar zij ging door: Ja wel de kleine luidjes moeten het alweer doen, zoo is het hier altijd! een matroos, die zijn portemonaie leegschudt, een dienstmeisje dat een gulden geeft, en een enkele N. N. die duizend of twee duizend gulden afstaat, een paar witte raven onder de groote vlucht. Want de wereld der vermogenden is enthou siast, maar precies als u zelf.... tot op een armslengte afstand van uw brandkast. Daar blijven de millioenen, de honderd duizenden... en de duizenden zelfs in rusten; er komen alleen de honderdjes uit voor den dag, die U en Uw vrienden dan nog zonder zichzelf te geneeren met hun dui delijk herkenbare voorletters in de kranten laten zetten.... Zoo gaat het hier in Neder land. Daar heeft u nu zelfs de gift van de Kon Het is genoeg! brulde ik uit, terwijl ik van mijn stoel sprong en haar bij den arm greep. Zwijg, zeg ik je, ik wil hier geen heiligschennis, en ik duwde haar naai de deur. Afschuwelijk wicht, dat je bent, dat dan nog den zegen heeft gehad in de Bocht te zijn geboren en opgevoed, en den naam van Brommeijer draagt. Er uit, kom in geen veertien dagen onder mijn oogen, verbasterd schepsel, of.... ik wilde nog meer zeggen, maar daar overviel mij eeu hartklopping en me vrouw gaf me haar arm om mij naar de canapéte brengen. En toch dit aangrijpend schouwspel had zoo goed als geen uitwerking op die kleine satan in vrouwenkleeren. Ik zal wel gaan, riep zij met, den knop van de deur in de hand, en als L'nog meer spectakel maakt, stuur ik, wanneer mijnheer Janssen of v. Eegheii het niet, doen, voor die arme boeren negen honderd gulden uit mijn eigen beuis, om uw duizend vol te maken! Zij verdween, en zooals me vrouw mij later vertelde, ik zag meer paarsch dan rose, toen ik mij weer neerzette om mijn gedicht te voltooien. Toch, hoe zeer ik mij ook inspande, gelukte dit niet. Ik was eenmaal de kluts kwijt, en kon die ook later niet meer in handen krijgen. Jam mer voor liet Standaardwerk ! Onwillekeuiig lirp vooreerst het gesprek met mijn vrouw over Thérèse. Wij konden geen van beiden begrijpen, hoe zulke dolle en hoogst onfat soenlijke denkbeelden tot dat brein zich een weghadden weten te banen. Misschien,dach ten wij, /.ou het nog eea gevolg zijn van haar lezen in de Staatshuif-houdkundige geschrif ten vixn een jong advocaat, die indertijd hier ?.oo druk. nier 71111 portefeuille onder denjm m, lans-i liet raam had gewandeld. Maar \\\\ beleden elkaar, d p. t het. tegenwoordig et n verschrikkelijk ongelukkige tijd was- voor vaders en moeders van jonge meisjes, vooral van jonge meisjes die de vierzesjesnaderei;. Ja, zei me vrouw, zespreke.n nu van der voor uitgang. Oi.inek, Tobi, Chailes, Edunrd eti wie je maar hoort. Maar ik zou zeggen, dat we heel wat achteruitgegaan waren bij ('e dagen, toen de oudelui op zijn tijdeen man voor ?oo n meisje aanwezen; want of je me gelooven wilt of niet, Juul, die overdreven idees zijn alleen het gevolg van de yfwe/.igheid van een man. Wie weet waar ik zelf loegekomen zou zijn, als ik niel tijdig met jou getrouwd was!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl