Historisch Archief 1877-1940
D E A M S T E R D A M M E R W E E K B L A D V O O R NEDERLAND.
No. 1175,
"Ene Comm. .... 12 11 11 >4
dito fref. . , . . .37 31% 32%
FJorWa Comm. . . 14 13 11%
dito 5 pCts. . . 107 M 105 M 105 X
dito gBC. ... 99 97 96
Illinois Comm. . . 111M 109% 109 %
Belt. » . . 21K 21^ 21M
«ulf. » . . 8Ü8%
dito 5 pCts ... 69M 67 67
L. & Caïro Comm. . 24% 23 !4 23%
Louisville » . 79 ' 76 M 78
dito 3 pCts. . 68 66 65 K
Fresc. 2e pref. . . 33% 30% 32%
dito 4 pCts. . . . 81 % 70% 8014
Missouri Comm. . . 11 10J4 10K
dito Ie hyp.. . 89% 87
dito 2e » . . 66% 63% 66
Ontario Comm.' . . 23 21 22
Norf. » . . 23% 21% 23%
dito Ie hyp. ... 89 86 88
Oreg. Cal. 5 pCts. . 97 95% 95%
Sonth. Pac. Comm. . 38 34 K 36%
?dito 4 pCts. . 79M 77 78«
South. R. pref., . . 53 K 53 %
Union Comm 46% 42% 46 K
dito pTef. 72% 70 72%
Wabash pref. . . , . 20K 20M5
De kroniek-lezer zal tevreden zyn over
iet gegeven advies. De verbetering der noteering
is algemeen en voor enkele soorten, zelfs be
langrijk. Wie gebonden heeft wat hij had,
heeft reeds veel van het verlies teruggekregen;
wie de solide soorten heeft gekocht die heeft
reeds zoete winst.
Het allermeest avanceerden de Unions. Dit
is in overeenstemming met het pas verschenen
jaarverslag over Juni 98/99. Ruim 16 millioen
dollars bedragen de netto's van het gecombi
neerde Union-Pacific, Oregon Short Line en
Oregon Railway & Navigation-net. Daar voor
de vaste lasten en voor 4 pet. dividend op
100 millioen pref. aand. ongeveer 11 millioen
noodig zou wezen, zou een zeer belangrijk
bedrag voor de commons beschikbaar zijn.
Bovendien vergete men niét dat in het tweede
halfjaar de ontvangsten steeds toenemend zjjn
geweest.
Voor de Cleveland Cincinnati, Cbleago en
St.Louis Spoorweg mpjj is een kwartaaldividend
tan IK pet. aangekondigd.
De Michigon Central geeft een half j. dividend
van 2 pet. Voor de Canada Southern is dit l pet.
Van de aand. Lake Shore & Miuhigan
Southern mag een half j. dividend van 3 % en
van de pref. Norfolk & Western een
kwartaaldividend van l pet. geknipt worden.
Verbetering in de geldmarkt te New-York
en te Londen en daarmede gepaard gaande
faciliteiten bij de verrekening der verschil
lende tijdaffiiires, gaf den goeden toon aan.
De laatste New-Yorksche bankstaat was quite
a pleasant Christmas card. Een groote ver
rassing was de vermeerdering in den
muntvoorraad ondanks de verzending naai' Londen.
De minder groote vraag naar geld wordt aan
gestipt door de verlaging met ruim drie mil
lioen in de beleening- en disconto-rekening.
De surplus-reserve steeg van zeven tot bijna
10>£ millioen dollars.
Ook in Londen is mindere spanning op de
geldmarkt. Sedert de bekendmaking van de
wekelijksche balans 1.1. Woensdag, die niet
veel verandering in den toestand der
Engetsche Bank aanwees, is de goudvoorraad niet
onbeduidend vermeerderd. En tegen 5/^a5%
!t. was call money gemakkelijk verkrijgbaar.
e koers van de cnèque-Parijs is wat verder
van het uitvoer-punt verwijderd.
Op de Oude Turfmarkt was wederom
blijkens de laatste week-balans niet veel
verandering. Op de open markt was de vraag
naar geld de laatste dagen wat gestegen.
Deze wyziging deed geen goed aan de N.
"W. S. die iets afbrokkelde. Interessant is de
volgende koerjvergel^jking:
28 Dec.
1898. 1899.
W± Gert. ». W. 9. . ? 8BJ4 71» %
3 Oblig 9GK 92
3 Cert %K 91%
Nu is het bekend dat de credietwaardigheid
van Nederland sedert een jaar volstrekt niet
is achteruitgegaan, de conclusie wordt dua
lichtelyk getrokken dat de groote en kleine
kapitalist, die voor langen lijd z\jn geld be
schikbaar heeft, veel kans heeft door aankoop
van N. W. S. wat te verdienen of beter gezegd :
wat te verkrijgen of te bemachtigen.
Europeesche Staatsfondsen weinig veranderd.
Ook zelfs de noteering der Portugeezen, ondanks
ietwat belovende en bemoedigende berichten.
Da houders van Columbianen vreezen voor
de couponbetaling, zou men uit de verlaging
der noteering willen afleiden. Venezuelanen
gingen van 25K tot 23K terug. Oorzaak:
berichten aangaande toenemend geldgebrek.
Slechts sporadisch komt koersverandering
by de cultuurwaarden voor. De Javasche
Cultuurmpy kon de hoogere noteering van de
vorige week niet bandhaven. Toch zou over
'99 een billijk dividend verdiend zijn.
Bij de scheepvaart.mpijen valt eenige ver
mindering te constateeren in de noteering
aand. Kon. Paketvaart, Kon. West-Indische,
Kotterd, Loyd en een beduidende in den prijs
der »Nederland". De Ned. Amerik. verbeterden
wat. Het nieuwe materiaal waarover deze
mpij. beschikt kan ze uitstekend gebruiken
bij de groote vraag naar laadruimte, nu vele
engeleche schepen geen vracbtvaartdienst doen.
Onder de Petroleumwaarden trekt de
«Koninklijke" slechts door daling van 282 tot
225 op onaangename wijze de aandacht. Ik
geloof echter dat het niet onverdiend is.
Later wat zwakker of onveranderd. Waarom
laten toch zoovele houders de getrokken prijzen
onafgehaald? Menigeen zou er gelukkig mee zijn.
Amst., 29 Dec. '99. D. STK.TKK.
^mitiHUin)nuiiiiiimiiiiiiniiim»nmmitini*ininiitiiiuiiiiiii«iiniua
Boefc ea Tfltórifl,
»De Arbeid".
In afl. 3 is een opstel van Ed. Verburgh
over Een Liefde" van v. Deyssel.
Verburgh vergelijkt hier den romanarbeid
van v. Deyssel met dien van Frans Cocnen
en bespreeut dan weer het onderscheid van
deze twee Nederlandsche realisten tegenover
Zola die het in grootsheid zooverre wint. De
geweldigheid, waarmee Zola de architectuur
der levensethiek doet schudden, is meer dan
het dienstig gebukt gaan van een mensch
(zooals bij Coenen) onder diezeltde architectuur.
Bij v. Deyssel is het een zin voor miniaturisme
dat door overdreven detail-beschryving geschaad
wordt, terwijl dit daarentegen weer bij Coenen
in ongestoorden woordengang en onverbroken
nabijheid van het leven zolt', werd als een
samenglijding van materieele waarneming en
abstrakte veronderstelling, zonder zich bloot te
geven in een spoor van kritische af keer zooals
by v. Deyssel. Bij Zola treft men den mensch
aan, meer in opstand tegen de geldende moraal;
en geheel misschien tengevolge van deze meer
derheid van ziening is er bij hem een
ensceneering van het gegeven grootscher en meer
frappant.
Het vleeschèlyke proces, dit deed v. Deyssel
ten deele weer beter dan Zola. 't Werd by
hem een onderwerp van wetenschappelijke
observatie, ter studie nu en bloot, den lezer
voor het oog. Een Liefde" gelezen hebbende
kan men zeggen de sensualiteit te hebben
doorvoeld.
Maar, zegt Verburgh, het is geen sensualiteit
als natuurkracht; het is een stap achterwaarts
van de zinnen. Het boek moge niet aangeboden
worden aan jong-gehuwd«?n by de poorte der
zinnegemeenschap, doch het kan, als ohkuisch
van aard, zijn nut hebben als waarschuwing
aan de, deur van publieke huizen. Het is de
bekentenis van een geslacht, dat het zingenot
niet in blijheid hebband genoten, in de vrees
voor schuld, de daad beging. Het is geschreven
onder den druk van de christelijke moraal, de
katholieke leer.
Nu het boek, bij den tweeden druk, ontdain
is van die gedeelten, waar schrijvers geest tot
het bewustzijn van zijn roeping ree", is veel
van wat men waardeeren mocht, ermee ver
zonken.
Verder is er nog vau Verburgh een
vervolgstuk In Theorie", dat wel wat meer directer
dan de eerste opstellen over dit onderwerp,
toch nog te veel in woorden-windselen ge
sluierd ligt om er hier in 't kort op in te
kunr.en gaan.
Wie iets vast te stellen heeft, mag zich niet
de kfare helderheid van betoog onthouden.
Helderheid in stijl is een verdienste, die niet
onderschat behoeft te worden, om toch zoo
genaamd litterair te schrijven. Zoo mist men
het doel. De heer Verburgh heeft dit wel te
bedenken.
Dan is er nog in de aflevering van J. K.
Rensburg, een symbolisch gedicht in proza In
den Nevel", uit den cyclus wereldstroom ; het
slot van Haar Minne" door F. Walraedt van
Royen; verzen van W. Estor van J. G. vaa
der Haar, van Albert van Twazel, van G. Heu-.
velman en van W. Graadt van Roggen.
G. VAN HULZEN.
NIEUWE UITGAVEN.
Een en ander over Freule Anna de Savornin
Lohmaris tGelorjf', door II. A. GERKITSEN.
Rotterdam, Wenk & Birkhoff.
Inhoud van Tijdschriften.
Taal en Letteren: J. H. van den Bosch,
Het litteratuur-onderwijs in het tegenwoordige
sisteem van het O. M. en op het eindekaamen ;
K. P., Goethe en J. Winkler Prins;
Taalvorming. (Prof. W. S. Logeman); K. Poll, Vioyen.
Boekaaiikondiging : Dr. W. F. Gotnbault. Oud
nederlands. De Wachtendonckse psalmen. II;
Prof. dr. J. H. Gallée, Studie van
spraakklanken. I. Fonetik, en systematik fremstilling
af Laeren om Sproglyd of Otto Jespersen ;
K. P, Sinte Stevens reusen; Te Mullengijs
gaeen wandelen; Verbouw. (Frans van
Veerdeghem).
Eigen Haard, No. 52: Lawn-Tennis, door
Cordis; Uit den Patriottemijd, door C. D.
Donath, met afbeeldingen. (Siut); Twee Beeld
houw werken van mt-j. G. Schwartze, met
afbeeldingen ; Limburgsche landschappen, door
A. Peaus ; Nog eens Doctor en Patiënt, door
Dr. C. E. Daniels, met afbeeldingen; De
Zuster-Republieken in Zuid-Afrika, door J. A.
Wormser, met afbeeldingen, XI; Een Fransen
Comitévoor de Zuid-Afrikaansche Republie
ken, met afbeeldingen; Feuilleton.
iiiliiiiiitliiimiiiiiuiMiimmiiiifiMiiiiimiiuiiiiiiiuiHiiiHiiiiiiiiiimtiii
Men verzoekt ons het volgende te melden:
Onlangs is hier ter stede door eenige jonge
lieden tusschen 16 en 20 jaar eene Fransche
conversatie-club opgericht, »L'étude. est notre
hut", welke zich ten doel stelt het honden van
wekelijksche bijeenkomsten, waar de leden in
de Fransche taal converseeren, voordrachten
houden etc. Het bestuur bestaat uit de heeren
T. Groen, voorzitter; J. Vleeschdrager, secre
taris ; J. Drukker, penningmeester. Zij die lid
wenschen te worden, gelieve zich te vervoegen
des Woensdagavond tusschen 7l/2 en 8 uur aan
het gebouw »Adamas" Nieuwe Heerengracht 95
of schriftelijk aan het secretariaat Nieuwe
Prinsengracht No. 7.
IMMIIIIIHimilMlIIIIMIimilllMIHIIIimiHlll
ilIlllllllllllllllU
Gent'
LLERLE1
Een vermakelijke
prijsvraag.
In. The Gentlewoman, een weekblad voor
Engelscbe modes, wordt wekelijks een prijs
vraag uitgeschreven. Wie het wint, wordt
bekroond met een geschenk van eenige waarde;
zoo staat geschreven aan het hoofd van de
kolom, bestemd voor de prijsraadsels, benevens
de nadere voorwaarden.
The Gentleu-onian is een vry duur blad;
iedereen kan zich dus zoo inaar niet de weelde
veroorloven er op in te teekenen, teneinde
zich smaakvol te kunnen kleeden en tovens
te wedijveren om de wekelijksche bekroning.
In de voorlaatste week van December werd
aan de inteekenaarsters opgegeven om een
anagram te maken op de volgende woorden :
Sir Redvers Bulier, Pretoria, Christmas,
Eighteen Hundred and Ninely Nine.
Sir Redvers Buller. Pretoria, Kerstmis, acht
tien honderd negen en negentig.
De gelukkige lady, die den prijs, bestaande
uit een gouden broche, kreeg, was miss L.
Carey. Haar adres, zoowel als haar portret,
is er bij gevofgd.
Van bovenstaande woorden maakte zij het
volgende anagram :
Uruler an eminent leader, Britain ensures
her rigbts; her splenditl victory.
Onder een uitnemei.d leider, verzekert zich j
Engeland van zijn rechten, schitterend zege
pralend.
Hoe gezellig voor miss Carey, om daarvoor
een broche verdiend te hebben en die te mogen
dragen na den slag van Culenso !
Andere pogirgen om een anagram te schrijven
van de opgegeven woorden zijn:
Spoken outside Pretoria on Christmas Day r
»0a Jads ! Tbree merry cheers ! The Boers
turn tail, driven in unending despair !
(i/et.) Dodo.
Dodo spreekt vóór Pretoria, op kerstdag:
«Vooruit jongtns! Hip, hip, hoera ! De L'oeren
laten hun staart zien, in eindelooze wanhoop
gedreven !
Nog n voorbeeld uit de niet minder dan
een en twintig ingezonden en geplaatste
autwoorden :
Telegram : »llurry main Britishers into
capital ere nineteen nundred" (S. il.) Redvers
Buller.
De inzendster hiervan, die zich Lochnagar
noemt laut generaal Buller telegrafeeren, dat
zijn troepen vóór negentienhonderd de hoofd
stad zyn binnengetrokken.
Te midden van deze vermakelijken, meestal
onvertaalbaren oiizin staat opwekkend genoeg
ook nog: llurry up, Sir Redvers Buller '.
Eulalie.
Chamberlain verloochent zelfs in zijn staat
kundig leven zijn handelshandigheid niet, waar
hij, de vroegere spy'kerfabrikant, Victoria nog
een nagel aan haar doodkist wist te leveren
in den vorm van den Boerenoorlog.
Het wil mij voorkomen dat de, in dit week
blad van 24 dezer door den heer J. M van
Stipriaan Luïscius, gegeven interventie-idee
meer blijk geeft van goed bedoelen, dan van
log'tchen gedachtengang.
De stelling geen vrijheid zonder strijd" hoe
onaantastbaar juist ook, heeft geen zin, tenzy
die strijd volstreden wordt; het huidig stadium
van den Moedigen Zuid-Afrikaanschen
vryheidskrijg wijst echter aan den eenen kant een te
veel tegenover het te weinig anderszijds aan,
dan dat van een eindbeslissing nog sprake zou
kunnen zijn.
Terwijl immers geheel ondenkbaar schijnt
dat de overwinnende Boeren tans zouden
instemmen met minder dan volkomen
souvereiniteit, met vrijen uitweg naar zee (aanhechting
van Natal) mitsgaders veiligheid op de West
grens, (aanhechting van West-Grikwalat d en
Betjuanenland), inag men met even groote zekerheid
overtuigd zijn dat Groot-Brittaiije nog geenszins
zwaar genoeg getroffen is om van zijn
hoogheidswaan genezen te zijn, en te berusten in
een vernedering die zijn wereldpositie raakt.
Wat heeft men onder die omstandigheden
van interventie te verwachten, welken vorm
zou ze moeten aannemen, waar ze door geen
der partijen wordt begeerd, erv niemand be
vredigen kan.
Groot-Brittanje heeft te zijner tijd de aan
geboden arbitrage hooghartig afgeslagen, voor
de Boeren zou het zelfmoord zijn daarop tans
terug te komen. O, zeker l een ernstige op
stand in Ind;ë, Canada of Ierland, een Rus
sische inval in Perziëof Afgardstan, een eisen.
van Frankrijk betreffende Egypte, zoodanige
zijdelingsche interventie zou onzen
Airikaauschen broeders ten goede komen, maar de
rassenstrijd in Zuid-Airika, waartoe de brand
stof gedurende welhaast een eeuw reeds oi.der
valsclie vlag is opgestapeld zal, kan niet ein
digen, tenzij Hollands Afrika voor een andere
halve eeuw onderworpen wordt, of het Britsch
Karamountpowcrschap daarginds voor altijd is
neergeveld.
liet bioed der gevallenen, de opgekropte
haat der partijen, het toekomstig bestaan van
Zuid-Afrika eischen dat de gevaarlijke voorraad
wordt opgeruimd; voor den uiulag staat ons
de hibtorie borg. Met zijn prachtige ontwikke
ling, is het Hollandsen ras niet \aibaar voor
ondergang in Z. A., de verjïietiging van het
rottend Britsch gezag is maar een kwestie van
tijd, zij zal de hoekstten zyn van een
vereenigd Zuid-Afrika zich uitstrekkend van
Sambesie tot Simonsbaai; leven, vrijheid en geluk
dankend aan het kleine energieke volk dat t ar, s
worstelt en overwint in een onovertroffen
schoonen
heldenstrijdG. F. W. KKIWBB.
Schetsen uit Bosniëen de Herzopwiiia.
De C a r s ij a.
III.
Een geruimen lijd was ik al in Sarajevo. De
bezieuswaarüigliedtu, zoo fraai op 't kaartje van
lmütz Pascha aangegeven, had ik genoten,
toen ik tot de ontdekking kwam, dat uien met
Duitsch iu 't Oostenrijkse'! gekoloniseerde
Hosmi; ouder de miu gegoede bevolking zoo ^oed
als met, terecht kon. De geciviliseerde Bosinè'r,
't idj vau Aiohammedaanhclien, hetzij van
Kroasctitu oooproug spreekt wel 'u mondje vol
DuitïCh, ina'ir als nieümeer dan 't gewoae wil
te weteu komei;, kuuaeu zij zich niet verstaan
baar daarmede uitdrukken.
Meer dau de prijs der k(rsen of terugtocht
naar 't l.ut,el begrijpt mcii Liet. Ik moot dus
eea gids en. tolk hebben, die mij door de
Turksclifi wijken kou heenvoeren. Want door de
bpaauscüe Joden en Zigeunerwijkeu had ik mij
nog weteu te redden, u;aar bij de terughoudende
Turken eu -Macedouërs zag ik geen kans.
Mijn nood hierover klagende hij mijn raad
gever deu directeur van 't Landts-iluseuni, dtn
lieer Ilörmauu, boo.i deze mij oogeuiiUkkeiijk ziju
bediende aan, 'u jongen Tui k, die uitstekend
Duitscb sprak. Hij weet heter dan ik, wat'u
vreemde hier alzoo kan interesseeren, hij ging
reeds met vele buitenlanders op weg," zeide
hij. W nar Oli-iürz Pasc/ia geen tocgang heeft,
kan hij u door miju bemiddeling toegang
verschaif,;!!, miju gtheele bibliotheek, alles wat zich
iu 't museum bevindt is ter uwer beschikking.
Zooeven is de puotogruaf van 't genootschap
uit Mo»tar teruggekomen, pracntige opnamen;
ik kan u alleen nog de iiegatiwveu laten zien,
misschien heeft hij de afdrukken al klaar, ik
zal ze u laten geven, zooveel ge maar wilt."
Voortdurend draafde de heer Hörmaiiu vanden
eenen kaut van't vertrek naarden anderen,stapelde
op alle mogelijke lectuur, zette dat voor mij
en zeide dal ik maar moest uitkiezen wat mij
interesseerde, trok loen een lade open eu gaf
mij 'n hoop ouopgeplakte photogrf iiö, terwijl
hij mij vriendelijk u.tuood'gde daarvan, mee te
netiieu wat me lief was.
//Ge moet de Mostarsche collectie ook nog
zieu o, 't is zoo'u mooi land Herem!
Aha! daar is Jobo." Een kort onderhoud
volgde iu 't Kroatitch ik had gelegenheid
Jobo eens goed op te nemen.
't Was 'n jonge mottige Turk van omstreeks
20 jaar, rechtop als tcu militair stond hij voor
ziju chef eu zei bij iedere ja-knikkende bewe
ging: //jest, jest." Voor '11 Turk had hij 'u.
bijzonder levendige uitdrukking. Zijn costuun
was bijna gelijk aan dat van ieder geciviliseerde
Turk, alleen zijn b.-oek wat minder wijd en zijn
schoenen in plaats van die prachtige Bosnische,
die opengewerkt en aan het front opgewipt zijn,
waren Europeesche bottiues.
Toen Jobo bescheiden iu den corridor was
gaan wachten opperde ik angstig de vraag of
hij mijn Duitsch begrijpen zou.
O best, haastte de heer Hö'rmann zich te
zeggen, ik spreek met hem alleen Bosniscb,
omdat mijzelf dat gemakkelijker is geworden
door de jaren lange gewoon'e. Hij verstaat
alles opperbest. Hij is mee geweest, naar de
tentoonstelling in Buda-Pest en had daar een
betrekking aan de Bosnische afdeeling. Hij is
een zeer intelligente jongen. We leeren hem
Pransch voor de Parijsche tentoonstelling-.
Maar mag ik nog zoo'n echte Turksche cigaret
aanbieden en ... ja, ja, kom maar binnen
dat is de custos. Zoo, heb je de afdrukken
klaar? Zie hier zijn de Mos)arsche opnamen.
Dat is 'n mooi land daar. Dat moet ge iu
geen geval vergeten te gaan zien, 't is totaal
oosterscb. Zeker, zeker, ziju er hier harems,
maar niet met 20 vrouwen, dat is trouwens een
liefhebberij alleen voor de rijken. De Turken
hier ziju over 't algemeen te arm; mijn vrouw
kan de volgende week met uw vrouw wel eens
naar 't huis van 'n voornamen Turk toe gaan,
ik kan u daar natuurlijk niet. introduceeren.
Ha, ba, in zoo'n harem binnengaan is voor 'n
maa bijna ondoenlijk, maar overigens, Jobo is
geheel tot uw dienst ik zal hem sturen, aau uw
hotel, op het uur dat u zelf goeddunkt.
Stom en geslagen over zooveel beleefdheid
en vriendelijkheid, met boeken en photo's be
laden, stamelde ik mijn dank, of liever ik wist
niets te «eggen en ... //Och, waarde heer, den
grootsten dauk welken gij bewijzen kunt, is dat
ge naar Holland eenige sympathie meeneemt
voor 't land, dat ons zoo ter harte gaat."
Jobo poetste in den gang 'n fiets af eu reed
die bij 't stuur de straat, op.
»Zoo, rijd jij ook al fl;ts?"
Ja, ja, zeker. Daarop ga ik mijn boodschap
pen doen voor 't museum, de Bosnische Post"
(de Sarajevoër Courant) en voor Nada ('n ge
llustreerd Bosnisch tijdschrift, in den geest van
de illustrirte Zeitung, maar artistieker). Ik zet
laar hier neer hij een kennis eu ben
oogenbiikkelijk terug." //Eüt:ehuldigen Sie" liet hij
hdi'tflijk er op volgen.
Toeu we 'u oogenhlik later weer naast elkaar
n de brandende zon door de Europeesch gemo
derniseerde hoofdstraten liepen, vroeg Jobo:
//Is u al in de groote Besistau geweest?"
Ik dacht dat hij de groote moschee bedoelde
en zei dus: Ja, maar niet van binnen."
Maar in de Ciisja is u toch wel geweest?"
//Ja, natuurlijk, de bazarbuurt heb ik gezien,
dat is me eeu lawaai daar. Hoeveel van die
winkeltjes zijn daar wel bij elkaar?
//Hoeveel duéius? (winkels). Dat weet ik ook
liet, straatjes zijn er wel 'u zestig."
rïoo, eu waar wonen die menschen wel, ze
z\jn zoo propvol, dat meu er nauwelijks kan
staan."
//O, die wonen allen op de bergen rondom.
Ze hebben dikwijs 'ïti of twee uur te loopen ;
vandaar dat sommigen al zoo vroeg iupakkeu.
Vóór zonsondergang moet, alles afgeloopen zijn,
want daarna doet de Mohammedaan geen zaken
neer."
//Zoo, wat doet hij dan r"
,, Dan gaat hij naar huis en dan komeu ze
bij elkaar op visite, maar eeist gaat liij naar
de moschee, zich wasschen eu dan bidden."
Verveelt hen dat niet, vooral nu ze in de
Europeesche wijken zooveel geknterfanter in de
café's zien?"
De voorname Turk komt daar ook wel.
Wiju mag bij volgens den Koran niet drinken.
Stil drinkt Lij ze toch wel, en van bier staat
iu deu Koiaii nie's. Latere schriftverklaarders
hebben er wel wat op gevonden om ook dit te
verbieden, maar de ontwikkelde Mohammedaan,
die zich strikt vroom aan den Koran houdt, doet
ook geeu zoude met bier driukeii."
//Maar hier bevat toch ook alcohol eu de
Itlam predikt toch geheel-onthouding?"
//Och, dat wordt ook in 't openbaar niet ge
daan. Hier en daar zijn er gelegenheden zelfs
voor schnapsdriuken, maar de meerderheid vindt
't verachtelijk."
'k Kreeg bi'iu'i 'u kleur, to?n ik dacht aan
onze door drauk veehtlustige proletariê'rs uit
de steder, aan. de door jeuever verstompte
boeren, ik dacht aan Holland, waar meu 't een
eer vindt veel borrels te drinken, ik dacht aan
panv, miiacbener bierpei.sen . , .
Daar giugen een paar reusachtige kerels voorbij.
Kolossale turbaas droegen ze van zwaar rood
aken. Met de handen op den rug slenterden
ze voor me heen, langzaam en bedaard, met
Oostersche deftigheid. Onder hun reusachtige
saorren brandde 'n cigaret. De ruime plooien
vau hun biot'k schommelden als 't achterste
vau 'u trapgans potsierlijk heen eu weer.
,,Dat ziju zeker heele heeren'r" vroeg ik op
hen wijzende.
//Wel neen, dat zijn vrachtdragers, ze hebben
eeu kroon verdiend en voelen zich nu riik;
hebben een cigaret aangestoken, eu gaan kollie
drinken."
Nog meer van die bekroonde werklieden
werden me onderweg aangewezen. Hun kleeding
was met geringe wijziging dezelfde. Allen liepen
ze iu hun schilderachtige lange kaftans,
iudirliaad deu koning te rijk met liuu verdiende
krone,;. Statig en deftig was hun gang. Telkens
vergiste ik mij in de verschillende kletdingeu,
en tot groote pret van miju metgezel zag ik
eeu tot de tanden gewapenden Moutei egrijücr
voor 'n Mohammedaan aan of wekte ziju ver
ontwaardiging als ik 'nZ giiuiier'u bergbewoner
dacht. Ze waren allen zoo bruin van huid eu
de terugkeerende eigenaardige snit in de kleeren,
zag ik zoo gauw niet door de veelheid der
kleuren. Ik. dacht al heel aardig te weteu, wat
Maeedoiiiörs waren iu hun nauwe Turkselie
broek van witte wol, zwaar als bij ons de
beddedeken, mair met ornament vau lijn
veterband belegd, zooals de Hongaren ook wel
hebben.
U'el neen, dat zijn Spaansche Joden. Zie
maar als hij zich omdraait. Achter op zija rug
hetft hij (uuren."
luderdaid was zijn rug versierd als bij de
Cliineezeii.
Ik meende ze zoo zeker te herkennen aan de
kleine ronde muts op de kruin vau 't hoofd.
Dau weer kwamen we Jodeu tegen, die 'n fez
droegen, en Mohammedanen met Europeesche
kleereu en omgekeerd. Ik gaf 't maar op, om
die maskarade uit elkaar te houden.
Plotseling ging Jobo recht op eea deur aan,
een paar treedjes af en verdween iu een gang.
Hem volgend stond ik een oogenblik iu tast
baar duister nog verblind van al de kleuren
iu 't zonlicht zag ik een oogenblik totaal niets.
In eens werd ik bij mijn arm gepakt, en
hoorde ik 'n paar Duitsche zinnen in eeiie deu
Nieuwmarkt bezoekende Amsterdammer^ niet
onbekende neusklank: Was gefiillig? Schone
Sachen, schone Koraupulten, cigaretten, spitzen,
uhrketten, mokka u. Punscb Servis, schone
Teppiche, gut uud billig."
(Slot volgt.)
SNUIFJES.
De nadeelen van een beroemd man te
zijn, acht ik maar weinig minder dan de
voordeelen. Zoo ondervond ik het ook nu
weer. Natuurlijk zyn mijn veelvuldige
loftuitingen en blijken van waardeering en
aanmoediging en vooral mijn opbouwende
kritiek oorzaak, dat het denkend publiek
gaarne op mijn oordeelvellingen let, en
lieden die niet zeker zijn van hun zaak,
mij adviezen trachten te ontlokken; maar
hoe vleiend dit voor mij wezen moge, men
weet dan ook niet hoe grooten last mij dat
meermalen bezorgt.
Door den beminnelijken vorm, waarin ik
miin instemming, en als 't noodig is, ook
mijn bedenkingen, openbaar maak, is in
zeer ruimen kring de meening verbreid, dat
ik, wat inderdaad ook het geval is, een
gemakkelijk te bereiken, ietwat toeschietelijk
persoon ben, bij wien men maar behoeft
aan te kloppen, om dadelijk antwoord te
krijgen, en ontvang ik vaak brieven in ge
meenzamer toon gesteld, dan ik zelf tegen
over iemand van mijn beteekenis zou durven
aanslaan.
Zoo ook dezer dagen weer.
»Ouwepaai. dijebent, zoujemeniet
utgenoegtïs wiïkdoen, mejemening tezegge
aangaande deinvoering derniewespelling;
'tzoume nietverwondere, ofjij divan
openaanmerkinge leeft, konook daaromtrent
welis unhartigwoorlje intmiddebrenge.
Tpast misgien nietpresies bijjesnuifdoos.
maargrooter-en deftigermanne danjij
hebbedurhooft soms anza'te
vanmindergevvigt gewijt, dan dezekwesti is, ditans
dedenkendemensche bezighout. Intusseisur
bijdi iiiewespelüng totdusver unhalfheit,
diik nietkan goetkeure. Foneties moet te
slotte ookdeschrijf'taal worde, maarist
danookniet eis, dat foneties dewoorde
verbonde ecgescheideworde, 'zoasdat
indespreektaal geschiet? Zidaar ouweheerunbeginsel,
unprincipe zojewilt, doorjebeste
niewespellers haasthelemaal verwaarloost.
Jijschijntme nujuist unkop, onadaarover unopini
tehebbe.. Totregtverstant voegkhier
unkonjugati bij, waarin utstelsel istoegepasl.,
asvoorbeelt; weeszovrindelik jemening
uroveris tezegge.
Werkwoord (f)icggen. Vragende wijs,
kzeg (of kseg) zeggik ?
u- of jezeit zeitu ?
hijzelf . zeiti ?
wijiegge zeggewe?
gijzeit zeitge ?
ju'llizegge zeggejuili?
zijzegge zeggeze ?
zullizegge zeggezulli ?
kzee
j ij zee
u zee
bij zee
wijzeec
gijzeet
juilizee
zullizet
khebgezeit
ji.jheigezeit
hijhetgezeit
wijhfebbegezeit
juilihetgezeit
zeeik ?
zeejij ?
zetü?
zetï?
zeeëwe ?
zeetu ?
zetëjulli ?
zetëiulli ?
\Verkwoord zijn, ?
kbin
(u)jijbint
hij is
wii binne (1)
zij- of zuilihebbegezeit gijbint
juilibinne
kzelzegge zebinne(l)
jijzeltzegge zullibinue
uzi Izegge
hijzelzegge _ Vragende wijs.
wijzellezegge hinnik ?
juilizellezegge binje ?
zij/.ellezegge bint.u ?
zullizellezegge issi ?
binnewe ?
bintgij ?
binnejuili ?
bimieze ?
binnczulli?
(1) O.)k »ry;t" wordt wellerris gebruikt;.
b. v. wezijnerris in plaats van webinneërris
hierofdaargeweest, soniszeli's verdient zijn
devooikeur. Zoistbeter, geloof ik. tevrage:
^y'uzerbinne dan binneKrbinne ? Doch dit is
uiik vvestie vaiismaak.
Ik moet eerlijk zeggen, de spellingkwestie
heeft mij tot dusver maar matig geïnteres
seerd. Met De Vries en Te Winkel kon ik
het best vinden, alleen als ik het boekje
zelf niet kon vinden, zat ik een beeje ver
legen. Afaar ik heb er tivee_ van aangeschaft,
en nu is 't eenvoudig uithuizigheid of luiheid,
als ik me in een geslacht, in een e of o te veel
of te weinig vergia. Ik had om die reden
graag gezien, dat de autoriteiten op het punt
van geslacht en herhaling van enkele letters,
waarover men weieens in twijfel kan
verkeereri, voor de jeugd wat minder autoritair
het gebruik van de nu alweer oude spelling
verplicht hadden gsteld. Maar ik erken,
dat zou geen nieuwe spelling zija naar
eenig principe, tenzij het spellings-principe,
dat altijd meer van een spelletje dan van
ernst heeft gehad. Doch wat mijn inzender
nu schrijft opent, naar ik vermoed, een
nieuwen strijd. Het is zoo, de fonetiesche
spelling komt niet half tot haar recht,
zoolang de woordscheiding en woord ver
binding geheel tegen de regels der spreek
taal indruischen; en dat doen zij.
Hier is een nieuw probleem gesteld, dat
ik de eer heb aan onze denkende
taaigeesten voor te zetten, in de hoop dat aij
het mogen oplossen zonder mij met hunne
antwoorden al te lastig te vallen.