De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1900 11 februari pagina 8

11 februari 1900 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAM M ER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Vorstenlanden Aand. . . Hsndelv. Am»t » . . Jjiq. Barge » . . Ued. Ind. Handehb. Aand. dito dito Oblfg. 4 M pCt. Bodar Aand JavMche Gultmpjj Aand. l Feb. 8 Feb. , 63M 64M . 116 118M , 65% 67 % . 86 86K . 97^ 98K . 26 30 106 108 K.-Ouin«a Hand.-mprj Aood. 1111A 112 Onder de Spoorwegwaarden kan verbetering worden geconstateerd in aand. 4 pCts prioriteits Oblig. Warschaw-Weenen, in de Kon. Trans-Afrik. en in de Beira Beixa. D« groep der Fabrieken doet andermaal de aandacht vallen op de achteruitgaande notee ring der Aand. Wester- Suikerraffinaderij die van ,184 tot 180 retiraerden. Men spreekt van een minder gunstig dividend van 14 a 18 pCt. in verband met de hooge steenkolenprijzen en de vrees voor den nadeeligen invloed van de verhooging der invoerrechten op de producten der fabriek in de U. 8. Voor de scheepvaart-mpijen was de week niet ongunstig. Aand. Holland- Gulf avanceerden van 95 tot 104M, en die van de Kon. WestIftd. Maild. van 120 tot 122. Benige verzwakking endergingen de 3 pCts. Oblig. S toomTturtinpij «Zeeland"; in sterker mate betreft dit den pr\js der Aand. Stoomr. mpy «Neder land" di« van 170 tot 167)4 terngntoomden. Wellicht zal de nog beschikbare hoeveelheid uttiü. in portefeuille der laaUte uitgifte, hierop van invloed zyn. Ook ia de Petroleum-waarden ziet het er vrjjgoed uit. De pref. aand. Dordtsche, klommen van 122 tot 125J-6, Javapetrol. mpüvan 78 tot 80, Oliebronnen in Hannover van 54% tot 56, Samatra- Palembang van 83 tot 85; het meest klommen de aand. Moeara-Enim, die nu voor 143 (e verkoopen zyn tegen 132 X in de vorige week. Ds productie der Sumatra-Palembang wordt ah volgt opgegeven: 1899 1900 Units Units Januari 43500 96500 Februari 49000 Maart 31000 April 58000 Mei 56000 Juni 49000 Juli 42000 _ Augustus. ...... 75000 September ..... 68000 October 67000 November 63000 ' December 92500 Voor de Aandeelen der Koninklijke werden prijzen van 284 tot 288 besteed. Voor zoover de prodncüecijfers nu nog de opbrengst van de nieuwe bron doen vermoeden, is deze no teering nog al hoog... maar de volgende op brengst-opgaven moeten eerst worden afgewacht. De groep der Mijn-Maatschappijen verlangt de vermelding van de looppas voorwaarts van 200 tot 230 van Guyana G. M. als gevolg van gunstige tijdingen aangaande de productie, die in de afgeloopen Januarimaand 10400 grammen zou geweest zijn. En nu de Amerik. sporen. Ze geven een Aangename koersvergelykhig: l Feb. 8 Feb. Atchiaon G. v. aand. ... 20 21% dito » » pref. ... 62 64% dito 4 pc. adj. fonds . 80-%5 81 Baltimore & Ohio C. v. aand. 57% 62 Ch. G.Trunkcert v.2ehyp.5pc. 791A 81J4 Clev. Akron C. v. aand. . . 14K 16 X dito Eqnipment 6 pc. 96 K 98 M Denver Rio C. v. aand. . . , 18%» dito pref. » . . . 71 , 72 Erie commons 11M dito Gerts. v. 1ste pref. aand, 33 35% dito orig. 2de » . 17 18H Florida C. & P. 5 pc. oblig . 107% 108 % dito gec. goud oblig. Ie hyp. 98 100 % Gulf aand 8J* 9 dito eert. v. 5 pCt. oblig. . . 68% 73^ St. Louis & Caïro C. v. aand. 24% 26 M Lonisville, » » » 80% 82% St. L. & San Franc. » » lepr. 67K 72X dito » » 2e » 35^ 36% dito 4K pCt. gec. oblig. HIK 82X Missouri K. T. C. v. pref aand. 32^ 3»i N. Y. Ontario & W. aand. . 22% Norf. & West. C. v. aand. . . 25^ 28 dito Gert. 4 pCt. Adj. pref. St. 68^ Union Pac. C. v. aand. ... 46 & 49 X dito » » pref. ... 731A 76 W. N. Y. & Penns. 5 pCts. Ind. Mort. bonds 26'4 29 De groote verbetering der Baltimore etaat in verband met de zeer gunstige ontvangst cijfers. Men spreekt van 2% pet. dividend dat over het loopende boekjaar, op de 66 millioen dollars aand. Norfolk & Western zou verdiend worden. Zou dit niet wat al te optimitisch gerekend wezen. Zeer groote verbetering genoten de 5 Gulfbonds, zoo menigmaal in deze rubriek be sproken en die een beduidend voordeel aan de lezers kunnen gebracht hebben. De eerste bijstorting ad 5 pet. op de aandeelen moei vóór of op den 14den dezer gedaan worden. Het hollandsche bedrag hiervoor is op ? 124 50 per aand. vastgesteld. Voor de bystorting worden nieuwe pref. aand. a pari ontvangen. De nieuwe Gulfwaarden zullen waarschijnlijk in April uitgereikt worden. De Tram-afdeeling, waarin weinige veran deringen voorkomen, geeft aanleiding tot het vermelden van de uitgifte door de Probolingo gtoomtram-mpij van 500 4K pCts. obligatien. De inschry'ving is op aanst. Dinsdag 13 dezer, tegen 99 pCt. opengesteld by de heeren Broek man & Houders te Amsterdam, by de firma H. Edersheim te 's Gravenhage en voorts by de heeren Milders & Gleichman te Rotterdam. De storting moet l Maart gedaan worden. De aflossing der obligatien is vastgesteld tegen 102K pCt. Volgens het prospectus strekt te uit te geven leening tot verkrijging van de noodige gelden voornamelijk vereischt voor den aanleg van eenige veel belovende zijlijnen en de vermeerdering van het rollend materieel. Ter beoordeeling van de soliditeit doet het prospectus opmerken dat de Probolingo Stoomtrammpy tot heden geen obligatieschuld tot haar last heeft en dat de thans ter inschrijving aangeboden obligatieleening dus hare zekerheid put, niet alleen uit de resultaten die door de uitbreiding van het net te wachten zijn maar reeds onmiddellijk hare dekking vindt in een meerjarige en bloeiende exploitatie. Ten slotte doe ik mijnerzijds opmerken dat, tegenover de gevraagde 500 duizend 41/3 pCts obligatieschuld, mag gewezen worden op het maatschappelijk aandeelenkapitaal der mpij, dat 900 duizend gulden bedraagt, dat volge stort en geheel geplaatst is. NIEUWE UITGAVEN. Het leerplicht iTfaagstult opnieuw toegelicht door mr. S. J. VISSER. Den Haag, Martinus Nyhoff. De Stenographische revue, Maacdblad voor Stenographie van alle systemen. Ie jaarg. no. 1. Administratie Sarphaüatraat 122, Amsterdam. Tweede verslag van onderzoekingen naar Archioalia te Parys, belangryk voor de geschie denis van Nederland op laat der regeering ingesteld door G. BTJSKEN HUET. Den Haag, W. P. van Stockum & Zn. De Vrijstaten en hun geschiedenis, door mr. W. A. baron VAN ITTEHSUM. Leiden, Boekbandel en drukkerij voorheen E. J. Brill. Internationale wetgeving voor het vervoer op jDoor-Cognossement, door W. PLL-YGEKS, lid der Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam. Rotterdam, Nygh & van Ditmar. M.yn beheer van 's Rijks PrKtdenku.lii.net, naar aanleiding uan het jaarverslag van den heer J. Ph. VAN DER KELLKN over 1898 door dr. C HOFSTEDE DE GROOT. Anist, Scheltema & Holkema's Boekhandel. De sociale quaestie op den kansel, toespraak van dr. A. KALTHOFF, veataald door J. VAN LOENES MAKTINET. Amsterdam, Scheltema & Holkema's Boekhandel. Inhoud van Tijdschriften. Europa, afl. 2. Febr. Cave tibi a signatis l door C. F. H, Klokke F.Wzn.; Kwade tongen, uit het Spaansch van Louis Coloma; Een lykschouwing. Schets uit West-Jutland, van L. Mylius Erichsen; Uit een Cyclus, door Florijn ; Aan de lagunen, door H. S. Rolin ; Dagadanié, een Russisch verhaal, door * * *; Ean boekenpraatje, door Canatos. Eigen Haard No. G; Muskus-Mecschen, door Miriam Irgen, III. Ludwig Knaus, 1829?1899, met portret en afbeeldingen. In verre zeeën voor driehonderd jaar, door J. Koopmans, I. De Zuster-Republieken in Zuid-Afrika, door J. A. Wormser: De voort brengselen, II, met afbeeldingen. Uit het léven van een zee-officier in Indië. In en om de groote stad: By' deOrertoomsche Sluis, naar eene teekening van W. O. J. Nieuwenkamp. Feuilleton. HIHIIIIMIMIIIIIlmlIMIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIHIIIIIIimlIIIIIIIIIIIIIIIII A'd a m, 8 Feb. 19CO. D. STIGTEB. Koloniale Reserve. Tot nu toe vernam het publiek van deze instelling hoofdzakelijk een soort van berich ten, die vrijwel onder den rubriek reclame'1 mochten thuis behooren. Het tegenovergestelde daarvan is zeker het volgende schrijven, dat van eenig belang te achten is omdat het komt van een zijde die zich anders gewoonlijk niet doet zien in het licht der publiciteit. Het is een particuliere brief waarvan gaarne afschrift verstrekt werd. Zutphen, den 16n Jan. 1900. Waarde Adolph! Het heeft mij geen geringe moeite gekost om aan dezen te beginnen. Doch daar 't niet aangaat om langer te talmen met aan mijn hè. lofte te voldoen, zoo zet ik mij als met geweld iu tegen mijn gevoel van apathie dat me dwingt als 't ware, om alles wac eenige geestesinspanning kost in 't honderd te laten loopen. Waarvan dit nare gevoel, die luilaksziekte ? hoor ik je al vragen. Het antwoord hierop ligt reeds in het bovenstaande opgesloten. De ziel is ziek, ik mag wel zeggen doodziek. Ik zou me werkelyk schamen dergelijke be kentenis aan het papier toe te vertrouwen, indien ik niet overtuigd was dat de honderden anderen met wie ik hier leef zich bijna zonder uitzondering even ellendig gevoelden als ik en... daar ook geen doekjes om winden. Integendeel, velen leggen hun gevoel van diep ongelukkig zijn'' aan den dag op een wijze die hoogst afkeurenswaardig is, zeker, maar door ieder die met de toestanden alhier bekend is, ver ontschuldigd zal worden. Neem 't me dus niet kwalijk dat ik zoo klagejyk begin; ik zie werkelijk geen kans om op andere wijze een begin van uitvoering te maken van het plan u volgens my'n belofte zoo goed mogelijk in te lichten, 't Kan trouwens zóó ook ^een kwaad, want gelijk de dooden op het kerkhof zoo roepen wij onzen kameraden en collega's in Indiëtoe: Hodie mihi, cras tibi", heden ik, morgen gij. Moge deze waarschuwing door u en alle anderen goed begrepen worden. Wij hier vragen ons dikwijls af of 't soms geen benauwde droom is, waarin wij, recon' valescenten van de Koloniale Reserve, leven; maar wanneer de kille werkelijkheid haar antw'oord met centenaarsgewicht op ons terugslingert, dan voelen we 't helaas maar al te goed, dat we wakende zijn, dat ons voo.loopig geen geruststellend ontwaken wacht. Is 't dan zoo erg? Oordeel. Ben ik goed ingelicht dan mag de Koloniale reserve zich beroemen (?) tijdens haar nog maar koit bestaan op een kleine 1700 deserteurs en misschien niet minder veroor deelden door den militairen rechter. Ook het aantal van hen die met een briefje van ontslag als vagebonden de poort uitgezonden zijn en nog dagelijks worden, is legio- Onder dezen behoorde in den laatsten tijd de beroemde" sergeant-schrijver Engtes, die hier even spoedig de gouden chevrons verspeelde als hij deze in Indiëbekomen heeft. Onze collega Vi»n Duren is ook bereids gedegradeerd en wacht misschien niet lang meer op het fatale moment waarop hij met schande beladen wat zeg ik ? men acht zoo iets hier 't in 't geheel niet meer als schande ! zal worden weggezonden als een soldaat die niet deugen wil. Velen zijn er die 't daarop aanleggen, zijnde dit het eenige middel om uit den benauwden dioom" te ontwaken. Behoef ik nog te zeggen dat aan al die be droevende uitersten een met te tellen macht van disciplinaire kwellingen voorafgaat 't Is dan ook geen zeldzaamheid dat hier bij een presente sterkte van 120 LI 150 man een vijf tigtal gestraften zijn met cachot, provoost, politiekamer en arrest in 't kwartier. Deze straffen worden in zoo'n menigte opge legd omdat de menschen zich strafschuidig maken. Ongetwijfeld V Maar hoe komt 't dat die menschen zich zoo slecht gedragen? Zou dit niet aan oorzaken buiten hen liggen? Ik voor mij ben innig overtuigd dat de laatste vraag bevestigend dient beantwoord te worden. De evacuatie naar Ned-rland is voor velen een zou groote desillusie, dat deze het ve. stand van de meesten schijnt te bevangen. Geen wonder! Men zou zich verbeelden te Zutphen met de noodige egards te worden ontvangen en behandeld, gelyk betamen zou jegens menschen die in dienst van den Lande jaren achtereen gevaren, ziekte en vermoeienis hebben door staan en tengevolge daarvan hun gestel zagen ondermijnen. In plaats van op die egards lijkt de evacuatie op de plaatsing in een straLursus. Men ontvangt geen noemenswaardig zakgeld meer, is iedere vryheid van beweging haast ten eenenmale kwyt, wordt met anderen bijeengepropt in een hoogst ongezellig tehuis, voor de heimwee want zoo iets voelt men hier als 't ware naar het goddelnke Indiëschynen de geeesheeren geen beter middel te weten, dan de reconvalescenten zoo lang mogelijk te laten verbleven in een omgeving die zrj ieder uur van den dag, soms zelfs in den nacht, want de menschen dioomen ervan vervloeken. 't Is waarlijk bedroevend om te zien hoe lang men met gewonde en gebrekkige menschen allerlei kunstjes ziet uithalen. Is 't te doen om hun te bewijzen dat ze simuleeren of otn het geduld te stellen op een proef die niet te doorstaan valt dan voor de .taaiste karakter?, om zoodoende op een goedkoope manier af te komen van lieden, wien het land pensioen of gagement schuldig is? De meeste betrokkenen denken er het laatste van en ... hoe ongaarne ik die meening deel, ik zou het tegenovergestelde niet durven be weren. Want het is een feit dat de schatkist reeds zeer veel bevoordeeld is door het weg zenden van lieden die bereids gratificaties van eenige honderden guldens en pensioenen en gagementen te goed hadden. Zoo iets moest niet mogen plaats hebben. Het heeft iets weg van een roofsysteem. Vroeger was de Indische begrooting belast met te veel gage menten die misschien wel wat lichtzinnig toe gekend werden, thans is m >n van Regeeringswege in een ander uiterste vervallen ?. haalt en plukt van den oudgediende zooveel als maar eenigszins mogelyk is, exploiteert het wange drag, het grprovoceerd wangedrag, van den minderen millitair. Het zou werkelijk al te beestachtig zijn indien zociets het vooropge zette doel ware, maar feitelijk komt het er toch op neer. Ook wat betreft het onderhoud der recon valescenten. Zy worden adminislratief geheel anders behandeld dan in Indië, zoodat er zoowat in 't geheel geen soldy meer overblijft. Van het wapen of den dienst waarby een reconvalescent behoort, wordt, indien hij niet van de infanterie of artillerie is, zoo goed als geen notitie genomen. Men verbeelde zich dat een kapitein-intendant of een ritmeester met verlof wegens ziekte hier te lande, als kapitein der infanterie te werk gesteld werd. Zoo iets zou immers te dwaas zijn om los te loopen. Welnu, tegenover den onderofficier, den korporaal, den soldaat is zoo iets geoorloofd. Wat hiervan de gevolgen zyn ? Zoo wordt de zieke oost-indische militair als een visch op het droge geworpen. Alles wordt hem opeens ontnomen, 't Is platweg gezegd een rommel waaruit niemand wijs kan worden. Komt men als reconvalescent te Zutphen aan, half dood of niet nevermind!" dan wordt terstond bekend gemaakt dat men binnen zes maanden een voorloopig dienstverband kan aangaan, met verbreking van het loopende, onverschillig of dit nog lang of kort moet duren. Bij het aangaan van zoo'n voorloopig ver band voor vitr jaren ontvangt de reconvalescent terstond twintig gulden. Dit doet menig zwakkeling bezwijken voor de verleiding. Twintig gulden ! 't Is een schat voor iemand die niets heeft en veel van een borreltje houdt. De gevolgen van zoo'n voorloopig verband zijn nog al gewichtig. Van af het oogenblik dat het onderteekend wordt staat de diensttijd geheel stil evenals voor iemand die in de klas van discipline geplaatst is, en tot zoola g als de geneesheeren zullen goedvinden den reconvalescent te Zutphen te laten, wat soms wel twee jaar, langer zelfs nog, duurt. Stel je voor twee jaar dienen oor den prins! Het land is dus niet tevreden met zy'n zieke kolo niale soldaten in 't belang der geknakte ge zondheid als 't ware op half rantsoen" te stellen, ook aan den diensttijd moet gepulkt worden. Doch soms is mea moreel, of liever immoreel, gedwongen om dat voorloopige verband aan te gaan. Volgens de lumineuse uitvinding van '92 gesanctioneerd door een koninklijk besluit, waarbij de engagementen en reëngagementsacten gewij zigd werden, is twaalf jaar indische dienst geen twaaif jaar meer, zelfs niet in de gunstigste om standigheden. Docb. bij de reserve worden het maar elf, tien en minder jaren. Dit klopt adminittra tief heel goed, maar is 't daarom goed. Ver keert men nu in het geval dat men, hoewel reeds twaslf jaren dienst hebbend, daarvoor een paar jaar, of slechts een of een gedeelte van n bij de reserve heeft doorgebracht dan zit men voor vier jaar vast tegen wil en dank, omdat het ziek worden in Indiëtot gevolg heeft dat de tyd als reconvalescent doorgebracht in Holland, maar half telt by gageering of pensioneering zoodat het minimum aantal jaren niet op do gewone «y'ze te bereiken is. Ojk vervallen na het aangaan van zoo'n voor loopig verband bij afkeuring al de verdiende gratificaties.... Raakt men als reconvalescent door al de moeilijkheden heen, dan komt men na korter of langer tijd te Nijmegtn bij een der validencompagn:ën, om daar den dag attewachten tot liet aan het Departement van Koloniën behaagt een transport naar Indiëop te zenden. Dan verandert het voorloopig aangegane dierstverbond in een effectief, waarbij men dan dertig gulden handgeld erlangt en honderd-vijttig gulden bij de Kykspostspaarbank gedeponeerd worden ten behoeve van den als valide verklaarden reconvalescent, die niet zelden binntn een jaar of liorter weer te Zutphen is ons daar de lange lijn opnieuw te beginnen, en daarbij dan hoogstwaarschijnlijk moreel en oeconomisch ie verongelukken. Eigenaardig zijn de administratieve opvat tingen die hier voorzitten. Tegen aansluiting bij de Indische administratie, welke zooveel eenvoudiger is dan de hollandsche, heeft iaën het eigenaardige bezwaar, dat de Indische administratie gebaseerd is op de indische comp tabiliteitswet van '67. Of dit nu werkelijk een bezwaar is van eenige beteekenis wil er bij mij niet in; maar laat dit zoo zijn, waarom dan de hollandsche administratie-reglementen als 't ware misvormd om 't toch maar goedkoop te maken ? Wanneer de zuinigheid zoo ten koste van de meest bescheiden piëteit moet worden toegepast, mag dit wel een zeer misplaatste heeten. Men had toch volle vrijheid om de administratieve voorschriften naar behoefte te regelen, daar de Reserve met haar onderdcelen iets was, bij ons gelukkig nog zonder precedent. Het eenige goede aan de Reserve is dat zij aan eenige tientallen oud-militairen, die daarby als vaste kader dienst doen, brood geeft. Maar ook hier weer een zonderling sy-teem. Behooren die oudgedienden tot hen die na hun dienstexpiratie recht hadden op gagement, dan verhoogen dezen ieder jaar hun gagementje met tien gulden; maar voor gegageerden, die vroeger afgekeurd werden wegens ziekte, bestaat deze regeling niet. Deze laatsten dienen jaren en jaren, worden ook successievelijk bsvorderd tot adjudant-onderofficier toe, doch worden op hun ouden dag aan den dijk gezet zonder eenige andere gratificatie of pensioen, dan het reeds vroeger behaalde,dat uit den aard der zaak zeer gerin g is. Zoo zullen zich spoedig de gevallen voordoen dat ser geant-majoors of adjudanten met verscheidene jaren dient-t honderd gulden of iets rm er pen sioen genieten, wat aekt-r niet ruim is voor een familie, terwijl gewone soldaten m-t veel korter diei sttijd tot in de driehonderd gulden pensioen krijgen. Gehuwde onderofficieren en minderen by het nederlandsche leger zijn in 't genot van een vrije woning of krijgen bij gebreke daarvan indemniteit voor huishuur. Bij de reserve, die toch volgens hollarid^che tarieven gegoed en betaald wordt, is die bepaling niet van toe passing. Hoe scbriepig! En misschien nog inconsequent ook. Genoeg over dit meesterstuk van militaire en administratieve willekeur, waarmee i iet andrrs bereikt wordt dan een noodelooze geldverspil ling ten laste der indische geldmiddelen ; maar erger, waardoor honderden menschen die iu Indiëgoed en bloed voor 's Lands belang veil hadden, diep ongelukkig gemaakt worden. Zooeven vernam ik dat bij de tweede com pagnie weer een zenuwlijder (?) als \agebond wordt weggejaagd. De vent is oriemaal gewond geweest, dus men had waartchijnlnk nog een liet centje aan hem tegoed. Gelukkig Indi dat zoo goedkoop van zijn invalide soldaten afkomt! Bette Adolph, nu heb ik mijn hart voor je uitgestort het hetft me goed gelaan. Nog eens herhaal ik de waarschuwing: Hodie mihi, cras tibi!' Zorg dat je blijft uit de vingers van het dankbare vaderland. Het moet in lud. al raar loopen, indien je daar zoo slecht weg komt als ny' hier. Denk daaraan bij eventueele tegenspoed en bijt dan met een zoo mogelijk zoetzappig gezicht door d<n zuursten appel heen. Na een cordialen handdruk 1.1. C. VAN DER POL. Dit schrijven is in menig opzicht een J'accuse", een dat wel verdient dour meer dan een man gelezen en ernstig overwogen te worden. De Koloniale eserve is een instelling van ty'delijken aas d, doch het tijdelijk" heeft in dit geval een zeer rekbare beteekeiii?, gelijk blijkt uit de oprichting van een nieuwe af deeling van dit korps te Maastricht, die waarschijnlijk in de volgende maand tot stand zal komen. Hieruit blijkt dat men in onze Regeeringskringen nog al voldaan is over de gei:omen proef, and.rs ging men Liet tot uit breiding over. En in die kringen, waar men natuurlyk weinig afweet van de portee die de betrekkelijke besluiten voor den minderen man hebber, heeft men reden om de proef te bestendi gen, daar de laten we ze noemen fiscale resultaten" schitterend zijn, en menigeen er Log een gO'd baantje door heeft. Maar ernstige overweging verdient toch nog het volgende: 1. De engagements- of reëngagementsacte voor het indische leger weer te brengen op den vroegeren voet en over wegens ziekte of verwondii g afgekeurden niet in Nederland te beschikken dan met de volle bestemming der betrokkenen. Men kan zich wel is waar be roepen op het vrij'ii'illige van het engagement, aangegaan op den tegenwoordigen voet; doch het staat vast dat bijna niemand daarvan de portee begreep toen hy zich verbond en dat de meesten nu te laat inzien hoe bedrogen zij uitkomt n bij een dienstverbintenis voor ons koloniaal Leger. 2. De Koloniale Reserve in baar geheel minstens de reconvalescenten-afdeeling van dit korps, op te heffen. De onedele wij/ie waarop middels deze instelling voordeelen verkregen worden ten bate der indische geldmiddeler, worden ruimschoots weer verslonden door din duren staf en het kader, zonder dat bet tot nu toe gebleken, of ook maar in een verre toekomst te voorzien is, dat het indische leger in een enkel opzicht door die reserve gebaat wordt. 3. Den reconvalescenten van het indische legt-r voor wie e f acuatie naar Nederland i;oodig is, de hospitalen der garnizoenen het dichtst bij de plaatst waar zij ihuU behoorea gelegen, open te stellen, en hen eenifce jaren achtereen met zorg te herkeuren. Bij eveiitueele wedergeschikt-bevinding voor den dienst in Indi kunnen ze weer daarheen gezonden worden oin het ontbrekende aantal jareu voor gagemeut of pensioen uit te dienen. Uan krijgen we iets beter dan den schijnbaar ongunstigen toestand van vroeger terug: de uitbetaling |van vroeg verdiende gagementen. Djch dit was slech'.s sdtiji'buur ongunstiger daar die onbeduidende gagttinenten mee=tal tydelijk uitbetaald, bij lange niet kostten wat de Koloniale Reserve uu ver blindt aan staf, kader, gebouwen, voeding, soldy'en, militaire auditie, enz. enz. 4. Zoo het voorgaande niet wel uitvoerbaar meer i-, wat moeilijk zal aan te tuonen zy'n, dan toch bij de Reserve, zoowel het validen-als recouvaltscecten gedeelte ingrijpende admini stratieve en ai.dere hervormingen in te voeren die stroken met de plichten die het Land jegens zijn verdienstelijk eu roemrijk indisch Leger heeft. VAN DEB POL. Wllllillllllllll Infaam Duitsch. Een oude heer uit Silezië, die in zijn jeugd dikwijls in het stadje Oels kwam, vertelde de volgende aardige geschiedenis. Voor ongeveer zestig jaar wandelde hij op de promenade in Oels en dacht waarschijnlijk aan zy'n middagmaal, toen hy een aardigen jongen van ongeveer veertien jaar tegenkwam, die met een wanhopige uitdrukking op zijn gezicht, bitter schreide. De oude heer was in een mede lijdende stemming, hij riep den jongen dus en vroeg naar de oorzaak van zijn verdriet. Eerst wilde de jongen niet antwoorden, maar eindelijk vertelde hij, dat hij in de derde klasse van het gymnasium zat en dat hij het ongeluk had, dat de Duitsche leeraar hem niet kon uitstaan. Deze gaf hem daarom steeds de allerslechtste cijfers voor zijn opstellen, hoewel hij zich altijd groote moeite er voor gaf. Zoo stond onder het opstel, dat hy dien dag had gekregen: »Zoo schrijft een jongen uit de tweedöklasse niet eens!'' en nu zou bij thuis een slechte ontvangst wachten. De oude heer liet zich het opstel toonen, las het door en zeide toen: »IIebben jullie al een nieuw onderwerp 'l" De jongen antwoordde toestemmend en noemde het onderwerp. Hierop zeide de oude heer: «Goed, kom morgenmiddag op denzelfden tijd weer hier. Dan zal ik je het opstel geven ; ja schrijft het woordelijk over en levert het dan in. Den volgenden Maandag, als jullie je op stellen weer hebt teruggekregen, zal ik hier op je wachten." Alles gebeurde, zooals was afgesproken, en Maandagmiddag gaf de jongen, weer me t tranen in de oogen, het schrift aan den ouden heerDeze sloeg het open en zag, dat een streep van het begin tot het einde door het opstet liep, en dat er onder was geschreven: «Infaam Doitsch." Zonder een woord te zeggen, stak hy' h schrift in zijn zak, en ging naar het gymn sium, waar hij den directeur opzocht. Deze ontvir/g hem zeer vriendel^k «ra zij voerden het volgende gesprek: Directeur: «Waaraan heb ik de eer van uw bezoek te danken?" Oude heer: «Gelooft u, dat ik Duitsch: versta ?" Directeur: »Wat een overbodige vraag!" Oude heer: «Denkt u, dat ik goed Duitsch schrijf." Directeur: »Deze vraag is eigenlyk nog meer overbodig dan de eerste." Oude heer: »Nu, er zy'n menschen, die van een andere meening zijn, b. v. de heer N. N.f die vii dt, dat ik «infaam Duitsch" schrijf." De directeur keek bij deze openbaring zeer verbaasd, waarop de oude heer hem het opstellenschrift van den jongen gaf en hem vertelde,. hoe het opstel was ontstaan. »Dat is waarlijk ongehoord," zeide de direc teur, »ik zal de zaak onderzoeken, en u zult volkomen satisfactie hebben, mijnheer von Holtei." »Dat hoeft niet, dat hoeft niet," antwoordde de beroemde dichter lachend en ging heen. De directeur liet den leeraar bij zich komen, en men mag hopen, dat de laatste de gewoonte, de opstellen zijner leerlingen naar zijn sym pathieën en antipathieën te beoordeeier, voor taan niet meer gevolgd heeft. Tüa res agitiir, Het heeft er iets van alsof wy zoozeer opgaan in onze heuglijke geestdrift voor Transvaal, dat wy niet meer letten op binnenlandscha gevaren. Daartoe reken ik de poging van de postadministratie om een nog meer overdreve i beperking van den postdienst op Zondag in te voeren dan waaraan wij nu reeds lijden. De Kamers van Koophandel, doorderegeerirgom advies gevraagd, zullen voor de belangen die de handel daarby heeft waken, maar alsniemand opkomt voor de belangen van privaat personen, zal het do-n schijn hebben alsof het publiek onverschillig was. Toch meen ik dht dit het geval niet is en dat menigeen den maatregel met leedwezen zou zien ingevoerd. Sahryver dezes heeft een talrijk gezin waarvan verscheiden leden elders wonen en hy zou htt zeer betreuren indien hem nog meer dan than s de gelegenheid om met zijn kinderen brieven te wisselen werd ontnomen In dat geval verkeeren velen. Wie bindt nu de kat de bel eei» aan en zet een adres-beweging op touw? Gaarne neem ik aan, dat er onder de postambtenaren zijn, die des Zondags de godsdienst oefening willen bezoeken. Welnu, laat de ad ministratie zoo mogelyk dat verlangen inwilligen, maar daartoe andere middelen gnbruike dan de invoering van den Engelschen Zondag. Heeft men nu nog niet genoeg van de beschavirg waarin dat huichelachtig volk Europa het voorbeeld geeft: Zondagen van rust, maar vooral van verveling en whisky ! A. P. F. * * * Ook wy meenen, dat een waarschuwend woord in deze iiiet overbodig is. De postdienst geeft het Rijk een groot Batig saldo, zoodat het aaiistellen van hulppersoneel voor Zon- en feest dagen volstrekt geen bezwaar kan opleverer. Ook het te Leeuwarden gevestigd hoofdbe stuur van den »Ned. Bjnd ter bestrijding vai overdreven Zondagsrust op bet gebied van post- en telegraphie," heeft een adres inge diend aan den diiecteur-generaal der posterijen en telegraphie, om zijn bezwaren mee te deelen tegen een verdere inkrimping van den dienst op Zondag. Wenschelijk zal het zijn, dat ook anders die niet op een Engelschen Zondag en even min op een onnoodige benadeeling van htt algemeen belang gesteld zy'n, hun bezwaren tegen dergelijke maatregelen doen kunnen voor het te laat is. Overzicht oer socialistische bei mi M. de 11'. In het Weekblad van de voorlaatste wet k gaf de heer Bymholt een overzicht van de socialistische beweging in ons land. Dat het overzicht niet volledig is, mag men de heer Bymholt niet tot een verwijt maken, maar wei zal het geoorloofd zijn een opmerking te maken naar aanleiding van eene uitlating, die met de, waarheid wel eenigszins in strijd is. De heer B. toch zegt: »Men twistte in de eerste ty'den niet, zooals later, over vragen van beginsel en taktiek." In dien tijd was er wel degelyk veel strijd in eigen kring. Ik herinner mij nog zeir goed de talrijke debatten, die van groot ver schil getuigden. Zoo o. a. tusschen II Gerhard en F. Domela Nieuwei,liuis. De beer D. N. was toen nog collectivist. Maar die besprekir gen werden toen niet openbaar en dit diei.t vooral in herinnering gebracht?de verschil len, die toch vaak zeer groot waren deden nimmer te kort aan de wederzijdsche waar deering. De haat- en nijd-politiek kwam eerst bij het bij wijze van propagandamiddel, werd er ter verontschuldiging bij gezegd ??? in toe passing brengen van dekoöperatie. De twist blei f echter in eigen kring. Maar anders werd cJat: bij de toepassing van het besluit, om, zij htt ook naast den Hond, mee te doen aan ver kiezingen. De toeloop van arbeidersvrienden werd zóó groot, dat de oude strijders zich afvroegen: Waar waren die vroeger? En de booze van geest dacht er dadelijk het booze van. Nu is het eenigszins anders. En later zal het weer anders zijn. Natuurlijk. Een uu den kring van 1S~S. MM Utrecht. Op blz. 7 kolom l van No 1179 van de Amsterdammer (Signalement van jhr. mr. J. E. Huyderoper door Jan van 't Sticht,) wordt in het voorbijgaan gezegd, dat er verband is ge weest tusschen het intrekken indertijd van het Rijkssubsidie voor de restauratie van de Domkerk en »van katholieke zijde geëischte versieringen." Opdat zich geen valsche legende vorme, stel ik er prijs op te verklaren, dat het aluoluul onwaar is, dat van katholieke zijde of van welke andere zijde ook versieringen zouden geëischt zijn geworden. 6 Februari 1900. VICTOK DE STUERS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl