De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1900 4 maart pagina 5

4 maart 1900 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. H84 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. DAME£. De Liberées de Saint-Lazare. Dezer dagen werd in Pary's het dertigjarig bestaan herdacht, van een vereeniging, die ontzachelijk veel nut heeft gesticht en nog zal stichten. Het betreft hier namelijk een asyl, waarin zoogenaamd «gevallen" meisjes en vrouwen, met de grootste liefde en zorg worden opge nomen en verpleegd. Léon Bourgeois presi deerde de samenkomst, waar de dertigjarige werd herdacht. H|j herinnerde er met weemoed aan, hoe velen, die de vereeniging met woord en daad hadden bijgestaan, deze aarde reeds verlieten; en wijdde eenige hartelijke woorden aan hunne nagedachtenis. " Het door mevrouw Bogelot voorgelezen rap port toont aan, dat er gedurende 1899 niet minder dan 2292 stuks kleederen ten behoeve van de beschermelingen der inrichting zyn verstrekt. Een groot aantal ongelukkigen werden onder dak gebracht, niet alleen, maar tevens voldoende gevoed en wat wel een zeer voornaam iets in dezen is, ook van kleederen voorzien. Als een der ongelukkigen, met de beste voornemens bezield om op het goede pad terug te keeren, zich aanbiedt, gekleed in lompen, dan zal het haar onmogelijk zijn, een betrekking te vinden. Voorts werd hulde gebracht aan de redactie van het vrouwenblad La I ronde, door wier tusschenkomst en belangelooze medewerking, het bestuur der vereeniging in staat was gesteld, op Kersttijd en Nieuwjaar extra uitdeelingen te doen. In het afgeloopen jaar zochten honderd vier en zeventig vrouwen haar toevlucht in het asyl van Bilancourt, terwijl er nog aan driehonderd drie en negentig verlatenen, geldelijke steun werd verstrekt. Onder die vrouwen zyn er verscheidene die uit broodsgebrek tot misdaad waren vervallen. Na afloop harer gevangenisstraf, trekt de ver eeniging zich harer aan. Zoolang zij nog niet sterk genoeg zyn, om in de maatschappij terug te keeren, worden z\j liefderijk verpleegd, tot dat zij hare physieke krachten hebben terug gekregen. Eenige zwakke uitgeteerde kindertjes zijn naar buiten gezonden; en er wordt voldoende voor ze gezorgd, totdat de moeder genoeg verdient, om de verpleegkosten van de kleinen zelf te betalen. Mevrouw Sangonard wees er in hare rede op, hoe duidelyk het blijkt, dat het bestaan van een instelling als «l'Oeuvre des Liberées de Saint-Lazare", een zedelyken invloed uit oefent op het algemeen. Waren het voorheen, alleen, om hun liefdadigheidszin bekende mannen en vrouwen, die zich voor de ver eeniging interesseerden, allengs gaven ook degenen die daar vroeger buiten stonden, blijken van hunne belangstelling. 1) Léon Bourgeois meende niet onopgemerkt te mogen laten, dat, overal waar vrouwen zich bewegen op sociaal terrein, de plannen niet alleen wordeji ter sprake gebracht, maar tevens tot uitvoering komen, met zeldzame energie en toewijding. HU eindigde met de woorden: »Zeker, er wordt nog veel geleden; maar al meer en meer wordt de noodzakelijkheid gevoeld, dat lyden te verzachten. En daarom hopen en vertrou wen wü, dat in aller hart de liefelijke bloem van het medelijden zal ontluiken en worden aangekweekt." Onlangs werd er in een boekje, handelend over sociale toestanden, het volgende ware woord geschreven: «Laat ons eerbied hebben voor degenen die den Booze weerstaan; maar laat ons tevens toegevend zyn, voor degenen die vielen !" Zeker, de tijd is voorbij, dat men in ieder die zondigde tegen de wet en de moraal, een misdadiger zag. Men gaat al meer en meer erkennen, dat het hersenleven van de meeste gedegenereerden abnormaal is, en dat het milieu waarin zij zijn opgegroeid, er heel veel toe bijbrengt, om het goede te verstikken en het kwade te ont wikkelen. In the Sritish Mediaal Journal werd ver haald van een man die tijdens zijn leven niet minder dan zevenhonderd dertigmaal terecht stond. Zijn vader en zusters ging het niet veel beter. Deze familie kostte de stad hunner inwoning tijdens hun leven, vier en twintigduizend gulden! Wat had men allicht een ellende kunnen voorkomen, wanneer men deze ongelukkigen in den beginne een liefderijke behulpzame hand had geboden, in plaats van ze telkens en telkens weer, voor de rechtbank ter ver antwoording te roepen. Daarom is het zoo'n groote zegen, dat er meer en meer rekening wordt gehouden met de omstandigheden waaronder iemand is op gegroeid. Geen minachting, maar diep mede lijden moet het gevoel zijn, dat we voor de ongelukkigen koesteren, die getoond hebben de verleiding och, hoe groot soms niet te kunnen weerstaan. Laat ons onszelve in de eerste plaats af vragen : Hoe zou ik in dergelijke omstandig heden hebben gehandeld, als ik in een milieu was geplaatst als de gevallene ? Zoo vragend, zullen wij tot de erkenning moeten komen, dat werkelijk een innig, diep medelijden beter op zy'n plaats is, dan een hard en verbitterd oordeel l VEEA. 1) In ons land beoogt de vereeniging «Onder linge Vrouwenbescherming", hetzelfde doel. Een kijkje bij onze Dnitscne buurvrouw. Het lott'elijk begrip, dat jonge meisjes vóór alle dingen eene opvoeding moeten genieten, die haar later in staat zal stellen aan de hooge rischen van //vrouw en moeder" te voldoen, zit in Duitschland bijna alle stervelingen in het bloed. Het treft een Hollandsche, hoe groot de Duitsche vrouwenbeweging vaa verre is, en hoe van dichterbij gezien, men er bijna niets van merkt. Het bovengenoemd begrip is zóó op den voorgrond dringend, zóó alles overheerschend, dat het Duitsche meisje zich haasten moet om de aansluiting niet te missen ; 't is als met een trein: zorg vroeg aan het sjation te zijn, dan krijgt meu een goed plaatsje, zorg vroeg van school te zijn, volwassen, want dan zijn er meer kansen! Met zestien jaar is dan ook die höhere Tochter" klaar met haar school; kunnen de ouders zich die luxe veroorloven, dan nog een jaartje naar de kostschool; maar anders, waar kan het jonge meisje beter, degelijker onder wezen worden dan bij mama, die alle fijne knepen der huishouding keut en een lijstje heeft van de goedkoopste adressen ? Zoo wordt dan veelal het jaar, waarin de belijdenis plaats heeft, en dit is meest het zeventiende, gebruikt om de huishoudster in de docbter te ontwik kelen en dan kan ze uitgaan! Want uitgaan komt in Duitschland veel meer voor dan in Holland, «staat" maken is iets waar elke stand van houdt; de bals bestaan zoowel voor de armste fabrieksarbeidster als voor de rijkste patricierdochter; of de beurs deze luxe altijd gewillig meemaakt is wat anders, maar daarin ligt juist het talent der Duitsche huisvrouw, in huis het onmogelijkste te kunnen uitzuinigen, om buitenshuis wat mee te maken. En niet dat het uitzuinigen een angstig verborgen ge heim voor haar omgeving moet blijven, o neen, met trots vertelt zij met hoe weinig boter ze toekomt, omdat zij reuzel, margarine en coeosboter als even zoo goed beschouwt. Met trots vertelt zij, dat geen st.uk buitenshuis gewasschen of genaaid wordt, en dat zij zoolang ze getrouwd is, nog nooit wat van den banket bakker liet komen, omdat ze alles zelf bakt. En dat alles" omsluit een rijkdom van gebak, die een Hollandsche niet droomen kan, maar waarvan ze met grage tanden zou genieten, want wel verre van droog, zooals de meeste Kuchen" in hotels en Conditoreien, die wij van onze Rijnreisjes kennen, is het eigen fabricaat fijn en van oneindige verscheidenheid. En daarom discht uw Duitsche buurvrouw ook graag haar schatten op, als gij haar bezoekt, haar gastvrijheid is groot, haar tafel bedekt onder vele schotels met kostelijk huisgebak en gij moet haar werk eer aandoen, van alle soorten minstens n stukje nemen en die stapelen op uw bordje, zóó, dat het een Hollandsche onbe scheiden voorkomt. En uw gastvrouw zal vragen, hoe gij in Holland leeft, of het nu werkelijk zóó zindelijk in uw vaderland is, als het on dit" luidt, want eigenlijk netter en precieser dan zijzelf kan toch niemand zijn. En dit laatste komt u vreemd voor, want wat was de tagetrap verveloos, de leuning er van vettig, het koper weinig goud-geel, maar vooral hoe weinig glans is er in de meubelen en hoe leelijk is het witwerk ! Zijt gij een weinig gezeten en hebt ge menig verschil gevonden, waar het huishoudelijke op vattingen geldt, dan wordt u een groot verschil duidelijk, namelijk de verhouding tusschen ouders en kinderen! De schooltijd is om, en 't jong Duitschland komt binnen, de jongens maken hun Diener", de meiskes haar Knix" en beide worden al gauw naar hun eigen kamer gestuurd, want mama heeft bezoek en de huisonderwijzer wacht om bij het schoolwerk te helpen! Want de gymnasia stellen hooge eischen, vader heeft geen tijd ooi een uurtje te helpen en moeder eerst recht niet! Opgevallen is u bij hun kort verschijnen de leelijke coupe van hun kielen en broeken, de weinig gracieuse schort van het dochtertje i Ja mama heeft alles uit oud goed van haar man en zichzelf eigenhandig gekuipt en genaaid. Onze kinders zouden met zulke pakken en jurken niet uit willen gaan, maar, en dit is een kardinaal verschil, in Duitschland wordt dat niet gevraagd, moeder vindt het goed en het gebeurt en mocht de wederspaanige brommen, dan is ei nog een oud systeem van toepassing: liet bijbelsch woord kastijd wie gij Hef hebt" wordt in praktijk gebracht en... helpt. Tvan klein kind af wordtjeen tik, een pak slaag f als opvoedend element, als onmisbaar beschouwd, en mocht de oud-minister von Bosse ook een verbod uitvaardigen, waarbij de schoolsr.raffen aan den lijve verboden werden, zijn navolger minister Studt heeft het oude recht aan den onderwijzer weer toegekend en dit met grooten bijval vaa het meerendeel der Duitscliers, want deze in ons oog zóó gewichtige terugstap ging in Duitschland van een leien dakje, zonder oppositie in Rijksdag of courantj Maar wordt er uit een opvoedend oogpunt gekastijd, zoo houdt ook deze straf met het groot worden op, heeft men zijn belijdenis gedaan, dan is men volwassen, dan wordt men dus niet meer met een klap tot zijn plicht geroepen. Vooral voor het jonge meisje is de belijdenis een dag vaa groote beteekenis, niet alleen om de religieuse plechtigheid, neen, vooral om het //groot" worden. De boeken worden aan kant gedaan, ten minste als zij zich niet aan een of andere vakstudie zal wijden, de oude jurken aan jongere zusjes gegeven, de haren als een echte dame gekapt, mama in het huis houden geholpen, dans-, teeken- en muziekles genomen en talen wat bijgehouden. Hilda van' Snylenburg's scherpe opmerking, dat Hollandsche. //welopgevoede" meisjes daarin haar superioriteit vinden, in vele talen denzelfden oiaziii te kunnen zeggen, is in Duitschland over het hlgemeen niet van toepassing. De jonge meisjes spreken 't liefst Duitsch en dat nog alleen vlot en zonder dralen als zij onder tijdgenooten zijn, want met ouderen in gezelschap brengt de goede toon mee, dat zij bescheiden en lief" iu een: hoekje zitten met een liandwerkje. En hierin' heeft het Duitsche meisje een g^ooten sprong, voor bij haar Hollandsche zuster. Haar werk is accuraat, haar patroon meest zelf geteekend of gecopiëerd, de kleuren zijn goed gekozen, er is tegenwoordig veel stijl in haar werk. Het lorrige kantje haken of het onzinnig bewerkelijk spreien breien wordt niet beoefend, veel wordt er op linnen met zijde geborduurd en een Duit sche tafel zal een kuustnaaldwerk van de docliter in eere houden en in haar linnenkast zal de huisvrouw vele zulke I'jopers en dekjes hebben liggen. Maar niet de moeder alleen bezit handwerken van haar dochter, o neen, de zeventienjarige denkt vooruit en ziet zij een patroon, dat Laar bevalt, dan ziet zij ook een andere tafel dan die van haar ouders, waar het werk harer vingeren zou voldoen, zij ziet iu gedachten haar eigen huishouden, en wel wetend dat in eigen engageuients ijd de dagen omvlie gen, zorgt zij voor het te iaat is, en legt het cadeau van aar zelf aan haar zelf iu haar eigen doos, haar //Hamsterkasten", en wie goed bevriend is mag die schatten zien en bewon deren, maar verwonderen doet men er zich niet over. Wordt nu de Hamsterkasten te klein voor al de verborgen schatten, dan wordt ook de noodzakelijkheid om een tweede te beginnen overbodig, waut, gelijk met het toenemen der jaar ringen van een boom, de boom ouder wordt, zoo wordt ook de bezitster van zooveel gebor duurde droomen ouder, en in Duitschland, waar vroeg en veel wordt uitgegaan, is men gauw oud! Twintig jaar beteekeut den vierden winter uitgaan I Maar, laat het jonge ding met haar Hamster kasten het gedroomde rijk betreden en dat natuurlijk aan den arm van haar aanstaanden man, dan valt er voor de ouders veel te zorgen en te regelen, want, alweer een verschil, onze Duitsche zuster brengt alles mee, niet alleen linnenkast en inrichting van keuken en zolder, maar het geheele huisraad, alles en alles. De man trekt bij haar in, geeft haar echter daar voor z'jn naam, zijn stand en wat menig Duitscher, maar dat zijn de beste niet, het meeste daarbij acht, hij redt haar van den oude-vrijstersstaat! Is het jonge huishouden gevestigd en zijn de kamers doch vooral de keuken sehmuck" in gericht, dan toont de jonge Duitsche huisvrouw hetzelfde beeld van huiselijk geluk als de onze, alleen haar opvatting van huiselijke plichten is anders : heeft zij en haar dienstbode eens een extra drukken dag, zoo zal zij graag de geheele keuken, inclusief het groente schoonmaken be zorgen, maar een slaapkamer doen, dat is meidenwerk jfZijn er veel kleine verschillen tusschen Hollandseue en Duitsche zeden, de groote over eenkomst, dat de ooievaar bij jonggehuwden zijn bezoek brengt, valt niet te loochenen, maar tevens merkt men dan ook weer «ndefe ge woonten ; zorgt bij ons de familie van den man voor de lui^rmaod, "in Dttitschland naait de vlijtige vro^wsmoeder .de kleine kleedjes en geeft zij alles met de zevendfi,-HMraï3 aan haar dochter. Ook in die kleertjes is veel verschil, het inwikkelen van een kind wordt door de meeste doktoren oogluikend toegelaten en is het kleine popje op zijn mooist, dan zit het aan alle kanten stijf in zijn //Steckkissen", wat zeer zeker gemakkelijk voor de moeder en baker moge zijn, maar voor den kleinen wereldburger een gedwongen fraaiigheid is r/Baby wordt iederen dag in de frissche lucht "ebracht, maar dat kan mama niet zelf bezorgen, naar de markt gaan om groenten en andere levensmid delen te koopen, dat is bon, maar zijn eigen kind zelf te rijden zou er uitzien, alsof men geen meid had! Daarom zal de jonge mama zich in huis afslooven om haar meid het uitgaan mogelijk te maken en zoodoende toch haar kleine lieveling met frissche wangetjes thuis te zien komen. En zoo zijn er vele verschillen en vele over eenkomsten tusschen Hollandsche en Duitsche huishoudens, te vee) om in een korte causerie als deze op te noemen, maar het gevaar om onze Duitsche buurvrouw van een te kleine zijde te zien en te beoordeelen, kan alleen dan groot zijn, wanneer men te veel waarde hecht aan het oordeel van vacantie-reizigers, die 's zomers een paar weken in Duitschland's dre ven verpoozing zochten en daar alleen leerden kennen het nietsdoen vaa badplaatsen en Sommerfrischen". Wie echter langeren tijd in Duitschland leefde en in den engeren familiekring toegang had, kan oordeelen over Duitsche huiselijke toestan den, die weet ook dat gulle gastvrijheid en vriendelijke hulpvaardigheid hoofdtrekken in het karakter der Duitsche vrouw zijn, en daar het woord Gemüthlichkeit" alleen in de Duitsche taal bestaat, is dat wel het beste bewijs, dat deze deugd in Duitschlafid het meest voorkomt en het hoogst geschat wordt. De domme vooroordeelen tegen Duitsche huisslaven hebben dan ook alleen diegenen, die Duitschland niet ken nen, waut anderen weten, dat elk vogeltje zingt zooals het gebekt is, en dat iedere huisvrouw haar huishouden doet, zooals zij het bij Moeder geleerd heeft. R. B. W. De Hollantt) Lelie. Veel in de wereld berust op misverstand. Dit is ook al meer in zekeren zin met de quaestie Hollandsche Lelie gebleken. Goed is het daarom dat deze zaak eens werd uitge praat of beter uitgeschreven. Thans nu n lelies n publiek weten, dat de correspondentie wordt gevoerd byna uit sluitend met oudere meisjes, verloofden, ge trouwden, grootmoeders enz., nu zal wellicht geen of weinig ergernis meer door bedoelde rubriek worden opgewekt. Van het hoofd van het blad verdween reeds: »voor jonge dames", bleef echter «De Hollandsche__Lelie". . .... _ ?/""Wat verstaat men in overdrachtelyken zin i"0nder lelie ? . ' n jong, rein, lelieblank wezentje, een jong meisje, nietwaar ? ?» Dus of het een of het ander naar myn be scheiden meening: besloten om in de Hol landsche Lelie allén te correspondeeren met jonge meisjes {U.v,. beneden i)0 ]««*}? Ot' den naam veranderd 4*&~b.v. De Hollandsebe vrowrë) want blijft het blad, nu voor ouderen bestemd, De Hollandsche Lelie heeten, dan is nieuw misbegrip steeds te voorzien. Want slechts in betrekking tot meisjes van af 15, 16, 17 jaay4ie~'H^«**Brh«W""*«1kkFiBg «og**teg«BS9et'*p»ni kan gewaagd worden van lelies, ^?ip>«h»n »¥ftft-wt-ttttt?*de...leliee"j maar niet als de abonnees in hoofdzaak moeders^/ grootmoeders, in n woord oudere vrouwen zyn.^ En of die grootmoeders zich nu roos, viooltje*" of your lassij,: (deerntje), In love (verliefde) Irrhcht (dwaailichtje) enz. noemen, dat blijft F'' :n den grond hetzelfde. J Al te wee-naïef voor «vrouwen". j Is het dus een feit, dat het blad niet meer in hoofdzaak is een blad voor jonge meisjes? ; Dan is het dus ook een feit, dat al die dwaze pseudoniempjes door oudere vrouwen ge kozen de bakvischachtige opstellen door oudere vrouwen geschreven zijn. j Moge dan de Red. nu het blad dus »een oudere" geworden is, het een mér passenden naam geven niet allean, maar moge zij dan ook de correspondentie van een kloeker, een minder lassylike (deerntjesachtigen) geest doen getuigen. Want het is struisvogelpolitiek te spreken, in den zin als in de Hollandsche Lelie gedaan werd, van «geheel particuliere correspondentie". Particulier in den werkelijken zin van het , woord is per brief, niet in een met duizenden i exemplaren verspreid weekblaadje. ! Die bouwt aan de straat, verwekt een ieders gepraat, men moet daar in een dergelijk geval als het onderhavige in berusten en er rekening ! mede houden. Het zeer vele mooie en goede in de Hollandsche Lelie wordt alom gewaardeerd en daarom is het immers geen wonder, dat men gaarne datgene wat men niet mooi en niet goed of onjuist in een Hollandsche J.<elie acht, er zoo mogelijk uit te doen verdwijnen of te wyzigen. HULST. Leeuwarden, 28 Febr. 1900. Geachte Redactie! Ik durfde u niet week op week met een verzoek lastig te vallen ; maar waag het nu nog eens, omdat ik anders geen kans zie, hen te bereiken, die my, sinds ik u voor 14 dagen m'n woord van dank zondt, zoo heerlijk hebben verrast op velerhande wyze. 't Was me daar door mogelyk, den stoffelyken nood van Hendrik en Sietske te verlichten en 'k zal dat kunnen doen ook nog gedurende de eerstvolgende weken, nadat Sietske bij haren Hendrik zal zyn teruggekeerd. Aanstaanden Maandagmorgen toch is haar straftijd om ! Eene my'ner vriendelyke helpsters, door wier tusschenkomst ik by vernieuwing werd verblyd, vroeg me in haar laatste schryven of het niet mogelijk zou zyn, gratie voor onze 66-jarige zuster te verkrijgen. Neen, daarvoor was geen tyd. Vroeger dan we gedacht hadden, Vry'dag 16 dezer, werd der arme vrouw aan gezegd, dat zy den volgenden Maandagmorgen (19 Febr.) moest komen, om zich voor 14 dagen in arrest te begeven, 't Afscheid viel beiden hard. Een erge koorts volgde dienzelfden middag na de hevige aandoeningen van dien morgen van den lydenden man; doch toen ik hem 's Woensdags bezocht, kon hij tamelijk kalm met my spreken. Hoe rekende hy de uren van haar afzijn; reeds twee etmalen en drie uren waren er verstreken sinds de gevan genispoort zich achter haar gesloten had ! En zoo telt hy voort, tot de volgende Maandag een feestdag voor de oudjes zal zyn : hereenigd! En dan zal hy naar waarheid kunnen ge tuigen, dat hy in hare afwezigheid door onbe kende vrienden en vriendinnen voortdurend is gesteund, daar het hem aan niets ontbroken heeft, 'k Zal u niet behoeven te verzekeren, dat beiden die goede gevers en geefsters dan zullen danken uit den grond van hun hart. Ik doe het van harte gaarne met hen. Want byna dag aan dag bracht een bode van verre of naby eene nieuwe verrassing. Ziehier wat ik mocht ontvangen: 13 Febr., postmerk den Helder / 2.50. Idem Van Fr. v. E. te L. f 2.50. 14 Febr., postmerk Winterswijk A. X./2.50 15 Febr., M. te L. / 1. 16 Febr., postmerk Naarden van N. N. motto »Wie helpt mee?"?1.50. 17 Febr. «Een oudje" f O 50 Idem post merk Nijmegen van «Geefgraag" f 2.50. 19 Febr., Een postpakket uit Apeldoorn, «Voor Sietske," C. H. / 5. - 20 Febr. «Alle beetjes helpen!" van J. f 0.25. 21 Febr. Mej. N.N. postmerk «Dordrecht" door my' bij vrienden en kennissen verzameld / 3 85. 22 Febr., p.p. Ed. v. S. te Amsterdam ? 1. Idem, Uit Reims / 5. 23 Febr. Mevr. A. v. E. geb. F. den Haag / 1. 23 Febr «Nog wat!" ? 0.25. Idem, Mevr. A. A. D. geb. B te Deventer f 2.50. 24 Febr. postzegels «Leed valt minder zwaar te dragen als in den stoffe lyken nood naar behooren kan worden voor zien" f 0,50. 26 Febr. postmerk Dordrecht. Door tusschenkomst van N. N. van »Een be langstellende in deze treurige zaak" f 4. Dat is te zamen dus / 36.35, terwy'l my nog een muntje werd beloofd, zoodat ik a. s. Maandag met eene feestgave de oudjes kan gaan gelukwenschen ! U allen, die meehielpen om Februari- en Maartdagen voor dit echt paar minder donker, ja zelfs helder te maken, m'n hartelijken, hartelijken dank, mede namens Hendrik en (dat weten we!) óók namens Sietske! Voor de opname dezer verantwoording zeg ik ook U, geachte Redactie ! reeds by voor baat dank, voor uwe welwillendheid, waardoor ik in staat werd gesteld, my van een duren plicht te kwy'ten. Met verschuldigde gevoelens gaarne, Uwe dv. dr., G. C. STELLINGWERF?JENTING. Vereenipg voor Vroniralaesreclit, Dinsdagavond 27 Febr. hield de afd. Amster dam van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht een huishoudelijke vergadering in »Palais Royal", die tameiyk goed bezocht was! Na voorlezing der notulen deelde de presi dente mede, dat, naar aanleiding van een schrijven van den secretaris van district VI, van de vrijzinnige kiesvereeniging «Vooruitgang" aan mevr. Muysken eeniga leden van de ver eeniging voor Vrouwenkiesrecht den wensch hadden te kennen gegeven als lid der genoemde vereeniging toe te treden. Als candidaat voor afgevaardigde naar de algemeene vergadering van den Nationale Vrouwenraad werd gekozen mej. E. Haighton in den Haag. Verder werd besloten tot aansluiting van de afd. Amsterdam van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht bij het plaatselijk comit voor Algemeen Kiesrecht. Als afgevaardigden naar de vergadering van het comitévoor algemeen kiesrecht werden gekozen mevr. Schook-Haver en mevr. Gerth Ferwerda. Hierna werd een levendige discussie gevoerd over een ingezonden stuk in het Maandblaadje voor Vrouwenkiesrecht van 15 Febr. van mej. Mensing te Kampen, na afloop waarvan be sloten werd over deze discussie verslag te doen in het eerstvolgend nummer van het Maandblaadje der Vereeniging. Niets meer aan de orde zijnde werd de vergadering te ruim 10 uur gesloten. llillllliiiHiiiMllllHiiimuiimiiii Prediksters. ]\f.odes, enz. enz. Zij winnen veld, zoetjes aan, langzaam maar zeker winnen de vrouwen terrein, altijd meer, altijd meer. Welke betrekking zal binnenkort het uit sluitend eigendoms-recht zijn van den armen ? man? Veder, lancet en baret, vrouwen heb ben er naar gegrepen en er zich meester van gemaakt. Vrouwelijke journalisten, doctoressen en vrouwelijke «Patelins'', zij behooren niet meer tot de uitzonderingen. Binnenkort zullen wij met blij moedigen trots wijzen op vrouwe lijke magistraten, gemeenteraadsleden, en by den aanstaanden algemeenen weerplicht op vrouwelijke lotelingen die misschien reeds moe der zyn . .. Diplomatie veroveren vrouwen stormender hand ; in staathuishoudkunde worden zij spe cialiteiten. Tegen het jaar 2000 zal met die amazonen niet te spotten vallen ! de verschrikte mannen zullen in hun schulp kruipen; zij zullen op huis en kinderen passen en lijdelijk plaats nemen aan het spinnewiel. Het spilleleen behaalt ten langen leste de victorie! in loome rust roest het zwaard ... De nieuwste vordering van het feminisme koos «the glorious land of freedom" Amerika tot bakermat. Een ambt, dat ons door over levering en Jan-Salie-sleur ondenkbaar was geworden in andere dan mannelijke banden is met uitstekend gevolg door vrouwen over genomen. Waarom zouden vrouwen niet de Blyde Boodschap verkondigen ? Zóó althans dacht zekere Duitsche gravin er over. Fluks hing zij haar ruischende zijden japonnen, haar fancy-fairs, liefdadigheids-voorstellingen en andere wereldsche genietingen aan den kapstok. Zij liet een yacht bouwen; trok een puriteinsch kleed aan en predikt nu van af haar schuit het evangelie. Kust-varen is haar vreugde; zij zeilt van de eene haven naar de andere. De verhalen van Jonas en van de wonderbaarlijke vischvangst kwamen nooit zóó tot hun recht, dan thans, nu zy in een behoorlijke lyet gevat zyn. De slimme, ondernemende gravin wét wel, dat «couleur locale" alles is. Een vlot Amerikaansch juffertje van zestien jaar heeft onmiddellijk het voorbeeld vanhaar dryvende, Germaansche zuster gevolgd. Eén l twé! drie! daar staat zy in een preekstoel. De menschen hangen aan haar lippen. Een gloed, een overtuiging, een woor denkeus, een radheid van tong, een vernuftig aanbrengen en uitwerken van beeldspraak, zooals nimmer te voren door een prediker was vertoond. Zou de natuur haar gaven langer onder een domper zetten ? Welke man evenaart een vrouw in den luchtigen zwier over moeielykheden heen te gljjden? Welke man komt de vrouwelijke virtuositeit naby gracieus en handig om de zaak heen te cirkelen, zonder tot een logische oplossing te komen ? Bossuet, Massillon, Bourdaloue, Fléchier, Fénelon en gy, Dumoulin, Le Faucheur, Superville en Jacques Saurin, sluimert zacht op uw verdiende redenaars-lauweren ! " Toekomstige predikers, wat harde kamp staat u te wachten! Geen ondoordachte preeken meer ! geen booze overleggingen des harten : «voor gemeente Zus of Zoo kan het er wel bij door." Het gevaar der concurrentie grijnst u tegen. Modes. Dames! Kan niemand ons hooren ? Zyn wy hier op deze Dames-pagina «onder ons meisjes?" Heusch? Zou ik het wagen?.... Ja? Zou ik? .... Ik heb iets op 't hart over uw kleeding, een uiterst intieme Inzonderheid, bestemd voor u Dames en voor u allén. Hetgeen ik vandaag met u wil bespreken, is even intiem als gewichtig. U hecht aan een goed figuur nietwaar? U heeft gevoel voor schoone vormen en een oog voor zuivere lynen ? Om de lynen van uw lichaam onberispelijk te vertoonen, om te woekeren met hetgeen moeder natuur u aan schoone vormen schonk, om haar te helpen of te verbeteren waar zy u misschien in dit opzicht een beetje stief moederlijk bedeelde^ moeten wij tot den kern der zaak doordringen en de kern ligt niet aan de oppervlakte. Over het algemeen moet ik rond-uit be kennen, dat wy Hollandsche vrouwen te weinig werk maken van onze onderkleeding, Hoe kan een sterk gegeerde rok ooit tot zijn recht komen, wanneer het nauwsluitend bovenkleed allerlei bochten, plooien, bulten en diktes van de onderlagen moet verbergen ? ! Tegen zulk een ondankbare taak is geen coupe hetzij Weener, Parijzer of Londensche opge wassen. Ten einde de meesterlijke coupe tot haar volle recht te doen komen, moet zij niet te worstelen hebben met zulke vyandely ke machten. Commenyons par Ie commencement. In plaats van de gewone flanellen, hoe goed ook getailleerd, is aan te raden het dragen van de zooveel vervaardigde, dunne, witte, wollen tricots, de zoogenaamde cornet-lijfjes, die men in den regel boven het corset draagt. Dit artikel zou ik twee verdiepingen willen laten zakken en daardoor bevorderen tot... première ! Flanellen maken plooien op de heupen en om het middel. De behagelyke, keurige witte tricots sluiten zich strak om het lichaam. Aanbeveling verdient ze niet al te kort te nemen, omdat zy dan «opkruipen" en in de wasch krimpen zy op den duur toch een beetje. Nummer twee moet by voorkeur vervaardigd worden uit zeer fijn madapolam; mag niet hooger reiken dan uw schouders. Asjeblieft niet tot aan den hals! en veilig met een grove katoenen band dichtgesjord.. . Fi donc ! fi donc ! Wy zyn niet in Siberiëen in dit luchtig, Arcadisch costuum waagt gy u immers niet langs 's heeren wegen ? Ettelijke lagen wol, zyde, laken, fluweel en bont kunnen uw blanke schouders en hals voldoende schut ten wanneer u buiten een Noorderbriesje gaat trotseeren. Dus nummer twee laag en afge werkt met een mooi feston of fijne linnen kant, daarin laat ik u vrij. Corset naar den eisch van uw licha: m ; i.i.'ig of hoog, u begrypt me wel nietwaar ? Geregen naar de wetten der hygiëne; ik zou niet gaarne in 't strijdperk treden met uw lijfarts. Over het corset een nauwsluitende, volmaakt goed gesneden ondertaille, bij voorkeur weer vervaardigd van fijn madapolam. Hoe veilig an rustig dat wy »onder ons meisjes" xiju en dat Professor Jaeger met zijn grauwe, on smakelijke Harlekyns-pakken u niet kan toe roepen, dat mijn roekeloosheid, u blootstfilt aan een rhumatiachen ouden dag ! De ondertaille iets hooger dan nomrner een en nommer twee. Véóral geen twee a drie verdiepingen vertoonen, wat slordig en hél leelijk is en de snit van uw japon niet ten goede kan komen. Onderrokken moeten breede, platte ceintuur banden hebben; iets wijder dan uw natuurlijke omvang, zoodat de rokken sluik en slank langs uw heupen vallen; mogen uw heupen meer de klassieke, Gneksche welving vertoo nen, dan de kaars rechte, mannelijke, helaas ! benyde heup der dochteren Albions. Het artikel dat echte vrouwen in flguurlyken zin nimmer wordt toegedicht, moet, ter verkryging van een zuiver harmonisch geheel, ook een goed snit hebben. C.U'incu. F" J?** s Octocto is toe s l i s t

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl