De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1900 15 juli pagina 4

15 juli 1900 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1203 Eagelsch. Slechts daar is een dergelijke ondersteuning mogelijk óók uitgaande van vereenigingen van klein-burgers, die voor «en zeer groot deel het ledental vormen der groote federaties van verbruiksvereenigingen. Vooral omdat de arbeidersbewe ging voor zoover ze in de groote Trade TJmons vertegenwoordigd is tot voor enkele jaren, eigenlijk niets anders was dan die van een klein-burgerlijke arbei ders-aristocratie, wier scharpe klasse-afschei ding met den belendenden winkelstand, klein-bedrijf, kleinambtenaren enz. zeer is uitgewischt. lu Duitschland bijvoorbeeld heeft zich het arbeiderscoutingent der op Engelsch voorbeeld door von Schulze Delitzech op gerichte consutnptief-proiuctieve vereeni gingen tot een minimum blijven bepalen en heeft tot voor kort de arbeidersbeweging een bepaald vijandige houding aangenomen tegenover de coöperatie in het algemeen. In ons land _precies hetzelfde. Ojk hier is de coöperatieve beweging van eenigen ouderdom zuiver klein-burgerlijk. (Eigen Hulp) en staat ze als zoodanig buiten het bereik van de sympathie der arbeiders. Niettegenstaande de hernieuwde opbloei in Engeland na 1844 SIM, is de cjoparatieve beweging ook daar niet weder geweest eene van de arbeiders als zoodanig. Is ze met andere woorden niet meer geweest re volutionair, maar min of meer behoudend, het bestaande bevestigende. Esn eigenaardig gevolg daarvan is de plaats die de coöperatie is gaan innemen op de programma's der radicale hervormers. Wij zagen in Duitschland reeds de SchultzeDdlitzsche stichtingen, en de prediking van dergelijke vinden wij in alle landen terug. En een niet minder eigenaardig verschijn sel is het, dat deze hervormers da coöpe ratie prediken als het middel bij uitnennndheid tot te voorschijn-roeping van den socialen vrede. De eerste stap op dien weg is volgens hen de eerste naar het Paradijs. Daar dit Paradijs evenwel een kapitalistisch Paradijs zal wezen, klinkt de preiiking aan~ de arbeiders wel wat naar die van den vos tot ds ganzen. Een volgend artikel zal naast deze de arbaidersbeschouwing over de zaak der coöperatie nagaan. Want deze laatste is voor Nederland vooral, dat juist een heel klein beeije vlam begon te vatten voor de eerste van niet geringe beteekenis. En voor wie in het aUerneen van de coöperatie als «joc'ale aangelegenheid'' eenig begrip wil hebben is het onontbeer'ijk haar te leeren kennen. (Slot volgt). H. 1) De Verbruikscoöparatie en de S. D A P. Uitgegeven door het party'bastuur der S. D. A. P. 1900. 2) Zie Beatrice Potter (airs. Sidney Webb). Cooperative movement in Britain, p. 45. 3) Ibidem p. 51 v.v. 4) El. Bsrnstein in Die Neue Zeit 1895-'96 I 271. tmniiiimniii Les Mitslqiies Bizarres, JÜDITH GAUTIER. par Een der grootste aantrekkelijkheden voor kunstzoskenden op de Parijsche tentoonstelling, vertelde my een Fransen schilder: oe sont en un mot les danscs du ventre." Hiermede be doelde hy' allerminst in het by'zonder de als dan ie du ventre bekend staande buikbeweging der Egyptische schoonen, mair in het algemeen alles wat men kan rangschikken onder de danses et mu;iq'i?s exotiques. En het is waar dat deze over het geheel in hunne rythmische bawegingen, hunne standen en gebaren, veel schooner zijn dan het onzinnig rond elkaar heen draaien onzer hèlendaagsche polka's, walsen en dergelyken. Leur danse commence" zegt Gustave Geffroy in zijn Entree des danseuses javanaises, une danse presq ie immobile qni consiste en poses, en marchss et en salutations." en iets verder: Toite une harmonie corporelle est iccluse en ces petits mouvemerits animaux, en ces nuancements d'expressions qu'expriment un port de lê:e, une fljxion dcis reins, un frisson dei jambes, un geste du bras et de la main. Het zyn deze dansen, die Judith Gautier, de bekende schrijfster, die ons door Fieurs d'Orient", Ie Dragoa Imperial" en meer an deren, het leven en de ceremoniën van het Oosten doet zien, in les Musiqu^s Bizarres'' bespreekt. Ontstaan wawschijnlyk uit impressie van schoonheid, die standen en bewegingen, houdingen en gebaren op haar maakten, schrijft zy niet een gering deel hiervan toe aan de alles begeleidende muziek, waarvan zij dan ook een paar voorbeelden in piano uittreksel aan hare beschouwingen toevoegt. Het eerste deeltje dezer Musiques Bizarres", waarin achtereen volgens zulleu verschijnen, musique Egyptienne, Chant Khédivial, les chants de Madagascar e. a. behandelt la danse j ivanaise en la danse du diable, en geelt een beschry'virig van de GamelanGoedji.n met hare verschillende instrumenten. Van de dans zelf zegt Judith Gautier o. a : Dés les premières sonorités, les danseuses commencent se mouvoir, avec des visages graves, des gestes lents et souples, les doigts cartés, des gestes d'incantations et de prières. E lies ressemblent ótonnamment aux déesses a buit bras, assises sur des lotus panouis. Elles dansent surtout d;s bras et l'ons'étonne vraiment, de ne leur voir que deux" Impassvbles, leurs longs cils pilpitants sur leurs yeux baisses, qui parfois, s'ouvrent brusq'iement laissant chapper un clair de passion, elles continuent leurs pisses lentes et myst rieuses, sur ce rythme cristallin, cette melodie qui chappe comme Ie dessin des ailes d'un papillen qui vole, que l'on suit pourtant sans se lasser et qui charme infiniment. Voor menigeen zullen deze uitgaafjes een welkome herinnering zy'n, waarbij ze in zich terug roepen veel schoons, dat bij het hooren der muz'ek weer levendig in hen wordt. E. W. P. Jr. KüstnaaliM in 4e mimi Voor fle knust" te Utrecht. Da laatste der keuze-*entoonstellin jen omvat thans alleen kunstnaaldwerk, gebatikte en gedrukte stoffen; blijkbaar is men hier dm van het oorspronkelijk plan om ook teekeningen in k'.eur, en pastels te exposeeren afgeweken. Op zich zelf is dit misschien niet kwaad, ind en slechts de verscheidenheid grooter ware. Nu bepsrkt deze zich tot een zes of zerental personen, wier wsrk volstrekt geen overzicht geeft van wat er op kunstnaaldwerkgebied ge presteerd kan wo-dan. Dat dit nog even als alle gebruikskunsten in zeer vervallen toestand ver keert, en men zich nog geen rekenschap heeft gege ren op welke gronden a'leen verbetering mogelgk is, en dat men aan verbetering der vormen ook terugkeering tot goede, eenvouiiger en en logischer techniek moet paren; hierop heb ben we vroeger in een bespreking van kunst en haar verband tot daonshandwerken reeds uitvoerig gewezen. Het meest degelijke lykt mij hier het werk van mevr. Derkinderen-8 )sier dat we kunnen beoorleelen o. a. uit een wiegskleedj i en een reticule. Vooral de laatste is goei door de kleine eenvoudige steekjes en versierinkj js die giheel voortkomen uit hst materiaal dat be werkt is. Kleine bloempjes en randjes, gecon stueerd uit de lynen die de weving van de stof meebracht. Dergelyk werk zagen wy' even eens van mevr. Dy-sselhoff-KeucheHiu', vindaar dat het jimmer is, het hier niet terug te vinden. Dit heeft iets vai hè: g>eda dat in enkele volkskunsten bewaard is gebleven; het m>oie o. a. van Armenisch wark en het landwerk uit H ingarye, gean virruo-iiteit, geen effect van schelle kleuren en vreemle vormen, maar eenvouiige, als vanzelf ontstane vormen in goede kleur-harmonie. Zeer verschillend is het werk van Mevr. Hoytena, dat in wy'ze van dojn aan Japansch mi schien herinnert, miar hier zeer ver van af staat. Bg Japansch borduu'werk, h-.t goede hieronder n.l. en daarain moeten we ons toch vasthouden, staat iedere draaft, juist op zijn plaats in de goede richting en is het maar niet een opvullen van een bepaal len vo-m Bij een geborduurden vogel, geefc iedere lyn de juiste plaats der veeren aan en is dit wel degelijk iets dit zeer nauwkeurig en nnt heel veel overleg moet geschieden. Eveneens heef. het werk van mej. E. van Kerkhoff dit gebrek dat de vorm te weinig verband houdt met de be werking, afgescheiden nog van kleur en com positie, die niet g-heel in den haak zijn. Heeft men een stof als laken of satijn bijv. waar de draa l niet op een b paalde bewerking wijst, dm zal men toch in de lijnen en groote ingevulde gedeelten, de teekening en uitvoering moeten doei samengaan. De een als gevolg van den ander In dit opzicht vertoont een kussen van Mej J. H. C S'.ou'jisdyk, waarvan de inge vulde gedeelten met de zoogenaainle Turksche steek gewerkt zijn en de Ijnen van een ge vlochten kjord, betere kwaliteiten. Tot dit weinige bemerkt zich de inzending der dam'shandsverken, misfcaien hebben we een enkele vergeten, wat dan toe te schrijven i-i, dat het door te weinig persoonlijke eige:iscaapp3n onze aandacht ontsnapte. Zeer aardig zy'n nog twej valle j-s, van aaneengeregen kralen, zooals we dat bij primitieve voKen zoo mooi kunnen vinden. Vin de overige inzei.din gen zijn de kleedjes van Mos-quita wel Int be langrijkst. Ammerkelijk beter zijn zy dan wat bij destijds by Gebr. Schiöler liet zien. De bloemetjes zijn tot ornament teru igebracht en deze eenvoudig tot composities gemaakt. Zeer goed is o a. een tafelkleedje in blauw en geel met wat groen, op grijs laken. Gebatikte stoffen zy'n hier alleen van Thorn Prikker en de werkplaa's der Arts and Graf s te Apeldoorn. Dit is zeer jtmmer want was er werk van Dijsselhoff of Lion Cache: dan zou nog duideUjker blijken hoe onbegrepen van ornament en procédédeze dingen zijn. Reeds vroeger wezen ?we er op dat batikken een procédéis, dat ook als zoo lanig slechts zijn waarde moet be houden, maar het schijnt dat men tegenwoordig, getuige mede eenige onbenullige dingen op de laats'.e Lucas-tentoonstelling, de belangrijkheid gaat zo'kjn in kleine toevalligheden, die Javaansche sarongs wel eens hebben, en zich gaat uitputten, de werkwyze op alle mogelijke stoffen toe te passen, alsof daarin de schoon heid gelegen was. Van de vorige tentoonstelling overgebleven is hier nog het beeldhouwwerk van mej. van Hall, waarvan we o.a. het zeer gevoelige bron zen beeldje .aanstipten en de inzending van Mendes da Costa met zijn Javaansche danse resjes en twee monumentale bronzen uiltjes die in ons vorig artikel ontsnapten. Van Tosrop zien we hier de Drie Bruiden weer eens terug en twee gepointilleerde schilderijen, een portret en een zeegezicht, beiden uit den laatsten tijd. Deze tentoonstelling blyft nog tot 22 Juli geopend. E. W. P. Jr. Japsche kunst, In het museum voor Kunstnijverheid te Haarlem zijn thans een aantal Japansche houtsneden tentoongesteld waarvan het be schouwen op zich zelf een genot is. Het is geen expositie die ons een overzicht geeft uit eenig tijdperk van Japansche kunst, noch ons wijst op de kenmerken eener bepiUde school; by' het meerendee! der platen zij i zelfs de namen der makers onvermeld, maar toch kunnen deze houtsneden ons weer d ien zien hoe goed de Japanners begrepen hebben, de eischen die men aan deze techniek moet stellen. Hier gaat de teekening geheel samen m 3t het procéd en is men niet door overgroote techni-che vaardigheid ontaard in het machinale zooals in de landen van Westersche beschaving. ledere techniek brengt als van zelf hare eigene wy'ze van werken mele, en aan een prent die van den lithographischen steen gedrukt wordt moet men geheel andere eischen stellen dan aan eene die haar ontstaan aan het houtblok te danken heeft. En hierin tast men nog wel eens mis, men vergt vaak nog, met niet te verontschuldigen oneerlijkheid, het onmogelijke van een procédéom den indruk ta weeg te brengen al ontstond de afbeelding op geheel andere wijze. Uit onze herinnering stippen we even aan, eenige zeer goede «pecimen van het werk van Kunioshi (1800?1861) en van Toyokuni wiens beste werk uit de periode van (1790 1810) dagteekent en die hier o. a. vertegen woordigd is door een triptichon waarop drie figuren onder een bloeienden kersenboom tegen een gryzen fond uitkomen. Jammer dat bij deze en enkele andere Iriptichons de deelen niet aan elkaar gehecht of aansluitend op n karton zy'n opgezet, waardoor men het geheel b;ter zou kunnen overzien. Van een zeer mooie golvenstudie en enkele theaterfiguren is ons nog een zeer sterke in druk bijgebleven. Al haalt deze tentoonstelling natnurly'k in de verste verte niet bij die welke verleden jaar, de ry'kdom van het Ethnografiich Museum te Leiien deed zien; bescheiden als zy is, vinden we hier toch veel schoons dat der moeite van een tocht naar Haarlem wel waard is. R. W. P. Jr. A qnol tient Vinférioritéfranfaise? par LÉON BALZAOETTB. Paris 1900. Indien ik mij wel herinner, is de schryver vroeger redacteur van een theojophisch ty tschrift geweest. Hoe het ook zij, op het oogenblik schrijft hy in dit boek voor iedereen heldere en scherp afgelynde begrippen neder. Volgens hem is het antwoord op bovenge noemde vraag, welke den titel van zijn boekje uitmaa'jt eenvoudig deze: Het catholicisme. De fout is begaan, meent hij, in de 16de eeuw, toen Frankryk de Hervorming heefi afgewezen en met Duitschland en de Scandina ische 'anden niet is meegegaan op hat spoor door Luther gewezen. En wanneer men hem Lodewijk XfV en Napoleon I tegenwerpt, antwoordt hij: Ce que l'on nomme communément gloire n'est en realitéq'ie trahison. Is u redeneert hij op de vo'gende manier. Het vrije onderzoek, dat was de voorwaarde der toekomst. O,u zyn bestaan te verzekeren, moest men tot eiken prijs het catholicisme verlafen. Frankrijk boo l weerstand. Frans I, Henri IV, Louis XtV zij werden de steunpilaren van Eome. Zij weiger.len binnen te gaan in de moderne wereld. Nalat Frankrijk de Her vorming heeft laten voorbijgaan, werd aan dat land eene tweede gelegenheid geboden, om zich vry' te maken, namelijk de Revolutie, maar ook van deze profiteerde het land niet en liet ze voorbijgaan. In de twee fundauenteele drama's van den modernen ty'd: de Hervorming en de R ;volutie triompheert ten slotte de Leugen : het edict van Na tes en de Herstelling van het Catho licisme door Napoleon. W:J de zonen van Voltaire? Oóh kom. Wij zijn de zonen der Kerk en ons lachend scep ticisme is niets anders dan de schors onzer mo-eele en geestelijke slaverny. Wij moeten oprecht zijn en de waarheid over onzen toestand verkondigen en tot eiken prijs uit de illusie geraken. Het vaderland heeft no'idig de waar heid te kennen en het is in zijn belang en strekt tot zijne waardigheid te weten hoe het de fouten zal herstellen of de wijze kennen om er n:et meer in te verrallen. Ja, niettegenstaande den i-chijn van het tegendeel, den glans der uiterlijkheden, niet tegenstaande onze buitengewone deugden, is de tegenwoordige fransche inferioriteit een feit en allén onze onbegrijpelijke kinderachtigheid verzet er zich tegen. Is het ziekte of verval van krachten, die oorzaak? is het verlamming, is het eene voorbijgaande crisis, of gaan wij het verval tegemoet ? IK weet het niet, zegt de heer Balzagette, en ik heb het hier niet na te gaan. Wij kunnen niet wor len genezen zoolang wij onze ziekte niet kennen en door gaan in dezen staat van onbewustheid, waarin wy leven, zoolang wij de zwakten van ons karakter en van onze hersens niet kenr.en. Wij zijn een volk, dat slecht en moeilijk denkt en onze tegenwoordigen toestand kan geresumeerd worden in deze woorden: ziekte, onverschilligheid van den zieke. Wij zijn een zieke natie, die voorgeeft gezond te zijn. Onlangs is er een boek van vier honderd bladzijden verschenen, waarin over de superiositeit der Angelsaksers wordt gesproken en breedvoerig wordt deze toegeschreven aan allerlei oorzaken. Maar het boek bevat geen enkel hoofistuk geen enkele syllabe over den godsdienst. Vreemd"! meent de heer Balzagette. Een bekend publicist meent onze kwalen door enkele wijzigingen in de wet te kunnen genezen. Eenige zi'tingen van de Kamer en wij zijn er we?r boven op. Neen, neen de kwaal zit dieper wy moeten ze in den grond in de wortels aantasten. Zoo redeneert hij. En nu komt de geschiedkundige kern, uit welke de auteur den boom van zijn boek laat opgroeien. De schitterende italiaansche periode van de veertiende eeuw b.v. was niets anders dan bedekte verdorvenheid. FLorenca's en Venetië's ro?in en glorie wis slechts schijn. Onder het uiterlijk van eene bloeiende gezondheid was Italiëin zijn binnenste aargetastdooreene kwaal, die geen pardon kent. Verdert! Verderf. Dat wa^ de ware toestand De grootheid van Genua en Milaan, van Rome in de veertiende eeuiv, zij was niets anders dan schijn en bedrog. Het zwijgend of vurig uitg°spri.ken protest van het Noorden tegen het bedrog van het Zuiden, was d-.; opstand van het oprechte tegen het listige, van het gezonde tegen het bedorvene. Vervolgens ontwikkelt hij de elementen in den geest der Hervorming en toont aan de hand van de Geschiedenis, hoe Franrois I de Hervorming weig'rde, Henri IV tot het oude g«loof terugkeerde en Louis XIV het edict van Nan'es herriep en hoe zij daardoor gro,e fouten begingen. Daarna wordt h°t mislukken der Revolutie betoogd, de verdei felijke gevolgen van den 18 Brumaire blootgelegd, waarvan de gevolgen wa ren, dat h;t catholicisme ten slotte zegevierend uit allen strijd te voorschijn kwam en Napoleon zijn beste promotor was. En nu de conclusie van den heer Balzagette: Dus wij Franschen zijn inférieur. Laten wij voor een oogenblik aannemen, dat Frankrijk inférieur aan andere volken is, dan heeft de auteur nog niet bewezen, dat daarvan zijn godsdienst de oorzaak is geweest. Er zou den andere oorzaken kunnen zijn, waarvan gods dienst en inferioriteit de gemeenschappelijke gevolgen zouden kunnen zijn. Verband tusschen godsdienst en inferioriteit is zeker moeielijk aan te toonen. Doch Frankryk is niet inferieur, maar tot nu toe superieur geweest aan de andere vol keren en al valt het niet te ontkennen dat in vele opzichten na het tijdperk van zijn hoogsten bloei onder Napoleon III het stadium zijner inferioriteit is aangevangen, het zou even moei lijk zijn te bewijzen dat Frankrijk zijn superi oriteit aan het catholicisme verschuldigd is, aan het catholicisme als zuivere godsdienst. Maar het is niet recht duidelijk hoe iemand een heel boek kan schrijven over de niet be wezen thesis van eene inferio; iteit der fransche natie, terwijl de feiten ze tegenspreken. Dat heeft iets van eene idee fixe. Heeft ooit een volk hooeer toppunt van glorie bereikt dan onder Louis XIV en Napoleon bereikt is? Waar zy'n er grootere beeldhouwers, grootere dichters, grootere redenaars, grootere prozaLten geweest? Staan de Fransche natuurkundigen, mathematici, geneeskund gen niet even hoog als de duitsche of de engelsche ? Behoort de wijs geer Descartes iiiet tot de grootste geesten die de menschheid heeft voortgebracht? Veldheeren als Turenne en Condé, waren zij niet even helderziende en doortastend als Gustaaf Adolf, Torstenson of de oude Frits? Het schouwspel der Revolutie is een der meest grootsche drama's die de historie heeft doen spelen. Het was een worsteling van titanen en titanische machten, beschenen met den rossen gloed van vlammende verdelging. Ik zoek en zoek maar vindt nergens de in ferioriteit. Oui, notre inferioritéplonge ses racines dans un passéplus q'ie tricentenaire. Oui, c'est en l'echec de la Relorme et en l'echec de la Revolution qu'üfaut chercher les sources de notre déchéance. C est parceque nous n'avons pas volu spirituellement et politiqaement, par ce que, nous sommes demeurés au fond, attachésa l'aucienne foi et a i'aucien régime, que dans Ie monde moderne nous faisons pauvre figure. Men moet maar durven. Niets is gemakke lijker te beweren dat het toppunt van hoogsten bloei eener natie, het toppunt van verderf, corruptie en inferioriteit is Men plaatst zich eenvoudig op een ander standpunt, dan zij, welke de dingen anders aanzien; men staat de evolutie zijner eigen ideeën toe. De hoogste glans is het dichtst bij de duisternis. DJCÜzoo houdt men nooit op, maar draait rond in een cercle vicieux En wanneer de schrijver als een der oorzaken van inferioriteit het uit het catholicisme voort vloeiende cesarisme noemt, zoo vergeet hy dat het protestantrcae Duitschland ook niet zoo ver van het cesarisme is verwijdard, vergeet hij dat het typische land van het cesarisme het niet-katholieke Husland is. Laten wij verder voor een oogenblik aannemen lo dat Frankrijk een inferieur land is, 2o dat de oorzaak dezer minderheid zijn katholicisme is, dan nog maakt de auteur den indruk van den putdemper nadat het arme dier is verdronken. Frankrijk moest de H;rrorming hebben aan genomen. Maar nu het dat niet heeft gedaan wat nu? Nu is het toch wel niet meer in den tijd om cog Lu'her's leer aan te nemen, zegt toch iemand dien de auteur niet bij name noemt: Les heures accordées aux nations pour se recceuiller et choisir leur voie sont comptées. D. w. z. is eenmaal de gelegenheid voorbij, dan valt er niet meer op terug te komen en deze waarheid geUt ook voor de individuen. Wat moet er dan gedaan worden? Il u'est qu'un mode de guerison en admettant qu'elle soit poss.ble: Ie renoucellement total. La médication doit :re proporüonnée au mal. Pour anèantir en nous les germes de mort il faut une régénération radicale une totale purification intérieur, une récolution de conscience. Terecht schijnt de auteur zelf te twyfelen of eene herleving der natie mogelyk is. Niemand kan zrggen wat er met dit land zal plaats grijpen. Slechts in groote lijnen en vo >rzichtig kan de toekomst voorspeld worden, niet de naaste maar de verre toekomst en men behoeft geen gtïispireerd profeet te zijn om vooruit te zeggen wat er eenmaal moet geschieden. Duitschland zal meer en meer aangroeien in bevolking en zal dus op den duur het stationnaire, ja, in bevolking achteruitgaende Frankrijk overvleu gelen en zijne zonen en dochters naar Galli zenden. Of' door den aanwas van du;tsch ele ment de fransche natie zal verjongd worden of te gronde gaan valt moeielijk te zeggen. Waarschijnlijk zal Europa tegen dien tijd d n Statenuond aanschouwen, waarvan reeds velen droomen en waaromtrent Lnroy Biaulieu on'angs reeds eenige denkbeelden heeft ten beste gegeven. In de laatste jaren is overal in Europa de toenadering tusschen katholieken en protestan ten grooter geworden, dan vroeger en gods dienstoorlogen schijnen voor alty'd eene onmo gelijkheid te zullen zy'n. Het christendom is in Europa versterkt, maar de menschen, die zich van het geloof afweidden, zijn talrijker gewor den. De grenzen van geloof en ongeloof worden duidelijker zicütbaar en de slotsom zal waar schijnlijk toch de terugkeer tot het geloof zijn, waar de menschelijke ziel, of liever gezegd de z el der volkeren schijnt niet buiten het geloof te kunnen. Er zit in het socialisme geen antigodsdienstig principe. D<i vijandschap der socialisten tegen den godsdienst is slechts tijdelijk en zal alleen duren zoolang de overwinning nog niet behaald i*. Is deze er eenmaal dan zullen ook de socialisten ieder naar zijne manier laten zalig worden zooals de oude Frits placht te zeggen. * * * Om met deze opmerkingen over het boek van den heer Balzagette te besluiten, zal men niet anders kunnen, dan aannemen, dat het op grove onwaarheid berust; dat zijne historische betogen zeer netjes en helder zyn uiteengezet, dat bij menig leerrijk woord over den geest en de gevolgen der hervorming van Luther en Calvijn heeft gezegd, maar dat zijn boek niet bewijst wat de auteur heeft willen bewijzen ; dat er weinig menschen zullen zijn welke van de inferioriteit der Fransche natie zullen over tuigd zijn, dat die andere auteur schrijvende over de superioriteit der angelsaksers en geen gewag makende van den godsdienst zeker dich ter bij de ware methode was dan de heer Balzagette. In de laatste jaren kan men het verschijnsel gadeslaan van den terugkeer t')t het geloof en den godsdienst van vele eminente mannen. Zij zijn daarom niet minder groot maar ook niet meer voor het oordeel der wereld. Eene andere vraag zou zijn of hunne godsdienstige gevoelens en ideeën aan hunne geesteshoedanigheden schade doen en dan komen we tot de zeer moeielijke vraag : is het geloof bevor derlijk voor den geest of niet. Doch het is hier de plaats niet om over deze questie verder uit te wijden. Ook de heer Balzagette alhoewel een helderen en precies gedachten volzin hanteerende, lykt me Liet de man, die eene psycho logie van het geloof zou kunnen geven en ook niemand waarschijnlijk in Nederland, want onze bekende wijsgeeren hebben zich op deze hoog vlakte niet kunnen bewegen. F. EKEKS. NIEUWE UITGAVEN. Geïllustreerd Weekb lad voor Fotografie, 7 e j aargang. No. 27. Apeldoorn, Laurens Hansma. De oorlog in Zuid-Afrika. De strijd tusschen Engeland en de verborden Boeren-R-ipublieken Transvaal en Orarje-Vrijstraat, in zij n verloop geschetst door L. PENNING. Afl 20 Rotterdam, D. A Daamen. A/brecM, Hertog in Snieren, Graaf van Holland, enz, binnen Enkhuizen in 1396, 8 lithographiën, door ETIENNE BOSCH Leiden, H. Kieijn. Letterkundig Maandschrift, 3e jaargang, 3e afl. Den Haag, M. v. d. Beek. »Iets over het voorgestelde toezicht of de Candidaat-Nutamsen en n der mislukte pogin gen voor een Ondersteuningffonds." Uitgegeven voor rekening van den schryver. Nederlandxehe Gkli op dn Parij-che tentoon stelling in TJOO. Amsterdam, C. L. G. Veldt. Beter zoo, door TIIÉEÈSE HOVEN. Amster dam, L. J. Veen. Ned. spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukdingen en gezegden, door Dr. F A. STOEIT, 3a en 4? afl. Zutphen, W. J. Taieme & Co. Sprookjes van H. C. Anderaen. Werelduitgave, geïllustreerd door HANS TAQMER, 2a deel. Amsterdam, Ssheltema & Holketna's Boek handel. Het Ltnd van Kruqer en Steyn, door J. N. VAN HESTEREN Afl. 7 Utrecht, Jac. C. van der Stal. Liatnte bladzijde onzer Nederlandiche-WestAfrikaansche Historie. (Met een gchetskaart), door J. P. SCHOEMAKEE. 's Hertogenbosch, J C. J. van Vryberghe de Coningh. Inhoud van Tijdschriften. ' E'yf.n Haard No. 28 : Het lot der Kinde ren, door Virginie Lnvelin?, \~'.. Hawaii, 't Paradijs van den Stillen Oceaan, door J. P. Roelofsz, met afbeeldingen. (Slot.) Flirtation, door Jeanne C. van L°ijden. De Collectie Six, door Jhr. B. W. F. van Riems dijk. De Brief, naar de schilderij van Gerard Torburg, in de Collectie-S'x te Amsterdam, met bijschrift. F. M. Knobel, MinisterResident van Nederland in Cnina, door d B V., met portret. In het land van Fritz Reuter, door G^ertruida Carelsen, met af beelding, I. J. D V. Werba^a, door J van R , met portret. Verscheidenheid. Feuilleton. 40 cents per regel. a s.4o en hooier 14 Meter Franco en vry van Invoerrechten toegezonden ! Stalen ommagaand ; evenzoo van zwarte witte en gekleurde , Ilenneberer-ZUde" van 45 et. tot fl 11.1O per Meter. G. Henneberg, Zijde Fabr. (k. &. k. Hofl.), Zürich. Hoofd-Depöt VAN Dr. JAEGER'S ORIG. Bormaal-WölartMuL K. F. DEÜSCHLE-BENOEB, Amsterdam, Kalverstr. 157. Eenig specialiteit in deze artikelen in geheel Nederl. Piano-, Orpl- ea MnzteUanlel EYROOS * K ALS HOVEN, Arnhem, Koningsplein. VLEUGELS en PIANINO'S in Koop en in Huur. Repareeren Stemmen Ruilen. VICTÖRIAWATER. NAAR Nieuwendam. Schellingwoude, Oranje Sluizen. Eiland Marken. Zorgvliet. 't Kalfje, Ouderkerk, Uithoorn, PLEIZIERTOCHTJES, Voor het maken hiervin is een prachtig ingericht STOOJIJACIIT dagelijks (be halve Zondags) te b u u r. Te bevragen Kantoor Haven-Stoombootdienst, 127 O. Z. Voorburgwal, Amsterdam. Interc. Telefoon 684. De behandeling van Jlcnt, Rhenmatiek, Piszure Diathese, Nier- en Blaaslijden, Suikerziekte is de speci aliteit van het Bad Assmannshausen a/Rhy'n. Prospectus over de drinkkuren in huis en het gebruik er van in Bad Assmannshausen verzendt d.e BRONNEN-DIRECTIE.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl