Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1203
Eagelsch. Slechts daar is een dergelijke
ondersteuning mogelijk óók uitgaande van
vereenigingen van klein-burgers, die voor
«en zeer groot deel het ledental vormen
der groote federaties van
verbruiksvereenigingen. Vooral omdat de arbeidersbewe
ging voor zoover ze in de groote Trade
TJmons vertegenwoordigd is tot voor
enkele jaren, eigenlijk niets anders was
dan die van een klein-burgerlijke arbei
ders-aristocratie, wier scharpe klasse-afschei
ding met den belendenden winkelstand,
klein-bedrijf, kleinambtenaren enz. zeer is
uitgewischt.
lu Duitschland bijvoorbeeld heeft zich
het arbeiderscoutingent der op Engelsch
voorbeeld door von Schulze Delitzech op
gerichte consutnptief-proiuctieve vereeni
gingen tot een minimum blijven bepalen en
heeft tot voor kort de arbeidersbeweging
een bepaald vijandige houding aangenomen
tegenover de coöperatie in het algemeen.
In ons land _precies hetzelfde. Ojk hier is
de coöperatieve beweging van eenigen
ouderdom zuiver klein-burgerlijk. (Eigen
Hulp) en staat ze als zoodanig buiten het
bereik van de sympathie der arbeiders.
Niettegenstaande de hernieuwde opbloei
in Engeland na 1844 SIM, is de
cjoparatieve beweging ook daar niet weder geweest
eene van de arbeiders als zoodanig. Is ze
met andere woorden niet meer geweest re
volutionair, maar min of meer behoudend,
het bestaande bevestigende.
Esn eigenaardig gevolg daarvan is de
plaats die de coöperatie is gaan innemen
op de programma's der radicale hervormers.
Wij zagen in Duitschland reeds de
SchultzeDdlitzsche stichtingen, en de prediking van
dergelijke vinden wij in alle landen terug.
En een niet minder eigenaardig verschijn
sel is het, dat deze hervormers da coöpe
ratie prediken als het middel bij
uitnennndheid tot te voorschijn-roeping van den
socialen vrede. De eerste stap op dien
weg is volgens hen de eerste naar het
Paradijs. Daar dit Paradijs evenwel een
kapitalistisch Paradijs zal wezen, klinkt
de preiiking aan~ de arbeiders wel wat
naar die van den vos tot ds ganzen. Een
volgend artikel zal naast deze de
arbaidersbeschouwing over de zaak der
coöperatie nagaan. Want deze laatste is
voor Nederland vooral, dat juist een heel
klein beeije vlam begon te vatten voor de
eerste van niet geringe beteekenis. En voor
wie in het aUerneen van de coöperatie
als «joc'ale aangelegenheid'' eenig begrip
wil hebben is het onontbeer'ijk haar te
leeren kennen.
(Slot volgt). H.
1) De Verbruikscoöparatie en de S. D A P.
Uitgegeven door het party'bastuur der S. D. A. P.
1900.
2) Zie Beatrice Potter (airs. Sidney Webb).
Cooperative movement in Britain, p. 45.
3) Ibidem p. 51 v.v.
4) El. Bsrnstein in Die Neue Zeit 1895-'96
I 271.
tmniiiimniii
Les Mitslqiies Bizarres,
JÜDITH GAUTIER.
par
Een der grootste aantrekkelijkheden voor
kunstzoskenden op de Parijsche tentoonstelling,
vertelde my een Fransen schilder: oe sont en
un mot les danscs du ventre." Hiermede be
doelde hy' allerminst in het by'zonder de als
dan ie du ventre bekend staande buikbeweging
der Egyptische schoonen, mair in het algemeen
alles wat men kan rangschikken onder de danses
et mu;iq'i?s exotiques. En het is waar dat
deze over het geheel in hunne rythmische
bawegingen, hunne standen en gebaren, veel
schooner zijn dan het onzinnig rond elkaar
heen draaien onzer hèlendaagsche polka's, walsen
en dergelyken. Leur danse commence" zegt
Gustave Geffroy in zijn Entree des danseuses
javanaises, une danse presq ie immobile qni
consiste en poses, en marchss et en salutations."
en iets verder: Toite une harmonie corporelle
est iccluse en ces petits mouvemerits animaux,
en ces nuancements d'expressions qu'expriment
un port de lê:e, une fljxion dcis reins, un
frisson dei jambes, un geste du bras et de
la main.
Het zyn deze dansen, die Judith Gautier,
de bekende schrijfster, die ons door Fieurs
d'Orient", Ie Dragoa Imperial" en meer an
deren, het leven en de ceremoniën van het
Oosten doet zien, in les Musiqu^s Bizarres''
bespreekt. Ontstaan wawschijnlyk uit impressie
van schoonheid, die standen en bewegingen,
houdingen en gebaren op haar maakten, schrijft
zy niet een gering deel hiervan toe aan de
alles begeleidende muziek, waarvan zij dan ook
een paar voorbeelden in piano uittreksel aan
hare beschouwingen toevoegt. Het eerste deeltje
dezer Musiques Bizarres", waarin achtereen
volgens zulleu verschijnen, musique Egyptienne,
Chant Khédivial, les chants de Madagascar e. a.
behandelt la danse j ivanaise en la danse du
diable, en geelt een beschry'virig van de
GamelanGoedji.n met hare verschillende instrumenten.
Van de dans zelf zegt Judith Gautier o. a :
Dés les premières sonorités, les danseuses
commencent se mouvoir, avec des visages
graves, des gestes lents et souples, les doigts
cartés, des gestes d'incantations et de prières.
E lies ressemblent ótonnamment aux déesses a
buit bras, assises sur des lotus panouis. Elles
dansent surtout d;s bras et l'ons'étonne
vraiment, de ne leur voir que deux"
Impassvbles, leurs longs cils pilpitants sur
leurs yeux baisses, qui parfois, s'ouvrent
brusq'iement laissant chapper un clair de passion,
elles continuent leurs pisses lentes et myst
rieuses, sur ce rythme cristallin, cette melodie
qui chappe comme Ie dessin des ailes d'un
papillen qui vole, que l'on suit pourtant sans
se lasser et qui charme infiniment.
Voor menigeen zullen deze uitgaafjes een
welkome herinnering zy'n, waarbij ze in zich
terug roepen veel schoons, dat bij het hooren
der muz'ek weer levendig in hen wordt.
E. W. P. Jr.
KüstnaaliM in 4e mimi Voor
fle knust" te Utrecht.
Da laatste der keuze-*entoonstellin jen omvat
thans alleen kunstnaaldwerk, gebatikte en
gedrukte stoffen; blijkbaar is men hier dm
van het oorspronkelijk plan om ook teekeningen
in k'.eur, en pastels te exposeeren afgeweken.
Op zich zelf is dit misschien niet kwaad, ind en
slechts de verscheidenheid grooter ware. Nu
bepsrkt deze zich tot een zes of zerental
personen, wier wsrk volstrekt geen overzicht
geeft van wat er op kunstnaaldwerkgebied ge
presteerd kan wo-dan. Dat dit nog even als alle
gebruikskunsten in zeer vervallen toestand ver
keert, en men zich nog geen rekenschap heeft
gege ren op welke gronden a'leen verbetering
mogelgk is, en dat men aan verbetering der vormen
ook terugkeering tot goede, eenvouiiger en
en logischer techniek moet paren; hierop heb
ben we vroeger in een bespreking van kunst
en haar verband tot daonshandwerken reeds
uitvoerig gewezen.
Het meest degelijke lykt mij hier het werk
van mevr. Derkinderen-8 )sier dat we kunnen
beoorleelen o. a. uit een wiegskleedj i en een
reticule. Vooral de laatste is goei door de
kleine eenvoudige steekjes en versierinkj js die
giheel voortkomen uit hst materiaal dat be
werkt is. Kleine bloempjes en randjes, gecon
stueerd uit de lynen die de weving van de
stof meebracht. Dergelyk werk zagen wy' even
eens van mevr. Dy-sselhoff-KeucheHiu', vindaar
dat het jimmer is, het hier niet terug te vinden.
Dit heeft iets vai hè: g>eda dat in enkele
volkskunsten bewaard is gebleven; het m>oie
o. a. van Armenisch wark en het landwerk uit
H ingarye, gean virruo-iiteit, geen effect van
schelle kleuren en vreemle vormen, maar
eenvouiige, als vanzelf ontstane vormen in goede
kleur-harmonie.
Zeer verschillend is het werk van Mevr.
Hoytena, dat in wy'ze van dojn aan Japansch
mi schien herinnert, miar hier zeer ver van af
staat. Bg Japansch borduu'werk, h-.t goede
hieronder n.l. en daarain moeten we ons toch
vasthouden, staat iedere draaft, juist op zijn
plaats in de goede richting en is het maar niet
een opvullen van een bepaal len vo-m Bij een
geborduurden vogel, geefc iedere lyn de juiste
plaats der veeren aan en is dit wel degelijk
iets dit zeer nauwkeurig en nnt heel veel
overleg moet geschieden. Eveneens heef. het
werk van mej. E. van Kerkhoff dit gebrek dat
de vorm te weinig verband houdt met de be
werking, afgescheiden nog van kleur en com
positie, die niet g-heel in den haak zijn. Heeft
men een stof als laken of satijn bijv. waar de
draa l niet op een b paalde bewerking wijst, dm
zal men toch in de lijnen en groote ingevulde
gedeelten, de teekening en uitvoering moeten
doei samengaan. De een als gevolg van den
ander In dit opzicht vertoont een kussen van
Mej J. H. C S'.ou'jisdyk, waarvan de inge
vulde gedeelten met de zoogenaainle Turksche
steek gewerkt zijn en de Ijnen van een ge
vlochten kjord, betere kwaliteiten.
Tot dit weinige bemerkt zich de inzending
der dam'shandsverken, misfcaien hebben we
een enkele vergeten, wat dan toe te schrijven
i-i, dat het door te weinig persoonlijke
eige:iscaapp3n onze aandacht ontsnapte. Zeer aardig
zy'n nog twej valle j-s, van aaneengeregen
kralen, zooals we dat bij primitieve voKen zoo
mooi kunnen vinden. Vin de overige inzei.din
gen zijn de kleedjes van Mos-quita wel Int be
langrijkst. Ammerkelijk beter zijn zy dan wat
bij destijds by Gebr. Schiöler liet zien. De
bloemetjes zijn tot ornament teru igebracht en
deze eenvoudig tot composities gemaakt. Zeer
goed is o a. een tafelkleedje in blauw en geel
met wat groen, op grijs laken. Gebatikte stoffen
zy'n hier alleen van Thorn Prikker en de
werkplaa's der Arts and Graf s te Apeldoorn.
Dit is zeer jtmmer want was er werk van
Dijsselhoff of Lion Cache: dan zou nog
duideUjker blijken hoe onbegrepen van ornament en
procédédeze dingen zijn. Reeds vroeger wezen
?we er op dat batikken een procédéis, dat ook
als zoo lanig slechts zijn waarde moet be
houden, maar het schijnt dat men tegenwoordig,
getuige mede eenige onbenullige dingen op de
laats'.e Lucas-tentoonstelling, de belangrijkheid
gaat zo'kjn in kleine toevalligheden, die
Javaansche sarongs wel eens hebben, en zich
gaat uitputten, de werkwyze op alle mogelijke
stoffen toe te passen, alsof daarin de schoon
heid gelegen was.
Van de vorige tentoonstelling overgebleven
is hier nog het beeldhouwwerk van mej. van
Hall, waarvan we o.a. het zeer gevoelige bron
zen beeldje .aanstipten en de inzending van
Mendes da Costa met zijn Javaansche danse
resjes en twee monumentale bronzen uiltjes
die in ons vorig artikel ontsnapten. Van Tosrop
zien we hier de Drie Bruiden weer eens terug
en twee gepointilleerde schilderijen, een portret
en een zeegezicht, beiden uit den laatsten tijd.
Deze tentoonstelling blyft nog tot 22 Juli
geopend.
E. W. P. Jr.
Japsche kunst,
In het museum voor Kunstnijverheid te
Haarlem zijn thans een aantal Japansche
houtsneden tentoongesteld waarvan het be
schouwen op zich zelf een genot is. Het is
geen expositie die ons een overzicht geeft uit
eenig tijdperk van Japansche kunst, noch ons
wijst op de kenmerken eener bepiUde school;
by' het meerendee! der platen zij i zelfs de
namen der makers onvermeld, maar toch kunnen
deze houtsneden ons weer d ien zien hoe goed
de Japanners begrepen hebben, de eischen die
men aan deze techniek moet stellen. Hier
gaat de teekening geheel samen m 3t het procéd
en is men niet door overgroote techni-che
vaardigheid ontaard in het machinale zooals in
de landen van Westersche beschaving. ledere
techniek brengt als van zelf hare eigene wy'ze
van werken mele, en aan een prent die van
den lithographischen steen gedrukt wordt moet
men geheel andere eischen stellen dan aan
eene die haar ontstaan aan het houtblok te
danken heeft. En hierin tast men nog wel
eens mis, men vergt vaak nog, met niet te
verontschuldigen oneerlijkheid, het onmogelijke
van een procédéom den indruk ta weeg te
brengen al ontstond de afbeelding op geheel
andere wijze.
Uit onze herinnering stippen we even aan,
eenige zeer goede «pecimen van het werk van
Kunioshi (1800?1861) en van Toyokuni
wiens beste werk uit de periode van (1790
1810) dagteekent en die hier o. a. vertegen
woordigd is door een triptichon waarop drie
figuren onder een bloeienden kersenboom tegen
een gryzen fond uitkomen. Jammer dat bij
deze en enkele andere Iriptichons de deelen
niet aan elkaar gehecht of aansluitend op n
karton zy'n opgezet, waardoor men het geheel
b;ter zou kunnen overzien.
Van een zeer mooie golvenstudie en enkele
theaterfiguren is ons nog een zeer sterke in
druk bijgebleven. Al haalt deze tentoonstelling
natnurly'k in de verste verte niet bij die welke
verleden jaar, de ry'kdom van het Ethnografiich
Museum te Leiien deed zien; bescheiden als
zy is, vinden we hier toch veel schoons dat
der moeite van een tocht naar Haarlem wel
waard is.
R. W. P. Jr.
A qnol tient Vinférioritéfranfaise? par
LÉON BALZAOETTB. Paris 1900.
Indien ik mij wel herinner, is de schryver
vroeger redacteur van een theojophisch ty tschrift
geweest. Hoe het ook zij, op het oogenblik schrijft
hy in dit boek voor iedereen heldere en scherp
afgelynde begrippen neder.
Volgens hem is het antwoord op bovenge
noemde vraag, welke den titel van zijn boekje
uitmaa'jt eenvoudig deze: Het catholicisme. De
fout is begaan, meent hij, in de 16de eeuw,
toen Frankryk de Hervorming heefi afgewezen
en met Duitschland en de Scandina ische 'anden
niet is meegegaan op hat spoor door Luther
gewezen. En wanneer men hem Lodewijk XfV
en Napoleon I tegenwerpt, antwoordt hij: Ce
que l'on nomme communément gloire n'est en
realitéq'ie trahison. Is u redeneert hij op de
vo'gende manier.
Het vrije onderzoek, dat was de voorwaarde
der toekomst. O,u zyn bestaan te verzekeren,
moest men tot eiken prijs het catholicisme
verlafen. Frankrijk boo l weerstand. Frans I,
Henri IV, Louis XtV zij werden de steunpilaren
van Eome. Zij weiger.len binnen te gaan in
de moderne wereld. Nalat Frankrijk de Her
vorming heeft laten voorbijgaan, werd aan dat
land eene tweede gelegenheid geboden, om zich
vry' te maken, namelijk de Revolutie, maar ook
van deze profiteerde het land niet en liet ze
voorbijgaan.
In de twee fundauenteele drama's van den
modernen ty'd: de Hervorming en de R ;volutie
triompheert ten slotte de Leugen : het edict
van Na tes en de Herstelling van het Catho
licisme door Napoleon.
W:J de zonen van Voltaire? Oóh kom. Wij
zijn de zonen der Kerk en ons lachend scep
ticisme is niets anders dan de schors onzer
mo-eele en geestelijke slaverny. Wij moeten
oprecht zijn en de waarheid over onzen toestand
verkondigen en tot eiken prijs uit de illusie
geraken. Het vaderland heeft no'idig de waar
heid te kennen en het is in zijn belang en
strekt tot zijne waardigheid te weten hoe het
de fouten zal herstellen of de wijze kennen
om er n:et meer in te verrallen.
Ja, niettegenstaande den i-chijn van het
tegendeel, den glans der uiterlijkheden, niet
tegenstaande onze buitengewone deugden, is
de tegenwoordige fransche inferioriteit een feit
en allén onze onbegrijpelijke kinderachtigheid
verzet er zich tegen. Is het ziekte of verval
van krachten, die oorzaak? is het verlamming,
is het eene voorbijgaande crisis, of gaan wij
het verval tegemoet ? IK weet het niet, zegt
de heer Balzagette, en ik heb het hier niet
na te gaan. Wij kunnen niet wor len genezen
zoolang wij onze ziekte niet kennen en door
gaan in dezen staat van onbewustheid, waarin
wy leven, zoolang wij de zwakten van ons
karakter en van onze hersens niet kenr.en.
Wij zijn een volk, dat slecht en moeilijk
denkt en onze tegenwoordigen toestand kan
geresumeerd worden in deze woorden: ziekte,
onverschilligheid van den zieke. Wij zijn een
zieke natie, die voorgeeft gezond te zijn.
Onlangs is er een boek van vier honderd
bladzijden verschenen, waarin over de
superiositeit der Angelsaksers wordt gesproken en
breedvoerig wordt deze toegeschreven aan
allerlei oorzaken. Maar het boek bevat geen
enkel hoofistuk geen enkele syllabe over den
godsdienst. Vreemd"! meent de heer Balzagette.
Een bekend publicist meent onze kwalen door
enkele wijzigingen in de wet te kunnen genezen.
Eenige zi'tingen van de Kamer en wij zijn er
we?r boven op.
Neen, neen de kwaal zit dieper wy moeten
ze in den grond in de wortels aantasten. Zoo
redeneert hij.
En nu komt de geschiedkundige kern, uit
welke de auteur den boom van zijn boek laat
opgroeien. De schitterende italiaansche periode
van de veertiende eeuw b.v. was niets anders
dan bedekte verdorvenheid. FLorenca's en
Venetië's ro?in en glorie wis slechts schijn. Onder
het uiterlijk van eene bloeiende gezondheid
was Italiëin zijn binnenste aargetastdooreene
kwaal, die geen pardon kent. Verdert! Verderf.
Dat wa^ de ware toestand De grootheid van
Genua en Milaan, van Rome in de veertiende
eeuiv, zij was niets anders dan schijn en bedrog.
Het zwijgend of vurig uitg°spri.ken protest
van het Noorden tegen het bedrog van het
Zuiden, was d-.; opstand van het oprechte tegen
het listige, van het gezonde tegen het
bedorvene.
Vervolgens ontwikkelt hij de elementen in
den geest der Hervorming en toont aan de
hand van de Geschiedenis, hoe Franrois I de
Hervorming weig'rde, Henri IV tot het oude
g«loof terugkeerde en Louis XIV het edict van
Nan'es herriep en hoe zij daardoor gro,e fouten
begingen.
Daarna wordt h°t mislukken der Revolutie
betoogd, de verdei felijke gevolgen van den 18
Brumaire blootgelegd, waarvan de gevolgen wa
ren, dat h;t catholicisme ten slotte zegevierend
uit allen strijd te voorschijn kwam en Napoleon
zijn beste promotor was.
En nu de conclusie van den heer Balzagette:
Dus wij Franschen zijn inférieur.
Laten wij voor een oogenblik aannemen, dat
Frankrijk inférieur aan andere volken is, dan
heeft de auteur nog niet bewezen, dat daarvan
zijn godsdienst de oorzaak is geweest. Er zou
den andere oorzaken kunnen zijn, waarvan gods
dienst en inferioriteit de gemeenschappelijke
gevolgen zouden kunnen zijn. Verband tusschen
godsdienst en inferioriteit is zeker moeielijk
aan te toonen.
Doch Frankryk is niet inferieur, maar tot
nu toe superieur geweest aan de andere vol
keren en al valt het niet te ontkennen dat in
vele opzichten na het tijdperk van zijn hoogsten
bloei onder Napoleon III het stadium zijner
inferioriteit is aangevangen, het zou even moei
lijk zijn te bewijzen dat Frankrijk zijn superi
oriteit aan het catholicisme verschuldigd is, aan
het catholicisme als zuivere godsdienst.
Maar het is niet recht duidelijk hoe iemand
een heel boek kan schrijven over de niet be
wezen thesis van eene inferio; iteit der fransche
natie, terwijl de feiten ze tegenspreken.
Dat heeft iets van eene idee fixe. Heeft
ooit een volk hooeer toppunt van glorie bereikt
dan onder Louis XIV en Napoleon bereikt is?
Waar zy'n er grootere beeldhouwers, grootere
dichters, grootere redenaars, grootere prozaLten
geweest? Staan de Fransche natuurkundigen,
mathematici, geneeskund gen niet even hoog als
de duitsche of de engelsche ? Behoort de wijs
geer Descartes iiiet tot de grootste geesten die
de menschheid heeft voortgebracht? Veldheeren
als Turenne en Condé, waren zij niet even
helderziende en doortastend als Gustaaf Adolf,
Torstenson of de oude Frits? Het schouwspel
der Revolutie is een der meest grootsche drama's
die de historie heeft doen spelen. Het was een
worsteling van titanen en titanische machten,
beschenen met den rossen gloed van vlammende
verdelging.
Ik zoek en zoek maar vindt nergens de in
ferioriteit.
Oui, notre inferioritéplonge ses racines dans
un passéplus q'ie tricentenaire. Oui, c'est en
l'echec de la Relorme et en l'echec de la
Revolution qu'üfaut chercher les sources de notre
déchéance.
C est parceque nous n'avons pas volu
spirituellement et politiqaement, par ce que, nous
sommes demeurés au fond, attachésa l'aucienne
foi et a i'aucien régime, que dans Ie monde
moderne nous faisons pauvre figure.
Men moet maar durven. Niets is gemakke
lijker te beweren dat het toppunt van hoogsten
bloei eener natie, het toppunt van verderf,
corruptie en inferioriteit is Men plaatst zich
eenvoudig op een ander standpunt, dan zij, welke
de dingen anders aanzien; men staat de evolutie
zijner eigen ideeën toe. De hoogste glans is
het dichtst bij de duisternis. DJCÜzoo houdt
men nooit op, maar draait rond in een cercle
vicieux
En wanneer de schrijver als een der oorzaken
van inferioriteit het uit het catholicisme voort
vloeiende cesarisme noemt, zoo vergeet hy dat
het protestantrcae Duitschland ook niet zoo
ver van het cesarisme is verwijdard, vergeet hij
dat het typische land van het cesarisme het
niet-katholieke Husland is.
Laten wij verder voor een oogenblik aannemen
lo dat Frankrijk een inferieur land is, 2o dat
de oorzaak dezer minderheid zijn katholicisme
is, dan nog maakt de auteur den indruk van den
putdemper nadat het arme dier is verdronken.
Frankrijk moest de H;rrorming hebben aan
genomen. Maar nu het dat niet heeft gedaan
wat nu? Nu is het toch wel niet meer in den
tijd om cog Lu'her's leer aan te nemen, zegt
toch iemand dien de auteur niet bij name noemt:
Les heures accordées aux nations pour se
recceuiller et choisir leur voie sont comptées. D.
w. z. is eenmaal de gelegenheid voorbij, dan
valt er niet meer op terug te komen en deze
waarheid geUt ook voor de individuen.
Wat moet er dan gedaan worden?
Il u'est qu'un mode de guerison en admettant
qu'elle soit poss.ble: Ie renoucellement total.
La médication doit :re proporüonnée au mal.
Pour anèantir en nous les germes de mort il
faut une régénération radicale une totale
purification intérieur, une récolution de conscience.
Terecht schijnt de auteur zelf te twyfelen of
eene herleving der natie mogelyk is. Niemand
kan zrggen wat er met dit land zal plaats
grijpen. Slechts in groote lijnen en vo >rzichtig
kan de toekomst voorspeld worden, niet de naaste
maar de verre toekomst en men behoeft geen
gtïispireerd profeet te zijn om vooruit te zeggen
wat er eenmaal moet geschieden. Duitschland
zal meer en meer aangroeien in bevolking en
zal dus op den duur het stationnaire, ja, in
bevolking achteruitgaende Frankrijk overvleu
gelen en zijne zonen en dochters naar Galli
zenden. Of' door den aanwas van du;tsch ele
ment de fransche natie zal verjongd worden
of te gronde gaan valt moeielijk te zeggen.
Waarschijnlijk zal Europa tegen dien tijd d n
Statenuond aanschouwen, waarvan reeds velen
droomen en waaromtrent Lnroy Biaulieu on'angs
reeds eenige denkbeelden heeft ten beste
gegeven.
In de laatste jaren is overal in Europa de
toenadering tusschen katholieken en protestan
ten grooter geworden, dan vroeger en gods
dienstoorlogen schijnen voor alty'd eene onmo
gelijkheid te zullen zy'n. Het christendom is in
Europa versterkt, maar de menschen, die zich
van het geloof afweidden, zijn talrijker gewor
den. De grenzen van geloof en ongeloof worden
duidelijker zicütbaar en de slotsom zal waar
schijnlijk toch de terugkeer tot het geloof zijn,
waar de menschelijke ziel, of liever gezegd de
z el der volkeren schijnt niet buiten het geloof
te kunnen.
Er zit in het socialisme geen
antigodsdienstig principe. D<i vijandschap der socialisten
tegen den godsdienst is slechts tijdelijk en zal
alleen duren zoolang de overwinning nog niet
behaald i*. Is deze er eenmaal dan zullen ook
de socialisten ieder naar zijne manier laten
zalig worden zooals de oude Frits placht te
zeggen.
* *
*
Om met deze opmerkingen over het boek
van den heer Balzagette te besluiten, zal men
niet anders kunnen, dan aannemen, dat het op
grove onwaarheid berust; dat zijne historische
betogen zeer netjes en helder zyn uiteengezet,
dat bij menig leerrijk woord over den geest en
de gevolgen der hervorming van Luther en
Calvijn heeft gezegd, maar dat zijn boek niet
bewijst wat de auteur heeft willen bewijzen ;
dat er weinig menschen zullen zijn welke van
de inferioriteit der Fransche natie zullen over
tuigd zijn, dat die andere auteur schrijvende
over de superioriteit der angelsaksers en geen
gewag makende van den godsdienst zeker dich
ter bij de ware methode was dan de heer
Balzagette.
In de laatste jaren kan men het verschijnsel
gadeslaan van den terugkeer t')t het geloof en
den godsdienst van vele eminente mannen.
Zij zijn daarom niet minder groot maar ook
niet meer voor het oordeel der wereld. Eene
andere vraag zou zijn of hunne godsdienstige
gevoelens en ideeën aan hunne
geesteshoedanigheden schade doen en dan komen we tot
de zeer moeielijke vraag : is het geloof bevor
derlijk voor den geest of niet. Doch het is
hier de plaats niet om over deze questie verder
uit te wijden. Ook de heer Balzagette alhoewel
een helderen en precies gedachten volzin
hanteerende, lykt me Liet de man, die eene psycho
logie van het geloof zou kunnen geven en ook
niemand waarschijnlijk in Nederland, want onze
bekende wijsgeeren hebben zich op deze hoog
vlakte niet kunnen bewegen.
F. EKEKS.
NIEUWE UITGAVEN.
Geïllustreerd Weekb lad voor Fotografie, 7 e j
aargang. No. 27. Apeldoorn, Laurens Hansma.
De oorlog in Zuid-Afrika. De strijd tusschen
Engeland en de verborden Boeren-R-ipublieken
Transvaal en Orarje-Vrijstraat, in zij n verloop
geschetst door L. PENNING. Afl 20 Rotterdam,
D. A Daamen.
A/brecM, Hertog in Snieren, Graaf van
Holland, enz, binnen Enkhuizen in 1396, 8
lithographiën, door ETIENNE BOSCH Leiden,
H. Kieijn.
Letterkundig Maandschrift, 3e jaargang, 3e
afl. Den Haag, M. v. d. Beek.
»Iets over het voorgestelde toezicht of de
Candidaat-Nutamsen en n der mislukte pogin
gen voor een Ondersteuningffonds." Uitgegeven
voor rekening van den schryver.
Nederlandxehe Gkli op dn Parij-che tentoon
stelling in TJOO. Amsterdam, C. L. G. Veldt.
Beter zoo, door TIIÉEÈSE HOVEN. Amster
dam, L. J. Veen.
Ned. spreekwoorden, spreekwijzen,
uitdrukdingen en gezegden, door Dr. F A. STOEIT,
3a en 4? afl. Zutphen, W. J. Taieme & Co.
Sprookjes van H. C. Anderaen.
Werelduitgave, geïllustreerd door HANS TAQMER, 2a deel.
Amsterdam, Ssheltema & Holketna's Boek
handel.
Het Ltnd van Kruqer en Steyn, door J. N.
VAN HESTEREN Afl. 7 Utrecht, Jac. C. van
der Stal.
Liatnte bladzijde onzer
Nederlandiche-WestAfrikaansche Historie. (Met een gchetskaart),
door J. P. SCHOEMAKEE. 's Hertogenbosch,
J C. J. van Vryberghe de Coningh.
Inhoud van Tijdschriften. '
E'yf.n Haard No. 28 : Het lot der Kinde
ren, door Virginie Lnvelin?, \~'.. Hawaii,
't Paradijs van den Stillen Oceaan, door J. P.
Roelofsz, met afbeeldingen. (Slot.)
Flirtation, door Jeanne C. van L°ijden. De
Collectie Six, door Jhr. B. W. F. van Riems
dijk. De Brief, naar de schilderij van Gerard
Torburg, in de Collectie-S'x te Amsterdam,
met bijschrift. F. M. Knobel,
MinisterResident van Nederland in Cnina, door d B V.,
met portret. In het land van Fritz Reuter,
door G^ertruida Carelsen, met af beelding, I.
J. D V. Werba^a, door J van R , met portret.
Verscheidenheid. Feuilleton.
40 cents per regel.
a s.4o
en hooier 14 Meter Franco en
vry van Invoerrechten toegezonden !
Stalen ommagaand ; evenzoo van zwarte witte
en gekleurde , Ilenneberer-ZUde" van
45 et. tot fl 11.1O per Meter.
G. Henneberg, Zijde Fabr. (k. &. k. Hofl.), Zürich.
Hoofd-Depöt
VAN
Dr. JAEGER'S ORIG.
Bormaal-WölartMuL
K. F. DEÜSCHLE-BENOEB,
Amsterdam, Kalverstr. 157.
Eenig specialiteit in deze
artikelen in geheel Nederl.
Piano-, Orpl- ea MnzteUanlel
EYROOS * K ALS HOVEN,
Arnhem, Koningsplein.
VLEUGELS en PIANINO'S in Koop en in Huur.
Repareeren Stemmen Ruilen.
VICTÖRIAWATER.
NAAR
Nieuwendam.
Schellingwoude,
Oranje Sluizen.
Eiland Marken.
Zorgvliet.
't Kalfje,
Ouderkerk,
Uithoorn,
PLEIZIERTOCHTJES,
Voor het maken hiervin is een prachtig
ingericht STOOJIJACIIT dagelijks (be
halve Zondags) te b u u r. Te bevragen
Kantoor Haven-Stoombootdienst, 127 O. Z.
Voorburgwal, Amsterdam.
Interc. Telefoon 684.
De behandeling van Jlcnt,
Rhenmatiek, Piszure
Diathese, Nier- en Blaaslijden,
Suikerziekte is de speci
aliteit van het Bad
Assmannshausen a/Rhy'n.
Prospectus over de drinkkuren
in huis en het gebruik er van in
Bad Assmannshausen verzendt d.e
BRONNEN-DIRECTIE.