Historisch Archief 1877-1940
D.E A MIS TE R D A M M E R W 'E E K B L A <B VOOR N E D E R LA N D.
No. 1224
_des*r,is,de beta»Wag. De betaling heeft plaats
onder 4&rtk v*n de ineome-tax.
Otutrent de exploitatie van Rumeenscha
petroteum*,têrr«inen zou weldra een
overeentusschen de Standard oil en het
RuB»«enlche rijk getroffen zijn. Rumeniëzou 15
millioen francs en bovendien 8 pet. van de
brtto-opbrengat ontvangen.
'Morgen zal de Arnhemsehe
petroleummp\j. een.fttgeffleese vergadering houden. In
die byeeöJiomst zal voorgesteld worden geen
dividendbewijs te laten knippen.
Omtreat de Z. A. S. M. mag ik verwijzen
jiaar de vorige kroniek. Verschillende berich
ten versterken het vermoeden daarin uitge
sproken. De koergen hielden zich goed.
In de amerikaar sche spoorwegwaarden is de
macht niet meer geheel en al aan de zijde der
baussiers. Dat is gelukkig. Reeds 14 dagen
geleden héft de kroniek tot voorzichtigheid
Mpgegpoord. Er was red«n. Overdrijving
schaadt. Toch vindt ik nog hooger noteering
TOOF:
29 Nov. 6 Dec.
83 ^
42 K
Atchison pref.
Erie late pref.
JErifl 2de pref. 20%
St. Louis & South Western 4
pCt. flfclig. 90%
FüWciwo 2de pref. 45%
liasouri Kansas 4 pCt. oblig. . 91
Kotth. Pacific Cert. van aand. . 71
Oregon 5 pCt. bouds . .
Manitoba 4K pGt. hlig..
Southern Rauw. pref. . .
Wabash pref.
93 y3
46%
93
113
112
655/8
22
67 X
23
'De overige stukken zjjn onveranderd
gebteven of wat afgebrokkeld.
Herhaaldelijk wees de Groene op de
on«etntaBobare macht der samenwerking, ook
flj» het -gebied der industrie en exploitatie.
Steeds meer trachten de Amerikanen dien
vorm -te doen toepassen ook op het gebied
van het spoorwegbedrijf. Dit belooft goede
resultaten van duurzamen aard.
De volgende week over het jaarverslag der
Missouri Kansas Texa«, waarvan de 2Je hyp.
deze week nogal gewild was in verband met
eenige verbetering in de ontvangsten.
A'd a m, 6 Dec. 1900. D. STIGTER,
Kantoor: Singel 221.
Een eerMedwaardig renzemeit
De Bijbel in vier talen, geïllustreerd met
100 oorspronkelijke teeketiingen.
't Is <en grootsch en stout werk, dat de
heeren prof. Dake en G. Muller, in verec uiging
met de uitgevers van Holkema en Warendorf,
ondernanun door de stichting der uaamlooze
vennootschap ;,De geïllustreerde Bijbel". Zij
stelden zich ten doel een Bijbel in vier talen
('t Nederlandsen, Fransch, Duitsch en Engelse!))
tegelijkertijd uit te geven, geïllustreerd met
een honderdtal kopergravures naar teekeningen,
opzettelijk daattoe vervaardigd door de grootste
levende schilders uit allerlei landen van Europa.
Eenigen der voorns amste uitgevers en boek
handelaars in dtn lande, t. w. de firma's Van
?Kampen te Amsterdam, de Erven Loosjes en
Tadema te Haarlem, E. J. Bnll te Leider,
Kramers en J. C. Nijgh te Rotterdam,
Schillemans te Zutphen vereenigden zich met boven
genoemd drietal om die vennootschap in 't leven
te roepen. Gezamenlijk verzochten en
verwierTen zij de medewerking van de navolgende
kunstenaars. Walter Crane, E. A. Abbty, Briton
Rivière, John M. Swan, Frank Diksee, E (w.
Burne Joiies, Pritz von Ubde, S. Schneider,
Arth Kampf, Alb. Edelfelt, Max Liebermann,
I. I. Benjamin Constant, I. L. Gérotn*1,
J.Tissot, C. Eochegrosse, Jean Paul Laurens, Puvis
de Chavannes, G. Sigantini, Dom. Morelli,
Fr. P. M'chetti, V. de Brozick, Ilja Rcpin, Jos.
Viltegas, Juliaan de Vriendt, Jozef Isiaëls,
Alma Tadema. Eerstgenoemde, Walter Cranc,
de groote, artistieke verlucüter en teefanaar,
nam de taak op zicb, hem zoowel toevertrouwd,
de titels, de hoofden der verschalende boeken,
de aanvangletters en de orn'ijstingeu te ont
werpen. In de verschillende talen werd het
boek gedrukt bij de firma Roeloffien, Hubner
n Van Santen te Amsterdam, met een voor
dit doel nieuw gegoten lettertype. Ook de
tekstornamenten en titels van Walter Crane
worden door haar gereproduceerd, 't Geheel
vormt een groot en machtig kunstwerk, waar
van ik met groote belangstelling en bewonde
ring kennis ram.
Hoogst belangrijk is deze uitsrave uit een
religieus -;ogpunt allereerst. De 19 ie eeuw, die
in bloed en tranen ondergaat, zingt daarin een
hooggestemden zwanenzang. Hoe men ook over
den Bijbel denken mfge.'tzij men dien bescliouwe
als het onfeilbaar Godswoord, 'tzij men daarin
zie een verzameling van menschelijke geschriften
van zeer uiteei,loopenden, ja soms
tegenstrijdigen aard en inhoud, 'tzij men er
onvoorwaardelijk-gelopvig, 'tzij schroomvallig sceptisch, 'tzij
streng-critiscütegenoversta, in elk geval is en
blijft hij het boek bij uitnemendheid, ecu bundel
geschriften die, gelijk geeu andere, hef gods
dienstig en zedelijk, het letterkundig en
aesthetisch leven van een groot deel der meuschheid
heeft gevormd en blijft belieerschen. Ook wan
neer men met mij vurig wenscht, dat naast
dezen Semitischen Bijbel, een Arische, of liever
een Bijbel der menschheid mocht komen in de
handen en doordringen tot de harten onzer
tijdgenooten, toch blijft de oud-classieke Bijbel
zijn eereplaats behouden met onbetwistbaar recht.
Voor alle partijen en richtingen blijft waar
het woord, een der vele, waarin Goethe zijn eerbied
voor den Bijbel uitdrukte,//de diepe vereering,
die door vele volken en geslachten der aarde
aan den Bijbel is gewijd, dankt hij san zijn
innerlijke waarde. Hij is niet alleen een volks
boek, maar het boek der volken, daar het de
lotgevallen van n volk tot symbool van alle
overige maakt, zijn geschiedenis aan het ont
staan der wereld vastknoopt en langs den lad
der van aardsche en geestelijke ontwikkelingen,
van noodwendige en toevallige gebeurtenissen,
opvoert tot de hoogste sferen der eeuwigheid."
Die hooge waarde van den Bijbel wordt,'t is
niet te ontkennen, ndskend door een groot deel
van het tegenwoordige geslacht. De meeste
jongeren kennen den Bijbel niet. Hij is voor
hen een verouderd en onleesbaar boek. Ja,
men verbaast zich telkens, bij 't
godsdienstonderwijf, over de grove onkunde omtrent de
eenvoudigste bijbelsche verhalen en figuren, bij
jongelieden dip, naar 't heet, een beschaafde
opvoeding genieten, een leemte die door een
ondevwijs van n uur 's weeks, met moeite aan
? het overstelpend schoolonderwijs ontwoekerd,
onmogelijk voldoende kan worden aangevuld.
Welnu langs dezen uitlekkende» weg kunnen
velen, die van den Bijbel zijn vervreemd, ja zelfs
wien godsdienstige aandoenicgen en onderwerpen
in 't gemeen onverschillig zijn geworden, daar
toe worden teruggebracht. Laat hen beginnen
dea Bijbel uit een literarisch en aesthefeck
oogpunt te waardeeren; laat het schoone hun
de -brug woeden tot het goede en heilige, het
zichtbare symbool de drager der onzichtbare
realiteit. Laat Jjen leeren iets te voelen voor
de epische, de dramatische, de lyrische poëzie,
die hier gevonden wordt, voor de pittige spreu
ken en de schilderachtige -verhalen hun bier
aangeboden en zij zullen door de aantrekkelijke
sebaal doordringen tot de religieuze kern.
Die weg kan worden gebaand door deze uit
gave. De -grootste kunstenaars van Europa
hebben zich hier vereenigd om, elk op zijn wijs,
weer te geven wat hen in den Bijbel aantrekt
en bekoort. Elk op zijne wijs; want er is
naturrlijk een hemelsbreed verschil tusschen de
opvatting van den droomerigen Burne-Jotes en
vaa den realistischen Fritz von Uhde; van den
Oosterschen Tissot ea den Germaanschen
Liebermann; van den hoog dichterleken Puvis de
Chavacncs en den meer prozaïschen Juliaan de Vriendt;
van den impressionist J( zef Israels en den fijnen
detail-schilder Domenico Morelli. Doch 't is
juist de onuitputtelijke verscheidenheid, die de
bekoorlijkheid van 't geheel verhoogt, 't Is een
breed en machtig orkest, dat wij hier hoorer,
geboren uit de samenstemming der meest ver
schillende instrumenten. Elke vriend der toon
kunst heeft zijn voorliefde voor een of ander
instrument. Elk beminnaar der schilderkunst
heeft onder de schilders zijn uitverkorene. Zoo
trokken mij, bij een uitteraard vluchtige inzage
van het omvangrijk werk, bijzonder aan de
teeken:ngen van Walter Crace, Abbey, Benjamin
Constant, Gerotte, Tissot, Segantini, Morelli en
VillegBS. Jozef Israels' Saul en David heeft
ook hier in zijn oorspronkelijke gedaante, in zijn
schilderij omgewerkt en gewijzigd, voor mij een
groote bekoorlijkheid. Anderen zullen hun
warmste sympathieën weer elders plaatsen.
Dcch allen, die htt groote werk doorbladeren
en nader leeren kenten, zullen bewondering
voelen voor 't geheel. Dat men bij de uitgave
van den tekst de meest gebruikelijke en popu
laire vertalingen volgde ligt voer de hand. Zoo
is dan oik verklaarbaar, dat voor de Neder.
landtche de Statenverta'ing geko?en werd. Mo
gen sommigen met mij persoonlijke voorliefde
voelen voor de nieuwe vertaling van het Oude
Testament, die, onder de magistrale leiding van
onzen Kuecea ondernomen, met stalen volhar
ding, terwijl de eene mcdewerkfr ca den
ander hem ontviel, door Cort werd ten einde
gebracht-, een vertaling die den denkenden lezer
allerlei nieuwe oogpunton en wetenschappelijke
vergezichten opent, toch zullen ook wij erken
nen, dat hier die vertaling 't eerst was aange
wezen, dip, ondanks al haar gebreken, nog leeft
in den mond van het, volk.
't Geheele werk compleet in 25 aflereringer,
die elk 4 photogravures bevatten, kost ? 200,
een hoogen, maar, de ontzaglijke kosten der
onderneming in aanmerking genomen, waarlijk
niet te hcogen prijs.
Van harte zij den wakkeren ondernemers een
schitterend succes op deze uitgave toegewenscbt.
Moge de rpgang en ingang, dien liet
reuzenwerk vmdp, 't bewijs leviren, dat ook het
tegenwoordige geslacht hooge poëzie, edele kunst
en innige religie weet te waardeeren.
P. H. IIuGEXiroiTz JK.
Bocïen Tijflscüriil
De Gids van December.
De Gidi is dit keer al bijzonder degelijk
en deugdelijk, bijna geheel wetenschappelijk.
Litterair proza ontbreekt .geheel. Slechts een
vijftal sonnetten \an Ilé.'ète Lapidoth Swarth,
bijzonder aantrekkelijk, omdat zij nu eens niet
in den zwaarmoediger! toon zijn. en dan nog
een enkel sontet van C B. de Klerk, verbreken
slechts luchtig de volle rij van studie-opstellen.
Eerst al eea nagelaten opstel van den onlangs
gestorven mr. G. H. Betz, over de vrijage van
Tollens, waarin diens eigenaardigheden een
weinig pikant gekarakteriseerd worJen Dan
een vervolg over het Pan isiamisme van prof.
L. W. G. van den Berg, dat vermoedelijk nog
een slotartikel krijgt. De heer v. d. Berg heeft
het hier over de verschillende invloeden en
sfeeren van den Islam in 't algemeen, en in
ons Indiëmeer in 't bijzonder. Van groot
belang is deze kennis, nu onder de Muzelmansche
bevolking verschijnselen zijn waar te nemen
van een sterkere centralisatie, gevaarlijk voor
ons Indiëj omdat volgens de leer van Mohammed
geen kristenvorst als rechtmatig hootd erkend
wordt.
Het bpginsel van de staatkundige eenheid
der geheele mohammedaansche wereld in de
Sjari'ih neergelegd, is natuurlijk de groote en
algemeene oorzaak van het tlagfn der propa
ganda ten behoeve van het Pan-islamisme.
Daarnaast heeft men echter secundaire oor
zaken, welke die propaganda tegenwoordig be
gunstigen en die in verschillende landen nog
al uiteenloopen. In Algerie bijv. hebben de
Franschen zich bij een goed deel der moham
medaansche bevolking gehaat gemaakt, door
hunne al te groote toeschietelijkheid. Zij hebben
die bevolking dadelijk willen Levoordeelen met
Fransche wetten en Fransche instellingen, die
dientengevolge karikatuur zijn geworden van
hetgeen zij behoordea te zijn. Vooral sedert
Frankryk republiek werd, is men in Algerie
op dezen weg nog verder gegaan dan vroeger
ea heeft men bovecdien getracht de inheemsche
bevolking vatbaar te maken voor de rechten
van den mentch", en de groote beginselen
van 1789.
Aan den anderen kant hebben de Engelschen
in Britsch-Indiëen Egypte evenzeer veel kwaad
bloed gezet, door in het omgekeerde euvel om
de Franschen te vervallen. Zij hebben de in
heemsche bevolking hooghartig van zich
afgestooten, door haar te behandelen a's een lager
ras. Wel is waar hebben zij de zeden het
recht en den godsdienst der bevolking niet
met geweld door de Engelsche zeden, het
Engelsche recht en den Engelschen godsdienst
vervangen; maar omgekeerd hebben zij ook
niets gedaan voor de nationale en orgai.ische
ontwikkeling. Zij hebben evenmin de econo
mische belangen der bevolking beschermd in
den strijd tegen hot Engelsche kapitaa', den
Engelschen handel en de Engelsche nijverheid ;
j er blijkt dan ook een meer en meer toene
mende nationalistische beweging in
BritschIndiëen tegen Engeland te groeien.
Alle deze oorzaken, zegt prof. v. d. Ber^,
hebben wij in onze Oost-Indische bezittingen
weten te oatzeüen, maar er is door de rechts
gelijkheid tmschen de Inlandsche en
Europeesche beschaving, die wij tot een beginsel
hebben verheven, een dualisme in 't leven ge
roepen, hetwelk in zijn tegenwoordige gedaante,
hoe langer hoe minder houdbaar dreigt te
worden, naarmate de beide categoriën van
ingezetenen, Inlanders en Europeanen, meer
met elkaar in individueele aanraking komen.
Prof. v. d. Berg wijst verder nog op vele oor
zaken waardoor de Pan-islamistischs beweging
veld wint.
De heer R. P. J. Tutein Nolthenius bespreekt
het gevaar, dat onza kunst-nijverheid loopt, nu
men de akte voor het teekenonderwijs zoodanig
wil wijzigen, dat de balans overslaat naar bet
ambachtswerk. Het is geeu alledaagsch ver
schijnsel een ingenieur de kunst-nijverheid te
zien verdedigen tegenover de wetenschap en
de gewone nijverheid en van des te meer
waarde mag dan ook zijn betoog gerekend
worden, dat met recht klemmend is. Voor de
economischen toestand van ons land is het
verwaarloozen van kunst en kunst-nijverheid, nu
die zich zoo gereedeljjk gaat ontwikkelen, een
niet te overzien kwaad.
De heer Nolthenius, die al in andere op
stellen en nu in zijd boek over De nieuwe
Wereld" zulk een degelijk prettig schrijver
over technische ondtrwerpen blijkt, heeft ook
hier, als zij het met wat veel sprongetjes en
omwegen, dien aangenaam-leesbare toon ge
vonden, om tot zijn onderwerp te komen en
voert ons rna&r lietst over de Parijsche tentoon
stelling en zoo naar de teekenschool terug.
Dan is er nog een opstel van mr. A. D.
Assendelft de Koning waarin de stichting van
klein landbouwbedrijf en uitgifte van grond aan
arbeiders, nog eens nadrukkelijk bepleit wordt
(er is over dit onderwerp al zooveel geschreven)
en worden tegelijk gereleveerd de gunstige
resultaten bereikt door den heer van Zinderen
Bakker. Evenwel, zoo meent hij, kunnen
alleen belangrijke resultaten verwacht worden,
indien de zaak anders wordt opgevat. Stich
tingen als die van r. Zinderen Bakker, waarby
de filantroop Jansen het kapitaal zoo goedkoop
verstrekte, hoe sympathiek en goed geregeld
ook, zullen nooit op groote schaal verrezen,
want slechts bij uitzondering zullen
partikulieren geld uitzetten, zooals de heer Jansen
deed tegen 2 percent, ver beneden de normale
rente.
Prof. A. G. van Hamel deelt ons in een uit
voerig opstel een aantal -congres herinneringen
mede over Universiteits studie, dit jaar t e Parijs
behandeld en die waarschijnlijk een volgend
jaar op het Philologen-congres te Groningen
wel stof tot verdere Le.-prekirg zal vinden.
Dr. W. G. C. Byvancs is begonnen met een
uitvoerige Hamlet studie, waarvan nu het eerste
gedeelte aanwezig is, bijzonder uitmuntend door
helder en klaren stijl.
In het drama-overzicht schakelt mr. J. H.
van Hall, bij het bespreken van mr. Mendes
da Costa's tooneelherinneringen, zelf eeuige
herinneringen vast en uit verder de ver
wachting, dat een zoo onafhankelijk
beoordeeiaar als mr. Mendes da Costa, ook zijn
heiinneringen van thans nog levende
tooceelartiesten te boek moge stellen.
Eindelijk de geregeld voorkomende rubriek
als: muziek overzicht van mr. Henri Viotta (over
Carl. JMa ie voa Weber, en brieven aan Heinrich
Lichtenstein) het buitenlandsch-overzicht, en
de kleine boekbeoordeelingen.
Verder worden nog aangekondigd voor de
eerste all, van den nieuwen jaargang:
AugtHta de Wit, G3dicnten in proza; prof. A.
G. van Hamel, Wetenschappelijke behandeling
der moderne letterkunde. I. Professor Allard
Pkrson; prof. A. A. W. Hubrecht, Hugo de
de Vries' mutatietheorie ; mr. C. Th. van Deven
ter, Indische decentralisatieplannen; Geertruida
Carelsen, Theodor Fontaiie ; prof. G. He ymans,
uitwassen der crimineele anthropologie ; mevr.
Worp?Holand Holst, Oude brieven, (Lady Mary
Wordey Montagu); dr, II. Y. Gro.newegen,
een herinnering aan de Zugspitze en het Passie
spel van Ober-Ammergau; prof. D. Simone,
Moderne Strafrechtspoliüek ; G. II. Priem, De
doode (Xovelli).
G. VAN IJULZKJ..
Welkom aan Krttger,
O laat ons welkom luide klinken nu;
Geen zacht gtüuister als in 't sterfhuis (rille
Uit onze monden, niemand houde stille
Wat in hem jubelt, voortbruist, voort tot u.
Grijsaard, tot u, die aan de wereld leert
Dat ook in onze tijd noch idealen
Voor 's mensen traanverduisterde ogen stralen,
Die ook de somberste tot hopen keert.
Staatsman, tot u, die niets dan vrijheid wilt
En voor die gave Gods moet komen smeken !
O, hoor do volkeren rondom u spreken
Besef wat wrok hier tegen 't onrecht trilt.
Welkom en dank ! Dank voor die ruime gift
Van hoogheidszin, geloof aan 't overwinnen
Van 't recht op 't onrecht! 't Jubelt ons hier
binnen
't Levende woord, diep in de ziel gegrift.
En eenmaal breekt die jubel helder uit:
Dan zien wij u in vrijheidsglans verschijnen
En nooit weer zal't geloof in't recht verdwijnen.
Wij weten dan: het recht wordt niet gestuit.
Haarlem. J. B. SCUVPEEÏ.
NIEUWE UITGAVEN.
De heer WALENKAMP heeft in een brochure
»het voormalig buitengasthuis, eertijds 't pest
huis te Amsterdam" beschreven, en met eenige
afbeeldirgen toegelicht. Zeer lezenswaardig
voor aller, die meenen dat dit gebouw niet
moet worden opgeofferd aan den modernen
stadsbouw, maar veeleer, als een tegenstelling
van een smakeloos streven, behouden behoort
te blijven.
De uitgever W. de Haan te Utrecht zendt
ons weder eene collectie prentenboeken.
In de eerste plaats >>Krekeltjes in het Gras"
door Christine Doorman, met aardige ver
haaltjes, opgeluisterd door tal van zwarte
platen in den tekst en een chromoplaat tegen
over den titel.
»Wat de »Sneeuwman zag en hoorde", door
Christine Doorman, op dezelfde wijze uitge
voerd, doch van minder omvang.
En vervolgens eene serie van (5 kwarto
prentenboeken onder de volgende titels: Dick
Wittington en zijn kat. Wilde Wim.
Onze Poesjes. Ka, ra, wat is dat. Voor
Peuzels en Kleuters. De Draaimolen. Alle
zes prentenboeken met goede bijschriften van
Beata.
Kapitaalvorming door geneeskundige
vereenigingen, door Dr. H. P^Kiior. Overgedrukt
uit het Ned. tijdschrift voor geneeskunde. 1!>00.
Handboek voor liloemttiinen en Buiten
plaatsen, door Emcrs, met pi. m. 150 illustraties.
Zwolle, W. E J. Tjeenk Willink.
De Liifde Sticht, Almanak voor het jaar
1901. Amsterdam, Van Holkema & Warendorf.
Leerboek der Natuurkunde, door P. H.
HEIJNEX. '2e deel. Geluid, Magnetisme en
Electriciteit, Licht. Met oOO figuren. Groningen,
J. B. Wolters.
La Xouïelle Hefarme de l'orthographe et
de la syntaxe Frarcaises. Texte de l'arrêt
ministeriel avec avant-propos commentaire,
par JIILE RODHE. Lund, Hjalmar Muller.
De Gevangene van Peking, door CHARLES
HANNAW. Uit het Engelsch vertaald, met vele
illustratie. Uitgave van G. J. Slothouwer,
Amersfoort.
Uit het Gooi, novellen van TRUIDA KOK.
Amsterdam, H. J. W. Becht.
De Boos van Jericho. Een meifjesboek van
BERTHA CLEMENT, vertaald door mevr. J. VAN
DEE HOEVEN en versierd met eenige aardige
plaatjes. Uitgave van C. L. G. Veldt te
Amsterdam.
Holland's Leeuw". Tijdzang, opgedragen
aan Zijne Excellentie Paul Kiüger, door J. H.
DE VEER. Seyler en Reddingiu», Hilversum.
sVereeniging voor de Staathuishoudkunde
en de Statistiek." Verslag van de Algemeene
Vergadering, gehouden te Utrecht den 29e Sep
tember 19CO. Amsterdam, Jcaanes Muller.
Nosokómos. Tijdschrift van de Ned.
Vereeniging tot bevordering der belangen van
verpleegsters en verplegers. No. 2. Hoofdre
dacteur: dr. A. ALETBrxo. Amsterdam, F. van
Rossen.
De Winkelier, no. 1. Officieel Orgaan van
de Algemeene Winkeliers-Vereeniging. Alle
stukken voor de Redactie en Administratie te
zenden Kalverstraat 155, Telepaoon No. 2045
Amsterdam.
Inhoud van Tijdschriften.
Wetenschappelijke Bladen. 12e afl. Arbeiders
verzekering in Duitschland. De Vereenigde
Staten van Europa. De maan. Jeugdige
misdadigers en de verantwoordelijkheid der
ouders. Friedrich Wöhler. Gebrek aan
steenkolen. De ware geschiedenis van den
gevangene van Chillon. De mist en wat wij
er uit leeren.
Noord en Zuid : Dr. A. S. Kok, De post van
den Helikon en de moderne Helikon
(geillustreerd); A. M. Molenaar, Bloemlezing uit
het Woordenboek der Nederlandsche Taal V,
14 ; II, 14 ; Mej. A. W. C. Ziiidema, Een en
ander over het tijdschrift »Braga"; J. S
De huishoudelijke vergadering uit Braga; J. S .. ..
Boekenlijst; V. d. Mate, De opgaven van de
Hoofdacte-Examens UÜO; Dr. G. A.. Nauta,
Venetië, verloofde van de baren.
Kigin Haard, No. 49: De Duivelsweide,
door G. S. d. C. President Kruger in
Frankrijk, door mr. II. Louis Israël?, met
portret en afbeelding. Algiersche Vrouwen,
door G. Polvliet, met afbeeldingen. (Slot).
Jan Huyahen's Schipvaert, door L. Nooter.
(Slot). Ten doode opgeschreven, door Gedeh,
met afbeeldingen. ? »Voor onze Amateur
fotografen,'' door dr. J. E. Itombouts.
Feuilleton.
Verbetering-.
In de aankondiging van Louise B. B's boek
Een oud devies door mevr. G. C. S.?J., zijn,
tengevolge van te late ontvangst der correctie,
eenige drukfouten blijven staan. Men verbetere
die als volgt:
Kol. l reg. 13 »wenschens« lees »nonsens«
20 «ouderen»
36 »aanhoudende«
10 »aldaar«
10 »kunstjes«
13 »innemelijk«
»anderer.«
«aangrijpende»
»aldoor«
»luidjes«
»innerlijk«.
Hlllimiuiiiiiiiiiii
De opzichter yaii een moflelkaiiier
die er niet is.
De laatste tijden wordt hier veel ge
sproken over het geval, dat een werkm_an
van htt militair kledingmagazijn alhier,
zou zijn aangesteld tot opzichter over de
modelkamer bij dat magazijn. Nu zal u
zeker zeggen mijnheer, hoe kan over zulk
een eenvoudig geval zooveel gepraat worden.
Wel dat zal ik u zeggen. Bij dat magazijn
te Delft -is geen modclkamer. Een stuk of
wst modtllen van jassen en broeken die
hier in Delft zijn, liggen altijd op de
kamers van de snijders en dan nog een
stuk of wat worden bewaard op het kantoor
van den luitenant. En toch zou de koningin
uitgemaakt hebben, dat er een opzichter
van de modelkamer te Delft zal wezen en
zou de minister zoo goed geweest zijn een
werkman van het magazijn alhier, maar
bij het departement van den minister
werkzaam, aan te stellen tot opzichter van
dje modelkamer, die er niet is en er ouk
niet kan komen en dat nog wel op een
tractement van zeshonderd gulden, waar
later nog vijftig gulden bij zou zijn gedaan.
Wat we hier maar niet begrijpen is dit.
Hoe kan nu de koningin zeggen : bij het
magazijn te Delft zal een opzichter van
de modelkamer wezen, van de modelkamer
die er niet is, en hoe kan de minister
iemand op een mooi tractement aanstellen
gaan in eene betrekking die er niet is ?
Nu loopt het praatje, dat de minister den
werkman, die ook nu nog stilletjes bij den
minister in betrekking is gebleven, een
beter pensioen heeft willen bezorgen en
hem daarom heeft aangesteld in eene be
trekking die er niet is.
Zou men hierover bij de behandeling
van de begrooting den minister niet eenige
opheldering kunnen vragen ?
Delft, Nov. 1000. P.
Andere bladen worden verzocht het
bovenstaande over te nemen.
Een vreemdeling in Transyaal,
De heer J. B. Schepers beweert in zijne
bespreking van »Een vreemdeling uit Transvaal"
o. a. dat ik mij vergis, waar ik een reiziger
»voorbij een klein Duitsch plaatsje, Heilbron
genaamd, de rivier de Vaal laat overtrekken''
en hem een eindje verder op Transvaalsch
grondgebied in de verte het Randgebergte
doe aanschouwen. »En die Vaal ontspringt wel
40 uren gaans van de spoorweg!" roept de
heer Schepers uit. Ja! zulke wonderen ziet
men in Zuid-Afrika: hetgeen den heer Schepers,
die mij verwijt, niet genoeg lokale kleur aan
te brengen, bekend kon wezen, ware hij zelf
niet een vreemdeling in 'fransvaal.
Mevr. FAEH s CHEMEK.
Eindhoven, 4 December 1900.
oom Paul.
Mijnheer de Redacteur!
Het heeft nooit een zaak geschaad om van
alle kanten bekeken te worden. Oppositie in
onze volksvertegenwoordiging en concurrentie
in den handel zyn bevorderlijk aan 't algemeen
belang.
Wees zoo goed een ander óók eens aan
't woord te laten.
Mij dunkt die herhaalde aanhalingen van
Kruger, vergelijkingen met Prins Willem den
1ste, Willem den Zwijger, zijn onhistorisch.
Ik verwacht van u natuurlijk een beter bewijs,
dat ik dit mis heb, dan een scheldwoord, zoo
als de N. li. Ct. dagelijkgcb. hare opposanten
naar het hoofd slingert, zich wijselijk hierbij
anoniem houdend.
Prins Willem van Orarje cfferde alles wat
tij bezat op het altaar des Vaderlands, is ons
geleerd : zie iedere »Gesohiedenis".
Willem de Zwijger stierf in 1584, zoo ge
zegd in 't harnas.
Volgens herbaalde correspondenten uit Pre
toria liet Kruger zijn regeering in den steek
en nam een welvoorzienen geldbuidil mede.
In tegenstelling met Prins Willem I, die
altijd in geldgebrek verkeerde, beschikt Kruger
naar het schijnt over kolossale sommen.
Het verdient opgemerkt te worden dat Kruger
Roberts opet.lijk bedankt voor de goede be
handeling, die zijn familie ondervindt, terwijl
de Iföln. Zeitung waarschuwt te^en eerstge
noemde taktiek van opruiing, door hem (K )
zelf kenbaar gemaakt toen hij zich beklaagde,
dat de Amerikanen hem tegengevallen waren
en toen bij wenschtte dat »de heele wereld"
Engeland den oorlog aandeed. Eveneens dat
Ibsen en Zola, die beiden toch zeker genoeg
bewezen het menschelijke karakter te kennen,
zich tegen Kruger verklaarden.
Wij Nederlanders dienen niet te vergeten
wat diezelfde Köln. Zeit. wijselijk aan haar
landgenooten in overweging geeft:
Dat de dingen er in de verte heel anders
uitzien dan naderbij en dat er
vanhetenthusiasme der teruggekeerde medestrijders niet
heel veel overgebleven is, nadat zij hun opvat
ting der zaken aan de werkelijkheid getoetst
hebben.
Dat een volk op te zweepen is tot ertthusiasme
voor alles, hebben de Fransche revolutie en de
»Commune" bewezen. Omgekeerd zal niemand
in de onbeschrijfelijk liederlijke gedragingen
en taal van »hec volk", tijdens de Kronings
feesten, minachting voor de Koningin zien.
Panem et circenses is nog even geldend, als
toen Juvenalis zijn satyren schreef.
Een kalmeerend woord is waarlijk dezer dagen
niet te onpas. Wij volgden het succes der
Eng. wapenen en zagen Engeland niet op haar
best; zagen haar nhandig ; zagen slechts een
olinksch" pareeren. De Eng. marine tintelt
om met beide handen mfête doen. Zullen
wij de vruchten van een 70-jarigen vrede er
aan geven voor het najagen van Krugers her
senschim : gymnasia met den bijbel; laboratoria
met den bijbel ; ministerie van oorlog met den
bijbel en het hoofd van den Staat de beschik
king over 's lands kas ?
Oorlog is een gruwe), maar Krugers koppig
heid wir,t het om ellende te zaaien. Ik weet
niet of velen dat wel inzien.
J. B. N.
Onpartijdigheidshalve plaatsen wy het boven
staande. Wij begrijpen, dat den heerNagelvoort,
wiens binnenste en oovenste vol is van gevoe
lens en denkbeelden, de gelegenheid niet mag
worden onthouden deze even te luchten, en
ons in te lichten omtrent de N. R. Ct., Het
Volk de Köln. Zeit., Kruger, diens
gelddorst en koppigheid enz. enz.
Wij twijfelen er niet aan, of de geschied
schrijvers der toekomst zullen naar eiseh
rekening houden ook met den Nagelvoortschen
kant van »de zaak".
RED.
Aan Artit-ten! Aan Zangeressen! Aan
Zangers! Aan Musici! Aan Allen.'
'n Vrouw, 'n weduwe, 'n moeder is in rouwe.
Een zee van verdriet is over haar gekomen,
doet haar treuren, haar gebogen gaan en haar
ouderdom zwaar, loodzwaar drukken. Drie
harer zoons, hare kostwinners, ferme kerels,
die werken konden, moesten haar verlaten,
zuchten in de gevangenis.
't Is de weduwe Hogerhuis!
O, laten we niet spreken, vooral niet rede
twisten: zijn de gebroeders schuldig, zijn ze
onschuldig; een ander feit is er, de weduwe
Hogerhuis heeft steun noodig, behoeft hulp,
financieel in de allereerste plaats de vrouw
leeft in armoede.
Zijn de Hoogerhuizen schuldig ? Zijn ze
onschuldig 'l Maar de moeder, de oude moeder
is dan toch zeker onschuldig, een twijfelen
daaraan is niet denkbaar. En toch toch
wordt ook zij gestraft op velerlei wijzer, voor
zoo groot een straf wij in treure het hoofd
buigen.
Hare zonen terug geven kunnen wij niet
o, als dat mogelijk ware! - maar wat wij
mol kunnen: haar geldelijk steunen.
Eenige personen, verlangend ook iets te doen
in het treurige geval, zullen trachten langs
velerlei wfgen een flinke som bij elkander ta
krijgen, óók door middel van een
Kunstarond". Nu zijn deze regelen een oproep tot
artiesten in den zang, muziek, in welken vorm
ook: wie is bereid, in beginsel voorloopig,
belangeloos op zoo'n avond mede te werken.
Enkelen gaven reeds hun woord.
't Hart eens kunstenaars is licht vatbaar
voor het leed van anderen, en daarom zullen
zij steunen. Kunst is immers de hoogste uiting
des menschen en zouden de apostelen dier
kunst ongevoelig zjjn voor het leed eener arme
oude vrouw. Zij kunnen met hunne gave,
hunne kunst te geven, helpen. Mogen het er
zeer velen zijn.
Het is voldoende een kaartje, met naam en
adres, te zenden aan:
Kinkerstraat 62, Jon. J. LODEWUK.
Amsterdam.
Met het plan betuigen hunne sympathie de
heeren dr. E. van Dieren, A. H. Gerhard, It.
Schwar?, D. Beerends, dr. Hendrik de Vries
en mevr. W. Drucker.