De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 6 januari pagina 2

6 januari 1901 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. 'bepaalden tijd veroordeeld, en dus met onze veroordeelden gelijk te stellen zijn: »het gebote meerendeel hunner ia zorge loos, onbeschoft» en levert het grootste contingent aan de klas die de kern gaat vormen der lagere gradeii. En waarom? Omdat er niets is waarvoor die mannen werken. Hoe ijverig en oplettend zij zich gedragen of hun werk verrichten mogen voor die klas van veroordeelden telt slechts tijd, en tijd allén. Hun tijd door te komen, het eind van hun vonnis te halen, ziedaar alles wat ze beoogen." En aan het eind van dat artikel lezen we: »hoe grooter het maximum des te sterker is de drijfveer, hoe kleiner het max mum, des te zwakker is de poging in het werk gesteld om een ontslag ie verdienen. De mannen b. v. naar hier (al. Elmira) gestuurd met 2 of 2V« jaar als grens van hun -maximum, blijven bier gemiddeld langer dan zij wien 5, 16, of 20 jaar boven het hoofd hangen. De reden hiervan is een duidelijk in het oog loopende: de drijfveer wordt versterkt of verzwakt al naar de straftijd langer . of korter is " Dat hinken in Amerika op twee ged ach ten, bepaalde en onbepaalde veroor deeling, is zeker een groote fout in de vetten daar. Jaarlijks gaan er dan ook meer en meer stemmen tegen op. Maar het bestaan dier fout, eea natuurlijk gevolg van de eigenschap der menschen dat zij zich moeielijk van den ouden sleur geheel kunnen losmaken, vermindert in niets de waarde van het grondbeginsel van het stelsel. En dit principe: onbepaalde ver oordeeling (ten einde den misdadiger te kunnen opvoeden tot een mensch die zich, ware het tegen zijn zia, goed weet te ge dragen, voor de maatschappij niet een steeds dreigend gevaar oplevert, haar dus niet verzwakt maar eerder versterkt) met, daarnaast, een ontslag, uit de hechtenis, eerst voorwaardelijk, bij wijze van proef, daarna voor goed heeft al onze sym pathieEn nu moge men over ons bestaand celsysteem beter denken dan, naar uit de geschriften blijkt die er in de laatste tijden óver verschenen, velen doen men zal moeten gewonnen geven dat onze veroor deelden niet verbeterd, niet geschikter om in let maatschappelijk leven hun weg te vinden dan voorheen, uit onze gevange nissen terugkeeren. Niettemin, de invoe ring der celstraf had juist met het oog op die verbetering plaats! Moge men, nu duidelijk gebleken is dat het cellulaire systeem vrijwel fiasco ? heeft gemaakt, ook bij ons daarom over gaan tot een strafstelsel als dat, 't welk elders reeds bijna 25 jaar met glans de proef doorstond, en waarvan het prin cipe is saam te vatten ia hetzelfde dat aan het celsysteem te gronde lag: ver betering ! Dat men dan echter tevens doordrongen zij van de onmogelijkheden: lo. die verbetering te kunnen verkrijgen door afzondering, behalve 's nachts; 2o. haar te kunnen erlangen -zonder veroordeeling voor onbepaalden lijd. Nederland en arbitrage. Het »eoinitévooreen vplkspetitionnement ter verkrijging van arbitrage in zake den Zuid-Afrikaanachen oorlog" is tot de over tuiging: gekomen, dat het nu niet de meest geschikte tijd is om handelend op te treden, en heeft daarom besloten voorlopig een afwachtende houding aan te nemen. Dat besluit zal velen teleurstellen. Men zal vrezen dat het aannemen van een afwachtende houding neer zal komen op »het erbij laten". Niet omdat men geen vertrouwen stelt in het comité, maar omdat de medewerking moeieliker te vinden ia, als de leiders schijnen te weifelen, en omdat het ijzer nu eenmaal gloeiend gesmeed moet. Hoe langer men wacht, hoe meer de rede nering ingang vindt, dat het toch niets geven za'; dat de regeringen niets kunnen doen; dat het «volkspetitionnement een goedkoop soelaas (is) voor brave zielen, die vol gevoel zitten en wat willen doen," zoals De Kroniek van 15 D?c. het uitdrukte. De redacteur van dat blad sprak dan ook van »een ondoordacht, noodwendigonvruchibaar werk, dat reeds in den aanvang moet ?worden gestuit." Het besluit van het comitédoet het nu schijnen alsof aan waarschuwende stemmen zoals deze al gehoor gegeven was. En de nederlanders, die gewoonlik zo moeilik uit de plooi komen, en zo bang zijn om voor «gevoelig" gehouden, en dan uitgelachen te worden, door de kalm en koel rede nerende verstandsmensen ze zullen blij zijn dat ze zich nog niet hebben laten vangen. Uitstellen is in de kaart spelen van de valse schaamte. Maar is bet wel zo zeker, dat de regeringen niets zullen doen, omdat ze niets kunnen ? Tegelijk met het genoemde artiekel in de Kroniek verscheen in De Amsterdammer het stuk van Mr. J. A. Levy waarin de bekende uitspraak van Mommsen tot een frase werd verklaard. Daar werd herinnerd aan artiekel 3 van de Haagse vredesconferentie ook door Engeland ondertekend waarin de woorden: »Le droit d'offrir les bons offices ou la médiation appartientaux puissances trangères au conflit, méme pendant Ie cours des hoslilités. »L'exercice de ce droit ne peut jamais tre considérée par l'une ou l'autre des porties en litige comme un acte peu amical". Mr. Levy schreef daarbij: »De door mij gecursiveerde woorden behelzen de veroor deeling van Mommsen's standpunt. Niet langer behoeft thans eene mogendheid zich te laten weerhouden van den stap tot be middeling, door de beduchtheid voor moge lijke gevolgen. De poging moet goed worden opgenomen, want men heeft zich verbonden Kaar nipt te beschouwen als stoornis in zonder gevaar vooreigen veiligheid De vraag is maar of de regeringen er toe zullen over gaan, en dan moet erkend dat de tekenen niet gunstig staan. Maar dat is geen reden om de volken te weerhouden zich met hun wensen tot de regeringen te wenden. Het comitékan zich in zijn «afwachtende hou ding" in verbinding stellen mot de comités in Frankrijk, Duitsland en België; heeft het zich overtuigd dat ook b;i on ze naburen de drang tot daden nog niet vergaan is, dan kan het, in gemeen overleg, z'ti taak weer opvatten: er zijn nog mannen ge noeg niet alleen «gevodsmecsefl" die menen dat er wat goeds uil een algemene volksbeweging kan voortkomen tenzij de vredescoriferentie werkelik is geweest wat spotbladen er in gezien hebben. Het tijdperk van de afwachtende houding dure niet te lang en worde in gestadige werk zaamheid doorgebracht. Toen president Kruger te Parijs was wees hem een Fransman op een niet algemeen bekend woord van een man van de daad. van Willem van Oranje. Dat woord zij hier ten slotte nog eens met nadruk onder de aandracht gebracht van het comité, van de wan keimoedigen en vooral van dtgenen die de beweging ontraden : ?"Poinl n'est besoin d'espérer pour entreprendre, ni de réussir pour persétércr." H. J. L. C. A. MEIJEK. Naschrift. De weerslag van de heer H. J. P. A. Kierpch on het artiekel »Eene Frase" van mr. J. A. Levy noodzaakt niet tot het terugnemen van hrt bovenstaande, dat al ingezonden was. Juist dat er zo velen zijn, die zich weerleggen bij een »het kan niet" of »het geeft niets" maakt het nodig, dat er opgewekt wordt tot een streven naar hetgeen volgens de traktaten mogelik moest zijn. Trouwens, de heer K. schrijft zelf: »Of het werk der Haagsche conferentie in de toekomst van eenig nut zal zijn, hangt voor een belangrijk deel van de volken af." Juist; en daarom moeten de volken de eerste maal dat de besluiten van de Conferentie kunnen toegepast worden, zo duidelik d. i. zo eenstemmig mogelik 't uitspreken, wat wij van de regeringen verwachten: het zich houden aan de pas gesloten en dus nog niet vergeten over eenkomsten. Bewijst de geschiedenis o- a. nog in de tegenwoordige oorlog in de kwestie van de contrabande door de heer K. aange haald dat er te weinig te rebenen valt op de naleving van volkenrechtelike over eenkomsten als niet alle omstandigheden meewerken, dan is dat geen reden om te berusten. Wie een einddoel in 't oog heeft, mag niets verzuimen wat strekken kan om dat doel te bereiken, al is de kans van slagen nog zo gering. Ook het artiekel van de heer K. kon beantwoord niet een verwijzing naar de boven aangehaalde woorden van Willem van Oranje. M. Militaire zaken. La force d'une armee est dans sou intérieur. JVoa pas daas son txtcrieur. Wij hebben uit de verklaringen, gedaan door den generaal buiten dienst Van Gendt in de N. Roti. Courant en in De Amsterdamm&r, ontwaard hoe wonderlijk, ja onver antwoordelijk door den Minister Eland met 's lands geldmiddelen wordt omge sprongen. In de laatste jaren schijnt het bij Marine, maar vooral bij Oorlog het ge bruik te zijn, om ten einde hunne begroo ting den schijn te geven van beredeneerd zuinig beheer, uitgaven te doen welke daarop niet waren gebracht om zoodoende de Kamers en de rekenkamer voor een fait accompli te plaatsen, vermeenende dat, die uitgaven eenmaal gedaan zijnde, die lichamen niet anders kunnen doen dan daarin berusten. Wij hebben gezien hoe de gewezen Minister Schneider dat met 14 ton heeft gedaan, terwijl de Minister Eland dat voetspoor heeft gevolgd ook met tonnen, niettegenstaande de hem her haaldelijk gegeven wenken en aanwijzin gen door den bovengenoemden generaal, toen nog in actieven dienst. Aan zulke handelingen behoort eindelijk paal en perk te worden gesteld, door, als zij zich weder voordoen, den betrokken Minister de zonder toestemming van de Kamers gedane uitgaven te doen dragen. De Minister Eland heeft tot dusverre juist niet getoond the right man in the right place te zijn. Bij de vertegenwoor digers (van de 100 wel D7 leeken) hoeft hij een soort vertrouwen verworven, alleen omdat hij na zijn optreden betrekkelijk spoedig den persoonlijken dienst had iai ? i i ?? i gevoerd, waarin echter geen bijzondere verdienste heeft gelegen, omdat elk goed ontwikkeld officier dat had kunnen doen, te meer daar de wet van Bergansius er nog lag en de heer Eland dus die in hoofdtrekken had te volgen. Na die wet dan, wat reeds drie jaren geleden is, hebben wij van den Minister nog niets tot stand gebracht gezien, daar de legerivet en die op de pensioenen enz. zoolang na zijn op treden zijn ingediend, dat zij nog niet in behandeling hebben kunnen komen. De Minister heeft zich grootendeels bezig ge houden met uniformveranderingen, eerst van de generaals, die bovendien onoogelijk is, toen tot drieraalen toe van de infanterie, die zonder eenigen smaak is, daarbij ondoelmatig; thans zijn de artil lerie en cavallerie onder handen, en die verandering zal ook wel niet uitmunten in sierlijk- en doelmatigheid. Een lagere kolbak voor de cavallerie zal o. a. leelijk zijn, getuige de veld-artillerie reeds. Dan spreken wij nog niet eens van de zeer groote kosten die den officieren en het Kijk daardoor worden opgelegd. Wanneer n legerwet n pensioenwet al vroeger waren ingediend, dus dan reeds in behandeling hadden kunnen komen en ' deerd aangenomen, omdat de legerwet reeds rechts en links door zeer bevoegden meer dan eens tamelijk is uitgekleed, wat ook wij geiiaan hebben, terwijl de pensioenwet vele leemten heeft en niet zeer oordeel kundig is ingericht. Door te late indie ning van laatstgenoemde wet en het lange dralen der Kamers, zijn zeer vele- meer deren en minderen de dupe daarvan, in het bijzonder het zeer verdienstelijke kloeke Ind. leger, dat naar het schijnt, altoos in het zog van het Nederl. moet varen, hoe zeer het een werkelijk krijgsleger is en het andere maar een paradeieger, vooral naar de wijze waarop het is en wordt gtschoeid. Want het doen ingaan van den diensttijd van af het 16e jaar in stede van af het 18e bij het Ind. leger (als bij de Marine altoos is geweest en nog is) wordt niet ingevoerd zoolang dat niet bij het Ned. leger is geschied, zelfs al was er geen sprake daarvan voor het Ned. Ifger, moest dat bij het Ind. leger (als bij (te Marine) altoos bestaan-hebben, en eenmaal niet zoo zijnde, dan toch reeds lang zijn ingevoerd. De Minister Eland zal denkelijk over een half jaar wel afgetreden zijn. En als men daii verstandig wil handelen, kieze men altoos voor Minister van Oorlog een infanterist, Ie omdat de infanterie het hoofdwapen is, 2e omdat alleen een infanteiut het juiste begrip heeft van leger organisatie, bewapening, oefeningstijd en al wat tot eene legerinrichting behoort. .Artillerie en cavallerie zijn hulpwapens. Men kieze dus geen artillerist, vooral ook geen genist, terwijl aan cavalkrie zelfs niet moet. gedacht worden. Leeken gaan altoos van het denkbeeld uit dat een genieofficier bovenmenschclijk knap moet zijn in al wat op militair gehied tehuis be hoort, wat een zeer verkeerd denkbeeld is. Wij zullen volgaarne toegeven dat een genie-officier een zeer ontwikkeld en weten schappelijk man is, wat niet wegneemt dat hij in den waren zin des woords geen krijgs-, maar een vakman is op militair gebied. Hij kan dus als vakman schitte en en goede denkbeelden hebben in het alge meen, maar bepaald voor legerorganisatie en al wat daarmede in verband staat, bezit hij dikwijls niet de vereischte inzichten. De ingediende legerwet zouden wij ter zijde willen leggen en voeren dadelijk algemeene dienstplicht in niet tienjarigen militiediensttijd, daarna tien jaren eerste reserve met verplichting eens in de week deel te nemen aan de volks schietoefe ningen, waartoe, zoo eenigszins mogelijk, ia elke gemeente gelegenheid moet bestaan, vervolgens tien jaren tweede reserve, zoodat na verloop van jaren wij werkelijk volksweerbaavheid zullen hebbeu, daar dan van de mannelijke bevolking, een ieder een tijd lang militair zal zijn geweest, dus hebben geleerd wat tucht, orde, soldatenschap enz. zijn. De artillerie-reserve kan deelnemen aan de schietoefeningen te Oldenbroek. De cavalierie-reserve aan die van de infanterie, terwijl eenmaal hebbende leeren rijden, dit er in blijft. Ingeval ran oorlog, als dan gebrek aan officieren be staat, kan hierin worden voorzien door aanstelling van het oudste studiejaar van Breda, van de beide studiejaren van den hoofdcursus en van fatsoenlijke, oppassende intelligente oud-officieren die «Itoos in ruime mate aanwezig zijn. Schutterij en landstorm, hebben wij dan niet noodig, kunnende de hierdoor uitgewonnen kosten strekken om de meerdere uitgaven door alg. dienstplicht en het daarstellen van volks-schietgelegen heden te bekostigen. Ziedaar in hoofdtrekken hoe wij ons alge meen weerbaar moeten maken. En dit eenmaal aangenomen zijnde, kunnen de détails nader worden uitgewerkt. De ingediende pensioenwet zou ook behooren te worden teruggenomen en daarin o. a. de wijzigingen gebracht als wij hebben aangegeven in het Algemeen Handelsblad eenige weken geleden en waarop wij zullen terugkomen zoodra die wet in behandeling komt, welke zeer goed de legerwet zou kunnen voorgaan, zijnde de een niet een gevolg van het andere. Zij zijn om zoo te zeggen twee afzonderlijke dingen. Het is ons te doen onze denkbeelden en zienswijze te verkondigen, zonder te letten op de begrooting. K. II. KOENTZE, l!) Dec. Oiid-Kr/jit. der Mariniers. Een toestand te bestendigen^ als du waarin de «Zeeland" verkeert, is in ds tegenwoordige onmatige tijden zeer zekei hoogst verkeerd. En nogmaals vraag ik daarom: Zal men wachten niet het dempen van den put tot het kalf verdronken is'? B. RAM. aanqe/cq&n/iebtn. J 2) Nog eens de Zeeland". Nogmaals wensch ik een enkel woord te spreken over de »Zeeland". Na mijn schrijven in het No. van 9 Dec. werd direct besloten de «Zeeland niet naar Oost-Indiüte dirigeeren, doch in plaats daarvan de »Noordbrabant" te zenden en de ^Zeeland" eerst weder in goede conditie te brengen. Edoch een marineorder is altijd van zeer korten duur. Zoo ook hier. Thans toch is, naar ik verneem, besloten de «Zeeland" medio Januari naar WestIndiëte zenden. Sedert den laatsten proeftocht, die 16 Nov. plaats had, zijn meer dan zes weken verloopen. Had men den toestand flink onder de oogen gezien, en ware men direct begonnen de noodige veranderingen uit te voeren, dan was het schip reeds of bijna reeds weder in behoorlijke conditie geweest. Men heeft dit niet gedaan. In die zes weken tijds is niets gedaan om Hen toestand te verbeteren, terwijl onmiddellijke verbetering strikt noodzakelijk was en strikt noodMlxl'ijk blijH. Door thans de »Zeeland" met een maximum vaart van 15 mijl naar West-Indiëte willen ' zenden, al is het ook slechts voor een half i jaar, staat men op het punt een ernstigen ! misslag te begaan. Ik geloof niet dat de toestand daar zoo danig is, dat de aanwezigheid van een oorlogsschip noodzakelijk is, doch al ware ?' - ' Opleiding foor ml en Mei, What, if a fature philosopher bhall say,that the best University is a Workshop ? . . . The training of our Schools and Colleges must daily become more and more the trai ning for action, for practical purpose." LORD BOSEBEKY in zijn Sectorale rede te Glasgow. Allen, in Engeland, die wetenschappelijke opleiding en technische bekwaming van de toekomstige werkers van het hoogste gewicht achten, en een weldaad der maatschappij bewezen, om sluimerende genieën uit het verstikkend moeras van armoe en ontb(ring te htffen en weg en middelen ie verschaffen om zich te ontplooien en te ontwikkelen, hebben met droefheid en misnoegen de uitspraak van twee Harer Majesteits rechters vernomen, waarbij de London School Board onbevoegd is verklaard, om on- en volwassenen uit de volksklasse, voort gezet laffer, middelbaar en vakonderwijs te verschaffen. De zaak is, in 't kort, deze; Sedert jaren verschaft de Board den meest geavanceerden scholieren onderricht in de techniek van diverse vakken, in fraaie kunsten en een hooger standaard onderwijs. Bovendien, werd voor vol wassenen de ge legenheid opengesteld, om in de avond scholen voortgezet onderwijs te ontvangen. Men zou zoo zeggen, dat dit nobel werk algemeen gerespecteerd werd. Niet echter door de conservatieven en dompers in Londen, die sedert jaren wroe tend werken om in de Board scholen meer godsdienstonderwijs te doen geven. Br) de verkiezingen kunnen deze vijanden van algemeene verstandelijke ontwikkeling, de vooruitstrevende liberalen, die sedert jaren de meerderheid in den schoolraad hebben, niet overmeesteren, en ze hebben nu een campagne geopend, tegen het »dure"onderwijs van den Board. Iets, wat slecht te pas komt bij het wacht woord dezer partijgangers: »Pay, Pay, Pay", sedert maand en dag geldend. Et.fin, zij hebben het eindelijk zoo ver weten te brengen, dat door den dis-trict auditor de post van de begrooting van den Board voor het laatste halfjaar is geschrapt geworden, betrekking hebbende op het voortgezet on derwijs in dag- en avondscholen nadat de\c post sedert meer dan 10 jaren toegelaten was geworden. De Board ia daartegen in appèl gekomen, 20 Nov. en volgende daa;en diende de zaak voor het Hof en 20 December gaven de H.H. rechtsgeleerden Wills en Kennedy als hun oordeel te kennen, dat de Baard owbevoegd was, onderwijs te geven aan volwassenen en hooger dan elementair on derwijs aan volwassenen en daarvoor de inkomsten van de schoolbelasüng aan te aan te wenden. Een beroep zal thans op het Hoogerhuis gedaan worden, en indien dit de uitspraak bevestigt, dan zullen de 48000 (van de 547,000 gezamenlijke leerlingen), die in dagscholen voortgezet onderwijs ontvangen, en alle klassen van het lager onderwijs doorliepen en nog te jong zijn om van school gezonden te worden, niet verder onderwezen kunnen worden ; terwijl 3SOO volwassenen, van de 29,000 scholieren die in avond scholen onderwijs ontvangen, o. a. in de fraaie knnsten en techniek der vakken, tevens weggezonden zullen moeten worden. En dit geschiedt in e«n tijd, dat men algemeen begint te voelen, dat, ngeland's toekomst als nijverheidsbevolking, hangt aan de verstandelijke en technische ont wikkeling van haar jong geslacht van industrieele werkers! Wordt aan de L'jnden's School Board de macht ontnomen orn met zijn loiielijk en voorbeeldig werk voorltegaan, dan wordt een daad gedaan, zoo lijnrecht in strijd met een opwekking die dezer dagen is uit gegaan van eeji door de Board ofKlucation gepubliceerd rapport van den bekenden onderwijsspecialiteit, den heer James Baker, lid van het Kon. Aardr, Genootschap, die op verzoek der regeering in Europa een onderzoek heeft ingesteld naar de opleiding der jeugd voor vak en handel aldaar. Dat rapport verscheen derhal vete rechter tijd, doch is tegelijkertijd een protest tegen deze besnoeiing van macht om datgene te doen. wat onwedersprekelijk noodig is. Het particulier initiatief toch voorziet niet en kan niet voorzien in de behoefte om het leger van industrieele werkers te wape nen rnet kennis en kunde voor den concur rentiestrijd met de zich krachtig ontwikke lende staten in Europa en Amerika op nijverheidsgebied. In bruggenbouw is Amerika Engeland al reeds lang de baas. Duitschland behoeft zich thans niet meer tot Engeland te wenden voor den bouw harer handels- en wapen vloot, als 20 jaren geledf j noodig was. Wjnaer s niet een »German made" schip, dat ? eD,z_;f.. jy luL record verwierf voor den snei:sten overtocht van New-York naar Son thampton ? liti hebben de gelsche industrieelen het, niet uit den n- der eigen regeering de/er dagen gelio flat het gouvernement wel gcdirongen be stellingen te geven aan Duitsche e1 Amerik-aansche fabrikan ten, omdat dr .?Jngelecl.ie haar niet tijdig geroeg van ai konden voorzien ? En daar is eden voor den voorsprong, die;i deze Staten op Engeland behalen. Zoowel in de Vereenigdt» als in de Duit se!» Staten, is in de laatste 10 jaren met ijvtr gewerkt, orn de toekomstige industritele werkers te wapenen met kennis, met de beste kennis en de hoogste kunde, om te scheppen \vatis grootschen wonderdadig. Hen moet het rapport van den heer Baker Iez3n, om te vernemen welk een succes de irn.ustrieele instituten en vak-hoogescholen in Berlijn, Frankfort, Dresden, Leipzig en Pnspn nebben. Hoe in al die plaat''~ te klein blke te bevatte, c naar de hstt van vak, line Terecht aei de Engelshe) en overal in opleidicgs'erk groot vooieel daar in ]nge in den biten jaren den :rijj Dit is ok'l kaansche olk De direteu Oostenrijk! P luigen CM g( bedreveuhid, ?/efliezen ;edi dienst. Maar wie zs loowel als ( log eens lev |egrijpen,dat ier weteiseku lerkers, een foptere macl igiment dra; liVende leerli gan vrijstelle 'K u ai lee Oostenrijk en d vak-irisüiu dinsttijd k wij \n met goed En de heei ee) enormen en leerlust de [o ieder g< eeii concurrei en Rusland b ;let lager ijssisch Poli Je heer Bak iel hem heel j-efone lagere >e^mbten, poi ont'-h, konden ing met den ebben roudf ('gelegene p uhcol. DB heer Ba iiar had hij alangstelling jede ontwik '? ler ontwikk aar ;il te zei Rusland vi e minder ge .tzeuende vülking. D< {emeeue on n den Bul island mér et het mint Uusland is veest voor ?minde) t st Je geweve i zij vroeger i reeds in , in dan we, A gelegen h >eid- ten toot c hègewevs 5edroeg dy Ingst van eten in Ru 1000,000 ;-o s;en tot 38 >e merk\v \ in de Ri; vk, en niet v Rusland et Enge cacileiten e< voor de r<n, en dt ge behoor IIBII der g) ra labrieke gaployeerd em vijftie 4(900! i de h opn aarang d( giüii loe techehe o. th het wajij zag i Bohien en I bezoc Krau, Lei nauTraute Sila, Bm Oral za zaai om d kuni in d plaa^n ei \vaacuj s, steldvord vollere \ aanv keli stukfe\ ki pen, a ds in wtoplt de bes w eigen har De cho rijk in i richti?;en. geheelvar Vat de hevenloc kunne dl De ;er volkssiol de schlie middelt! xeïfs v\:e En T8 erlinge wordei edrijven \. dat, als erliezen 5trie dit zij een hebben, ers niet )f meer r vul l en. Arueri ;hool in de ieerride en , weder krijgs t/ilhelm iit niet onen te kennis istrieele in niet %ls een eest begsdienst ?chland, :ren van van den. liklas il, welk de ijver al reeds hertsen ; '?n. d, en in. droevig, i moeite tiau een jeeringsieke pernauren gblad te een zeer hut een geweest; hoe de akt voor geslacht, oral nog d. te veel, dan de indelijke lacht der ff'en, wee eeft van agelschendustrie. ainernera rie. Dat odukien, vak-avn( houden ?> richt ir. d lieren gv alierlei h zi:n ver,.) d(n leeii te vol ge i Voorts di'r lagir r(ns ze L genome;: En h» l scholen richten, dergelijk r ers heb i j u wet . worde 'sels! 'ro'. un udeiei.. h voortnen pro>g slechts as diege ing, zien, jn, Wac;e laatste nschester lngelsche ?ieken, de rond ver jaren nog erschapen ikssteden, );000 man :ing steeg 20,000 tot te hebben ijver en ilddar be del vj te en is hij over 'ii, Galicië, scholen te iberg.TurIssteden in icht van de duitend de in de werkontvangen, en wat be rusten met i waar zij icste werk je tescheplaasting als uld en tijd, :eeren naar en Oosten emeente-innabij overal igen. loolgeld geslbelovende, ?rden. lat de lagere vrij zijn, dat andere leermigc f/eraUcn :n en jonge 18e jaar de :n, waar, beTwijs, onderlooi* de schordt, benevens e werkgevers hooge boeten, avondscholen en de klassen hebben, alvorden in dienst de technische < r. .cu in te paalde en be, Vandaar een its 05UO inwobekend wegens

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl