De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 17 februari pagina 2

17 februari 1901 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1231 moord, geroepen om den Servischen vorstentroon te bestijgen, aanvankelijk, als min derjarige, onder het regentschap van Blasiiavatz, Ristiteh en Gavrilowitch. Servi ?was destijds nog een vazalstaat van Turkije en te Belgrado lag een Tui ksch garnizoen.In 1872 werd Milan meerderj irig ver klaard. Hij benoemde zijn gewezen regent Blasnavatz tot voorzitter van den minister raad en schikte zich aanvankelijk, al toonde liij nu en dan zijn autoritairen en lyrannieken aard, naar diens verstandige raad gevingen. Doch Blasnavatz stierf reeds in 1873, en Ristiteh, die hem als minister president verving, bleek niet opgewassen te zij.i tegen de reactionairen, die den jongen vorst geheel in hun vaarwater hadden gekregen. Gedurende eenige jaren volgde de eene ministerieeie crisis op de andere en bleef het in Serviëonrustig. In 1875 trad Milan in het huwelijk met Natalie Keschko, de schoone dochter Van een Russischen kolonel. Intusschsn waren in Bosniëen de Herzegowina onlusten uitgebroken, waarbij Serviëbetrokken werd en die tot een oorlog met Turkije leidden. De jonge vorst speelde daarbij een allesbehalve schitte rende rol; het Turksche leger zou onge twijfeld Belgrado hebben bezet, indien Rusland niet ware tusschenoei'ien gekomen. In Februari 1877 werd de vrede gesloten, en daarbij de toestand vóór het uitbreken van den oorlog hersteld. Gedurende den oorlog, in 1870, werd het eenige. kind uit het huwelijk van Milan en Natalie, de tegenwoordige koning Alexander, geboren. Bij het uitbreken van den oorlog lusschen Rusland en Turkije trachtte Milan, onder (ion invloed van Ristiteh, munt te slaan uit een eventueel bondgenootschap. Hij verkreeg van den czar de toezegging, dat de grenzen van het oude koninkrijk Sarvi zouden worden hersteld, hetgeen natuurlijk het losmaken van alle banden met Turkije in zioh sloot. Terwijl de Roemenen zich voor Rusland wakkere bondgenooten toon den, bleven de Serviërs werkeloos tot na den val van Piewna. dat wil zeggen, tot fe.itelijk de macht van Turkije was gebroken. Natuurlijk toonde Rusland onder die om standigheden zich niet geneigd om iets te doen ten gunste van zulk een onbetrouwbaren medestander; maar, dank zij het antagonisme tusschen het czarenrijk en de Habsburgsche monarchie, kregen de Serviërs toch door den steun van Oos tenrijk bijna alles wat zij verlangden. All jen op den titel van koning moest Milan nog tot 1882 wachten. Had Milan als vorst al een vrij slecht figuur gemaakt, met de nieuwbakken Majesteit ging het steeds bergaf. De door den koning op roekelooze wijze uitgelokte oorlog met Bulgarije had een allernoodlottigst verloop. M dan bleek zelfs niet de meest elementaire hoedanigheden van een veldheer te bezitten en het Ser vische leger werd door de Balgaren, onder leiding van vorst Alexander (den Battenberger) totaal verslagen. Toen kwam de Oosfenrijksche diplomatie met een vclo tusschen beiden; graaf Khevenhüller verklaarde namens zijne regeering, dat indien de Bulgaarsche troepen verder gingen, Oostenrijksche troepen den Serviërs te hulp zouden komen. Zoo was Milan ten tweeden male door Oostenrijk uit den brand gered. En zoo werd tevens de Servische oppositie (die daar te lande met den niet in West-Europeeschen zin op te vatten naam van »radieale partij" wordt aangeduid) steeds meer in de armen van Rusland gedreven. O^er de binnenlandsche politiek van koning Milan spreekt Alcide Ebray in het Journal den Débats een vernietigend oor deel ui(. »Er stak in hem een despoot van de ergste soort, niet van die van den goeden tyran, die de menschen met een ijzeren hand regeert omdat hij hen onbe kwaam acht zichzelf te regeeren, maar van die van den Oosterschen S mverein, die zijne staten beschouwt als iets dat in zijn persoonlijk belang moet worden ge xploiteerd en die geene andere gedragslijn kent, dan die welke he.'ii door zijne harts tochten wordt voorgeschreven. Dd politieke partijen waren voor hem slechts werktuigen om aan zijne eerzucht te voldoen, en wanneer hij in haar een hinderpaal zag voor het voldoen aan zijne hartstochten, verbrijzelde hij za niet slechts meedoogenloos, maar vervolgde ze zonder eenige noodzakelijkheid met zijn wrok en liet geen gelegenheid tot wraako f'entng tegen haar voorbijgaan." Koning Milan had zeer vele zoogenoemde »noble Passionen,'' in 't bijzonder die voor de vrouwen en bet spel. Geruchtmakende schandalen leidden tot eene echtscheiding tusschen hem en ko'ningin Natalie, eene scheiding die hij later, toen het hem in zijn kraam te pas kwam, weder nietig liet verklaren. In 1880 zag hij zich ge noodzaakt als koning af te treden, en zijn hoogst ongewenschte tegenwoordigheid werd met belangrijke geldoii'ers afgekocht. Mihm had plechtig beloofd, niet meer naar Serviëte zullen teiugkeerew en zich niet met de Servische aangelegenheden te zul len bemoeien, maar hij bekommerde zich niet het minst om de gegeven beloften. Hij wist z''ch zelfs door zijn zoon te laten benoemen tot opperbevelhebber van het Servische leger, en deze concessie ging, evenals vele andere, gepaard met belang rijke aderlatingen voor de Servische schat kist. Het toppunt van het schandaal was de door hem uitgelokte veroordeeling van een aantal zijner meest gehate en gevreesde tegenstanders als deelnemers aan het tegen hem gerichte »complot'' van Knezevitch. Het had er alien schijn van, dat hij weer de geheele macht tot zich zou trekken. Dat dit niet is geschied, heeft Servi te danken aan het huwelijk van den jongen koning met Mevrouw Draga Maschin, tegen welke verbintenis Milan die gansch andere plannen voor zijn zoon had zich met groote heftigheid verzette. Koning Alexander, die zijn jeagd in allerdroevigste omstandigheden en ergerniswekkende familieverhoudingen heeft door gebracht, en die zich, zoolang hij alleen stond, niet aan den noodlottigen invloed van zijn vader heeft kunnen onttrekken, schijnt bij zijne echtgenoote den lang gezochten en gewenschten steun te hebben gevonden en te hebben ingezien, dat hij plichten te vervullen heeft, die geheel in strijd zijn met de inzichten van een vader, door wien de belangen van het land en die der dynastie evenzeer zijn verwaarloosd. Napoleon zeide indertijd: »als ik dood ben, zal de wereld Ouf! zeggen." Milan was op geen enkel punt met Napoleon te vergelijken, dan op dit ae, dat zijn dood in en buiten Serviëmet een zucht van verlichting wordt begroet. Briefen Dit utrecht, door JAN VAX 'T STICHT. We hebben do.r bei ijs een paar vrooüjke weken gehad ! Waar men ging do >r de stad of daarbuiten, ovfral kwam muil hteren en dames tegen nut de schaatsen bst gelend aan de hand en zich spoedend Laar de ijsbaner, vroilijlc schertsend en lachend in 'i blij vooruitzicht, vaa het genot, da.», h n daar wachtte. Utrecht kwam eeas voor een wijle uit -/ijn vroom-deft gju plooi ev, zoo niet geheel vergeten, dau w^rJen tcch, zoodra de schaatsen maar oLdergebondtn waren, de giwone vooroordeclen, die ander.6, als we //te voel" zijn, over ons heetsc'ien, ter zijde gestald. Voor zo >ver mogelijk werd daa de leus gehuldigd, dat op het, ijs alle measchtn gelijk zijn, precies als voor de rechtbank, lu die stalen schoenen schenen alle kleingeestige statids-, godsdiecst- ej politieke ouderschtiJingeu weg te zinken, terwijl de moed, die m eewoue schoenen uo.* weieens pletgt weg ie zakker, er uit omhoog steeg tair de harfeu van bedeesde jongelingen en schuchtere muisjes en hen ds e l rondzeüen over de ijsvlakte als broers en zusters uit n huisgezin. l Met den godsdienst in het algemeen schijnt echter het ijsvenniak nog niet, al te goed iu overeenstemming te brengen te zijn. Ten minste ik heb in 't geheel geen domiaees op schaitsen gezien. Wel pastO)is, en 'i most gelegd zijn, die heereu gaven door hun 11 iiken slag een goed voorbeeld aan de hun b^wojderende li'eken. Zou het schaa'senrijden nu o >k al tot de wer'ld:c'.ie vermakelijk''C len behooren, die angst vallig door de vromsn bjhooren vtnmd.'n te worden? 't Gaat b >ven mijn horizon, zou Vader Cits gezegd hetnen, dat een R>cm<clie godsdienstvoorgMgdr geen schade berokkent aan zijn verre toekomst., door hier op snel gewïekten voet rond te zwieren en een Nsd rduitsch Hervormde of Gereformeerde, of hoe /ij i'>k nog meer mogen heeten, we!. Als zij m mr van dat ondergtljopan land achter het fort du li.lt, vandaan blijvc i, waar des avonds gee'i andere verlichting was, dan die d: vtr leMe paartjes in veelkleurige lampions op de schouders droegen welke verlichting aan het, eind ian de bian nog weieens door een geheiiruinn g windvlaagje gebluscht werd dan kaïnitmatid er iets kwaads van zeggen of deuken. Uit, vrees vo >r levensïe'a'ir behoefden ze het echter ook niet t;' later, want Moerkoert had op het sportterrein voor een volkomen veilige baan gezorgd en daar had len zij dus op prachtig ijs en iu alle et r en deugd nog etm brentjf: over kunnen doen. Maar eifh, dat. zal misschien mettertijd nog wel veranderen! Er is al zooveel veranierd ! L'< herinner me den lijd EO,; dat Let volstrekt niet fatsoenlijk geac it, werd dat j >nge dtmes schaatsen reden. En als zij dan tocii iets van liet ijsvermaak wilden genieten tu met de heereu een tochtje in de omstreken medcmaikten, dan werden zij ia sleden gepakt, en zoo meegevoerd. Am de Jeremiebrug stonden dan altijd een troep stoere ken Is cp schaatsen met, si :den gereed, dia men voor een heelen of halven dag kon aannemen. Dan werd een tocht j; gemaakt naar Jutfttasen Vreeswijk of over den IJoorslag naar Usselstein, ; eu als de Lek het toeliet dan gingen de heereu i daar se oantijden, terwijl de dames hare veri kleun te voeteu en ma.'en in liet Veerhuis j vtrwarmlen en vóór donker was men weer vroolijk en warm thu'p. il«r tegenwoordig 1 kent men die tochten niet, moer. Mfii lieefr, hier l thans aan den Ooitelijkeu kant der stad vier [ ijsbuien; behalve de ondergcloopen landen en j het spjrt.terrein, nog die van de Utrechtsche i IJack b op litt Kanaal lanjrs den berucltcn verboden krii g" van de Utrec'itsche linie en van Vooruit," op den grooten vijver van het, \\ il'icltninapark. Deze laatste genoot veel mede werking Vau het gemeentebestuur, omdat zij 1 igeu een gtrirge entié; aan aUe burgers toegang tot hare banen gef f s terwijl de il nke burgers, die er aan hè', hoofd staan, een waarborg /.ij n voor den gceden g( est en gt pasten toon. die daar heerschen. En cp ai die bant n zijn de damesrijdsUrs wel de grootste aantrekkelijkheid. Al kin men niet, zi ggeu r/a', het scliaatseurijden er bij haar, van ouder tot ouder inzit," van de moesten harer hebb n el : moeders en grootnueders nooit, ecu scuiats //onder"' gehad de jonge dames van o.izeu tijd toonen dat zij //vlug vau aannemen" zijn. Vel ,'n harer zijn een sieraad van de ijsbanen en vooral de drie zusters, die, in elegante toiletten, bevallig over het ijs zwierei1, zijn hier vetmaard en dwingen ieder tot stilstaan en bewonderend nastaren. lütusschen heeft de dooi ain al dat, sc'ioons plotseling een eind gonaakt. Ei al komt nu en dan de vorst de hoop bij de liefhebbers weer opwekken, dat het nog niet, geheel eu al gedaan zal zijn, de ijs-getst, heeft onder ors geleden, on het is zeer de vraag of hij ors weer te pakken zal krijgen. liet bezoek van president Kruger hadden we gehoopt, dat ons weer eenige afwisseling zou brengen, maar dat bianht ons slechts teleirstelling. Eu nu, van achteren gezien, kon dat ook wel niet anders. Als ooit iets verkoel d is aangepakt, zij het dan ook met de beste bedoe lingen, dan is liet zeker de ontvangst vau Kruger geweest. Men stelle zich voor: de president van een republiek uitjrcnoodigd om zich besc'nkbaar te stellen voor een huldebttoon van Utrfclit's burgerij.... niet, door hit gemeentebestuur, maar door een paar duizend burgers, wier Iiand1e,'kenii;iren op die uitnoodiging zijn verkregen in allerlei winkels en dergelijke. En dat op initiatief van een burger, die weinig andere bekendheid had verworven in orj'/.'i stad, dan als ijverig lid van de dieren bescherming. Het spreekt vau zeif, dat., ofschoon de president door zijn secretaris de uitnoodiaiug met, i enige reserves toestemmend had lateu beantwoorden dij kon wel n et goed anders de l eereu, die zich aan het l oifd der beweging hadden geste d, toen zij daan.:\ bij de autontj.ten om mede wei k ng kwamen vragen, nul op het rtquest, kregen. De burgemeester b:dit)kte onomwonden voor liet hern aangeboden eerevoji/i'teischsp van het te benoemeu difnitief comi'é, verschillende profe-soren deden al» hij cu wilden er gein deel van uitmaken. Zelfs profe-sir Wifers Bettiik, wien men geen geestdrift voor de Tran^vaal-chc zaak on'zeggen z.il en dien meu de eer had toegedacht den president Ivj aankomst aan het station toe te sp'fkeu, wees die onderscheiding van de Inud. Z>6 miste het c-imi van achtens»aardige manntn, dat den Zaterdagavond vóór de aan komst op Dinsdag werd samei gvsteld, eiken o'11 ieeleu st.iuu en het, kon wel niet anders of de o itvangst moest een mis'ukkiiig zijn. Of choou de stalhouders, die hier over het a'g tii eu goed (?> q lipeerd zijn, op verzoek van het, conii'éhunne fraaiste cq'iipa^es gratis besc'nkbaa liaddi-u gesteld voor den stoet, deze maakte toch geenszins den indruk, dien men bij andere de.rgtiijke intochten steeds opmerkt. Natuurlijk werd Kruger, vc.o al op het, S'ationsplt-in, g-estdnftig toegcju-cht, doch litt ging daar zelfs wat, al te familiaar toe. Men verdrong zic'i daar voar het portier van het rijtuig om den grijzen president, vau nabij te zien en een juffrouw duw.itf Zelfs, onder het motief dat, zij ook ee.n Z'.ion had d,e uit, Afrika was gej tagd, <en floeu*, ruw ter zijde o.-n fitt Hoofd van de Z'iid Afrikaaiische Republiek een kus'iai,d te kuflueu toewerpen, wat, tcj der omstanders ds opjieikiug deed maken dat, //die jüfi'ouw een s'ootkaut, aan bair jipon l ari". Het gemis aan medewerking van meer invloedrijke personen had zeker ook we) ten gevolge, dat. niet zoo algemeeu gevlagd werd zelfs niet langs den we» d en de st.oi t passeerde als wel gewenscht was. E:i of dat telfde aeni'.s Oük oorzaak was dat de hand'iavn g der orde uogal iets te w n-chen overliet, wil ik niet, hes'iisen ; maar het moet den president wel onaangenaam get.ruffjii hebben dat er bij zijne aankomst aan het, hote', op het ruime plein daarvóór, nog zulk een ontzettend gedrang wa«, dat de poü'.te de gtoo*,ste moeite had te zorgen, dat, de rijtuigen alttians ongeh:n lerd vóór kouden rijden. E fi.-i, de autoriteiten zullen het zeker wel goedmaken bij den grijzen president en hem gedurende zijn verblijf alhier het wel niet aan de noodige eerbiedsb tuigingen laten ontbreken, a! gaan die dan ook niet gepaard met een lawaaiig vertoon, waarvan de waarde zeker niet wordt lerhojgd d jor de vrij povere wijze waarop men dat nog vet k regen heeft,. O.n op iets anders te komen!.... Leest u in den laaUten tijd weieens de kunstverslagen in de N. R. Cl. uit Utr cht. In een vorig schrijven wees ik er op dat op muzikaal gebied in de laatste jaren meer leven begon te heerschen en dak. dit in hoofdzaak wel te danken was aan den directeur vau ous orkest, Wouter Hutscheiiruij'er, en aan d-ncriticui van hei L'trechdche Dagblad, Hugo Noltheiiius. Uoc'i van den onbe kenden kuns'^erslaggever der N. R. Cl. mag zeker ook wel gezegd worden dat hij door zijne blijkbaar zoo zaïkkuiidige opstellen over schildei'ijeii-teutooi sttllingeu alhier, die op zulk etn bescheiden toon en zoo wars van alle aaostellerij of het voorop stellen van eigen-ik worden geschreven, ongetwijfeld weer groote belang stelling wekt, voor de kunst, die hier aardig aan het, indommelen was eu ook //kunstliefde" weer zal opwekken tot nieuwen hartstocht. Jan. 1901. ooiaU aai nj't t Een ().)k in ons land is nu een verbruikersbond opgericht. Wat zulk een bond beoogt en hoe hij werken zal blijkt het best uit het program, dat hij in de volgende «Hoofd beginselen" heeft opgesteld: I. De verbruikersbond heeft ten doel: het steunen der werkers in hun streven naar betere levens- en arbfi. /.somstandigheden, door het vormen van een band tusschen de verbruikers, opdat deze zooveel mogelijk: Is alleen die artikelen zullen koopen welke voorzien zijn van een door den bond uitgereikt merk; 2-j alleen in die winkels zullen koopen, welke een Bimdsftcl/ild voeren. II. Het recht om van dit mei k of' dit .schild rebruik te maken wordt slecht* aan die fabrikanten of handelaren verleend in wier werkplaatsen of winkels gewerkt wordt onder door deu bond goedgekeurde arbeids voorwaarden. III. De nam°n vau deze fabrikanten of handelaren, tezanirii vormend de ..Witte lijst van den verbruikersbond'', zullen op ge/etie tijden openbaar worden gemaakt. IV. Tot het stellen van bovenbedoelde voorwaarden wordt de hulp der vakver eenigingen ingeroepen. V. Het verzoek tot p'aatsing op de »Witte Irjst" gaat uit van de verbruikers. Aan dit verzoek zal door het bestuur gehoord de door den Bond aangestelde iiiftpn-lrjtrx-l.lrmx) al of niet worden ge volg gegeven. VI. De doorloopende controle geschiedt door deze iiif)>cc.leurx hetzij op aanwijzing van derden, hetzij uit eigen beweging. VIL. Niemand kun tegelijkertijd bestuurs lid ziin en op de »\Vitte lijst" voorkomen. VIII. liet lidmaatschap bedraagt ? l per jaar. Voor vakvtreenigingen .? L'óO voor elke 1DU leden met een minimum van ?2.00. Het vooil"opisr comitébestaat uit de dames: II. \V. (.'ronimelin te l'trecht, A. AI. Hienf'ait te AmMeidam en M. liahlman te liutsum, en de het-ren: ds. A. S.Talma te Arnhem, mr. (ir. H. S. Veldman te Delft, IL I/iken fabrikant te Zwolle, C. van Dorp te Rotterdam, I), de Cienq te I>iren, Henri Polak, voorz, A. N. Diam. 11, P. llols secret. A. N. Typogr. 11 en T. K lioorda te Amsterdam. Dit alles is duidelijk genoeg en de bebedoelingen zijn zonder onderscheid zoo mooi en goed, dat wij zonder Benige commentaar deze «hoofdbeginselen" zou den kunnen overschrijven, ware het niet dat bij al dit mooie en goede bedenkingen bij ons oprijzen, die aan de waarde van een en ander wel wat afbreuk doen. We kunnen die niet onder ons houden, juist omdat wij wel tot aansluiting aan den bond zouden willen aansporen. Dit toch doet meer goed dan kwaad, maar dan slechts onder de voorwaarde, dat men volkomen begrijpt wat men doet en hoeveel men doet. \ De arbeidsvoorwaarden waaronder in ons land wordt, gearbsid zijn ontegenzeggelijk even slecht als die in het buitenland en zelfs in menig bedrijf nog heel wat slechter ook. Voor eenigen tijd wezen wij hier o. a. op den langen arbeidsduur in de onder de arbeidswet vallende fabrieken en werk plaatsen, voorzoover de jaarc;ifers daar omtrent gegevens raeeledetden. Ei alles wat hulp geven kan aan de door de arbeiders z 'lf' gedane pogingen om daarin verbetering te brengen verdient goedkeuring en steun. DO bond erkent dan ook uitdrukke lijk, dat hij de arbeidsvakvereenigingen zal laten oordeelen over de arbeidsvoor waarden, waaronder in zeker bedrijf behoort te worden gewerkt, en dat wil dus meteen zeggen, dat lui den door de arbeiders z-lf gevoerden strijd tot verbeleririg als het meest werkzame en krachtige middel be schouwt. DJ bond wil niet anders dan een beetje drang op den werkgever uitoefenen van den anderen kant en zoodoende aan de arbeiderstiïchen wat meer gewicht bijzetten. De vraag is nu rnaar of het veel geven zal. Daarmede willen wij niet zeggen, dat men een opzich zelf misschien goede maatregel niet zou moeten nemen, omdat men er weinig practisch resultaat van verwacht want en iri deze materie vo >ral alle beetjes helpen en men mag geen en kt-Ie aanvals mogelijkheid vtrwaarloozen. Maar wij willen die vraag onderzoeken om hen, die zich genoopt voelen door gevoelsdrang of verstandelijke overtuiging zich aan te sluiten bij den hond, vooral duidelijk te maken hoeveel of liever hoeweinig zij bij dragen aan het goede doel: verbetering van l den maatschappelijken toestand der arbeiI dersklasse; opdat zij in hunne aansluiting slechts zien de vervulling van een der tallooie tiioreele verplichtingen, die elk denkend en gevoelend inenten in onze huidige samenleving zij n opgelt-gd.En vooral opdat züjiiet, zooals zoovaak gebeurt in een daad als deze de alpha en omega zien van sociaal werk en meenen drf wereld gerukt te hebben uit haar baan of' zelfs maar een dam gelegd te zien tegen de uitbuiting der velen door de weinigen. H'iovaardigheid past hier allerminst. Even min als illuzies. Wij spreken hier niet over onwaarschijn lijke dingen. Da hoovaardigheid en in nog meerder mate de illusies, zijn er al en zijn reeds treuit. In het weekblad H'Vttscliaw.lijk Werk. waarin de eerste stoot tot de opricliting gegeven werd, staan daar van al heel wat staaltjes :e lezen. Al ware het alleen maar deze uitspraak van twee Haagsche dsmes: Marie Jungius en Suze Groshans : >AVij hebben de innige overtui ging, dat wij allen gezamelijk het zoogeriaarnd publiek de noodzakelijke maatsctmjipelykc hercormingen kunnen tot stand brengen, indien wij daartoe onzen wil slechts te kennen geven en nauwgezet doorvoeren." Men ziet, dat het niet overbodig is de k ou d wat er kraan der kalme redeneering ietwat open te zetten bij zulke al te sterk ontgloeide verwachtingen. Vooreerst hebben wij dan de quaestie of het mogelijk zal wezen den boud een zoo i groot aantal leden te verschaffen, dat hun consumptie iri derdaad belangiij k genoeg lijkt tot dwangoefening op een pro iucent, en in de tweede plaats of men zelfs met een groot aantal leden tot een behoorlijke dvvatiguitoefening zal kunnen komen. Wat het eerste betreft, moet men beden ken, dat het vanzelf spreekt, dat de onder goede arbeidsvoorwaarden voortgebrachte goederen duurder zullen zijn dan die bij wier productie de arbeiders letterlijk uitge zogen worden. Ei dat men de groote massa der verbruikers niet ertoe zal kunnen krijgen meer te betalen, dan de laagste som waarvoor dezelfde waar wordt aangeboden. Zelfs al zou men er ten dolle in slagen de bijzondere verzotheid op «koopjes" te dooden, dau nog zullen de meesten niet in staat zijn een paar stuivers meer te betalen voor de wetenschap, dat de gekochte waar waarschijnlijk door goed beloonde arbeiders is vervaardigd. Waarschijnlijk, immers het aantal knoeierijen met de merken zal legio wezen en <lan nog weet men niels omtrent de aibf.idsvoorwaardeii van hen die de ruwproducten fabriceerden of de gromlstoilen ontrukten aan (ie natuur. Al heeft de rijstpeller op zijn fabriek liet paradijs achtige bereikt, dan bliiii het nog etn groote viaag of het schip waarmede de rijst is gebracht, bemand was met matrozen, die geen rtden hebben tot klagen en ten slotte of eenzelfde gelukzaligheid hterscht op de rijstvelden in 't verre Oosten. Een toezicht vat) dien aard was mogelijk in de Midden eeuwen, maar stuit i u den tegeinvoordigen tijd van wereldverkter en gemakkelijke verplaatsing telkens op onoplosbare moei lijkheden. Wie even over de zaak nadenkt vindt, voorbeelden bij den vleet. Maar de meest ernstige bedenking is deze, dat een verbruikersbond uilgaan moet vau een geheel onjuist begrip o-ntient de kapitalisti^che wijze van voortbrenging. Deze berust niet op, maar dwingt liet verbruik. Zoolang slechts voor hel verbruik werd geproduceerd, had de verbruiker slern in liet kapittel. Maar de massa-productie denkt niet nu:er o:n liet verbruik. De winst, waar! om het gaat, wordt verkregen door de massa j en zoo is het zelfs een telkens en vrijwel j regelmatig voorkomend feit, dat een gioot l deel der producten onverkocht blijft liggen. j Eeu ander <U'fi der producenten ziet weder kans de productie verre beneden de be hoefte te hou len en zoodoende 'Ie prijzen ? en de winst te verhoogen. Dit laalsle is ? bijv. met heel veel van de meest noodi zakelijke levensbehoeften mogelijk,_ indien een eenigszins ontwikkelde industrie kans gezien heelt tot het vormen van trusts, rings en kartellen.Men heeft mooi praten van geen ! andere petroleum en kolen (e willen branden . dan die ztlr's maar tegen behoorlijk loon i wordt rondgebracht-; De trust laat u zonder eenige wroeging in het donker zitten, en i het koletis-yndicaat in de kou. Wij tier,ken hierbij niet aan de weinigen, die dan wel wat meer betalen kunnen maar aan de velen die op elke penning moeten toezien en dan zijn de consumenten aaii handen, en voeten gebonden overgeleverd aan de willekeur der producenten. Zij vor men de desnoods morrende, maar toch altijd tot medegaan gedwongen kudde melkvee. Wie de sociale misstanden wil verbeteren die moet het mes zetten, waar het hart zit, in de productie en niet in de consumptie. De hoogere Joonen verhoogen de koop kracht en maken dus desnoods hooge prijzen mogelijk. Miar de groote consument, de arbeider, kan niet de hoogere looiren krijgen door Ie weigeren consument te zijp, eenvoudig omdat hij de weigering niet zou kunnen uitvoeren dan opstraffs van honger en werkeloosheid. Er is wel «ÏU zoodoende te bereiken. De in Amerika, E igeland en elders bijv. bestaande »Union-)abels", merken diedoen zien dat een voorwerp gemaakt i ^ do >r vakvereeriigingsleden tfgen vakvereenigingsvoorwaarden arbeidend, hebben daar eenig succes. Maar meer omdit zij de vakvereenigingen achter zich hebben dan omdat het consumentenaaulal van de met merken voorziene firma's zooveel grooter wordt. In ons land is de vakbeweging evenwel veel te zwak om zoo iets te kunnen doen, en diamantbawerkers en typograf'en die blijkbaar mededoen eu dan ook de beste vakvereenigingen zijn, leveren beide producten bij wier gebruik andere dingen den d >orslag geven dan de over weging van de voorwaarden hunner pro ductie. Men mag zijn losse drukwerk op de drukkerij van den A. N. D. B. geven bijv., maar men zal noch tijdschriften of dagbladen, noch boeken kuv.nen weigeren te lezen en Ie koopen, als zij onder minder kondities worden gedrukt. I3:j de kleedinginduatrie kunnen de welgertvlderen,diegeen confectiegoed wenschen, de huisindustrie op deze wijze wel met eenig succ s tegengaan en de concentratie van het beliijf in beter ingerichte ateliers be vorderen, rnaar wil de minder gegoede hier steun geven, dan zou dat alleen kunnen. wanneer een geheele vakvereeniging bijv. besloot slechts bij n fabrikant te koopen, mits hij ziin confectie arbeiders beter behaadelde. E i diar hoort in ons land heel wat, toe. Wanneer het Rijk en de gemeenten arbeidsvoorwaarden voorschreven in al hunne bestekken, Liet alleen voor bouw en timmerwerk, maar ook voor de kleeding van soldaten, politie, brandweer enz. enz., voor drukwerk, bind werk en zooveel andere dingen nog d;e zij uitbesteden, of'onderde beste voorwaarden deed werken in eigen beheer; aan zich trokken verschillende takken van bedrijf, ja dan waren wij heel wat verder. Dan waren wij ook weer bezig de productie te vervormen, in plaats van kieskeurig te zijn op de dingen die er zijn en die toch gebruikt moeten worden. Zoo is het nu eenmaal met ons groot kapitalisme en onze grootindustrie, die het zoover gebracht hebben, dat zij met recht kunnen zeggen, dat zij er niet voor de gebruiker?, maar de gebruikers er voor hen zijn. En daarom moeten wij niet al teveel van ons zelf en van ons succes denken als wij lid van den bond worden. Maar waarom zouden wij het niet worden ? de vakbeweging krijgt daardoor toch nog een klein beetje steun, en wie weet of wij niet ergens een «goedgezinde" werkgever doen opduiken, die ons de zachte eu zoete gerust hèd geeft, dat de hoed, dien wij op het hoofd hebbeu en het jasja dat ons kleedt, uit de hatden komen van enkele arbeiders, die het iets beter hebben dan hunne klasse! Misschien geeft die gerustheid ons dan nog wel vernieuwden ijver om niet slechts stukjesgevvijs te werken voor hier eerr paar arbeiders en daar een paar, maar voor de lotsverbetering der klasse in haar geheel. Want dat is 't toch waar 't per slot op aankomt. H. L r f T r Li t ± MnzieK in de HoofMad Het is niet vaak gebeurd in den laatsten tijd dat een zangeres uit den vreemde zulk een buitengewonen indruk op mij gemaakt heeft als mej. Taerese Bihr uit Bsrlijn. Wol is zij vroeger reeds hier opgetreden en trof mij ook toen haar prachtig, week orgaan, in alie registers even vol, haar duidelijke uit spraak en hare voortreffelijke stembeheersehing; toen echter meende ik te bespeuren een zucht naar overdreven nuances en wel met de be doeling haar schoon mcz-ii roce op zijn voordeeligst te doen uitkomen. Thans gelukkig hiervan geen spoor meer. Mej, Uehr zong Donderdag T dezer de Aria uu lüuck's »0rpheus« meer bekend met de duitsche woorden ?.Ach, ich habe sie verloren», dan r;og eene aria van Giordano »Caro mio ben", bereveiïs de liederen «Immer leiser wird mein Sjblumnier" van lirahms. >AVtyla's Uesang" van Ilugo Wolf, sllolder BHithenmai'' van Giuck en FiiihlirigHiiacht'' van Schuinann. In de beide italiaar.sche aria's kon rnpj Behr haar soberheid en adel van stijl doen bewon deren. Gesteund doe-r een prachtige en expres sieve behandeling der taa! en eene uitstekende beheersching van den adem, wist de zangeres zoowel in liet recitatief als in de aria's geheel baar kunstcnaarsziel neer te leggen. Niet min der schoon werden de liederen vertolkt. Na het lied van ISrahms was m P j. Bsbr zelf zóó onder den indruk gekomen, dat zij slechts met de grootste zelfbeheersctniig kon voortgaan. Men gevoelde het dat zij de poëzie van Ilermann Lingg en iirabms doorleefd had en dat zij den toehoorder een blik schonk in haar eigen gemoed Het lied van Wolf eischt breedere declamatie dan waarover zij te be schikken heef:. Het lied van (i;uck echter was wederom zeer schoon ; een voorbeeld van text-ill'jitratie. G.'en wonder dat bet publiek riet rustte voordat de zangeres r.og een lied 'Fiübhngsnacht'' van Schumann toegegeven had. Jlej. Uehr is thans in de volle rijpheid van hare ontwikkeling gekomen. Zij is een waar priesteres harer kunst. Als men de beste ramen der jonge kunstenaressen opsomt, behoort de hare orider de eerste gerangschikt te worden. De huwelijlisplechtigheid van II. M. de Koningin, die juist op denzelfden dag had plaats gevonden,'was aanleiding dat men Weber's Jubel-ouverture uit het stof der bibliotheek heeft opgedoken. Men heeft daar goed aan gedaan. Hoewel niet zoo schitterend en bloeiend schoon als 's meesters Ohéron- en Euryanthe ouvertures, bekoort ook dit werk door vloeiende en liefelijke melodiek, vooral in het midden gedeelte en den bewonderenswaardiger! zin van Weber voor eene smaakvolle instrumentatie.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl