De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 24 februari pagina 5

24 februari 1901 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1235 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Dan gaat hij als secretaris van Dabricourt naar het Palais Bourbon en woont er de opening van de kamerzitting bij; vervolgens gaat hij kijken naar het verrijden van den Grand Prix; een poosje later is hij getuige van een groote drijfjacht van de dienaren van de openbare zede lijkheid", op publieke vrouwen en de natuurlijke . verdedigers van die ongelukkigen, de monsters, die van de vrouw een voorwerp tot exploitatie, dikwijls een lokmiddel tot de ergste misdaden maken", zooals hij het heel netjes en toch weer zoo mooi uitdrukt. Met den commissaris, die dat nachtelijke experiment heeft geleid, gaat hij dan mee om een moordenaar te pakken. Mag Jean dan maar dadelijk met den commis saris en de agenten mee ? O, ja, hij heeft maar te zeggen : ik ben de secretaris van den deput Dabricourt of; ik ben de schrijver van het artikel in La voix Nouvelle en ieder heeft groote achting voor hem. Ze gaan dus met z'n allen dien moordenaar pakken. J eau is min of meer in de zaak betrokken, want hij heeft het slachtoffer gekend en is zelfs getuige geweest van de aan leiding tot den moord. Ja, hij heeft wat beleefd die Jean in Parijs! De moordenaar wordt natuurlijk ter dood veroordeeld; de terecht zitting woont Jean bij, en ook de uitvoering van het vonnis door de guillotine. Jan beschrijft, 't zoo mooi : Zijn hoofd kwam in de luuette, die om zijn hals sloot, en klik", het mes liet los, gleed flitsend, bliksemsnel, en sneed met een //F/,zt" door den hals; het hoofd rolde met een doffen plof in den bak, een breede, dampende bloedstraal spoot over de straatsteen eu, het lijf tui melde terzijde in de mand... aan de gerechtigheid was voldaan". Harde waarMen en goede w enten. De voorbereiding der vrouw tot hare levens taak, door dr. ADAMS-LEIIMANN, vertaald door E. KUNST-HELJNEMAN. Prijs lüets. Uitgegeven door de vereeniging voor vrouwenkiesrecht. Dit is de vertaling van een rede, door een vrouwelijke arts gehouden, en de vertaalster, zoowel als de vereeniging, die haar vertaling het licht doet zien, behoeven zeker van dit werk geen spyt te gevoelen. Het kan niet anders dan nuttig zijn, als veel vrouwen en meisjes kennis nemen van de hier ontwikkelde denkbeelden, al zullen ze wel eens een beetje tegenstribbelen bfl 't hooren van harde waarheden en al zullen de goede wenken niet door allen even gretig worden aanvaard. De Dnitsche dokter is zeer beslist in haar oordeel, dat de minderwaardigheid der vrouw duidelyk blijkt, nu zij zich meer en meer in 't openbare leven beweegt en er een plaats inneemt, die vroeger voor haar was afgesloten. De schrijfster acht die inferioriteit 't historisch noodzakelijke gevolg van wat in voorbijgegane tyden der vrouwen lot is geweest; maar tevens is zij van meening, dat dit achterstaan bij den man op kantoor en fabriek, in werkplaats en laboratorium, in hoogere en lagere maatschappe lijke betrekkingen, zal ophouden, wanneer de vrouwen zichzelf beter zullen hebben voorbereid voor het werk, dat ze niet yrijw llig zochten, maar dat haar door den ontwikkelingsgang, dien de maatschappij volgt, inderdaad wordt opgedrongen. Om waardig en als zijns gelijke het arbeids veld te betreden, dat de man tot nu toe voor zich reserveerde, zal de vrouw zich beter moeten voeden, meer lichaamsbeweging moeten nemen en haar tyd tusschen arbeid en rust op doel matiger wjjze moeten verdeelen. Aan deze beschouwing worden in de kleine brochure goede wenken op het punt der hygiëne van het lichaam vastgeknoopt en wat de geestelijke gezondheidsleer aangaat, geeft de schrijfster den zeer verstandigen raad, dat vrouwen moeten streven naar belangstelling in de reëele dingen van het leven, en dat zij daarvoor zich hebben aan te sluiten bij den man in zijn openbaar optreden. Zoo pleit dit boekje voor gemengde scholen, gemenglen arbeid en gemengde ont spanning van de beide geslachten, en daarmee doet het inderdaad een nuttig werk, liggend op den weg van de vereeniging voor vrouwen kiesrecht. Toch zouden er stellig onder de leden dier vereeniging tientallen van ontwikkelde vrouwen zijn aan te wijzen, die een zestiental blad zijden van dezen aard hadden kunnen samen stellen, en zoo een van haar dit werk onder handen had genomen, zou er zeker iets voor den dag zijn gekomen, dat niet leed aan de gebreken van dit brochuretje, niet al te goed vertaald, en dat hier en daar uit den aard der zaak zyn buitenlandsche af komst verraadt. Zoo is het de vraag, of de verwijzing zonder meer naar ethnografische waarheden, vermeld in Havelock Eliis Man en Vrouw, voor allen duidelijk zal zijn, en zoo wordt op blz. 10 gesproken van de heldhaftige houding der mannen aan boord van de Hulgarye, die toen heel Europa met bewondering vervulde." Een halve bladzijde lang wordt over dergelijke buitengewone krashtsu spanning" gephilosofeerd, zonder dat wij vernemen, wanneer dat toen was en welke scheepsramp wordt bedoeld, een groote fout in zulk een kleine brochure, die pittig en veelzeggend behoorde te zijn. En ja, de taal zou stellig beter moeten wezen. Uit de regels, die de lichaamsoefening behande len, schrijf ik even af: Daarbij is gebleken, dat reeds 14 a 15 jarige jongens in den regel een derde of meer spier kracht bezitten dan hunne veel oudere zusters" en... Heeft men echter te doen met een van jongsaf aan rationeel opgevoed meisje van krachtige ouders, zoo zal haar spiervorming, in aanmerking genomen hare sekse, geen stoornis behoeven te lijden. Het is goed zich voorbeelden van mannelijk productie-vermogen voor oogen te houden, wanneer men er toe overgaat zelf, of zijne dochter lichaamsoefeningen te laten doen en zich te overtuigen wat de gemiddelde jongen, de gemiddelde man doen kan en dan ronduit te bekennen hoever men dezen ten achter is" of het rijmende Met het verstand alleen is nog geen revolutie bewerkt en ook de revolutie, die de vrouw bevrijden zal van haar zwakte, heeft een beweegkracht : oodig, de smart, de ellende en het verzet der door zwakte geknakte vrouw." Nu zijn dit maar kleinigheden, zoo men wil, doch die vermeden hadden kunnen worden; al hopen wij, dat zij geen beletsel zullen zijn voor de vervulling van den wensch, dien het hoofd bestuur der vereeniging voor vrouwenkiesrecht in haar epiloogje uitspreekt: Wat wij met de uitgave voornamelijk beoogen is: de oogen der vrouw te openen voor het feit, dat zij in En zoo vinden we zoowat aües in het boek wat te Parijs alzoo te koop is. Jean moet weer gaas goed uit zijn oogeii gekeken hebben, om dat alles zoo precies te kunnen beschrijven; en dat dan in zoo een kort bestek ! Misschien zou hij zelfs wel beter gedaan hebben, als hij niet zooveel hooi op zijn vork genomen had en ous wat meer tot de bijzonderheden van een onder deel van het Parijsche leven had ingeleid. Dat was misschien beter geweest i \Vant Jean vertelt dat alles nu Wel heel aardig, maar hij blijft zoo verschrikkelijk aau de oppervlakte. We weten ook wel al wonen we hier nou in Hoilaiid, we krijgen toch wel eens ecu krant in handen dat het in de «Cliat Noir" cu de Mouliu llouce" een erge lollige boel is, en dat het iu de Fr-uische Kamer erg rumoerig toe kan gaan eu dat bij zoo'n eerste zitting het oudste lid voorzitter is, maar dadelijk weer naar zijn plaatsje teruggestuurd wordt ; ook weten we wel zoowat wat de Grand Prix is, en al hebben we ''t nog uoo t gehoord of' gezien, toch kunnen we oris wel voorstellen dat de guillotine eerst //klik" zegt en dan ,/ïzzt" en dat er dan een dampende bloedstraal over de straatsteenen spuit ... Eu zoo zijn we dan toch eigenlijk over .lan niet erg tevreO; hij heeft bepaald zijn b«st.e beentje niet voorgezet. Want, je begrijpt dat hij heel Parijs op zijn duimpje kent; dat blijkt nu al: hij weet je precies te zegden hoe je, als je bijvoorbeeld op de een of andere brug staat, dan den E ffsl-toren en de Are de Triomfe ziet, waar je komt a's je deze boulevards ail <opt, en dan die zijstraat inslaat, wat een mooi ver gezicht je hebt van af Mont-Martre .. . enfin al die bizonderheden, die je in Zola ook kunt vinden. 0 » **l* ?*** doorsnede inderdaad niet zoo goed, als de gemiddelde man is toegerust voor den strijd om het bestaan en dat ze niet maar uit ge makzucht moet aannemen, dal de natuur dit zoo wil en ze er dus in heeft te berusten. In geen geval is dit bewezen en eigen zwakheid bestrijden is plicht." F. J. VAN UlJ.DKIKS. Maar 't blijft dan toch jammer, dat, Jan niet wat meer zijn best gedaan lueft; want ais Urootu Broer Jean en al die andere groote broers van ons in Parijs, zeggen dat het daar zoo mooi en zoo eenig is, dau gelooven we het wel ; maar op den duur ga je toch eindelijk ook wel eens naar feiten verlangen.. TH. P. Vaderlandsliefde. »De kiem tot vaderlandsliefde is in het hart l van ieder mensch gelegd, het is de liefde tot i de geboorteplaats, tot het ouderlijk huis." Bovenstaande regelen las ik dezer dagen in een zeker maandblad en vind er veel waarheid in; doch schrijver dezer woorden vervolgt verder, dat wy die kiem moeten aanwakkeren; de kinderen van hun jeugd af aan goed met de geschiedenis van 't vaderland op de hoogte moeten stellen; met hen te huis de beroemde gedenkdagen der geschiedenis feestelijk te vieren; in n woord, dat wij, vrouwen, onzen kinderen nimmer genoeg vaderlandsliefde zouden kunnen inprenten. Hiermede ben ik het echter lang :;ieteens; dat die kiem er is, geef ik gaarne »>>e, ja, ik geloof dan ook niet, dat er veui inensehsn bestaan, die hoegenaamd niets voor 't vaderland gevoelen; maar die kiem zoo sterk aan te wakkeren, vind ik bepaald afkeurenswaardig. AVat toch is daar het gevolg van ? dat onze jongens, mannen worden, die den oorlog niet verafschuwen, die als het er op aan komt. hun leven voor het land zouden willen geven, die den gruwel billijken om menschen, dia toch ook een hart hebben dus gevoelen en het leven lief hebben, te vermoorden. Weet ge wel, moedige soldaat, (zoo be titelt men hem, die moordt) weet ge wel, welk leven gij daar afgesneden hebt ? Kunt gij de gevolgen, die innig treurige gevolgen van uwe daad gissen? O, stellig gij gooidet het zwaard terzijde en met 't hoofd in uwe handen zoudet gij uitroepen: »0, God, wat heb ik gedaan?" Weet g\j, wat voor een nacht die verslagene doorgemaakt heeft? Hebt gij zijn nog jeug dige gade aanschouwd ? Zaagt gij, hoe haar het harte brak en hoe hij zijn uiterste best nog deed om haar moed in te spreken, maar het toch eigenlijk ook niet kon ? O, hadt ge dat alles en nog veel meer aan schouwd, ik durf beweren, gij hadt nooit het zwaard tegen hem opgeheven; maar dan tegen een ander. En die ander? heeft ook hij geen tehuis, waar allen hem vol angst verbeiden; ja stellig en zoo al niet, er zijn toch nog zoo vele banden, die den mensch aan deze wereld binden, en gij zelf, indien u het snij dend zwaard trof en terneer velde ? Kunt gij de diepte peilen van de ellende en smart, we'ke uw dood over uw gezin, uw vader en moeder, brengen zou ? Neen, duizendmaal neen, geen oorlog! Elke menschenziel, die daar zich van de aarde scheidt, berokkent leed, hard leed; en o, wanneer wij over die treurige zijde van den oorlog nadenken, hoe kunnen we dan feest vieren met onze kleinen en hen opbrengen, om hen misschien later ook op 't krijgsveld te laten neervellen, o gruwel! hoe kan zóó iets van een moederhart verlangd worden ? En eischt het vaderland zulks ? Zou de wereld niet oneindig veel gelukkiger er aan toe zijn, indien de oorlog voorgoed den aftocht blies ! In plaats van vaderlands liefde, zou ik willen, dat alle moeders hun kinderen menschenliefde als het hoogste en edelste voorhielden en dan volgt vanzelf, dat waar ware en edele mensrhenliefde is, geen oorlog kan bestaan. Voorzeker zijn we nog zoover niet en zal het- stellig nog lang moeten duren eer ieder dit in zal zien, maar wij, vrouwen, kunnen er het meest toe bijdragen, om onze liefste wensch »geen oorlog" vervuld te zien. Wij toch hebben zulk een onnoemlijk grooten invloed op de kleinen, o, dus kunnen, en willen wij dien dan ook gebruiken en waar we het kind van zijn jeugd af aan 't goede en edele voorhouden, kan baast als vanzelf niets anders dan het goede uit volgen; daarom laat ons een kloek en vast besluit nemen, en menschenliefde boven vaderlandliefde stellen. Er zijn helaas nog vaders en moeders ge noeg, die er trotsch op zijn, een zoon op 't veld van eer te zien sneuvelen. Binden zij zich zelf geen blinddoek voor en redeneeren zij hun gevoel, 't oudergevoel voor 't kind, niet weg met hoogdravende zinnen, die toch eigenlijk zoo luttel te beteekenen hebben ''. Kom, laten wij vrouwen, allen, onze liefde. onze groote liefde tot do mersschheid zooveel in onze macht is, uitoefenen. Laten wij het zaad zonder ophouden in de kleinen strooien en hartelijk hopen en gelooven, dat de tijd eens daar zal zijn, dat kanon, zwaard en verdere Taal en Spclliiig. Een tweetal lezingen, door J. H. v\x I>KN BOSCH, leraar aan de Jlijks H B. S. eu bet Gymnasium te Gouda. ('s-Gravenhage, Haagsche Boekhandel en UitgeversMaatschappij.) Prijs ? O oü. In een woord vooraf zegt de schrijver: //l.'it boekje bevat, twee lezingen, beide voor zeer beschaafd publiek gehouden, uiet zonder «suc ces". Dit mag hun aanbeveling zijn bij ander beschaafd publiek, voor dat, waaruit in den regel onze schoolkoinmissieri voortkomen, veel van onze kamerleden, bestuurders van Nutsdepartemeutcu, cte. etc. Dit, is het publiek dat gewonnen moet worden voor de Vereen voudiging, zal Vereenvoudiging uu mogelik zijn. Ook de onderwijs-maniien, natuurlik. (Jok de studenten van onze akademics. tegen de tijd dat zij zelf, volwassen, mee de toon gaan aangeven. Maar vooral ook in de kringen die ik aanduidde, moet ecu juist lie(ffip i'ifn de T,eyliü!<:dini/ vsni Tutil ai Spclliiitf ?/'?orden gebracht. Op uit begrip komt het aan. biet is niet, nodig, dat onze Ministers, Lispekteurs, Schoolopzieners eu >Sclioolkommissie-leden j zeil hun spelling gaan vereenvoudigen, voldoende i? liet dat de gezaghebbers begrijpen gaan wat Vereenvoudiging is ... ." ' Dn,t liet niet algemeen wordt begrepen, ligt hieraan, dat zovelen uiet weten in welke be trekking de Spelling staat tot de Taal. In zijn eerste lezing tracht Van den Bosch dat duidehk te maken. Taal is klank. Spelling: aanduiding van die klank. Stel u nu voor, dat de mensen omtrent zekere tijd beginnen te schrijven. Hun spelling, nietwaar, zal van nature foneties zijn, ze zullen met hun le'tern gaan aanduiden hun, waarden. Laat ons ouderstellen, dat er vrij vél in die tijd geschreven wordt. I\'u zal de hand van de schrijvende mensen gewoon worden om de woorden op die bepaalde manier te schrijven; en hun oog zal gpwO' n worden ze aldus te zien. Wat zal er nu gebeuren als na een zeker tijds verloop do taal zozeer veranderd is. dat, u-ndere klanken en ook sommige andere «öimtn weer algemeen zijn geworden? De ouwere nuusen zullen de n/iiee tekens blijcen schrijven, en de jongere mensen zullen dat schrijven van hun overnemen; ook het lezen van al de in vroeger tijd geschreven boeken :<al de omrere tekens bij het jongere geslacht inprenten. Eu zo zal er dan, door de macht van het voorbeeld eu door de kracht der gewoonte, een verschil zijn ge komen tussen de Spelling en de Taal die een andere is geworden; de Spelling zal niet meer in allen dele ''u fonctiese, een klankspelling zijn." Zo is dan de spelling van nature foneties, maar gaat ook van nature etymologies, d. i. nfoncties worden. Zolang de mensen niet met elkaar afspreken om de Spelling, als ze in zekere tijd eindel'k zo en zo geworden is, nu ook zo te houden, zal er altijd weer nieuwe fonetiese Spelling ontstaan, dóór de ouwe heen en Laast de ouwe. krijgsvoorwerpen (of beter gezegd: werktuigen om menschen mede te slachten) niet meer noodig zullen wezen. Br., Jan. liMJl. Con. S. Huize Thugater". In de maand Augustus van dit jaar wordt te dezer stede, Keizersgracht 165, eene inrich ting geopend, zooals die tot nu toe in ons land niet bestaat. Het is een Te-Huis voor onderwijzeressen (c.q. andere studeerende vrouwen), ingericht als de in het vrijheidlievende Denemarken en Amerika bestaande »homes", doch op kleinere schaal. Het geldt hier trouwens eene proef, die, naar het zich laat aanzien, de behoefte aan dergelijke in richtingen, zal aantoor.en. In het gebouw zullen 14 a 15 personen gehuisvest kunnen worden, naar de ligging en inrichting der kamers voor / 50. , / 45.?, /4().?, / 35.?en f'M?per maand. De maaltijden zullen gemeenschappelijk worden gebruikt in eene zaal, die des avonds voor de studeerenden gereserveerd wordt. Atlassen, woordeboeken, verschillende belletristische en andere werken staan ter beschik king der studeerenden. Eene groote zaal wordt ingericht als con versatie-zaal en restauratie. Deze is op nader vast te stellen uren .jwj^ toegankelijk voor dames niet-inworrendeir,. iff*,: " Een of meer kamers wo'rden voor tijdelijke gasten gereserveerd,, Lunch en diner zullen er voor dames tot zeer matige prijzen ver krijgbaar worden gesteld. Eene gezellige in richting der restauratie- eonversatiezaal, diverse lectuur, matige consumptieprijzen en de aan wezigheid van een telefoon, ook voor inter communaal verkeer, zullen, in verband met de gunstige ligging (5 min. van den Dam) dit te-huis tot een middelpunt van verkeer tus schen studeerende en niut studeerende vrouwen maken. Alle kamers worden óf door gas óf door electriciteit verlicht. In genoemden prijs is inbegrepen : kamerhuur, voeding, licht, gebruik van studeer- en conversatiezaal, gebruik van telefoon (communaal verkeer,; gebruik van baden. Als directrice zal optreden mejuffrouw G. E. Thieme, nu hoofd der kost- en dag school te Maarssen. Inlichtingen worden voorloopig verstrekt door ue secretaresse der commissie mejuffrouw A. Dijk, Alexanderplein 7, Amsterdam. Verlaten Biiitenplaatsöii, Tot de bezitters van verlaten buitenplaatsen komen onder^eteekenuen met een beleefd, maar dringend verzoek. Zoudt u ter bewoning willen afstaan een uwer doorlooperid leegstaande buitenwoningenV Doel: liet verschaffen van logies in gezonde buitenlucht aan meisjes uit den werkenden stacd. Haar daardoor geestelijk en lichamelijk te stalen voor de plichten, die haar wachten in de maatschappij. Niet voor zieke persoon tjes vragen wij uwe hulp, maar wij vragen uwe hulp en meewerking oio. ziekten en bovenal ziekelijkheid te voorkomen. A\ ie willen ondergeteakcnden helpen do kleine som, die voor dat doel bijeen is, zoo danig te vermeerderen, dat met l Mei as. het plan tot uitvoering kar, komen, om meisjes van IL' lii jaren frissche buitenlucht te verschaffen? Nadere inlichtingen worden gaarne veistrekt. Wed. C. ,!. 1,1-; Vn,,|.;i., Laan v. M^erder/oort N 5. Ui?:.NI;II:TTH KOOI'.MAN;-. 1ste Schuytstraat 5. Den Haag, helm 1!M)1. ilimiiiimiiimiiHfu l',tn Idtcr run betefl:enin. Vrouwelijke malta in, alle imflen. Kere de Aoium/iii.?7ei!(o()H.s(,"i7iii<; !i: Antii'f.rjicn.-- Marron/r llntnl; Ibxi-it ---'l'ti'ue l\ciiertiinen.?.. Voor eene kou''. Sedert de Siang moeder Eva's deugdzaam heid aan 't wankelen bracht, had de letter X bij ons vrouwen, veel goed te maken. En dat deed zij ook volgens de Itlitslration van '.» Februari. A!le vrouwen, wier geschriften in poëzie of proza bij de nakomelingschap in dankbar e herinnering zouden voortleven, zouden namen dragen, die met eer. > aanvingen. .Schuilnamen, meisjesnamen, namen verkregen door een huwelijk het. doet er i.iüt toe, vrou welijke, litteraire beroemdheden zijn voorbe stemd haar naam met een ,s tu do'ti aaiiviingon. Oordeelt zelf: -^'ijijilto, en met een luchtiger; sprong door de eeuwen hoon, wordt onmid In de geschriften van alle perioden van de taal kan men dit, zien. En ook al spreken de mensen dit af. Er zijn inderdaad tijden, dat de mensen een zodanige zin voor stabiliteit en voor uniformiteit in alles aan den dag leggen, dat, ze de van nature veranderlike spelling, als 't ware dwingen tot'n kompromis, tot, 'n kompromis van de iu haar wer kende tegenstrijdige krachten; en dau heet, elke zich door 't werken van de foneliese neiging voordoende afwijking van 't nu vastgeste de een fout. . . Maar tegen het dwingen tot unifor miteit zal op den duur altijd weer reaksie ko men, daar zal altijd weer 'n tijd aanbreken, dat de mensen weer sterk gaan voelen de realiteit van de taal in kun, d. i. de realiteit van de klank... En dau gaat, weer blijken dat al wordt spelling altijd bij 't verandeien van de taal van nature etymologies, immers door de kracht, der gewoonte en door de macht van het voorbeeld, dat de oorspronkelike kracht die de sp Ivormen schept, de fonetiese neiging, niet ophoudt, op haar beurt in de Spelling te heersen. Da' spel ling altijd weer verandert, Is 'n naluurwet eu die er zich als de tijd van verandering gekomen is, tegen verzet, verzet zich tot z'n eigen sclia en hij verzet zich te vergeefs. Gaat het niet zo met al wat des mensen is, met onze instellin gen en met onze denkbeelden?" In de dagen van de Vries eu te Winkel werd de realiteit van de klank maar zwak gevoeld. Zoals Van den Bosch zeer juist opmerkt: door invloed van de klassieke talen, van 't Latijn en en het Grieks waarvan men de Iclanlc met kende maar dat men las zoals het er stond, werd de letter het ware, het eigenlike. Dacht men aan taal, men dacht aan geschreven, gedrukte woer den, aan letters. »Door het klassicisme was Taaldellijk daarop genoemd mevrouw de Survüle, Sibilla Schtrartz, mevrouw de Sécigné, Madeleine de Scitdéri/, mevrouw de Sublé; ook» wordt genoemd mevrouw de Maintenon, want die was vóór haar morganatisch huwelijk met Lodewijk XIV, de weduwe Scarron. Scarron was een vernuftig mannetje met scherpllikkerenden geest, lichamelijk zulk een ver schrompeld wezen, dat h\j zich zelf met bijlenden spot noemde: »Un raccourci de la misère humaine". Niet vergeten worden de dames de Staal en de Ntaél; lieecher Stoive en de Amerikaansche schrijfster Sedioick. Op het vredes congres te Parijs vlogen Bsrtha von Suttner en de schrandere Sécérine elkaar om den hals. Olive Kchreiner, Carmen Si/lca. Mathilde Serao worden niet vergeten. Jammer dat er geen Ilollandsche namen vermeld worden. Gaarne zou ik er aan toe voegen: Helene Stearth, Anna de Hawrnin Lohman, Jo van Kluten, Elise Soer, mevrouw Snijders. * * * «Femmes docteurs en médecine dans tous les pays" is de titel van een merkwaardig boek saamgesteld door mevrouw Hariett Fontanges. Op den omslag van dit boek prijkt de beel tenis van een der knapste en meest gevierde vrouwelijke dokters te Parijs, van mevr. Conta. In Frankrijk's hoofdstad zijn 77 vrouwelijke dokters werkzaam. Amerika is er het eerst toe overgegaan den graad van dokter in de geneeskunde aan vrouwen te verleenen. Niet minder dan .'!OÜvrouwelijke artsen zi.jn in Chicago werkzaam. Engeland bezit IJ'Jli vrouwelijke doktoren; een gedeelte van haar is werkzaam in Britsch-Indiëen in China; 85 oefenen de praktijk uit in Londen. Zelfs in Abessiniëis een vrouwelijke medicus, een Xwitsersche van geboorte, met name mejuffrouw Zurcher. »Eere de koningin", aldus kor.digt zich aan het nieuwe lied, zoo juist in den handel ge bracht. De tekst, eenvoudig, vriendelijk, vrij van opsmuk en pretentie werd gemaakt door een Haarlemsche dame, mevrouw B. de Graan' van Cappelle. De compositie werd eveneens door een Haarlemsche dame geleverd, door de muzikale, artistieke Vrouwe de Jonge van Cainpens?Nieuwland Witsen. Het is te hopen, dat dit irissche Hod zijn weg zal vinden tot de volksscholen en door zal dringen tot de kern van onze natie. * Onder het patronaat van den Belgischen minister van Nijverheid zal den Ign Mei van dit jaar, te Antwerpen geopend worden een internationale Tentoonstelling van mode-arti kelen en lingeries. Een nauwkeurig overzicht te krijgen van alles wat de industiie op dit bont en onafzienbaar terrein heeft voortge bracht, zal een merkwaardige en verrassende studie zijn. De tentoonstelling zal worden ge houden in de prachtige zalen van de Sociót Iloyale d'Harmonie, van Antwerpen. Den vier den Mei geopend, zal de expositie den liOiten Juni daaraanvolgend sluiten. Ossip-Louriézegt in zijn boek »La philosophie sociale sur ie thiïfrre d'Ibsen" dat de trouwe levensgezellin van den stoeren Noorschen denker Ibsen, een supérieure vrouw is De schema's voor zijn stukken bespreekt hij met haar. Voert Ihsen haar in den doolhof van zijn denken, zij heeft den leiddraad in hinden de meJedeeling van zijn onstuimig voortstu wende gedachten brengt haar niet in de war. Zij is altijd de eerste aan wie hij zijn stukken voorleest. Mevrouw Ibsen vindt net heerlijk vrij-uit mot haar man te mogen spreken over zijn letterkundigen arbeid. Ibsen hecht buiten gewoon veel waarde aan de inzichten en het onbevangen oordeel zijner ecutgenoote. Zij wil nooit bedankt worden voor de uiting harer meeningen die hem toch van zoo groot nut zijn liisen kon geen weerstand bieden aan de beboette van alle onzelfzuchtige harten, om de dankbaarheid die in ti«n is ook te uiten. Ilij schreef eenige verzen en al zijn vrienden weten wie de »Vestaalsche maagd is, die in hem brandend houdt het heilig vuur er. aan wier voeten hij in uilen ootmoed neerlegt zyn diep gevoelde erkentelijkheid.'' Mevrouw I'isen heeft groote, donkere oogen waaruit de goedheid des harten u tegenstraalt; haar stem is zeer innemend: zonder mooi te zijn gaat er eeii groote bekoring van haar uit. * * De keizerin van Rusland, bijgenaamd .de vrouw met het droef gelaat" eu Je keizerin van Duitschlar.d hebben groote puntui van overeenkomst. Bdide vervullen met beminne lijke gratie de plichten die haar hooge waar digheid meebrengt. Het hart der beide vrouwen is echter afkeerig van den grootschen, killen, schitterschijn van het hofleven. Zy zy'n trouwe echtgenooten, voorbeeldige moeders en voelen zich alleen tevreden en gelukkig in kleinen, intiemen familie-kring. Tijdens de ziekte van den Czar heeft de Czarina haar echtgenoot met zeldzame toe wijding verpleegd. Gedurende die ziekte, moest zij zich de vreugde ontzeggen, haar drie dochtertjes, waarvan Tatjana. de middelste, de mooiste is, dagelijks by zich te hebben. De drie, altijd in het wit gekleede princesjes werden ingekwartierd in een huis, vlak bij de keizerlijke villa te Livadia. lederen dag, op een vastgesteld uur moesten de drie kleintjes voor een raam gezet worden opdat de moeder ze kon zien. De Czarina verscheen voor een der ramen van het paleis om haar kinderen toe-te-wuiven en kushandjes te zenden. De Duitsche keizerin gaat iederen avond voor zij zelve zich ter ruste begeeft, langs de bedjes van haar jonge kinderen, om zich per soonlijk te overtuigen, dat zij rustig slapen en geen behoefte hebben aan haar moederlijke zorgen of toezicht. In »de Bode der Heidring-gestichten", num mer van 15 Februari, staat een mededeeling, i die ik gaarne onder uw aandacht breng. j Mejuffrouw Maclaine Pont, onze bekende j roman-schrijfster, maar tevens de weldoenster van het »Kintlerhuis" te Zetten, vertelt het verlies van eene koe, geleden door het j Magdalena-liuis. Het Magdalena-huis zoo heet het verblijf der ongehuwde moeders, dat grenst aan het Kinderhuis. «Het arme dier heeft schrikkelijk geleden. Vier weken lang is er mes getobd, vaak dag en nacht. De veearts is er bij geweest, medi cijnen, eieren, melk, alles is gegeven, maar niets mocht baten. liet arme beest dat niet meer herstellen kon, moest worden afgemaakt....'1 Het verlies van een rnelkgevende koe, waar zoo veel kinderen te voedtn zijn, is niet gering. Wie wil iets afzonderen ? Mej. M. P. verzoekt vriendelijk op het strookje van den postwissel te willen zetten «Voor eene koe". l Sinaasajipel-gelei. Ingrediënten. -2/4 deciliter Sinaasappel-sap ; het sap van '2 citroe nen ; de schil van ;ïsinaasappelen, 100 gram suiker, ;>() gram gelatine. Bereiding. Doe 2 3 j d. L. water, de schillen van 3 sinaasappelen, de suiker en de gelatine in een pan. Laat dit 15 minuten j trekken, roer van tijd tot tijd. Uoe deze massa j door een rijne zeef en voeg er bij het citroen en sinaasappelsap. Laat de massa in een vorm bekoelen. CORRESPONDENTIE Een stroom van ,>Tien geboden" vloeide het Uedactie-bureau binnen. De bloemlezing, saamgesteld uit de inzendingen, die ik ont ving, kon daarom niet iu mijn wekeJijkt,che rubriek worden opgenomen. Het doet mij leed, dat ik mijn ijverige inzendsteis niet kon bezorgen: >le bonheur de se voir imprimé". (.' \i-inr.K. Eene vriendelijke abonnee van ons blad, oordeelend dat men het strijken niet door praki tisch oefenen behoeft te leeren is zoo wKlwiii lend ons het volgend «ontelbaar" recept toe te zenden: ! Jüj een eetlepel stijfsel (rauwe) neemt men een iialven lepel Borax, weike op 'i liter beet , water wordt opgelost. Een eetli-pel stijfsel wordt met twee lepels knuj water aai.gemankt en de halve lepel Borax, die, opgelost, mot t : afkoelen wordt lauw op Ue natgemaakte MIJ i's e l gegoten en er goed dooiheeti geroerd. Als ),u ' het strijkgoed, droog in«e!-tijlseld en goed in gewreven, in eene doek gewikkeld worat. snoet het spoedig gestreken. Hij bet strijken, moet men het goed eernt op de verkeerde kunt half droog strijken, ie na wo.-dt het goed nog.uauls \ met een nat sponde tv-n \o,-(mg gemankt, j waardoor reeds eene groote iijnüeid wordt i verkregen, en hetgeen tevens ten doel heeft, de kanten des te schooner eu blijvend te kunnen insnijden. Na behoorlijke afkoeling van het gestrekene, gaat men tot het glanzen over. De gestreken kraag of manchet wordt niet een vochtig sponrje niet te nat bestreken. Dan wordt er met een goed heet glansijóer, met kracht overheen ge streken. Eerste vereischten bij strijken zijn fchuons ijzers en men heeft een glausbord en eeii glansyzer noodig. £

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl