Historisch Archief 1877-1940
No. 1235
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Dan gaat hij als secretaris van Dabricourt naar
het Palais Bourbon en woont er de opening van
de kamerzitting bij; vervolgens gaat hij kijken
naar het verrijden van den Grand Prix; een
poosje later is hij getuige van een groote
drijfjacht van de dienaren van de openbare zede
lijkheid", op publieke vrouwen en de natuurlijke .
verdedigers van die ongelukkigen, de monsters,
die van de vrouw een voorwerp tot exploitatie,
dikwijls een lokmiddel tot de ergste misdaden
maken", zooals hij het heel netjes en toch weer
zoo mooi uitdrukt. Met den commissaris, die
dat nachtelijke experiment heeft geleid, gaat
hij dan mee om een moordenaar te pakken.
Mag Jean dan maar dadelijk met den commis
saris en de agenten mee ? O, ja, hij heeft maar
te zeggen : ik ben de secretaris van den deput
Dabricourt of; ik ben de schrijver van het artikel
in La voix Nouvelle en ieder heeft groote achting
voor hem. Ze gaan dus met z'n allen dien
moordenaar pakken. J eau is min of meer in de
zaak betrokken, want hij heeft het slachtoffer
gekend en is zelfs getuige geweest van de aan
leiding tot den moord. Ja, hij heeft wat beleefd
die Jean in Parijs! De moordenaar wordt
natuurlijk ter dood veroordeeld; de terecht
zitting woont Jean bij, en ook de uitvoering
van het vonnis door de guillotine. Jan beschrijft,
't zoo mooi :
Zijn hoofd kwam in de luuette, die om zijn
hals sloot, en klik", het mes liet los, gleed
flitsend, bliksemsnel, en sneed met een //F/,zt"
door den hals; het hoofd rolde met een doffen
plof in den bak, een breede, dampende
bloedstraal spoot over de straatsteen eu, het lijf tui
melde terzijde in de mand... aan de gerechtigheid
was voldaan".
Harde waarMen en goede w enten.
De voorbereiding der vrouw tot hare levens
taak, door dr. ADAMS-LEIIMANN, vertaald
door E. KUNST-HELJNEMAN. Prijs lüets.
Uitgegeven door de vereeniging voor
vrouwenkiesrecht.
Dit is de vertaling van een rede, door een
vrouwelijke arts gehouden, en de vertaalster,
zoowel als de vereeniging, die haar vertaling
het licht doet zien, behoeven zeker van dit werk
geen spyt te gevoelen. Het kan niet anders dan
nuttig zijn, als veel vrouwen en meisjes kennis
nemen van de hier ontwikkelde denkbeelden,
al zullen ze wel eens een beetje tegenstribbelen
bfl 't hooren van harde waarheden en al zullen
de goede wenken niet door allen even gretig
worden aanvaard.
De Dnitsche dokter is zeer beslist in haar
oordeel, dat de minderwaardigheid der vrouw
duidelyk blijkt, nu zij zich meer en meer in
't openbare leven beweegt en er een plaats
inneemt, die vroeger voor haar was afgesloten.
De schrijfster acht die inferioriteit 't historisch
noodzakelijke gevolg van wat in voorbijgegane
tyden der vrouwen lot is geweest; maar tevens
is zij van meening, dat dit achterstaan bij den
man op kantoor en fabriek, in werkplaats en
laboratorium, in hoogere en lagere maatschappe
lijke betrekkingen, zal ophouden, wanneer de
vrouwen zichzelf beter zullen hebben voorbereid
voor het werk, dat ze niet yrijw llig zochten,
maar dat haar door den ontwikkelingsgang,
dien de maatschappij volgt, inderdaad wordt
opgedrongen.
Om waardig en als zijns gelijke het arbeids
veld te betreden, dat de man tot nu toe voor
zich reserveerde, zal de vrouw zich beter moeten
voeden, meer lichaamsbeweging moeten nemen
en haar tyd tusschen arbeid en rust op doel
matiger wjjze moeten verdeelen. Aan deze
beschouwing worden in de kleine brochure
goede wenken op het punt der hygiëne van
het lichaam vastgeknoopt en wat de geestelijke
gezondheidsleer aangaat, geeft de schrijfster
den zeer verstandigen raad, dat vrouwen moeten
streven naar belangstelling in de reëele dingen
van het leven, en dat zij daarvoor zich hebben
aan te sluiten bij den man in zijn openbaar
optreden. Zoo pleit dit boekje voor gemengde
scholen, gemenglen arbeid en gemengde ont
spanning van de beide geslachten, en daarmee
doet het inderdaad een nuttig werk, liggend
op den weg van de vereeniging voor vrouwen
kiesrecht.
Toch zouden er stellig onder de leden dier
vereeniging tientallen van ontwikkelde vrouwen
zijn aan te wijzen, die een zestiental blad
zijden van dezen aard hadden kunnen samen
stellen, en zoo een van haar dit werk onder
handen had genomen, zou er zeker iets voor
den dag zijn gekomen, dat niet leed aan de
gebreken van dit brochuretje, niet al te goed
vertaald, en dat hier en daar uit den aard
der zaak zyn buitenlandsche af komst verraadt.
Zoo is het de vraag, of de verwijzing zonder
meer naar ethnografische waarheden, vermeld
in Havelock Eliis Man en Vrouw, voor allen
duidelijk zal zijn, en zoo wordt op blz. 10
gesproken van de heldhaftige houding der
mannen aan boord van de Hulgarye, die toen
heel Europa met bewondering vervulde." Een
halve bladzijde lang wordt over dergelijke
buitengewone krashtsu spanning" gephilosofeerd,
zonder dat wij vernemen, wanneer dat toen
was en welke scheepsramp wordt bedoeld, een
groote fout in zulk een kleine brochure, die
pittig en veelzeggend behoorde te zijn.
En ja, de taal zou stellig beter moeten wezen.
Uit de regels, die de lichaamsoefening behande
len, schrijf ik even af:
Daarbij is gebleken, dat reeds 14 a 15 jarige
jongens in den regel een derde of meer spier
kracht bezitten dan hunne veel oudere zusters"
en... Heeft men echter te doen met een van
jongsaf aan rationeel opgevoed meisje van
krachtige ouders, zoo zal haar spiervorming,
in aanmerking genomen hare sekse, geen stoornis
behoeven te lijden. Het is goed zich voorbeelden
van mannelijk productie-vermogen voor oogen
te houden, wanneer men er toe overgaat zelf,
of zijne dochter lichaamsoefeningen te laten
doen en zich te overtuigen wat de gemiddelde
jongen, de gemiddelde man doen kan en dan
ronduit te bekennen hoever men dezen ten
achter is" of het rijmende Met het verstand
alleen is nog geen revolutie bewerkt en ook
de revolutie, die de vrouw bevrijden zal van
haar zwakte, heeft een beweegkracht : oodig,
de smart, de ellende en het verzet der door
zwakte geknakte vrouw."
Nu zijn dit maar kleinigheden, zoo men wil,
doch die vermeden hadden kunnen worden; al
hopen wij, dat zij geen beletsel zullen zijn voor
de vervulling van den wensch, dien het hoofd
bestuur der vereeniging voor vrouwenkiesrecht
in haar epiloogje uitspreekt: Wat wij met
de uitgave voornamelijk beoogen is: de oogen
der vrouw te openen voor het feit, dat zij in
En zoo vinden we zoowat aües in het boek
wat te Parijs alzoo te koop is. Jean moet weer
gaas goed uit zijn oogeii gekeken hebben, om
dat alles zoo precies te kunnen beschrijven; en
dat dan in zoo een kort bestek ! Misschien zou
hij zelfs wel beter gedaan hebben, als hij niet
zooveel hooi op zijn vork genomen had en ous
wat meer tot de bijzonderheden van een onder
deel van het Parijsche leven had ingeleid. Dat
was misschien beter geweest i \Vant Jean vertelt
dat alles nu Wel heel aardig, maar hij blijft
zoo verschrikkelijk aau de oppervlakte. We
weten ook wel al wonen we hier nou
in Hoilaiid, we krijgen toch wel eens ecu
krant in handen dat het in de «Cliat
Noir" cu de Mouliu llouce" een erge lollige
boel is, en dat het iu de Fr-uische Kamer erg
rumoerig toe kan gaan eu dat bij zoo'n eerste
zitting het oudste lid voorzitter is, maar dadelijk
weer naar zijn plaatsje teruggestuurd wordt ;
ook weten we wel zoowat wat de Grand Prix
is, en al hebben we ''t nog uoo t gehoord of'
gezien, toch kunnen we oris wel voorstellen
dat de guillotine eerst //klik" zegt en dan
,/ïzzt" en dat er dan een dampende bloedstraal
over de straatsteenen spuit ...
Eu zoo zijn we dan toch eigenlijk over .lan
niet erg tevreO; hij heeft bepaald zijn b«st.e
beentje niet voorgezet. Want, je begrijpt dat
hij heel Parijs op zijn duimpje kent; dat blijkt
nu al: hij weet je precies te zegden hoe je,
als je bijvoorbeeld op de een of andere brug
staat, dan den E ffsl-toren en de Are de Triomfe
ziet, waar je komt a's je deze boulevards ail <opt,
en dan die zijstraat inslaat, wat een mooi ver
gezicht je hebt van af Mont-Martre .. . enfin al
die bizonderheden, die je in Zola ook kunt vinden.
0
»
**l*
?***
doorsnede inderdaad niet zoo goed, als de
gemiddelde man is toegerust voor den strijd
om het bestaan en dat ze niet maar uit ge
makzucht moet aannemen, dal de natuur dit
zoo wil en ze er dus in heeft te berusten.
In geen geval is dit bewezen en eigen zwakheid
bestrijden is plicht."
F. J. VAN UlJ.DKIKS.
Maar 't blijft dan toch jammer, dat, Jan niet
wat meer zijn best gedaan lueft; want ais Urootu
Broer Jean en al die andere groote broers van
ons in Parijs, zeggen dat het daar zoo mooi en
zoo eenig is, dau gelooven we het wel ; maar
op den duur ga je toch eindelijk ook wel eens
naar feiten verlangen..
TH. P.
Vaderlandsliefde.
»De kiem tot vaderlandsliefde is in het hart
l van ieder mensch gelegd, het is de liefde tot
i de geboorteplaats, tot het ouderlijk huis."
Bovenstaande regelen las ik dezer dagen in
een zeker maandblad en vind er veel waarheid
in; doch schrijver dezer woorden vervolgt
verder, dat wy die kiem moeten aanwakkeren;
de kinderen van hun jeugd af aan goed met
de geschiedenis van 't vaderland op de hoogte
moeten stellen; met hen te huis de beroemde
gedenkdagen der geschiedenis feestelijk te
vieren; in n woord, dat wij, vrouwen, onzen
kinderen nimmer genoeg vaderlandsliefde
zouden kunnen inprenten.
Hiermede ben ik het echter lang :;ieteens;
dat die kiem er is, geef ik gaarne »>>e, ja, ik
geloof dan ook niet, dat er veui inensehsn
bestaan, die hoegenaamd niets voor 't vaderland
gevoelen; maar die kiem zoo sterk aan te
wakkeren, vind ik bepaald afkeurenswaardig.
AVat toch is daar het gevolg van ? dat onze
jongens, mannen worden, die den oorlog niet
verafschuwen, die als het er op aan komt. hun
leven voor het land zouden willen geven, die
den gruwel billijken om menschen, dia toch
ook een hart hebben dus gevoelen en het leven
lief hebben, te vermoorden.
Weet ge wel, moedige soldaat, (zoo be
titelt men hem, die moordt) weet ge wel, welk
leven gij daar afgesneden hebt ? Kunt gij de
gevolgen, die innig treurige gevolgen van uwe
daad gissen? O, stellig gij gooidet het zwaard
terzijde en met 't hoofd in uwe handen zoudet
gij uitroepen: »0, God, wat heb ik gedaan?"
Weet g\j, wat voor een nacht die verslagene
doorgemaakt heeft? Hebt gij zijn nog jeug
dige gade aanschouwd ? Zaagt gij, hoe haar
het harte brak en hoe hij zijn uiterste best
nog deed om haar moed in te spreken, maar
het toch eigenlijk ook niet kon ?
O, hadt ge dat alles en nog veel meer aan
schouwd, ik durf beweren, gij hadt nooit het
zwaard tegen hem opgeheven; maar dan tegen
een ander. En die ander? heeft ook hij geen
tehuis, waar allen hem vol angst verbeiden;
ja stellig en zoo al niet, er zijn toch nog
zoo vele banden, die den mensch aan deze
wereld binden, en gij zelf, indien u het snij
dend zwaard trof en terneer velde ? Kunt gij
de diepte peilen van de ellende en smart,
we'ke uw dood over uw gezin, uw vader en
moeder, brengen zou ?
Neen, duizendmaal neen, geen oorlog!
Elke menschenziel, die daar zich van de
aarde scheidt, berokkent leed, hard leed; en
o, wanneer wij over die treurige zijde van den
oorlog nadenken, hoe kunnen we dan feest
vieren met onze kleinen en hen opbrengen,
om hen misschien later ook op 't krijgsveld te
laten neervellen, o gruwel! hoe kan zóó iets
van een moederhart verlangd worden ?
En eischt het vaderland zulks ?
Zou de wereld niet oneindig veel gelukkiger
er aan toe zijn, indien de oorlog voorgoed
den aftocht blies ! In plaats van vaderlands
liefde, zou ik willen, dat alle moeders hun
kinderen menschenliefde als het hoogste en
edelste voorhielden en dan volgt vanzelf, dat
waar ware en edele mensrhenliefde is, geen
oorlog kan bestaan.
Voorzeker zijn we nog zoover niet en zal
het- stellig nog lang moeten duren eer ieder
dit in zal zien, maar wij, vrouwen, kunnen
er het meest toe bijdragen, om onze liefste
wensch »geen oorlog" vervuld te zien. Wij
toch hebben zulk een onnoemlijk grooten
invloed op de kleinen, o, dus kunnen, en
willen wij dien dan ook gebruiken en waar
we het kind van zijn jeugd af aan 't goede en
edele voorhouden, kan baast als vanzelf niets
anders dan het goede uit volgen; daarom laat
ons een kloek en vast besluit nemen, en
menschenliefde boven vaderlandliefde stellen.
Er zijn helaas nog vaders en moeders ge
noeg, die er trotsch op zijn, een zoon op 't
veld van eer te zien sneuvelen. Binden zij
zich zelf geen blinddoek voor en redeneeren
zij hun gevoel, 't oudergevoel voor 't kind,
niet weg met hoogdravende zinnen, die toch
eigenlijk zoo luttel te beteekenen hebben ''.
Kom, laten wij vrouwen, allen, onze liefde.
onze groote liefde tot do mersschheid zooveel
in onze macht is, uitoefenen. Laten wij het
zaad zonder ophouden in de kleinen strooien
en hartelijk hopen en gelooven, dat de tijd
eens daar zal zijn, dat kanon, zwaard en verdere
Taal en Spclliiig.
Een tweetal lezingen, door J. H. v\x
I>KN BOSCH, leraar aan de Jlijks H B. S.
eu bet Gymnasium te Gouda.
('s-Gravenhage, Haagsche Boekhandel en
UitgeversMaatschappij.) Prijs ? O oü.
In een woord vooraf zegt de schrijver: //l.'it
boekje bevat, twee lezingen, beide voor zeer
beschaafd publiek gehouden, uiet zonder «suc
ces". Dit mag hun aanbeveling zijn bij ander
beschaafd publiek, voor dat, waaruit in den
regel onze schoolkoinmissieri voortkomen, veel
van onze kamerleden, bestuurders van
Nutsdepartemeutcu, cte. etc. Dit, is het publiek
dat gewonnen moet worden voor de Vereen
voudiging, zal Vereenvoudiging uu mogelik
zijn. Ook de onderwijs-maniien, natuurlik.
(Jok de studenten van onze akademics. tegen
de tijd dat zij zelf, volwassen, mee de toon
gaan aangeven. Maar vooral ook in de
kringen die ik aanduidde, moet ecu juist
lie(ffip i'ifn de T,eyliü!<:dini/ vsni Tutil ai Spclliiitf
?/'?orden gebracht. Op uit begrip komt het aan.
biet is niet, nodig, dat onze Ministers,
Lispekteurs, Schoolopzieners eu >Sclioolkommissie-leden
j zeil hun spelling gaan vereenvoudigen, voldoende
i? liet dat de gezaghebbers begrijpen gaan wat
Vereenvoudiging is ... ."
' Dn,t liet niet algemeen wordt begrepen, ligt
hieraan, dat zovelen uiet weten in welke be
trekking de Spelling staat tot de Taal.
In zijn eerste lezing tracht Van den Bosch
dat duidehk te maken.
Taal is klank. Spelling: aanduiding van die
klank. Stel u nu voor, dat de mensen omtrent
zekere tijd beginnen te schrijven. Hun spelling,
nietwaar, zal van nature foneties zijn, ze zullen
met hun le'tern gaan aanduiden hun, waarden.
Laat ons ouderstellen, dat er vrij vél in die
tijd geschreven wordt. I\'u zal de hand van
de schrijvende mensen gewoon worden om de
woorden op die bepaalde manier te schrijven;
en hun oog zal gpwO' n worden ze aldus te zien.
Wat zal er nu gebeuren als na een zeker tijds
verloop do taal zozeer veranderd is. dat, u-ndere
klanken en ook sommige andere «öimtn weer
algemeen zijn geworden? De ouwere nuusen
zullen de n/iiee tekens blijcen schrijven, en de
jongere mensen zullen dat schrijven van hun
overnemen; ook het lezen van al de in vroeger
tijd geschreven boeken :<al de omrere tekens bij
het jongere geslacht inprenten. Eu zo zal er
dan, door de macht van het voorbeeld eu door
de kracht der gewoonte, een verschil zijn ge
komen tussen de Spelling en de Taal die een
andere is geworden; de Spelling zal niet meer
in allen dele ''u fonctiese, een klankspelling zijn."
Zo is dan de spelling van nature foneties,
maar gaat ook van nature etymologies, d. i.
nfoncties worden.
Zolang de mensen niet met elkaar afspreken
om de Spelling, als ze in zekere tijd eindel'k
zo en zo geworden is, nu ook zo te houden,
zal er altijd weer nieuwe fonetiese Spelling
ontstaan, dóór de ouwe heen en Laast de ouwe.
krijgsvoorwerpen (of beter gezegd: werktuigen
om menschen mede te slachten) niet meer
noodig zullen wezen.
Br., Jan. liMJl. Con. S.
Huize Thugater".
In de maand Augustus van dit jaar wordt
te dezer stede, Keizersgracht 165, eene inrich
ting geopend, zooals die tot nu toe in ons
land niet bestaat. Het is een Te-Huis voor
onderwijzeressen (c.q. andere studeerende
vrouwen), ingericht als de in het
vrijheidlievende Denemarken en Amerika bestaande
»homes", doch op kleinere schaal. Het geldt
hier trouwens eene proef, die, naar het zich
laat aanzien, de behoefte aan dergelijke in
richtingen, zal aantoor.en.
In het gebouw zullen 14 a 15 personen
gehuisvest kunnen worden, naar de ligging en
inrichting der kamers voor / 50. , / 45.?,
/4().?, / 35.?en f'M?per maand.
De maaltijden zullen gemeenschappelijk
worden gebruikt in eene zaal, die des avonds
voor de studeerenden gereserveerd wordt.
Atlassen, woordeboeken, verschillende
belletristische en andere werken staan ter beschik
king der studeerenden.
Eene groote zaal wordt ingericht als con
versatie-zaal en restauratie. Deze is op nader
vast te stellen uren .jwj^ toegankelijk voor
dames niet-inworrendeir,. iff*,: "
Een of meer kamers wo'rden voor tijdelijke
gasten gereserveerd,, Lunch en diner zullen
er voor dames tot zeer matige prijzen ver
krijgbaar worden gesteld. Eene gezellige in
richting der restauratie- eonversatiezaal, diverse
lectuur, matige consumptieprijzen en de aan
wezigheid van een telefoon, ook voor inter
communaal verkeer, zullen, in verband met
de gunstige ligging (5 min. van den Dam) dit
te-huis tot een middelpunt van verkeer tus
schen studeerende en niut studeerende vrouwen
maken.
Alle kamers worden óf door gas óf door
electriciteit verlicht. In genoemden prijs is
inbegrepen : kamerhuur, voeding, licht, gebruik
van studeer- en conversatiezaal, gebruik van
telefoon (communaal verkeer,; gebruik van
baden.
Als directrice zal optreden mejuffrouw
G. E. Thieme, nu hoofd der kost- en dag
school te Maarssen.
Inlichtingen worden voorloopig verstrekt
door ue secretaresse der commissie mejuffrouw
A. Dijk, Alexanderplein 7, Amsterdam.
Verlaten Biiitenplaatsöii,
Tot de bezitters van verlaten buitenplaatsen
komen onder^eteekenuen met een beleefd, maar
dringend verzoek.
Zoudt u ter bewoning willen afstaan een
uwer doorlooperid leegstaande buitenwoningenV
Doel: liet verschaffen van logies in gezonde
buitenlucht aan meisjes uit den werkenden
stacd. Haar daardoor geestelijk en lichamelijk
te stalen voor de plichten, die haar wachten
in de maatschappij. Niet voor zieke persoon
tjes vragen wij uwe hulp, maar wij vragen
uwe hulp en meewerking oio. ziekten en bovenal
ziekelijkheid te voorkomen.
A\ ie willen ondergeteakcnden helpen do
kleine som, die voor dat doel bijeen is, zoo
danig te vermeerderen, dat met l Mei as. het
plan tot uitvoering kar, komen, om meisjes van
IL' lii jaren frissche buitenlucht te verschaffen?
Nadere inlichtingen worden gaarne veistrekt.
Wed. C. ,!. 1,1-; Vn,,|.;i.,
Laan v. M^erder/oort N 5.
Ui?:.NI;II:TTH KOOI'.MAN;-.
1ste Schuytstraat 5.
Den Haag, helm 1!M)1.
ilimiiiimiiimiiHfu
l',tn Idtcr run betefl:enin. Vrouwelijke
malta in, alle imflen. Kere de
Aoium/iii.?7ei!(o()H.s(,"i7iii<; !i:
Antii'f.rjicn.-- Marron/r llntnl; Ibxi-it ---'l'ti'ue
l\ciiertiinen.?.. Voor eene kou''.
Sedert de Siang moeder Eva's deugdzaam
heid aan 't wankelen bracht, had de letter X
bij ons vrouwen, veel goed te maken. En dat
deed zij ook volgens de Itlitslration van '.»
Februari. A!le vrouwen, wier geschriften in
poëzie of proza bij de nakomelingschap in
dankbar e herinnering zouden voortleven, zouden
namen dragen, die met eer. > aanvingen.
.Schuilnamen, meisjesnamen, namen verkregen
door een huwelijk het. doet er i.iüt toe, vrou
welijke, litteraire beroemdheden zijn voorbe
stemd haar naam met een ,s tu do'ti aaiiviingon.
Oordeelt zelf: -^'ijijilto, en met een luchtiger;
sprong door de eeuwen hoon, wordt onmid
In de geschriften van alle perioden van de taal
kan men dit, zien. En ook al spreken de mensen
dit af. Er zijn inderdaad tijden, dat de mensen een
zodanige zin voor stabiliteit en voor uniformiteit
in alles aan den dag leggen, dat, ze de van nature
veranderlike spelling, als 't ware dwingen tot'n
kompromis, tot, 'n kompromis van de iu haar wer
kende tegenstrijdige krachten; en dau heet, elke
zich door 't werken van de foneliese neiging
voordoende afwijking van 't nu vastgeste de
een fout. . . Maar tegen het dwingen tot unifor
miteit zal op den duur altijd weer reaksie ko
men, daar zal altijd weer 'n tijd aanbreken, dat
de mensen weer sterk gaan voelen de realiteit
van de taal in kun, d. i. de realiteit van de
klank... En dau gaat, weer blijken dat al wordt
spelling altijd bij 't verandeien van de taal van
nature etymologies, immers door de kracht, der
gewoonte en door de macht van het voorbeeld,
dat de oorspronkelike kracht die de sp Ivormen
schept, de fonetiese neiging, niet ophoudt, op
haar beurt in de Spelling te heersen. Da' spel
ling altijd weer verandert, Is 'n naluurwet eu
die er zich als de tijd van verandering gekomen is,
tegen verzet, verzet zich tot z'n eigen sclia en
hij verzet zich te vergeefs. Gaat het niet zo
met al wat des mensen is, met onze instellin
gen en met onze denkbeelden?"
In de dagen van de Vries eu te Winkel werd
de realiteit van de klank maar zwak gevoeld.
Zoals Van den Bosch zeer juist opmerkt: door
invloed van de klassieke talen, van 't Latijn en
en het Grieks waarvan men de Iclanlc met kende
maar dat men las zoals het er stond, werd de
letter het ware, het eigenlike. Dacht men aan
taal, men dacht aan geschreven, gedrukte woer
den, aan letters. »Door het klassicisme was
Taaldellijk daarop genoemd mevrouw de Survüle,
Sibilla Schtrartz, mevrouw de Sécigné,
Madeleine de Scitdéri/, mevrouw de Sublé; ook»
wordt genoemd mevrouw de Maintenon, want
die was vóór haar morganatisch huwelijk met
Lodewijk XIV, de weduwe Scarron. Scarron
was een vernuftig mannetje met
scherpllikkerenden geest, lichamelijk zulk een ver
schrompeld wezen, dat h\j zich zelf met
bijlenden spot noemde: »Un raccourci de la
misère humaine".
Niet vergeten worden de dames de Staal
en de Ntaél; lieecher Stoive en de
Amerikaansche schrijfster Sedioick. Op het vredes
congres te Parijs vlogen Bsrtha von Suttner
en de schrandere Sécérine elkaar om den hals.
Olive Kchreiner, Carmen Si/lca. Mathilde Serao
worden niet vergeten.
Jammer dat er geen Ilollandsche namen
vermeld worden. Gaarne zou ik er aan toe
voegen: Helene Stearth, Anna de Hawrnin
Lohman, Jo van Kluten, Elise Soer, mevrouw
Snijders.
*
* *
«Femmes docteurs en médecine dans tous les
pays" is de titel van een merkwaardig boek
saamgesteld door mevrouw Hariett Fontanges.
Op den omslag van dit boek prijkt de beel
tenis van een der knapste en meest gevierde
vrouwelijke dokters te Parijs, van mevr. Conta.
In Frankrijk's hoofdstad zijn 77 vrouwelijke
dokters werkzaam. Amerika is er het eerst
toe overgegaan den graad van dokter in de
geneeskunde aan vrouwen te verleenen.
Niet minder dan .'!OÜvrouwelijke artsen zi.jn
in Chicago werkzaam. Engeland bezit IJ'Jli
vrouwelijke doktoren; een gedeelte van haar
is werkzaam in Britsch-Indiëen in China;
85 oefenen de praktijk uit in Londen. Zelfs
in Abessiniëis een vrouwelijke medicus, een
Xwitsersche van geboorte, met name mejuffrouw
Zurcher.
»Eere de koningin", aldus kor.digt zich aan
het nieuwe lied, zoo juist in den handel ge
bracht. De tekst, eenvoudig, vriendelijk, vrij
van opsmuk en pretentie werd gemaakt door
een Haarlemsche dame, mevrouw B. de Graan'
van Cappelle. De compositie werd eveneens
door een Haarlemsche dame geleverd, door de
muzikale, artistieke Vrouwe de Jonge van
Cainpens?Nieuwland Witsen. Het is te hopen,
dat dit irissche Hod zijn weg zal vinden tot
de volksscholen en door zal dringen tot de
kern van onze natie. *
Onder het patronaat van den Belgischen
minister van Nijverheid zal den Ign Mei van
dit jaar, te Antwerpen geopend worden een
internationale Tentoonstelling van mode-arti
kelen en lingeries. Een nauwkeurig overzicht
te krijgen van alles wat de industiie op dit
bont en onafzienbaar terrein heeft voortge
bracht, zal een merkwaardige en verrassende
studie zijn. De tentoonstelling zal worden ge
houden in de prachtige zalen van de Sociót
Iloyale d'Harmonie, van Antwerpen. Den vier
den Mei geopend, zal de expositie den liOiten
Juni daaraanvolgend sluiten.
Ossip-Louriézegt in zijn boek »La
philosophie sociale sur ie thiïfrre d'Ibsen" dat de
trouwe levensgezellin van den stoeren Noorschen
denker Ibsen, een supérieure vrouw is De
schema's voor zijn stukken bespreekt hij met
haar. Voert Ihsen haar in den doolhof van
zijn denken, zij heeft den leiddraad in hinden
de meJedeeling van zijn onstuimig voortstu
wende gedachten brengt haar niet in de war.
Zij is altijd de eerste aan wie hij zijn stukken
voorleest. Mevrouw Ibsen vindt net heerlijk
vrij-uit mot haar man te mogen spreken over
zijn letterkundigen arbeid. Ibsen hecht buiten
gewoon veel waarde aan de inzichten en het
onbevangen oordeel zijner ecutgenoote. Zij wil
nooit bedankt worden voor de uiting harer
meeningen die hem toch van zoo groot nut
zijn liisen kon geen weerstand bieden aan de
beboette van alle onzelfzuchtige harten, om de
dankbaarheid die in ti«n is ook te uiten. Ilij
schreef eenige verzen en al zijn vrienden weten
wie de »Vestaalsche maagd is, die in hem
brandend houdt het heilig vuur er. aan wier
voeten hij in uilen ootmoed neerlegt zyn diep
gevoelde erkentelijkheid.''
Mevrouw I'isen heeft groote, donkere oogen
waaruit de goedheid des harten u tegenstraalt;
haar stem is zeer innemend: zonder mooi te
zijn gaat er eeii groote bekoring van haar uit.
* *
De keizerin van Rusland, bijgenaamd .de
vrouw met het droef gelaat" eu Je keizerin
van Duitschlar.d hebben groote puntui van
overeenkomst. Bdide vervullen met beminne
lijke gratie de plichten die haar hooge waar
digheid meebrengt.
Het hart der beide vrouwen is echter
afkeerig van den grootschen, killen,
schitterschijn van het hofleven. Zy zy'n trouwe
echtgenooten, voorbeeldige moeders en voelen
zich alleen tevreden en gelukkig in kleinen,
intiemen familie-kring.
Tijdens de ziekte van den Czar heeft de
Czarina haar echtgenoot met zeldzame toe
wijding verpleegd. Gedurende die ziekte,
moest zij zich de vreugde ontzeggen, haar drie
dochtertjes, waarvan Tatjana. de middelste, de
mooiste is, dagelijks by zich te hebben. De
drie, altijd in het wit gekleede princesjes
werden ingekwartierd in een huis, vlak bij de
keizerlijke villa te Livadia. lederen dag, op
een vastgesteld uur moesten de drie kleintjes
voor een raam gezet worden opdat de moeder
ze kon zien. De Czarina verscheen voor een
der ramen van het paleis om haar kinderen
toe-te-wuiven en kushandjes te zenden.
De Duitsche keizerin gaat iederen avond
voor zij zelve zich ter ruste begeeft, langs de
bedjes van haar jonge kinderen, om zich per
soonlijk te overtuigen, dat zij rustig slapen
en geen behoefte hebben aan haar moederlijke
zorgen of toezicht.
In »de Bode der Heidring-gestichten", num
mer van 15 Februari, staat een mededeeling,
i die ik gaarne onder uw aandacht breng.
j Mejuffrouw Maclaine Pont, onze bekende
j roman-schrijfster, maar tevens de
weldoenster van het »Kintlerhuis" te Zetten, vertelt
het verlies van eene koe, geleden door het
j Magdalena-liuis. Het Magdalena-huis zoo heet
het verblijf der ongehuwde moeders, dat grenst
aan het Kinderhuis.
«Het arme dier heeft schrikkelijk geleden.
Vier weken lang is er mes getobd, vaak dag
en nacht. De veearts is er bij geweest, medi
cijnen, eieren, melk, alles is gegeven, maar
niets mocht baten. liet arme beest dat niet
meer herstellen kon, moest worden afgemaakt....'1
Het verlies van een rnelkgevende koe, waar
zoo veel kinderen te voedtn zijn, is niet gering.
Wie wil iets afzonderen ?
Mej. M. P. verzoekt vriendelijk op het
strookje van den postwissel te willen zetten
«Voor eene koe".
l Sinaasajipel-gelei. Ingrediënten. -2/4
deciliter Sinaasappel-sap ; het sap van '2 citroe
nen ; de schil van ;ïsinaasappelen, 100 gram
suiker, ;>() gram gelatine.
Bereiding. Doe 2 3 j d. L. water, de
schillen van 3 sinaasappelen, de suiker en de
gelatine in een pan. Laat dit 15 minuten
j trekken, roer van tijd tot tijd. Uoe deze massa
j door een rijne zeef en voeg er bij het citroen
en sinaasappelsap. Laat de massa in een vorm
bekoelen.
CORRESPONDENTIE
Een stroom van ,>Tien geboden" vloeide het
Uedactie-bureau binnen. De bloemlezing,
saamgesteld uit de inzendingen, die ik ont
ving, kon daarom niet iu mijn wekeJijkt,che
rubriek worden opgenomen.
Het doet mij leed, dat ik mijn ijverige
inzendsteis niet kon bezorgen: >le bonheur de
se voir imprimé".
(.' \i-inr.K.
Eene vriendelijke abonnee van ons blad,
oordeelend dat men het strijken niet door
praki tisch oefenen behoeft te leeren is zoo
wKlwiii lend ons het volgend «ontelbaar" recept toe
te zenden:
! Jüj een eetlepel stijfsel (rauwe) neemt men
een iialven lepel Borax, weike op 'i liter beet
, water wordt opgelost. Een eetli-pel stijfsel
wordt met twee lepels knuj water aai.gemankt
en de halve lepel Borax, die, opgelost, mot t
: afkoelen wordt lauw op Ue natgemaakte MIJ i's e l
gegoten en er goed dooiheeti geroerd. Als ),u
' het strijkgoed, droog in«e!-tijlseld en goed in
gewreven, in eene doek gewikkeld worat. snoet
het spoedig gestreken. Hij bet strijken, moet
men het goed eernt op de verkeerde kunt half
droog strijken, ie na wo.-dt het goed nog.uauls
\ met een nat sponde tv-n \o,-(mg gemankt,
j waardoor reeds eene groote iijnüeid wordt
i verkregen, en hetgeen tevens ten doel heeft,
de kanten des te schooner eu blijvend te kunnen
insnijden.
Na behoorlijke afkoeling van het gestrekene,
gaat men tot het glanzen over. De gestreken
kraag of manchet wordt niet een vochtig sponrje
niet te nat bestreken. Dan wordt er met een
goed heet glansijóer, met kracht overheen ge
streken.
Eerste vereischten bij strijken zijn fchuons
ijzers en men heeft een glausbord en eeii
glansyzer noodig.
£