De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 14 april pagina 3

14 april 1901 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 1242 D K A M S T E II P A. M M K U \V E K K 13 L A D V O O R N E 3) E R L A N zal kernen vragen, zooals mr. van Bolhuis voorspelde zal de tijd moeten leereri. Beter dan bij de debatten over de riool quaestie heb ik me geamuseerd iiij de bibliothecaris" die door het Utrechtsehe studenter.tooneel gegeven werd. Nu zag men nog ee; s een komedie zooals zij eigenlijk behoort te zijn: vol tot aan den nok met keur van lieve dames, die opgekomen ?waren om aan de jongelui den tol harer be wondering te betalen. Kn of het de aanwezig heid van zoovele toejuichende schoonen was, die de studei-t-acteurs zoo vrijmoedig deed spelen, durf ik niet beslissen, maar het spel was hoogs' verdienstelijk. Hier en daar bemerkte men natuurlijk aan den minder vluggen gang van het stuk dat er geen beroepsacteurs op de planken stonden, maar overigens trok het ook den geheelen avond de aandacht hoe gunstig zij zidr van beroeps-acteurs onderscheidden door hunne vn:heid en gemakkelijkheid van beweging in de studentenkamer en op het landgoed. Dan viel maar al te zeer in het oog dat deze acteurs hunne goede manieren niet op een tooneelschool geleerd hadden. Het waren allen zonen uit de aanzienlijkste familicn van ons land die daar voor het vo tlicht s'onden hetgeen een paar suppoosten elkaar duide lijk maakten dror de opmerking : jongen, daar staat voor een heelen duit op de plat ken, van avond. De voorstelling werd bijgewoond door Krugers lijfarts, zijn kleinzoon en den directeur der Trans aalsche politie, die bij hunne komst met het Transvaakche volkslied en het geheele publiek ^taande ontvangen wi rden. Jammer, dat er zoo weinig autoriteiten waren! Ik zag slechts weinige professoren, maar van het gemeentebestuur niet een ! Op dit eerste feest in het lustrumjaBr, dat de burgerij zoovele voordeelen belooft, had de burgemeester zich ook hifr eens even motten vertoon n! In dit jtar moet alles vergeten en vergeven zijn en behoort de burgerij met de muzenzonen broederlijk feest te vieien. Van de hand van mr. J. C. Overvoerde, archi aria der gemeente Dordrecht, verscheen bij J. l'. Ravers aldaar een brochure die den titel draagt: «Bescherming van Monumenten." In dit zeer le;eshaar geschrifije van nog geen dert'g bladzijden zet dezen heer zijn ideeën uiteen over de bescherming van Staatswege van buitengewone bouwwerken. In het eerste der drie hoofdstukjes behandelt hij de wenschelijkheid van het behoud van die bouwwerken, welke door kunst- of histo rische waarde uitmunten, waarop een kort geschiedkundig overzicht volgt der bepalingen, die in verschillende landen zijn ingevoerd om die bouwwerken te beschermen. IMIlÉttttllllllll C/'Milll&ÏOl DE NIEUWE CATACOMBE DOCH C A K O N LOÏLE. I!oor eens, Burger," sprak Keinedy, ik ?wou dat je mij je vertrouwen schenk.' De twee beroemde geleerden, die zich aan de sludie van Romeksche antiquiteiten h uiden gewijd, zaten te zamen in Kennedy's gezell'ge ?woonkamer, die uitzag op het orso. De avond was koud en beide hadden ze hun stoel ge schoven tot dicht bij de Italiaansche kachel, die, ongeschikt tot verwarmen, e:geniijk a leen diende om de atmosfeer in bet vertrek benauwd te maken. Buiten, or.der den helderen wintersterrenhemel, lag het moderne Home, met de lange, dubbele rij elektrische Jampen, de hel verlichte café?, de reeks voorbijsneilende equipages en de dichte menigte voetgangers. Maar hier binnen, in de weelderig ingerichte kamer van den rijken jongen Engelschen archaeolong, was niets dan het oude home te zien. Oude, gebarsten friezen hingen aan den wand; grijze, oude bustes van senatoren en soldaten met hunne krijgshaftige koppen en harde, wreerle gelaatstrekken, grijnsden uit de boeken. Op de middentafeJ, tusschen een hoop tabletten, fragmenten en versieringen, stond Kenneöy's beioemd miniatuurplan van de Baden van Caracaila, zooals hij ze had weten te recor.strueeren, welk plan te Berlijn, toen hij het daar tentoonstelde, zoo algemeene bewondering had gewekt. Tal van curiositeiten la^en over het rijke, rcode, Turksche tapijt vcr:-preid. En onder die allen was er geen er.kele, waar van de echtheid betwijfeld kon worden; geen enkele, die niet bizonder zeldzaam cf kostbaar was. Want Kennedy, ofschoon niet ouder dan dertig, had zich reeels als oudheidkundige eene Europee'.sche vermaardLeid verworven, terwijl bovendien zijn groot fortuin, dat voor anderen zoo vaak een struikelblok is in het leven, hem daarentegen een machtigen steun bleek te zijn bij het bereiken van zijn doel. Wel had hij zich vaak om aan es n gril te voldoen, ot een genoegen na te jagen van zijne studies laten afleiden, maar zijn onderzoeküeveude geest was in staat zich lang met inspannender! arbeid bezig te houden, totdat dan weer een scherpe reactie volgde, een tijd, waarin hij zich geheel overgaf aan zinnelijk gerot. Zijn knap gelaat, met het hooge, blanke voorhoofd, de gebogen neus en de ietwat slappa, zinnelijke lippen, was een trouwe weerspiegeling van de kracht en de zwakheid, die zijn nafuur kenmerk'en Zijn makker, Julius Burger, was een geheel ander type. Uit een gemengd ras gesproten, van een Germaanschen vader en een Italiaans che moeder, vereenigde hij in zich de robuste eigen schappen van het noorden met den meer plooibarea aard van het zuiden. Blauwe, Teutoonsche oogen lichtten in zijn door de zon gebruind gelaat en daarboven welfde zici een vierkant, massief voorhoofd, omgeven door een dichte krans van blonde krullen. De sterke, bree.de kaak was gladgeschoren en vaak was het zijn makker opgevallen, hoe treffend dia geleek op die der oude Romeinsche masken, welke uit de duistere hoeken in het vertrek gluurden. Onder die ruwe Germaansche kracht school i Daarna wordt de wenscheiijkheid betoogd van | het maken van een lijst of inventaris van alle bestaande gebouwen die belangrijk zijn voor geschiedenis of' kunst, waaruit een two-edölijst zou opgemaakt moetui wonlsn, bevattende uit j elk der verschillende bouwstijlperioien het ; merkwaardig*ti type, zoodat deze reeks van i typen zou weergeven een onafgebroken over1 zicht der ontwikkeling van de Naderlandsehe i bouwkunst. ' In het tweede hoofdstukje worden de mid| delen besproken om de oude kunstwerken t^gen spoedigen onde.rgarg te beschermen, zooal» b v. verplichte kennisgeving der eigenaars der op de lijst staande gebouwen aan een com missie als zij willen overgaan tot afbraak of verbouwing ; verder de mogelijkheid om belang rijke bouwwerken te kunnen onteigenen; het verleenen van subsidie aan den eigenaar als bij het gebouw wil repareeren, enz. Overwogen worden de bepalingen daarom trent, voor zoover zij betrekking, zullen hebben op gehouwen behoorende aan particulieren, a-in corporatieën, aan kerkgenootschappen, aan openbare lichamen of aan den Staat. Eindelijk wordt in het derd>! en laatste hoofd stukje een overzicht gegeven van den thans bestaanden toestand in Nederland, waarbij twee Kor inkli;;ke Besluiten betre ft'inde deze zaak besproken worden, en deelt de schrijver iets mede over de tot standkomir.g en den val van »de commissie van Rijksadvisi urs van Gedenkteekenen van Vadtrlar dsche Geschiedenis en Kunst" welke in het, leven werd geroepen na het bekende Gisartikt l van onzen teiznuwoordigen referendaris Victor de Stuerp. Ten slotte wordt er op gewezen dat het meer daa tijl geworden is dat bet Nederlandsche volk er toe overga orn door een wettelijke regeling zijn bouwkunstwerkeri te beschermen. Veel bezwaar tegen zoo'n wettelijke regeling kan er, dunkt mij, niet zijn, als uien de klip kan ontzeilen waarop het ontwerp zou kunnen stranden, te weten: de beperking van het privaatbezit. Wat mij betreft, ik wil de ideeën van mr. Overvoerde gaarne steunen en zal hieronder n der redenen die ik daarvoor heb rader uiteenzetten. * * In ]>e Tel,(/raaf van IS April l!)l)l stond onder het opsctinft «Vandalisme ' het volgende : De heer Victor de Sluers schrijft in bet «B.illetin van den Oudheidkundigen B-jnd" onder bovengenoemd opschrift: Te Leiden, Breedstraat no. Hl, staat een deftig heerenhuis, dat eenige jaren gelsden als koiliehuis?caféSuisse gebruikt werd. Het vertoont of liever vertoonde tot in ISili) een der fraaiste gevels uit de XVIIe eeuw, welke in or.s land aangetrott'-m worden en wel een gevel uit zandsteen opgetrokken. Dit front bestaat uit een soubassement voor den re^de chausi-ée, daarboven een Kon oinsche orde met pilasters, die de twee bovenverdiepingen omvat; het geheel is bekroond door eenfrontispice, in het midden waarvan een borstbeeld met een Turk, omgeven van de figuren van Neptunis en Mercurius, prijkt. Dit uitmui.tende beeidhouwweik is getenkend van een onzer voornaamste sculpteur?, Xaveri lóTo. Dit huis heeft te kwader uur tot eitrenaar gekregen den heer M. II. van Wavere". iiiertoch altijd een tikje Italiaansche gislepenheid; maar zijn lach klonk zóó gul, de oogopslag was zóó vrij, dat dit beschouw:! werd meer ab een gevolg van zijne afstamming, dan als een karakttrtr^k. Wat leetrijd en reputatie betreft, was hij Kennedy's gelijke, maar zijn leven was moeilijker eu <le arbeid voor hem zwaarder geweest. Twaalf' jaren gele;!en was hij naar Rome gekomen, een arme student in de a;ch.teologie en sedert ha.i bij geleefd va-i een kleine toelage, die hem door de B jnnsche univeisiteif, voor onderzoekingen werd uu gekeerd. Lang zaam, met inspai ni!!g en taaie wilskrach", met zeldzame volharding en eenvoud, had hij ején voor n de sport- n va:i ele ladder der taarn beklommen, totdat hij nu lid van de academie van Berlijn was, terwijl er alle kans bestond dat hern weldra een leerstoel zou worden aan geboden aan een der voornaamste Duitsctie universiteite.i. Maar juist uit eumjdig streven, dat hem hetzeltde hoogs siandpunt ad doen innemen als de rijke, gevierde Kngelschman, was tevens oorzaas geweest, dat hij in alle andere opzichten in het maa schappelijk leven verrj hij dezen ten achter stond. De tijd had hem ontbroken om /.ich ui gezelschap gemak kelijk te loeren bewegen. Slechts als hij spteke-n kon over het ne onderwerp, dat hem zoo na aan het harte lag, kwam er bezieling op zijn gelaaf. And. rs was hij teruggetrokken t-n ver legen, zich volkomen van zijne tekortkomingen op ander gebit d bewust, terwijl bij niets dan minachting koesterde voor de banale gesprek ken der gewone salon-bezoekers. En t-, cu scheen het alsof er tusschen dez; twee zoj geheel verschillende naturen, die nu reeds eenige jaren met elkander hadden verkeer.!, langza merhand eene warme vriend: chap zou ontstaan. Le grondslag hiervan lag in eet teit, elat deze beiden de eenige onder de jongeren waren met genoeg kennis en gaestdrih bedeeld, om elkanir volkomen te kuur en waar.leereii. Uemeenschappclijne belangen, gemeenschappelijk o-derzoek ba.1 hen bijeei gebri»ctit en ze hadden wederkeen'g bewon-ierii.g gevoeld i oor elkanders buitengewone gaven. Kn toen was er langza merhand bijgekomen, dat Kennedy schik had in (ie openhartigheid en d??. eenvoud van zij;; mededing r, terwijl Bur^t-r op zijne beurt aangetrokken werd door de schitteren,!e eigen schappen die Kennedy tor den lieveling der Komeinsche samenfevirg haildti, gemaak . Ik spreek in den verleden lijd; want de jeug dige Engelschman was loeit juist eenigszh s in de algemeene achting ged taid. Een liefdes avontuur, waarvan da buonderheden nooit geheel waren uitgelekt, ha .u.v >an zijn kant een barttloosheid en zelfzucht verraden, die menigeen onder zijne vrien en pijnlijk halden aangedaan. Maar in de kr : gen der ongehuwde artiesten, waarin hij bij voorkeur verkeerde, bestaan er geen a! te strenge bepalingen om trent eer in dergelijke zaken en mocht men hier of daar al eens het hoofd schudden of de schouders ophalen over de vlucht van een paar en de terugkeer van sh-ehts n van het tweetal, over het algemeen v/a-i men tocli eer nieuwsgierig, ja, men benij l:!e hem zeiLs mis schien, maar afkeuren deed men niet. Hoor eens, Burger," sprak Kennedy, terwijl hij het effen gelaat van zsjn makker aandachtig gadesloeg, ik wou dat jt- mij ie vertrouwen schonk." Hij had, onder 't spreken met de hand gewezen in de richting van een haardkleedje op den grond. Daarop be\ond zich een lang werpig, ondiep fruitmandjc van licht vlectuweik, zooals die in de Campagna overal gebruikt worden en hierin nu lagen opgestabrouwer, die zonder eenigen eerbied voor het prachtige kunstwerk besloten heeft drie vierden van den gavel weg te breken en ta vervangen door afschuwelijke ijzeren en glazen kasten. Voor de uitvoering van dit ellendig vanda lisme heeft hij gevonden den heer W. J. Jesse, die zich nog architect durft noemen. Hut treurigste misschien van deze treurige geschiedenis is, dat zoo iets heeft kunnen plaats vinden in het Bitaafsch Atheen, in een stad, wemelende van geleerde mannen, met leerstoelen voor aestheticn, geschiedenis en allerlei archaeolo^ie en oudheidkunde, met ta', van kunstmusea, directeuren en conservatoren .. zonder dat iemand zich warm heeft gemaakt en een protest heeft doen hooren. 't Is een ware schande, een echte ellende. Ik heb mij naar het B itaafsch Atheen gesposd om ter plaatse op te nemen wat de vandaal W. J. Jcii-se daar wel uitievoerd heeft, want ik wiide weten of diens daden dermate kunstschfcm.enei waren dat hij dit stam'jd van onzen referendaris verdiend zou hebben. De wijze van verbouwing van het ou.lehnis tot een mo lern koMi ;huis is ik zeg dit voorop liiet mooi. De heer Jesse is i;iet een onzer eerste kunstenaars, sloch het werk. dat bij aan de Breestraat No. Si maakte, is niet leedijker dan honderd dergelijke werken. Dd verbouwing zou mij i.-iet opgevallen zijn als ik het gerucht makend berichtje er niet over gelezen had. Da pui gelijkstraats is vervangen door 'n groot raam, en op de eerste verdieping is aangebracht een, over de geheele breo-ite van den gevel uitspringenden, erker mei ronde hoeken. Da tweede- en de zolderverdieping zijn in den ouden toestand gebleven op enkele klei nigheden na. Voor den nieuwen bouw werden T, dubbele T en hoekijzers gebruikt, wier aanwending niat bizonder gelukkig is. De compositie is op vele plaatsen zwak b. v. daar waar de bruin houten paneeltjes van den erker rusten op het den erker steui.end en omrandend ijzeren tiiiit; de uitvoering is sjovel aan het hekwerk dat dien erker bekroond en dat gemaakt is uit ijzeren gasbuizen met de daarbij gebruikelijke hulpstukken. Hst ijzei werk werd wit geverfd ; het hout werk is bruin gehouden. Zuowel wat kleuren als lijnen en uitvoerii g betreft is het ver bouwde gedeelte geen earste-rangs werk. Inwendig zijn restauratie-, eetzalen en der gelijke localneiten behandeld in den geest zooals men dit bij kofliehjisarchitectuur gewoon is, d. w. z. na ir den gemiddelden smaak der bezoekers. Een aardigen, ouden, eü-enhoiiten trap, die naar de eerste verdieping leidt, jis intact gebleven. Is er nu en daar draait alles op neer is er LU, Joor deze verbouwing een meester werk van een X-iderlandscükunstenaar voor altijd verloren gegaan 'f IK beweer van niet, en wel om deze reden: het gebouw aan de Bretstraat No Ki is bij lange na geen meesterstuk, de kunsthistorische waarde is i.it-t groot, tenzij men alles wat oud is als van kuiusthistoiische waarde beschouwe. Oai het gemis aan hoogo kunstwaarde aan te tooneu zul ik hier nnjn aaLteekenii gen laten volgen. «Boven den erker van de verbouwde eerste illllllllllttUM peld allerlei voorwerpen ; tegels met onhchüften, brokken beschreven ;teenj gebarsten musaïeken, beschadigde papyrusrollen, roestige metalen sieraden, zaken, die voor den oningewijden op de vuilnishoop t'huishoorden, maar die voor den deskundige eenig in hun sjort waren. Want die hoop rommel in de platte mand vormile juist een der ontbrekende schakels van sociale ontwikkeling, die voor den vakman van zoo groot belang zijn. De Ouitscher had ze bimienèel>!:ac!jt en v-d begei-rie waren de oogeii van den li i t er op gev^tigd, Ik wil js van je vondst niet berooven, maar ik verlang o g er rneer van te hooren," ver volgde hij, terwijl Ij.irger langzaam een -sigaar opstak, 't I< blijkbaar een on:dekking van het grootste belang. Deze intcripiies zullen heel het geleerd? Europa in opschudding brengen." Voor ieder stuk dat hier ligt, zijn er ginds een miljoen anderen;" spiak de Duittcher. Kr is zooveel, dat een dozijn geleerden er een levenslange studie van zouden kunnen maken en er zich een reputatie van opbouwen even hecht als de muren van het kasteel St. Angclo." Kennedy zat, het fraaie voorhoofd gefronst nadenkend voor zich uit te staren, terwijl zijne j vingers met de lange, blonde snor speelden. Je hebt je_elf verraden. Burger;" zei hij eindelijk. Je woorden kunnen slechts doelen op n duig: je hebt een nieuwe catacombe ontdekt.'" Ik bal er geen oogenblik aan getwijfeld of je z-iinlt, na bet beschouwen van deze voor werpen, tot die gevolgtrekking zijn gekomen." l Wel. ze. wijzen er zeker op, maar je laatste i wcorden hebben allen twijtel weggenomen, l Alleen eer. < atacombe kan zulk een schat van relieken bevat;en. als ja daar beschrijft." Dat is zoo. Dat is ook geen geheim. Ik heb inderdaad e<m nieuwe catacombe outiekt. ' ..Ah! j u i.-t di;ir schuilt mijn geheim, waarde Ke..t:e,]y Wees tevreden als ik je zeg, dat er j geen mij.ienste kans bestaat dat iemand ' anders di.j zal vinden, Ze etagreekent uit een geheel ander tijdperk dan eenige tot dusver { bekende catacomben en heeft gediend als begraafplaats voor de aanzienlijkste christenen ; zoodai (te overblijfselen en reln|tiiën ook ' gebed ver.-chuier.il zijn van ailcs wat men nog l ooit gezien heelt. Als ik niet zoozeer door- ) drongen was van je kunde en energie, beste ! vriend, dan zou ik niet aarzelen onder j belotte van geheimhouding je alles mee te j deelen. Maar nu geloof ik, dat het plicht is eerst zcit met mijn verslag gereed te zijn, ! alvorens mij bloot te geven aan een zoo ge- i duchten imded.nger." i Kenr.e-iy ha'l met hart en ziel zijn vak liet' en daaraan was het dan o k te danken dat, niettegenstaande de verleidingen, die het pad van een rijken en verkwistenden jongen man kruisen, hij toch trouw was gebleven aan zijn ? werk. Eerzucht hal hij, maar zijne eerzucht ' was ondergeschikt aan zijn hartstocht vooral wat het leven en de geschiedenis van het oude Rooi 3 bet of. En zoo was net in hem een hevig verlangen om de nieuwe wereld te zien, die zijn makker had ontdekt. Hoor eens, Burger/' zei hij ernstig, ik zweer j;', dat je me in deze zaak volkomen kunt vertrouwen. Zonder je uitdrukkelijk verlof beloot ik plechtig geen letter op het papier te zetten over hetgeen ik zien zal. Ik begrijp en eerbiedig je gevoelens; maar heusch, je hebt van mij niets te vreezen. Als je daar entegen weigert me iets te zeggen, dan ga ik stelselmatig op onderzoek uit en ik geloof ' verdieping steken de boveneinden der pilasters van den ouden bouw uit met hunne kapiteelen in ongeschonden toestand. Op die pilasters rust de frontispice die met beeldhouwwerk gevuld is. Twee naakte mannen liggen in luie, niets uitdrukkende houding te kijken naar het borstbeeld van een Turk dat tusschen hen geplaatst is in een opengehakte cartouche versierel met een rand van bladornament. De Turk is geheel verguld ; de andere beelden slechts hier en daar. De naaktü^uren stellen Mercurius en Neptunus voor. De eerste heeft de bekende aarjappelborst en-buik zooals die gemaakt worden aan middelmatig beeldhouw werk, te weten, spiermassa's en ribben teekenen zich af in buik en borst als ronde knobbels. Hij ligt met den eenen arm half hangend over een zak en heeft in een zijner handen een bloemkoolstrook waaraan een klein bloernkooltje, dat niets anders dan een geldbeurs kan voorstellen. Op allerdwaaste wijze, ge-heel tegen eenig begrip van lijnen, van schaduw of van. ruimte in, rust op een zyner onderbeenen een bokkenkop wiens groote horens de com positie storen, en welke kop, waarvan de sik nar.gt over de kuit van Mercurius, een niet te omschrijven mal kiekeboe-eft'jct maakt. Neptunus is oude.'; de aardappelen zijn hij hem ineen gevloeid en de spiermassa's van borst en buik zijn stopverfrolien geworden. Hij luiert op een do) lij u en heeft in de hand eau drietand waarvan de punten buiten de frontispice uitsteken. De ligging der beelden werd bepaald door den gedrukt-driehoekigen vorm van het fronton. De compositie werd daardoor gekunsteld. Bovendien had de beeldhouwer ons eigenlijk nieits mede te deelen ; hij inspireerde zich op de hoekstukken der frontons van eenige klas sieke tempels, waar figuren in liggende houding werden aangebracht omdat er geen hoogte meier beocüikbaar was om ze te laten staan. De Turk is het beste, het meest Hollandsch, omdat het beeld het meeste begrip van ruimte heeft. Het borstbeeld bezit goede schaduwen die voordeelig uitkomen tegen den donkeren achtergrond van het open gat in de cartouche. Dt) gt'heele f'rui.tispice-vulling is ved te zwaar, de beelden zijn veel te gruot, de massa's te forsch en te hreed aangezet. Dientergevolge is de gevelcoüjposuie bedorven, want ze is topzwaar gewO;uei., met groote 'chaduwen in den geveltop en met kleine smalle schaduwen in het gevelvlak, omdat de pilasters slechts weinig sprong hebber. Hdt beeidhouwweik is convcntio.'ieel-academi.sch ; het is gtmsukt door een beeldhouwer d;e zich veibuelüde dat bij de architectuur van het huis door beeldhouwwerk zeer b,l;mgnjk kon maker'. Vandaar de pretenteuse. ongevoeide, brutale, ongemotiveerd zware bekroning boven de overigens eenvoudige architectuur". Meld ik r.u i og dat dit gebouw geen unicum is, dat het behoort tot dies soort italianiseerende architectuur met gebeeldhouwd klassiek hoofd gestel, waarvan het oude raaduuis te Am.-terdum een veel vollediger en veel indrukwekkender type is, en vtsti^ ik bovendien er de aandacht op, dat het voornaamste eUel van het bouwwerk nog ongeschonden is, dan volgt uit een en ander dat er, met de verbouwing der on derste twee verdiepii gen van Uit huis, nog zoo'n groot vandalisme niet gnpleegd is, zotdat bijna zckar dat 'c me gelukken zal je geheim te ontdekken. En in dat geval, zou ik Kunnen doen wat me goeddunkt, daar ik onder geen enkele verplichting zou staan." Burger glimlachte. 't is me opgevallen, vriend Ksnree'v," kloi k zijn antwoord, dat als il; tiu een" of andere vraag tot je richt, je nici altijd even bereed bent mij in te ii.ch.tei!." Wanneer is dat ooit gebeurd 'i Je weet hed goed hoe ik je, b.v. de Iw.iwstoficn gele verd heb voor je opstd over den tempel der Ves-aalsche Maagden." Nu ja; maar dat was niet vangroot belang. Ik vraag me af ot je mu antwooul geven zon als het de ecu of andere intieme aangelegen heid betrof. Deze nieuwe catacombe is voor mij iets zeer iniicms en ik zou wuderkeerig een blijk van vertrouwen van je verwachten." Waar je heen wilt, begrijp ik niet," sprak de Kngdsdiman; ..maar als je iiu.ioclt, dut je mijn vraag aangaande de catacombe wilt be antwoorden wanneer ik je antwoord (-p onver schillig welke vraag je me wei.sdit [o doen, wees dan verzekerd dat ik beteid be'n." rWelnu dan," zei Burger, terwijl hij op zijn gemak actitcrover leunde eu blauwe rcukwoineii uit zijn sigaar omhoog blies, \ertel dan nu eens alles omtrent ju verhouding met miss Mary aurderson." Diiltig sprong Kennedy van zijn stoel op en keik woedend naar het onverstoorbare geJaat van zijn metgezel. Wat duivel bedoel je V" riep hij uit. Wat is dat voor een vraat;'/ Moet het eert grap beduiden, dan is die al heel ongepust.'" Neen, een grap is het niet," ze-i Burger eenvoudig; ik stel waarachtig veel belang in de bizor.derheden van die zaak. Ik weet zoo weinig af van de wereld en de vrouwen en het maatschappelijk leven, daarom heeft zóó iets al het aantrekkelijke van het nieuwe voor me. Jou ken ik en haar kende ik van aanzien zelts heb ik haar een paar maal gesproken, 't Zou me zoo'n genoegen doen van je eigen lippen te hooren, wat er tustchen jelui is voorgevallen.1' Geen woord wil ik er over zeggen." Best. 't Was maar een inval van me om te zien, of je even gemakkelijk een geheim, dat jezelf betreft, los zou laten, als je verwacht dat ik het mijne aangaande de catacombe je zou toevertrouwen. Je wou niet, dat heb ik wel gedacht. Maar waarom zou j\> dan iets anders van mij verwachten 'i Daar slaat 'c tien uur van de t. Jan fk moet naar hu s.'' X«.en, wacht even, Burger,'' hernam Ken nedy; dit is heusch een malle inval van je, om iets te willen weten omtrent een oud liefdes-avontuur, dat al maanden is doodge bloed. Je weet dat bij, die kust en 't aau de groote klok hargt'' beschouwd wordt ais een lafaard en een schurk." Zeker,'' zei de Duitscher, terwijl hij zijn manel met curiositeiten opnam, dat, is hij zeker, als hij spreekt over een mei je dat vroeger onbesproken bleef. Maar iri dit geval, zoosls je wel weet, was het 't praatje van de stad, zoodat je miss Mary Saundersen niet werkelijk benadeelen zult eioor over het geval met mij te spreken. Toch eerbiedig ik je gemoedobezwaren en wensch je goeden nacht !" Wacht nog even. Burger," zei Kennedy weer, met zijn hand den ander tegenhoudende"; deze catacombe geschiedenis ligt me heel na aan 't hart, en ik kan er niet maar zoo gemakkelijk van afzien. Kan het je wat schelen met een andere vraag voor den dag te komen 't iets minder excentrieks?" het standje van den heer de Stuers aan den heer Jesse wel achterwege bad kunnen blij ven of uitdrukkelijk door den eerste behoorda toegelicht ie worden, opdat wij het niet als een ongemotiveerde onhebbelijkheid aan alle ver bouwende architecten zouden opvatten. Ik zou het een ware schande en een echte ellende vinden als wij ons die uitlatingen van den heer de Stuers zoetig lieten aanleunen; zonder daartegenover het fait te releveeren: dat ten gevolge der handelwijzen van dezen in bouwzaken halfkundigen maar heel stuurschen man, bouwwerken, van veel grooter belang dan dat waarvan thans sprake is, ten eenenma'e verwoest zijn, omdat er onkundig als hij was van hot verschil dat bestaat tusschen repareeren en restaureeren, d. w. z tusschen herstellen en vernieuwen -?- door zijn invoed tal van leelijke, moderne, r.amaak-gothische leugens zijn in de plaats gekomen van mooi oud-gothisch bouw- en beeldhouwwerk. De Vandaal Jesse is bij hem vergeleken een prijzenswaardig behouder. En nu levert het geval met dien Leidschen gevel een voorbeeld te meer voor de wenschelijkheid va:i het bestaan van wettelijke bepa lingen op de bescherming van monumenten. Ware het gebouw aan de Breestraat Staats eigendom gewsest of hadde het gestaan onder Staatstoezicht, dan zou misschien de verbouw zijn verhinderd wat ik niet zoo'n bizonder verblijilei.de gebeurtenis zou gevonden hebben maar zeker ware de gelegenheid ontnomen aan onzen referendaris bij de afdp.eling Kunsten en Wetenschappen aan het Ministerie van Binnenlandsche zaken om zich onhebbelijk uit te laten over de uitvoering van verbouwingen, <lie! wij iu on/e praktijk wel ondernemen moeten, ;üg'iiat dit vaak me>t ecu bedrukt gemout! e,n met grootcu tegenzin. J. E. VAX Dlilt PuK. II i 11 ego m, 8 April 1901. Nieuwe Eist. i. Geen mersch, die op eenige beschaving aan spraak maakt, staat tegenwoordig verlegen, als hem gevraagd wordt, wat nieuwe kunst is. Kan hij er mogelijk ook al geen wel omlijnde bepaiir g van gever, bij zal toch aanstonds tal van voorbeelden, waar de nieuwe kunst toe passing heeft gevonden, weten te noemen. De beurs in aanbouw te Amsterdam, Arts and Crafts in dun Haag, de villa's met witte muren en roode pannen, die aan geen plaats meer gebonden zijn, de winkelpuien met grillige lijnen, Tooi op, »'t Binnenhuis" te Amsterda'm en r. ug veel meer somt hij dadelijk op. Ivi bij het dei kheeld der r.ieuwe kur.ft voeden zich in zijn geest andere, als theosdi", vegetatisme, aim-.ïsmp, feminisme, ]\ mogdijk socialisme, dit laatste alleen theo retisch. Hij bede et n vang vermoeden dat de r. i 3 u we kiu.st vijandig is aan gesteven over hemden, boorde.i en manchetten, doch in spojtkostuums behagen vindt. En hij den be hanger weet i)ij precies de nieuwe kunstpatronen uit te kiezen, als de suite opgefriseht moet worden. Hoe echter die nieuwe kunst ontstaan is, Neen, neen; je hebt geweigerd en daarmee basta," sprak tinrger jpet zijn mand a» u dun arm. Je hebt mi-schien vo.komen gel^k met niet te willen antwoorden en ik van iui\n kant b.;b misschien ook gelijk daarom nogmaa's, beste Kennedy, goeden nacht!'' De Epgelscliciati liet Burger de kamer door gaan tot aan de deur; maar toen d,-ze zijn band op do k; op lei, sprong hij op en zijd gans-die uiterlijk teekend.: den m;yi die zich in bet onvermijdelijke schikt. Stop, cuwe!' riep hij; j.; slelt je liou?ch bespottelijk aa;;; maar toch, als dat je Voorwa<rde i-, welnu, dan moet ik er mij aan onderwerpen. Ik heb 't land om over een vrouw te j riten, maar, zocals je zegr, boe! Home weet het, en ik gelcof niet dat ik je iets zal kunnen meededen, dat je niet reeds bekei.d is. Wat wvnsdrte J3 te weten?" De Duitscher keerde naar de kachel teru;zette zijn mai.d neer en liet z:ch weer vallen' in zijn stoel. ilag ik nog eens opsteken? Dank! Ali ik aan het werk ben, rook ik nooit; maar om te genieten van een praatje, moi t ik dampen. Kn nu wat di; jonge dame betreft, met Mie je (lat avontuurtje batlt. Wat is er an haar ge worden '.-"' Ze is teru-i bij hare familie." O, zoo in Engeland';1" Ja." Waar ergens in Londen'/1' N'ren, Twii'kerham." ^ Ver.-choon mijn nieuwsgierigheid, beste Kennetly; stel de op reker ing van mijn geringe kennis van de wereld, 't Is misschien een doodeenvouü'ge zaak om een jonge dame er toe te brengen drie weken met je van door te gaan en ba».r dan over te laten aan haar eigene familie te... hoe heette de plaats ook weer'-'' Twickenham." O ja, Twickenham. Maar het is iets dat zoo geheel ligt buiten het gebied mijner eigen ervan ingen, dat ik niet vatten kan hoe het is toegegaan, B.v. had t je bet meisje lief, dan kon ju liefde toch in diie weken niet vervio»i n zijn, waaruit ik de geuilgtrekking maak dat js baar niet hebt liefgehad. Maar ais er geen liefde in 't spel was, waarom dan dit schandaal. dat jnzeit' beeft benadeeld en haar geruïneerd 't''' Mis! roo^is; staarde Ke; nedy in d n gloed van de kachel Dat is zeker heel logisch geredere rd." sprak hij. ., Lietdu is een groot woord e,i heef c tal van schakeeringen. Ik mocht haar wel, en wel, je >egt dat j-; haar gez'en hebt -- ie weet dus hoe. beeldig ze er uit kon zien. Toen achteraf beschouwd, stem ik toe dat ik haar nooit werkelijk bemind heb." Dan, mijn waart e Kenner? v, waarom hebt je 't gedaan V' 't Avontuurlijke van de zaak speelde er een groo'e rol in.' Wat! Bui j.; zoo verzot op avonturen!" Wei, ze brengen ten minste wat variatie in het leven. Uit behoefte aan een kleine intrige ben ik begonnen haar eenige attenties te bewijzen. Ik heb veel in mijn leven na^ejaagd, maar nii ts dat zoo vol bekoring is "als de jacht op een mooie vrouw. Ken 'prikkel daarbij was het overwinnen van moei ijkheden. want, daar zij de reisgenoot was van ladv Emily Rood, was het bijna onmogelijk haar alleen te ontmoeten. En eindelijk, wat de kroon spande, ik hoorde al heel spoedig van haar eigen lippen dat zij verloofd was." Mein tiott! Met wienV" Ze heeft me den naam niet genoemd." (Slot volgt)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl