De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 30 juni pagina 5

30 juni 1901 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1253 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. 5 prachtweg, die vooral hij Nunspeet. allerliefst gezoomd was met villa's en vriendelijke huisjes. We konden niet nalaten daar even te rusten. Daarna ging het in een stuk door de Bilt en zagen met voldoening de roode vlag onzer eind-controle. Je hebt niet mee kunnen gaan, kloekmoedig chauffeursvrouwtje, daar moederlijke zorgen je thais bielden, maar ik weet zeker dat je anders heerlijk zoudt hebben genoten op dezen charmantea toer, d_ie ons heel, heel laag in herinne ring zal blijven. De lieve dames die er aan deelnamen, hebben me dan ook herhaaldelijk bevestigd, dat ze den tocht alleramusantst en niets te vermoeiend hadden gevonden. Jelui zijn dan ook wel zoo //brani" dan de mannen die buiten het automobilisme slaan en er nog hunne schuwheid voor verbergen door ons uitnemend nieuw vervoermiddel te betitelen als ellendig", j.levenmakend" eii »levensgevaarlijk". Arme duisterlingen, bekeert u! wilde ik hun wel toeroepen. Maak eens een langen auto tocht mee bij mooi weer, en mijn trouw karretje er onder verwed, dat ge uwe sombere gedachten niet alleen wijzigt, maar enthousiast zult wor den als ge ingewijd zijt in de «geheimen der carburatie" als de automobiel voor u geworden is de Pegasus der 2Cb eeuw. Apeldoorn, 21Junil901. DIKKIE DAURACQ. We omen al strienfle verder! Aan Wolfgang. In De Spectator van 22 Juni 1901 lees ik aan het slot van 'en bespreking van de nieuwe roman van Marcellus Emants 'en tirade over de spelling. De heer Wolfgang meent dat de ver eenvoudigde spelling «enkel is uitgevonden om IIIIIIIIMIinilllMlllllllMIUÊMIIIIIIIIMItlttllllUllllüIltltlltlllllllltlltllllllltHlIlllllllllUlllllllllllllUllllltlUUtllllll IIIIIUIIIimillllllllHIIUUtllU De yredes-Uee en bare aaÉaogers, Ondanks de spoorwegen, die de volkeren verbinden en de bewoonde aarde als met een net van yzeren lynen overtrekken, ondanks de bewonderenswaardige technische uitvindingen, die de menschen van gemakken en comfort voorzien, ondanks onzen vooruitgang op het gebied van wetenschap en kunst, ondanks den rijkdom in kunstvoortbrengselen, toch leven wy nog geheel in een eeuw van barbaarschheid, in de krijgszuchtige aera der wereld geschiedenis. Op allerlei gebied hebben wij een rijkdom zonder weerga voortgebracht, toch zyn wij niet bjj machte dien te beheerschen, wy staan er tegenover in een embarrss de richesse, wij verspillen aan den eenen kant onze eigene krachten en die van anderen, en aan den anderen kant zjjn wy er te zuinig mee. Een haastige gejaagdheid, die niet tot rust komt, een zich aftobben, dat geen genot kent, een benauwende angst voor de volheid van buiten en de leegte van binnen, dryft den modernen mensen doelloos heen en weer zooals het dier op de eenzame heide, dat de vruchtbare weiden om zich heen niet bespeurt. Een legio vragen zyn in zyn verhit, overspannen, gemarteld brein opgedoemd, waarvoor hij eene oplossing zoekt en niet vinden kan, omdat hy van buiten de redmiddelen verwacht, die uit zyn eigen boezem moeten voortkomen. In dezen jammervollen toestand is een vurig verlangen naar rust en innerlijke beschouwing over hem ge komen, hy' is vervuld van een ernstig streven naar vrede en dit heeft eenvoudige naturen verleid, een vredespropaganda in het leven te roepen, die door de auguren van »de hooge politiek niet alleen, maar ook door alle belderzienden niet zonder een glimlach kan worden beschouwd. Dat onder deze vredesapostelen vrouwen de hoofdrollen vervullen en dat zich om haar het grootste aantal geloovigen verzamelt, is niet te verwonderen, daar juist zy' tengevolge van het chaotische wordingsproces van onzen tijd het meest te ly'den hebben, daar juist zij, uit haren tegenwoordigen werkkring gerukt, geheel onvoorbereid staan tegenover de nieuwe ver schijnselen. Terwy'l op de Antillen in naam der vryheid een moorddadige Btry'd gevoerd wordt, in ZuidAfrika een dapper volk te gronde gaat en in het ry'k, dat het middelpunt is der beschaafde naties, de schandelijkste bloedwraak geëischt wordt, terwyl over het gansche wereldrond gemoord wordt, verkondigen vrouwen in hare vereenigingen de vredesboodschap van den czar, zenden zy' hem huldigings-telegrammen on verwachten van hem de verwezentlyking van den eeuwigen vrede. Van denzelfden heerscher, die tegenover het trouwe Finsche volk zyn eed heeft gebroken en het toelaat dat in zyn ry'k jonge mannen vol zelfopoffering en de edelste leeraren gekerkerd en naar Siberi verbannen worden, van denzelfden heerscher, die, partytrekkende van den naijver der andere ryken, nieuwe landstreken verovert; van hem, die op de grenzen van zyn reuzenryk de strijdkrachten verzamelt,, om er op los te schieten zoodra hier of daar den geringsten weerstand wordt geboden tegen zyn despotisme ! Van de machtigen der aarde kan de vrede niet komen, ook niet van de Haagsche Confe rentie. De oorlog in de Trans vaal, op Cuba, in China, even als de treffende gebeurtenissen der studentenonlusten in Rusland hebben ge toond, dat ondanks de Haagsche Vredesconferentie en de daar genomen besluiten, van de officiêele politiek voor het propageeren der vredesidée niets te verwachten is. Het moderne militarisme dient niet alleen om de zucht naar machtsuitbreiding en roof der concurreerende mogendheden van Europa en Amerika te sterken ten nadeele der buitenlandsche volkeren, maar volgens oordeel der eerste autoriteiten, om in een militairen staat par excellence de belangen der heerschers te beschermen en te verdedigen, tegen de volks belangen in. Het streven naar vrede is echter daarop gericht de belangen van het volk te waarborgen. Daarom verklaarden de vryzinnige vrouwen in Oostenrijk niet in te stemmen met de tot dusver door de vredesvereenigingen gevolgde taktiek in deze. Zy verwachten geen heil van heerschers en machthebbers. Zy verlangen dat de vereenigingen de propaganda verplaatsen naar de breede volkslagen, die een ernstig, eerly'k belang hebben by' de afschaffing van het militarisme en by een vreedzame ontwik keling der volkeren. Kaar aanleiding van de internationale vredesmanifestaties der vrouwenvereenigingen heeft de Algemeene Oostenryksche vrouwenvereniging in hare vergadering van 31 Mei 1. 1. de vol gende motie aangenomen: »De vryzinnige vrouwen in Weenen betuigen hare warme sympathie voor alle maatregelen, die geschikt zyn om den oorlog tegen te gaan, de vrede-idee en de liefde tot den vrede by het volk te verspreiden en ingang te doen vinden. ?Onder deze voorwaarde begroeten de Oostenryksche vrouwen de internationale vredesmanifestaties harer seksegenooten en wenschen haar in haar streven in het vaderland, zoowel als in het buitenland van ganscher harte succes.'' E. KUNST-HE YNNEMAN. (Ontleend aan Frauenleben").Dr. Anna Wyczolkowska. Eerste vrou welijke suikerscheikundige. Gebroken speelgoed. Vrouwenkleeding. Goethe. De leerstoel in de experimenteele psycho logie aan de Psycho-physiologische Universiteit te Pary's is toegekend aan een Duitsche vrouw, dr. Anna Wyczolkowska te Leipzig, die in 1893 te Zürich promoveerde op een vergelykende studie over Schopenhauer. (V). De eerate vrouwelyke suiker-scheikundige, mej. M. van den Honert, te Bergen-op-Zoom, is gediplomeerd door de Amsterdamsche Suikerschool. (O. H. Ct.) Van de hand onzer bekende schryfster, mej. Maclaine Pont, komt in de Bode der Heldringgestichten nummer van 15 Juni j.l. een pleidooi ten behoeve onzer meisjes uit de volksklasse. Geen oproerig verzet spreekt uit dit opstel, maar smartelijke verontwaardiging. In dit Juni-nummer lezen wij: In den gemeenteraad van een onzer grootere steden kwam de kwestie van den dag aan de orde: moet het houden van publieke huizen al of niet verboden worden en de houder strafbaar gesteld ? Met andere woorden : moet er in onze maatschappy een klasse vrouwen bestaan, die uitsluitend leeft voor het meest verlagende genot ? Ernstig en diep werd de discussie gevoerd, tot eindelijk een der aan wezigen de vraag stelde: wat er toch werd van die «publieke vrouwen" als zy te oud werden, of om andere redenen hadden »uitgediend" ? Een der raadsleden, een geneesheer met een flinke prakty'k, haalde de schouders op: »Ach", antwoordde hy, »wat wordt er van ons gebroken speelgoed ?" Dat onverantwoordely'k en harteloos: »Wat wordt er van ons gebroken speelgoed ?" geeft de schrijfster o. a. aanleiding het volgende te zeggen: ?Dit antwoord, gegeven door een voorstander der publieke huizen, formuleert de kwestie beter dan iemand het kan doen. Gebroken speelgoed zyn ze voor die mannen, goed om weggeworpen te worden, in den vuilnisbak, als het leely'k geworden is omdat men het vernield en bedorven heeft. «Maar dat speelgoed heeft een lichaam en een onsterfelyke ziel; het eerste zal die ge neesheer toch wel weten, al erkent hy mis schien het laatste niet. Dat speelgoed kan ontzettende smarten lyden, dat speelgoed kan tot wanhoop vervallen. ... »Gy die haar hebt gebroken, hebt gy wel eens bedacht wat dat zegt ? Maar gy weet niets van haar, gy hebt zelfs nooit naar haar gevraagd. Gy zyt m uw recht, gy behoeft im mers niet te vragen naar gebroken speelgoed ?" Daar zyn ze dus goed voor de dochters van ons volk ! Deze geneesheer heeft het rondweg uitgesproken in een achtbare vergadering. Het is goed dat eens te hooren. Het moest gedrukt worden op alle strooibiljetten van candidaten voor de Tweede Kamer, voor de Provinciale Staten, voor den Gemeenteraad. «Kiest dezen man !" zal het klinken. »Hy' beschouwt uwe dochters als speelgoed, dat hy gebruiken kan naar zyn goedvinden, waarnaar hy niet meer vraagt wanneer het gebroken Een groep Brusselsche vrouwen heeft den oorlog verklaard aan het corset. Zij verlangen dat het dragen van een corset in de scholen zal verboden worden. Aan het hoofd der bewe ging staat mevrouw Valentine André. (lielany en Hecht.) * ? * In de Lettres de Madame Ueinhard une femme de diplomate, speelt Goethe een groote rol. Deze brieven, die door de kleindochter der schryfster, barones Wimpiïen onlangs wer den uitgegeven, bevatten kenmerkende trekjes over den modernen Olympier, wiens goden aard wel het best wordt geteekend in deze woorden van mevrouw Reinhard: »Goethe zweeft boven de menechely'ke ellende, alsof hy een bewoner van andere sfeeren was. Nooit spreekt hy over zichzelven, (wat een voor beeld voor onbeduidende menschen die nooit over zichzelf zyn uitgepraat!) nooit ook heb ik by hem deelneming in vreugde of smart van andere menschen opgemerkt. Zelden krijgt men van hem een teeken van goed-of afkeu ring. Voor niets is hy aandoenlyk. Hij leeft in den kring van zyn weten en denken, een kring van zoo groote uitgebreidheid, dat hy alle wetenschappen omvat. Over Christiane Vulpius liet Goethe zich eens aan den diplomaat Reinhard volgenderwy'ze uit: »Zou je wel willen gelooven dat voor my'ne vrouw mijne werken een boek met zeven zegelen zijn ? Zy heeft er geen enkelen regel van gelezen. De geestelyke wereld bestaat voor haar niet. Zy is een voortreffelijke huis vrouw en zy houdt zich uitsluitend met de leiding van my'n huishouding bezig, die geheel onder haar beheer staat... Nochtans houdt zy er van toilet te maken en naar de komedie te gaan en het zou een verkeerde meening zyn wanneer men haar verstoken achtte van beschaving. C AP KICK. Bloemkool augratin. Ingrediënten : l bloem kool, 30 gram boter, 25 gram bloem, 'A liter melk, zout, peper, 30 gram geraspte parmezaansche kaas, 30 gram Gruyère kaas, paneermeel, 20 gram boter. Bereiding: Kook de kool op de gewone wijze. Roer 30 gram boter en 25 gram bloem in een pan op het vuur, voeg daarby de melk, zout en peper, laat de saus roerende tien minuten koken; voeg er by 20 gram parmezaansche kaas en 20 gram Gruyèfre. De kaas mag niet meekoken. Plaats de bloemkool in een vuurvasten schotel, bedek ze met de saus, strooi er de overige kaas overheen, doe er 20 gram gesmolten boter over en bedek het geheel met paneermeel: zet den schotel in den oven tot het geheel lichtbruin is. Gegratineerde tomaten. Sny'd de tomaten door midden, leg ze in een vuurvasten schotel, bedruip ze met kalfsjus en zet ze in den oven; als ze bijna gaar zyn bedruipt men ze met gesmolten boter, bestrooit ze met paneer meel en laat ze verder gaar worden. In 15 a 20 minuten zijn de tomaten gaar. MMIIItllllTÏMlliiiil l iiiliini miiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiim De talenten ?an juffrouw Xanfli. Een leerzame geschiedenis. Naar het Duitsdi, van GEO HILUECK. Juffrouw Alexandrina, door haar kennissen Xandi genoemd, had een talent. De gelukkige eigenares van dit talent had altijd gedacht, dat het nog al groot was. Het nam eigenlijk de grootste plaats in in haar geheele leven. Sorns maakte het haar zoo benauwd, dat haar kamer te klein voor haar werd en zij een gevoel kreeg, alsof het heelal zich moest uit zetten, om aan haar talent ruimte te geven. Dan ging zy' voor het venster staan en keek ver weg over de daken heen, onverschillig of de gouden zonneschijn, het blauwgroene maan licht of' de loodzware regen er op neervielen. In zulke oogenblikken maakte her talent zich nog duidelijker merkbaar, daar het haar met onweerstaanbare kracht naar de schrijftafel trok. liet lag naast haar, donker, zwaar, dofglanzend ala een onyx, met een heldere plek in het midden, waaruit een dunne rook op steeg, die alle mogelijke kleuran kreeg en dan den vorm aannam van personen en groepen. Zij zag ze duidelijk voor zich staan, als een tweede, echte werkelijkheid. Tengevolge van allerlei ongelukkige gebeur tenissen werd juffrouw Xandi op een goeden dag geheel afhankelijk van haar talent, wanneer zij ten minste de gewoonte om te eten, te wonen en zich te kleeden niet wilde opgeven. Van dien tijd af bekeek zij haar talent met geheel andere oogen. Het scheen haar lang zoo groot niet meer toe. Ongeduldig wachtte zij het oogenblik af, waarop het haar naar de schrijftafel zou roepen, om haar te dicteeren. Op alle tijden van den dag riep zij het, maar juist, nu zij het noodig had, scheen het koppig te worden. liet rookte niet meer en lag in een hoek, zonder zich te verroeren. Het was een slechte tijd voor Xandi. Alle omvangrijke manuscripten werden teruggezon den. Maandenlang geen enkele vraag om mede werking ; een novelle, die bijna in het Engelsch was vertaald, kwam op het laatste oogenblik nog onvertaald terug. Slechts op een paar kleine schetsjes had zij nog geen antwoord; daar wachtte zij al maanden lang op... De meu belen namen de vlucht voor haar stilgeweende tranen ; beurt om beurt zochten zij verandering van lucht. Kleederen en sieraden volgden wel dra. De vluchtelingen ontmoetten elkander allen weer in den winkel van den pandhuishouder Josef Hüberle. Telkens, wanneer juf frouw Xandi een stuk van haar inboedel liet verhuizen, wierp zij met vochtige oogen een blik vol haat op het talent, dat onmeedoogend op de tafel lag, roerloos, alsof het sliep. Slechts om zijnentwillen was zij niet boekhoudster geworden slechts om zijnentwillen had zij het eervolle huwelijksaanzoek van den handelaar in zijden stuffen Traugott Nips, afgeslagen .. . En dat was haar dank ! Eindelijk nam zij een Hink besluit, pakte j het talent op, wikkelde het in een groote courant i en droeg het met moeite naar Josef Iliiberle, in wiens winkel tusschen allerlei rommel in, het grootste gedeelte van haar voorinaligen in boedel haar stom en weemoedig begroette. Wat is dat voor een ding?" vroeg mijnheer j Iliiberle minachtend. Zijn goedhartigheid liet ; nooit vergeefsche hoop bij zijn klanten op komen, j Mijn talent," zeide juffrouw Alexandrine verlegen, terwijl zij het papier losmaakte. Talent '.'' De pandbuiskouder bekeek het nieuwe pand een oogenblik en haalde toen de schouders op. Bah het is heelemaal warm. Daarvoor geeft tegenwoordig niemand een cent. Als het nu nog gewoon lauw was ja dan ... Hm, soliede schijnt het wel te zijn." Volkomen soliede !" verzekerde Xandi. Dacht u misschien, dat dat een goede eigen schap was 'i Zoo'n plomp ding trekt iemand naar beneden, inplaats van hem boven water te houden. En dan ziet u die belachelijk eenvoudige constructie ? Geen spoor van sym bolische verwardheid geen geprikkel, als ik mijn hand er op leg; er springen rnaar een paar vonken over.... Neen juffrouw, zoo'n talent is in onze dagen niet te gebruiken." U neemt het dus niet ?" vroeg Xandi, met haar tranen worstelend. liet is heusch een ongeluk voor iemand van ? ons vak, als hij een hart heeft!" riep mijnheer Haberle plotseling. Ik wil er... 10 mark voor geven !" Tien " Xandi wilde zeggen, dat dit talent haar alles was, haar eenige middel van be staan maar om niet in tranen uit te barsten, zweeg zij. Met een gebroken hart nam zy het goudstuk uit Haberle's vuile hand en ging weg. Bij de bank van leening had u hoogstens acht mark gekregen!" riep hij haar nog na. Toen Xandi weer thuis kwam, scheen haar leege kamer haar onverdragelijk toe. Het was, alsof met haar talent het laatste spoor van ge zelligheid en warmte verdwenen was. Alsof het laatste licht uitgeblazen was, alsof nooit weer de zon zou schijnen! Sidderend van koude, akelige smart ging zij naar bed, waar zij zich in slaap huilde. Den volgenden morgen scheen de zon echter toch. Ja, zij wierp zelfs een breede streep licht door Xandis venster en liet in het kale vertrek millioenen schitterende stofjes dansen. Xandi werd gewekt door een kloppen op haar deur. Met haar hoofd vol verwarde smart staarde zij naar de dikke, roode hand van haar huisjuffrouw. die iets wits om het hoekje van de deur schoof. En toen herinnerde zij zich, wat er gisteren was gebeurd. Haar talent! Als een centenaarslast woog deze gedachte haar op het hart. Toch stond zij op, om den brief aan te nemen en om een biljet te onderteeken. Wat was dat? Een aangeteekende brief veertig mark van een courant, die de loffelijke gewoonte had, het bericht der opname vergezeld te doen gaan van het honorarium. O zaligheid! In haar kamertje voerde Xandi een dans uit, dien geen enkele balletmeester had uitgevonden. En telkens, als zij in haar wit nachtgewaad door de breede zonplek danste, werd et geheele vertrek plotseling verlicht. Hoera, hoera l nu was alles weer in orde l Een uurtje later drong Xandi met een klop pend hart door een rumoerige menigte, die in den winkel van Haberle verzameld was. De eigenaar zelf liep heen en weer, nam geld in ontvangst, drukte sommigen een of ander voor werp in de handen en schoof ze dan uit dea winkel. Zijn harde stem klonk nu en dan boven het geschreeuw uit, dat Xandi onaan genaam aandeed. Wat een veiling'? Goede hemel zou haar talent al verkocht zijn? Maar een student met een zwart verband over zijn neus stelde haar gerust; het was vandaag de eerste van de maand, de eerste April: iedereen had geld en kon dus de noodzake lijkste voorwerpen weer inlossen. B.v. zijn horloge . . . Maar Xandi had geen tijd; zy nam een gunstig oogenblik waar en drong tot mijnheer Haberle door. Mijn talent .?gisteren avond" zeide zij zachtjes. De pandhuishouder keerde zich om, nam van een der planken een pakje in krantenpapier gewikkeld, dat haar gaf. Twin tig mark!'' zei hij op nijdigen toon. Twintig ? Maar ik heb er gisteren maar tien " Dacht u dan, dat ik voor mijn pleizier zaken deed ?" snauwde mijnheer Iliiberle haar toe. Verschrikt legde Alexandrine de helft van haar pas verworven rijkdommen in de nog altijd vuile hand van den pandhuishouder en maakte dat zij wegkwam. Zalig drukte zij het talent aan haar hart deze za'igheid was waarschynlijk de oorzaak dat zij de zwaarte van haar last niet voelde. Zij vond het pakje zoo licht als een veertje. Zij stormde de trappen op, maakte het papier een beetje los, legde het talent op tatel en begen dadelijk te schrijven. Hemel, wat ging het vandaag goed ! De rook, die in kleine draaiende wolkjes uit het papier opsteeg, vormde zich buitengewoon snel tot allerlei beelden. Het scheen haar toe alsof de rook een ongewonen, zoeten geur verspreidde, doordringend, maar toch niet te sterk. Vroeger had hij haar over allerlei quaesties doen schrijven, die de meeste redacties liever ver meden, daar de lezers er niet op gesteld waren; dikwijls had hij haar diepzinnige pro blemen en psychologische vraagstukken geschil derd ; van dat alles was nu geen sprake. De wolkjes namen aangename, eenigszins onwaarschijnlijke kleuren aan en vormden een casinobal met een cotillon. Twee bekoorlijke nichtjes brouilleerden zich niet al te ernstig tengevolge van een misver stand. Naast haar doken mooie luitenants op, vroolijke studenten, gymnasiasten vol streken, knorrige moeders, een rijke oom met een spraakgebrek kortom, alles werd even boeiend. In plaats van zes bladzijden, zooals gewoon lijk, waren er 's avonds dertig klaar. Xandi las ze met verbazing. Den volgenden dag schreef zij verder. Het was iets nieuws en pret tigs voor haar, zoo gemakkelijk, zonder de minste moeite er op los teschryven. 's Avonds was zij doodmoe; alle zorgen schoof zij ener giek van zich af. Na een paar weken had zij een grooteu roman, geheel in den vorm, voltooid. Zij waagde het niet, bem door te lezen, maar pakte hem zoo spoedig mogelyk in en zond hem toen aan een blad, van welks onliteraire richting en groote honoraria wonderen werden verteld. Het antwoord kwam buitengewoon snel. De roman zou worden opgenomen, wanneer de schryfster, om wier verdere medewerking ver zocht werd, genoegen nam met een honorarium van 5000 mark. Vijfduizend l Xandi viel haast in onmacht. Zij bad wel eens menschen gezien, waarvan verteld werd, dat zij zooveel kregen; maar dat had haar alty'd onwaarschijnlijk in de ooren geklonken. Onmiddelly'k, zonder zich te bezinnen, gaf zy haar toestemming. Denzelfden avond nam Xandi de lamp en be keek haar talent, dat nog altijd halt in het papier was verborgen, nauwkeurig. In langen tyd had zy' het niet zoo critiach onderzocht. Al de sombere vermoedens, die zy tot nu toe steeds had onderdrukt, kwamen haar nu weer in de gedachten. Vermoedens! Dat waren het niet meer; het waren feiten. Zoodra Xandi het talent geheel van het papier ont daan had, werd alle twijfel opgeheven. Het was haar oude talent niet meer. Het was by den pandhuishouder verruild.. Dit nieuwe talent was noch soliede, noch warm; ook leek het niet op een onyx. Het was van mooi gepolijst aluminium en woog dan ook heel weinig. Het was een koud, licht talent van zeer alledaagschen vorm. Xandi bekeek het met smartelyke verachting. Plotseling ontstond er een vurig verlangen in haar naar het oude, zoo dikwyls verwenschte en toch zoo geliefde talent. En tegelykertijd kreeg zy een gevoel van schaamte, omdat dit verlangen eerst was opgekomen, nadat zij al zeker was van de vyfduizendmark. Onmiddelijk ging zy naar mijnheer Haberle. D« pandhuishouder was dien dag in een rooskleurige stemming. Hij had een buiten gewoon succesvolle veiling gehouden en daarna op den verderen bloei van zijn zaak gedronken. Hij hoorde Xandis uitlegging neerbuigend aan en begon toen onder de weinige onver koopbare voorwerpen te zoeken. Het talent was er echter niet hy. Xandi verbleekte. Heeft u het dan toch verkocht?" riep zij uit. Een reeks van vreeselijke mogelijkheden zweefde haar geest voorby. Mijnheer Haberle dacht na. By die onge wone inspanning zag hy er zeer interessant uit. Eindelijk kreeg hy een inval. Een dame, die soms oude sieraden bij hem kwam koopen, had jaren geleden eens een talent by hem laten liggen, dat in krantenpapier was gewikkeld. Vandaag op de verkooping, had zij er opeens aan gedacht en het meegenomen. Ongetwijfeld was zy *op het oogenblik de eigenares van Xandis talent; en daar zij de verwisseling wel zou merken en mynheer Hüberle er naar zou vragen, gaf Xandi dezen laatsten haar adres op. Den volgenden morgen werd er aan Xandis deur geklopt, waarna een prachtig gekleede dame met blond haar en een stevigen officiersstap binnentrad. Zij werd gevolgd door een knecht, die voorzichtig een pakje op tafel legde en wegging. De onbekende bekeek Xandi welwillend door haar lorgnet en stelde zich met edel zelf bewustzijn aan haar waarde collega" als Rhoda von der Warte voor. Rhoda von der Warte! De bestbetaalde van alle schrijfsters, de lieveling van de bakvisschen van eiken leeftyd en geslacht; de beheerscheres van alle leesbibliotheken! En met het talent van deze beroemdheid had Xandi gewoekerd! Het hart zonk haar in de schoenen; zij trachtte zich te veront schuldigen, maar voelde wel, dat zij niets dan beschuldigingen tegen zichzelf uitbracht. Maar het zal mij heusch een groot genoegen zyn, het u nog eens te toonen. Want uw eigen talent ... ja, dat is eigenlijk heelemaal niet te gebruiken. Niets dan een stuk lood! Gisteren, toen ik even een novelle wilde schry ven, hinderde het mij zoo, dat ik het in de kast moest bergen". Beschaamd en verwytend keek Xandi naar de tafel. Maar haar collega praatte door. Zij was juist by de uitgevers en de honoraria aangekomen. Zy hoopte, dat juflrouw Alexan drine de pry'zen niet zou doen dalen door te bescheiden eischen. Wat haar zelf betrof, zy liet haar pas voltooiden roman niet onder vyftieaduizend mark gaan. Xandi zocht naar woorden. Eindelyk ge lukte het haar een vraag te doen. Neemt u my niet kwalijk, maar ik hoorde van den pandhuishouder, dat uw talent jaren lang by hem heeft gelegen." Nu en ?" En toch schreef u zesmaal zooveel als ik... Hoe is dat mogelijk ? Daar begrijp ik niets van." Rhoda begon te lachen; om het geluid te dompen hield zij heel netjes haar zakdoek voor haar mond. Maar meent u dat heusch? Ja, als ik nog niet verder was dan in het begin, toen ik nog afhankelyk was van mijn talent!''. Is uw beroemde naam alleen dan voldoende?" vroeg Xandi, geheel vernederd door het ver pletterende zelfbewustzyn, waarmee Rhoda achterover in haar stoel leunde. Dio zou zeker ook wel voldoende zijn .., Maar ik meen nog iets anders... U wilt my' zeker voor den gek houden ! Alsof u zelf niet wist, dat na een paar jaren ons talent geheel overbodig wordt, dat het door iets veel gemak kelijk* vervangen wordt." Maar waardoor dan, waardoor?" drong Xandi aan. O heilige eenvoud! Door wat anders dan door de routine?" En lachend stond zy op. Zy nam de twee talenten, die naast elkander Jagen, van de tafel, maakte er snel een enkel pakje van en drukte het met een gebaar van een koningin in de handen van de verraste Xandi. Toen kuste zij haar op het voorhoofd en schreed met lachende, zelfbewuste kracht de deur uit.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl