Historisch Archief 1877-1940
No. 1257
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Roden m 6 Tabletten. ? Rollen m 6 Tabletten.
de
l o dubb. Capsules
«oor R0pp<
iiiiiiMiMHiiiiiiiMiiiMiiiMiMMMiMttiiiMiiiniiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiMnruiifiMiiMMNna((i((ti(UtiuurHMiiiiiiiinuunnHun>nintiiiiiinnnnniiiiMiliii[iMiiiiiiiiHiHHiHiiiMiiiii>iiMiiiiiiiiiiiiHiiiMiiiiiiiiiiiii IIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIDIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIM
De Alster ligt daar zoo heerlijk blauw en
de ranke bootjes en sierlijke zwanen glijden
zoo licht over het water, dat het werkelijk
een overwinning op me zelf is, als ik my los
ruk van mijn heerlijk zitje in het
Alsterpavillioen om in de nauwe, warme straten, enkele
dames te gaan bezoeken, die bekend staan
als de leidsters der vrouwenbeweging in Hamburg.
Maar ik heb in miju leven zoo veel Duitsche
Trouwen getroffen, die slechts over huishouding,
kinderen en last not least over de slechtheid
der tegenwoordige dienstmeisjes wisten te
spreken, dat ik om niet eenzijdig te worden
in mijn oordeel over Duitsche vrouwen, rast
besloten ben ook kennis te maken met vrouwen
die zich buiten bovengenoemde onderwerpen,
ook interesseeren voor algemeene zaken.
Op reis trof ik het al zeer gelukkig, in
Bremen leerde ik in het station, waar ik
eenige uren wachten moest, een der dames
van de Bahnhofmission kennen, die mij alle
inlichtingen gaf over de zelfopofferende werk
kring der dames van deze vereeniging.
B\j aankomst van alle treinen z\jn er dames
aan 't station, die de jonge meisjes, die alleen
reizen en zoo licht in slecht gezelschap ge
raken, met raad en daad bijstaan. Zij helpen
hen met adressen van goede tehuizen, waar ze
liefderijk opgenomen worden.
En komen er dienstmeisjes van 't land in
de stad, dan vinden ze niet alleen direct een
goed thuis waar ze heel goedkoop kunnen
verbüjven, maar ook helpen de dames der ver
eeniging haar aan goede betrekkingen. Steeds
kunnen ze in het thuis haar vrije avonden
doorbrengen, zoodat xij zich in de vreemde
stad niet zoo geheel verlaten behoeven te ge
voelen en daardoor op den slechten weg geraken.
Deze thuizen zyn in elke groote stad over de
geheele wereld te vinden.
En zoo kwam ik ook door de inlichtingen
van myn Bremer raadgeefster in Hamburg is
een thuis voor reizende dames.
In 't eerste thuis waar ik kwam, was geen
plaats. Er woonden zoo veel meisjes, die in
Hamburg in betrekking waren, dat er geen
plaats meer was voor vreemdelingen.
't Scheen my, dat de meisjes het er heel
gezellig hadden, ze betaalden slechts 50 mark
in de maand.
De directrice vertelde me dan ook, dat zy
niet bestaan kunnen, indien zij van de ver
eeniging geen ondersteuning kregen, daar de
levensmiddelen in Hamburg zeer duur zijn.
Ik kwam na in een filiaal van dit thuis
terecht, waar men behalve een pension voor
jonge meisjes ook een hotel voor doorreizende
dames heeft.
De voorwaarden voor de pensionnaires zijn,
dat ze christelijk en onder de dertig jaar oud
zijn. De vriendelijke directrice vertelde mij,
dat men van het idee uitging, dat een meisje
van dertig jaar zich wel alleen kan helpen en
ook gewoonlijk meer verdient dan jongere
meisjes, en dat zy daarom plaats moest maken
voor jongeren, die meer bescherming noodig
hebben.
Zelf vond ze de bepaling, dat de jonge
meisjes christenen moesten zijn, ook wel wat
bekrompen, maar dat moest, omdat het thuis
ondersteuning van een christelijke vereeninging
krijgt.
Aan de doorreizende gasten vroeg men niet
naar haar godsdienst, maar het logies was er
ook niet goedkoop, men hoopte met den winst
op de gasten behaald, de onkosten van thuis
te kunnen dekken,
Mijn zeer eenvoudige kamer, wel is waar
met het heerlijke uitzicht op een mooi groen
park, kostte per nacht 3 mark: at men in het
thuis dan kostte dit 2 mark. Niet goedkoop
vopr Duitsche toestanden. Te meer wyl de
gasten mee aten aan de open tafel waar de
pensionaires en pok andere meisjes meest
allen in een zaak in betrekking, slechts 50 pf.
voor betalen.
Zoo kwamen er in dit thuis (Besenbinderhof
32) 's middags ongeveer honderd meisjes te
eten. 't Was er heel gezellig, en er heerschte
een heel aardige toon. Natuurlijk voelt men
zich in zulk een thnis lang niet zoo eenzaam
als dame alleen, als in een hotel.
Van de directrice, die zelf een zeer ijverige
voorstandster der vrouwenbeweging was, kreeg
ik reeds vele inlichtingen en ook de adressen
der leidsters der beweging in Hamburg.
Zoo stapte ik dus vol moed eerst naar het
kantoor van de Ortsgruppe, afdeeling van de
algemeene Duitsche vrouwenbeweging, om later
bij Fraulein Lida Gustava Heymann, de leid
ster der radicale vereeniging Frauenwohl, mijn
indruk over de Hambargeche vrouwenbeweging
te voltooien.
Van alle dames hoorde ik hetzelfde, dat in
het algemeen in het vrije, zich zelf regeerende
Hamburg de vrouw met nog meer vooroordeelen
en conventies te kampen heeft, dan ergens
andere. Wel hebben de vrouwen er gemeen
schapsgevoel, in zoover, dat ze mild en gaarne
geven voor philantropiscbe doeleinden, zoodat
haar liefdadigheidsinrichtingen tot voorbeeld
kunnen strekken, maar voor vereenigingsleven in
het belang voor een goede zaak, een hoog idee,
toont de Hamburgsche vrouw weinig belang
stelling.
Dat bewijst ook wel het geringe aantal leden
der beide vrouwenvereenigingen.
De oudste en grootste, de Ortsgruppe, telt
in het groote en machtige Hamburg slechts
ruim vijfhonderd leden, de jongere radicale
groep nog veel minder.
Hoe jong de vrouwenbeweging nog in
Duitschland is, bewijst reeds het feit, dat eerst in 1896
de Ortsgruppe, afdeeling van de algemeene
Duitsche vrouwenvereeniging in Hamburg, op
gericht werd door vijfentwintig dames. Het
doel van deze vereeniging is natuurlijk hetzelfde
van alle vrouwenbonden in alle landen: de be
langen -der vrouw te bevorderen, haar werkkring
uit te breiden, haar rechts- en politieken toe
stand te verbeteren.
Deze Hamburgsche Ortsgruppe gebruikt vele
DAMEjS.
middelen om haar doel te bereiken. Als ik de
resultaten vermeld van haar vijfjarig bestaan,
dan zal men een idee kunnen vormen over den
aard van deze vereeniging.
Over het algemeen ligt haar werkkring meer
op philanthropisch gebied, dan dat zij streeft
naar politieke rechten der vrouw. Misschien
acht zy den tijd daarvoor nog niet geschikt, en
wacht zij, tot de meer vooruitstrevende ver
eeniging Frauenwohl een aanvang met de zaak
gemaakt heeft, om zich dan bij haar aan te
sluiten.
Intusschen kan men niet zeggen, dat deze
vereeniging stil heeit gezeten gedurende haar
kort bestaan.
Konden slechts onze Hollandsche
vereenigingen wijzen op zooveel resultaten, na vijfjarig
streven! Maar natuurlijk, men moet niet ver
geten, dat Hamburg een zeer rijke stad is, en
geld is nu eenmaal een zeer groot wondermiddel.
Daardoor was het bijvoorbeeld ook mogelijk
zoo spoedig het Annaheim, een school voor
dienstmeisjes te stichten.
In dit zeer eenvoudige, maar practisch in
gerichte thuis worden meisjes opgenomen, meest
dochters van weduwen of zeer arme ouders, en
worden daar aan geregelden arbeid in huis en
tuin gezet. Als ze een jaar in dit thuis geweest
zy'n, komen ze ook weer door bemiddeling van
het gratis verhuurkantoor der vereeniging in
een klein gezin, waar ze verder huiselyken
arbeid leeren. Vandaar worden ze later in
andere betrekkingen geplaatst.
Hebben de meisjes (niet alleen de leerlingen
van dit Annaheim, maar ook andere) geen geld
om zich de benoodigde kleeren aan te schalen,
dan krijgen ze voorschot oi als het moet, on
dersteuning van de vereeniging om de kleeren
te koopen.
Behalve dit thuis heeft de Ortsgruppe huis
houdscholen voor dienstmeisjes opgericht. De
staat ondersteunt de vereeniging in zoover
hierin, dat zij de staatsscholen voor het onder
wijs mag gebruiken.
Ook heeft de vereeniging drie scholen gratis
in gebruik voor haar naailessen voor vrouwen
en meisjes.
Een zeer gelukkig resultaat kan men het
noemen, dat door het streven der vereeniging,
vrouwen nu het recht verkregen hebben, toe
zicht uit te oefenen, op de kinderen, die door
de gemeente uitbesteed worden in verschillende
kosthuizen.
Vroeger oefende de politie alleen dit toe
zicht uit, maar het ia immers natuurlijk, dat
vrouwen beter in staat zijn te beoordeelen of
de verpleging der jonge kinderen, dikwijls
zuigelingen, goed is dan de strenge hèer en der
politie, die misschien heel veel verstand van
misdadigers hebben maar zeker veel minder
studie van zuigelingen gemaakt hebben.
En dat dit toezicht niet geheel overbodig
is, bewijst het feit, dat van de 2935 kost
huizen, die in het laatste jaar bezocht werden,
200 afgekeurd werden.
Ook nog voor andere kinderen zorgde de
vereeniging in n opzicht. Er waren n.l. veel
te weinig speeltuinen voor meisjes in Hamburg.
Kenschetsend voor den Duitschen geest is het,
dat de speelplaatsen voor jongens staatssubsidie
genieten die voor meisjes natuurlijk niet.
Dan is er een onder afdeeling der vereeni
ging die nmaal in de week zitting houdt, om
rechtskundigen raad te geven, aan alle vrouwen,
die bet noodig hebben.
Dat velen gediend zijn van dezen raad, blijkt
reeds daaruit, dat er op ieder spreekuur on
geveer 15?20 raadzoekenden komen. Van de
honderd kunnen ongever 60 geholpen worden.
Dat is veel, niet waar?
Maar men laat het niet alleen bij raad, men
ondersteunt ook degenen die het noodig hebben
met daden. Men helpt b.v. behoeitige vrouwen
aan een betrekking of aan een eigen zaakje.
Er worden elk jaar cursussen gehouden, waar
rechtsgeleerden de dames inwyden in de ge
heimen der wetten. '
Ook in Duitschland zy'n er in den
allerlaatsten tyd verbeteringen aangebracht in den
rechtstoestand der gehuwde vrouw. Zy kan nu
ook door huwely'kscontract haar kapitaal aan
het den macht van haar man onttrekken.
Verder bezit nu de rechter de macht om
huwelijken te ontbinden, die onmogelijk ge
worden zy'n door drankzucht van een der beide
partyen.
Om nu het arbeidsveld der vrouw grooterte
maken, meende de vereeniging haar in saat
te moeten stellen zulk voorbereidend onderwijs
te genieten, dat zij later met vrucht de colleges
aan de universiteit kon volgen.
Wel is waar, wordt de vrouw slechts geduld
aan de Duitsche universiteiten, maar wil ze,
dan kan ze toch in elk geval proh'teeren van
het hooger onderwijs.
De grootste moeily'kheid voor de Duitsche
meisjes is echter goed voorbereidend onderwijs
te krijgen om later het onderwijs aan de uni
versiteit te kunnen volgen.
Middelbare meisjesscholen bestaan er in
Hamburg in het geheel niet, in andere Duitsche
steden slechts zelden. De höhere Töchterschule
is zeer onvoldoende, en kan de meisjes on
mogelijk klaar maken voor de universiteit.
Toen nu de staat niet genegen was, een gym
nasium voor meisjes op te richten, heeit de
Ortsgruppe, door rijkely'ke bijdragen daartoe
in staat gesteld, een gymnasiale cursus voor
meisjes ingesteld, waar ae meisjes, die verder
studeeren willen in vier jaar moeten bijwerken,
wat de jongens leerden in vee! langeren ty'd in
het gymnasium.
Zooals ik later hoop te vertellen, gaat de
radicale vereeniging haar naam getrouw, veel
radicaler te werk, door een Reiormschule op
te richten. Om nog eens terug te komen op
de Ortsgruppe, moet ik nu nog slechts haar
leerrijke voorlezingen noemen, die 's winters
voor de leden gehouden worden, en de vele
adressen, die zy soms met resultaat en soms
zonder gevolg aan verschillende
regeeringslichamen gericht heeft.
Uit al de resultaten, die ik opnoemde, kan
men zien, dat er toch ook in Duitschland, zy
het ook naar verhouding door weinigen, ijverig
aan de verbetering van den toestand der vrouw
gewerkt wordt. Te meer is dit te waardeeren,
als men den byna ondoordringbaren muur van
vooroordeelen lent, waardoor de Duitsche vrouw
zich moet worstelen, om te geraken tot het
recht, om vrij, om mensen te zijn.
Den volgenden keet hoop ik u iets te ver
tellen, van de radicale vrouwenvereeniging in
Hamburg.
BBTSY NORT.
Een en anfler (W taMen en Mshouftelpe
toestanden in de Rönpracie,
i.
»De hoofdzaak is, dat ik mij nu in een half
jaar niet door mijn dienstmeisjes gekweld weet."
JJeze woorden hoorde ik uiten door een aller
liefst uitziende jonge vrouw, die met haar jongste
juist in mijn coupéwas gestapt, en nu een
afscbeidspraatje met een op 't Dusseldorfer perron
staande dame hield.
Dus, ook hier weer 't zelfde lied, dacht ik, en
ik begon uieuwsgietig te worden, en wilde weten
of de klacht haar bestaan te danken heeft aan
ongeveer of geheel met Holland gelijkstaande
omstandigheden.
Een langdurig verblijf in de beide grootste
steden van de Rijn-provinciën: in Keulen en ia
Dasseldorf, heeft mij goede gelegenheid gegeven,
aan dien wensch te voldoen en het verschil te
leeren kennen in de positie, de levenswijze, eaz.
van de dieustbode ginds en. die, welke hier in
Holland ten harer opzichte de heerscbende zijn.
Om te beginnen, is het loon daar veel hooger.
Een ^perfecte Köchin," dat is zij, die al de
finesses van de edele kookkunst dient te ver
staan, krijgt gemiddeld 35 a 40 Mark 's maands;
dat is dus tusschen twee honderd en vijftig a
driehonderd gulden jaarlijks. De z. g. n.
Godspenning" wordt als Mifttpfennig" ter baad ge
steld, doch varieert tusschen 3 M. en 6 M.
Hooger wordt zij niet, en, zoo de dienstbode
niet binnen 24 uren na ontvangst van dat onder
pand, het bedrag terug brengt, is zij
//polizeijich" verplicht iii de nieuwe betrekking te komen.
Behalve nu gemeld loon, moet zulk een
»perfecte," die evenmin als eenige andere dienstbode
haar ^Nieuwjaar" en , Kermis" krijgt, kostbare
Weihnachts geschenke, volkomen in. evenredig
heid met haar ,positie" ontvangen en vallen
deze, die in dit geval gemiddeld een bedrag van
M. 40 a M. 50 representéeren, tegen, dan is
dat, zonder meer, een reden om te kündigen" 1).
Het behoud van al 't geschonkene is een
couditio sine qua BOD, en met veertien dagen is de
aldus miskende en in haar eer gegrepen ,perfecte"
uit 't gezin verdwenen. Nu moet niet gedacht
worden, dat elke huisvrouw, die 't betalen kan,
zich de luxe van zulk een Köchin" kan
permitteeren. Geenszins. In de allereerste plaats
wordt, alvorens de Mietpfeunig te acoepteerec,
gewoonlijk door de keukenprinses verzocht, haar
speciaal domein, als ook haar kamer te mogen
bezichtigen. Op deze wijze krijgt zij dan tevens
een totaal-indruk van de staat van zaken" der
a.s. Herrschafte." Valt bij deze inspectie geen
groote luxe te constateeren, dan, tien tegen n,
komt van 't in dienst treden niets. Een tweede
bijna altijd gedane vraag is of er viel
Gesellschaft gegeben wird" m. a. w. of er druk aan
partijen, diners, etc., wordt gedaan. Zoo mevrouw
haar zou verzekeren, dat zij van een rustigen
gang van zaken, houd, eii partijen, en dineis niet
maandelijks voorkomen, dan staat de kans voor
haar om de //perfecte" te bemachtigen, gewoonlijk
al zeer slecht. Deze is juist er op gesteld om,
met veel en velerlei assistentie, haar kunnen te
doen bewonderen, zij wil niets vergeten, in de
routine blijven en ... partijen ... of ik pas" is
meestal haar leus.
Het is niet denkbaar, dat zulk een //vol
maakte" haar taak geheel alleen op zich neemt,
en wel degelijk wordt de hoop geuit alvo
rens zij deze aanvaardt, dat zij een geschikte
,/Geliiüfe" moge vinden. Die //Gehülfe" ontvangt
va»k geen, of wel een betrekkelijk gering Joon,
Het geldverdienen is bij haar, in die positie,
niet de hoofdzaak: leeren wil zij door de Köcflin
behulpzaam te zijn, om later ook als perfecte"
gelijke pretenties bij gelijkelijk hoog loon te
kunnen maken en dan even lastig van humeur
tegenover de andere dienstboden, zoowel als
tegenover die GLÜdige" te zijn, als dit ui haar
leermeesteres is.
De werkmeid (Hausmadehea of
Zweit-JIadcher.) in een herrschaftliche Stelle" ontvaugt
25 ,\ 30 Mark 's maaads en haar kerstcadeaux
zijn. dan ook van ietwat geringer geldelijke
waarde dan die van de eerste viool in 't
keukenorchest. 2) Haar werkkring beslaat, behalve
uit 't onderhoud van kamers, trappen enz. S)
in 't assisteeren bij het wasscken.
Het is in Duitschland nog vrij algemeen de
gewoonte dat ieder gezin zijn wascbkeukea en
zijn waschvrouw beeft, die beiden om de drie
?A vier weken dienst doen om al het vuile linnen
te reinigen. Zulke keukens zijn ia royaal ge
bouwde huizen niet alleen van grootea omvang
maar ook zeer practisch ingericht. Gewoonlijk
grenst de mangel en strijkkamer eraan, en laat
men het gewasschene op hier of daar steeds
voorkomende nog onbebouwde gras-terreinen
bleeken. Minstens drie, maar gewoonlijk meer
dagen is dan aan 't gewone personeel de
wascbvrouw toegevoegd, een wezen dat over hél
Duitschlaud bekend staat alles met meer lust
en ijver te doen, dan... de wasch. Een. aardige
werkelijk gebeurde anecdote hoorde ik omtrent
deze vrouwen eens in Berlijn: Een frausch echt
paar had zich sinds eenigen tijd in de residentie
gevestigd, en mevrouw wenschte 't nu ook eens
met het wasschen aan buis te probeeren. Er
verscheen een wasehvrouw en meneer zou voor
tolk tusselien zijn vrouw en de Berlijnsche
dienen. Deze begint aldus: »als ik om S uur kom,
moet ik ontbijt hebben, dan om 10 uur mijn
tweede ontbijt, om 11 uur een kop chocola en
om l uur mijn middagmaal. Verder reken ik op
l kop koiüe om 3 en op mijn vespsrbrood tegen
4 uur, een flesch bier tegen 6, en om 8 neem
ik mijn avondmaal mee naar huis. Mijn loon is
M. 3.50." De man vertolkt dit alles zijn vrouw,
en nu laat deze de waschvrouw zeggen: »Ik weet
nu, wat u voor salaris ontvangt, als u bij ons
komt eten ; nu zou ik willen weten, wat ik u
moet betalen, als u hier komt wasschen."
De dame die mij deze anecdote mededeelde,
vetiekeyde mij, dat daar hoogatea» 't kop cho
colade overdreven kan zijn, en dat zij zelve
aan niet minder pretenties door de wa&chvrouw
gesteld, heeft te voldoen.
Houdt de huisvrouw er een derde meisje op
na, dan is die vrij wei de duivelstoejager of zij
bekleedt den rang van kamenier. Bepaalde
linnenmeiden zijn daar zoo goed als onbekend. In
militaire gezinnen heeft, men altijd a dienst
bode minder noodig, daar de »Bursche'' 4)
feitelijk een »madchen für alles" is.
Zoo'n Bursche heb ik met een schoonmaakster
heel een tage plus het groote Treppenhaus zien
schoonmaken, terwijl hij dan nog in de vroege
morgenuren per fiets de huishoudelijke bood
schappen verrichtte!
In een burgergezin houdt men n meid;
«ein. madchen für alles". Deze verstaat zelfs
van de gewone kookkunst zelden wat, en op
't punt van werken, wat in 't algemeen niet 't
vfort" is der duitsche dienstmeisjes, is ze maar
al te vaak óók lacg geen bol. Zulk een verdient
gemiddeld 25 a 30 Mark met, naar evenredig
heid Kerstgeschenken. 5) Voorts heeft men nog:
Kücheamadchen, dat zijn die, welke reeds een
zekere culinaire leerschool hebben doorgemaakt,
doch niet wenschen voort te gaan als assitente
van zoo'n princes te fungeeren; dezen komen
dan in welgestelde burgerfamilles, die twee
dienstboden houden en ontvangen eenige marken
maandelijks meer dan de werkmeid.
Het wederzijdsch opzeggen geschiedt met
veertien dagen en bij het zoeken naar een dienst
bode wordt druk gebruik gemaakt van verhuur
kantoren. In Keulen heeft meu zelfs een stedelijk
dusdanige inrichting; buitendien, zijn daar even
als in Dusseldorf katholieke zusters, die een
tehuis" voor meisjes zonder betrekking
dirigeeren en tevens bemiddelaarsters zijn tusschen
dieustzoekenden en werkgeefsters. 6) Het meisje
moet dan naar verhouding iets van baar
mietpfennig afstaan, terwyl de werkgeefster, óók
naar verhouding, -l tot Mark stort.
(Slot volgt).
VJIOUKE.
1) Dienst op te zeggen.
2) Daar tegenover staat, dat er nooit van
rekeningen fooien worden gegeven en 't offeren
na 't meedoen aan een gewoon, ietwat officieel
avond-eten ook niet tot de usances behoort,
zoodat het verval" der dienstboden, daar dat
dan slechts van logees en groote partijen moet
komen, meestal niet zooveel bedraagt, als dit
in welgestelde families in Holland 't geval is.
3) In deftige woningen heeft men veelal
parket-vloeren, waarop losse, niet zeer groote
karpetten. Voor 't boenen van die vloeren neemt
men gewoonlijk een frotteur. Het werk van de
dienstbode bepaalt zich in dit geval tot het
dagelijks (?) vegen der vloeren en 't in Duitsch
land in 't algemeen hoogst zelden geschiedende
uitkloppen van de karpetten.
4) Oppasser.
5) Meestal als zulk een miidchen für alles",
't kooken, door 't onderricht der huisvrouwen
begint te verstaan, verhuurt ze zich als köehin.
6) In Dusseldorf heeft men ook een
protestantsch tehuif, dat. tevens een soort huishou
delijk kostschool is voor burger jonge meisjes.
MlllllllimUIIMHMHIl
iimiiiiiitimmiiimmtiimitittiuitiiiimmtmiiiimtiMimiimimiiiiiiin
The Athenaeum". De negentiende
eeuw in een notedop''.
Schoolopzieneres. Olive Schreiner. Engelsche
verzinsels.
In The Athenaeum van 6 Juli j.l. geeft de
redacteur van het Alg. Handelsblad, de heer
C. K. Elout, het jaarlyksch overzicht van de
Nederlandsche letterkunde.
Allereerst prijst hu het optreden van Steyn
Streuvels; daarna brengt hy' de laatste werken
van Van Eeden, Couperus, Van Hulzen, Kloos,
Borel, Wagenvoort, Robbers en van de dames
Kloos, La Chapelle-Roobol en Anna de Savornin
Lohman ter sprake, om te besluiten met het
dramatisch werk van Heyermans en De Koo,
Met de matiging van een beschaafd kritikus
duidt de heer Elout de kentering van den
letterkundigen smaak ten onzent met deze
woorden aan :
«Ofschoon er zwakke punten in Streuvel's
werk zijn te vinden b.v. de vage
karakterteekening vormt zijn gezonde
buitenluchtverdichting een aangenaam contrast met die
door verwyfde psychologie, pathologie en
ultrarealisme jarenlang gebracht."
«StemmingB- en uitpluiskunst is de eenig
ware!" roept de een.
»Neenf tendenz-kunst," zegt de ander.
^Allerminst," zegt een derde, «bandeloos moet
de kunst zy'n als de artist-zelf, wil hij de
onbegrensde schoonheid naderen."
Gelukkig is kunst zoo iets bizonders, zoo
iets verscheidens, dat zy in verschillende
richtingen den kunstiainnaar weet te bevredigen.
Wat de politiek nog zoekt, heeft de kunst
op snaaksche wijze gevonden: de formule der
evenredige vertegenwoordiging. Daarbij brengt
bet verschijnsel dat iedere kunstperiode hare
voorgangster afbreekt het »öte-toi de la pour
que je m'y mette" tot klaarheid en wordt den
rustig toeschouwenden tijdgenoot het vermaak
gegund in deze nimmer falende ritournelle
een sotternije of boerde te zien afspelen, die
hem in goed humeur houdt.
i.De negentiende 'eeuw in een notedop" is
het opschrift eener kenschetsing van die eeuw
in een Amerikaansch blad, als volgt:
De negentiende eeuw heeft van hare voor
gangsters ontvangen het paard en laat aan hare
opvolgster de locomotief, het rijwiel en den
automobiel; zy' vond de ganzenpen en laat
het schrijftoestel; vond de zeis en laat het
oogst-toestel; vond de handpers en laat de
rotatiepers; vond de zetkast en laat de
zetmachine; vond de schilderij en laat de
photographie; vond het handweefgetouw en
laat de spin- en weef machine; vond het
buskruit en laat allerlei geweldige ontplof bare
stoffen; vond het vuursteengeweer en laat
het snelvuurgeweer; vond de vetkaars en laat
het electrisch licht; vond de zuil van Volta
en laat den dynamo; vond het zeilschip,
laat het stoomschip en het onderzeesche vaar
tuig ; vond het aeintoestel, laat de telephoon
en de telegraphie zonder draad; vond het
gewone licht en laat de X-stralen; enz. enz.
(O. H. Ct.)
# *
*
Wel maakt men het der vrouw moeilijk,
vasten voet in den stijgbeugel te krijgen. Wat
is men bang haar een woordje te laten mee
praten over de hoogst ingewikkelde machine,
het huishouden van den staat! Wat ai
belachelijke, met- de - haren - er- by'-gesleurde
argumenten worden gebezigd om te voorkomen
dat ambten en waardigheden tot nu toe klak
keloos aan mannen geschonken, aan vrouwen
zouden worden toebedeeld. Ende wij
desespereeren niet. Daarvoor zijn wy vrouwen. Taai
en geduldig in verdrukking. Het gezond ver
stand, lang op non-actif gezet het land
heeft zooveel onnoodige kosten te dragen, dit
schadepostje nemen wy op den koop toe !
zal eindelijk zegevieren. De waardigheid van
schoolopzieneres ligt op den weg der vrouw.
Een schrandere vrouw merkt meer op, ziet en
hoort meer in n kwartier, dan een man in...
ik wil liever geen termijn noemen.
In Laren, in 't Gooi is het jammerlijk feit
gebeurd, dat schoolkinderen en een onder
wijzeres ziek werden tengevolge van de onmo
gelijkheid?! het schoollokaal in den winter
behoorlijk te verwarmen. De onderwijzeres
klaagde en klaagde zonder eenig resultaat.
Het arme schepseltje deed een
ingewandsziekte op, waaraan zij nu nog lijdt; 19 Jan. j.l.
werd zy ziek... Ware in het district Laren
en omstreken een schoolopzieneres geweest, de
onderwijzeres zou met haar klachten en be
denkingen tot haar zijn gegaan, persoonlijk of
schriftelijk. Miju qekse kennend, waag ik
stoutweg de conclusie, dat de schoolopzieneres alles
zou hebben aangewend om een einde te maken
aan een toestand onhoudbaar voor kinderen en
onderwijzend personeel.
Wij vrouwen, binden gaarne de kat de bel
aan; dit ligt eensdeels in onze oproerige,
anderdeels in onze hulpvaardige natuur. Zoo
maar rustig Gods water over Gods akker laten
vloeien, is onvrouwelijk. Wy brengen gaarne
wat leven in de brouwerij. Wy houden er van
bijtijds te luiden, zoodat dommelaars ingedut
op hun post en knikkebollend over gewaande
lauweren, wakker schrikken. Er worden nog
heel wat ongerechtigheden weggemoffeld. Het
zal een harde dobber voor ons vrouwen zy'n,
functies te verkrijgen, die jaar-in, jaar-uit,
dank zij een ouden sleur, aan mannen zy'n
geschonken. Wy verlangen niet met open armen
ontvangen te worden. Die ostentatie geven wy
gaarne prijs. Onze billijke eisch is, ons niet
langer ongewettigd te weeren.
* *
*
Ergerlijke toestanden, die ons in herinne
ring brengen de gruwelen van het
Daivelseiland.
Arme vrouw I ook zij, de fiere, kranige
Olive Schreiner, de talentvolle schrijfster, wordt
even als men het Dreifusz deed, gevangen
gehouden in een afschuwelijk kleine,
omrasterde ruimte. Links en rechts, wakers met
geladen geweer, met het consigne
neer-teschieten ieder die het mocht wagen de gevan
gene te naderen. Verder luidt het
beulsconsigne, Olive Schreiner zelf te dooden, bij
de minste poging door haar aangewend tot
ontvluchten. Haar nig gezelschap is haar
hond. Hoe buitengewoon humaan van die be
minnelijke Engelschen dat zy haar dien trouwen
makker niet ontnamen ! ! Er bestaat wel kans,
dat Olive Schreiner door haar laatste ervarin
gen Schopenhauer's wrang gezegde «Als ich
die Menschen hatte kennen lemen, wollte ich
mit den Hunden verkehren" tot het hare zal
maken.
Wat kan men de nobele vrouw verwijten 'i
Haar genegenheid voor de Boeren ; haar moedig
verdedigen van een rechtvaardige zaak; haar
openlijk aanklagen van der barbaren geweld,
van de fakkeldragers der beschaving, van de
predikers van het Evangelie, van de nooit vol
prezen Britten !...
De gloedvolle schrijfster Ouida (Louise de
Ja Ramée) heeft niet geaarzeld bekend te maken,
wat Olive Schreiner tegenwoordig te verduren
heeft.
Baron Münchhausen is er een kind by! Het
talent en de overstoorbaarheid waarmee de
Engelschen vrij 8PeJ laten aan hun fantazie,
kan ten voorbeeld strekken aan den
viudingrijksten sprookjes-dichter.
In the Sketch van 19 Juli komt het bericht
voor, dat onze Koningin en Prins Hendrik
der Nederlanden een bezoek zullen brengen
aan Engeland na de troonsbestijging van Edward
VII, want, «especially as the little Qaeen is
said to regret her very anti-British attitude &
propos of the Boer War."
CAPBICE.