De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 1 september pagina 6

1 september 1901 – pagina 6

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1262 mige onzer ^betrekkingen", gelijk een blinde over de kleuren. Wij lezen: »De duitsche ^idealistische philosophie, van Kant tot Schel ling, is door baren engen samenhang met de ^literatuur der tijdgenooten in Duitscbland in «kringen gedrongen, waarin schoolphilosopbie ^anders niet dringt, en naardien Holland juist verwijderd bleef van deze geestesstrooming, ,bleef het ook verwijderd van deze philosophie" (blz. 17). Inderdaad? Hoe wonderwel de schrijver is ingelicht! Hem bleef verborgen dat, ten onzent, schier onmiddellijk, over de critische wijsbegeerte eene levendige controverse ont brandde, waarvan Wyltenbach daar, van Hemert en Kinker hier, de banierdragers waren. Hem bleven de wijsgeerige werken van Hemsterhuis gesloten boeken. Hem bleven de «-lessen" van Hennert onbekend. Van Heusde noch Nieuwenhuis richtten het woord tot hem. Met dezelfde diepzinnige onbevangenheid ignoreert hij Kinker's : »Kant", en diens Dualisme de la raison humaine". Ja zelfs is, onpartijdig als steeds, tot hem, van Hali's Kinker" evenmin door gedrongen, als van der Wijck's gelijknamige meesterlijke schets. Ook aan Groneman's : Hensterhuis is bij onschuldig, als een zuigeling. Dit alles is uu niet een doodzonde. Edoch, was het niet een geestig kamerlid, Klaas de Jong, die aan jeugdige collega's placht te zeg gen : In het boek der Macchabeeën staat ge schreven: spreek nooit over dingen, waar gij niets van afweet, gij mocht u eens verpraten? Amsterdam, Aug. 1901. J. A. LEVTT. BOEKAANKONDIGING Gösta Berling. Naar het Zweedsch, van SELMA LAGEHLÖF, door MARGARETHA MEYBOOM. Derde druk. Amsterdam, H. J. W. Becht. 1901. Moet >Gösta Berling", nadat de derde druk van de zeer verdienstelijke vertaling verschenen is, nog eens worden aangekondigd en beoordeeld? Voorin zijn afgedrukt een zestal recensies: van 't Handelsblad, Het Vaderland, de Rerk. Courant, de Arnh. Courant, de Tijdspiegel en iïed. Spectator. De een heeft al meer lof dan de ander, en geen weet eigenlyk te zeggen wat de schrijfster eigenlyk wil. Inderdaad het is of ze een loopje neemt met den lezer en hem nu dit dan dat laat kjjken zonder te zeggen, waar zij hem brengen zal. Wy willen door haar wel meegenomen worden, want wüvoelen al gauw, dat w\j in goed gezelschap zyn, en het hindert ons niet, dat z\j ons, aan het eind van den tocht of van het boek gekomen, nog eens in 't zonnetje zet, want zij doet het op de geestigste manier. »De kleine Rnster, zegt ze, die als trommelslager voor 't Zweedsche leger uitging, toen het in 1813 Duitschland introk, werd later het vertellen van dat wonderbare land in het Zuiden nooit moe. De mensehen waren zoo groot als kerktorens, de zwaluwen als arenden en de bijen als ganzen. «Maar de bijenkorven dan ? >0 die waren als gewone bijenkorven. >En hoe kwamen de bijen er dan in? »Ja dat moeten zij weten," antwoordde de kleine Ruster. Lieve lezers moet ik niet 't zelfde zeggen ? Hier hebben de reuzenb\jen der fantaisie om ons heengegonsd, dag en nacht. Maar hoe zy in de bijenkorf van de werkelijkheid zullen komen. Ja dat moeten zq wezenlek zelf weten! En toch dit boek beeldt ons af de werkelykheid en niets dan de werkelijkheid, maar gezien met het oog van een dichteres, de schoone werkelijkheid, bewonderd door een edele ziel, de droeve ook, betreurd door een meedoogend hart, onrecht, zonde, berouw, angst, wanhoop, allemaal werkelijkheden. Zij ziet hek sen, duivels, spoken, goede geesten en engelen; maar er zijn heksen, duivels, spoken, engelen en goede geesten in Zweden als overal. Ook is het volkomen natuurgetrouw, wat zy vertelt van een schalksche zonnestraal en van de wilde jacht der wolken. »Aan het dak hing een lange jjspegel, waar de zon een gruwelijke last mee had. Zij begon van boven af, smolt een droppel los en wilde die er langs naar beneden laten loopen. Maar als de droppel half weg was, was zij weer versty'fd. Aanhoudend deed de zon op nieuw moeite maar zonder resultaat. Eindelijk was er een kleine zonnestraal, een vrijbuiter, die zich vasthechtte aan de punt van den \jspegel; een kleintje, dat glinsterde van opgewondenheid, en in een oogenblik had hy z\jn doel bereikt: een droppel plaste op den grond. De landheer zag lachend naar hem. »Je bent nog zoo dom niet," zei hy tegen den zonnestraal." Ziet dat is toch waar gebeurd, zoowel als dat andere van de wolken: »0p een dag in den zomer stond een kunstenaar te kijken naar de wolken, die zich opstapelden om naar boven te stormen. Zij trokken uit om den hemel te veroveren. Tegenover de zon, den beheerscher van het wereldruim huichelden zij en namen ze een onschuldige gedaante aan. Hier was een leeuw die zich in een gepoe derde dame veranderde, daar een reus met armen, die koorden verbrijzelde; hy legde zich neer als een droomende Sphinx; eenigen bedekten hun naaktheid door mantels met gouden randen om te slaan, anderen legden rood op hun sneeuwwitte wangen. Hier waren vlakten,daar wouden, ginds gemetselde burchten met hooge torens. De witte wolken veroverden den zomerhemel. Zy bereikten de zon en verborgen haar." O hoe schoon zou het zijn dacht de vrome kunstenaar, als de zielen vol verlangen op deze torenhooge bergen konden klimmen en door hen als door een wiegend vaartuig al hooger en hooger konden worden gebracht. Zoo laat Selma Lagerlüf haar lezers de werkelijkheid zien. Ook in het romantische deel van haar boek? Het verplaatst ons in een omgeving, die ons Hollanders volkomen vreemd is, een heeren hofstede met een afzonderlijken vleugel, waarin de kaveliers wonen, dat zijn de min of meer aanzienlijke parasiten, die leven ten koste van de eigenares. Tot hen behoort de man, die de titelrol vervult, Güsta Berling een afgezette domme, een woesteling onder de woestelingen maar met een genialen aanleg en hooge aspiraties die hy nooit verloochenen kan. De schrijfster weet, dat een menschenziel door de zonde verloren kan gaan en zeker verloren gaat »als zy geen voedsel kry'gt." Hoe zal Gösta Berling, die zich voor verloren houdt, de verworpeling, een man worden en de achting voor zich zelven herwinnen. Hij houdt 't eerst voor onmogelijk. Hy kan niet goedmaken, wat hy heeft bedorven, niet het geluk aanvaarden, dat hem nog wordt geboden en nog veel minder vrede hebben met zich zelven, als hy weet, dat anderen door zyn schuld ongelukkig zyn. Hem wordt beduid door de omstandigheden en de goede geesten, die hy ontmoet, dat hy moet leven en werken en boete doen. Zyn boete is het aanvaarden van de smart, die hy zelf over zich heeft gebracht, en als hy niet meer het geluk zoekt voor zich zelven, maar zich wijdt aan den arbeid zonder te willen schitteren, dan wordt voor hem het raadsel opgelost »hoe een mensch tegelyk verheugd en goed kan zijn." Dit raadsel wordt door de schrijfster eenigszins vreemd geformuleerd. Kwesties formuleeren is trouwens haar werk niet, maar de auteur die de worsteling van een mensch met zich zelven en wat hem daarbij door de ziel gaat, in beeld brengt, zooals zij het deed, zal altoos zijn lezers verschaffen een hoog kunstgenot en meer nog. v. H. In het Vondelpark, door E. HEYMANS en JAC. P. THIJSSE. Amsterdam, W. Versluys. Een nieuw boekje van de bovengenoemde schrijvers is telkens een bijzonder aangename verrassing. Dubbel welkom is ons Amsterdam mers het werkje, dat zy' aan ons heerlijk Trademaxk THEE - E. BRANDSMA. Trademark KOLMEIJ & COttRE, f» n L K I D 8 C H K S T K. « **» Groot Beddenmagazijn. Telephoon No. 1752. Groote collectie Wiegen, Kinderledekanten, Luiermanden, Babytafeltjes, Babybascules, etc. etc. Vraagt geïllustreerde catalogus, KLIMAAT-KUUROORD in Zuid-Duitsch Tirol. Seizoen: September- Juni. Doorgaande(Slaap-) wagens van Weenen, München, Leipzig, Berlijn en Budapest. Uitstekende Herfst-, Winter- en Voorjaars verblijfplaats. Heerlyk gelegen. Vooral voor ziek ten van de ademhalingswerktuigen, der zenuwen- en huidziekten. OEKTL'sche Terrainouren. Pneumatische kamer. Inhaleeringen van geperkte lucht | naar MATHIEÜ. Soolenzerstaubungen, Mine raalwater en Medicamenten-inhalatie. Ozonen Lignosulfit inhalatien. Compl. badinrichting. Koolzure baden, Traubenour, Molken- en Mineraalwaterkuren. Strenge handhaving van alle bevolen hygiënische en prophylaktische maatregelen. Goede scholen. Godsdienst: katholiek, lutherach, ] russisch, engelsch en Israëlitisch. Theater, concerten, sportvelden, ryclub, heerenclub, wandelwegen. Bezocht | door: 13.000 kurgasten, 10.000 touristen. Prospectus gratis. HET BESTUUR VAN HET KUUROORD. Ceutrale Hypotheekbank Kantoor: Witte Huis. De Bank sluit op billijke voorwaarden geldleeiilngen onder eerste hypothecair verband. Nadere Inlichtingen te bekomen ten kantore der Bank. De Directie, B. S. EDERSHEIM. M. G. F. LANGLOIS VAN DEN BERGIÏ. Naar het Eiland MARKEN! Vertrekt dagelijks van de De Ruyterkade naast de Kettingboot, 's morgens 10.15 (niet 10 uur) een Stoomjacht naar MARKEN via BROEK IN WATERLAND en MONNIKENDAM; de terugreis over dq Zuiderzee. Aankomst te Amsterdam circa 4.30 n.m. DE HAVENSTOOMBOOTD1ENST. PENS1OX Weteringschans 2oc, Amsterdam. Familiepension Ie rang-. Fraaiste gedeelte der stad. Onmiddelyk bvj R\jks-Museum, Opera en Vondelpark. Pension p. dag, p. week of p. maand. Desverkiezende Bediening in eigen salons HENRY J. BRUCE. J. F. ClYPERS, Westeinde 37, »?DEN HAAG.Piano's, A nier ik. Harmoniums. Franco levering. Telephoon 571. Voor ENGROS en EXPORT bij PAUL HORN Amsterdam CATZ SUPRA FIJMfi IJ en n ii -Olie, de FIJNSTE Alom voorhanden: A A L T J E. Nieuw Nederlandsen Kookboek. Achttiende, geheel opnieuw bewerkte druk, MeJ. O. A.. OORVER. Prijs f 1.25, gebonden f 1.65. lERCURIU^ iBRAND-ENj INBRAAK VERZEKERING PHILÏPPONA KETELAAR, fournisseur de la Cour. MAI, VERNTKAAT 166, AMSTERDAM. GRANDE SPECIALITE POÜR Tronsseanx & Layettes, Sur demande envoi franco de Devis et de modèles. .E. TANDARTS. Plantage Middenlaan 86. Verzekering-Maatschappij HOLDA". Amsterdam, Damrak 74. Goedgekeurd bij Kon. Sesluit van 3 December 1895, No. 38. Sluit alle soorten Verzekeringen op liet Leven en van Lijfrenten, met of zonder opbonden van premie» betaling ingeval van Invaliditeit. Werkkracht-Verzekering, al of niet in verband met Levensverzekeringen of lijfrenten. Vraagt de nieuwe Prospectussen. Delicieuse Muisjes Rookvleesch. et HOU E *t C0., Amsterdam. Simligh In de verschenen afleveringen van den Sisten Jaargang (1901) van het Populair Geïllustreerd Maandschrift DE NATUUR, komen o. a. de volgende opstellen voor: Panorama-fotografie, door Dr. J. E. ROMBOUTS. I>e TransSilierische spoorweg, door H. V. Het omgekeerd sprekende hoofd. Hagelvorming en hagel schieten, door Dr. A. J. C. SNiJDERS. Het jongste bestuurbare luchtschip, door H. VREEDENBURG. ITIagnesiumlicht op het fotografisch atelier, door Dr. J. E. ROMBOUTS. Alpenbloemen op graniet- en kalkgrondeii, door Dr. H. J. CALKOKN. Iets over firmament-foto grafie, door R. D. NAUTA. Ken reusachtige Gorilla, door Dr. J. E. KOMBOUTS. Iets over torpedo's. De \Vithead-torpedo, door H. VREEDENBÜRG. Metselaars, mijnwerkers en andere am bachtslieden onder de insecten, door Dr. A. J. C. SNIJDERS. Vervalsching van edelgesteenten, door A. P, H. TRIVELLI enz. De prijs van»De Natuur" is per jaargang ? 5.20 Uitgaaf van .T. G. BROJESJËte Utrecht. Handels- en Fabrieksmerken. Alle formaliteiten gevorderd bjj het deponeeren van Handels- en Fabrieks merken worden kosteloos door ons ver richt, wanneer wy met de drukwerken der verpakkingen en Etiquetten mede worden belast. JOS. V AS DIAS & Go. Lithographen, AMSTERDAM. Ons wordt geleerd, dat zelfs een »haar" schaduw afwerpt. En dit is waar ook. Of werpt het soms geen schaduw op uw eetlust, als ge een lange, dunne haar in uw eten vindt ? CACAO is PRIMA Amsterdam. de Cologne Haar water s Parfumerieën ^0V mmr j| M-V n i Arnhem. Wed. F. IKVTGERS, firma T. d. BERGE & Cie. VITOS is een smakelijk ontbijt en staat evenmin als brood tegen per pak van O eng. ponden a /' 0.45 IALLÉN DOELMATIGE VOEDING MAAKT KRACHTIG EN GEZOND J o u e s: Kerel, wat ben jy toch gelukkig, jjj bent nou altijd op je tyd aan den trein en hoeft nooit je te haasten zooals het de meeste lui in ons vak gaat. Eeuwig reppen, om nog op't nippertje den trein te halen. Collega. Nu vergis je je toch leelyk, man; ik ben integendeel een echt ongelukskind. Ik ben nog nooit op m'n t\jd geweest; als je me zoo kalm op en neer ziet wandelen ben ik altyd wachtende op een volgenden trein. omdat ik steeds te laat ben voor mijn eigenleken trein.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl