Historisch Archief 1877-1940
Nó. 1268
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
Sedert dien tijd heeft eene zekere ver- j
standhouding, -- bondgenootschap zou bij j
den wantrouwenden en onafhankelijken
aard van Abioer Rharaan Khan eene
onjuiste uitdrukking zijn tusschen
Engeland en Afghanistan bestaan, welke
echter Rusland niet belet heeft, een niet
onbelangrijk deel van het gebied van den
Emir te annfxeeren. Wanneer deze om
standigheid bij do Afghanen twijfel hetft
doen ontslaan aan de waarde van
Eogeland's vriendschap, kan niemand zich
daarover verwonderen.
Kort na het uitbreken van den oorlog
in Zuid-Afrika hebben de Russen «mobi
lisatie-proeven genomen aan de grenzen
van Afghanistan, hetgeen ten gevolge heeft
gehad, dat hun troepenmacht daar aan
merkelijk en blijvend is vermeerderd. En
tegelijker tijd is het-aantal der Engelsche
troepen in Britsch-Indiëop bedenkelijke
wijze verminderd, en heeft de Engelsche
regeering doar den oorlog met de
Boerenrepublieken de handen rxér dan vol.
De gelegenheid maakt den dief, ea de
verzoeking voor Rusland om thans in
Afghanistan den Engelschen een vlieg af
te vangen, is buitengewoon groot. Daar
mede willen wij allerminst te kennen geven,
dat een oorlog tusschen de beide
Europeesche mogendheden waarschijnlijk zou
zijn. Rusland verstaat bij uitnemendheid
de kunst, zijn doel te bereiken, ook zon
der oorlog te voeren. En eene zoo schoone
gelegenheid, als het thans heeft, zal het
zich zeer zeker niet laten ontgaan.
»Het is hoogst waarschijnlijk," schrijft
de Frankfurter Zeilung »dat de czar, die
den Engelschen bij het begin van den
oorlog met de Boeren republieken de on
zijdigheid van Rusland heeft verzekerd,
niet wenscht, op dit oogenblik Engeland
in moeielijkbeden te brengen. Maar in
Centraal-Aziëis reeds menigmaal het
Streven der Russische militairen sterker
gebleken dan het streven van meer dan
n czar, en czar Nikolaas zou al de kracht
van zijn vader moeten bezittten om tegen
de van deze zijde komende moeielijkhedpn
opgewassen te zijn. Hue echter verder de
loop der zaken moge ziin, overhaast in
grijpen is van geene zijde te verwachten."
Bijzonder geruststellend voor Enge
land klinken deze woorden niet. De
erkenning van den, óók voor den czar,
onweerstaan baren drarg tot uitbreiding
van Rusland's invloed in Centraal-Azië,
uitbreiding tot aan, misschien wel tot
over de Engelsche grenzen, is duidelijk
uitgesproken. Mocht de dood van den
slimmen aziatischen despoot voor John
Buil zulke gevolgen hebhen, dan zal men
in geheel Europa zachtjes zeggen:
»serte hun right," of, op z'n goed
Hollandêch: vLoontje komt om zijn boontje."
tlltllllllIHIIIIHIIUHH
iitmimiminiitiiMiiiiii
iiiiiimiiiimtiiiHiiiiiii
Hoe een Amsterdammer aan den kost komt.
Schets door JÜSTUS VAN MAUEIK.
4) M
Yerhoesen sprak op zoo'n oven edenden, min
of meer gevoeligen toon, dat ik moeite had
my'n lachen te houden en dacht: Kerel!
wat ben je toch een komediant, ja heV't gelijk,
je hadt acteur moeten worden, je hebt je
roeping gemist.
I'iïilr! EU zie je, er al niets meer van.
't Is geen speldeprik groot; 't heele wondje is
n.et meer te vind n l ging Verhoe-en voort,
zijn slachtoffer nog eens met den hanêdoek
langs 't oor vegend.
'k Loof dat 't dicht is, maer j 3 moet 'n
beetje voorzichtiger worden . . .
'k Beloof 't u maar overigens heb ik
n toch goed geschoren, niet waar ?
Jae, daer zeg ik niks van waer is m'n
ra'szakkie 'l
Met n sprong waa Verhoeson bij den kap
stok, greep \ groene voorwerp en zti:
Asjeblieft! en hier ii uw l.oed ook; drom
mels, meneer, die zak is zwaarder dan mijn geld
Dat raekt je de koekkoek, daer zitten de
boodschappen in, die ik voer moeder de vrouw
mtéureng.
Jongens, jongens ! Wat is u een best
huisvader; je vrouw zal wel dol op ja wezen...
dat noem ik nog eens zorgzaam. Nu moest u
voor mevrr.uw eens 'n lekkere rlesch Eau
deCologne mi emen, die kan d'r nog best in.
We hebben gisteren een nieuwe bezending d reet
uit Keulen gekregen, en ooidat ik u non weer
heelt maal in uw humeur wil hebben, zal ik u voor
n gulden, een ibsch van vijf t-n twintigstuicers
geven. De dikka buitenman keek Veihoesen
cog min of meer wantrouwend aar, maar zei
toch, toen deze, hem goedig toeknikkend, aan
hield: 'n kwarje goedkooper dan anders.
Nou ! geef me dan zoo n dingsigheid, de vrouw
moet ook 'rsis een txtraiije hebben.
Nog vóór hij had uitgesproken greep de
noodhulp barbier een flesch Eau-de Cologne van
't tti.'et, rolde die in een vloeipapier en stak
ze in den groenen zak, dien de man open hield.
Er even inziende zei Verhoesen : 't Lpt
wel een comestibelwinkel, u zal er een heele
vracht aan hebben ! Je moet toch sterk wezen,
om zoo'n ding den heelen dag m e te sleper,
en met een bewonderenden blik op de stevige
gestalte vóór hem : ik eet liever met u, dan
dat ik met u vecht!
Je zou ook van 'n kouwe kermis t'hois
kommen, vaeder, als ik je in m'n knoistenhad,
lachte de buitecman gevleid, terwijl hij een
sigaar uit zyn zak nam.
'a Vlammeije, meneer y en meteen hield
Ve,rhoesen hem een brandende lucifer voor.
Datis een van die beroerde sigaerer, die
je me Miendag heit aenepraet... ze trekken
in de Hoofdstad
? lIMIIltllllltllllmilllHIHtM Illlll MIUIItltlllMIIIII l IIIIIIIIIUIIIIIIIIMIIIIrl
niet ; 't spa'.t me da'k er honderd van beb.
Hoe kan u dat nou zeggen, meneer y
Heusch ! hy snoof met een gelaat, waarop
zich eensklaps een soort vaa wellust afspiegelde,
den rook begeerig op. 't Is puur Havana !
Jaewel, rnaer ze bennen verstopt en...
Dat komt omdat ze il doubléusage zy'n.
Wat zeg-iey 'kVtrs:ae geen Fransen.
Als d'r eens eeniju doorloopt, die niet al
te vlot trekt, kua je 'm pruimen. ..
Jai hebt je smoe-je wrfl maer rnain
kraig je met jj doubkbage, of hoe biet dat
verstopte goed, niet meer te pakken Ajuus!
Dag, meneer, wel t'luus. O ! wacht,
uw boLÖinte! laat 'k u even helpen... en
terwijl hij hem h.el hai.dig den wollen doek
omdeed, zei hij verbalend leuk: Wat 'n
nek! wat 'n schau Iers! nou meneer, tot
ziens dan u komt Vrijdag toen weerom 'f
'k Zal je mes eens extra lekker aanzetten !
DJ buitenman ging de deur uit. Verhoesen,
die hem nog even had nagekeken, kwam weer
binnen en z i, rnij ziende. Hé, meneer, zit
u daar, 'K had u werkelijk niet herkend, neem
me niet kwalijk
Ik wist nie', dat je barbier ook was.
Da .'s te zeggen, ik ben 't alleen vantijd
tot ijd; 't is nj\,n eigenlijke vak ook niet,
maar puur toeval dat ik 'i gelterd heb. Ik
verkeerde vroeger j sren. met een dochter van
Stammens, de barbier in de Vijzelstraat ; ze is
later met een ander getrouwd. Daar hielp ik
zoo r.u en dan een luo'je mi als 't druk was,
Woensdag- en Zi-terclagsavonds, als ik bij m'n
meisj; kwarn, uit verveling weet ;i '/ Je kan
toch niet eeuwig vrijen, Lè! Van 't iuzeepen
had ik den zwaai dadelijk te pikken, en 't
scheren keek ik zoo ondt rdthand van den ouden
Siammers af; ik dacht j-i kan nooit weten lioe
't JB nog ee..s te pi.s komt.
11 heb je zooeven bewonderd.
Hoe zo ', meneer y
Wel ! j-; hebt er siug van om iemand in
te palmen. Je badt advukaat motten worderj !
'k Wou dat ik had kurnen studeeren,
meneer; ik had 't wel klaar gespeeld, maar 't
zat er bij mrjn ouders niet a i. M'n vader was
bode op 't tladüuis en m'ii moeder maakte
dames costumes. We waren t'huis met z'n
zevenen broers en zu-ters, en toen m'n vader
süerf bij was nog niet oud bleef 't goeie
mensch voor alles alleen zitten.... Ei tin l wc
zijn er allemaal gekomen, twee van m'n zusters
zijn getrouwd en m'n broers zitten ergens in
den Oost en de twee anderen zijn bij
onzelieve Heer! die zijn misschien nog 't beat
af... Gebruikt u geen toiletzeep of Eau-de
Cologne 'i
Danlje!
Fijne zeep, meneer ; pas ontvangen van
Piver uit Parijs kum ! laat ik u nu eens een
doosje verkooper, terwijl de patroon uit is,
dan ziet hij dat ik z'n zaak goed behartig.
'k Heb zeep genoeg, heusch !
Kom ! meneer, u heeft ze immers niet
zelf te gebruiken, u zal toch wel eens cadeautjes
noodig fubben voor mevrouw of voor uw
nichtjes of zoo ; 't is gauw St. Nicolaas.
Violetzeep is altijd 'n fijn cadeautje.
De reeks van noviteiten welke door den
heer Mergelberg sedert zijn terugkeer in het
Concertgebouw zijn ten gehoore gebracht, is
op het abonnementsconeert van 3 October
wederom met een paar zeer belangrijke werken
vermeerderd. j
Allereerst de ouverture van Siegfried
Wagner's opera »der Biirenhiiuter". j
Wat al pennen zijn er over dese opera niet i
aan het schreven geweest, en wat al gemoe- ;
deren zyn ei" niet door in beweging gebracht, j
reeds \óórdat de eerste uitvoering had plaats :
gevonden. i
Men herinnert zich misschien de onver- j
kwikkelijke geschiedenis tusschen Siegfried j
Wagner en Arnold Mendelssohn, welke com
ponist dezelfde stof als opera in bewerking had.
By'na zelfs was er een rechtsquestie uit ont
staan.
T -jen verscheen het klavieruittreksel en
werd door verschillende critici het rtto uit
gesproken over Siegfried Wagner's
»Barenliiiter". Ik herinner mij o. a. een vernietigende
critiek van de har. d des heeren Peter Uabe
in de Allgemeine Musikzeitung (Barlyr) Nu,
bij het doorlezen van het klavieruittreksel r
vond ik het wel niet zóó bar, maar toch byna '
op iedere bladzgde moest ik wordingen
ontdekken die van onvaardigheid en onbehol
penheid getuigden, hoewel de bewerkers van
het klavieruittreksel, de heeren Reuss en
Kniese, er blijkbaar naar gestreefl hadden, door
een handige klavierzetting, het onbeholpene
terug te brengen tot op een minimum. Ik
meende reeds aanstonds dat een gosde
orchestratie eventueel veel zou kunnen goedmaken.
Naar de berichten over de verschillende op
voeringen, zoo hier en daar in D;iitschlar,d
te oordeelen, schynt dit dan ook zoo geweekt
te zyn en toen nu de heer Meng^lberg de ouver
ture op uitstekende wijze ten uitvoer bracht
1.1. Donderdag, bleek het mij ook bij eigen
aanhooren, dat het werk, ondanks het simpele
dat het hier en daar heeft, door zijn voor
treffelijke instrumentatie best in staat is een
vergelijking te doorstaan met vele andere der
nova die wy reeds gehoord hebben, want lar.g
niet alle zijn eersterangs-eompositiën.
Baiteudjen getuigt menig gedeelte in »der
Bil-enLiiiter" van goede vinding en melodische gave.
Het werk is tamelyk lang en de bouw lijkt
mij niet zeer logisch, eenigszins verward ; maar
bij orchestwerken van dit karakter mag men
geen al te strenge eischen stellen aan den
vorm, daar de componist die veelal afhankelijk
stelt van den aard ea het karakter van het
geheele werk. Het was mij in ieder geval
aangenaam de ouverture te hooren ; naast
enkele zwakke gedeelten mocht ik er menige
goede hoedanigheid in ontdekken.
Een werk dat evenzeer in het buitenland
van zich heeft doen spreken is Weingartner's
transcriptie voor orchest van Webfer's
»Aufforderurg zum Tanz". Er zijn er i)ie meenen
dat een dergelijk werk, oorspronkelijk voor
piano gedacht, verkracht wordt door een
andere bewerking dan die- de componist er
van bedoeld hetft; deze moeten ook de orchest
bewerking van Berlioz veroordeelen. Anderen
vinden juist die zetting zoo schoon, dat zij
een tweede orchestbewerking a priori reeds
overbodig achten.
In beginsel r,u is het maken van derge
lijke transcripties wel niet goed te keuren
of aan te moedigen ; waar zou het heen als
de voornaamste pianocompoaitiën allen voor
orchest werden overgezet. Het is ook niet
noodig bij den lykeri schat van oorspronkelyke
orcbestmuziik, dien wij bezitter. Weirgartner's
bewerking is tchter zcó ryk en schitterend
geïnstrumenteerd, dat men in dit geval wel
een uitzor.derii g wil toelaten. Het figurer.spel
dat de oorspronkelijke lijnen van Weber
omstrengelt, schijnt mij toe ontleend te zijn aan
Taui-i^'s bewerking voor klavier. Dat alle uit
drukkingsmiddelen van het oreheet door
Weingartner zijn uitgeput is begry'pelijk bij een man,
zoo ervaren in de kunst van instrumentatie.
Viviane van Cftamson, den helaas zoo vroeg
gestorven, begaafden franschen componist, werd
reeds vroeger door Kes hier uitgevoerd. Thans
wederom trof ncij de voornaamheid van gedachten
en de poëzie in de bewerking. Wel is de
logische ontwikkeling der motieven een weinig
vaag en onklaar, wel kjy'gt men den indruk
dat de componist hier nog zoekende is, maar
in hooge mate ,'ympalhii-k en boeiend was weer
de indruk, dien ik van het werkje kreeg. Een
andere fransche compositie van dat programma
was de suite op 110 voor fluit en orchest van
B. Godard. Den heer A. Best Jr, die het
allerliefste weikjo met zeer schoocen toon,
gracieus en technisch volkomen afgewerkt
voordroeg, zyn wy ten zeerste verplicht voor de
kennismaking tnet duze wel niet hoogvliegende,
maar toch zeer bekoorlijke suite. Het orchest,
dat zoowel in de begeleiding hiervan, als met de
voordracht van boven opgesomde nummers
zich zelven overtrof, opende den avond met
Schubert's «urivollendete Sytnphoiae" en sloot
dezen met Beethoven's «Leonore-ouverture."
Van de drie soirees der heeren Messchaert en
Rö:itgen, die ons voor dezen winter zijn toe
gezegd, vond Zaterdag 5 lezer de eerste plaats.
Messchaert had als noviteiten vier liederen
van Richard Strauss op het programma gezet,
benevens een zestal rog onbekei de liederen
van Hugo Wolf. De liederen van Sirauss zijn
heerlyke, prachtvolle, door en door gevoelde
eteminirgs-sttikken. Het eerste lied »L!tfr<-it"
heeft mij vooral zeer geboeid, doch ook de
andere hebben een bij ;onder rijken, muz kalen
inhoud Dj liederen van Wolf vor.d ik niet
allen even schoon. »G.'bei" echter en
>,Verschwiegene L:ebe" behcoren mede tot het mooiste
uit de moderne liederen-litteratuur. A'm het
einde van den avond zong Messchaert vier
Haderen van Schubert waaronder »Der Erll-o:\ig".
Het is tocb waarlijk buitengewoon, hoeveel
Schubert met eenvoudige middelen weet te be
reiken ! Miar hos heerlijk en door en door
artistiek werden ouk deze en de andere liederen
door onze beide kunslei.aars vertolkt. De wijze
waarop Mïs^chaert de taal behandelt is zoo
geacheveerd en tengevolge daarvan weet hij zoo
oneindig veel nuauceeringen te brengen inde
voordracht, dat men iader stuk voigt en er
van onder den indruk komt, alsof men het zelf
doorleeft. De begeleidingen van Itü.tgen zijn
ware artistieke meesterstukjes.
Buitendien speelde de heer Rö.itgen z\jn
piano-sofate in a kl. 3, die wij ook een drietal
jaren geleden van hem geüoord hebben en
die thans wederom boeide door haren
degelijken muzikalen inhoud en de aan afwisseling
rijke bewerking van o. a. het tweede gedeelte :
Toema met variatiën over een oud-ho)landsch
lied, en van het vurige en schwungvol ie Presto.
Voorts kregen wij eene herhaling te hooren
van G. H. G. von B.ucken Fock's
klavierstukken uit op. 11, lüen 13
Het heeft mij bevreemd dat, hoewel goed
bezet, de kleine zaal van het Concertgebouw
niet geheel gevuld was. Dat is een schande
voor Amsterdam Niet alleen omdat Messchaert
iniiiiimiiiiiitiiimmimllltiiiti
Nu, in 's hemelsnaam, geef me dan voor
de aardigheid n. d..os.
Be. t, inen.eer .' maar zou u er gfen twee
nemen, u z l toch zeker ecrstr aags ten paar
fiiipines verli'zer.
!!<? y Wai bedoel je y
Wel, inej eer, tocri ik onlangs het genoe
gen had, u aan tak l bij de familie Werders
te beiiienei1, heeft u er zelfs twee gegeten met
uw buurdaine'jes en dus...
Weergaasche k?rel, heb je dat opgemerkt ?
Als u 't niet kwalijk neemt, ji! hij
lachte ooUjk en zei: 't waren Leve dames;
dus drie doosjes, niet waar ?
Drie ?
Ja ! n voor mevrouw en twee voor de
n' ipir.es.
Waarachtig niet! Neen ! Neen !
Ik rnoest lachen om Verhoeden's glarlhtiden
ram mij heilig vot.r, ora riet meer dan n
doosje te ko p«n, maar toch had ik, toen ik
het Salon de coiffure verliet, drie doosjes
violetzeep en een netclJ-3 odeur in den zak, en
tegelijk de overtuiging dat Vsrhoesen de han
digste licrel v/as, dien ik ooit bad ontmoet ;
een man die in J rdaa i zijn roeping had geaist,
die acteur hul moeten worden en 't op het
tooneel zeker tot iets groots zou hebben gebracht,
wai.t bij was in elk karakter v>aarin ik hem
cntmcetto volkomen in zijn rol.
Ik was in <len oop van dien winter Benige
dagen or .gesteld geweest door een lichte, maar
nogal pijnlijke rheuuiatische aand ening en had
een lezing, die ik iri een Iclterlievemle
verceirgirg zou hou Ier., moeten tf'vitnjielen.
De pers, de k iningiu der aarde, die zich
overal ora het wel en wee, ztlfs van haar
nederigste onderdanen, bekommert, had ook
bilangstelling getoond Li mijn rheumatiiche
armen eri schouders en den vo.'ke medegedeeld
dat ik lijdend wa°. Dientengevolge infor
meerden veel vriendelijke, deel nemend e n
enschen, som= meer dan mij lief waj, naar mijn
gezwollen gewrichten.
Op een morgen, even na 't ontbijt, ik was
reeas herstellende en zat aan mijn schrijftafel,
kwam mijn oude huisknecht binnen, met de
boodschap :
??M er, eer.' beneden is iemand, die u absoluut
spreken wil.
Zoo ! Hum ? ik kan mocielijk iemand ont
vangen.
Heb 'k al gezeid, meneer, maar hij laat
zich niet afschepen .. .
'k Zit nog in m'n sj amberloek; 't is
nog zoo vroeg kan hij van middag niet
terugkomen ?
Ik zei al, dat u moeielijk ontvangen kan,
want dat u dtijf van de rimmetiek is, en nog
zooveel als in de pottenbank zit, maar...
Je maakt me nu wel wat al te ziek,
Hendrik !
Ja I lacht u d'r maar om ! Juist nu u aan
't bettren IH, moet u erg voorzichtig wezen.
Mijn vrouw's nicht was ook net als u weer op
en Röatgen mede onzer beste kunstenaars zijn,
doch vooral wyl hunne voordrachten een zóó
groot en exquis genot opleveren, dat iedereen
met dankbaarheid de gelegenheid moest
aangriipen, zich dat genot niet te laten ontgaan.
Na het bespreken der TaunlauBer-opvoering
in de Nederlandsche opera, eenigen tijd ge
leden, schreef ik dat ik mij een definitief
oordeel over het directietalent van den heer
Desider Marcus wenschte voor te behouden,
tot na de Fidelio-opvoering. Deze heeft thans
plaats gehad en het is mij aangenaam aan
stonds te kunnen verklaren dat de heer Marcus
met veel lij n e muzikale intentiën, met groote
zorg en met vetl toewijding het werk heeft
ii gestudeerd en uitgevoerd. Vooral in het
o chest vielen nuanceeringen waar te nemen,
die men er anders ter nauwernood in bespeurt.
Reeds dadelyk bij de ouverture (Fidelio) bleek
het dat er met ernst was gewerkt aan de
voorbereiding; maar ook verder viel er zooveel
goeds waar te nemen dat ik my ten zeerste
heb. verheugd over de resultaten die verkregen
waren. Alleen zou men af en toe meer adel
in den klsrk gewenscht hebben. Mfjuffr.
Cror,egg was in de Leonorepart\j veel hèer
op haar plaats dan als Elisabeth in Tannhaiser.
Het trage en moeilijke aanspreken van den
toon en bare neiging tot ietswat te hoog
intoneeren, speelden haar wel eens parten,
vooral in hare groote aria; doch haar overigens
vol orgaan schonk aan de ensembles veel relief
De juiste uitspraak van bet nederlandsch maar
bovendien nog de duidelykheid der uitspraak
in het algemeen, afgescheiden van haren vreem
den tongval, wil ik ten zeerste aanbevelen in
de bijzondere zorg van mejuffrouw Cronegg.
De Florestan van den heer Tijseen was eer.e
uitmuntende muzikale creatie. Zoowel zang
als spel waren in de hoogste mate beschaafd.
E;eneeiïS voortreffelijk was mevrouw Tyssen.
Zij mist wel is waar dat eigenaardig lichte
en heldere in haar orgaan, dat de duitsche
»Sjubrettes" bezitten, maar haar spel was zoo
l'vendig en haar voordracht zoo af, dat men
zich inderdaad met haar «Marzelline" zeer
ingenomen n;ag verklaren.
De heer van Duinen had zich a's Racco
een goeden kop gemaakt waaraan alleen de
zware wenkbrauwen misschien wat overdreven
waren. Zijn spel was zeer los en de behande
ling van het gesproken woord buitengewoon
mooi; alleen in den aanvang wat tesnel. Ojk
kon de j-iviale zijde in het karakter van H jcco
gedurende de eerste srènes ietwat meer op den
\oorgrond getreden zijn. De stem des heeren
v. Duinen klonk bijzonder g;oed en als ik mij
niet bedrieg wordt de »R >cco" een zijner
beste partijen.
Het was jammer voor het welslagen van
het geheel dat men den »I\zarro" niet aan
den heer Orelio had opgedragen. De heer
v. Helvoirt?Pel is nog niet opgewassen tegen
de moeilijkheden dezer rol Zijn geluid
hetft in de hoogte wel het »Pizarrotimbre",
doch zijn lage en middentoren zijn zóó
zwak dat by niet boven de golven van
het orchest vermag uit te korneri. Ojk is zyn
spel nog houterig en stijf. Evenmin kon mij
den Ji.qaino behagen van den heer Cauveren.
Ietwat meer tenor-klank in de stem mag men
in die rol wel vergen
De don Fernando van den heer de B:icker waa
heelemaul een misgreep. Du?.e partij deugt niet
voor dien zanger, die in la Bohème eene zoo goe
den indruk he< ft gemaakt. De heer de Bïtcker is
goed voor fransche oi italiaansche werken; ineen
echt duitsche partij, zooals in Beethoven's
opera, kan bij niet voldoen; ook zijn grime
was onbevredigend en waarom kwam hy bloots
hoofds op y Den edelman staat, de zwierige
steek wel goed en het is toch wel aan te nemen
dat de gouverneur zich niet blootshoofds op
de been, toen de rimmetiek ineens over d'r ha t
sloeg,., en toen was ze u'r in een halt uur uit!
Heerlijke, troost ! Dankje !
Hij zeit, r,,i-i eer, dat ie juist van wegens
uw liinrnttiek korut en dat u 'm b^el goed kent.
Heek hij f een kaar'je gegeven 'l
Neen, meneer ! uu i^n naam heb ik ora
de waar:ei,l te zeggen, niet goed verstaan; 't
was zoo iet, van Kio ze of Brocss . . .
lioe ziet hij er uit ?
O ! heel netjes, uut 'n zwarte deukhoed
op, een mooie palitoo en bandtchoenen aan.
't li een burgerheer met 'n ne:te spiaak.
Laat 'm dan maar bovon komen Wacht !
ge* f rne even mijn jas aan ... Au ! !
Lè! <Ue drommelsche schouder ! . . . 't Is goed,
dar l-je ; f a i u maar !
Een minuut later opende Hendrik de kamer
deur, wijder dau r oodig was, en liet met zijn
stereotiep: A j .blief!, meneer l den be
zoeker binnen.
Allemachtig! Ben jj 't, Verhcesen ?
Om u te dienen, n.eneer !
Hij bleef besch iden bij de deur, die Hendrik
Ecïitt-r hem gesloten had, staan, met zijn hced
in de eene, en een kJein vierkant pakje in
wésdoeV, in de andere hand. Ik herinnerde mij
or.ra <idel;i,k *ijn koopmanshandigheid en vroeg
dus, met een blik op zijn palrje : Wat
\ertc'jaft rnij de eer'? Je wilt me toch geen offerte.
komen manen in pa fumerieartikeleij 'l Ik ben
b, n nog ruim voordien van alles.
Pardon, meneer ! ik kom volstrekt niet
als handelaar, maar om u te spreken in 't
b ilang van uw gezondheid.
Heel vriendelijk en belangstellend, mf ar...
Hij viel me, zeer beleefd sprekend, in do
rede met:
U is zoo'n algemeen bekend man, dat
iederetn met leedwezen heeft vernomen dat
u lijdinde is ...
Doe me plezier en wees kort l Neem een
stoel en koin hier voor me zitten, 't orndri-aien
is me nog wat lastig en pynlijk.
Ja, ik weet u is erg rh umatisch en juist
d arorn ben ik zoo vrij bij lei hoed en
pakje op een 'afeltje en zei vcrd.r, niet een
zweem van medelijden in zijn stem ; ik las
gisteren in 't jY« iiws dat u herstellende is en
daarom meende ik u mijn diensten te mogen
komen aanbieden als wryver.
Ben je dan ook masseur '! Goddelijk !
Ik schoot eentkJape, zonder dat ik 't helpen
kon, in een lach, en ke(k Verhoesen, die geen
spier op zijn fjad geschoren gelaat verin k,
eenigszins verwonderd, wantrouwend aan.
O, lacht u maar gerust; .k begrijp zeer
goed dat u 't vreemd vind, dat ik hier kom
maar u kent Verhoesen nog lang niet, ir.eneer !
Ik ben niet gewoon me voor iets te presen
teeren als ik niet weet, dat ik goed beslagen
ten ijs kom 'k Heb al heel wat heeren door
mijn wrijven geholpen 't is wel myn eigenlijk
vak niet, maar ik weet als 't ware bijintuï-ie,
hos- en waar ik de patiënten wrijven mott.
En pas ja die methode enfin ! die
massage zóó maar toe, zonder eenige a:
atonjische kennis 'l
Wiara:hüg niet, meneer ! Ik heb me,
het slotplein aan de menigte vertoont, Trou
wens er waren meer fouten in de regie.
Zeer gelukkig geslaagd, zoowel van het orchest
als van het koor, vond ik het tooneel met de ge
vangenen. Daar kon men schoone nuanceeringen
waarnemen; ook het canon klonk mooi, hoewel
de beide mannenstemmen daar wel iets meer
in hadden kunnen domineeren.
Er is al heel wat papier volgeschreven over
de vraag waar men de Leonore- ouverture No. 3
moet spelen. Wij hebben haar gehoord ^óór
de eerste acte, voor de tweede acte en Dins
dagavond zelfs midden in de tweede acte, vóór
het optreden van den gouverneur. Ik geloof
dat het 't beste zal zijn, wanneer man die
ouverture voortaan slechts in de concertzaal
ten gehoore brengt. Aan het begin voldoet de
E dur (z g. Fidelio ) ouverture zeer goed. Zy
heeft wel geen motieven gemeen met de opera,
doch zy bereidt goed voor het aardige lichte
eerste tooneeltje met de strijkplank.
Het voorspel voor de tweeds acte is zoo
indrukwekkend en zoo in overeenstemming
met het «Gjtt, welch Dunkel hier" dat het
misdadig zou wezen dit te veriwakken door
de overweldigende Laonore-ouverture.
En waar deze thans kwam, behoort zy in
't geheel niet thuis en verschijnt zij zelfs punt
f est urn ; want de motieven die aan de opera
ontleend zyn, heeft men dan reeds in het
werk zelf gehoord. De heer Mircus d'r'geerde
overigens ook deze ouverture met veel vuur
en lan, hoewel niet zonder een paar excen
trieke tempo-veranderingen, die gelukkig in
de opera niet voorkwamen.
Over het geheel dan, is de »Fidelio" goed
verzorgd en tot my'n genoegen kan ik getuigen
dat de opvoering van Dinsdag 11. een der besta
was, die ik van de Nederlandsche opera tot
dusverre heb bijgewoond.
Het is te hopen dat het publiek niet onge
voelig blyft voor de schoonheden dezer muziek
en door een trouw bezoek de directie in staat
stelt, stukken van een zoo nobel en degslijk
gehalte ten tooneele te voeren.
In een volgend schrijven hoop ik de opvoe
ring te bespreken van Inrtzing's Uadir.e by
het Amsterdamsen Lyrisch Tooneel.
ANT. AVEEKAMP.
lotae SnaaiisclE meesters en oude
Sjaaiisciie lunst.
Di'ztr dagen werd bier een tentoonstelling
pe-j'oti'n, zooals er telkeijaar ei'ne dcor de
Corporation of Loudon geor^au'sjeid wordt en
die, tenminste naar Int aantal bezoekui ge
rekend, hetwelk gemiddeld voor iedere > xjiositie
op tweemaal honderd duuend ka'i worden
vastgesULi, ertoe motten bijdragen om de belang
stelling van tut publiek voor'kuns' i i liet, leven
tj roepen of levend p te houden. Voor het
grootste deel ,/loan (x'iibitiou»" worden deze
exposities ingericht zu; a's bij ons in '(JS d.:
It-mbrandt-tentoünstellin<r, nut dit merkwaardig
verschil echter dat de toegang hier geregeld
vrij is. Bij weike verd enste nog die gevoegd
kan worden oV, de Corporatioii er naar stnefc
een zoo volledig mogelijk orerz'c'iit te geven
van wat in een bepnalden tijd of m een brpiald
land gtproduceerd werd of wordt. Ei hoewel
erkend mott worien dat de ouiïtau ILrlieden
waa ouder hier door eene dergelijke vererriiging
regdmatig gewerkt wordt, zeer verschillen met
die in 01 s lai.d, zij i,et intussc! en op^tmirkt
hoe bij ons feitelijk iedere dusdanige gelegen
heid ontbreekt fm rmt liet wtrk van
tijdgenooten van over de grenzen kennis te maken,
andirs dau door reproducties in kuustbladen of
door den enkelen vreemdeling die als een witte
MtifiiMiiinininiiiiimiiiitimiii
iininiiiiiitniltiiiiitiiiiiiiitiiillllilH
zoodra ik zag, daf ik door mijn wrijven en
heiiuyjunastitk n;ijn vrije ochtenduren
voordeelig kon empl<y=erei!, volkomen op de hoogte
gesteld van 't geen er voor r.oodig is. Het
beetje anatomie v, at de doktoren kennen, heeft
een handig mensch met goeden wil al heel
gauw te pakken en dan is de rest maar oefe
ning, weet uy Oefening is 'c hal\e werk
permitteer me 'l
Hij trok zijn handschoenen uit zijn handen,
't viel me ep, waren vleezig, goed verzorgd en
blank hij stond op en voor ik 't beletten
kon, streek hij met zijn duiin voorzichtig langs
mijn slapen, kaak, hals en pchouJer, terwijl hij
ernstig knikkend zei: Ik za; aan uwe be
wegingen, dat u 't in dan linkerschouder heeft.
Hum ! net zoo als ik dacht: 'c is uw Sterno
cleido-ma^toïdeus, die stijf en pijnlijk is; 't zal
wel tut in den rug toe trekken, want de
Cuccularis schijnt me ook niet in orde.
Schei uif, Verhoesen, laat me niet zoo
lachen, 't Doet me zeer als ik lach.
Precies ! zei hij, zonder van mijn
vroolijkheid eenige notitie te nemen al uw
halsspieren zijn aangedaan vooral de
Mastü'Jeus, die loopt langs het sleutelbeen en ..
O! O! Kerel, schei uit ! Waar haal
je die kennis landaan y
Natuurlijk uit de boeken, meneer \
Heb j-j dan gestudeerd ?
Neen maar ik heb helpen studeeren !
'k Verhuurde vroeger mijn voorkamer aan een
seml-trts, 'n echte hengster"
Blikslagers! S'.uder. tikooze uitdrukkingen y
Och ja ! die neem je zoo gaandeweg over.
We waren dikwijls samen, hij leende me boe
ken en omdat hij zelf zooveel liefhebberij ia
't masseeren had, leende ik hem, als ik niets
betiri te doen had, Zondagsmiddags, of in ver
loren uurtjes mijn corpus om zich op te oefe
nen. Zóó hielpen we mekaar, té'l Hij knauwde
n.e wel 'r is-, maar ik keek hem daarentegen
de kunst a!.
Kostelijk ! Kostelijk!... ik schaterde het uit .'
Neen, meneer, dat is niet om te lacher.
Er is niets verstandiger dan iets wat je Ie ren'
wil, op jezelf te laten probeeren door een ander.
Je weet dan later precies hoe je de lui 't minst
zeer doet. AI de heeren, die ik onder behan
deling heb gehad, waren meer dan voldaan !
En wie heb je alzoo gemasseerd?
Pardon, gewreven! Ik noem 't woord
masseeren nroit om niet in conflict te komen
met de faculteit of de geneeskundige wet. Als
ik masseer, oefen ik onbevoegd de geneeskunde
uit, mear er staat nergens in de wet, dat je je
evennaaste niet wrijven mag. Snapt u 't verst hi.?
Verhoesen, er is een diplomaat aan je
verloren gegaan.
Misschien wel ! hij keek mij met zijn
kleine gitoogjes scherp aan en zei: heeft
meer pijn dan u toonen wil; 't lachen gaat cog
niet van harte u heeft wat congestie ook.
zo: gt u wel goed voor ...?
Vent ! ik hou 't riet uit... laat me niet
zóó lachen! Je bent vandaag kostelijk in je
rol waarachtig, je zet een gezicht alsof je 't
nrent. Dokter je soms meteen in je buurt ?
(Slot volgt).
l