De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1901 17 november pagina 8

17 november 1901 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

8 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1273 acht ik Jiilius PruUelman Brommeijer. Ik had er in 't geheel niet opgerekend, maar daar was hij alweer. Vóór de kamer zittingen begon nen wou Kuyper toch eens even kalm met mij pra ten, ora te over leggen op welke voorwaarde wij hem een lastige en tijdropvende oppositie in het parlement zouden kunnen besparen, waar ik, zoo zei hij, volkomen be reid ben een ge matigd liberaal bewind te voeren. Zonder nu de bij zonderheden van ons gesprek aan de groote klok te willen hangen, het gepast, hier mede te deelen, dat het vaderland in geen enkel opzicht van eenig drijven gevaar heeft te duchten, daar de Minister Kuyper mij veeleer voorkomt een man te zijn, die, als hij 't noodig vindt, niets liever doet dan met de heele wereld vrede te sluiten. Zelfs in de tarief kwestie, waarbij hij op het voetspoor van Klaas min of meer beschermend wil optreden, is het zijn stellige voornemen alle uitersten te vermijden, en denkt hij er volstrekt niet aan de kerken te bevoordeelen; hij zal de zoete spaansche wijnen evengoed belasten als de fijnere de-sertmerken, en op het juchtleer niet minder leggen dan op het glacé, het gemsleer en zeemleer. Indien er ooit een mensch verkeerd beoordeeld is, dan zeker deze Abraham, de geestelijke vader van een ontelbaar geslacht. Maar wat mij hoe langer hoe meer de zenuw van 's mans ziel blijkt, tevens de verklaring van zijn succes, het is zijn on kreukbare waarheidsliefde, zijn ongerepte eerlijkheid, waardoor zijn woorden en daden te samen een harmonischen klank geven, als van een pas gestemd kerkorgel door een engel, als de heilige Caecilia zelve bespeeld. Wanneer je, zooals ik, op een veel te hoog standpunt staat, om met je eigen per soon ingenomen te zijn, gevoel je vaak zoo'n behoefte je eens aan een anders uit muntendheid téverkwikken. Onwillekeurig merk je je door een werkelijk groot man aangetrokken, omdat je bij een gelijkheid, althans gelijksoortigheid, van aandoeningen je zelf' weerspiegeld ziet, zij het dan ook nog als met een wasem er over heen. De zucht tot waardeeren en bewonderen is zelfa den beste onzer aangeboren, geloof'ik. Ik spreek hier op grond van versche erva ring. Want toen Kuyper mij zijn poliiiek verder trachtte uit te leggen, en God, Koningin en Vaderland, Bsurs, Brandkast en Altaar, wel niet in een spik splinter nieuw verband, maar in een zooals ik het zelf zoo dikwijls aan mijn geestesoog mocht laten passeeren, voorstelde, als had hij het voorrecht gehad zich onveipoosd naar mij te vormen, werd ik uu en dan verrast door iets smelterigs in mijn binnenste eu meet dat ook uitwendig aan mij waarneembaar zijn geweest; want ik gevoelde het,er kwa men momenten, waarop mijn oude oogen weekachtig glansden, als waren zij van was. Zoo heb ik tijdens dat gesprek, waarvan ik den inhoud niet mag of niet wil navertellen, bij het luisteren naar zijn woorden, en het blinken van zijn aangezicht meermalen de neiging gevoeld tot hém te zeggen: her haal dat nu nog eens, op precies dezelfde manier. Ik durfde haast mijn zintuigen niet te vertrouwen, maar hoe ik ook nog zag en luisterde, de Openbaring glin sterde, of, als dat iets te veel gezegd is, glom altijd door zijn Kedeheen; hij toonde de gave te bezitten, zooala Böhnnger dat in de Theologie kan doen, je zelfs bij die schijnbaar droge Politiek tot in de fijnste vezelen te treffen. Met mijn zakdoek iii mijn hand wurmende, had ik er bijwijlen werk aan eiken schijn van een zachte ontroering te verbergen en n moment was er, waarop ik mijzelf overmannen moest om piet mijn zwakheid te verraden. Dat was zoo na het politiek discours. Hij had mij een oogenblik stil, blijkbaar rnet stijgende bewondering, zitten aankijken en juist toen ik hem vragen wou, wat zie je toch aan me, begon hij: Gewis, mijnheer Brommeijer, hoe diep daar ook een klove moge gapen tussehen uwe belijdenis en de mijne, uwe natuurlijke Godskennisse, in uw Luthersch bestaan maar zeer zwak gesterkt door de Openbaring, heeft voor u de vastheid der ordinantien voor een goed deel niet teloor doen gaan. Waren allen als u, het zou ra ij wellicht eenige moeite kosten nog eens te verzekeren, dat de zonde oorzaak is eener onvoldoende kennis der eeuwige beginselen. In alle uwe daden echter, die mij de ziel verkwikt hebben, zoo dikwijls ik den zegen genoot, van verre, helaas, van al (e verre, uwe bewegingen gade te slaan, was rmj die eene, waaraan ons dierbaar vaderland zooveel onvergankelijks heeft te danken ; dat gij n.l. uit uwe tente traadt als.... journalist. Ook ik gevoel me, een gezalfde, zoo ruischte het daarbinnen in u ... priester der Waarheid, en daar verschenen uwe betoogen en getuigenissen uitsluitend ten dienste vau waarheid, eerlijkheid en recht._ Gij zaagt hoe uw volk om het gouden kalf danste ; hoe in de hoogere en lagere kringen de bloem des zedelijken levens verdorde, en een steeds dieper invretende kanker knaagde aan de edelste deelen vanhetGdzag. En wel verre van als Kuben daar stille te zitten tusschen de stallingen luisterende naar de blatingen der kudde... zijtgij opgesprongen... en als een andere Mozes... Tut! Tut! riep ik uit; maak me niet ijdel!... Neen, vervolgde Kuyper... ik weet wat ik zeg: als een andere Mozes zijt ge opgerezen om uw volk te leeren en te leiden?Ik schudde nogmaals het hoofd. en zal ook u niet de eere beschoren zijn van het beloofde land binnen te treden,alevel zullen de geslachten van vele eeuwen het elkander overleveren: In waar heid tot een Binai heeft hij de Bjcht gemaakt! Nooit zag ik mij zoo gewaardeerd, en misschien uit ongewoonte gevoelde ik_ lust zachtkens te protesteeren. Kom, zei ik, moreele bedoeling was, zooals ge 't daar fondsen een gunstigen invloed uitgeoefend. Niet alleen vind ik vele Russen wat hooger geno teerd; ook, en vooral, de Turken De 4 pets. gepriv. Turken avanceerden van 90 H tot 92 M. de 4 pets goudleening van '90 ging zelfs van 79% tot 83 vooruit. Ook de serie C en serie D., waarover in deze kroniek meermalen is gesproken, komen op wat vaster koersen voor. Dit laatste kan ook gezegd worden van de Portugeesche en van hunne buurlieden de Span jaarden. De Minister van financiën in het ne, zoowel als in het andere ryk van het Pyreneesche schiereiland bereiden een difinitieve schuldregeling voo,\ Ook de prijzen der Braziliaansche staafspapieren zyn wat bemoedigend. De 5 pCts. oblig. '95. de vorige week 78'A geprijsd, waren gisteren 79 & genoteerd. De 4 pCts. van 1889 staan heden G5>8 tegen 64%, en de Fimdingleening is 92% genoteerd tegen 91% in de vorige week. Volgens een draadbericht uit Rio de Janeiro zou de staat Espirito Santo nu het bedrag, benoodigd voor de onbetaald gebleven September- coupon, gestort hebben. Voor de tabaksgroep komt, nu de oogst van 1900 zoo goed als geheel verkocht is, de tyd voor de schafting der dividenden aan. Voor zoover de gepubliceerde cy'fers een globale berekening toelaten, behoeven de aandeelhou ders van de Padang Cult.mpij, van de tabakmpij Sakoeda, van de Langkat tabakbouwmpij, van de tabakmpy Namoe-Djawi, van de Langkat tabakmpij, de Langkat Cultuurmpy, de tabakmpy Kwala-Passilan, de tabakmpy FraneoDeli, de Deii tabakmpij, de Deli plantagetnpij, de Amsterdam-Sumatra cultuurmpy' en van de tabakmpy Langkat Soebarande, nog niet naar de gepolyste dividendenschaar te zoeken. Voor de andere bekende mpijen, met uitzon dering van de Deli- Cultuur, wier winstrekening nog met een groot debet saldo staat, al is het door de winst van dit jaar belangiijk vermin derd, en voorts met uitzondering van de DeiiPadang, mogen dividenduitkeeringen worden verwacht. De koers der Singkep-tinmpy aand., die <\e vorige week gestpg-ea was van 120 tot 1,'i-S, brokkelde tot loó af. Hat dividend over 1900/'01 zal zeer waarschijnlijk met 10 pCt. betaalbaar worden gesteld. De aandeelhouders van de fJilitonmpij kunnen ? 135 dividend per aandeel ontvangen. Ten slotte zy de opmerking gemaakt, dat de noteering der aand. Wagon-LUs, waarover ik de vorige week schreef', vooruit sprong van 45 tot 57 M en dat voor de grillige vrouw Fortuna bijzondere aandacht was geschonken voor de door haar beloofde Russische kansen. Het mee«t stegen de 64ger loten, daarna die van ds Rijks-Aduls Agrar-Bank. Oak voor de Servische en Turksche loten werden betere prijzen besteed. Hoop doet leven. Bu^u'm, } 14 19Ü1' STIGTER' iiiiiiimtmiiiiiiiimiiimiiiiiiiiii iiiiiiiiiuiiimiiiiiiiimtiiHimiiiiiR BOEKAANKONDIGING De Volken der Aarde. Da eerste twee sflaveringen zijn verschenen van De Volken der Aardf, (Naar The living races of mankind), door Joh. F. Snelleman, even zeide, maar mijn talenten overschat ge- Ik wil niet zeggen, dat ik minder beteeken dan Sam, die nu en dan zijn Brieven geeft, of Schaeprnan, die zijn Chronica aan biedt, of (Jharles met zijn ean Dag tot Dag, maar je eigen artikelen waren ook niet voor de poes... en ik geloof, dat je, als je de Pers van Nederland beter kende, niet zoo'n spectacJe zoiidt maken owr nnjn ge schrijf. Maar daar hief hij zijn uitgestrekte hand op, als om stilte ie bevelen, en sprak : Wat denkt u, dat ik de Pers in Nederland niet ken ? Dat ik tot u gesproken hei), als bij een inval, zoo msar enkele woorden gebruikende, waarvan ik er altijd eenige te veel heb? Neen, mijnheer, wat ik zeide was wèloverdacht en eerlijk gemeend. Trouwens, een journalist in ons dierbaar Vaderland kan niet anders dan eerlijk zijn. Want wij hebben een eerlijke pers.... Mijn studie vao deze niet oificicele tolk tusschen natie en overheid dateert van minstens een kwart eeuw ve'>ór dezen .,.. en wat was de slotsom mijner waarnemingen en overwegingen ? Ik sprak het nog pas een week gt leden uit bij Blok's jubilee: we mogen hier te lande bogen op een rcrlyke, niet een jingo, een gele, maar op een , w<w/'ö"-pers. Daur Blok's jubilee mij ont gaan was, en ik zelfs den naam van Blok niet goed wist thuis te brengen, gaf Kuyper op mijn vraag mij eenige inlichting. De heer Blok, zoo vertelde hij mij, was veertig jaren lang schrijver van het kamerver-dag voor het llaai/.-t'li''. Dnyblnd geweest.,.. Veertig jaren lang had hij niet gepreekt, niet onderwezen, niet geregeerd, niet gi- xerceerd zelfs.... maar een kranlenuittreks-el gegeven van de wijsheid onzer parlcmentaiio vaderen. Als zoodanig had de man, naar Kuyper's opmerking, zijn woestijnrtis achter den rug met maar zeer enkele oasen : doch steeds tevreden met zijn manna, luid hij nooit om kwakkelen gevraagd of dtn m >nd gespitst op iets wat naar heilig recht alleen den priesters en dtn lioogepriesier kon zfn beschoren. En wat wilde nu het toeval '.' Ge hebt het in de kranten kunnen lezen : H. M de Koningin wenschte ten blijk van belangstelling te gevnn in »de itin'i/,'L'-"/ni!/ der NeileriumL-che Pers", en toen tu:< t't zij, op mijn voorstel" den heer Blok benoemd in de Orde van Oianje Nassau; daarop heb ik hem dat krui* tot teeken o/r. er hooge tevredenheid uitgereikt, met den wensch dat het nog lang de B >i'?t mocht sieren van den dienaar der ci'i'lijkf. Pers..-. Nu heb oen ze me al gevraagd of het niet gepaster zoude zijn geweest, mij'.elf bij de/.e handeling iets minder op den voorgrond te stellen, elaar het geenszins gebruik is, bij het uitdeelen van een ridderorde als minixln' mede te deelen, hoe de vork aan den steel zit, en voor zicruelt' de eer en do dank baarheid te bedingen, waar Hare Majesteit een gunst verleent. Maar U begrijpt hoe de-':'e ridderorde juist hare waarde Verkrijgt, door de wetenschap, dat ik, de cere-voorzitter van den Ned. Journalistenkring, iemand als Hlok de onderscheiding heb toegedacht. Nietwaar, //,-, als persman, om zoo te zeggen opgevoed in den harem, kon van het vak al de geheimen,... en zelfs mijn warme verk'nefdheid en diepe eerbied jegens het hoof l van den Staat, mogen mij als anü-revolutionair niet weer houden het te erkennen, dut II. M. tegen over DE Koniny'ni der Aarde toch altijd maar EEX koningin is. directeur van het Museum voor land- en volkenkunde en het Maritiem museum «Prins Hendrik" te Rotterdam. Met meer dan 800 illustraties, bevattende duizenden portretten, fotografisch opgenomen over de geheele aarde. Aan het prospectus ontleenen wij: »Het in bezit nemen der werelddeelen buiten Europa door het blanke ras is zeker een der belangrijke gebeurtenissen der afgeloopen eeuw. Dit proces van kolonisatie op groote schaal, reeds in de 18e eeuw begonnen, heeft zich in de 19a over de geheele voor blanken bewo mbare aarde uitgebreid. Een onwedersprekelijk feit is 't, dat het Engelsche volk bij deze uitbrei ding allen vóóe is geweest; maar niet minder staat 't vast, dat onze eigen kleine natie in de tweede plaats moet worden geroemd, zoo al niet meer wat de oppervlakte dan toch wat de beteekenis van het in bezit genomen gebied en. den groei van den eigen taalttam betreft, al ging Zuid Afrika, het land waar deze zich het best ontwikkelde, staatkundig, helaas! voor ons ryk verloren. Toen de uitgevers van het hier aangekondigde werk uitzagen naar illustraties voor een volken kundige beschrijving, waren van Hutchinsoii's The lioing races of mankind eenige tflaveringen verschenen en het lag voor de hand dat zij trachten zich de vele voortrtfLjly'ke foto's van volkstypen te verschaffer, die met groote moeite gedurende eenige jaren ten behoeve van het Engelsche werk waren verzameld. Ter wille van de volledigheid moest dit aantal nog worden uitgebreid, ook omdat onze Indische bezittingen te karig waren bedeeld. De tekst van het Engelsche boek voldoet niet aan den eisch dien men, naar de uitgevers meenen, aan een dergelijk werk mag stellen. Tot het bewerken van den tekst bij deze por tretten van mensehen die heel ver familie van ons zy'n heeft zich bereid verklaard de heer Joh. F. Snelleman, directeur van het Museum vonr Jand- en volkenkur/döte llotterdam/' Da thans verschenen eilaveringsn van De Volken der Annle bewijzen dat de uitgevers, hunne gewoonte gatrouw, naar den vorm iets degelijk» wenschen te leveren. Da naam van den Heer Stielleman is waarborg, dat de inhoud daarmee geheel in overeenstemming zal zyn. Ururije-Nassau-Utecklenbtirg Schioerin Gedenk bot k enz. Amnterdam,Vau ilulkemt& Warendorf. lyül. Met de 14 15 cfl. is nu dit praehtwerk compleet. Voor velen zal het ?enfl blijvende herinnering vormen aan het vorstelijk huwelijk en da schitterende feesten, die daaraan gepaard gingen of in ds Maartdagen volgden. E^n lange lyst van inteekermren doet zien hoe dit boek al dadelijk met groote belangstelling werd ontvangen eu de inhoud zal dan ook slechts weinigen teleurstellen. Voor muntliefhebbers is in de laatste afle vering da bijdiage van den heer W. K. f-'. Zwierzina van beteekenis. De heer de Balbian Venter schetste de teesten te Amsterdam en te Apeldoorn. Vele fraaie platen luisteren het geheel op. O;n dus deze daad in het ware licht te plaatsen moest ik duidelijk doen uitkomen. dat H. M. met ittij samen het besluit had genomen, door mij, dat is in Blok en in mij, de hoogste huldiging te geven aan onze eerlijke Pors. Nu zal u misschien vragen, maar was zulk een erkentenis onzer rnoroele voortreffelijkheid wel noodig te achten. En op di^ vraag, schijnbaar geheel over bodig, gaf Kuyper een zeer uitvoerig ant woord. Iv.-rst bracht hij mij aan het ver stand, dat. de Pers als zoodanig iets wat op een homologatie geleek, of' zelfs maar daar aan kon doen denken, volstrekt niet be hoefde, en dat dan ook zijn woordje om trent haar eerlijkheid niemand der aanwe zige pijmannen had verrast. De heeren wisten het allang, en alleen uit een gevor.l van courtoisie, mede orn hun esprit de corps te tooneu, hadden zij bij eigen eerlijkheidshuleliging de lofrede door hun eerevoorzitter hun toebedacht bijzonder levendig toegejuicht. Immers, zij moesten wel overtuigd zijn van de zuiverheid van hun streven, zei hij mij verder, daar hij als Voorzitter van den Nederlandschen Journalistenkring al zijn kracht, gewijd had aan de opvoeding in eerlijkheid, die vroeger zell's order N'edeilandsclre journalisten wc-1 eens iets te wenschen had oveigelaten. Hij schetste mij daarop de methode door hem bij dezen arbeid gevolgd; een tweevoudige, leevende door woord e-n elaad, door loe-ipriiiik en voorbeeld. Wat 'net laatste betrof wees hij op zijn Siiiitiiii/tnl en llfraat, en gat'een kon maar helder overzicht van zijn, voor zo) ver hem zelf' bekend was, uil een oogpui; t van eerlijkheid, recht*.- en waarheidsiied'de, onberispBlijk werk. Nooit, zoo hoorde ik hem verklaren, heb ik mij met leugentjes, slinksche zetten, draaien of knopen opgehouden, of. om mij uit de moeilijkheid te redden, tot, verweer 'Teroopen mij uit. do voeten e'^wiakl of achter een pa!isa:lc verstopt. D.' w;v.\n;eid, iiHJnhe'jr Brommeijer, vva-i mij altijd liever dun mijn yvrsoon en mijn partij ; en hoe kon dat ook anders, nu mij bij zon en bij kunstlicht 1103; bovendien het licht dn1 Openbaring bescheen, die lamp voor mijn voet, v,'ii:trvan ik, tot sterking zoowel van mijn eigen als andere!' gemoed, nooit, heil nagelaten te getuigen. Daarop hing hij mij een tafereel op van zijn eeriijkheids-propaganda in d.'.n Jour nalistenkring, van welke vereeniging hij mij zoo gaarne bet eerste 10 >i'C voorzitter schap zou zien opjedragrii. ?>() als u maar wilde!" .... U had ze moeten kunnen bij wonen, hoogst geachte H f er, die bijeen komsten, en dan de lessen jianhooren, wi-lke wij daar aan elkander uitdeelden. De rijr/mg vau het eeilijk'ueid-peil in de l'ors. tot de nu bereikte hoogte, -/.on u geen wonder schier me'er toeschijnen. E e iv t werd daar steeds de aandacht gewijd aan eenige mateiieelo onderwerpen, nis: de verbetering van de politie van den journalist, hot ver knjgen van perskaarten, het verwerven van oen ^o; d-; plaats op tribunes en irr zalen bij feestelijkheden, eiiz. enz. maar als dan die bijzaken waren afgehandeld, bracht ik de, hoofdzaak op het Uipijt, steeda hét een of antler punt rakende do nioreele zijde vn.n ons iuerlijk bedrij!'. Dan ha'it gi.j kunnen zien, Isoe wij als om strijd onze ethische principes en maximen in het licht plaatsten, o-n toch de jongeren te doordringen van den heiligen ernst, zonder Het dansen, door B. H. POIAK ? Helder, C. de Boer. De gunstig bekende dansonderwyzer de heer B H. Polak te Helder, die weldra zyn TOiten verjaardag viert, heeft gemeend zijn vrienden en leerlingen geen ondienst te doen door een boekje over Het dansen te schrijven. Hij geeft daarin op aangename wy'ze een kort overzicht der danskunst van de vroegste ty'den tot op heden, en in een aanhangsel verschillende theorieën van oude en nieuwe dansen. Op onderhoudende en aange, ame wijze geeft de heer Polak allerlei nuttige wer.ken aan danslustige jongelieden van beiderlei kunr.e. Het boekje is netjes uitgegeven en met eei.ige houtsneefijuren versierd. Ons Journaal, Sociologisch Maandblad voor de Nederlandsche kantoor-en handelsbediender, no. l, 2e jaargang. Nadat de behandeling onzer bizondere sociale vraagstukken, stelt de redacteur van dit maand blad zich voor, in den nieuwen jaargang, «zooveel mogely'k de middelen ter oplossing dier vraagntukken aan te geven, en wel langs sociologischen weg". Ean se hoon doel voorwaar, doch zij den redacteur hier gewezen op den eenvoud, die noch steeds het kenmerk is van het ware, en hem aanbevolen niet met groote woorden te schermen. De oplossing van vraag stukken op het gebied van handelsrekenen en boekhouden ia voor hem een beter terrein. Een maandblad als Ons Journaal kan wel nut hebben, indien het streeft naar meerdere aaneensluiting onder handelsbedienden. Droe vige gevallen van willekeurig ontslag door een patroon, waarvan in dit nummer ten voorbeeld wordt gegeven, kunnen wel nimmer afgewend of langs den sociologischen weg van den redac teur opgelost worden, doch is de organisatie van de handelsbedienden krachtiger, dan zullen zy in ieder geval hunne lijdeuda collegu's beter kunnen steunen. Hiertoe moet eer.e oplossing van de bestaande kleine veroenigingen in ne nationale bereikt worden. Wij weter, dat de pogingen welke reeds in het werk ge steld werden, schipbreuk leden, maar kunnen niet nalaten, nu het maandblad zich een breedsr taak stelt, op hot belang van samensmelting tot ne corporatie te wijzen. Wy wenschen Ons Journaal gaarre succes op zyn weg, en in het belang der goede zaak in de toekomst eane samensmelting met de blaatijes der verschillende vereeriigingen van kantoorbedienden, ooi aldus n krachtig orgaan te verkrijgen, gewijd aan de belangen van dezen stand. A. D. De Victoriabron te Oberlahnstein" heeft van haar bekende reclameplaat «Kabecca aan de Bron" reclamepostzegels doen vervaar digen, die zij voor hare verbruikers op franco a;nv:aag beschikbaar stelt. CORRESPONDENTIE. Wegens plaatsgebrek kunnen eenige inge zonden stukken eerst ia het volgend nummer worden gpplaaist. HiiimiimiiiHiimi i tiHiiiiinimiM mi welke de journalistiek de gevaarlijkste volksmisleidster en volksverdeif'ster d'reigt te worden, in dezen onzen modernen tijd. Eens b. v. hadden wij liet bij zulk een gelegenheid over het recht van den verde diger i.p een onpartijdig, en zoo ver mogelijk, volledig overzicht van zijn antwoord aan den aanvaller; en werd er zoowaar door een dtr aanwezigen de stelling geuit, dat men zich aan de verplichting lot een eerlijk verslaggeven wel onttrekken inricht, met de verontschuldiging: daartoe verhinderd te zijn »,loor g< brek aan plaatsruimte". Na tuurlijk, hel was 1:04 maar een aankomeling, een j'<i,g maaije, dat zoo sprak. Maar nu had U uw vncnd Churles moeten hooreii : Nooit, zoo riep hij blinkend van gelaat in heil'ge. veroi twiiardijjing nooit mag zoo iets gebeuren ! Mij> ehteren, wie onzer zou de journalisidurven zijn, die voor zijn dui/.ei d, n lezers de houdi i: g wilde a au i. e men van iemand die een lafaard verdient te heeUn ? Een lafaard zeg ik ; wat is ignobeler dan den tegenpai'tijdei1 een stoot, te geven en te vluchten, om zoo een eerlijk cu bat te, ont wijken ; , . . of nog er^ier, in schijn het debat te aanvaarden, niaur dan 's mat.s woorden te verduisteren of te veidraaien ... staat het niet gelijk niet leugen, met hiskr, met verraad?... Gten man van karakter acht ik daartoe in staal! En toen nujn brave vriend en broeder dat gezegd had, haalde hij een Handelsblad uit zijn borstzak en spreidde dit op tafel uit. Ik behoef niet expresselrjk te vermelden, hoe warm een bijval hij daarbij ondervond. Maar, hierop wilde ik den nadruk leggen, hoe kwam tevens bij deze bespreking uit, dat de daad in kracht van overtuigir.g het iroord overtreft ! Gelijk steeds was ook ik niet mijn bladen gewapend en legde nu naast lïoissevain's orgaan mijn Standaard net r. Toevallig hadden v»ij beide een gelijk soortig geval (e verantwooideii, tn, naar "t bleek, op een en dezelfde wijs ons gedragen. Alleen uw vriend Cuarles had mei de uiterste zorg het betoog van den aange vallen get-xcérpeerd, terwijl ik dat van mijn tegenstander, bijna geheel, woordelijk had teruggegeven .... Bs-ide voorbeelden werden nu een onder werp van discussie, en weet u wat. het gevolg is geweest'/ Van dat oogenblik af zijn alle mogelijke bladen zoo consciëntieus geworden in hun pennesttijd, dat ik werkelijk geloof elk buitenlandeed journalist, al ware hij ook nog zoo in de strikken des duivels gevangen, tot een fatsoenlijk en recht schapen, ja zelfs een strikt eerlijk man te kunnen maken, indien mij slechts het ver mogen wierd geschonken, hem te dwingen tot het gefrofJU' liealwlecren der christelijke en onchristelijke nedeihindsche kranteiipolemiek. Zoo srrak Kuyp,T nog een wijle voort, blijkbaar genietende van mijn ir,s!.eaimiüfï, tot hij optens een geheel anderen toon l:e gon aan te slaan. En toch heb je je nog verplicht geacht, zal u zeggen, een zaak. zoo algemeen bekend, door het verkenen van een Oiavje-Nüsgau aan een persman, nog tens wereldkui:dig te maken en de eerlijkheid der nederhuidsche pers door een daad aan allen twijfel ie onttrekken. Waaiom? Ach, edele Brom nu ver, Satan gaat rond als een biic schei,de leeuw, zoekende, wien hij zou kun nen verslinden.... Nu, als hij maar briest-in, dan ben je ten minste gewaar schuwd,zei ik.?Ja,waardige heer,m.ia: d.tar Inwzonbzn. aillllllllllltllllllUIIIHMUIIIHIliUilllUIIHIIIIililllllllllHilllll Aan de Redactie van het Weekblad D& Amsterdammer. Evenals de heer Ferd. Wierdels heb ook ik kennis gemaakt met de vertaling van Cherbonnel's geschrift over de L.lam en de Jezuïten, uitgegeven bij Adriani te Leiden. Myns inziens is daarin meer te waardeeren dan de heer Wierdels meent te kunnen doen, die er zelfj pleizier in had met het boekje »den draak te steken". In de verschillende bijzonderheden wil ik mij echter niet verdiepen. Alleen wensen ik een enkele kantteekenirg te maken op hetgeen de schryver in uw blad aan het slot van zijn artikel zegt: »Ik zou het zoo ijselijk erg niet vinder, wanneer men my kwam aantoonen, dat de H. Ignatius, toen hij zijn orde stichtte, by het vasïstellen van zijne regelen, ook van Muzelmansche vereeniginger. Benige bepaling zou heb ben geleend." Wanneer men van deze meening uitgaat, is eene principieele bestrijding van Charbonners boekje natuurlijk overbod'g. De geheele portéa van diens schry ven kan dan niet worden gevoeld. Menigeen, die het stuk van den heer Wier dels las, zal by zichzelf gedacht hebben : als dat waar is, dan kan my de inhoud van het boekje zelf ook niet schelen. Vermoedelijk zijn net niet weinigen, die den heer Wierdels gelijk geven. Ja, waarom zou men niet het goede nemen waar men het vindt ? Maar als bly'kt dat Cbarbonnel gelijk heeft, dan vervalt e goddelijke oorsprong van. het Genootschap. Volgens de overlevering zyn de geestelijke oefeninyen aan Ignatius van Loyola in de pen gegeven door de Heilige Maagd, terwy'l hy in geestverrukking verkeerde in een grot nabij het stadje Manrezor, waarheen hij zich had teruggetrokken na zy'ne ernstige verwonding by de verdediging van Pampeloena. Die oi/erlevem g strookt niet met de geschie denis, zooals Charbonnel ze verhaalt. En deze is toch van groot belang voor het gezag eener orda, die den naam heeft aan genomen van den stichter des christendoms zelf. Mat het oog daarop schreef de heer Char bonnel, en schreven vele anderen, deze ver gelijking van Loyola's voorschriften met die vau den Islam. L'it dat oogpunt beschouwd i& hunne studie niet van belang ontbloot. J. HEKUEHSCIU:K. is reeds een lojgelatene... een gevalhne. Heb ik zelf' niet dezer dagen moeten lezen, dat als eerlijk journalist mijn naam, dr. Kuypers naam! niet een van de beste was en hoe in 't algemeen moet getuigd worden, dat er op uw eigen B urs ganschelijk geen zaken zouden zijn te doen, indien de Handel, in zijn verklaringen en zijn afspraken. even onbetrouwbaar ware, als de Koningin der Aarde oneerlijk in hare gedraj-insen. Dat is nonsens! ri< p ik onwillekeurig uit. Zoo'n kerel hegnipt van de Beurs zoo min iets als van de Pers; hij zou even goed kunnen bewe ren, dat zwart wit, i-,..?Wit zwait is, verbeterde Kuyper f n wat weerga laat hij dan jou en mijn stukken maar eens lezen; hebben wij of Ham of Charles of' Schaej:man en iioe ze verder mogen heeleri, ooit (U-r waarheid iets te kort gedaan om wien dan ook te. sparen, en gaat er dan niet, zoodra we een fout, e^n misslag, een on recht, eon ... een ... /!:g maar een aoitde, vulde Kuyper a a>. een zonde ontdekken, door geheel N< der land n Btern op uit hon derd perske'en, als een donder.., Als een oo:log=kreet, verzuchtte Kuyper ... neen, hoor, laat zoo'n eenling maar bazelen .. . lic ben (erli.k, jij bent eerlijk, wij zijn t<^lijk, zij zijn eerlijk... trek je van die giftige la^tf-r niets aan ! O zoo, glimlachte Kuyper, dat meent U heilig?... Ik knikte... en juist omdat ik met hijzonderen nadruk knikte, voelde ik dat mijn nek nvj een beetje zeer deed; en geen wonder, ik had al een half' uur lang geknikt - - voor rnijn spieren feu heel ongewoi e beweging maar ik kon het niet latui, ik was het in alles zoo volkomen me' hem eer s. Doch, daar viel mij in, dat als de Pers; alleen g< prezen werd, gelijk zij 't ver diende, dat schele oogen kon geven. Wat /Hl de Beurs wel zeggen, als zij dit hoort? Daarom, zoo vervolgde ik, na Kuyptr mijn bezorgd l,eid te hebben doen kenr.en zou ik je willen voorstellen, ret als de Pers; rok drn Handel eens zoa'n bewijs \ au eer lijk hoid uit te reiken. .. Waarom niet, klonk zijn antwoord; de Koningin en ik 211!len r'at niet genoegen doen. En de Handi.1 zal je niet minder applaudisseenri dan je kraritenschrijvers zich veroorloofden. Matir dan moet er een gflegenheid zijn, sprak Kuyper nadenkend. Nou. zei ik, daar is er allicht een die JJ> jaar coupons voor ter. ander heeft geknipt, zoi.der er een vu" in zijn zak te steken. Maar zou u zelf niet.. ? waagde hij te vragen. Ik schudde van neen. Je weet wel, mii krijg je voor zoo'n vvrtoonipg niet. Maar weldra moet de nieuwe Bturs geopei.d worden... dan kies je er zoo een uit. Welnu, zei Kuyper, uw voorstel is de bil lijkheid zelf, reken <la«r dus maar op, mijn heer Brommeijer. De Handel is zoo eerlijk dis de IVr.«. en de Pers is zoo eerlijk als de Handel. Mercurius en de Koningin der Aarde ... Ja we', knikte ik, hem een har,d tot afscheid toestekend dat wou ik ook zeg gen, die twee zijn een net span!

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl