De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 5 januari pagina 3

5 januari 1902 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

-*tf No. 1280 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD YOOR NEDERLAND. arbeidsters gehuwd. Daarbij komen r.ogal degenen, die n kt geregeld't heele j aar door, maar alken in seizoenen (in ons land vooral in het landbouwbedrijf) buitenshuis werk zaam zijn, ten einde daarmede het loon der mannen eei igszins aan te vullen. En wie zou ontkennen, dat deze voort durende arbeid der gehuwde vrouwen de meest nadeelige gevolgen na zich sleept, nadeelig in allerlei opzicht! Ze treffen het meest diegenen die het zwakst en hulpe loos zijn, de kinderen. Het schijnt ons dwaasheid, het lijkt ons onmaatschappelijk, en toch is het de werkelijkheid, dat hoe meer kinderen er in het gezin zijn, hoe rger klemt de noodzakelijk voor de moeder naar de fabriek te gaan, en haar talrijk Jrtoust a'an zijn lot over te laten. Den zuigV lingen kan zij niet het voedsel geven en délevenskracht die opwellen in haar borst. De schuchtere bescherming der wet van eenige weken na de bevalling niet te mogen werken, wordt lapjes toegepast, en is boven dien zeer onvoldoende. En ten gevolge dezer onvoldoende voeding en verzorging maait de dood o! zoovelen dezer kinderen weg. E-i blijven ze in leven, dan zijn op ouderen leeftijd de gevaren voor deze kinniet minder groot. Ze missen den voortdurendén omgarg met de moeder, en missen ook alle ware geestelijke verzorging. De moeder is daarvoor volstrekt niet altijd blind. Maar ze staat machteloos daartegen over. Want démiddeltjes die zij aanwendt om de kinderen »rustig" te houden, zijn veeltijds even erg als dékwaal: ze sluit de kinderen in de kamer, tot ze terugkomt; ze bindt di(ii) zuigeling vast in 't bedje; ze brengt ze naar de een of andere oude vrouw, die ook voor andere moeders de kinderen verzorgt, of... laat ze aan haar lot over. En dan gebeurt zoo menig onge luk waarvan de couranten ons verhalen: ze drinken wat niet daarvoor bestemd is, ze vallen tegen de kachel, ze klauteren tegen de ruiten ... Eu van verontwaardi ging is dan de brave lezeres vervuld over dé«ruwheid" dier moeders, die hunne kin deren zoo slecht verzorgen! Behalve deze gevaren, heeft de voortdu rende, gedwongen fabrieksarbeid der ge huwde vrouwen nog andere slechte gevol gen. Want ook wanneer de moeder des avonds huiswaarts keert, heeft zij geen tijd zich met de kinderen te bemoeien. Ze moet wasschen, kooken, de woning rei nigen, ze moet de kleeren nazien en in orde brengen, en is te zeer ingenomen door alle deze bezigheden, om ook maar aan eenigen omgang en liefkozing der kinderen te kannen denken. Van opvoedenden in vloed op de kinderen kan derhalve slecht s in zeer geringe mate sprake zijn. Zg is er ten slotte in geestelijk opzicht ook niet mter toe in staat. De te-veel arbeid, de voortdurende inspanning, stompen haar feest af. Ze hcett reeds alle moeite, de inderen ietwat netjes voor den dag te laten komen. Ook een geestelijke vriendin der kinderen te worden, hun geest van ver stand van goede lessen te voorzien, dut vermag maar hoogst zelden zulk een moeder te bereiken. Zoo wordt de overbelasting der moeder dikwerf een vloek voor de kinderen en,., voor de maatschappij, waarvan zij leden zijn, en wier goede, of slechte ont wikkeling mtêvan hen afhankelijk is. Voor de vrouw persoonlijk beteekent de_ze overbelasting met arbeid veeltijds niets minder dan de geestelijke en lichamelijke ruïne. Niet slechts dat zij onnatuurlijk vroeg oud wordt men heeft slechts de fabrieksarbeidsteis lëkennen om te weten hoe zij op 40 jarigen leeftijd reeds oude vrouwen zijn ze verliest ook eiken ?weerstand tegen ziekte en lichamelijke ge breken. Ze kan zich geen rust gunnen, «9kal vraagt haar lichaam daarnaar; daarom lijdt zulk een groot aantal gehuwde werk sters aan allerlei kwalen, die hen het leven ;zwaar doen dragen, en hen vroeg van de hunnen wegnemen. Oi,der deze omstandigheden kan het MiltHHHlimlIllllllligUllmill ofmilkkon IHtllllllHHIiimtllllHIIIIIIHIIHIlUHUllllllHIIIIUHIIIIIIHIHitmilltl lis van een ui toata IWMORESKE DOOB VIOLA TRICOLOR. II. (Slot). Sacrénon '!" Mad ime F'erre beschouwde de zak van a! e l a tea, sarrénom, hoe kwam Marie te er ,oe uaar zulk een kostbaar en hoogst onnut cadeau te geven? Als ze haar i u verrast had met een tulband oi et n krentebrco \ da: r hadt je nog wat aan, daar zouden de iindtren wel in gehapt hebben, maar dit ... Van de teele fij iheid zouden ze toch niets begrijpen, en lekker? Neen lekker zouien ze 't , ii t eer.s vinden, niet eei.s. . .. Wat moest ze uitvoeren met dat dirg? madame Pierre zette de zak m«t een misnoegd gebaar boven op de porceleinkast ... Zij zou er niit van ettr, ho maar, ze hield riet van die fijne piullen, reen zij zou er zich niet aan bezondiger.... O.itstemd, wrevelig, dat een arm meig'a als Mariette zulke dwaze dingen koopen kor, be^houwde ze 't rose voorwerp op de kast als indringer, een pronkerige, onwelkome gast. A!S ze er r u eens een ander...? Jasvel, jiaar wie? Mademoitelle ItosÉ>, de raaigter. Och lieve hemel, neen, de stumpert had toch al zooveel moeite om rond te komen, verging soms van den honger, neep, die zou haar uit lachen met haar rose zak. Maar wie dan ? Madame Fianchis de vrouw van den krui ecier? Kijk eens aan.... Ze hadden tchukl bij monsieur FraLclnV, veel schuld, stonden wel vijf maanden in 't krijt.. . vi,f maanden ! Madame Pierre frcnste de wenkb;auwen ... ze waren haar niet wel gezind, wilden ha»st niet meer borgen.... Pierre had er al over gesproken om raar een anderen winkel tts g-ian. Hm... . A's ;e madame Frauclns d e zak eens gaf? Zij hield van zoetig?heid, madame Pierre zag haar dikwijls fno pen j ie de achterliSmtr... . Zuu ze? Ja, ja waarom ! niet? Zco'n mooia zak... d^e moest gunst'g stemmen, dat Lóa niet anders, en voor een paar maanden bezorgde 't haar zeker weer crediet. GtkUed in haar Zondagsche zwar!e jipon, de hoed op met de purperen linten, om de niet verwonderen, dat ook hetintellectueele peil der gehuwde werksters laag staat. Kunst en wetenschap zijn voor hen schoone onbekenden. Zi hebben geen tijd daarvoor, en... ook de behoefte er aan gaat lang zamerhand gehetl veiloren. Daaraan mag het ook geweten worden, dat de organisatie, de vakyereeuiging. op" hen geheel zonder uitwerking blijft. In alle landen wordt deze moeilijkheid door de arbeidersbeweging gevoeld. In Engelaand zijn van do 3 millioen fabriek werksters nog geen 150000 georga niseerd, in uitschland van de 3/i millioen nog geen 15,000. Elke poging tot verbete ring van arbeidsvoorwaarden stuit hierop onverbiddelijk af. Zij vormen een stomp zinnige massa, mtt welke ook voor politieke of maatschappelijke bewegingen niet* te beginnen is, Za vegeteeren is die soort be rustende tevredenheid, die voor elke stap vooruit een onoverkomelijke hindernis is. Ligt het niet voor de hand, dat ook op de mannen deze toestand niet z nder invloed is! Zij vinden geen gezellig thuis, geen opgewekte vrouw zij hebben thuis geen lust en geen voldoening, en geven zich ook daarbuiten veelal aan ruwheid over. Men zegge nu niet, dat de schrijfster, wier uiteenzetting ik hier vrij gevolgd heb, met te- donkere kleuren maalt. Want wie dat meent, kent niet den toestand, ook in ons land. Kent niet den toestand in duizenden arbeidersgezinnen, in Tilburg, in Eindhoven, in Holland, in Maastricht; in de groote steden onzes lands; in de dorpen van Zuid-Holland waar steenfabrie ken zijn .... Ditt er uitzonderingen zijn ; dat zelfs zulke overbelaste arbeidsters nog tijd, en nog lichamelijke en geestelijke kracht genoeg kunnen vinden om, behalve den arbeid in de fabriek, ook nog haar plicht als vrouw en moeder volledig en naar alle zijden te vervullen, zelfs aan het openbare leven nog aandeel te nemen, dat spreekt al het voorengaande in geenen deele tegen. De kerngczonden die dit kunnen, wekken des te meer den mensen, dat allen in staat worden gesteld, ook de zwakkeren,desgelijkstedoen. Ik heb met deze beschrijving vooral het oog gehad op de werksters uit de arbeidende klasse. Maar ook inde burgerlijke wereld, waar al meer en meer de vrouwen tot ge regelden ioon-arbeid gedwongiMi worden-, wordt het euvel, dat het gezin daaronder op den duur ten zeerste moet lijden, Ier dege gevoeld. Ik heb hier op het oog de vrouwen die als onderwijzeressen, in administratieve berospen of' als schrijfsters, en ook zij die ah geleerden, kunstenaressen, tooneelspeelsters enz. een on afhankelijk bestaan leiden. In Duitschland zijn er 100 000, in Oostenrijk 61,000. in Frankrijk 220.000. in Engeland 209,000, in^de Vereenigde Staten 480,000 vrouwen, die vallen onder deze categorien. Van dezen zijn gehuwd in Duitschland 15 pCt., in Oostenrijk 35 pCt., in de Vereenigde Staten 8 pCt. leder weet dat deze arbeid, ook van gehuwde vrouwen, niet af, maar toeneemt. Welnu, het conflict tusschen de uitoefening van het bsroep en de zorg voor het gezin en de kinderen, 't welk bij de arbeidersvrouwen zoo duidelijk aan den dag treedt, bestaat ook hier. Een gehuwde vrouw die r-oaping gevoelt tot eenigerlei kunst of gedwongen is, een beroep of beirekking uit te oefenen, kan onmogelijk tegelijkertijd behoorlijk haar gezin verzorgen. Ge«n vrouw, die deze beroeps- of roepirgstaak ernstig opvat, kan deze t wee functies vervullen. >Vijdt zij zich aae den arbeid onafhan kelijk van haar gezin, dan zijn ook haar kinderen verstoken van die zorg, die zij npodig hebben. Een kindermeis-je kan dat niet vergoeden; gesteld al, dat deze door al deget;en van wie hier sprake is, betaald kan worden. Stoeien de kinderen om haar heen, «n heeft z?j haar huiselijke bezig heden te vervullen, dan is haar arbeid alleen bij buitengewone inspanning mogeatiimiiiiiiiiiiiii schouders de pe'erine van zwart geplet fluweel stap'e madame Pi«rre de winkel door. ... Goeden morgen madame Franchis, blij u zoo gezond te zier." Precieus in een papier gewikkeld naald* zij de z^k te voorschijn: Voüa madame, met onze beite wenschen voor u en uwe kinderen." Madame Franchij ston l verbaasd. Ze hatl een verzoek verwacht, een bede om te wacti ten, nóg langer; een maand uitstel van be aling . . ., maar dit. . ., dit duur gescberik verrastte hpar. Maar madame" stamelde ze u. . . ." U houdt toch van marrons glacéV" vroeg de portiers?rouw vertc'irikt: Ziet u, ik zeg tegen mijn man, iets fijns moet 't wezan, iets heel fij:is, ma^iaae Frauchis eet nooit anders dan fijn, nietwaar ? U i.et altijd fijt e dingen nou. en marrons glarés zijn fijn, heel lij a. Zek r" beaandj de kruideniersvrouw. _?tfij kocht ze bij ... bij ..." weifoldu Madame Pierre. Bj Senez S'urbelle?'' meende madame Franthis. De .portiersvroaw schuwe 't hocfd: In in . .." ze ram de zak voorzichtig op, en las luide van een der zijkanten In..., de rue Montagne de la Guur." Ah juist'' zei madame Frar.cLis. Nu, maar ik dank u wel, en ik wensch u ook veel geluk, maar heusch, dat had u niet moeten doei, werkelijk n:e', in uw tegenwoordige... . Gêne" vulde de portiersvrouw aan: U hebt gelijk, maar " Madame Frar,chis begon te begrijpen. Ik zal mijn aan over u spreken," zei ze bij 't heengaan, neen stellig, ik beloif 'c u." Madame Frar.chis nam de zak van de tafel op. Dffaas, daaw konden de menschen doen, geld vinden om de gele erie waren te betaler, neen rat halden ze niet, maar 't geld weg gooien aan cadeaux, ('d' konden ze.... Ja, ja, ze vatte 't wel, 't was geweest om baar te lijmer, rraar begrepen au dan niet, dat ze met 't geld voor deze zak le^teed, ee.i dec-l va i de schuld konden afdoen? Madame Franchis lachte, ze begreep de memc!:en niet, doai waren ze, dom ..., dom. ... Maar de zak was keurij; met die tak witte rozer, en de ii hcui . .. ? Ze snoepte e'er. kastatj", overheerlijk, j» fijn was 't A7et itts voor meneer de pastoor, die hield zoo van iets fijns, iets tx'.ra's; ja juist, net iets voor meneer de pastoor. \ Ze zou de lin<j°s weer netjes toestrikken, en hem straks door Juultje i aar de pastorie laten brengen. Zij zou hem met de kinderen toch maar in n middag hebben leeg gegeten, lijk, wat zich vroeg of laat toch aan haar lichaam wreekt. Van eene behoorlijke verdeeling der uitgaven, van hygiëne en van de keuken verstaat ook zij al heel weinig; een dikwijls grenzelooze verspil ling, zonder overleg, van middelen, mate riaal en tijd is daarvan het gevolg. Daar uit ontspringt gewoonlijk ook de tegenzin, die vele, overigens wel ontwikkelde en vrijzinnige mannen hebben tegen de eman cipatiebeweging. En deze tegenzin ia vol strekt niet altijd ongegrond. De voor beelden, die sommige woordvoersters dier beweging weten aan te halen van fabel achtige doctoressen eu schrijfsters uit Amerika, die naast haar praktijk of ambt ook nog een groot gezin uitstekend weten te verzorgen en een schare kinderen voor beeldig wet<n op te voeden, zijn niet in staat, deze bezwaren weg te redeneeren. 'Zij zijn onaanvechtbaar, en zullen te erger gevoeld te worden, naarmate ook op dit gebied de arbeid van gehuwde vrouwen zich uitbrtidt. Hierbij moet nog een andare kwestie in 'toog gehouden worden, nl. het dienstbodenvraagstuk. De dien>tbodennood is geen toevallige omstandigheid, maar iets wat voortkomt uit de toestanden zelf. De eischen der dienstboden worden steeds hooger, omdat het aantal die zich in dit gareel wil schikken, steeds geringer wordt. Zóó hoog, dat de middelklasse, de burgerij zonder vermogen, daaraan niet meer kan voldoen, geen deel van de te dure woning kan af staan voor huisvesting, en geen belangrijk deel van het inkomen_, voor loon. De dienstboden-»beweging" neemt zeker in omvang toe, er zal juut voor die vrouwen, de een werkkring hebben te vervullen bui ten het gezin, de grootste moeielijkheden met zich brengen. Maar bovenal blijven het toch de proletariërs-vrouw en en -gezinnen, die onder deze toestanden het ergst te lijden hebben, en waar de noodlottige fysieke en moreele gevolgen het ergste merkbaar zijn. Deze, alzijdig slechte gevolgen van den arbeid van gehuwde vrouwen heeft zich reeds jaren achtereen in bree'len kring doen gevoelen; en menig middel ia reeds aan gewend, daarin tegemoet te komen. Volks gaarkeukens zyn opgericht, waar de ar beidsters voor weinig geld voedsel kunnen bekomen niet slechter, maar ook niet beter dan zij zelve in staat zijn te maken. Men heeft kinderspeeltuinen opgericht en tehuizen, waar de kinderen gebracht kun nen worden, en zooveel andere pogingen meer. Maar bijna al deze inrichtingen, voor zoover zij .op füantropischcn grondslag geves tigd zijn, en de hulp bij wijze van gave aan bieden, zijn of reeds in den aanvang gestikt, of zijn zonder wezenlijke waarde en zon der levenskracht gebleken. Nog een andere reden heeft er toe meegewerkt, dat deze inrichtingen nimmer veel aanhang onder de arbeidsters hebben gevonden ; zij zelve hebben op de samenstelling der spijzen geen den minsten invloed. Zij moeten riemen wat hen wordt toegeschoven. En in de particuliere kinderbewap.rplaatsen worden de hoofdjes der kind>';tn volgepropt met bijbelspreuken of chair.'i'iistisch» bombast in het kort, zij wordiii systematich aan. de ouders ontwend, ontveemd. Vc.or velen bestaat er ekchts n radicaal middel : den arbeid van gehuwde vrouwen geheel te verbieden. Dat ware afdoende! Maar zij, die dit radicale middel voorslaan, bedenken maar zelden, dat zij daarmee de gezinnen der arbeiders aanstonds nog zwaarder trelfen, of eenvoudig in vele takken van industrie de huisindustrie in de hand zouden werken, waardojr de toe stand nog zouden verergeren, w. l dan de bekrompen woning bovendien rog werk plaats ook zou worden. Of wel men zou de werksters uoodzakeri, ten einde de \vet te ontduiken, om buiten echt te gaan leven, waardoor alw(êr hare afhankelijk heid slechts verhoogd zou worden. Neen geen wettelijke maatregel zal aniiiimliimiimmiiuuii iiiiiimiinntiiniiHtnimmiimi ne^n, neen, dan kon ze er meer pleizier van hebben. Ii den eersten tijd van hun (rouwen was mereer de pafoor altijd zoo welwillend voor hen geweest, door zijn toeduen waren ze er hee'euaaal bovenop gekomen, neen waarlijk ze mochten heusch wel wat doen. Nooit had hij iets zonder betalen u't hun winkel willen aan nemen, nooit mochten zij hem iets cadeau ge ven, zeifs op zijn verjaardag niet, maar dit..., neen dit zou hij niet kunnen weigeren, vooral i.iet a's de kleine Jules 't bracht. Kleine Jules werd in zijn bruin flaweelen ga'apak gestoken, zrn haar zorgvuldig gekamd, en uitgeliori-tfld. Wat zul j3 nu zeegen?'1 vroeg madami Fiaiifbis. Z -g 't nog eens op Jules, aiJone. ' Jules rateido monotoon als een opgew .nden speeldoos, maar zijn ouders warxii virrukt. Bravo, bravo, heel best, uitstekend !"riepen ze als om strijd. Aurcli-;, de oude meid bracht 't kind naar de woning van den pastoor. Ze tleef wachten iu de ganj.-, liet de kleine alleen r.aar binnen gaan. Xa een kwartier kwam 't kind terug, zijn wangen hooggekleurd door de inspanning, e bandjes vol met U kkernijep. Mufitieur i'abbéhad visite, allemaal heer pastoors, vorteldo hij, en al die heer pastoors hinden hem om beurten op de knie genomen, ze hadden hmn paardje laten rijden, en taart gegeten en j crt laten drinken en madera, en ... o. nog een heele hoop meer...." O.ider 'c g*aa naar huis bedacht Jules, die eerst mst leede or.gen die lekkere zak in andere han-'en had zien overgaan,dat 't toch wel slim ge weest was van zijn ouders om hém er op at te sturen. Hij had veel meer gekregen, dan hij ooit \sm die zak gehad sou hebben; hij was er rou al half misselijk var. In do kleine eetkamer stoui de tafel gedekt. Barbe sc'aikte 't wittt brood op eeu schaalfja naast 't bord van haar meester, e;: diende de soep. Komt u eten, meneer pastoor? ' riep ze om de hoek van de deur. m De Pater kwam binnen, in de hand de rood kleurige zak, die sche; p afstak tegen 't stemmig zwart \an zijn soutanc. Ken r.ieuwjaarssurprise, Barbe". Dat zie ik, n ereer. Pastoor." Kleine J'iles bracht Lera;?aardig kind die Jules. .. Maar wat zie ik..., Julienne?" Heer Pastoor wreef zich vergenoegd in de handen. Dat hebben we ook in lang niet gehad '>n goeil begin voer 't nieuws jaar, baste Baibe.... Is 't menu lang vandaag?" deze uiibreiding van den vrouwen-arbeid kunnen tegenhouden. Het eenige wat ge daan kan worden, is: de hardheden die hij medebrengt, verzachten, en de hinder nissen voor lots ver betering uit den weg ruimen. ; Da sociale wetgeving in de verschillende landen heeft wel reeds meer of minder schuchtere pogingen in deze richting be proefd. Zij beperkte den arbeidstijd der . vrouwen op 11 uren, hoogstens tot 10 uren. ; Dat is nog te lang. Er blijft ook dan nog te weinig iijd over voor het gezin. Eerst wanneer de wet een maximum werkdag van ; 8 uur voorschrijft, kan er van een eenigszins behoorlijke tijd, die overblijft voor het i gezin, sprake zijn. Daarvoor dient zeker j met kracht gewerkt. Maar ook dan nog, ' gedurende den 8 urigen werkdag, moeten j de kinderen verzorgd worden. Welnu, daar j dient, de gemeente voor kinder-bswaarplaat- j sen en voor kinderspeeltuinen te zorgen, j waar voor goede verzorging en oordeel- i kundige behandeling zorg gedragen wordt, j Hoewel, zoolang niet de huisindustrie ge heel uitgeroeid i», tojh die misstanden daiir bestaan zullen blijvtn. De schrijfster nu, meent den weg te kunnen aanwijzen, om, rekeninghoudende met al deze bezwaren, toch voor deze over belaste moeders, en voor de kinderen, en voor de gezinnen die daaronder lijden, een betere, gezondere, meer hygiënische en minder ongelukkige toestand te kun nen scheppen, door de stichting vancoopg' ratie.ce huishoudingen. In een slotartikel hoop ik haar plan dat thans reeds tot een begin van uitvoe ring is gekomen kortelijk uiteen te zetten. S. Mesflaiteutoonstellii in Pnlcliri, Wat ik iu Mesdag bewonder, is zijne wils kracht, de hardui kkigheid, waarmede hij gewerkt heeft, waardoor hij, reeds op rijpen mannelijker! leeftijd gekomen, deu grooten strijd als kunste naar heeft aangedurfd en .. . bereikt heeft wat hij wilde. ?Iet is waar, bij heeft niet te worstelen gehad met de materieelc moeilijkheden, die zoo menig talent ginekt hebbei', die zoo menig kuns'euaar in zijn oprtc'.it s reven hebben gcdwanebooml en hem liet voortgaan hebben belemmerd. Hij hetff, toen hij eei maal begon, vrij en onbelem merd kunnen werkeij; het was voor hem slechts de kwestie, het talent, dat hij in zic'i haJ, tot rijpheid te brengen, te ontwikkelen datgene, waardoor het htm gegeven zou worlcn, de grootheid weer te gever, d:e hij in zich voelde en die hij ten slotte vond in de grootheid van de zee. Hardnekkig heeft hij geworstell, gesteund door de vooibeelden der groote Frai/sche mees ters, met wier weiken hij zich omrirgd hetff, die hem veel leerdei', en waarvan hij ook partij heeft weten te trekken als ichilder. En zoo is hij gewordtn Mesdag et 113 persoonlijkheid, een kunstenaar spirt, zouder navolgers, zonder pre cedent, een li;uur, groot door zijn werk, groot door zijn levei;. Hij, de Croesus ouder de scliüdtTs, hij heeft gjtooLd dit waard te zijn. Ziju koopmansgeest, b::leii en sabrar-derheir1, geleid door zijn bijzonder ontwikkelden kunstenaarsmaak wisten t ene collt.c!ie kunttwerken bijeen te brengen die eenig i-, en d'e, dank zijae groote vrijgevige d. oswaard zal b.'ijfeii voor het lage Ipcut, als een aandeLksn hoe een vermogend en tevens intelligent man, zijn fortuin wist te beleggen iu onvei'gaLke'ijke uiiiugen van kunst. M'sdag was van Let ras van de oude kooplui der Companie en h&d hij in de 17e eeuw go Op nieuwjaarsdag is 't altijd lang," bromde Barbe, tcch blij, dat ze Laar meester 1.00 tracteeren kon. De geurige damp van de soep dreef in kleine wolkjss weg om 't grijze hoofd van den pater. Hij genoot.... K sn lekker bord toep was toch maar all> s, ja, ja, een krachtig bori'je soep maakte een ziek mei sch weer geiond . . ., een ferm bord Juhtnce deed een knorrig mensen blij-noedig wiirden, hm . .., een bord soep. ... Ilït bord van den pater was leeg, hij zou't nog maar ee: s vullen.... Superbe was 23. . .. Barbe had nog noo^t zóó overheerlijk soep gekookt.... ze moest de ingrediëLti-n gosd onthouden, een vo'ger,d:n keer niets vergeten ..., 103 was ze volmaakt. . .. Hij reikte naar de soepterrine, stootte met zijn hand de zak om, die hij in gedachten voor zijn bord had neergezet. O ja, die zak . . ., lieve attentie van Madame Franchis. .., bij glimlachte... . Hoe zou ze zoo precies geweten hebben, dat hij zoo ver bazend veel hield van marrons glacés ? Hij was er dol op .. . , gewoon dol, maar ze waren zoo ontzettend duur, hij kocht ze couit, en B.irbe vergat altyd er heai op feestdagen mede te ve)rassen. Tusschen 't e'en van de soep door, zijn ver langen niet m er meester, proeide hij een stukje kastaije. .. . O.ff, neen, dat smaakte niet, du soepgroer.ten bedierven, 't.. ., hy zou maar wachten tot strakjes aan 't dessert. ,., maar zonden de kastarjoa in 't papier door de hitte van de kachel niet aan elkaar gaan kleven ? Wacht. . ., hij rou ze uitschudden op 't schaaltje van zijn wittebrood. We!, ziedaar! Een briefje, een mauvekleurig billet, zonder adres, maar met een kroon .. . een gravenkroon op de sluitii g van de enve loppe. .. . Madame Franchis en een gravenkroon ..., de pater wist het niet te rijmen.. .. Was hierin een baijkbillet misschier, \oor de armer ? Met de punt van zijn mes scheurde hij 't ccuv rt open. Wel, wel! Luff.te van mijn hart,''... las hij goed ? Jawel. . ., Liefste van mijn hart.1'. .. Heer pastoor stond ve slomd. Wat was dat'? F.en grap, ten ongeoorloofde grap, d'e men mtt hem Paier.. . van de Sainte Mi.iekerk drijven durfde? j Dia gedachte deed de aderen op zy'n voor hoofd zwellen van toorn. Maar neen. dat was ' niet mogelijk, dat bewees immers de ondertee- i kenirg voluit Gas'on de Perniche." Maar was hij dan de thipa gewerden van een vergissing, een luïl ruis chien? Had de winkeijuff'rouw de : zak bestemd voor hem, Dezorgd aan 't adres j vau een dame, en omgekeerd ? Of..., en hoe meer hij er over nadacn*, hoe meer hij begreep, ? leefd, dan geloof ik, dat hij veeleer een keper kapitein of Oostinjevaarder was gesporden dan wel zfeschilder; hij was er de man naar newi est om Ctylon te veroveren of om door een dergelijk (xploot zijn raam te vereeuw'g'n in de annalen der Compaiiie. Maar Mesdag leefde op het t inde der 19,3 eenw en hij leeft nog. Hij is ztese! ilder geworden, maar als koopman hetft Lij zich ook giroerd; hij werd gezagvoerder van het admiraal schip Pulchri Studio, en hij stuurde het schip overal heen, waar hij dacht een goeden slag te kunnen slaan. Ea ttrwijl de stormen buljerdeu op de levenszee, en d.kwerf getaar .''rcigdft, hoorde men daar boven uit een stem, die iets had vai het geluid van htt een of and» r Austra lisch dier, met iets erdoorhtea van hetschrteu ren van eene meeuw: »alle mau op dtk" eu het schip kwam steeds in behouden haven. Gedurende een 25'al jaren wuei er iets over het land als een 17e eeuwseh brits-je, dat alle schilders opfrischte en hun levenskracht gaf, waardoor zij er naar hartelust op los bot< r den en veelal met succts, waardoor zij lol in hun leven en in hun wtrk hadden. Mtsdsg ia a's kunstenaar een man uit dien lijd; had bij nu moitsu beginne», hij was waarschijnlijk Mxsdig niet geworden. Nu heeft hij in zijn werk een beeld gegeven van het strand van Scheveningen, zooals het wa«, met de zee, en met al het gedoe er om heer. Nuch'er, kalm, grcot zag hij de dingen, oprecht gaf hij weer wat hij zag; hij heeft met de zee mi ^eleefd, hij is daarmede eu geworden, hij heeft de zee gezien als een reusachtig levend wezen, wiens kracht hij gevoeld heeft, en die kracht die hem vastgreep, heeft hij oai zoo te zeggen van zich afgeschud in zijne werken. In sommige waterverfteekeniogen geeft hij met een paar forsche breede vegen de kracht weer van eene deinende golf, of de beweging vau door den storm voortjagende wolkso, die over eene kokende zee scheren. In zou'u teekening voelt men iets van de kracht va'i een reus, die met zijn vuist eene golf zou kunnen teginhouden. Die kracht voelt men ook iu zijne olieverfschildtrijen, wanneer hij deemo'ie, d;e hij ontvirg bij htt zien van een bepaald tffiCt, als het ware door middel van ziji. e breede, met verf verzadigde borstels overbracht op zijn doek. Het is alsof Nep'uun zelf aan den gang is geweest, soms lijkt het met borstels uit sche pstouw vervaardig*, waarvan hier en cia">r stukken loslieten en in de opdrogende verf bleven steken, maar hij bcr. ikt, wat hij Wil utdrukken: hij laat zijn zee koker, hij schildert kuiven mtt i c juim op de roller d.) golven, laat het sc'.iulm tegen het dek van eene voortjagende bom verpjei.jreri, zijne pinken dansen op de beweeglijke baren. Luchten te schilderen, dat is voor htm eene verrukking, eene vrnigde; vooral wanneer hij het moment weRigeeft, als de zon eaa de kimme gedaald is. en hij de lichtstralen als een vaurwerk in allerlei kleuren doet uitspat'.en, die de Wolken uifeenrafelen en van een doen scheuren. En dan de schemeringen en de maanlichten, die heeft hij jaar in, jaar uit met zijne gulzige oogen om zoo te zeggen opgeslu"pt en de kleurstemmingen, die deze in hem opwck'eu heeft hij vaak in mooi gevoelde schilderijen weten te geven (np. 25 ca».). Mesdag houdt van de zee als een oude zeerob aan den wal; nooit vervetlt hij zich wanneer hij de wisselende tooneeleu gadeslaat die de zee biedt, en frisch zijn de indrukken die hij er van op htt |oek brecgt, altijd door gevar .'rd, hetzij door het moment dat er in wordt u'.tgedrukt, hetzij door den aard van het tafereel dat hij afbeeldt. Nu eens de levendige bedrijvig. heid van eene vertrekkende visschtrs vloot, (no. 14 cat. a°. 1900) dan de Zonc'ajsche rust' wanneer de pinken op een stillen morgen voor anker l'ggen te visschen, of een kokende zee bij stormweer of een tot rust komende zee na de razen ij van een orkaan. Sommige schilderijen zijn, evenals problemen, die een wiskunstenaar met zijns- aangeleerde formules v'ot uitwerk1", ook met aangeleerde wettnschap knsp, vaak uit het hoofd geschilderd. Andere wet r, dtar leeft de oude zeerob in, vooral wanneer hij de beweging d<r go'ven zal uitdrukken, dai is het alsof hij_ met een zuidwester op, en met eene geoliede jas aan voor zijn schilderij heeft ges'aan, druipende van zeewater, omha! gru met zeewier^ IIUIIIIIIIIIIIIIMIMk dat dit vermoeden juist wa*, of..., hai de jeugdige schoone de ga/e van den jongen vicomte versmaad, de zak weggegeven en .. ., was door verschiller.de handen, die zak eindelijk beland bij hem? Heer pastoor liet 't briefje uit zijn hand vallen, viel achterover in zijn stoel, en lachte, lachte dat zyn lichaam zenuwachtig heen en weer bewoog, en de tranen langs znn wangen rolden. Verschrikt over dit ongewoon rumoer, trad Barbe de kamer binnen. Heer pastoor l" Maar de pa'er bleef lachen, lachen in snik kend geproest; de groote leunstoel onder hem kraakte, de grond dreunde van zijn voetgestamp. Maar heer pastoor" berispte de huishoudt ter nog aens. Toen richtte de abt zich uit zijn zetel op: Daar Barbe, daar, lees zelf, lees zelf maar'' stamelde hij, trillend van emotie, 't is de moeite waard, toe lees dan, lees dan tocb.;' En Barbe, verbaasd over dit vreemd verzoek las, maar begreep niet, tot de pater haar d heele zaak duidelijk maakte, en ook haar norsch onvriendel\jk uiterlijk door lachen werd verplooid. En ... en, wat zal u nu beginnen met. met dat ding?" vroeg ze haperend. Houden, wel natuurlijk houden" riep de pater beslist. Die anderen wilden hem niet, maar ik ik wil hem wel..., ik ben dol op kastal j «s ..." ik wil hem wél Dat geeft een fijn dessert j e Birbe, taart, allumettes au parmesan, marrons glacés Toe, gauw, breng me nu eerst de visch, en daarna de poalarde." Gaston de Perniche wachtte, bleef wachten zeven dagen lang, eerst met rustige zekerheid toen met een steeds grooter wordende angst' die hem huiverig maakp, en ruzia deed zoeken met den portier, de bedienden, zijn vrienden. Maar eindelijk, de achtste dag vond hij'het raadzaam, 't antwoord zelve te gaan halen 't Was mogelijk, ja zeker, 't was ze. r wel moge lijk, dat 't lieve kind haar dankbaarheid niet m woorden uiten kon. Juist toen hij zich gereed maakte om uit te gaan, bracht dj portier hem een kleine crèmekleurige enveiorpe. Ah, la réponss" zachte hij verlicht, maar de arme Gaston t-perde de oogeu open, wiïd E abi"D wat was dat ! .. " *" ' Op de grond vertrapt lag de verltvingsiaart van Corné.'ie BoBse eu AndréCer^oul, een -onstalentvol ingenieur. ' tj

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl