Historisch Archief 1877-1940
10
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1282
comité's het eens, zoowel de Council of
foreignbondholders als de Union des porteursfrar ciis
de rentes portugaises en het Berliner Comité.
Ban bepaald pion wil geen der comité's in
dienen, zoolang de garantie- quaestie niet is
uitgemaakt. Dit schynt thans ia zooverre te
kannen worden verwacht, als de rentedienst
?Weder een preferentie op de douane-rechten
heeft en het statuquo behouden worden zal,
met officieel* bevestiging dezer toewijzing bij
contract. Tot de nog niet dtfi litief beantwoorde
vragen van mindere beteekenis, behoort de
delging der 4 pCt. leening, welke des te ge
makkelijker zou kunnen worden opgelost, daar
hierbij in het geheel slechts fr. 45 45 mill.
in aanmerking komen, terwijl bet nominaal
bedrog dar 4K pCt. leaniog fr. 32023 mill.
en dat der 3 pCt. fr. 1.053, 61 mill. is. Da
duitscha houders zouden evenwel den eisen
blijven volhouden, dat de kans der
pari-uitfoting voor da houders der 4M i-Ct. schuil
behouden blijve en, dat dit wettelijk bepaald
worde en niet aau de regeering hst recht tot
aankoop ter beurze worde gelaten. Tot dus
verre hebben de onderhandelingen nog niet
tot een resultaat geleid.
Ook voor da Vsnezue'anen is de
beursnoteering wat beter. Wellicht heeft Gastro het
grootste weerstandsvermogen van zijn tegen
stander ?gebroken.
Voor de cultuurmpyen kan niet even gun
stige mededeeling gadaan worden. Da pryzen
der indische producten willen nog niet. Ean
gunstige uitzondering maakt de groep der
Tabakken. De koers der United Langkat
Plantation avanceerde van 223 a 238 tot 241 a 243.
Uit het jaarverslag teeken ik aan dat de Riad van
bestuur voorstelt op de gewone aandeelen nog l
pCt., boven het 5 pC;s interim-dividend uit
te keeren en bovendien rog een bonus, ook
van 5 pCt. Het reservefonds wordt bovendien
belangryk versterkt.
In de uitgebreide groep der Diversen vreagt
de vermindering van 62M tot 56 H voor den
pry's der Wagon-Lits eanige aandacht voorde
opengestelde inschrijving op 60 duizend pre
ferente aandeelen, tegen den paripry's van 250
francs Den' aandeelhouders is terecht het recht
van voorkeur toegekend. Voor 5 oude aan
deelen kunnen za op 3 nieuwe aanspraak
maken. De algeineene vergadering heeft het
besluit genomen om de oude aandeeler, ge
reduceerd tot fr. 350 te verwisselen tegen
nieuwe gewore van fr. 250 en we! in de ver
houding van 5 oude tegen 7 nieuwe. In
Gijabrecht's veste is de gelegenheid tot inschrij
ving tot 20 dezer opengesteld t>y de heeren
"Wertbeim ?& Gompertz. Daar kan ook do be
doelde verwisseling gedaan worde,", Zouden
de aandeelhouders het gebruikmaken van hun
recht van voorkeur niet in ernstige overwegit g
nemen ?
De Leest&fel den volgenden keer.
Amsterdam,
16 Januari 1902. D. STJGTER.
IHIIIIIIIMIIHIIIIIIMIimillllllllilHilHi
Prof, or, C. P, Tiele f.
(Naar het portret van Veth).
Den Hen Januari werden velsn te Leiden
en in ru'men kring daarbuiten ontroerd en
geschokt door den onverwachten i'ooi van den
oudhooglee^aar der Rijk8-universite.it en n<>g
alty'l dienstdoend hooglecraar aan het s min^ris
der Remonstranten, Dr. C. P. Tiele. Wel was
hy eenige weken ongesteld geweest en h eld
hy' nog zij \ kamer, doch men meende den.
lichten aanval van pleuri'i", die hem had
go.troffen, voor geweken te mogen houder., Sbe'ita
enkelen wisten dat hem sedert lang belreigd-3
de noodlottige openbaring van een hvtk*aal,
die EU plotseling een eind had gemaakt aai
zijn hooggeschat leven.
Cornelis Petrus Tiele h 16 Dsc. 1830
tpboren te Leiden, waar hy als kind en jo'ü/f lin ;
zi;n opleiding genoot, totdat hij Oi'f. 184S als
student werd ingeschreven te Amsferdim. Daar
werd hij de leerling van Abr. des A-norie v.VI
der II :even en wie destijd, mede zich wij H<m
aan de vorming van aïnstaavle p'-e-lik1* f'i \
der Remorstrantsche B'oadersc'iap. TV zijn
bestemmin» gekomen, trad hij op in M >o--Irochr,
6 X3V. 135 J. daarna te Potterda'n 185ii '.X;
den 13 Febr. 1873 als hoogleraar aan hjt
Retnonstrantsch Seminarie' te Leiden en i O
Oct. 1877 bovsndian als hoogleeraar aan de
aldaar go/estigde Rijks-univers'eit. Uit
laatstgenoemla betrekking dwon» hem de zeven
ijjarige leef t ij l den 15 Sept. 5901 te scheidan,
te gelijk met de overdracht van het' tij lelijk
door hem waargenomen rectoraat. E^u ?"?n,
gelijk h'j da»? vóór ons stond, naar het s-hw!
nog in Aa volle kra'ht der jaren, bij uitreijie-d
heid geschikt voor de vervulling zijner schooie
taak. geoord en beroemd om zy'n goteer :he d,
gelyk weinigen, tot ver buiten de gre ze \ van
het eigen vaderland; zeldzaam wel-prek--'-'';
overladen met eerbewijzen van bijzonder»
p--r80 en en wetenschappelijke krirg"n; (relict i on
bemind door talloos velen, 011 leren e j )---^-r.!n,
om zijn hüfMijlio manieren, hst aangena-n; ?/ in
den. o:üi,a :g, djn gezelligen, met h-'ra. i z:.,n
huü' of daarbuiten; bovenal oin d; go dhe d
van zin hart. Een gelukkig mvi". ^flij-c
hijself ia hit openbaar verklaarde, dim la^Ntan
, 15en SspteniVr.
Als kerkelijk hooglearaar hal Tieb to
zorge i voor wat gaacV, mocht worden aari
het staatsonderwijs voor Remonstrantsch« theo
logen tii ontbreken. Voor de geschiede: is
der broederschap, voor de praktische 'beo
logie, voor oefeningen in het houlen »an
voordrachten, het maken van preeken en
het geven vai godsdienst-onderw'j?. Ei h j
deed het, cp veelszins voortreffelyfce wyze, vaak
mede onder de toejuiching van wie niet ver
plicht waren -zy'n lessen te volgen. Van den
aanvang zyner tweede 'komst in Leiden, 1873,
droeg zyn akademische werkzaamheid aldaar
een ruimer karakter dan dat van den
kerkelyken hoogleeraar der Remonstranten. Getuige
zijn verkeer met studenten die niets met hem
hadden te maken. Getuige reeds de titel zijner
inwydingsrede van 13 Febr. 1873: De plaats
van de godsdiensten der natuurvolken in de
godsdienstgeschiedenis."
Daarmede wa? de voet gezet op het eigenly'ke
arbeidsveld, waaraan Tiele de laatste iaren
bykans uitsluitend zy'n beschikbaren lijd en
zyn uitnemende wetenschappelijke krachten had
gewy'd. Da gerc'niedenis der godsdiensten had
hem aangetrokken, meer dan eenig ander stu
dievak. Het kon dan »ok niet anders wezen
dan de vervulling van een hartelijk
gekoesterden wei sch dat hy zich in 1877, als
staatshoogletraar, geroepen zag tot het onderwijzen
van de geschiedenis d(r godsdiensten in het
algemeen" en. van de geschiedenis der leer
aangaande God". De laatste mocht schijnen
en inderdaad voortdurend worden beschouwd
als een ietwat zonderling by'vak", de eerste
had als hoofdvak" van den vorfcher en spreker
diens volle hart. Daaraan gat hij zich, jaren
aaneen, geheel en on-verdeeld: de geschie
denis dïr godsdiensten in het algemeen;" een
ongelukkige benaming gelijk hij kon klagen,
te onzaliger ure geslopesi in onze Wet op het
Hooger (Lderwy's. Eu hij verstond onder de
onmogelyke' uitdrukking: de vergelijkende
geschiedenis van de voornaamste godsdiensten
uit de oudheid, met uitsondering van die der
Israëlieten, Joden en Christenen.
Ia die vergelijkende geschiedenis en haar
streng wetenschappèlyke beoefening lag Tielo's
kracht. Daarin het ft hij verworven zyn
grooten. naam, zyn Europeetchen roem. Ze>fs
sprak hij de laatste jaren bij voorkeur van de
godsdienstwetenschap", als ware haar verzor
ging hem van staatswege opgedragen, en bij
placht dan in haar te onderscheiden een his
torisch en een wijsgeerig deel Het eerste trad
daarby' in de plaa'.s van de oifideele geschie
denis der godsdiensten in het algemeen", het
andere in die der wijsbegeerte Tan den gods
dienst". De laatste wis aanvankelijk niet geacht
te behooren tot zijn domein, maar ommium
consetsi', by de invoering van de Wet op het
Hooger Onderwijs in It77, als leervak toever
trouwd aan Scholten en na diens aftreden in U81
aan Rau * en h< ff'. Zelfs nog by'diens overiyden,
20 Jan. 18fc9, dacht niemand er aar, Tiele
aan te wijzen als geroepen voor het onderwijs
in de wijsbegeerte van de godsdienst" ; hy'stdf
evenmin. De Faculteit zond, op verzoek, haar
lyst van aanbeveling in, de curatoren hun v.
ordracht. Maar de Rt geering, voortgt komen uit
het toenmalige monsterverlord van
Amirevolutionairen, Room-ch katholieken en Socialisten,
vond beter geen acht te slaan op beider voor
lichting. Zij ging baar eigen weg en zorgde
voor de benoeming te Leiden van Dr. J. 1T.
Gunning, destijds keiktlijk hoogleeraar
teAtns'.erdam. Nu zou de wysbegeerte van de
godsdienst" eerst baar voile kracht
lunten ontplooien! Maar nauwelijks twee jaar
later moest de nieuwe titu'aris verklaren dat
hy, met zijn beginselen, toch niet in staat wa?, de
hem opgedragen taak naar den ei sch der wet te
vervullen. Toen was goede raai duur en deed
Tiele, ofschoon schoorvoetend en alleen om dea
opgedrongen, maar pencoElyk geachten ambt
genoot uit zyn verl»gei:heid te redden, den voor
slag de wy'sbageerte van de godsdienst"in ruil
te nemen voor de geschiedenis der leer aangaan
de God." liet voorstel werd met baide handen aan
gegrepen ; de verwisseling van vakken kwaoj tot
stand. En zoo is het geschied dat de his
toricus Tiele, wien het ge'ukkig rooit hal
ontbroken aan wysgcerigen zio, sed.it mede
mocht worden ge^-ld order de olücieele
woordvoerdirs der wijsbegeerte van de godsdien-a".
Ik heb deze dingen ietwat uitvoeriger in h
rinnering gebracht, omdat daaromtrent de laa ste
jaren zeer zonderlinge legenden in omloop ijii
gekomen. Duidslijkheidsialve moet ik er nog
bijvoegen; de verwarring bij de spraakmakende
schare, waarop ik zr;o even doelde, sto; d me :e
in eenig, hoewel tamelijk verwijderd, verband
met een hervormingsdroom, dien Tiele inder
tijd, o. a. bij herhaling ten aanhooren van wie
zich lieten voorlichten door de Gids en het
Theologisch Tijdschrift, heeft gedroomd, maar
later, althans in dea ou 'eren. vona, volledig
prijsgegeven, a's kon en moest de Facul
teit van godgeleerdheid aan onze universi
teiten worden omgezet in een Faculteit van
godsdienstwetenschap. Met die gods
denstwetenfcchap" werd iets anders bedoeld dan
waarop het oog van Tiele rustte, als hij de
laatste jaren bij vuoikeur zijn lievelingss udie
zoo noemde, het wetenschappelijke wei k waar
voor hij zooveel is geweest en zooveel heeft
gedaan.
De aanvaarding der nieuwe, in Ib9l hem,
opgedragen taak, viel samen met de vo H be
reiding tot het houden der G i ff or l-lezingen in
E.iinburgh. G"en wonder dat deze, in 1897
en :99 voor het eerst in druk verschenen, en
de kortelings daarna uitgegeven lloufdrukken,
dïr godsdienstwetenschap (190!) nu de U3s:e
bronnen zijn vo.)r onze kennis van des
ho^letraars wijsbejoerca van do gods Jiensi".
Hoevelen hij dairnv; Ie ^oedgedain en uit; em in.l
voedsel voor h<K>fl en hart ge chonken heeft,
ween zij het b st, die zijn colleges tot in den
jong-ten zomer mochten volgen en den rijken
iiihou l dien zij boler, in z:ch opnemen. Tot
de Leidsche tchool" in den engeren, den
ouderen zin va-i het woord, zooals men daar
van sprak in de da^en van S»pp's
Praqinit<(ke geschiedeni-i (IS.'irf) en zooals men h-iar
het bejt kan leeren kennen uit Da ls<v rter
Hervormde Kerk, 4i druk," heeft Tiele nooit
behoord. Hij was veeleer van den avwsvig,
rif Ai a's predikant ti Rjtterdam, \ van ie
biste woordvoerde s Her Nu uwe lichting, -i
der eersten onder de toongevende- Modernen.
Wel is hij l'ijkirs e<*n kwart eeuw, no-<
enkele jaren rant Scholten, ietwat lauwer
naa.t Rsu-venhotïen Kuenen, het lan^s' w-»l mst
anderen, lid en dit wi: tc/ens voor hem /.e^fen:
een s:er.;.a! ge-ve st van da Faculteit vai i; 'l
geleerdheid te Leiden. Zij zaj hem ronlo
heengaan, tegen h t einde van den vooriw.ilen
cursus, dankbaar voor wat hij in haar krin-r
was geaee-.1". hopende n.og lang daarbuiten
van zijn friifchen go-st on zij i warm hatt te
zuilen geniete r.
Am de Re-aonstra- ten, door geen wet op
dsu lo.ftiji geb .'.Tl^r, is hij ten einli tno s;e
trouw kuni.en blywr, doch helaas, slfdits
'irten tijd ni zijn aftreden als
staats,1).w;»leeraar. Reien seminaristen volgdan te voet den
bloemenschat die achter den lijkwagen aar.reed;
weemoedige herinnering aan het drieta-
luistcrly'ke feesten, d*t wy 'Ie laatst; j ren, op hun
aa-, st-chtin^, met hen vierden : den 6 fen No
vember 1893, ter herdenking van deii dag
waarop Tiele vóór veertig jaar fe Moordrecht
als predikant was opgetreden; den 13den Februari
1898 ter eere van zijn vy'f-en twintigjarig
jubiléals kerkelyk hoogleeraar van de Remon
stranten; den IGlen December 19.0 met het
oog op zyn zeven'igsten v rjaardag.
Hartelijke woorden, getuigende van eerbiedige
hulde en warme verecring, zijn gesproken aan
z\jn graf, namens ambtgenooten en vrienden
door den Rector-Magnificus, mr. H. van der
Hoeven, namens de Broederschap door mr. J.
J. de Meyier uit Arnhem. Zeer velen, van
verre en naby', die ae met inttemming en
dankbare herinnering volgden.
Leiden, Jan. 190i. W. C. VAN MANEN.
Prins, f
HE.TSJES
Het
Op den lOJen Januari overleed alhier, ra
een betrekkelijk korte ongesteldheid een alge
meen hooggeacht man, de heer Adriaan Prins.
In de handelswereld, aan de beurs, kende
iedereen Adriaan Prirs en gaarne nam men
den hoed af voor den vriendelijken ouden heer,
met den krachtigen. mooien, grijzen kop en de
gezonde, frissche kleur. Hij was de type van
een flink, doortastend en plichtgetrouw koop
man, vol ondernemingsgeest. Zijn buitengewone
werkkracht en zijn onverstootbaar optimisme
waren trouwe bondger.ooten. Zijn helder in
zicht in finantieelc- en handelszaken bracht
hem als van zelf in verschillende betrekkingen,
die hij met ijver en lust waarnam, zodangbij
daartoe by machte was. Gedurende meer dan
vijf en twintig jaren was hij lid der Provinciale
Staten van Noord-Holland. Ook da Eerste
Kamer der Staten Generaal mocht hem, ge
durende een reeks vanjaren, onder haar leden
tellen. Ook als politiek man, nam bij indertjj l
deel aan de opricht» g van het Dagblad J)e
Amsterdammer, waarvan hy' eenige jaren pre
sident-commissaris was.
Ah graanhandelaar, was hij do oudste in het
vak en nam een werkzaam aandeel in de com
missie voor den graai handel. Zijn hart klopte
warm voor Amster )&M>'. hij bewies dit, als lid
van den Gemeenteraad, herhaalde malen. Ia
de laatste jaren was hij voorzitter van den
Riad van Toezicht der Amsterdamsche Bank.
Velen zullen zijn naam in dinkbare herin
nering houden, 'want Adiiaan Pi-ins was een
humaan man, die gaarne hielp, wanneer hij
zag, dat de hulpvragenden ernstig het goede
wilden. Zyn stoffelijk overschot werd 11 Dinsdag
14 Jan. op de Nieuwe-Oosterbegraafpluats ter
aarde besteld. Een groot aantal vrienden,
bekende handelaren en Baursbezoekers be
wezen hem da laatste eer.
De heer J. G Banga sprak esnige hartelijk
waardeerende woorden by het graf en zei o.a. :
»IIy was bij velen, bekend als een koopman
van goede huize, in den besten zin van 't woord,
bemind en gewaardeerd om zijn humaniteit,
hooggeacht om zyn plichtsbetrachting. Wij zijn
gekomen, om bij zijn laatsïe rustplaats te ge
tuigen van al zy'n goede hoedanigheden.
Adriaan Prins, ruat in vrede, uwe nagedach
tenis bly'ft steeds by ons in eere."
mtlitiiimiiiimtiuilitiitttintnntnititiliiiitimtmntiiiiuutmliitliiuHM
door UKNHY S. Unr,.\x.
Kort geleden schreef mij een vriend: Jelui
Amerikanen hebt diamanten en paarlen, hebt
all's wat menschen begeeren, een blonderen
slag om geld te maken, jelui hebt de grootste
gebouwen, do rijkste spoorweg- en
pe'rol?umkoninge.-, da ergste hitte en wat al met meer.
M-iar ecu ding hebt jelui niet: het spvo.ikjè."
Da*: schijnt in Europa zoo de gewone opvatting
t' zijn. Maar ?ij is onjuist. O k in Atneri» a
bestaan er sprookjes en van eene oetoo.'erende
p té/A'-. A bea zegt ili Yankee tot zichzelf:
'.-Vclk jiut geeft mij lut i-prodkp e a w.i<: baat
Hij poëzie al-j zij mij niet* opbrengen'? Zij
mootrt'i zic'i dien betalen Dit is het toppint
van a'le poëzie. /»ke.i moet j: er mee kannen
m-iken. Dat is ons sprookje, het Yaukec-sprookj t."
H'er jïflvo vrienlen vertul ik jelui een V
uikeespro.-kjs.
AUGUST DK MU.CH.
D.iar was eens eens schoon--, jonge dame
gen.-ia'n'l Swanne. Zij zo g en danste in de
mu'.ka'e Uueh*: De ihkkz Mvlly in het Casino
j t j N '.-f- York ET altijd als zy om te zingen het
miiio p irperroode mandj? opende en. bij het
dan-sit .lo rondo groene beentj -s in de hi-ogte
wipt-; zij staken namelijk in een groene.
tricot dan waren er eei.iga heor.-n op de
eerste rij va l het parket hee'.emaal in de war.
IT'.'t Tiflsst Mortiiner Chester L'.uy- X ja vader,
V? rahva Le.y uit X;u(orn;schl in PJSW, hïd
eirs'. in oude kleereu ge laai, tosn zijp. winkel
i'i H;x-.-stroet aangestoken om van da v
rzekaï'üi-j 7ij i c.intin ta krijgen. L ingfauif-rhand
W.M >lc o rl,j Abraham L>vy een vermogend
mi: gew>rien en kon zij i zoon Mortimer
C ;i sixr Lei y zich de wei'lda veroorloven iederen
a»-!) ,1 op >ie eerste rij van hot parket in het
riv o ie zitten oai van de^en observa'impost
de sfhoone Savanne mat veriufle blikken aan
to kijken.
Mi-ii' het mooiste van Su«anne was 'r haar,
haar p. a^hsi» gou lm hair, dat ioo pikar.t at%ta'
bij !o donkere, vroolijke oogen. Z-js heerer,
al ei min of meer kaalhoofdig, Levy
meegereke'1,1 stuurden iedcrea avond zes mooie
bloemstukken achter de schermen en verzochten
in zes brieven dringend om een souper met
Susanne by' Delmonico of in Waldorf-Astoria
in de Vijfde Avenue.
Eindelijk gaf zy' gehoor aan de bede vau
Mortimer Chester Levy. Wat kryg ik nu van
je," vroeg zy, toen ze samen by Delmonico
smulden en daarbij veel champagne dronken.
Wel," zei Levy, eene woning in Madison Ave
nue van 4000 dollars per jaar, met bediening,
stoomverwarming en electrisch licht, daarbij 100
dollars in de week en na drie maanden ver
hooging van salaris, als ik tevreden ben, bene
vens een halsketting met diamanten van Tiffar.y
& Co." Wat ben je lief," zei de goudblonde
Susanne en zette hem dadelijk 50 dollars af.
Nu had zij een best leventje in de prachtige
woning in Madison Avenue en stond eerst
's morgens om elf uur op. Zij zette zich dan
voor het open venster, dat uitzag op een
groenen tuin en kamde met een vergulden kaïn
haar goudblond haar juist als de Lorelei
dat gewoon was. En zij zong er een schuin
liedje bij uit de mu'Jkale klucht De dikke
Molly. Terwijl Susanne voor het open raam
haar goudblond haar kamde, zat er iemand toe
te kijken, Augufct, de musch. Jelui weet toch,
dat de musschen in Amerika niet inheemsch
zijn, allemaal ingevoerd, omdat... omdat er
vroeger geen waren ? Welnu Augusf, de musch,
woonde in een grooten magnoliaboom, die vlak
voor het venster van Susanr.e stond. Toen hij
voor den eersten keer de mooie Susanne zag,
kammend 'r goudblond haar, was hy van ver
bazing haast van zijn stokje gevallen.
Frederika, Frederik?," rit p hij tot zij a
vrouw. Zie toch eens het haar van dat meisje."
Wel, wel, zooveel goud dacht ik niet, dat er
op de heele wereld bestond", zei Frederika.
August, bitooverd door dan glans, vloog wat
dichter by om het woi derhaar beter te kunnen
zien. Dichtbij fonkelde het nog meer, zoodat
hy af en toe zijn oogen moest dicht knijpen.
GodJely'k", fluisterde hij. Susanne hield juist
de kam in de hoogte tegen het h'ch/, zsg dat
hy vol haar zat en zei: Ach, wat valt't weer
aftchuwehjk uit l" Toen streek zij met den
molli^en witten wy'svinger en duim de haren
van den kam af en wierp ze uit het venster.
Zij vielen op eene bloeiende vlier en nauwelijks
had August dat gezi. n of hij wipte als de
bliksem op de vlier, nam de haren in zijn bek
en vloog er mede naar zy'n magnoliaboom.
Frederika" zei hij zie eens wat ik hier heb !"
Duivelkater het ha&r van de mooie
Susanne !" Ja, zei August en daarmee heb ik
een grootsch plan. Van het gouden haar zal
ik ons een gouden nestje bouwen. Wat zeg je
nu ? té?" Frederika sloeg van verbazing
haar vleugels uit. Dat was haast te veel slimheid
op eens. August", zei ze, je bar.t een genie.
En wat zullen zich de andere vogels ergeren !
Dat is óók een deel van ons genoegen ; vooral
do trotsche miss Mockingbird, de spotvogel,
boven op den kastar jetroom, die alty' i zoo veel
over ons te zeggen heeft, zal zwart van ergernis
worden." En August ging aan dsn arbeid. Hij
werkte met da handigheid van een manden
maker en begon uit het gou len hair van
Susanne een gouden, nest te vlechten. I/i het
be^in schoot 'c wtl is waar niet hard op, want
hij ha l geen haar genoeg; maar iederen mor
gen als S:isanne aan het kam-aen toog, zat hij
te wachten onder het venster op eenige haren
d's zoo Afschuwelijk" uitvielen. Din. p'kte
bij ze vlux op en vlong er mee terug naw zijn
magnoliaboom en bouwde weer verder aan zy'n
gou len nes'je. Op zskeren dag was het klaar
en August en Fredsrika betrokken hun gouden
huisje en waren op^eto'^n van vreugde.
Ach hoe tij i en zacht wa^ alloj l Af en toe
gingen ze er uit om zich op een anderen boom
neer te zetten en vandaar het nest te bewon
deren en te zien hoe het fonkelde en scbl terde
al.s de zon er op scheen. Zj noem-Jnn liet
CbiUeau d'or." Waarlijk. Van d^r Bilt zijn
huis op d^ Vijfde Avenue was hierbij vergeleken
ciets. En andere vogels kwamen en bewonder
den het nest en riepen uit O hoe prachtig !
Waar hebben jelui toch dat materiaal van
daan ? ' Maar August en Frederika staken de
konj is uit het nest en zeiden blr.ff;rig: Dat
gaat jslui geen zier aan." G btolon zullen zo
het hebban, dat die.engespuis! merkte miss
Mockingbird, de apotvogel, jaloersch op.
Angiist en Frederika, vroeger bij niemand in
ainzien, door miw M ickingbirl aSty'd vuile
landverhuizers" genoemd, warden nu personen
van geyicht, August werd zelf j president van
een mannenzangrereeniging Dj
Musschenkrans" en mocht bij fe.-sten van de vereeni^ing
onnoozele redevoeringen houden. De andere
vogels deden erg hun be.t om er achter te
komen, vanwaar August het gouden materiaal
van zy'n Cba'eau d'or" had. Maar zij kwamen
het niet te weten, want Susanne wierp geen
haar meer uit het venster. En van heinde en
ver, van Hoboken, Xew-Yersey, Minnewaukan
en Alahama kwamen de vogels aanzetten om het
beroemde verblijf te bt-zichti^cn.
Maar helaas! Da ro :m vau het kasteel duurde
niet lang. Merkwaardig niettegenstaanda
August zijn Cl il'eau d'or" onophoudelyk
schoonmaakte en a'stofte, verloor het steeds
meer en meer van zijn gloed; donkerder werd
het l ij den dag, hier en daar was er noj;- wat
goud op en ten laitate was het heelemaal
zwart, glanzend zwart geworden. Toen lachten
de andere vogels in hun vuisije en niiss M
ickingbird, de spotvogel, zei : zij hebben hun ver
diende loon !'' August werd n'.et tot president
van Mus.cher.k ans heikoaen en niemand be
kommerde zich. maer om hem en om Frelerika.
l'aarover werd hij zóó verdrietig, dat hy' naar
Torn, den kattr ging en z,i: Torn... het
leven staat mij tegen. Wees zoo goed en^ eet
mij op, voor er niets meer aan mij te kluiven.
valt !'' Dat deed Turn. En daar August r.u
gestorven is, zoo lett't bij tiet meer.
Moraal:
Wanneer S'isanne 'r haarverf bij Simp.on &
Snowberry gekceht bad, dan zou August de
musih heden nog leven, want de haarverf van
Simpson & Saowb ny verbleekt oi verkleurt
nooit. De origireele flescb, met garantie fcn
gebruiksaanwijzing 5 dollars.
Ziedair, lieve vrienden, een (.proi.-kjc dat
wat opbrengt, een Yaukosprooi-je.
iHuniiiminimmtniHiiiimiiiiiiHinMiiinitimiiiiilliiiillilliiuiiiililllHi
heeft een Kaart verspreid van de-Ned.
OastInd. bezittingen, waarop vermeld staan alle
plaatsen, waarvoor directe connosseraenten en
pakketrfc.u's afgegeven worden.
De Engelschen in 1600.
Paul Hentzer, die in 1598 een reis door
Groot-Brittanniëuitgaf, deelt de volger de
karakteristiek mede: «evenals de Duitscherg
houden de Engelschen veel van uiterlijke
vertooning, en laten zich altyd vergezellen
door een stoet bedienden, die aan hun linker
arm een zilveren plaatje met het
geslachtswapen van hun meester drager1, en niet te
onrechte worden uitgelachen om de lange
staarten welke op bun rug ber gelen, Zy munten
uit in muziek en dans, daar ze levendig en
vlug zy'n, hoewel meestal wat zwaarder van
bouw dan de Frar.schen. Er zijn flinke zeelu',
maar r.og beter zeeroovers onder, slim,
verraderly'k en diefachtig Jaarlijks worden er
van dezen meer dan driehonderd te Londen
opgehangen, een straf die ze voor meer ont
eerend houden dan onthoofden.
Da Engelschen zy'n dapper in 't veld,
meestal gelukkjg in den oorlof, tegen al wat
naar slaven y' zweemt, verbazend weerbarstig
en op zware geluiden lijzonder verzot, b.v.
op kanonvuur, trommelen en 't brommen van
klokken, zoodat het niets vreemd is hen, als
zy half dronken zijn, naar een toren te zien
loopen, om er een uur of wat voor de aardig
heid aan het klokketouw te trekken. Als zij
een vreemdeling oi.tmoeten, die er goed uitziet
of een aardige vent is, zeggen ze meestal:
»'t is jammer, dat het geen Dgelscholan is."
MniiiimiiiiiiiiiiiiiniiHinimiiiHiHitiiimiiniiiimiiiiiMiitHi*»
c/na&zonb&n.
Stoomv. Maatschappij Nederland.
Het vrachtbureau der
stoomvaart-maatschappij «Nederland", Handelskade Amsterdam,
l
Armoede en geloof,
IQ het Handelsblad van Viy'dag 3 Jan. j.1. is
een manifest opgenomen van het Nederlandsch
Zendelinggenootschap" gericht aan het
Nederlandsche volk, waarin om fuantië'elen hulp
gevraagd wordt.
De som die noodig is, wordt op/CO OOOge-chat.
Aangezien er in het manifest met zeer sterke
christelyke argumenten gewerkt en zelfs beweerd
wordt dat men door dien firanfiëelen hulp een
nationale ramp" (het te gronde gaan der zending)
kin vooi komen, zoo twy'fel ik niet of mt-nig
vroom Caristen zal in zijn porteiuonnaie tasten
om ons vaderland voor die zoo zware slag te
bewaren ! Nu vrees ik echter, dat hy dit gedaan
hebbende, een zeker gevoel van christelijke
zeifvoldoenir g zal krijgen in het idee dat hij
medegeholpen heeft aan zoove*-! heidenen het
brood des levens" door ke;stering te geven.
Daar er nu gedurende de Kersidage.i door tal
van. vereenigingen op groote schaal soading
verstrekt is moeten worden aan brhoeftigen en
daardoor weer bewezen is hoe o; (zettend veel
ellende en armoede in ons eigen land nog
geleden wordt, zoo vraagt men zich onwille
keurig af:
Zou het gcldj.dat het Nederland oh
Zendelinggenoofschap noodig hetft om het christelijke
manna des geloofo" aan de heidei en-te geven,"
niet hater aangewend kunnen worden om in
ons land de armoede en het gebrek te lenigen,
daar waar dit op zoo groote schaal i oodig is ?
Is het voor hen, die bui en hun fchnld een
eliendig leven moeten lyden, geen Uttere ironie,
wanneer zij vernemer, dat het christelijke Neder
land / 60 000 over heeft voor de geloof-prediking
onder de heidenen, terwijl er voor liefdadige
doeleir.den langs de huizen gebed«-ld moet worden r
Zou het nu niet meer christelijk" zijn eerst
zorg te dragen, voor leniging van armoede in
het eigen, laad en daarna aan de k.rstei:ing
der heidenen, te denken ?
Is het niit een bespotting der armoede en
van het ware christelijk geloof van Jezus groote
jrachtige kerken te bouwen en die inwendig
rnet goud en zilver te versieren, terwijl er
duizenda armoedigen zonder voedsel en zor.drr
kleedieg zijn ?
Nu weet ik wel dat het hoofd van ons
christftly'k kabir et gezegd heeft, dat wij eerst het
Koninkrijk Gods zoeken moeten en 01 s daarna
de matfriëele voordeelen. van zelf in de schoot
zullen vallen; maar wie hei ft de moed dat te
aeggen, wanneer ons een stuk brood gevraagd
wordt, door hem, die gebrek heef: t,an alles f
Dat het bovengenoemd manifest bij veli
vroome Christenen instemming zou vinden was
te voorzien. De van dag tot dag" sthrijver
van het Handekblad heeft er ze'f nog een groot
ariikel o/er geschreven in het blal van Maandag
6 Jan, getiteld het christelijk iilöaal in Iiidiè''.
Wanneer rsen nu. maar vergeten kon hoe de
chri lelijk" Engeljche natie in A rik a te werk
gaat, hoe het christelijk" Duitschlar.d Frank
rijk, Rusland, huisgehouden heeft in Ciina, dan
zou iedereen het zich tot een eer rekenen tot
die Ciristpnen te mogen behooren en er ra- .
tuurlrk graag geld en goed vorr orrr h'bben
011 aan alle arme niet Caristenen het chris'elijk
geloof dedachtig te doen worden. Maar toch
alliji nog dan eerst wanneer in onw
or.middellijke omgeürg, in onze eigen christelijke
maatschappij niet nog zoo onfzi ttend veel geld
noodig was om ellende, gebrek, armoede te
doen verminderen, wat toch zet r zeker wel tot
de eerste christenplichten zal behooren.
Paar nu zoowel in het manifest als in het
artikel van het Handelsblad aan het
Nederlandsche volk wordt voorgehouden, dat wij door
kerstening van Indiëeen gedeelte van onze
zedelijke schuld lunnen voldoen, zoo vrers ik
dat wij al te veel uit het 002 gaan verliezen
hoe veel grooter onze schuld op flnantiëel gebied
tegenover Indiëis. Waar toch in Indiëds
armoede steeds grooter wordt, het gronrlbez't
van den inlander aldoor vermindert, hoin^ rsrood
zich beaint (e vtrtoonen, daar zal toch in de
eerste plaats aan afdoening der zoogenaamde
eerescbuld" moeten be^onren worden ora ook
daar armoede en ellende bij tijd} te voorkomen.
Ook dit is een gedeelte der zedelijke bc! uU
die wij door kerstei.ing van I; d'ë' z er ziker
niet op den achtergrond mog'.n laten stLuiven.
J. S.