Historisch Archief 1877-1940
r
No. 1285
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
maar dit ging door de hand eener
particuliere vereeniging voor Armsnzorg.
Eu de werkverschaffing die de kleine
gemeenten «uitdenken": keiea kl oppen,
vlasbraken, enz-, is van dien aard, dat het
bij den toeschouwer alle menschelijke gevoel
daartegen in opstand brengt, en bij <len
werkelooze zelf wel de overtuiging moet doen
postvatten, dat de werk verschaf fi :g niet is
een hulp, maar een straf voor de maat
schappelijke zonde van werkeloos te zijn.
Stellig is de minister van het
onniensehwaardige onmaatschappelijke en
onyoldoei.de van zulk een toesiand overtuigd.
Vandaar, dat h j een aansporing aan de
gemeentebesturen nood;g achtte, en het
»bedenken" van werkverschaf'fiag aan te
moedigen.
Ea toch heeft men aan de
regeeringstaf'eJ, dunkt mij, nog een gansehclijk ver
keerden kijk op de diugen. Juist het bedenken
Van werkverschaffing op een oogen blik dat
de crisis er is, roept zulke toestanden te
.voorschijn; hetft ook hel aanzijn gegeven
aan het beroemde Parijsche voorbeelu, toen
op aandrang der werklieden-vereenigingen
eens door het stadsbestuur arbeid werd
verschaft, maar tegen zijn zin, ei! om toen
die verschaf fi tig in het oog der burgerij
belachelijk te maken, liet men de
werkeloozcn zand kruien van de eeae plaats
naar de acdere, en den volgenden dag
weer naar de oude plaats terug kruien.
Dat is »bedeuken" van werkeloosheid En
zóó zal het de minister toch wel niet
bedoelen ?
De groote debatten in den Duitschen
Rijksdag, over de werkeloosheid, de vorige
week gehouden, waaraan alle politieke
koppen van beteekenis eu alle parujieiders
hebben deelgenomen, zijn hierom van aoo
groote beteekenis geweest, omdat zij
aantoonen hoe de overtuiging zich gaandeweg
baan breekt, dat de werkeloosheid niet door
liefdadigheid voldoende geholpen kan wor
den, maar er door de open bare be-tuivn van
Staatfprovincie en gemeente productieve
arbeid moet worden verschaft, waarvoor ixeds
vóóraf de eventueele middelen zijn aange
wezen ; dat openbare werken moeten worden
uitgevoerd, die töah, later, tot uitvoering
hadden moeten komen, of dat van andere
openbare werken de uitvoering tot zulke
perioden van malaise worden uitgesteld;
en dat, ten tweede, mér verpleegd moet
worden de statistiek dyr werkeloosheid,
waardoor de aard dezer maatschappelijke
kwaal meer klaar zichtbaar, en de voor
ziening vergemakkelijkt woidr.
Vóór mij ligt thans een boek, van bijna
300 blz., waarop de aandacht te vestigen,
ik juist nu, t;u de kwestie der werkeloos
heid hier actueel is, van groot belang acht.
Het is een »Bj;icht" van het* door de re
geering gesubsidieerde, Zwitsersclle Arbeids
secretariaat, gericht aan het Zwiisersche
Industrie-departement, bevatten de een waar
devolle en gedocumenteerde uiteenzetting
van de oorzaken der werkeloosheid iu de
verschillende landen, bij elk hoofdstuk
natuurlijk terug keerende naar Zwitserland;
een overzicht, wat zeer secuur teiuggaattaar
het jaar 1879, < n aan de belangrijkste periode
van industrieelen bloei bini.en en buiten
Europa overziet; de verschillende, aange
wende of voorgeslagen middelen bespreekt,
en eindigt met aan het bovengenoemde
departement een schema voor te leggen,
hoe het, Secretariaat, of' althans Ac-, bekende
schrijver van dit belangrijke werk, Hrrmann
Grtulich, meent, dat de openbare besturen
van staat, kanton (provincie) en gemeente
op planmatige wijze in den nood der wer
keloosheid kunnen voorzien.
Dit «Bericht" is een opdracht geweest,
met een eigenaardige oorzaak. Einde
Augustus 1893 werd bij den Bondsraad
ingediend een veiksvoorstel, i n ge d end
krachtens het recht van initiatief,
ondertetkertd door 52837 zwitsersche burgers,
waarin het «recht op arbeid1'werd gevraagd,
waarvan de aaiihtf als volgt luidde :
«Het recht op voldoend loonenden
arbeid in eiken Zwitserscheu burger
gewaarborgd Dl rijkswetgeving heeft
ten plicht, ouder medewerking der
kantonnale en gemeentelijke beo t uren,
dit grondwettig recht zooveel mogelijk
tot practiocHe uitvoering te brengen'.
Dan volgde een opsomming van de
velerlei wijzen, waarop dit zou kunnen
worden uitgevoerd. Maar de Bondsraad
schrok er voor terug, zulk een geheel
sociaal politiek programma in de grondwet
op te nemen. Er werd zelfs _niet over ge
discussieerd, maar het initiatief-voorstel
werd uadelijk aan het volksrefeudum
onderonderworpen, en met 308280 tegen, eri 75880
vóór, naar de anippennand verweien.
Spoedig daarop echter nam de Bondsraad
het besluit, een onderzoek in te stellen,
a naar de best mogelijke wijze ooi een
statistiek over de werkeloosheid te
verkrijgen, u na te gaan, in hoeverre er
vanwege de openbare besturen hulp en
voorziening is te t riffen voor
«unverschuldete' wetteloosheid.
Hut industrie-dtparlement noodigde daar
op :i do patroons-, u de
werkliertenbondöti uit, hun ineeiiirig te zeggen. Van
da patroons-verenigingen kwam al spoedig
antwoord in; maar die aut voorden bleken
fcteidi weinig belangrijk. Het Zivusersch
Arbeid» Secretariaat, beschikkende over
tamelijk ruime middelen en over een staf
van \\èl Onderlegde ambtenaren, voeling
hebbende met alle kringen en alle rich
liugen dsr werklieden, heeft zijn taak
er^ atiger opgevat. Het heeft lang geduurd,
voor het met zijn »I>3iicht" gereed was;
maar de waarde van zijn arbeid is hiermee
dan ook volkomen in overeenstemming.
Natuurlijk zal ik daaruit geen cijtVrs
reltm eren, en ook niet weergeven wat
omtreni ^psc:fiïk Zwitsersehe toestanden gezegd
wordt, maar de concluaiën waartoe
ditonderzoek heeft geleid, omtrent het vertchnffdn
vau «i-beid, zijn in het algemeen volstrekt
niet uit-luiteml op Zwitserland van toepas
sing, maar verdienen overweging in elk land
waar de werkeloosheid als een iware plaag
het volk teistert, en waar de regeering zicii
geroepen acht, daartegen middelen te vinden.
* #
*
De beste hulp voorde werkeloze arbeiders
is, huüai beid te verschaffen. Zeker zuik
een arbeid verschaffen juist in tijden van
crisis dikwijls moeilijk. Maat' aannemende,
dat gewoonlijk onderde bouwvak aibeiders
de meeste werkloozeu worden aat.!geiro!r.'in,
dient h«t uitvoeren van bouw- of water
wei ken steeds eer. belangrijk middel te zijn.
Gewoonlijk worden in tijden vau
uuuiUC'iappeujkeu bloei, terwijl dus de gemw-nte
ii<iatic.ëin guustigen staat zijn, (ie m. tste werken
uitgevoerd, dikwijls zeer duur, en ronder dat
zulks voor veKchalf'en vau arbtid noodigis.
Hoe meer nu de overtuiging doordringt, dat
de openbare te-turen door het verscru IK-n
van produciievtn arbeid in de werkeloosheid
zooveel tnoaeliik moeten voorzien, hoe meer
ook zal hetduidtlijkworden,datzulkearbeid
juist in tijden van malaise moeten worde» ter
hand geï.omen. Nu zijn de toe&tanden zeker
lijk ze.-r verschillend. Maar in 't algemeen
zou het wenschelijk zijn, indien door elk
openbaar bestuur, d.i. dat van staat, die der
provinciën ea die der gemeenten met meer
dan 10.000 inwoners, eeii fonds werd gevormd
uit jatulijkeche bijdragen, dit minstens 5 pet.
dtr budgets voor openbare vvorkeii bedragen.
Op eene begrooting van b.v. /' l millioen vo( r
openbare werken, zou dit een bedrag vormen
van ? 50 000, die in h.: t fonds voor de werke
loosheid zouden worden gestort, wanm-er dit
fonds alleen bij mipende werkloosheid, b.v.
om de 5 jaar, werd aangewend, zouden voor
zulk een som, dan gegroeid tot /'250 000,
openbare werken ondernomen kunnen wor
den. En dan dienen zulken wei ken, niet
op het oogeublik te worden »b:dac(ii:', maar
vooraf daarvoor aangewezen ; zulke werken,
die te eeniger tij l toch hsv.ldeu moeta-A
worden uitgevoerd.
V('Oi waarde is echter, dat zulke werken
worden uitgevoerd in eigen beheer. Worden
zij publieic uitbesteed, dan zou de aannemer
al te veel misbruik kunnen niakt-n van
de malaise, zouJeri vreemde arbeiders
aangeï-omen kunnen worden, en alzoo het doel
ten eenemaale niet wo. tien bereikt.
Dit is ..i der middelen, wat door dvn
ontwerper uitvoerig en naar alle zijden
wordt verdedigd.
Verder ware het wenschelijk. den organi
saties van_ patroons en «rbeidert (ten omzetit
b.v. de K'-tmera vau Arbeid) het recht tee
te kennen, eene algeuieene inkorting vau
den arbeidsdag in eeuigerlei bedrijf te
gelaaten, waardoor aan werkelooze arbeiders
arbeid ten deel valt. en waar bij. zoo mogelijk,
aan de arbeiders die daardoor schade lijden,
eenige schadeloosstelling wordt toegekend.
en derde dient aan do gemee
te-besturen het recht te worden toegekend, en
moeten zij daartoe in staat worden gesteld,
om arbeiders die niet aan 't werk gesteld
kunnen worden, en die dus Kouder schuld
gebrek zouden lijden, te ondersteunen ;
niet in den vorm eener aalmoes, maar op
gelijke wijze ais bv. landbouwers worden
geholpen die door watefsnootl of hagelslag
getroffen worden.
Tm vierde worde door don Staat subsidie
verleend aati de vakorganisatie- s, die, blijkens
hunne statuten en boeken eeu
werkloozenfonds hebbe'i ingesteld eu wier leden daar
voor ook zelf bijdragen ; en de Staat tteune
ook die gemeenten, die eene verplichte
werkloozen-verzekeiing hebben ingevoerd,
het een zoo .vel als het ander ouder b.paa'de
we'"oiaschrevtn voorwaarden.
Ten slolte orguniseere de slaat en de
gemeenten zelf d: instelling der
Arbfidsbeurien, tegelijk ele particuliere piaal-óugs
bureaux; ofwel deze laatste word-ni alleen
toegelaten onder strenge eontjóle. Voor
het toezicht op deze instellingen dienen
ook de arbeiders-orgauisaliën gemachtigden
te kunneu aanwnzeu.
Het hoof'dbeziv..iur zou zeker zijn: de
hrjoge koeten. Maar dit bezwaar kan toch
niet onoverkomelijk heeten. Wanneer 30,000
georganiseerde arbeiders de
ws-rkeloozeuuitktrering invoeren, en de staat stort in
de fondsen voor elk lid f' '2 p-.r jaa>'. zou
dit per jaar f G'O.UOO ui'.mi'.ke'i ; en hooger
natuurlijk naarmate hol «antul weikütr'en
die georgJUiUtt-rd zijn en aa,n de
v-eiv.ekering deel-ie'.'iwi van jaar lot j.tar ^roo'.er
Wüvdt. Ilike-ut, ifieiv teu dubbel X.M.O Ivoog
bedrag tot uitkeeripg aan d;e j< 'n' e .ten,
die de verplichte werkloozi:;;-ver/.e!;t'rin<
hebben i u gevoerd, dan ka., de: g,eii'_ele bij
drage vai: den staat «.r: t na '..-ttelyke jaren
tot een mHlioeii gestegen /AJ:\.
* *
*
Gelijk gezegd ik heb allw-n van d«
conclusie.i vau de.<?n omvangrijker! r.rheid
s'eehu enkele put, U n kan L-c u aanstippt/i.1.
Wd men beienken, d at iu het w t rk ielf
elk dezer conclu.-iëa fet> u-,.t op suiii^ieko
onderzoekingen in biune'ï- en buitenland,
en elk op x'tdh /.elf uitvoc-rij? verdedigd
worden. Mijn dot-1 was het slechts, er do
aandaeilt op tp vestigen, e.-\ e< ke!e wegen
aan te wijzen, die noodzakelijk, zei i's i n de
naaste toekomst, zullen rn<>eten worden
ingOblaftwn door de openbare besturen, orn
deïeti sociulün nood, WHSVOUI'M zoo duizen
den ge/.ihiieii onschuldig lijden, Ie lenigen
iiog anders dan door ar.uenzorg.
H. S.
to- ... 'Wï. "T:fc^ ^
sterft**&.-*??* S- '-£"--*??*
SCPI?^: *Sz^~"
':-tïyt t"
A, f. Lier,
Herinneringen van Abraham van Lier.
«Alle eer, rny en mijnen broeders bewezen,
werp ik van mij, en brerg die over op de
najtfldachteriis van mijnen vader, Abraham van
Lier, don surhier van het (i.-a .d-fhr;-, re''.
Aldus sprak pen der huidig;) directeurs van
het Gïand-Tr.i-iv r#, de heer L>on van Lier, da
jongste ridder in de Kroonorde van Praisen,
vierda klasse, na overstelpende» hulde hem en
zijnen broeders gebracht op het dezo week
gevierde vijfug-jarig jiihiifiina. li^tar hid hij
niet kunnen doen. Want Bram van Lier komt
alle eer toe.
Bram van Lier wa? een tooneel-directeur
bij uitnemendheid. Indien bij zijne herinnerin
gen iu boek had gesield, zou dit eens belang
wekkende lectuur bieden.
Eine enkele h'ïefc hij, in lang vergeten bladen
te boak gesteld in de Dui'scha taal, on Ier den
titel: »Aus dem L^hen sincs aiten
'l'neaterdirectois''. Li d^t laven vertelt hij van Marie
Seebach en B -gumil Dawison.
Zs voelde 'c door l.aar dun katoenen lijfje heen
eu 'a riliiug voer haar Ja.gs arm en rug door
de leden.
Onstuimig joeg 't bloed door lnar aderen ;
ze had op dat cogenblik 01 mogelijk 't hoofd
kunnen oph. ffer-, dat ze hoe lai g r hoe dit p r
nterbi-og Oul audig wriemelden haro vii g.:rs
in de tabak; bladtrt'D.
«Dat is weiiiig ca mark twint'g lieve
hemel!" Zijn stem klonk rm ddijdend. , Waarom
gsat u n.et, liever dienen t1 Da.u htbt u 'i toch
bUer !"
De omringende meisjes slootten elkaar aan
en gi; c Beiden., 't Stond toch z o dom, zoo
oi.LOOzel ! ze vatten stellig nauwelijks wat, d;e
heer meende. Mar a Josefa begreep hem wél ;
zo brgreep Jat hij haar b(k'aigde, eu ze wilde
geen medelijden, van nieman.i en van dien ilair
nog 't alieimmst ! Ze maakte 'n driUige bewe
ging, ZO'dat de zware hand van !<aar schouder
gieeu; koppig keek ze op; de donkere oogen
flikkeiden onder de ontstoken randea : «Weziju
niet, arm. 'k Wil niet beklaagd wordtn ! Ik
htb nitmabd ncodig! urenen? Neen iiesL ! j
daiik u!" Z; trok haar lippen minachtend samen
en wierp van ter zijde 'n vluchteen blik op
Lem, hij vn;g dien blik op er. hield 'm vaa.
IIare oogleceu knipten maar 'i hielp nitt, ze
kón 't met laten, haar bik niet afwenden, ze
motst, hem recht, iu de oogen kijktn, terwijl i an.r
vitige s machinaal de sigaar rolde en haar krneëd
tr.Meü, alsof ze uren lang 'n steile berg
afg;loop:n had.
/,Zoo !" de vreemde heer draaide zich nu lang
zaam on', »ik dacht, dat u mUsc'iieu w il bij mij
in dienst zoudt willen komer. Ik zoek'a me;sj >,
dat mijn oude huishoudster 'n Landje helpt. U
wilt dus niet? Nu, wees maar nitta te vlijtig '
Adieu !"
Hij krukte haar toe?-laar alleen, zoo kwam
't hassr voor; hij had haar ook met n 'IVina j
maar met je toegesproken. Ea hij had laar ge
vraagd, bij hem in dienst te komen .. . waarom '
ju.si, taai!,.. «Neen, neen!" Maria Joséfa's
waugs/u glotidep, driftig stond ze op en stoo t:
aan de tafel, zóó, dat 'n handvol sigaren over
den grond rolden.
Do aadereu keken haar verwonderd aan, buk
ten zich toen weer snel over haar weik. Men j
hoorde verder niets meer dan 't ritselen vau de l
dorre bladeren en af en toe 'u droog kuchje. j
l'ijue, bruinachtige stofdeeltjes bleven in 't
verl«KWnSi^llllSVM511rtll^HI*l»f!im^(i^i!m|IIIIU«IH!MI!l(ll!III!tliil!li(t
trek hanger', bij de m;u--te bewg ng verspre dde
zich tabaksluc.t uit de kletreii en liareu der
fabriefsni:.-!-jes ; 'a tcherp ru kende dan.p steeg
op naar het wit gekalkte plafond ea zakte ki;;.ïs
de vyaedeu Laar omlaag . . .
Dit n dag > at TI ka mé; ve.r iiend dan Maria
Josefü: dc«;e l e|> ook niet als gewoonlijk vjor
de anderen uit, den berg af; lang/.aa'ii, traag
slent,rde zij ie ac uerna. Margen waa 't /ondagl
Ze hoorde d-: mei j-:s onder elkaar babbjh n';
ieJei- hal 'n. vrij-r, zelfs de d kke. Trn.a met !\aar
rond bol kii.d :ri';tz'c!it; -vertelde met haav
breedlacaeiden mond: Hij pra'*r morgen met, me din
gen; iu Biect-ftld is 'c kermis, (Vut- gaan we
heen, j'», j-i ! ' Ze ie.ehte vroohjk en de adderen
lachten me...
\a-i/, ali iu 'n dioom hoorde .M-ir,a ?! ;sefa
't ge"ab')ei aan. Ac iter iu-ür lui (de 't avondkl >kje
vau 't >p.f«e kerk-.or.-ntj; .-in;c z'ü'lo;ker ;e;ea
dak; ia e!ki n klckkcitoon ic'ieca v.-rborgen
vrtug'ie te trjlei; ; /.ac:it, zweifdc de k hink o'ver
de daken vau O), r-Ma;.der;e!ieid en over 'c
kerkhof mtt z'u houten kru zeil gin is op de
berg.'ielhi.g. Mtria Jo.-.cfa S'.otd -\?l vi, keek om ;
zs un.-jst op eens uan lia.ro moeder denken '
die rustte i ;i:i:
_ De huizen vaa Niedsr-Mai:der;cheid zijn
011ziciiibiiir, geV-t-1 in mist gehuld ; langs de nu
uiet meer donkergroene kloot wand: u stijgen
neve'lludeu omhoug. D- Lieter'is doo;- regen
buien ge?,svol:;r. .,n stroonit wild bruisend, met
wit schuim bedekt In de vochtige bnsschea
scireeuwen de h-rien ; 's lachts dringt de klank l
\an ^imn steikea iokrorp door tot aan de hutten, '
wordt door (ie rots ..vanden gestuit eu verliest |
zich m 'n di II'; ec'.'o. |
Maria Jjs-t'a zat wakend op baar sirojiak en
hield dd ha ideii op de oor» n gedrukt; toch
hoorde je elktn schreeuw eu dan kromp ze
ineeii. Was ze angstig? Diar tegen deu niuur
lag de ou te grootvader te snurken; menigmaal
rochelde hij zoo /,waar, dat ze npstoii'-l, licht
ontstak en naar htm toeging. Hij zag t r uit
als 'a dooie, m::t, iugezoi.ken oogen i n open
mond ; maar hij w;.s warm, sliep vast.
Luug bleeJ ze voor hem staan, 't L'ciit
tooverde baar sciadaw reusicitig groot op den
muur en wierp zijn flikkerend schijnsel
spookacitig op 't, oude, geümptlde gezicht. Warm
kaarsvet druppelde op haar bloote voeter, maar
ze vojlde 't niet; mst groote, droomcr'ge oogen
I. MARIE SEBBACa.
Het eerste jaar van mijn loopbaan als
Hollandsch touiieeldirecteur (1852) was voorbij ;
de concurrentie was groot en ik ging beproeven
de gaiitsch braak liggende Duitsche kunst.
Da zou m\j niet moeilyk vallen, daar het
theater, waarin ik speelde, het oude Duitsche
Operagebouw was, en ik onmiddellijk met
tooneelisten van naam in onderhandeling ge
raakte. M'.j n geacate gast van beteekeuis in
het jaar 1855 was Marie Seebach.
Eens gillen wij naar Laidea om in een
gabt'üorstellirg Maria Staart te geven. Eaa
rijtuig braclil ons van. het station naar het
hotel. Toen w\j daur kwamen, miste Marie
S.-fabaeli, tol onzen niet geringen schrik baardoos
met b/iliantnn, oorringen, geschenken en orden
vau vorstelijke personen
ILifl en waar wij ook zochten, alles was
vergetfach. Saebach was wanhopig en wilde
niet spelen. Zo;.der maar ia 't geringste of
mir.ste t« weten hoe, beloofde ik haar, voor
dat h at vijf.!.) bsdiijf begonnen zou zijn, haar
alle vederen kostbaarheden terug te bezor^^e i.
Daar de rol van Maria Stuatt een rol »vo
Gram und Wath" is, speelde Saebach dien
avond ongekend natuurlijk, tot... het laatste
bedrijf kwam. Rseds was zij als koningin
gekleed orn naar het schavot te gaan, maar .. .
de kostbaarheden waren BV nog niet. Ik had
nist verzuimd het publiek in kennis te stellen
van h«t verlorene, zoodat tengevolge van mijne
bt-lofte geen mensen zich verwonderde, dat
Maria Staart aarzelde ter dood te* gaan.
IntuiS'chen bad ik niet stil gazeten.
Ter?torid na het middagmaal had ik met acht
dienders in allo hoeken der si ad gezocht, tot
ik eimlulijk hoo.'dK, dat een boerenmeii-ja op
straat voor de Studentensociëteit een
reistasc'oje gevonden en "naar het politiebureau
gii'-.raciit h; il. Daar zij echter niemand op
hot bureau van politie vond, had zy »het ding"
rnre haar hciar dorp genomen.
M.iiv naai- welk dorp?.. Niemand wist het.
Snel een besluit namende, huur ik, orn op
het sroor van het meifj? te komen, vier
rijtuigtjii. Iaat vsi ieder twee dienders plaats riemen ;
ik zelf ;H ')i) een open kar zittai?, en snel als
(ie wind p,i"gen do rijtuineri naar vit-r
riuhtinwHn buiten do sïad. Ei zie... ter*!/,! aUe
ryiuiijen OP l?r eenir; spoor ontdekt te hebben,
terug kes> der1, was du mijno zoo gelukkig, het
juiste dorp en te 9 uur ook het uieihja te
vii,Jen.
Z\j vertelde, dat 7,ij genoodzaakt was het
ta.srcr.j'! mee naar het dorp to nemen, omdat
op hut pViitiubiireau geen kommissarii en
g»'ea dienJ'.^a wnrsn. Toen ?.ij thuis was
gekiitneii hal zij het tasci j; opHngernaakt en zich
VtTwoiii'.fird, dat er, behalve BJII paar zak koeken
geon voorwerpen van waarde in waron. Do
eJsl;;asteenten hnd zij voor niets Ujzorulbrs ge
houden. DJ die-.iders, dis ik bij mij had, wilden
hst armo rceisjj gevangen nemen en op orze
kar mee naar Lalden brengen. Het gelukte
mij echter dit te voorkomen. Ik hield hbt
daarontogpn voor plicht de eerlijkheid van het
rnd'j-i met tien galden te beloonan.
In snolle vaart redea wij in drie kwartier
naar Leiden tsruj, en hot was juist tiun
minuten ovi r tien, ai? ik büj roepend in den
schouwburg kvvutn en Isid verkondigde: »Dd
briüanten zijn gevonden !:'
Iloevoie zoenen S;ebach tuy gaf, weet ik
niet, maar het waren er vele.
Orn niets van eisn sitm te verliezen, had ik
de kostbsro voorwerpen in een doek bij elkaar
gebonden, die door de kur.&tarares, zoodra ik
haar dieg&f, weleer, twaa! f maal werden r ageteld.
Hoe zeer het publiek in het verlies belang
stelde, laat zich begrijpen, omdat het vernomen
lal, dat ds briljanten eer.e waarde van
20duizend thalers bidden.
IL't laatata bedrijf ruiste zijne werking, daar
Maria, toen zij l-ij bat sf-ch'31 J van hare
kamerji.lïren, den gelukkigen uitnlag vematn,
bij re? ter dood zullen gaan, hare blijdschap
Liet kon verbergen.
Ik bad voor njtnigsn, politie en geschenk
aan het niöi;j:>, 'M Hjilanduclia gulden
uiigagever, die ik by d« afrekening van do kun
stenares zou afhouden. Ik had tchter buiten
de waardin gertkftüd.
»>lloor ear.s. rrijühear da directeur !" zei
Saelajh - wij zijn overeengekomen winst en
verlies f-aa.a te deelen »wij spelen om het
halfi T'; ik betaal er daarom niet meer dan
negentien gulden aan, en u de rest.
Ik vond hare opmerking zeer juist en narn
de andere helft voor mijne rekening.
(Slot volgt) J. H. R,
staarde ze, voor z ch uit, to'daUe ope.:,-,s nlleud
tot, be./.i, uii-g kwam, 7,; blies 'i, Lcht uit, eu was
m; t céa ,-pro; g weer op haar s'roozt-k. M«t
ojigrfirokkeu beens-u ro'd; ze t\c'\ i.iet-n., 0:11 warm
t; wordui ea voelde de iu.)il'gh.:id Imrer lede
maten ; haar hart bt'g- n onsluuuig te k'oppen ;
'r, wü:j alsof 't vlak legsn du rib'un aanbonstn.
A!ler.;e! voorattiliugen tr-,kken o.-id. r de toe
geknepen oogleden vcorbij ,'iare verbeelding
hoe Tril a Laar ar,tien teeder o ui dei: hals van
ze ds kat in do hoog'p,
spelend, h-;!, in vrcolijkeu overmoed opheft.
'l dotkir fu.kcldeii de katteuoog..-n groeuachi
huar vrijer grslsgK t hield
ds vrouw
van den fabneksopzichter aar kleiii!j; ea-i de
borst lueld o! <ioe gelukkig waren die
Het ZA-eet brak haar uit. Dertig ptVniiigde
h:;!ider:<, dnrtig pfeuiiig... inema-jd i.o dia!..."
dat was aliiji als 'n toovi rspreuk geweest.
Vror-ger had ze die opgezegd ea' was da:i al ij l
rustig geword-u eu trotse1!, nu uit-1, m er ! Arm
kni! liid luj g.zegd, niettegenstaande haaré.i
mark twurig ! »Je/es Maria!'' Ze vouwde haar
h inden saam. Van haar loven Ind ze nog nooit
zóóveti gebeden als i u in de laatst:: maanden.
Zo had angst, en l och was 't eigenlijk
bjlaehelijk! De, euie dag was ze gt-heel terueerge.-lager,
den audereu h;eU ze 't hoofd tto»sch opgericht !
naast hare kamera lei). Wie van haar kon er zich
op ijerotiiien, dal 'u vooruaam het r haar naliep,
die 'u gciicht, iiad als de he-.iigo Q orge eü'n
hauj, waaraan zoo'n moo:e ring scuittrrde ! Met
diezejde hai.d had hij haar la:i!^t, tusschen de
ru-ues züc:it laigi wai g en k ui gatreeU en
gist.i reu 'i. . . Ze strekte hsar arm uit en
tastte on zich heei>, alsof ae iets zocht
niets! Duister, leeg was 'r, rondom haar
Maar neen, toen n'et. Vai achter den haai d
kwam 't aangi slop.- n, rn;auwdük'a -eii.i en drukte
zich tegen ha>.:r aan.
A-rae poes ! die vfa^ uu ook hcid alleen, al
hare j >i,gen waien dood! Met eigtn hani had
M r:a Jo-efa ze de een na de andere iu de beek
geslingerd, wasr de strooming de kleine diertjes
dadelijk nuêgesleurd had; ouverfciiilig hal ze '
er bij geslaan eii zj nagstuuid. Maar toen de j
poes, i'V.ameriijk. klagend, telkei.s om haat let-g
nest was ges ep:;n eu met opgestoken s'aart en
st,eil-e>pstaaude haren elk ho<;.kje op iieuw door- l
zocht tiad, waren Maiii Josefa de tranen in de i
oogen gesprongen ; met 'n dtffd kreet had ze de !
kat in haar armen gesloten. Sedert dien tijd waren j
ze onafscheidelijk; beide waren ze immers alleen ! '
Met hartstochtelijke teederheid drukte Maria j
Josefa nu het di( r tegen zich aar. Daarop tilde j
i
zooals m-"n met 'u kind
In
il tig
boven liKJir als twee vurige stippen. //Zog, houj
j ')- van m.;? ja, is 't niet? ja, ja!"
i L)e poes knoide; die houtiug was haar
oiigemakki-iijk, zij krab ft- niet maar legde de scherpe
nagels op de hand, die ha'-.r jco vastiiielJ.
utnuciiterd l et,'t mei.-j: dm bluotenarm »a'\keu
br! 't was ;óo' koud! Herfst! spotdig zou 't
winter zijn, en de hut, zóó vervallen en
de nachten zóó lang eu altijd, aUijd alleen !
Vroeger had ze daar uco'.t over nagedacht; de
fabriek en kdli; er. aardappelen tu
warmte en kt d dat alles gaf hair genoeg
te denken; maar nu?., .
R lltnd trok ze de armelijke deken to1, onder
de kiii^ik- poes legde zich koestcr-nd op haar
borot. Nu werd ze warm, maar kou toeli niet
inslf.p:n: de herten schreeuwden dof fclagetid
iu 't iiahijl/g^cnd bosc'.i door 't donker bi or
den zich twue oogoa in de hare, oogep, d'e tot
in haar diepste innerlijke doordrongen, eu'n
hand bewoog zich voor haar heen eu weer
naderde hoe langer hoe meer, stretk zóó diciit
largs haa-r wangen eu kin, dat ze de luchttriliing
met n ie te voelen, strekte zie;i uit ia;r haar
schouder taar horst. Ha !''met'n dcffo
angstkreet sprong Maria Jos'fa zfjó verschrikt
oveieinrl, dat de kac van ! a°.r bjjst. tuiiricl.ie.
Met 'u wooot gebaar strekte ze de armen boven
haar hoofd t n smkte :
N: ea, neen ! 'k doe 't niet toch liet
en toch nitt!"
Wat, ein.ielooïe nachten ! hoe lang «aam kroop da
dag oai ! Doodt lijk afgemat slei p',e Maria Jos fi
zich zoo voor', hare 01 gleden waren meer dau
gewoouiijk ontstoken Iu de fabrit k had ze
dien dag met koortsachtige vlugheid gewerkt, de
sigaren vlogen ouder haar hindeu te vocr-chijn.
Na 't gelui vau de nrd.lagklok was ze lat g na de
anderen de berg afgekomen dau stond hij
weer! Hij zei: //Goeden dag!" en lachte haar
toe. Zij 'nad moeten ttrug lachen er, groeten : hij
zag er zoo knap u't, 't wss toch 'n deftige
mijnheer! en wat, schitttrde de ring aaa z'u
viLger! De eenige zwakke straal van de blerke
herfstzon fonkelde er op. Lang en dringend
had hij niet haar gesproken "
En r,u «as 't avond geworden. Daar buiten
lag alles in grauwen neve!. Woest bruiste de
Lieser; mei hoort 't geschreeuw der herten in
Beman Wolf, t
Te Bsrlijn overleed dezer dagon dp leider
der bekende concert agentuur II. Wo ff, wiena
werkzaamheid als tUKsehenperaoon voor de
artisten op muzikaal gftbied en de
concertengevende vereenigingen en instellingen zich
langzamerhand ocer e«n goed deel der Omle
en der Nieuwe Wereld had uitgestrekt
Gsdurende het loopenda sei/.oen nfeuitde Avnntuur
de belanden waar van 44!) kunste.ianrs, nri wel
van 104 piatiinten, 71 vioü«ten, 35 a!':- «n
cellospeler», 7 harpspelers, 78 aopraar- en 58
alt-zangeressen, 48 tenorzangers en evenveel
bassnn of banton.
H>;rmann VVo ff was zelf vow het toonkn'
stenaaravak opgeleid en schreef een aantal lieil"rwa
en cotnpositiëii voor piano. Hij wai nen uit
stekend pianist, die de jonge kinisteniinrs h|j
hunne voordrashtBn vf.ak z?l!' begMoiilde en
met het grootste gemak de klavierptmij in
eiken gewerwchten toonaard transponnffde.
Zijn talent voor hpt arrangeeren van cor-cpiten
werd door A'iton R>ibinattiin ontdekt. Dej<ti;ge
Wolff was tot den muziekhandel overKfu*^n,
en werkzaam hy de beke ide uitgever-fi ma
Bote & B >ck te B trlijn, die hum dfin
Rui-siscben virtuoos aanbevalen. Da pro< f ? i-ü^de
zoo goed, dat ook J >achim, Voa BÜMW en
d'Alhort de bezorging hunner concert»» aan
Wolff toevertrouwden.
Woiff's concert-bureau is in 1880 opgericht
en heeft zyn w-^rkkri^g voortdurend uitürfi'rciii.
HJiiiniiiJiiiniiiii
Tentooiistelliüi m geWs- en
tet ia bet stedtip Hüsea
ia in het fdtl.k Mn-c-um
alhier een feutoonstelling ge)p.i;id va:i rar w.j
i;, het a geineen kunnen bestempr-ls.; in^t d?n
naim van gebruiks- eu ve tkrli\ sUio.it ; al
begiar dio naam teg-jnwoo:dig toina al een
ietwat vreemde kisnk t", ioijne;', hoc zui/er en
duideiijk haar - ei-.Bek'.mis ook K
We vinden hier het werk vau do (U<ae3:
A. Ba&rs L-:verir.gU>r, Wi!I. J, v. d. M-nre!,
M. J. v. d. Weijd , J. Wrjns'ok, en ,ïe h^r i. :
K, P. C. da Hazel, W. C. B'ÜIIWOT. J v
Ey.wilotfföl, J. J. Cl:-. L^.icau, J. L. A.L-.um-.-ks,
J. Aloude.} 'laCma S. Jessuruu d ; '''^qiita,
H. W. Mol, \V. Peraa>,ti Ki.v,fcr, Jou B M*,
J. C. Strijbos, J. G yelJh'ïsr, U. W P. do
Vnes Jr., II Waloaka'np, A. Z soi'isfer en
F. Z #o!io, die zooa s Ueseatl it, vi oegar «e
lewerkers waren van 't Bin.it-uhms, welke inrichting
echter niet baauwoordde aa-i de biUijke eiscasa,
die men stollen mag wannner me» gern 'e;
sc^.sppelyk werkt, tot baroiking van ean bepaald dosi :
verb.ittring van wat onze omgevi-iij, on« woning
tot een aasigenaatn geUu:-! kan inakiüi.
We hebban hier eeni^sn tij l geleden in het
kort de redenen uiteengezet', welke do
m^Ucwerkers er toe noopten gezaia3r,tiij!j hun^g
krachten aan 't B.nnenhuis te onürekkon ; voor
hen echter, die, diar de .e k^estw ia andors
bladen eeqigszins zoüierÜDg is weergp^e/eii
de juiste tosdracht er van werschen téweten)
verwyzen wij naar een desbetriffö, de brcchure',
die b\j de firma Tierie & Kruyèverschenen is
en eveneens op boreaganoemia tentoonsttllma
verkrijgbaar
Wat nu deze tentoonstelling beoogt ? Een
streven te doen zien van e r n aantal p» mi tier,
die, overtuigd vaa de «ür-.kelo whei-.l van ons
huisraad zoowel als van luxeroor.?. rpen,
trachte,;, dit door logische bouw, in aüe eenvoud
?van vorm en versiering terug te bre;,gsri tot
zuiverder grondvormen ; waarby vorm, i/cb;!H"<
e.i versieiirg, drie zaken zijn, die gïh'eil bij
elkaar hehooren, die elkaar ainvuilen tot een
harmonisch guheel.
Maar allereerst staat de bouv, de vorm en
constructie op den. voorgrond, w-vxri ov men
zoifo zonder versiering, vc.or*orp;n kaa ver
krijgen die door verhou n^, door materiaal en
zuuera biwarking ons aangeüaa-n a»ndoen Dj
grootste fout vaa de meeste luxi-zakea die
zuls als kunstvoorwerpen ons som* aangeboden
worden, is hec op de voorgrond trelen der
't bosch.
In 't nauws'e hoekje van de hut zit Maria
Josefa, ineengedoken als 'u schulJigp, geen liclit
braadt in 't v rtrek, slechts de dunne
takkebossea in dm haar.t verspreiden '11 zwak
schijus;l. Zïhoudt de kat m^t, beiie armen omrat'
nu bukt ze 't hoofd nog dieper en laat. | et op'
't zachte rel rusten ; hijgend -- Wat had
hij ook gezegl: ,Mar:a Joscfa kom vaa avond
buiten achter d; rune», in 'i bosch, bij dien
grooten dennebooaa »Maria Josefa j; moot
komen kom buiteu !"
,/Waar ga jo heen!"' vraagt de oude groot
vader ac-iter den haard ea kuipt met de zwakke
oogen. Ze geeft geen antwoord ; langzaam als
tegen haar wil, is ze opgestaa'). met sidderende
bt-enen gaat ze naar de deur. Waar pa je "
De d.ur is reeds toegeslagen. Daar buitenstaat
iMaria Jjsefa m de duisternis. Allts rondom is
m nerelslaiers gehuld. D,; dauw druj p -lt als tra
nen f p naar hoofd, h.iar kleeren worden vochtig...
«Kom, Maria Josef», koin, kom !"
Met epen mond, koortsig k'.opptude polsslao
gaat Maria Josefi door den nach^ eerst
lan<*zaam, dan sneller. Daar bruist de Lieser daar
staan de ruïjes als donkere s,teer,brtkkeu
nu hoort ze 't geruisch van de eerste boomen
van 't bosch. -- Ze loopt al sneller en sneller,
ze struikelt, staat weer op, nu rent ze. . .
De dorre bladeren ritselen onder haar voeten ?
ze is ademloos, hijgende. Onder het JaU ver
sleten kleed jaagt haar boezem onstuimi" epen
neer, haar_ voorhoofd gloeit ; ze kan niet
dtnken. 't is a jagen en voortstormer.
-u Flauw maansehijnsel glijdt ever Jen weg
'n vogel vlif gt verschrikt op zij rent en rent
steeds voort. -- . Daar is de groote dernsboom,
daaronder 'u Echim, 'n gestalte -- met
ui'gestrekte armen 't hoofd achterover stort ze
vooruit
-Dus toch !
-
Toen 't voorjaar werd, danste Maria Josefa
eiken Zondag op alle kermissen. Ze danste woest
met vliegende haren, fhddireude rokken en fon
kelende oogen. Als ze moe wa=>, liep ze naar 't
kerkhof, naar haar moeder's graf; daar zat ze dan
laag. -- Het graf was verwaarloosd, gras ea
onkruid tierden er welig; aan 't vermolmde kruis
hing 'n half vergane krans.
--