De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 9 februari pagina 3

9 februari 1902 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

r No. 1285 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. maar dit ging door de hand eener particuliere vereeniging voor Armsnzorg. Eu de werkverschaffing die de kleine gemeenten «uitdenken": keiea kl oppen, vlasbraken, enz-, is van dien aard, dat het bij den toeschouwer alle menschelijke gevoel daartegen in opstand brengt, en bij <len werkelooze zelf wel de overtuiging moet doen postvatten, dat de werk verschaf fi :g niet is een hulp, maar een straf voor de maat schappelijke zonde van werkeloos te zijn. Stellig is de minister van het onniensehwaardige onmaatschappelijke en onyoldoei.de van zulk een toesiand overtuigd. Vandaar, dat h j een aansporing aan de gemeentebesturen nood;g achtte, en het »bedenken" van werkverschaf'fiag aan te moedigen. Ea toch heeft men aan de regeeringstaf'eJ, dunkt mij, nog een gansehclijk ver keerden kijk op de diugen. Juist het bedenken Van werkverschaffing op een oogen blik dat de crisis er is, roept zulke toestanden te .voorschijn; hetft ook hel aanzijn gegeven aan het beroemde Parijsche voorbeelu, toen op aandrang der werklieden-vereenigingen eens door het stadsbestuur arbeid werd verschaft, maar tegen zijn zin, ei! om toen die verschaf fi tig in het oog der burgerij belachelijk te maken, liet men de werkeloozcn zand kruien van de eeae plaats naar de acdere, en den volgenden dag weer naar de oude plaats terug kruien. Dat is »bedeuken" van werkeloosheid En zóó zal het de minister toch wel niet bedoelen ? De groote debatten in den Duitschen Rijksdag, over de werkeloosheid, de vorige week gehouden, waaraan alle politieke koppen van beteekenis eu alle parujieiders hebben deelgenomen, zijn hierom van aoo groote beteekenis geweest, omdat zij aantoonen hoe de overtuiging zich gaandeweg baan breekt, dat de werkeloosheid niet door liefdadigheid voldoende geholpen kan wor den, maar er door de open bare be-tuivn van Staatfprovincie en gemeente productieve arbeid moet worden verschaft, waarvoor ixeds vóóraf de eventueele middelen zijn aange wezen ; dat openbare werken moeten worden uitgevoerd, die töah, later, tot uitvoering hadden moeten komen, of dat van andere openbare werken de uitvoering tot zulke perioden van malaise worden uitgesteld; en dat, ten tweede, mér verpleegd moet worden de statistiek dyr werkeloosheid, waardoor de aard dezer maatschappelijke kwaal meer klaar zichtbaar, en de voor ziening vergemakkelijkt woidr. Vóór mij ligt thans een boek, van bijna 300 blz., waarop de aandacht te vestigen, ik juist nu, t;u de kwestie der werkeloos heid hier actueel is, van groot belang acht. Het is een »Bj;icht" van het* door de re geering gesubsidieerde, Zwitsersclle Arbeids secretariaat, gericht aan het Zwiisersche Industrie-departement, bevatten de een waar devolle en gedocumenteerde uiteenzetting van de oorzaken der werkeloosheid iu de verschillende landen, bij elk hoofdstuk natuurlijk terug keerende naar Zwitserland; een overzicht, wat zeer secuur teiuggaattaar het jaar 1879, < n aan de belangrijkste periode van industrieelen bloei bini.en en buiten Europa overziet; de verschillende, aange wende of voorgeslagen middelen bespreekt, en eindigt met aan het bovengenoemde departement een schema voor te leggen, hoe het, Secretariaat, of' althans Ac-, bekende schrijver van dit belangrijke werk, Hrrmann Grtulich, meent, dat de openbare besturen van staat, kanton (provincie) en gemeente op planmatige wijze in den nood der wer keloosheid kunnen voorzien. Dit «Bericht" is een opdracht geweest, met een eigenaardige oorzaak. Einde Augustus 1893 werd bij den Bondsraad ingediend een veiksvoorstel, i n ge d end krachtens het recht van initiatief, ondertetkertd door 52837 zwitsersche burgers, waarin het «recht op arbeid1'werd gevraagd, waarvan de aaiihtf als volgt luidde : «Het recht op voldoend loonenden arbeid in eiken Zwitserscheu burger gewaarborgd Dl rijkswetgeving heeft ten plicht, ouder medewerking der kantonnale en gemeentelijke beo t uren, dit grondwettig recht zooveel mogelijk tot practiocHe uitvoering te brengen'. Dan volgde een opsomming van de velerlei wijzen, waarop dit zou kunnen worden uitgevoerd. Maar de Bondsraad schrok er voor terug, zulk een geheel sociaal politiek programma in de grondwet op te nemen. Er werd zelfs _niet over ge discussieerd, maar het initiatief-voorstel werd uadelijk aan het volksrefeudum onderonderworpen, en met 308280 tegen, eri 75880 vóór, naar de anippennand verweien. Spoedig daarop echter nam de Bondsraad het besluit, een onderzoek in te stellen, a naar de best mogelijke wijze ooi een statistiek over de werkeloosheid te verkrijgen, u na te gaan, in hoeverre er vanwege de openbare besturen hulp en voorziening is te t riffen voor «unverschuldete' wetteloosheid. Hut industrie-dtparlement noodigde daar op :i do patroons-, u de werkliertenbondöti uit, hun ineeiiirig te zeggen. Van da patroons-verenigingen kwam al spoedig antwoord in; maar die aut voorden bleken fcteidi weinig belangrijk. Het Zivusersch Arbeid» Secretariaat, beschikkende over tamelijk ruime middelen en over een staf van \\èl Onderlegde ambtenaren, voeling hebbende met alle kringen en alle rich liugen dsr werklieden, heeft zijn taak er^ atiger opgevat. Het heeft lang geduurd, voor het met zijn »I>3iicht" gereed was; maar de waarde van zijn arbeid is hiermee dan ook volkomen in overeenstemming. Natuurlijk zal ik daaruit geen cijtVrs reltm eren, en ook niet weergeven wat omtreni ^psc:fiïk Zwitsersehe toestanden gezegd wordt, maar de concluaiën waartoe ditonderzoek heeft geleid, omtrent het vertchnffdn vau «i-beid, zijn in het algemeen volstrekt niet uit-luiteml op Zwitserland van toepas sing, maar verdienen overweging in elk land waar de werkeloosheid als een iware plaag het volk teistert, en waar de regeering zicii geroepen acht, daartegen middelen te vinden. * # * De beste hulp voorde werkeloze arbeiders is, huüai beid te verschaffen. Zeker zuik een arbeid verschaffen juist in tijden van crisis dikwijls moeilijk. Maat' aannemende, dat gewoonlijk onderde bouwvak aibeiders de meeste werkloozeu worden aat.!geiro!r.'in, dient h«t uitvoeren van bouw- of water wei ken steeds eer. belangrijk middel te zijn. Gewoonlijk worden in tijden vau uuuiUC'iappeujkeu bloei, terwijl dus de gemw-nte ii<iatic.ëin guustigen staat zijn, (ie m. tste werken uitgevoerd, dikwijls zeer duur, en ronder dat zulks voor veKchalf'en vau arbtid noodigis. Hoe meer nu de overtuiging doordringt, dat de openbare te-turen door het verscru IK-n van produciievtn arbeid in de werkeloosheid zooveel tnoaeliik moeten voorzien, hoe meer ook zal hetduidtlijkworden,datzulkearbeid juist in tijden van malaise moeten worde» ter hand geï.omen. Nu zijn de toe&tanden zeker lijk ze.-r verschillend. Maar in 't algemeen zou het wenschelijk zijn, indien door elk openbaar bestuur, d.i. dat van staat, die der provinciën ea die der gemeenten met meer dan 10.000 inwoners, eeii fonds werd gevormd uit jatulijkeche bijdragen, dit minstens 5 pet. dtr budgets voor openbare vvorkeii bedragen. Op eene begrooting van b.v. /' l millioen vo( r openbare werken, zou dit een bedrag vormen van ? 50 000, die in h.: t fonds voor de werke loosheid zouden worden gestort, wanm-er dit fonds alleen bij mipende werkloosheid, b.v. om de 5 jaar, werd aangewend, zouden voor zulk een som, dan gegroeid tot /'250 000, openbare werken ondernomen kunnen wor den. En dan dienen zulken wei ken, niet op het oogeublik te worden »b:dac(ii:', maar vooraf daarvoor aangewezen ; zulke werken, die te eeniger tij l toch hsv.ldeu moeta-A worden uitgevoerd. V('Oi waarde is echter, dat zulke werken worden uitgevoerd in eigen beheer. Worden zij publieic uitbesteed, dan zou de aannemer al te veel misbruik kunnen niakt-n van de malaise, zouJeri vreemde arbeiders aangeï-omen kunnen worden, en alzoo het doel ten eenemaale niet wo. tien bereikt. Dit is ..i der middelen, wat door dvn ontwerper uitvoerig en naar alle zijden wordt verdedigd. Verder ware het wenschelijk. den organi saties van_ patroons en «rbeidert (ten omzetit b.v. de K'-tmera vau Arbeid) het recht tee te kennen, eene algeuieene inkorting vau den arbeidsdag in eeuigerlei bedrijf te gelaaten, waardoor aan werkelooze arbeiders arbeid ten deel valt. en waar bij. zoo mogelijk, aan de arbeiders die daardoor schade lijden, eenige schadeloosstelling wordt toegekend. en derde dient aan do gemee te-besturen het recht te worden toegekend, en moeten zij daartoe in staat worden gesteld, om arbeiders die niet aan 't werk gesteld kunnen worden, en die dus Kouder schuld gebrek zouden lijden, te ondersteunen ; niet in den vorm eener aalmoes, maar op gelijke wijze ais bv. landbouwers worden geholpen die door watefsnootl of hagelslag getroffen worden. Tm vierde worde door don Staat subsidie verleend aati de vakorganisatie- s, die, blijkens hunne statuten en boeken eeu werkloozenfonds hebbe'i ingesteld eu wier leden daar voor ook zelf bijdragen ; en de Staat tteune ook die gemeenten, die eene verplichte werkloozen-verzekeiing hebben ingevoerd, het een zoo .vel als het ander ouder b.paa'de we'"oiaschrevtn voorwaarden. Ten slolte orguniseere de slaat en de gemeenten zelf d: instelling der Arbfidsbeurien, tegelijk ele particuliere piaal-óugs bureaux; ofwel deze laatste word-ni alleen toegelaten onder strenge eontjóle. Voor het toezicht op deze instellingen dienen ook de arbeiders-orgauisaliën gemachtigden te kunneu aanwnzeu. Het hoof'dbeziv..iur zou zeker zijn: de hrjoge koeten. Maar dit bezwaar kan toch niet onoverkomelijk heeten. Wanneer 30,000 georganiseerde arbeiders de ws-rkeloozeuuitktrering invoeren, en de staat stort in de fondsen voor elk lid f' '2 p-.r jaa>'. zou dit per jaar f G'O.UOO ui'.mi'.ke'i ; en hooger natuurlijk naarmate hol «antul weikütr'en die georgJUiUtt-rd zijn en aa,n de v-eiv.ekering deel-ie'.'iwi van jaar lot j.tar ^roo'.er Wüvdt. Ilike-ut, ifieiv teu dubbel X.M.O Ivoog bedrag tot uitkeeripg aan d;e j< 'n' e .ten, die de verplichte werkloozi:;;-ver/.e!;t'rin< hebben i u gevoerd, dan ka., de: g,eii'_ele bij drage vai: den staat «.r: t na '..-ttelyke jaren tot een mHlioeii gestegen /AJ:\. * * * Gelijk gezegd ik heb allw-n van d« conclusie.i vau de.<?n omvangrijker! r.rheid s'eehu enkele put, U n kan L-c u aanstippt/i.1. Wd men beienken, d at iu het w t rk ielf elk dezer conclu.-iëa fet> u-,.t op suiii^ieko onderzoekingen in biune'ï- en buitenland, en elk op x'tdh /.elf uitvoc-rij? verdedigd worden. Mijn dot-1 was het slechts, er do aandaeilt op tp vestigen, e.-\ e< ke!e wegen aan te wijzen, die noodzakelijk, zei i's i n de naaste toekomst, zullen rn<>eten worden ingOblaftwn door de openbare besturen, orn deïeti sociulün nood, WHSVOUI'M zoo duizen den ge/.ihiieii onschuldig lijden, Ie lenigen iiog anders dan door ar.uenzorg. H. S. to- ... 'Wï. "T:fc^ ^ sterft**&.-*??* S- '-£"--*??* SCPI?^: *Sz^~" ':-tïyt t" A, f. Lier, Herinneringen van Abraham van Lier. «Alle eer, rny en mijnen broeders bewezen, werp ik van mij, en brerg die over op de najtfldachteriis van mijnen vader, Abraham van Lier, don surhier van het (i.-a .d-fhr;-, re''. Aldus sprak pen der huidig;) directeurs van het Gïand-Tr.i-iv r#, de heer L>on van Lier, da jongste ridder in de Kroonorde van Praisen, vierda klasse, na overstelpende» hulde hem en zijnen broeders gebracht op het dezo week gevierde vijfug-jarig jiihiifiina. li^tar hid hij niet kunnen doen. Want Bram van Lier komt alle eer toe. Bram van Lier wa? een tooneel-directeur bij uitnemendheid. Indien bij zijne herinnerin gen iu boek had gesield, zou dit eens belang wekkende lectuur bieden. Eine enkele h'ïefc hij, in lang vergeten bladen te boak gesteld in de Dui'scha taal, on Ier den titel: »Aus dem L^hen sincs aiten 'l'neaterdirectois''. Li d^t laven vertelt hij van Marie Seebach en B -gumil Dawison. Zs voelde 'c door l.aar dun katoenen lijfje heen eu 'a riliiug voer haar Ja.gs arm en rug door de leden. Onstuimig joeg 't bloed door lnar aderen ; ze had op dat cogenblik 01 mogelijk 't hoofd kunnen oph. ffer-, dat ze hoe lai g r hoe dit p r nterbi-og Oul audig wriemelden haro vii g.:rs in de tabak; bladtrt'D. «Dat is weiiiig ca mark twint'g lieve hemel!" Zijn stem klonk rm ddijdend. , Waarom gsat u n.et, liever dienen t1 Da.u htbt u 'i toch bUer !" De omringende meisjes slootten elkaar aan en gi; c Beiden., 't Stond toch z o dom, zoo oi.LOOzel ! ze vatten stellig nauwelijks wat, d;e heer meende. Mar a Josefa begreep hem wél ; zo brgreep Jat hij haar b(k'aigde, eu ze wilde geen medelijden, van nieman.i en van dien ilair nog 't alieimmst ! Ze maakte 'n driUige bewe ging, ZO'dat de zware hand van !<aar schouder gieeu; koppig keek ze op; de donkere oogen flikkeiden onder de ontstoken randea : «Weziju niet, arm. 'k Wil niet beklaagd wordtn ! Ik htb nitmabd ncodig! urenen? Neen iiesL ! j daiik u!" Z; trok haar lippen minachtend samen en wierp van ter zijde 'n vluchteen blik op Lem, hij vn;g dien blik op er. hield 'm vaa. IIare oogleceu knipten maar 'i hielp nitt, ze kón 't met laten, haar bik niet afwenden, ze motst, hem recht, iu de oogen kijktn, terwijl i an.r vitige s machinaal de sigaar rolde en haar krneëd tr.Meü, alsof ze uren lang 'n steile berg afg;loop:n had. /,Zoo !" de vreemde heer draaide zich nu lang zaam on', »ik dacht, dat u mUsc'iieu w il bij mij in dienst zoudt willen komer. Ik zoek'a me;sj >, dat mijn oude huishoudster 'n Landje helpt. U wilt dus niet? Nu, wees maar nitta te vlijtig ' Adieu !" Hij krukte haar toe?-laar alleen, zoo kwam 't hassr voor; hij had haar ook met n 'IVina j maar met je toegesproken. Ea hij had laar ge vraagd, bij hem in dienst te komen .. . waarom ' ju.si, taai!,.. «Neen, neen!" Maria Joséfa's waugs/u glotidep, driftig stond ze op en stoo t: aan de tafel, zóó, dat 'n handvol sigaren over den grond rolden. Do aadereu keken haar verwonderd aan, buk ten zich toen weer snel over haar weik. Men j hoorde verder niets meer dan 't ritselen vau de l dorre bladeren en af en toe 'u droog kuchje. j l'ijue, bruinachtige stofdeeltjes bleven in 't verl«KWnSi^llllSVM511rtll^HI*l»f!im^(i^i!m|IIIIU«IH!MI!l(ll!III!tliil!li(t trek hanger', bij de m;u--te bewg ng verspre dde zich tabaksluc.t uit de kletreii en liareu der fabriefsni:.-!-jes ; 'a tcherp ru kende dan.p steeg op naar het wit gekalkte plafond ea zakte ki;;.ïs de vyaedeu Laar omlaag . . . Dit n dag > at TI ka mé; ve.r iiend dan Maria Josefü: dc«;e l e|> ook niet als gewoonlijk vjor de anderen uit, den berg af; lang/.aa'ii, traag slent,rde zij ie ac uerna. Margen waa 't /ondagl Ze hoorde d-: mei j-:s onder elkaar babbjh n'; ieJei- hal 'n. vrij-r, zelfs de d kke. Trn.a met !\aar rond bol kii.d :ri';tz'c!it; -vertelde met haav breedlacaeiden mond: Hij pra'*r morgen met, me din gen; iu Biect-ftld is 'c kermis, (Vut- gaan we heen, j'», j-i ! ' Ze ie.ehte vroohjk en de adderen lachten me... \a-i/, ali iu 'n dioom hoorde .M-ir,a ?! ;sefa 't ge"ab')ei aan. Ac iter iu-ür lui (de 't avondkl >kje vau 't >p.f«e kerk-.or.-ntj; .-in;c z'ü'lo;ker ;e;ea dak; ia e!ki n klckkcitoon ic'ieca v.-rborgen vrtug'ie te trjlei; ; /.ac:it, zweifdc de k hink o'ver de daken vau O), r-Ma;.der;e!ieid en over 'c kerkhof mtt z'u houten kru zeil gin is op de berg.'ielhi.g. Mtria Jo.-.cfa S'.otd -\?l vi, keek om ; zs un.-jst op eens uan lia.ro moeder denken ' die rustte i ;i:i: _ De huizen vaa Niedsr-Mai:der;cheid zijn 011ziciiibiiir, geV-t-1 in mist gehuld ; langs de nu uiet meer donkergroene kloot wand: u stijgen neve'lludeu omhoug. D- Lieter'is doo;- regen buien ge?,svol:;r. .,n stroonit wild bruisend, met wit schuim bedekt In de vochtige bnsschea scireeuwen de h-rien ; 's lachts dringt de klank l \an ^imn steikea iokrorp door tot aan de hutten, ' wordt door (ie rots ..vanden gestuit eu verliest | zich m 'n di II'; ec'.'o. | Maria Jjs-t'a zat wakend op baar sirojiak en hield dd ha ideii op de oor» n gedrukt; toch hoorde je elktn schreeuw eu dan kromp ze ineeii. Was ze angstig? Diar tegen deu niuur lag de ou te grootvader te snurken; menigmaal rochelde hij zoo /,waar, dat ze npstoii'-l, licht ontstak en naar htm toeging. Hij zag t r uit als 'a dooie, m::t, iugezoi.ken oogen i n open mond ; maar hij w;.s warm, sliep vast. Luug bleeJ ze voor hem staan, 't L'ciit tooverde baar sciadaw reusicitig groot op den muur en wierp zijn flikkerend schijnsel spookacitig op 't, oude, geümptlde gezicht. Warm kaarsvet druppelde op haar bloote voeter, maar ze vojlde 't niet; mst groote, droomcr'ge oogen I. MARIE SEBBACa. Het eerste jaar van mijn loopbaan als Hollandsch touiieeldirecteur (1852) was voorbij ; de concurrentie was groot en ik ging beproeven de gaiitsch braak liggende Duitsche kunst. Da zou m\j niet moeilyk vallen, daar het theater, waarin ik speelde, het oude Duitsche Operagebouw was, en ik onmiddellijk met tooneelisten van naam in onderhandeling ge raakte. M'.j n geacate gast van beteekeuis in het jaar 1855 was Marie Seebach. Eens gillen wij naar Laidea om in een gabt'üorstellirg Maria Staart te geven. Eaa rijtuig braclil ons van. het station naar het hotel. Toen w\j daur kwamen, miste Marie S.-fabaeli, tol onzen niet geringen schrik baardoos met b/iliantnn, oorringen, geschenken en orden vau vorstelijke personen ILifl en waar wij ook zochten, alles was vergetfach. Saebach was wanhopig en wilde niet spelen. Zo;.der maar ia 't geringste of mir.ste t« weten hoe, beloofde ik haar, voor dat h at vijf.!.) bsdiijf begonnen zou zijn, haar alle vederen kostbaarheden terug te bezor^^e i. Daar de rol van Maria Stuatt een rol »vo Gram und Wath" is, speelde Saebach dien avond ongekend natuurlijk, tot... het laatste bedrijf kwam. Rseds was zij als koningin gekleed orn naar het schavot te gaan, maar .. . de kostbaarheden waren BV nog niet. Ik had nist verzuimd het publiek in kennis te stellen van h«t verlorene, zoodat tengevolge van mijne bt-lofte geen mensen zich verwonderde, dat Maria Staart aarzelde ter dood te* gaan. IntuiS'chen bad ik niet stil gazeten. Ter?torid na het middagmaal had ik met acht dienders in allo hoeken der si ad gezocht, tot ik eimlulijk hoo.'dK, dat een boerenmeii-ja op straat voor de Studentensociëteit een reistasc'oje gevonden en "naar het politiebureau gii'-.raciit h; il. Daar zij echter niemand op hot bureau van politie vond, had zy »het ding" rnre haar hciar dorp genomen. M.iiv naai- welk dorp?.. Niemand wist het. Snel een besluit namende, huur ik, orn op het sroor van het meifj? te komen, vier rijtuigtjii. Iaat vsi ieder twee dienders plaats riemen ; ik zelf ;H ')i) een open kar zittai?, en snel als (ie wind p,i"gen do rijtuineri naar vit-r riuhtinwHn buiten do sïad. Ei zie... ter*!/,! aUe ryiuiijen OP l?r eenir; spoor ontdekt te hebben, terug kes> der1, was du mijno zoo gelukkig, het juiste dorp en te 9 uur ook het uieihja te vii,Jen. Z\j vertelde, dat 7,ij genoodzaakt was het ta.srcr.j'! mee naar het dorp to nemen, omdat op hut pViitiubiireau geen kommissarii en g»'ea dienJ'.^a wnrsn. Toen ?.ij thuis was gekiitneii hal zij het tasci j; opHngernaakt en zich VtTwoiii'.fird, dat er, behalve BJII paar zak koeken geon voorwerpen van waarde in waron. Do eJsl;;asteenten hnd zij voor niets Ujzorulbrs ge houden. DJ die-.iders, dis ik bij mij had, wilden hst armo rceisjj gevangen nemen en op orze kar mee naar Lalden brengen. Het gelukte mij echter dit te voorkomen. Ik hield hbt daarontogpn voor plicht de eerlijkheid van het rnd'j-i met tien galden te beloonan. In snolle vaart redea wij in drie kwartier naar Leiden tsruj, en hot was juist tiun minuten ovi r tien, ai? ik büj roepend in den schouwburg kvvutn en Isid verkondigde: »Dd briüanten zijn gevonden !:' Iloevoie zoenen S;ebach tuy gaf, weet ik niet, maar het waren er vele. Orn niets van eisn sitm te verliezen, had ik de kostbsro voorwerpen in een doek bij elkaar gebonden, die door de kur.&tarares, zoodra ik haar dieg&f, weleer, twaa! f maal werden r ageteld. Hoe zeer het publiek in het verlies belang stelde, laat zich begrijpen, omdat het vernomen lal, dat ds briljanten eer.e waarde van 20duizend thalers bidden. IL't laatata bedrijf ruiste zijne werking, daar Maria, toen zij l-ij bat sf-ch'31 J van hare kamerji.lïren, den gelukkigen uitnlag vematn, bij re? ter dood zullen gaan, hare blijdschap Liet kon verbergen. Ik bad voor njtnigsn, politie en geschenk aan het niöi;j:>, 'M Hjilanduclia gulden uiigagever, die ik by d« afrekening van do kun stenares zou afhouden. Ik had tchter buiten de waardin gertkftüd. »>lloor ear.s. rrijühear da directeur !" zei Saelajh - wij zijn overeengekomen winst en verlies f-aa.a te deelen »wij spelen om het halfi T'; ik betaal er daarom niet meer dan negentien gulden aan, en u de rest. Ik vond hare opmerking zeer juist en narn de andere helft voor mijne rekening. (Slot volgt) J. H. R, staarde ze, voor z ch uit, to'daUe ope.:,-,s nlleud tot, be./.i, uii-g kwam, 7,; blies 'i, Lcht uit, eu was m; t céa ,-pro; g weer op haar s'roozt-k. M«t ojigrfirokkeu beens-u ro'd; ze t\c'\ i.iet-n., 0:11 warm t; wordui ea voelde de iu.)il'gh.:id Imrer lede maten ; haar hart bt'g- n onsluuuig te k'oppen ; 'r, wü:j alsof 't vlak legsn du rib'un aanbonstn. A!ler.;e! voorattiliugen tr-,kken o.-id. r de toe geknepen oogleden vcorbij ,'iare verbeelding hoe Tril a Laar ar,tien teeder o ui dei: hals van ze ds kat in do hoog'p, spelend, h-;!, in vrcolijkeu overmoed opheft. 'l dotkir fu.kcldeii de katteuoog..-n groeuachi huar vrijer grslsgK t hield ds vrouw van den fabneksopzichter aar kleiii!j; ea-i de borst lueld o! <ioe gelukkig waren die Het ZA-eet brak haar uit. Dertig ptVniiigde h:;!ider:<, dnrtig pfeuiiig... inema-jd i.o dia!..." dat was aliiji als 'n toovi rspreuk geweest. Vror-ger had ze die opgezegd ea' was da:i al ij l rustig geword-u eu trotse1!, nu uit-1, m er ! Arm kni! liid luj g.zegd, niettegenstaande haaré.i mark twurig ! »Je/es Maria!'' Ze vouwde haar h inden saam. Van haar loven Ind ze nog nooit zóóveti gebeden als i u in de laatst:: maanden. Zo had angst, en l och was 't eigenlijk bjlaehelijk! De, euie dag was ze gt-heel terueerge.-lager, den audereu h;eU ze 't hoofd tto»sch opgericht ! naast hare kamera lei). Wie van haar kon er zich op ijerotiiien, dal 'u vooruaam het r haar naliep, die 'u gciicht, iiad als de he-.iigo Q orge eü'n hauj, waaraan zoo'n moo:e ring scuittrrde ! Met diezejde hai.d had hij haar la:i!^t, tusschen de ru-ues züc:it laigi wai g en k ui gatreeU en gist.i reu 'i. . . Ze strekte hsar arm uit en tastte on zich heei>, alsof ae iets zocht niets! Duister, leeg was 'r, rondom haar Maar neen, toen n'et. Vai achter den haai d kwam 't aangi slop.- n, rn;auwdük'a -eii.i en drukte zich tegen ha>.:r aan. A-rae poes ! die vfa^ uu ook hcid alleen, al hare j >i,gen waien dood! Met eigtn hani had M r:a Jo-efa ze de een na de andere iu de beek geslingerd, wasr de strooming de kleine diertjes dadelijk nuêgesleurd had; ouverfciiilig hal ze ' er bij geslaan eii zj nagstuuid. Maar toen de j poes, i'V.ameriijk. klagend, telkei.s om haat let-g nest was ges ep:;n eu met opgestoken s'aart en st,eil-e>pstaaude haren elk ho<;.kje op iieuw door- l zocht tiad, waren Maiii Josefa de tranen in de i oogen gesprongen ; met 'n dtffd kreet had ze de ! kat in haar armen gesloten. Sedert dien tijd waren j ze onafscheidelijk; beide waren ze immers alleen ! ' Met hartstochtelijke teederheid drukte Maria j Josefa nu het di( r tegen zich aar. Daarop tilde j i zooals m-"n met 'u kind In il tig boven liKJir als twee vurige stippen. //Zog, houj j ')- van m.;? ja, is 't niet? ja, ja!" i L)e poes knoide; die houtiug was haar oiigemakki-iijk, zij krab ft- niet maar legde de scherpe nagels op de hand, die ha'-.r jco vastiiielJ. utnuciiterd l et,'t mei.-j: dm bluotenarm »a'\keu br! 't was ;óo' koud! Herfst! spotdig zou 't winter zijn, en de hut, zóó vervallen en de nachten zóó lang eu altijd, aUijd alleen ! Vroeger had ze daar uco'.t over nagedacht; de fabriek en kdli; er. aardappelen tu warmte en kt d dat alles gaf hair genoeg te denken; maar nu?., . R lltnd trok ze de armelijke deken to1, onder de kiii^ik- poes legde zich koestcr-nd op haar borot. Nu werd ze warm, maar kou toeli niet inslf.p:n: de herten schreeuwden dof fclagetid iu 't iiahijl/g^cnd bosc'.i door 't donker bi or den zich twue oogoa in de hare, oogep, d'e tot in haar diepste innerlijke doordrongen, eu'n hand bewoog zich voor haar heen eu weer naderde hoe langer hoe meer, stretk zóó diciit largs haa-r wangen eu kin, dat ze de luchttriliing met n ie te voelen, strekte zie;i uit ia;r haar schouder taar horst. Ha !''met'n dcffo angstkreet sprong Maria Jos'fa zfjó verschrikt oveieinrl, dat de kac van ! a°.r bjjst. tuiiricl.ie. Met 'u wooot gebaar strekte ze de armen boven haar hoofd t n smkte : N: ea, neen ! 'k doe 't niet toch liet en toch nitt!" Wat, ein.ielooïe nachten ! hoe lang «aam kroop da dag oai ! Doodt lijk afgemat slei p',e Maria Jos fi zich zoo voor', hare 01 gleden waren meer dau gewoouiijk ontstoken Iu de fabrit k had ze dien dag met koortsachtige vlugheid gewerkt, de sigaren vlogen ouder haar hindeu te vocr-chijn. Na 't gelui vau de nrd.lagklok was ze lat g na de anderen de berg afgekomen dau stond hij weer! Hij zei: //Goeden dag!" en lachte haar toe. Zij 'nad moeten ttrug lachen er, groeten : hij zag er zoo knap u't, 't wss toch 'n deftige mijnheer! en wat, schitttrde de ring aaa z'u viLger! De eenige zwakke straal van de blerke herfstzon fonkelde er op. Lang en dringend had hij niet haar gesproken " En r,u «as 't avond geworden. Daar buiten lag alles in grauwen neve!. Woest bruiste de Lieser; mei hoort 't geschreeuw der herten in Beman Wolf, t Te Bsrlijn overleed dezer dagon dp leider der bekende concert agentuur II. Wo ff, wiena werkzaamheid als tUKsehenperaoon voor de artisten op muzikaal gftbied en de concertengevende vereenigingen en instellingen zich langzamerhand ocer e«n goed deel der Omle en der Nieuwe Wereld had uitgestrekt Gsdurende het loopenda sei/.oen nfeuitde Avnntuur de belanden waar van 44!) kunste.ianrs, nri wel van 104 piatiinten, 71 vioü«ten, 35 a!':- «n cellospeler», 7 harpspelers, 78 aopraar- en 58 alt-zangeressen, 48 tenorzangers en evenveel bassnn of banton. H>;rmann VVo ff was zelf vow het toonkn' stenaaravak opgeleid en schreef een aantal lieil"rwa en cotnpositiëii voor piano. Hij wai nen uit stekend pianist, die de jonge kinisteniinrs h|j hunne voordrashtBn vf.ak z?l!' begMoiilde en met het grootste gemak de klavierptmij in eiken gewerwchten toonaard transponnffde. Zijn talent voor hpt arrangeeren van cor-cpiten werd door A'iton R>ibinattiin ontdekt. Dej<ti;ge Wolff was tot den muziekhandel overKfu*^n, en werkzaam hy de beke ide uitgever-fi ma Bote & B >ck te B trlijn, die hum dfin Rui-siscben virtuoos aanbevalen. Da pro< f ? i-ü^de zoo goed, dat ook J >achim, Voa BÜMW en d'Alhort de bezorging hunner concert»» aan Wolff toevertrouwden. Woiff's concert-bureau is in 1880 opgericht en heeft zyn w-^rkkri^g voortdurend uitürfi'rciii. HJiiiniiiJiiiniiiii Tentooiistelliüi m geWs- en tet ia bet stedtip Hüsea ia in het fdtl.k Mn-c-um alhier een feutoonstelling ge)p.i;id va:i rar w.j i;, het a geineen kunnen bestempr-ls.; in^t d?n naim van gebruiks- eu ve tkrli\ sUio.it ; al begiar dio naam teg-jnwoo:dig toina al een ietwat vreemde kisnk t", ioijne;', hoc zui/er en duideiijk haar - ei-.Bek'.mis ook K We vinden hier het werk vau do (U<ae3: A. Ba&rs L-:verir.gU>r, Wi!I. J, v. d. M-nre!, M. J. v. d. Weijd , J. Wrjns'ok, en ,ïe h^r i. : K, P. C. da Hazel, W. C. B'ÜIIWOT. J v Ey.wilotfföl, J. J. Cl:-. L^.icau, J. L. A.L-.um-.-ks, J. Aloude.} 'laCma S. Jessuruu d ; '''^qiita, H. W. Mol, \V. Peraa>,ti Ki.v,fcr, Jou B M*, J. C. Strijbos, J. G yelJh'ïsr, U. W P. do Vnes Jr., II Waloaka'np, A. Z soi'isfer en F. Z #o!io, die zooa s Ueseatl it, vi oegar «e lewerkers waren van 't Bin.it-uhms, welke inrichting echter niet baauwoordde aa-i de biUijke eiscasa, die men stollen mag wannner me» gern 'e; sc^.sppelyk werkt, tot baroiking van ean bepaald dosi : verb.ittring van wat onze omgevi-iij, on« woning tot een aasigenaatn geUu:-! kan inakiüi. We hebban hier eeni^sn tij l geleden in het kort de redenen uiteengezet', welke do m^Ucwerkers er toe noopten gezaia3r,tiij!j hun^g krachten aan 't B.nnenhuis te onürekkon ; voor hen echter, die, diar de .e k^estw ia andors bladen eeqigszins zoüierÜDg is weergp^e/eii de juiste tosdracht er van werschen téweten) verwyzen wij naar een desbetriffö, de brcchure', die b\j de firma Tierie & Kruyèverschenen is en eveneens op boreaganoemia tentoonsttllma verkrijgbaar Wat nu deze tentoonstelling beoogt ? Een streven te doen zien van e r n aantal p» mi tier, die, overtuigd vaa de «ür-.kelo whei-.l van ons huisraad zoowel als van luxeroor.?. rpen, trachte,;, dit door logische bouw, in aüe eenvoud ?van vorm en versiering terug te bre;,gsri tot zuiverder grondvormen ; waarby vorm, i/cb;!H"< e.i versieiirg, drie zaken zijn, die gïh'eil bij elkaar hehooren, die elkaar ainvuilen tot een harmonisch guheel. Maar allereerst staat de bouv, de vorm en constructie op den. voorgrond, w-vxri ov men zoifo zonder versiering, vc.or*orp;n kaa ver krijgen die door verhou n^, door materiaal en zuuera biwarking ons aangeüaa-n a»ndoen Dj grootste fout vaa de meeste luxi-zakea die zuls als kunstvoorwerpen ons som* aangeboden worden, is hec op de voorgrond trelen der 't bosch. In 't nauws'e hoekje van de hut zit Maria Josefa, ineengedoken als 'u schulJigp, geen liclit braadt in 't v rtrek, slechts de dunne takkebossea in dm haar.t verspreiden '11 zwak schijus;l. Zïhoudt de kat m^t, beiie armen omrat' nu bukt ze 't hoofd nog dieper en laat. | et op' 't zachte rel rusten ; hijgend -- Wat had hij ook gezegl: ,Mar:a Joscfa kom vaa avond buiten achter d; rune», in 'i bosch, bij dien grooten dennebooaa »Maria Josefa j; moot komen kom buiteu !" ,/Waar ga jo heen!"' vraagt de oude groot vader ac-iter den haard ea kuipt met de zwakke oogen. Ze geeft geen antwoord ; langzaam als tegen haar wil, is ze opgestaa'). met sidderende bt-enen gaat ze naar de deur. Waar pa je " De d.ur is reeds toegeslagen. Daar buitenstaat iMaria Jjsefa m de duisternis. Allts rondom is m nerelslaiers gehuld. D,; dauw druj p -lt als tra nen f p naar hoofd, h.iar kleeren worden vochtig... «Kom, Maria Josef», koin, kom !" Met epen mond, koortsig k'.opptude polsslao gaat Maria Josefi door den nach^ eerst lan<*zaam, dan sneller. Daar bruist de Lieser daar staan de ruïjes als donkere s,teer,brtkkeu nu hoort ze 't geruisch van de eerste boomen van 't bosch. -- Ze loopt al sneller en sneller, ze struikelt, staat weer op, nu rent ze. . . De dorre bladeren ritselen onder haar voeten ? ze is ademloos, hijgende. Onder het JaU ver sleten kleed jaagt haar boezem onstuimi" epen neer, haar_ voorhoofd gloeit ; ze kan niet dtnken. 't is a jagen en voortstormer. -u Flauw maansehijnsel glijdt ever Jen weg 'n vogel vlif gt verschrikt op zij rent en rent steeds voort. -- . Daar is de groote dernsboom, daaronder 'u Echim, 'n gestalte -- met ui'gestrekte armen 't hoofd achterover stort ze vooruit -Dus toch ! - Toen 't voorjaar werd, danste Maria Josefa eiken Zondag op alle kermissen. Ze danste woest met vliegende haren, fhddireude rokken en fon kelende oogen. Als ze moe wa=>, liep ze naar 't kerkhof, naar haar moeder's graf; daar zat ze dan laag. -- Het graf was verwaarloosd, gras ea onkruid tierden er welig; aan 't vermolmde kruis hing 'n half vergane krans. --

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl