Historisch Archief 1877-1940
NO 1289
DE A.M STERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
mocht met de brieven zelf, ik weet het niet,
maar weglaten dat trekje! Foei. En dan
die kostbare brieyen of stukken ten minste
ervan >aan de lieflijk, liefderijke lui van
de Reguliersgracht". Weg met de rest!
Weg dat beeld van »de matige ernst, de
doordachte geleerdheid en jeugdige ouder
dom, dr. Doorenbos". Van Zaterdagavond
tot heden ochtend was hjj te Laroche om
zrjn jongeren te zien. Weggesneld van het
heete Brussel liep hij ons in de open armen
en voelde er zich wel bij. Wij leidden hem
rond in de prachtige zomerkalmte en lieten
de verkwikkende streek werken op het
hart des «veelervaren mans", die met zich
alle schoolherinneringen voerde, doch met
ons verkeerde als een vriend met zijn
vrienden" enz.
Heerlike eerbied van de jonge dichter
voor de dichterlike oude leermeester. Weg
dat vrolike pittige beeldje! Weg ook het
geloven van Jacques, geloven dat wij toch
zo nodig hebben ter verklaring en betere
vatting van de sonnetten Madonna, Aanzoek
en Belijdenis (XVIII, XIX en XX). Verder
zien wij er in het volle vertrouwen van
Vosmaer in Kloos »de meest gewenschte
interpretator der Mathilde- zangen". Maar
waar zou ik blijven met m'n aanhalingen.
Tot slot daarvan noch deze uit 'en brief
van Jacques aan Vosmaer: »Ja, ik ben
een van die schoonheids-sensitieven", zooals
gij schrijft, en die «stupor suavis", zeker !
dat is »der schoonheid huiyrend schouwen".
Ach, wat heb ik in mijn korte leventje
al velerlei liefgehad en wat al schoonheid
genoten!
Wij armen willen zoo gaarne in de wrie
meling der alledaagschheid iets edelers zien,
en omdat het er doorgaans niet is, moeten
wij het zelf maken, Apolloon weet met hoe
veel hartzeer, hoeveel genot en, als men
jong is vooral, met hoeveel zweetgedrenkte
inspanning. O Muze, machtige moeder,
uw aanblik loutert."
Wij krijgen zelfs 'en kijkje op z'n manier
van de-dingen-vast-te-leggen in »ruw ont
werp, beeld of klank" op "reepjes papier1'
en dan de nu wel overbodige verdediging
van zijn werken tegen de beschuldiging
van duisterheid, toen algemeen, verdedi
ging, die 'en biezonder warm licht doet
vallen op de schrijver, de heer Vosmaer.
Aan het slot krijgen we nog 'en paar woor
den over het sterven met deze laatste woor
den «Kust, jonge vriend; ik ben overtuigd
dat uw machtige dichtgaaf uwen naam zal
^ doen leven, maar ik had u noch zoo
] gaarne zelven onder de levenden gezien".
Zie, wanneer de schrijver van deze voor
rede noch leefde, men zou naar hem toe
gaan om hem de hand te drukken. En dat
alles kan ik nu genieten; anderen missen
dat ik hoop voorlopig tot de 5de uit
gaaf komt en dat zal wel gaan, want Jacques
Perk heeft altijd z'n lezers weten in te
pakken met z'n mooie sonnetten.
Maar waarom missen wij dat alles nu!
Ik heb daarop per brief en nu weer per
Nieuwe Gids antwoord op gekregen van
de heer Kloos, maar dat alles voldoet mij
niet. Is de voorrede van Vosmaer niet juist,
verbeter die fouten in 'en naschrift; zijn
er leemten in, vul die daarin aan;] maar
praat er niet om heen, alsof het ons te doen
was om te weten waar de klas op uitzag van
de H. B. S. waar hij les kreeg en of hij
wel 'es inktvlekken op zijn vingers had;
om hem op kranteburo's te zien zitten en
te kijken wat hij smiddags na de koffie op
Zaterdag de zooveelste wel dee!
Wie vraagt naar zulke dingen, is niet wijs.
Maar de hele kwestie is deze: zijn de
boven aangehaalde dingen van belang
voor onze kennis van de dichter als dich
ter n mens ? Zo ja, dan horen ze in 'en
voorrede van de gedichten; zo nee, dan
wou ik wel 'is weten wat dan wél van
belang was. Smijt dan Vondel's
»Aenleidingen ter Nederduitse Lstterkunst" ook
overboord en de brieven van Hooft en
Huyghens er
achterna.Is er geen dagboek van Perk ? Jammer
genoeg, geef dan brieven die er w_èl zijn.
En dan de andere vraag, waar ik ant
woord op krijg. Ik neem dankbaar alweer
akte van het weinigje dat gegeven wordt,
maar is het waarlik zo vreemd, dat wij
meer van Mathilde willen weten! niet
weer hoe haar dagverdeling was en of
ze wel 'is rusie had met haar vriendinnen,
liever naar de schouwburg, de opera of
het paardenspel ging. Dat laat ons koud,
maar 'n vrouw, die zo'n indruk op Jacques
gemaakt heeft, dat hij er 'en godia van
maakte in z'n verbeelding, dat hij die
zoveel schoonheid had liefgehad daar zo
door getroffen kon worden; mogen we
daar nu niets meer van weten ? Of is het
misschien echt, heus waar en geen gewilde
spotzucht van de dichter als hij aan Vosmaer
schrijft: »ik schreef namelijk een zwerm
sonnetten, die met elkander in verband
stonden een zér goede oefening in de
vers-techniek".
? «*? l
<s»«...:::....ii»
? ?** i
Portretjes,
n
Een beauté.
Het strand was vol, 't korte smalle reepje
strand langs de stille zomer-zee. By'na effen,
met een even-rimpeling die nauw omkantelde,
een randje schuim latende dat aandreef, lichtjes
naar 't land, deinde de zee, tintel- blauw onder
een hemel van enkel zonnelicht. Ea op zee,
daar in 't randje branding, alleen n bootje,
't plezierbootje dat trillend en trekkend aan
't anker lag, hunkerend om te gaan. Op 't
strand waar de stoelen als bijenkorven te hoop
stonden, waar van boven-af gezien, de menschen
krioelden, doelloos en onvermoeid, zooals
mieren ons lijken te doen, waren nu menschen
bijeen blijven staan, kijkende naar 't weggaan
van 't bootje dat hoog dobberen ging, getild
op den kop van de enkele kantelende rollers,
terugglydend in de diepte, weer opgelicht en
weer neerzakkend tot 't achter de branding
was gekomen, en met den wind in 't zeil plot
seling voortschoof, glad-geleidehjk verder, naar
den horizon weg....
Voor 't raam van een villa van 't
Oranjehotel stond een meisje ook te zien naar 't
scheepje, te turen met gedachten die ver waren
daarvan. Haar groote limpide oogen keken ver
weg, den horizon voorbij; toen zagen ze plot
seling terug in de werkelijkheid: een meneer
die haar fixeerde met indiscrete bewondering,
en zy wendde zich af -van 't raam met een
souple zachte beweging, een beweging van enkel
weemoed en moeheid om die werkelijkheid, om
die brutaal-geuite bewondering die zy overal
moest dulden, overal waar ze haar mooi en
haar gratie vertoond had al die jaren
By haar in de kamer zat haar mama, voor
naam en keurig, en met een bestudeerdheid
van manieren die haar deed gelijken op een
geschilderd portret waarvan de pose lang te
voren al is overdacht en toch den indruk moet
geven van zoo spontaan gevonden te zyn. Zelve
beroemd om haar schoonheid geweest, had ?\j
op haar wereld-tooneeltje alle rollen gespeeld,
van af de ingénue tot de grande coquette, en
later, als mama van een weer
om-haar-mooiberoemde dochter, had zij haar vergrijsde en
verbleekte haren zilverwit gepoeierd, en speelde
züweer consciëntieus en prachtig haar rol
van mère noble.
De Pooische gratie die haar in 't bloed zat
had zij ook aan haar dochter meegegeven, en
al haar wereld knapheid had zij gebruikt om
die natuurlijke gratie te verfijnen en de inte
ressante schoonheid van haar kind tot het
buitengewone te volmaken.
En zoo was 't dat Olga gewend was ge
raakt dat men haar nakeek en lorgneerde,
bewonderde en begeerde, overal, op al de bad
plaatsen en mondaine réunies waar haar moeder
haar gebracht en vertoond had, hopende dat
haar dochter met haar wondere oogen eens
een groot huwelijk zou doen, een schitterende
party zou vinden die zich de weelde kon ver
oorloven zoo'n prachtstuk sans Ie sou te trou
wen
Want dat was de zaak: zy hadden geen
fortuin. Zij hadden juist genoeg om zoo te
leven als ze deden: een seizoen meemaken
met een paar mooie toiletten, en dan weer
rustig buiten gaan zitten, heel krapjes en
kleintjes, om te bezuinigen voor de volgende
campagne. Cosmopolieten waren ze, nu hier
dan daar levend, mevrouw op den uitkijk, op
de jacht naar den idealen schoonzoon, c aar
den Lord of den Rittergutbeeitzer of den
Amerikaanschen millionair.
Zoo hadden zij al een jaar of tien, twaalf,
geleefd
Olga zat nu bij het raam] een boek had ze
op haar schoot, maar zy' bleef staren voor zich
uit, 't hoofd steunend in de hand.
Olga, zou je niet je rose japon gaan
aandoen ?
Plotseling keek ze op, van heel ver kwamen
haar gedachten: rose japon? Wat vroeg mama ?
Je weet toeh dat meneer von Steic felsen
zou komen....
O god ja, nu wist ze 't weer. Er zou
een mankomen die voor jaren baar vader had
kunnen zijn, een man die alles aan 't leven
had weggegeven behalve zijn titel en nog een
flinke rest van zy'n fortuin, en . daarmee nu
kpopen wou wat jong en mooi was en voor
zy'n oude zinnen verleidelijk; die man zou
komen, en voor hem moest zy aandoen wat
haar nog mooier en begeerlijker zou maken
in zy'n oogen....
En met roode vlammen van drift op haar
bleek gezicht riep zy' dat 't haar niet schelen
kon, maar dat ze dien man niet zien wou, daf
ze een afschuw van hem had en dat ze liever
niet trouwde, nooit trouwde, dan met zóó een,
dan met dezen!
Kalm, zonder gestes, enkel maar haar aan
ziend met dekoel-kritische oogen, zei mevrouw:
Bederf je teint nu niet met die drift.
Wees liever verstandig en denk eens na. Hoe
moet jij rondkomen als ik er eens niet meer
zijn zal? :
Olga zakte Jterug in haar stoel, snikte met
haar hand voor de oogen, antwoordde niet.
Onbewogen ging haar moeder voort:
Je weet heel goed dat voor ons, in onze
omstandigheden, von Steinfelsen een mooie
partij is. Je vindt hem niet jong genoeg? Kind
lief, jongelui van stand en lortuin trouwen niet
met een arm meisje van over de dertig.
Toen vroeg Olga klagend:
O mama waarom ... waarom kan ik niets ?
Waarom moet ik zóó ... ?
Scherp klonk de koude stem:
Is dat een verwy't? Na alles wat ik aan
je heb gedaan? Was je liever juffrouw by' de
telefoon of aan de post geworden, of
ziekenverpleegster ? Je zou niet eens je examen hebben
kunnen doen! Wat je leeren kón, dat heb ik
je geleerd: een beetje muziek, een beetje teeke
nen, den slag om je goed te kleeden ... dat
zy'n jouw talenten. Wat zou je anders gekund
hebben dan met je uiterlijk en met die talentjes
een mooie partij doen? Een partij zooals dit:
iemand van geposeerden leeftijd, maar baron,
getortuneerd, en... uitstekend geconserveerd?
Mevrouw keek weer haar dochter aan, die
nog altijd zoo zat met de groote hartstochte
lijke oogen verborgen achter haar hand.
Heftige, bittere woorden welden in haar op,
wild-opbruisend verlangen, maar daaroverheen
een groot zwaar-uitdeinend, alles-overvloeiend
en dan zacht-ver weeken d verdriet.... Verdriet
omdat 't onveranderlijk was, omdat zij geen uit
weg wist; omdat zy niet anders meer kon, niet
durfde vooral; omdat alles in haar was aange
kweekt behalve den moed om alleen te staan,
behalve de wilskracht om te leven haar eigen
vrij leven....
Snikkend nog stond zij op; langzaam ging
zy de kamer door, toen opende zij de deuren
ging zy heen... om haar rose japon te gaan
aandoen....
M. CONSTANT.
Het feest der kunstenaressen te Berlijn,
Ieder jaar geeft de »Künstlerinnen-Verein"
te Berlyn een feest, waartoe alleen vrouwen
toegelaten worden. Dat deze beperking, die
gedeeltelijk ten doel heeft te toonen, dat vrou
wen zich zonder mannen best kunnen amu
seeren, wat dikwijls betwijfeld wordt; gedeeltelijk
om vry'er te zy'n in bet in beeld brengen van
alle vormen waarmee het aan kunstzin, geest
en jeugdige vroolykheid invalt zich te uiten,
volstrekt niet belet, dat de vrouwen al haar
krachten inspannen om het feest schitterend te
maken, bewijst de volgende beschrijving van het
laatst gehoudene:
»Een reis om de wereld in vyf uur" was de
lijst, waarin de prachtige optochten en dansen,
door de kunstenaressen verzonnen en uitge
voerd, oog en oor boeiden van allen, die in de
ruime zalen der Philharmonie op 6 Februari
byeen waren.
De zaal stelde een stoomboot voor, die
zyn reis aflegde onder het energieke en
zaakkundige bevel van admiraal Hildegard
Lehnert. Een oogverblindend kleurenbeeld leverde
de hoofdzaal op. In bonte mengeling wemelden
gestalten in de origineelste, kostbaarste en
grappigste kostuums door elkaar. Men vroeg
eikaars naam, herkende elkander onder schert
sen en lachen. Alle loges, alle galerijen waren
tot in de verste hoeken gevuld met vrouwen
in feestgewaad. Daar naderde de internationale
feestoptocht, die het beeld nog meer luister
byzette
DegroepenSparrjaarden,Italianen,Egyptenaren, Russen, Eskimo's enz. ontworpen door
Maria Thun en voorgesteld door bekende schil
deressen gaven de voorstelsters gelegenheid al
hun geest, humor, voorname elegantie en schoon
heid te ontplooien. Nationale dansen gaven aan
sommige groepen een bizonderen glans. Andere
waren meer op een komisch effect berekend,zoo
als het hanengevecht in Spanje, de voorstelling
van het circus van Barnum en Bailey, waarbij
een dromedaris en een olifant te pas kwamen,
en de ysberendans.
Bekoorlijk, vol bruisende levenslust waren
de daosen der Vuurlandsehe vrouwen en de
tarentella door Italiaansche matrozen uitge
voerd. In onovertroffen schoonheid straalden de
vrouwen uit den harem en de teedere en toch
zoo krachtige Russische dans,wyzen brachten de
toeschouwers in verrukking. Na afloop ver
deelden zich de medespeelsters onder het
publiek en kwam bet feest in vollen gang. De
door vele kunstenaressen, ontworpen kaartjes,
programma's enz. werden zoo druk verkocht,
dat de voorraad in een oogenblik uitgeput
,was. Ook de buffetten die alleraardigst door
twee vrouwenclubs versierd waren en geëxploi
teerd werden, verheugden zich in druk bezoek.
Om 7,2 uur trad in de Beethovenzaal, die tot
concertzaal diende, een zeer wel opgevoed
Uberbrettl-gezelschap op onder leiding van
Hildegard Lehnert, afgewisseld door uitvoerin
gen van het philfemininharmonisch orkest.
Het werd gedirigeerd door Margaretha Goeppe,
die zoo ongeloofelrjk goed het type van den
bekenden dirigent Neinur Nykyscnoff weergaf,
dat zij een storm van toejuichingen uitlokte.
Het zon ons veel te ver voeren, als wy alles,
wat de uitvoering schoons en geestigs te ge
nieten gaf, in bizonderheden wilden beschrijven,
we noemen slechts Jeanne Robert als de be
roemde »Diseuse" Guilberte Hiver en Grace
Tobes, die met haar reine, glasheldere sopraan
den schitterendsten coloratuurzang ten beste gaf.
Amusant was ook de optocht van levende
aanplakbiljetten, aangevoerd door Sorja Beeg,
als de tot mensen geworden reclame, en groote
vroolykheid wekte het koorlied van slaapdron
ken schilderessen, opgedragen aan den geliefden
dirigent van het orkest. Als slot daarvan
ontving hy' een lauwerkrans en een dirigeerstok
en het enthousiasme bereikte toen zulk een
hoogte, dat hij of liever zy door
toehoorderessen en uitvoerenden op de schouders door
de zaal rondgedragen werd.
Toen wy' om drie uur het feest verlieten,
waren de Liyzalen iets leeger, in de hoofdzaal
was het nog druk aan den gang en werd ge
danst en vierden vreugde en vroolykheid hoog t y'.
Ontleend aan Frauen correspondent'' van
dr. Anna Gebser.
M. G.
Vrouwelijke conitote in GMo,
De proef, in Chillicothe (Ohio) genomen,
met het aanstellen van vrouwen als conducteurs
op de trams, heeft veel succes. Het publiek
toont zich met den maatregel ingenomen. De
geschiedenis van het ontstaan van het denk
beeld is interessant. Benige jaren geleden was
een vereeniging met het een of ander lief
dadig doel heel krap in haar financiën. Bazaars
en dergelyke manieren om aan geld te komen
waren beproefd, maar hadden weinig of niets
opgebracht. Eindelijk bood de tramweg-maat
schappij aan haar lijnen opbrengst en al
voor n dag onder het beheer van de vereeni
ging te stellen. Gretig werd dit aanbod aan
genomen en geen moeite gespaard om het ver
voer per tram dien dag aantrekkelijk te maken.
De jonge dames-leden der vereeniging, be
twistten elkaar het conducteurschap.
De dag kwam en het succes overtrof de
stoutste verwachtingen. Op iederen wagen be
vond zich een jonge dame in een flatteerend
uniformpje met een matrozenhoed, waarop
«conducteur" te lezen, stond. De wagens werden
bestormd en het aantal kaartjes dat verkocht
werd ze waren voor dien ag byzonder van
model en opschrift bereikte een ongekende
hoogte. Aan de dames, die 't meest in de kas
brachten, werden prijzen uitgedeeld en 't ge
heel eindigde met de totale herleving van de
kas der vereeniging.
Zoo had de dag het gewenschte resultaat;
de welwillende houding van het publiek tegen
de dames-conducteurs en de moeilijkheden die
de mannelyke conducteurs daarmee wel eens
hadden, bracht evenwel het bestuur der
maatschappy' op de gedachte, het eens met vrouwelijke
conducteurs te probeeren. Geleidelijk werden
deze by alle lijnen aangesteld en ze voldeden
zoo goed, dat de maatregel algemeen genomen
werd en geen mannen meer in dienst gehouden
als conducteur. Het schy'nt, dat de vrouwen
bizonder veel slag hebben het 't publiek naar
den zin, te maken en veel meer weten gedaan
te krijgen dan de mannen.
Chillicothe is niet de eenige plaats in de
wereld, waar vrouwen als conducteur dienst
doen. In Chili is dit ook 't geval in de meeste
steden en de tramwegmaatschappijen hebben
daar nog bovendien de ondervinding opgedaan,
dat zy minder stelen dan de mannen.
Uit Womans Journal. M. G.
Coöperatieve keukens.
Eenige huisvrouwen, die een poging willen
doen om coöperatieve keukens te stichten, ten
einde zich te bevry'den van de etenkokery',
hebbed een berekening gemaakt, die op het
volgende neerkomt: een keuken die voor 50
personen kookt, kan de porties leveren h 25
cent per portie, in de inrichting gebruikt. De
hoeveelheid voedsel bedraagt dan ongeveer l
liter, zoodat een stevige man er genoeg aan
heeft. Personen die weinig eten, kinderen e. d.
kunnen dus met minder dan een geheele portie
volstaan. Voor het rondbrengen van het eten,
zou, indien de personen niet te ver uit elkander
wonen, 5 et. verhooging noodig zy'n. De raming
is opgemaakt door mej. Meyboom, directrice
van de Huishoudschool alhier, zoodat een goede
kwaliteit van voedsel bij de praktische uitvoe
ring verzekerd kan zy'n.
Op grond van voorloopige besprekingen is
het plan ontworpen om te trachten in de Hel
mersstraat en op de grens van de Oosterpark
en Sarphatiparkbuurten (by'y. in de
Hemonystraat of Jansteenntraat bij den Amstel) een
coöperatieve keuken te stichten. Zy die in n
van deze buurten wonen, en aan de stichting
van zulk een keuken zouden willen medewer
ken, worden verzocht, vóór l April a. s. zich
daarvoor op te geven aan het adres van de
voorloopige commissie: mej. Corrie de Vos,
van Breestraat 98; mevr. M.
Steendijk-Flothuis, Ie Helmerstraat 136 ; mevr. D. Batenburg
de Keizer, Caintuurbaan 254, en mr. M. de
Roode Heyermans, Gijsbrecht van Amstelstraat
5, allen alhier.
Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid.
Jncob van der Doisstraat 68, 's Gravenhage.
Het Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid
ontving van den Nederl. Coöperatieven Bond
een subsidie van ? 50 ter tegemoetkoming in
de kosten van den cursus over coöperatie.
Door het bureau werden 14 Februari 1.1,
gemotiveerde adressen verzonden aan de Ge
meenteraden van 's Gravenhage en Rotterdam,
strekkende tot betuiging van adhesie aan de
adressen ter verkrijging eener gemeentelijke
regeling van vervroegde winkelsluiting, inge
zonden door het Comitévoor Vervroegde Win
kelsluiting te 's-Gravenhage, en den Algemeenen
Magazijn- en Winkelbedienden Bond en de
Rotterdamsche Afdeeling van den Nederl. Bond
van Confectiebedienden te Rotterdam; een
uitvoerig geargumenteerd adres werd door het
Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid 22 Fe
bruari 1.1. verzonden aan den Raad van Am
sterdam, ter ondersteuning van het bekende
adres der Amsterdamschegemeente-telefonisten,
in zake loonregeling, vacantie-tyden enz.
iiiiiiiiiiiimiiiiiiiiHHiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiimiimmuiMilllwililliliiiMiMm
MIIHIHIIIIHUIIHIIIIIIIHUHII
Edmond Rostand. De kunst om jong te
blyven. Vrouwelijke architecten.
Verlangen van koningin Alexandra.
Modes.
Edmond Rostand, de kranige auteur van
»Cyrano de Bergerac" en «l'Aiglon" trekt het
zich zér aan, dat alle mogelijke dag-, week- j
en maandbladen zoo wreeden spot hebben '
gedreven met het gelegenheidsvers, dat hy'
gemaakt bad, om de Russische keizerin
bij haar jongste bezoek aan Frankrijk, in
Compiègne te begroeten. Het vloerkleed, de
tafels en stoelen die hun verrukking uiten,
omdat zy door de Czarina zullen betreden,
betast en bezeten worden, kon men den
dichter niet vergeven.
Arme Rostand! tot dus ver was zy'n weg
over rozen gegaan. Hij was gewend lauweren
te oogsten, het py'ulyk schrammen en steken
van doornen was hein onbekend. Rostand
noemt zy'n aanvallers en de kritiek
»abominables".
Waarschynlyk zou hy zy'n echec te Com
piègne moediger dragen, indien hij, met zy'n
fijnen, Gallischen geest niet zoo diepgevoelde,
dat in zijn vaderland »le ridicule tue".
* *
*
De Gaitlois heeft aan algemeen bekende
Fransche tooneelspeelsters en zangeressen de
vraag gesteld, wat men moest doen om jong en
gezond te blijven. Ingekomen antwoorden wor
den nu door het Fransche blad openbaar ge
maakt.
Sarah Bernhardt verklaart dat het geheim
van haar jeugd en gezondheid te vinden is in
haar onverpoosden arbeid.
Mevrouw Bartet van de Comédie Franchise
volgt geen gpecialen leefregel. Het nige wat
zy ten bate harer gezondheid doet, bestaat in
het winter en zomer met open raam slapen en
veel lichaamsbeweging nemen in de open lucht.
Mevrouw Worms-Baretta, ook een sociétaire
van het Théatre Francais, bekommert zich
heelemaal niet om haar gezondheid. -In den
regel breng ik twee maanden van het jaar in
de bergen door. Dat schijnt voldoende te zy'n,
om mij voor de theater-campagne op de been
te houden. Ik drink en eet wat ik wil, ik denk
nooit over rayn gezondheid en de gedachte aan
de mogelijkheid van ziek- worden, werp ik van
mij,"
Mevrouw Rachel Boyer, een toonbeeld van
kracht en blozende gezondheid zegt:'Ik dweep
met koude baden. My'n allereerste bezigheid
's morgens vroeg, bestaat in een onderdompe
ling in koud water, gevolgd door een kloeke
wandeling." (Mejuffrouw F. J. van Uildriksis
het volkomen eens met de Fransche artiste,
getuige haar frisch geschrijf over «Zwemmen
in den Winter").
Mevrouw Réjane getuigt: »Zonder versche
lucht, baden en massage zou ik niet kunnen
leven."
Mevrouw Jeanne Granier zegt : "»Het leven
is veel te kort, om het volgens een vast régime
in te deelen. Ik doe vry' wel waar ik plezier in
heb ; my'n eten en drinken leg ik denzelfden
maatstaf aan. Ik ga in Februari drie weken
naar Monte-Carlo om my in de zon te koesteren."
Jane Hading verklaart: »Ik volg geen voor
geschreven gezondheidsregel. Als ik ziek word,
doe ik, wat my'n medicus my voorschrijft. Myn
wonen te Neuilly, ver van de koortsachtige
atmosfeer van theaters en drukke boulevards,
doet my heel veel goed. Na een repetitie ga
ik ryden, of stilletjes in de buitenlucht zitten.
Dit en de noodige rust, waartoe ik my' zelf
dwing, hernieuwt steeds my'n krachten."
Marcello Lender, van de Variétés, is een
beslist voorstandster van wandelen en ryden.
Met veel frissche lucht en een goed humeur ,
wordt men volgens haar niet ziek. »Ik hou van
wandelen en ryden ; ik ban dol op een tocht
in een automobiel met opgewekte vroolyke
menschen."
* *
*
Mejuffrouw L. Nyberg, die aan de polytech
nische school te Helsingfors studeerde, is nu
in het bezit van haar diploma als bouwkundige.
Een jonge Amerikaansche, mejunvouw Morgan,
heeft met diploma en prys de bouwkunstige
afdeeling van de Ecole des Baaux Arts, te Parijs
verlaten. Eerst sedert enkele jaren, werden vrou
wen tot genoemde inrichting toegelaten.
*
Op uitdrukkelijk verlangen van koningin
Alexandra van ^Engeland, zullen da vrouwen
der pairs, die by de kroning tegenwoordig zy'n,
zorg moeten dragen, dat haar hoofdversiersel,
de tiara, waaraan de lange, witte sluier ach
terwaarts bevestigd is, fonkelt en straalt van
edelgesteenten. Groote bedrijvigheid in de
Engelsche juwelierswereld ! Nieuwe preciosa
worden bygekocht, diamanten, robijnen, ame
thisten, smaragden en opalen worden uit
diadeems, colliers en rivières gelicht om gevat te
worden in de tiara. Een ijdelheids- wedstrijd,
een grootheids-vertoon ; alles rijkdom en glans
die de nooddruft en duisternis der concen
tratie-kampen in Zuid-Afrika te schriller
zullen doen uitkomen.
In Par u's dreigt een weinig gevaarlijke nood
uit-te-breken. De paarlen-nood. Fabelachtige
sommen worden in den laatsten tyd door
Amerikanen besteed aan paarlen. De juweliers
zy'n byna uitverkocht.
? *
*
Lederen ceintuurs bezaaid met simili en
forsche sluiting van strass of simili komen in
de mode.
Wy mogen gelukkig l weer zakken
dragen in onze japonnen. De réticules schy nen
dus haar besten tyd te hebben gehad' Voor
uitgangen naar theater en concerten zullen zy
zich wel handhaven. De sierlyke zakjes zy'n
praktisch en elegant.
Handborduursel door het prachtige machi
nale werk een beetje op den achtergrond ge
schoven , is het nieuwste van het nieuwe.
Japonnen voor diners en soirees worden
geheel met de hand geborduurd. Het ver
vaardigen van die kostbare kleedingstukken
vordert drie & vier maanden tyds. De bor
duursels zyn naald- wonderen. Een honderdtal
verschillende borduursteken worden tegenwoor
dig onderwezen. In tabliers en sleep laten de
dames by voorkeur de verschillende motieven
van haar wapens borduren. Deze mode is sterk
toegenomen, sedert Lady Archibald Campbell
ten hove verscheen in een satyn toilet, waarin
op hoogst artistieke wijze haar wapens waren
gereproduceerd. Teekening en borduursel wek
ten de algemeene bewondering.
Aan de voorjaarshoeden achterwaarts en op
zy lange lamfers van zwart fluweel, kant of
bloemguirlanden. Voorloopig pry'ken die hoeden
in de Parysche vitrines. In Monte-Carlo wor
den zy reeds druk gedragen. Of die lamfer-mode
bij ons in den smaak zal vallen ?
Qui vivra, verra l
CAPRICE.
* »
*
Drie in de pan. 125 gram tarwemeel, 125 gram
boekweitenmeel ? O 05
20 gram gist, 50 gram reuzel 0.0(314
ongeveer 3 d. 1. lauwe melk, 3 gr. zout O 03
75 gram krenten, rozijnen, sucade 00(3
Maak van de beide meelsoorten met de
lauwe melk een stevig beslag (zóó stevig, dat
de koekjes in de pan niet uitloopen) voeg
daarbij de met warm water gewassohen krenten
en rozy'nen, de gesnipperde sucade en de met
wat lauwe melk aangemengde gist. Laat het
beslag op een lauwe plaats dichtgedekt 1A a
l uur ryzen en vermeng het daarna met het
zout. Bak in een koekenpan met de reuzel
het beslag in den vorm van ronde of ovale
vry dikke koekjes, zóó, dat er ongevoer 3 in
een middelmatig groole koekenpan gaan.
Presenteer ze met stroop of bruine suiker.
(Berekende recepten van Martine Wittop
Koning.)