De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 1 juni pagina 1

1 juni 1902 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

N'. 1301 DE AMSTERDAMMER A°. 1902. WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Dit nummer bevat een bijvoegsel. Onder Redactie van J. DE KOO en JüSTÜS VAN MAURIK Jr. Uitgevers: VAN HOLKEMA & WARENDORF, Heeren gracht 457, Amsterdam. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Abonnement per 3 maanden / 1.50, fr. p. post f 1.65 Voor Indiëper jaar mail 10. Afzonderde Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar 0.12l/« Iht blad U verkrijgbaar Kiosk 10 Boulevard des Capuciiies tegenover het Grand Café, te Parijs. Zondag l Juni. Advertentiën van 1?5 regels / 1.10, elke regel meer f 0.20 Reclames per regel 0.40 Annonces uit Duitsclilaud, Oostenrijk en Zwitaerlarrd worden uitsluitend aangenomen door de firma KUDOLF A10SSE te Keulen en dooïalle filialen dezer firma. I N H O V Dt VAN VERKK EN YAN NAELT: Een nieuwe tak van staatsbemoeiing, door G. W. B. Ons aan staand echec in Djambi, door L S. De slaven handel op Celebes, H, (SJot). Marianne's teviedenheid. Hoofdmomenten nit den Gemeen teraad, I door Secans. SOCIALE AANGELE GENHEDEN: De Enschedesche werkstaking. Meerdere bepe king van kinderarbeid, I, duor P. TOOSEEL EN MUZIEK : Tooneelartisten te Parijs, door J. H. E. Muziek en zang bij de Boeren, door H A. Cornelisse. - KUNST EN LETTEREN : De vieijaarlgksche tentoonstelling, II, door Henri Dekking. Een bezoek bfj Theophile de Bock, door L. Lacomblé. De beteokenis der woorden, door J. Wolthuis. FEUILLETON: Dominee Helms. Naar het Duitsch, van Max Dreyer, IV, (Slot). BECLAMES. VOOR DAMES: Voor de bleekneuzeu", door X. Heen en Weder, door mevr. Mac Leod, beoordeeld door G. C. Stellingweif-Jentink. Internat, kinderlitteratour, door N. v. Hichtum. Stationswerk Allerlei door Caprice. SCHAAK SPEL. FINANCIEELE EN OECONO MISCHE KRONIEK, door D. Stigter. - Schetsen uit den Zuid-Afrik. Oorlog, door H Eneuu Ogwat. Rotterdamsche Weerbaarheid. SCHETSJES: Indische Indrukken, V, door B. M. INGE ZONDEN. PEN- EN POTLOODKKASSEN. ADVERTENTIËN. Een nieuwe tak van staatsbemoeiing. Al vele jaren lang heeracht er groote ontevredenheid in het kamp der Nederlandscbe apothekers, hoofdzakelijk daaruit voortvloeiende, dat de eischen van hun studie en examens, bij vroeger vergeleken, zijn toegenomen en daarentegen hun maat schappelijk bestaan is achteruitgegaan, vooral door den verkoop van geneesmidde len door onbevoegden. Allerlei maatregelen zijn voorgesteld om aan deze wanverhou ding een einde te maken, doch een uitweg, die de belangen van het publiek niet zou schaden, is niet gevonden; daarnaast acht de regeering ook blijkens de bestaande wetgeving toezicht op het bereiden en het afleveren van geneesmiddelen juist in het algemeen belang wenschelijk en dringen velen op verscherping van dit toezicht aan met het oog op den toenemenden geheimmiddelhandel. Ten einde uit deze verwarring te ontkomen is eenige jaren geleden op het Congres voor openbare gezondheidsregeling als eenig afdoende maatregel voorgesteld het verstrekken van geneesmiddelen geheel door den Staat te doen geschieden, en het blijkt meer en meer dat onder de geneeskundige ambte naren zoowel als onder tal van apothekers dit voorstel aanhangers vindt. Nadat het vorige jaar op hetzelfde congres deze kwestie slechts gedeeltelijk kon worden behandeld, is zij thans beslist op de agenda geplaatst van net congres welks leden G Juni a. s. te Zwolle zullen bijeenkomen en waar verschillende inleiders hebben op _ zich genomen te spreken over Staats apotheken. Deze actualiteit maakt het allicht niet ondienstig even uiteen te zetten, wat men daaronder verstaat. Bij de bespreking is hit niet mogelijk zich door andere landen te doen voor lichten; tot heden toch bestaan zulke inrichtingen nergens, hoewel bijna in alle rijken soortgelijke plannen nu en dan zijn ter sprake gebracht. Alleen bij den militai ren geneeskundigen dienst zijn er in zeke ren zin staatsapotheken; van regeeringswege ontvangen toch alle militairen, van den hoogsten tot den laagste.; rang, al hetgeen zij voor geneeskundig doel bij ziekte en ongeval noodig hebben, kosteloos uit een apotheek, die zelve hare benoodigdheden betrekt uit een centraalmagazijn, alles onder voortdurend beheer en toezicht van het Rijk. Voor de burgerij treft men nu en dan sporadisch voorbeelden aan van het verschaffen van geneesmiddelen van wege de overheid; zoo b.v. in Italië, waar de regeering in alle door malaria bedreigde plaatsen gewaarborgde chinine in bepaal den vorm in verschillende depots kosteloos of tegen inkoopsprijs heeft beschikbaar gesteld, een maatregel, die ook door ons gouvernement in Indiëop min of meer gelijksoortige wijze wordt toegepast, wan neer om dezelfde reden kosteloos chinine aan de inlandsche bevolking wordt uit gereikt. In tijden van epidemieën is het bovendien bij ons te lande en elders niet zeldzaam dat geneesmiddelen op ruime schaal worden beschikbaar gesteld ten behoeve van een deel der bevolking, ook zonder dat dit behoort tot de armlastigen. De inrichting van staatsapotheken nu beoogt ten allen tijden voor allen, die er behoefte aan hebben, geneesmiddelen te verschaffen tegen den laagst mogelijken prijs en zonder uitzondering van de beste kwaliteit en volgens de beste bereiding, terwijl alleen voor hetgeen aan min of meer gegoede burgers wordt geleverd zoo veel winst wordt berekend, als noodig is om de onkosten te bestrijden. Natuurlijk houdt het recht van vrije vestiging van apothekers in de toekomst daarbij op en zeker niet het minst merkwaardige van deze nieuwe staatsbemoeiing is, dat het geheel en al aankomt op eene goede rege ling maar dat wel verre van offers te kosten aan de openbare kassen, zij ten slotte niet onbeduidende finaccieele voordeelen kan opleveren. Elders*) heb ik dit . uitvoerig uiteengezet en ik wil daaruit slechts enkele gegevens hier mede deelen ; tot juiste beoordeeling is het echter noodig zich een oogenblik in gedachten los te maken van de bestaande toestanden. Het geheele land wordt dan verdeeld in krin gen, waarbinnen ne apotheek aanwezig zal zijn op eene wijze, dat de afstand tot de naaste apotheek voor een ieder niet meer bedraagt dan ongeveer 5 kilometer, terwijl in dicht bevolkte centra op iedere 10.000 inwoners ne apotheek gevonden wordt. Voor het gemak van het publiek zal dit al reeds een voordeel zijn, omdat de tegenwoordige apotheken zich gewoonlijk opeenhoopen in de welvarende buurten der steden en in nagenoeg alle gemeenten van het platteland ontbreken. Zooala in bijna alle andere landen van Europa zullen de geneeskundigen dan ook hier te lande geen geneesmiddelen meer mogen leveren maar dit overlaten aan de personen, die voor de nauwkeurige berei ding en het onderzoeken bijzondere stu diën hebben gemaakt. In de meeste gevallen zal de patiënt ook eerder geholpen worden indien het recept terstond na het bezoek van den arts naar de naastbij gelegen apotheek kan worden gebracht dan wanneer hij moet wachten tot zijn geneesheer van andere visites eerst weer thuis is. Wel wordt aan dit laatste niet altijd en overal de hand gehouder, doch in dat geval worden de medicijnen gereed gemaakt en afgeleverd door onbevoegde huisgenooten, in strijd met de wet. De plaats waar iedere nieuwe apotheek zal opgericht worden, wordt nauwkeurig vastgesteld en een apotheker als rijks ambtenaar aan het hoofd geplaatst, tegen een vast salaris. Hij is verplicht de ge neesmiddelen af te leveren tegen een door de regeering vastgesteld tarief, zooals in geheel Duitschland en elders reeds lang gebruikelijk is, en hij is aan het rijkstoezicht verantwoording verschuldigd op het einde van het jaar, zooals b.v. de postadministratie iedere cent voor een post zegel verantwoorden moet. De levering kan natuurlijk niet andeis geschieden dan contant, doch voor leden van wettig erkende ziekenfondsen kan hierbij uitzondering worden toegelaten ook op de wijze, zooals elders geschiedt en waarbij dus aan het eind van het jaar de eene administratie met de andere kan afrekenen. Een niet gering voordeel is, dat de medicijnen veel goedkooper zullen zijn en een algemeene klacht daardoor zal verdwijnen. Bij de toekomstige regeling zal toch de zelfbereiding van den voorraad genees middelen voor iederen apotheker afzonder lijk vervallen en alles door wetenschap pelijke mannen onder staatscontrole in het groot worden ingekocht of bereid, zoodat het publiek weinig meer zal be hoeven te betalen dan de fabrieksprijs. En niettegenstaande deze algemeene prijsverlaging zullen de onkosten der ge heele organisatie gemakkelijk door de inkomsten worden gedekt. In Duitschland en Oostenrijk, om slechts die groote rijken te noemen, zijn alle loontrekkenden ver plicht tot deelneming in wettig geregelde ziekenfondsen; ongeveer '/'-' der gansche bevolking valt onder deze rubriek. De geneesmiddelen aan de leden verstrekt, worden volgens een vast tarief betaald; de uitgaven alleen daarvoor bedragen per jaar en per persoon in Duitschland dooreen genomen f l .59, in Oostenrijk/'l.10. Het zijn alleen de loontrekkenden, die in beide landen op die wijze tegen ziekte zijn ver zekerd, doch de veronderstelling zal wel niet te veel gewaagd zijn, dat het overige meer gegoede deel der bevolking per hoofd minstens een gelijk bedrag jaarlijks noodig heeft voor medicijnen. Het gemiddelde der bovenstaande cijfers voor Nederland nemende, dus f 1.35 per persoon, wordt, op een bevolking van 5 millioen, in ons land ieder jaar voor het allerminst een som van f 0.750.000 uitge geven aan geneesmiddelen; een bedrag zeker ruim voldoende om den geheelen dienst der staatsapotheken te bekostigen, waarbij ongeveer COO apotheken noodig zullen zijn en een twintigtal laboratoriën. De kosten van oprichting en onderhoud evenals de salarissen van inspecteurs, directeurs, apothekers, assistenten en onderhoorig personeel ruim berekenend, zal de schatkist toch allicht geld kunnen *) Vragen des Tijd?, Mei 1002. overhouden of ten behoeve van de mingegoeden de prijzen der geneesmiddeleij tot een minimum kunnen terugbrengen Een groot gemak bij deze nieuwe staats bemoeiing zal nog zijn, dat zij geleidelijk kan worden ingevoerd. Onder de 008 apothekers op dit oogenblik in Nederland aanwezig, is natuurlijk een groot aantal die om leeftijd, kennis, positie enz. nimmer in aanmerking zouden kunnen of willen komen voor een plaate aan het hoofd eener staatsapotheek, waar hun werkkring als ambtenaar in de toekomst zoo geheel zou verschillen met hun tegenwoordig bedrijf; daarnaast staat echter waarschijn lijk ten niet minder groot aantal personen, thana weliswaar in het bezit eener eigen apotheek, die nochtans gaarne bereid zijn deze te laten varen en allezins geschikt zijn om in staatsdienst te treden tegen behoorlijk salaris en vooruitzichten. Met deze kan een aanvang genomen worden, het eerst in de groote steden, waar de staatsapotheken zullen verrijzen in de buurten der mingegoede burgers, waar thans de gewone apotheken meestal ont breken en waar toch niet minder behoefte beslaat aan het gemakkelijk verkrijgen van medicijnen. Wanneer, zooals hierboven is aange wezen, daarbij het tarief'niet onbeduidend kan worden verlaagd, zullen deze eerste staatsapotheken niet alleen gemakkelijk de clientèle tot zich trekken van de apotheken, die door hun eigenaars zijn opgeheven, toen deze overgingen in staats dienst, maar bovendien alras als concur renten optreden der overgebleven apothe kers, die daardoor te eerder geneigd zullen worden op hun beurt hun apotheek ter beschikking te stellen van den Staat. Het klinkt alles op het eerste gezicht zonderling, van regeeringswege op deze wijze in nieuwe behoeften te doen voor zien, maar hierboven weee ik er reeds op, dat dit in de militaire -ereld en in de burgermaatschappij onder bijzondere om standigheden reeds geschiedt en de nieuwe zaak dus alleen eene uitbreiding beoogt van dit beginsel; en dan bovendien, wie had weinige jaren geleden eraan gedacht, dat de Staat tot algemeene tevredenheid overal niet alleen de brieven zou bezorgen, maar voor elkeen geld in bswaring zou nemen, ook bij sommetjes van slechts enkele stuivers, bij het verzenden en invor deren van gelden, kassierszaken zou drij ven, of nog merkwaardiger, dat hij zou op zich nemen allerlei goederen te bestel len, niet alleen boeken en japonstoffen, maar eveneens versche groenten en mandjes met visch. Onoverkomelijke of zelfs bijzonder moeielijke bezwaren bij de invoering van dezen staatsdienst zullen er niet bestaan, terwijl nog in een ander opzicht groote voordeelen aan zulk eene nieuwe organisatie verbon den zijn, zooals o. a. op het bovenvermelde congres werd gezegd door den referendaris van het Departement van B. Zaken. Bij de opening van een nieuw zitting jaar onzer vertegenwoordiging is namelijk reeds meer dan eens sprake geweest van de wenschelijkheid om het toezicht op levens middelen ook in Nederland te regelen op het voetspoor van naburige landen; wat eenvoudiger dan de kennis en werkkrachten der mannen, aan het hoofd staande der beschreven staatsapotheken, tevens te ge bruiken te., behoeve van dit groote volks belang, een taak voor hen als 't ware uitgezocht. De tegenwoordige regeering hecfc boven dien in het vooruitzicht gesteld in aan sluiting aan de Ongevallenwet, ook de Ziekteverzekering ter hand te nemen; wil zij dit zichzelf gemakkelijk maken en te gelijker tijd de schatkist door mindere uitgaven ten goede komen, zij verbinde aan deze plannen voor de toekomst de oprichting van staatsapotheken. G. W. B. aanstaand echec in DjamM. Reeds sinds het midden van de vorige eeuw bestaat er eenige roering in het Djambische rijk. Hoe en waarom die ont staan is, doet hier niets ter zake. Eenige jaren geleden waren de militaire comman dant en de resident het eens, dat eene militaire expeditie op het laatst noodig zou blijken te zijn. Bovendien is Djambi een rijk land (petroleum en goud; con cessies) voor het gouvernement (?) dus een prikkel om dat land onder betere controle te brengen, die vroeger alleen in naam bestond. Plotseling bleek in 't midden van het vorig jaar eene militaire expeditie hoogst noodzakelijk. Met eenigen spoed werd het 2e Bat. Inf. van Magelang, gedeeltelijk over Palembang naar de Rowasstreek en verder naar het Djambische gedirigeerd als versterking van het Gar nizoensbataljon van Palembang en Djambi. (Later en nu nog loopt de route over Djambi.) We stellen natuurlijk voorop, dat alles op een koopje moest gebeuren, hetgeen nu nchteraf blijkt een ontzettend duurkoopje te zijn. Enfin, 't wordt betaald. Zooals gezegd, jaren van te voren voor zag men de noodzakelijkheid van eece militaire expeditie, 't Lag dus voor de hand alle mogelijke inlichtingen en gege vens te verzamelen, die zoo'n expeditie mogelijk hadden kunnen maken. (Wiens wei k dat is, behoeft niet nader aange duid te worden.) Ware d;t gebeurd, dan had men kunnen en moeten weten, dat slechts een kleine troepenmacht b.v. n bataljon met vooral uitstekende transport middelen noodig zouden zijn. Met het oog op het groote verschil in waterstand der rivieren (de eenige communicatiewegen, daar het land zeer modderig ie), soms l ;i 2 M. in een paar uur, en den sterken stroom, had men dus kleine, weinig diep gaande, sterke stoombootjes of stoomsloepen (b.v. van de gouvernementsmarine) of motorbootjes hoog noodig, die gewone zee sloepen sleepen, waarin manschappen en vivres opgevoerd konden worden. Maar hier kwam de zuinigheid (?) een woordje meespreken, 't Was blijkbaar te duur, de uitgaaf in eens en voorgoed te groot. Wat deed en doet men nu ? Tot, Djambi kunnen de stoomschepen der Paketvaart komen. Te Djambi worden nu particuliere rivierstoombooten ingehuurd met inlandsch per soneel (commandant en machinist incluis), dat het vaarwater hoogerop de rivieren niet kent. Die particulieren: petroleummaatschappijen. Chineezen en zelfs Engelschen van Singapore, slaan daar natuurlijk een aardig slaatje uit van /"300??400 per dag ('s nachts wordt niet gevaren wegens onbekendheid met het vaarwater). Niettegenstaande er 's nachts niet ge varen wordt, zitten die booten wegens te grooten diepgang toch om de haverklap vast of kunnen of durven niet verder, dat hangt er van af of de inlandsche commandant lust heeft om te varen. Zit zoo'n boot eenmaal goed vast dan is Leiden in laet. Men heeft kans van de oevers beschoten te worden, dus een militaire dekking op de boot is noodzakelijk. De vivres, die aan boord waren, moeten door dwangarbeiders gehaald en gedragen wor den naar de plaats van bestemming (pi.m. 20 Kilogram per man) of met kleine, open, van de goedgezinde bevolking gehuurde prauwtjes opgevoerd worden. 't Spreekt van zelf, dat die goedgezinde bevolking vraagt wat ze wil en dat is veel v20 - 50 Rijksdaalders per prauw). Men moet wel betalen en is totaal afhankelijk van de grillen en luimen van den inlander. Veel goed gaat dan ook verloren of rot ! weg in den modder of in den regen. Die vastzittende booten en de transpor ten van dwangarbeiders over land, die soms uren duren en van rle kleine prauwtjes over de rivieren tegen den sterken stroom op, soms dagen achtereen, moeten natuurlijk eene dekking hebben. De heele werk zaamheid van het 2e Bat. Inf. bestaat dan ook tot nu toe uit niet veel meer dan 't dekken van booten en transporten. Die transporten voeren alleen het hoogst noodige op voor een troep, die vrij wel werkeloos in een onvoldoend ingericht bivak ligt (soms in de ellendige, bouwvallige, wrakke huisjes van een verlaten kampong) alles en alleen door de in hooge mate onvoldoelde transportmiddelen. Ia 't wonder, dat de soldaat er graag vandaan wil en zich zoo spoedig mogelijk (soms na 14 dagen) laat evacueeren, als hij daar maar eenigszins kans voor ziet? Wat diereizen kosten van en naar Java durf ik niet te berekenen ; enfin, 't wordt betaald. En dat is nog 't ergste niet. En tengevolge van den slechten opvoer en van het on gunstig klimaat, maar vooral door het eerste is de gezondheidstoestand van den troep meer dan onbevredigend. Duurt de expeditie nog een jaar, en dat is op de bovenomschreven manier niet heelemaal onmogelijk, dan is het heele Indische leger hier geweest en is het heele Indische leger ook invalide. Alle ellende, die door den troep geleden wordt, vindt zijn oorzaak in de slechte zorg, die men voor de transport middelen hetft gedragen. Had men in den beginne een voldoend aantal bootjes gehad, zooals ik in het begin van dit opstel aangaf, met Europeesch personeel, dan had men misschien in eens een groote uitgave gehad, maar was op den duur zeker goedkooper en beter uitgeweest dan nu. 't Is te hopen voor den gezondheids toestand der troepen en voor de schatkist en voor ons prestige, dat men spoedig tot inkeer kome en vertrouwde personen raad pleegt, die geheel op de hoogte van den toestand, zijn, en dezen, om welke reden dan ook, niet rooskleuriger willen voorstellen dan hij werkelijk is. Djambi, Februari 1002. L. S. De slavenhandel op Celebes. II. (Slot). Een ernstige ziekte heeft den heer Van Bijn belet de aanteekeniogen omtrent zijr.e reis eerder uit te werken. Het is mogelijk, schrijft hij, dat het bestuur te Makassar intusschen maatregelen heeft genomen om aan de vicieuze toestanden aan de Boven-Sadang een eind te maken, wat ik echter niet geloof omdat er naar buiten niets van is gebleken, en die maatregelen voorzeker van zeer rngrijpenden aard zouden moeten zijn om het kwaad in den wortel aan te tasten. Toch is het sedert lang van algemeece bekendheid, dat het BovenSadanggebied stelselmatig door tlavei jugers wordt geëxploiteerd en hunne diep beklagens waardige slachtoffers voornamelijk over Fare Pare naar den overwal, Borneo's oostkust, worden uitgevoerd. Ook langs oificiëelen weg is herhaaldelijk melding gemaakt, en in de meest ondubbelzinnige bewoordingen, van den onmeni-chelijken mei schenhandel die in deze streken ellende en verderf biergt. De nota van toelicht!: g op het contract ge sleten met het landtxhap Doerie (onn iddellijk aan het Boven-Sadanggebied grenzende) op den SOsten September 189 >, welke nota volge s gewoonte aan de Staten Generaal is overgelegd, vermeldt hieromtrent: In Doerie is het aantal slaven nog al be langrijk. Deze mecschen zijn. in dien toestand geraakt door geboorte, fchulden, begare misdry ven of overtredingen, doch het meest door roof.. . Doch vooral root werkt in Doerie de slavernij zeer in <ie hand. De onschuldigen ,worden in hunne gtï'5o!eerde tuinhuifjes of op eenzame wegen door prinsen (sic) en voornamen, die de grootste dobbelaars en opiumschuivers zijn, overvallen, gekneveld en op de passers ve. kocht en naar de naburige S:aten vervoerd, om aldaar als s'aven te worden verkocht". De nofa van Maiwa zegt eenvoudig onder de paragraaf Bevolking: De slaven zijn in dien toestand geraakt door geboorte, schulden, begane misdrijven oi overtredingen en roof'. De nota betreffende het aangrenzende land schap Batoelappa: Uitvoer van slaven en menschenhandel hebben hier, evenals in de andere staten van Masecrempoeloe 1) nog plaats". Dat deze openlijke officiëele erkenning van den slayenhatde), ote in deze streken nog welig tiert, door de Kegeering te Buitenzorg en ook hier te Jande zoo kalm is rpgenom;n en althans met geleid heeft tot maatregelen om het kwaad te bezweren, moet voor een goed deel worden toegeschrtven, aan de geruststeller.de verklarin gen, die herhaaldelijk door bevoegde personen omtrent de toestand der slaven ij op ZuidCclebes zijn gegeven. De sla en, heet het dan, worden zeer goed behandeld en meer als leden der familie be. chouwd. Bijna nooit komt het meer voor dat zij worden verkocht, wel daaren tegen dat zij na lange jaren dit nst worden vrij gegeven of op zich zelf mogen gaan wonen om alleen cog bij groote feesten hunne diensten te verleenen. Zoo is icdtrdaad de tce&tand in de Gouvernementslarden, en al moee die ook in de vorsienlanden voor de slaven niet zoo rooskleurig zijr, tot worden zij ook daar als menschen behandeld. Di< p ellendig is echter het lot van de Toradja die met geweld uit zijn land geroofd in troepjes van drie tot acht door middel van ijzeren ketereh cm den hals aan elkaar gekoppeld naar de Bcegireesche landen of erger nog over zee naar Koetei (Borneo's oostkust) worden vervoerd. Deze heidenen worden door den Boeginees zoo diep geminacht, dat het leven voor deze arme schepsels ondragelijk wordt. Tijdens mijn verblijf in Boni, waar toen juist met uit de Toradja teruggekeeide krijgsmacht een groot aantal van die ongelukkigen was ingevoerd, was ik herhaaldelijk getuige er van hoe deze mentchen werden bespot en beschimpt. En tot welke wanhoop het hun brengen kan, blaek mij op den dag voor mijn embarkement te Badjowa. Daar zag ik een oploopje aan het strand en naderbij gekomen werd het mij op eens duidelijk welk drama hier was afgespeeld. Een klein vaartuigje, een uitgeholde boomslam, niet langer dan twte vaam, was aargetpoeld en daarbuiten hing, met n been in het vaartuigje beklemd, het lijk van een Toradja die door de menigte werd herkend als de weggeloopen slaaf van een der ingezetenen van het dorp. De ongelukkige had zijn wanhopige pogirg om in het te kleine vaartuigje aan zijn kwelgeesten te ontvluchten, met den dood moeten bekcopen". De controleur citeert dan de in den aanhef vermelde mededeelicg der heeren Sarasin en voegt er bij: De schrijvers zijn zoo beleefd hier aan toe te voegen: Trotz grosser Anstrengungen hat es der Niederlandischen Regierung noch nicht gelingen wollen diesen Frevel der Mohammedanischen Kaufleute aus zu rotten, so wenig wie es bis jetzt den anderen Euroiaischen Nationen in Afrika gelungen ist". Ia werkelijkheid echter wordt door de Indische Regeering in het geheel niets gedaan om dit euvel te bestrijden. De uitvoer van uit Pare Pare heeft ongehinderd plaats, noch te dier plaatse noch in de straat van Makassar wordt eenig toezicht uitgeoefend en aan de tegenover gelegen kust van Borneo bes'aat alle gelegenheid om de menBchelijke handelswaar van de hand te zetten. Toegegevea moet worden dat het doen uitoefenen van controle te Pare Pare en het doen kruisen van een stoomschip in de straat van Makasser den handel o f er zee niet afdoende zou kunnen belemmeren en dat daarmede aan den menschenroof en den uitvoer naar de Boegiceetche landen nog niet de minste belemmering zou worden in den weg gelegd. Maar de Eegeering zou door deze maatregelen althans een bewijs geven dat het haar ernst is met de bepaling in de verschillinde politieke contracten opgei

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl