De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 31 augustus pagina 3

31 augustus 1902 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

Ko. 1314 DE AMSTERDAMMER "WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. soldaat, die in de onder-officiers ménage eet en over een ruime beurs beschikt, ia! in de oogen van zijnen minder be- i voorrechten buurman een pro'écéworden, j die wat door de vingers gezien wordt, wtfar het lastige en onaangename diensten betreft, dit kaa niet dan ongunstig werken op de kameraadschap, verdwijning van bevoorrechte standen, onderlinge waardeèring enz. Désoldaten-ménage moet goed zijn, al is het geen restaurant-menu, zoodat een ieder er aan kan deelnemen en allen er niet alleenNaen voldoende voeding, maar ook smakelijke spijr.en en zindelijk voorgediend vinden; dit is een .eisch van dezen tnd, zoowel als van den persoonlijken dienstplicht. Het .is het doel van dit artikel, aan dien ekch te gemoet te komen. Dat na de invoeiing van den per soonlijken dienstplicht er in de kazernes «op goed als niets van zou bespeurd wor den, hebben we nimmer betwijfeld, ^ zoo is het in alle legers van Europa kort' Ba de invoering van persoonlijken of algeureenen dienstplicht gegaan. In Oostenrnk schreef men nog C jaren na die invoering »Poch die Jabre zerrinnen und die Armee spurt nichts von etner Intelligenz, die fruchtbringend für sie Kürde. »Die Aristocratie der Geburt, des Beitzes und der Intelligenz, is t heute in die jfingerëGenerfttion der Armee so gut wie nicbt vertreten." In Italië, in Frankrijk, in Rusland overal voelde bet leger zich bedrogen in de groötkehe verwachtingen, die men had gekoesterd. Oe reden lag hierin: dat men nergens den persoonlijken dienstplicht tot lijn goed recht liet komen, men stak, om de wet aannemelijk te maken, den gegoeck» s**nd«B, het intellect een reddings plank toe, die hen van den eigenlijken dienst ia «k k«zern«s vrij stelde; hetzij door dadelijken overgang in de Jandweer( 08tenrijk) b«tnij door ruilen van nummers tusscbéo feger en landsverdediging (Italië) zelfs kon men hier door 2500 frs. te Storten dadelijk in die categorie overgaan, , hetzij door te gertege efcchen voor het eenjarig vftloBtatiaat (Frankrijk en KuaI*td) Overal blerf het sukkelen in Oostenrp van 1867 1893, in Italiëvan 1872 1877, in Frankrijk van 1872-1887, in Rusland van 1874?1886; overal waren nieuwe wetten noodig om het leger in werkelijkheid de voordeelen van de in voering van den persoonlijken of algetaeeneti dienstplicht te verzekeren. Qök bij ons heeft men even van te toren den jongelui van goeden huize, den iueer ontwikkelden, ja zelfs den midden stand die reddingsplank toegeschoven door ?de oprichting van bet reserve-kader. Zootang dit be»taat t*l men geen meer ontwikkeWen miiicifn in de kazernes zien, de persoonlijke dienstplicht is hiermede feène sinecure geworden voor de gegoede «tanden, het legrr heeft er niet het minste voordeel van, de reserve aanvoerders zullen blijven ontbreken, althans goed geschoolde, practieche aanvoerders, waaraan men toch in oorlogstijd zooveel behoefte zal hebben. fË= dienstmeisje?mevroaw. Oórtpieifalyfos Schets DOOK Memtutr B. DE GR.?v C. (Slot). De betren rookten izttusechen op oom's kamer. Het merk oude wjjn bleef niet zonder uitwerkirg by eten notaris en naar aanleiding van een scaatdaaltje in stad wa^ de toon vrg los. De notaris, die z?n glas nooit leeg bad gehad noest nog eens «eer zeggen; hoe heerlyk mooi bjj die Leentje vond. Dat meisje brengt je ouwe hoofd heekmaal op hol, Kromhout, riep van Uifen. Dat ia r ou het voorrecht van ongetrouwd te zjjn. Jij raag niet eens cmr 'r kyken wft wel, hèdoel e r! Kom zeg ook 'es wat. Hoe vindt jij er met je jonge oogen ? Zeldzaam mooi en beschaafd, m'nheer Krotahont. Nooit aag ik een jong meisje d*t het onbevangene en onschuldige van de achttien of negentien jaren ik hoor van mevroaw te U nfet ouder z<Só vereesigt met het a-antrekkelyte van een meer ontwikkelde seb.ooBb.eid ; ze ... 3e bent een kenner, doc'.er, riep Meriestein. Geen wonder. Esculaap had z'n godinnetjes «ok lief, hal ka! piepte Kromhout; dus Q bent... Volstrekt geen brave Hendrik, uel van Mierloo in, doch ik kom er rond votr uit, m'nheer Kromhout, hoe ergerlijk ik het vind, dat diens!m.ii-jee per se gerekend worden geen eergevoel te bezi'ten... Goed gezegd, docter, ik laat je aan het woord, zei de gastheer. Dezelfde mannen die de dechtero tas den huize geen onbetamelijk woord zouden toevoegen, durven tien mir.uten later een dienstnefcje, dat geen de minste avances deed, onhebbelijkheden zeggen ... Jammer, van Mierloo, dat je geen advokaat werd, bet heilig vuur voor een pleidooi zit in je; alle moeie dieneftmeifj<es werden je cliënten, dat duif ik wedder, schertste van Uifec. Ze moesten een advokaat vinden in ieder weldenktnd mensch. Als docter en in de gast huizen zie je achter de schermen en vat ik duif beweren is niet zonder grond. Zonde dat een mei'j e als zy het mikpunt wordt tan slechte bedoelingen. Wtarlp ja hoeft geen docter c f groot menschenkenner te zyn om te ci«n dat L sec i je onschuldig de wereld inziet. Ik schaam me om zoo te preeken ... maar ... ~ Je vindt 'r te liei vo«r een grapj« ..,. oolyfeert I grinnikte Kromhout. De kamerdeur gicg open en een mooie, heldere stem sprak: Docter, de meid Tan mevrouw Lucèt is er om te viag n cf u zoo vriendelijk wilt z(ja vóór den r acht nog flvea aan te kernen voor haar kindje. Zal men bet reservekader als commandant Van een veldwacht, als commandant van eene gewichtige patrouille, kunnen ge bruiken ? Hun het geleiden van eene kon vooi, van krijgsgevangenen, het verdedigen van een accè?, van een spoorwegtunne), van een sta'ion op de tappelijn gerust kunnen opdragen P Zal men hun het leven van 50 man, van een peloton van 100 man kunnen toevertrouwen in de vuurlinie, ia de hitte van het gevecht als de troepenofficieren zijn gesneuveld of buiten gevecht. gesteld ? Aan hen die nooit een troep van eenig gewicht onder hunne hoede hebben gehad, die alleen theoretisch eenig idee hebben gekregen van de reglementen en voorschriften ? Toch toont de ondervin ding dat de Pruissische Vice-FeWwebel, en de Fahnrieb, die een jaar hebben gediend, goede diensten kunnen be wijten; in den oorlog van 1870?'71 zien we hen her haald zulk een klein commando voeren, soms met schitterend succèj. Ook wij zullen bet reservekader moeten afschaffen of geheel moeten hervormen, deze minister van oorlog scheen op dit punt veel te beloven, doch de Kamers hebben zijn ijver reeds gedeeltelijk weten te remmen; mogen we spoedig, hoe eer hoe beter, van die brooze instelling, van »dat katplantje' zegt de heer Van Vlijmen verlost worden! Dat de invoering van den persoonlijken dienstplicht meer publiciteit zou geven aan sommige voorvallen in de kazernes, wie zou het betwijfelen, in deze tijden van reportage en interviews, nu zelf een mini ster van binnemlandsche zaken niet altijd aan hua invloed Weet weerstand te bieden P We betreuren het ook geenszins, wat on billijke geschiedt in de kazerne mag gerust publiek worden, een ieder zal zich wat leeren in te toornen en voor het jonge kader is het volstrekt niet kwaad dat ze weten dat hunne soms ondoordachte, harde of scherpe uitdrukkingen kans loopen in een nieuwsblad te zullen prijken. De dis* cipline .Ml hierdoor minder lijden dan door die onbillijke, grievende woorden of hande lingen, deze wekken wrevel en ondermijnen de krijgstucbt. De kazerne zal wel nooit een seminarie of school met den bijbel worden, maar elkeen zal zich meer in acht keren aemen en dit zal eene nasporiog zijn tot onderlinge hoogachting; niet door vernedering, maar door opheffing van het individu bereikt men den hoogsten graad van discipline. Dat ook de ménage ter sprake zou komen, wie zal het wraken? Er zijn zoo vele belangen en magen mede gemoeid ; soms van 3?400 individuen, indien n slaperige of non chalante kok het vuur te hard gestookt heeft, of niet intijds uit gehaald en dus de spijzen heeft laten aan branden of het spek verschroeid is door dat de vlam in de pot sloeg; kwaad kan publiciteit hier niet, het blijft een prikkel voor het legerbestuur en voor allen, die er mede te maken hebben om de voeding zoo goed mogelijk te doen zijn en steeds alle krachten in te spannen. De voor waarden van levering der levensmiddelen -zijn wel aoo goed omschreven voor het meerendeel dat men goede waren verkrijgt, iiHiimitiiiiiMMiiiiHiiiimmimiiMMiHiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiHiMluiiiiiiiiH Godtiori, flaisferde de notaris hoorbaar tegen Weermann, de stem is waarachtig al even a ooi ah "r figuur. Leentje kreeg een kltur. Terwijl ze op ant woord wachtte keek de docter op zy'n horloge «n zei: Mag ik daielyk even gaan, gastheer ? dan kom ik na het bezork een kopje thee halen. Zeg maar dat .ik komen zal, mëitje. Leentje g ng n-aar beneden. Ter n«uwernood bad ze de boodschap gegeven e-a de \ooriiewr dicht of de docter stond naast ha*r. Lïentje, ik zou J3 zoo gra*vg eens spre ken, hoorde ze zeggen. Mag dat? Maar, m'nheer, hoe koait u er aan ? Morgen avond half acht kom ik hier langs en g» den stationsweg op ; ik zal biyven wachten. Onmogelijk ! was het weifelend antwoord. Wees niet bang, meitja, ik heb werkelijk geen kwaad in den zin. Ma&r m'nheer ik kan r iet... En ;.w:h wacht ik je. Ik reken er op halt acht... Overbluft bleef ze staan met de deurknop in de h&nd. * * Haar eerste gedachte was om alles aan (acte te vettcHen, maat w*t zon het gevolg zyn ?... Ze treuzelde wat, ging borden in de porceleinkast bergen o» op haar verhaal te komen en zweeg voorloopig. Zwyjend liet ze een ha f vwr later den dccter wetr binnen en tegen half elf liet ze even zwygend de gasten u;t. Leèni i 3 voelde dat haar vier keer een galden n tweemaal twee kwarij s werden toe gestopt. De warme, dikke vingers van den notaris kieefdwi of kriebeldan even in haar h«ndpalm bah l Ze voLd hem een man om van te griezelen ! Zenuwachtig lachend vloog ze raar binnen, de comedie was afgeloopen. De guldens en kwartjes rolden over de tafel, de mu-:s girg af en tante had er plezier in lekkere kliefcjes te halen en LeenJje zelf (e bedienen. Je zult een souveniertja van me hebben, Do, uit dankbaarheid. Oom die ter wille van A«orfja, tante's lieve ling, e«n eindje met da heeren was opgeloopen, kwam boos binnen. Zulke grappen, K e, haal je nou neoit meer in m'n huis uit. B 'grepen ? 'c Is schande zooals Dora is aangekeken door Kromhout. Is 't waa^ hoe akelig ! Je zoudt de dwaaste conflicten krygen ; mijn lógéetjes spelen niet meer voor dienst meisjes. GeinWkig hoorde Do niet alles wat er geregl werd. Zóó «rg was het toch nfet, man. Afta tafel, omdat ze zich voer jeu in hielden. Gut, zei tante, was het zco erg ? Do was ook zoo verbazend mooi met dat tullen muttjs. Maar de notaris was toch zeber de nige; die staat ook niet erg best tekend. Ik meest heel wat hoortn onder het rooken en had dikwyls moeite om niet uit te roepen: Zwijg toch over Leenfji", ze is myn nichtje!'' maar daarvoor was al te veel gezeid. slechts voor een enkel artikel zouden we de voorwaarden nader omschreven wenschen en wel van de te leveren aardappelensoorten. De aardappelen die worden aan geboden zijn soms te groot van stuk, dan voos en waterig of hebben een aantal aangïoeisels, sommige soorten hebben eene karde kern en de rand meelt dadelijk bij het koken, waardoor de kern ongaar blijft, terwijl de rest reeds tot moes is gekookt, vooral bij de slechte inrichting der koolspotten, die niet toelaten het water op eens te verwijderen (af te gieten). Dergelijke, kortom alle minder goede soorten, van aardappelen moesten volgens de omschrijving in de voorwaarden niet kunnen geleverd worden, door deskundigen zouden dus de soorten voor beesten voeder, vcor aardappelenmeelfabrieken enz. moeten worden genoemd als niet leverbare soorten, de prijzen zouden dan wel wat stijgen, doch men zou bij beter kwaliteit ook het ration wat kunnea verminderen, zonder schade van de voedingswaarde, de smaak, het oogelij k e zouden er bij .winnen. De aardappelen, al hebben zij minder voedings gehalte, zijn toch een hoofdbestanddeel van de voeding ia Nederland en alle waar borgen moeten genomen worden dat alleen de goede soorten verstrekt worden. We «ijn het verder geheel eens met den minister en den heer van G endt dat alleen in de bereiding der spijzen de fout zit van de vele -klachten, met die bereiding zijn we niettegenstaande alle verbeteringen in het menu, in de wijze van inkoop en ver strekking nog niet veel verder cUn voor 50 jaren ongeveer. ' (Slot volgt). A. O EEHM. Kwartjes vin derg. De melkboer las het in 't ochtendblad, de meid hoorde het van den melkboer, mevrouw vernam bet op haar beurt van de meid, de majoor zelf kwam 't ten slotte van zijn doodelijk verschrikte vrouw te weten : dat hij eerstdaags op pensioen ge steld zou WO!der. Men kent dit historisch verhaal, dat Biet pleit voor de kieeebheid van het Depanement yan Oorlog. De pers, die een hoog woord heeft als ze even op de teenen getrapt wordt, aarzelt zelden om zulke onbescheidenheid in de hand te werken, en zco gebeurt het wel dat een, op haar gezag ontvanger, stapel geluk wenschen «cht dagen later, r p gezag van een achteraan hinkend officieel bericht, tot een grafheuvel wordt. Dit indelicaat gedoe heeft-, meer dan men oppervlakkig denken zou, al heel wat ontstemd, verbitterd, gegriefd, ja droeviger gevolgen gehad; wie dit bij ervaring of van aanzien weet, zal met mij van oordeel zijn dat er een einde aan behoort te komen. Het is voor het Departement van Oorlog gemakkelijk, en in vele gevallen plicht, aan deze kwartjesvindwij paal en perk te stellen. Maar, zooala doorgaans, de drang naar verbetering moet ook hier van onder af komen. En menige penneprik zal er nog wel toe noodig zijn. Er is reeds een poging daartoe gewaagd, die echter gestuit is op gemis aan mede werking en op onvoldoende doorvoering. De geschiedenis ervan is de volgende. Een olficier komt in de gelegenheid een En dee ds docter ook mee? Die nieuweling met z'n sociale begrippen en denkbeelden, waar ik mets voor voel, sprak flink over de dienstmeisjes, de man hetft nufcele legrippen. Wat zei ie? vroeg mevrouw. In enkele woorden vertelde oom het ge sp) ek. Tante vond dat haar man wel veel durfde zeggen in bijzyn van Do. Leentje zelve zat met ue ara t s nsa t Zich, noten te pellen; van tyd tot ty l diep bukkend over de schille<j?s, om een opkomenden blos te verbergen. Wat was ze veel wereldwijzer dan twaalf uur geleden! *,* Onvoldaan, teleurgesteld ging Dira te bed en dacht na over het gebeurde. Wat zou ze den volgenden avond doen? Vertélde ze de vraag van den docter aan tante, dan wist oom het ook en zou haw zeker verbieden te gaan. Zy zelve hal 2) jiar later moeten geboren worden, ze durfde veel meer dan andere meisjes van haar tyd, door natuurlyke vrym:>edigaeid. Ojm was een beste mai maar 60 ,jaar; hy had oudbakktn begrippen Er-n mei ja dat niet minstens met de naaidoos thuis i at, de halve week, en niet bloosde voor elk jong mensch dat haar aankeek, was in zijn' oo^en een g' emancipeerde". Innerlyk was ze volstrekt niet ongenegen dooter van Mierloo weer te ontmoeten. Hij had een verstandig discour?, dat was |auw genoeg door Leentje opgemerkt. Zy'n uiterlyk was" bizrmder gui stig, lang, blank, denkende oogen, mooi haar, fliiske kn*vel D* held van Dora's raeijjesdroomen vroeg »eniJ3, de tweede meid, om een, onderhoud. Ze sliep onrustig en besloot ft gaan onder een of andsr voorwendsel. Allerlei drukte en bezigheden namen den volgersden dag iu beslag. Tante zou 's a.'onds een noodhulp kry'gen, t-jt zoo lang zouden zy en Dora oude Gaerfje helper. Ta twee uur li<p Dora door de gang, toen het brievecbupJB de post aanmeldde. Ze nam een couvert er uit aan het adre» van: Mej. Leefc'jp, tweede meid, erz. Niemand had iets gemerkt. Goed dat ze zelve den brief vond. Wat zou de dooter te zeggen hebben ? Naar de logeerkamer er mee de deur op slot. Bevend brak Dora den brief open en las: Mejuffrouw. D^n ganschen nacht hai ik uw lief gelaat en mooi figuur voor me. Een zwart japonnetje Maat lief en zed g, msar wat zou Leentja er bekoorlyk uitzien in een mooi toiletje. L»ten we Zondag als het uw uitgsansdag is en anders, helaac, een weak later, eens samen naar Arn hem gaan om er eentje te kiezen uit stalen die ik by me zal hebben. We gaan dan afeonderlijk met den trein van 1.40 en v.'nden elkaar op het perron te Arahem. Ik zal je daar eecs laten rijden in e«n open wagentje door de mooie bosEchen. Een munfje hicrby voor reisgeld. Hoor ik niets dan reben ik op je. Je zult by' betrekking buiten het leger te verkrijgen; zeer grondige redenen doen hem in ver band daarmee besluiten, non activiteit aan te vragen. Onder die redenen zqn er «in tecderen aard, en, daar het noodig blijkt die ook in zijn rekest te vermelden, komt het den officier wenschelijk voor de ver zending en behandeling van dat rekest geheel vertrouwelijk te doen geschieden. Dit laatste heeft tevens het voordeel, dat niemand van het geheeie geral iets behoeft te weten wanneer onverhoopt de non activiteit niet verleend mocht worden. De redenen, waarom geheimhouding wordt gewemcht, doen er trouwens niets toe: het feit alleen, dat een officier zijn parti culiere belangen aan de discretie van zijn chefs toevertrouwt, legt dien chefs den plicht tot geheimhouding op, te meer wanneer zij, zooals in het onderhavige ge val, met geen enkel woord integendeel te kermen geven, dat die plicht om de eren of andere reden niet kan worden aanvaard. De compagnies- en bataljons-commandan ten deelen deze opvattingen van rekwestrant geheel, en zijn verzoekschrift verlaat.het bataljon, geheel behandeld volgens de bestaande bepalingen omtrent vertrouwe lijke dienstcorrespocdentie. Dat, gel\jk later bleek, de bataljons-adjudant het stuk even eens ónder de oogen kreeg, is incorrect, maar kan hier verder buiten bespreking binven. Het rekest komt op 't regimentsbureau. en is nu aan verdere conti !e of invloed van den opsteller onttrokken. In 't Voorbtfgauj) zij echter opgeorerkf, dat naar alle waarschijnlijkheid ook regiments-adjudant e» vaandeldrager het stuk te lezen kregen Wftt evenzeer iccorrect is. Nog in afwachting van de ministerieel* beslissing, leest rekwestrant op een morgen in den Rotterdammer, dat hij met ingang van den zooveelsten non activiteit heeft aangevraagd. Het etiecstgeheim blijkt alzoo geschonden. Niet verwachtende, dat de minister uit eigen beweging een onderzoek naar den fchuldige zal instellen, verzendt de betrok ken luitenant een dienstgchrijven aan zijn compagnies-commandant, waarin hij diens medewerking verzoekt bij het opsporen der oorzaken, wtlke tot genoemde schending aanleiding gaven. Opnieuw betuigen de beide onmiddellijke chefs hun instemming) ea geven daarvan daadwerkelijk Wijk door déklecht, met gunstig advies, aan den kolonel op te zenden. Na eenige dagen renvoyeert deze de klacht, or.der opmerking : dat de behande ling van het rekest, zooals trouwens te doen gebruikelijk is tot in hoogste instantie ver trouwelijk behandeld is; dat het vermoeden voor de hand ligt als zou het kranten bericht gf plaatst zijn, nadat de ministerieele beslissing reeds gevallen was; dat de kolonel overigens het gewicht der geheimhouding niet gotd begrijpt, omdat het besluit der op noh-activiitit stellirg de zaak immers tcch publiek zal maken; dat er dus z. i. geen termen bestaan om de klacht door (e zenden, doch dat belanghebbende, zoo hij hiermee geen genoegen neemt, de vrijheid heeft zich bij rekest tot den minUter te wenden. Deze motiveerÏDg is uiterst zwak. Ten eertte immers mombet volgers den kolonel bestaacde gebruik, < m rekesten als het onderhavige vertrouwelijk te behandelen, hem een aansporing zijn om mede te werken tot iet uitvinden van den schuldige, ook al had de rekwestrant geheimhouding niet gewetscht. Ten tweede is het zeer goed mogelijk, dat het bericht verscheen toen de ?miniiiiimnmiiiiiniimmimi tyds thuis zyp. Tien uur present. Mevrouw Zal van niets merken. Met een klein zoen'je in gedachte op je mooie inoBdje, je vriend, Notaris KROMHOUT.'' Tranen van fpijt n schaamte rolden Dora over de wangen. Wat was ze begonien l Ze had het toch zoo goe4 bedoeld. Schandelijk vond ee dien brief, ze kreeg plotbelinèwn gevoel van medelyden met alle dienstmeifjts,.. Wat was de wereld slecht! Ze had zich nooit daarin vtrdiept. Ze sloot brief en geld weg, en waschte on willekeurig haar handen alsof z« bezoedel J waren. Ze was stilltr dan asders; tante meer de dat zij moe was. Te haif «es werd gegeten. Na den eten ging oom raar een vergadtrirg van den kerkeraad. Dora schreef een brief naar huis doch repte niet over de grap ? Toen ze kwart over zeven tante een kopje ihee had geschon ken zei z«: zelf den brief te zullen wegbrengen naa-r de bus van het station ze schepte *n meteen een Inch je". Dan doe ik intusschen een du'je, zei (ante, 'k btn bly' dat van avond de noodhulp komt. Esn zwart oud regenhoedje, een Mantel van het vorige j»ar konden i.oo goed door Leö&ljQ als Dora gpdragen worden. Pn cies ha f &cUt \ iel de voordeur achter haar dicht. Juist liet ze den bri«f in de bus vallen toen xe den docter bemerkte, die haar gevolgd wan. Ze durfde niet omkyken, al voelde ze dat de geregelde stap achter haar van hém was. Eer Dora het \trmoeddf, zaten beiden op «n rieten can»péin de hwlie, leege wachtkamer. Leentje, begon de docter, ik zou je soo grftag meer ontmoeten, hee zou dat kunnen? Waarom doctsr! dat vraagt toch g««n hfl«r aan een dienstmeisj». Al ben je uit een anderen kring in de raautschappy, wat scheelt me dat. Ztfcer ?ntbreekt het j« niet aan innerlijke beschaving, dat w*et je zelf ook best. Maar wat bedoelt u eigenlijk, docter? Ik zou nadere kennismaking wenpchfcn; was je een dame dan viel me dat gemakkelyk. Nu is d« vraag: waar? zonder op-pra»k te geven. Zou je misschien een go;de betrekking willen aannemen buiten by' myn halve zusters, die een jirge dames kostschool hebben (e Berger. BgkaLS was Dora uit haar rol gestapt, daar was ze twee en een half jaar- met groot geLoegen geweest afe e«n veelbeminde pensionnaire. Met nauw bedwongen lach vroeg ze *co onbevangen mogelijk: Waartoe zou ik veranderen, docter? . Omdat ik daar dikwyls bom en weet dat e daar in goede handen zijn zou; ik zou je daar meer willen leeren kennen met de beste alannen. Leenfje zweeg nerstomd en verrukt. ovendien leeft een dienstmeisje als jij ^n een wereld vol ve&zoekicg en het detkbteid minister reeds had beslist; zoo lang ech ter die beslissing niet in handen was van den betrokken officier, had n re mat d bet recht ze tot publiek tigendo» te make». Ten derde legt het niet begrijp*» der redenen van geheimhouding geen ge wicht in de schaal, daar deze redenen Eet particulier eigendom vaa den verzoeker waren, en immers de boven besproken mogelijkheid eener weigering van het ver zoek ze reeds voldoende recht van be staan gaf. De belanghebbende overweegt een e«n ander, en gevoelt veel lust zich inderdaad tot den minister te wenden. Nu maak t zijn bataljonscommandant hem echter opmerk zaam dat hij, door opnieuw te rek west reereo, veel moeite en geschrijf geeft aan menschen, die geen schuld hebben aan 't gebeurde; dat de bureaux tocb al zoo overladen zijn met Werk; dat het- ten slotte de vraag is ol het geval genoeg belangrijkheid bezit om zooveel omslag te/wettigen. Het valt te betwijfelen, of ook deae motiveering bout snijdt. Waar men be gonnen was instemming te betuigen en mede te werken tot een gepast verzet, daar zou doorvoering van dat verzet van meer beginsel vastheid hebben getuigd. In elk geval is het in den luitenant, nu hij eenmftal pp weg was naar een, volgens zijn overtuiging, goed doel, af te keuren dat hij zich liet bt invloeden, en dit doei hal verwege in den steek liet. Is deze poging, om de kwartjes vinders van Ojrlog aan de kaak te stellen, dus mislukt het relaas ervan moge anderen uitlokken prn haar met meer succes door te zetten, opdat aan het ergelijk, soms noodlottig, en altijd onbescheiden bedrijf dier nieuwijepjag< rs een eir d gemaakt worde. _^_____^ LUCTOR Pruisische toestanden. De Frankfurter Zeiluny klaagt luide over de ergerlijke en onverkwikkelijke Voorvallen op het gebied van Duilschlana's binnenlandsche staatkunde. »Da regee ring' zegt het blad »toont in deze zaken eene in 't oog loopende lankmoe digheid, maar niet eene lankmoedigheid, die haar oors-prong hetft in eene on weder legbare bebeersching van den toestand, maar eene die slechts de uitdrukking is van eene radelooze verlegenheid, die de din gen haar gang laat gaan en zich bijna geheel tot de rol van toeschouwer be perkt.''' Op economisch gebied zijn de vooruitzichten door de ongehoorde aan matiging der agrariërs, voor welke de regeeriug overal de vlag fcbijut te strij ken, zeer verontrustend: de prijzen der eerste levensmiddelen zijn hooger dun ooit te voren. Daarbij hebben zich een aantal incidenten voorgedaan, die op politiek ge bied niet minder verontrustend zijn, die de openbare meening in hooge mate heb ben geprikkeld en- eei.e zeer scherpe kri tiek hebban uitgelokt. Het incident Löhniu^, waarbij een hoog geplaatst ambtenaar der belastingen ge dwongen is geworden zijn ottslag te flemen, omdat hij zich |p hét huwelijk had begeven met een onbesproken en beschaafd jong meifje, tegen wie niets in ts brengen viel, dau dat haar vader, een eerzaam burger, Vroeger sergeant-majoor was geweest, geeft zooals het Duitsche blad zeer terecht op 'lliililliiimimrliimiiiiilimiiliiiiiiiimiiiiimmiiiiiMiiiiriiiiiiiiiiiiillllll is me ondragelyk, dat die mcoie oogen den verkeerden kant zouden gaan uitzien. Leentje bloosde. Leven je ouders cog? Ja, decter, beider?. Waar wonen ze? Ze noemde den naam van hsar woonplaats. Hoe heeten ze ? .,. van Eiren. Wat is je vader ? Vader ? .. ? schilder. De docter meende dat ze het ambacht van verver bedoelde. Heb je al lang gedietd ? N«en, m'iheer, nooit nog. Ben je al lang bij je mevrouw hier, ik aag er je tot gisteiem niet. Pas sinds ei.kele dagen, alles is me tog aoo vreemd. Wie leerde je dan dienen? Moeder, die viLdt dat ik alles moet leeren wat in een fatsoenlyke huishouding te pas komt. Natuurlyk leerde je lezen en schryven? Lezen do« ik eert graag. Bn wat las je «l zoo? Oawe en nieuwe schryrers. Kif peveer b.v. Ik dweep met de vereen van Jatquea Perk,'ai begiyp ik ze niet allen. Maar Leentje ... Wat tint en gloed heeft trekt me aan ? zeurige boeken leg ik op zy". Als ik ja niet wist by de steronige m'nkeer «n merrflu* Kistea»k«r, zou ik denken aan een fcystificatie ... Hoor ik het goed, je leest... H^él vee), maar nu moet ik naar huis. Het was voor Leentje amusant om de v«rrnkking en verbazing te zien va« baar roman held; ze was allerguitigst en keek stralend ia de denkende oogen van van Mierloo. Kan j« niet dadelyk naar je ouders teruggaan ? Nl«t da*«HJk... riep K s opstaande en kwasie Mch bedenkend, zei ee: Weet u wat, docter, kom morgenavond een visite makea bij mevroaw, daa zal ik er over peinzen en u wel een antwoerd weten te geven. Meteen groette ze beleefd en verliet de wachtkamer. * ? In een eogwenk was Leentje thuis, wurp haar goed af en vertelde 's avonds de geheeie geschiedenis aan oein en tante-. Je hebt met vuur gespeeld Dora en jij stond dat toe, Kee! De brief van Kromhout zal ik wel beantwoorden, by' de terugzending van het geld. Die kerel zal geen voet meer onder m'n tafel zetten! volgeaden avond werd doctor van Mierioe aangediecd door de noodhulp en pre senteerde tante: -^ ASjjn nichtje 'üora vaa Effen ook wel genaamd Leentje! Een jaar later waa Dora yan Elten de gelukkige jon^e mevrouw tan Mitrlco.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl