Historisch Archief 1877-1940
Ko. 1314
DE AMSTERDAMMER "WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
soldaat, die in de onder-officiers ménage
eet en over een ruime beurs beschikt,
ia! in de oogen van zijnen minder be- i
voorrechten buurman een pro'écéworden, j
die wat door de vingers gezien wordt,
wtfar het lastige en onaangename diensten
betreft, dit kaa niet dan ongunstig werken
op de kameraadschap, verdwijning van
bevoorrechte standen, onderlinge
waardeèring enz.
Désoldaten-ménage moet goed zijn, al
is het geen restaurant-menu, zoodat een
ieder er aan kan deelnemen en allen er
niet alleenNaen voldoende voeding, maar
ook smakelijke spijr.en en zindelijk
voorgediend vinden; dit is een .eisch van dezen
tnd, zoowel als van den persoonlijken
dienstplicht.
Het .is het doel van dit artikel, aan
dien ekch te gemoet te komen.
Dat na de invoeiing van den per
soonlijken dienstplicht er in de kazernes
«op goed als niets van zou bespeurd wor
den, hebben we nimmer betwijfeld, ^ zoo
is het in alle legers van Europa kort' Ba
de invoering van persoonlijken of
algeureenen dienstplicht gegaan.
In Oostenrnk schreef men nog C jaren
na die invoering »Poch die Jabre zerrinnen
und die Armee spurt nichts von etner
Intelligenz, die fruchtbringend für sie
Kürde.
»Die Aristocratie der Geburt, des
Beitzes und der Intelligenz, is t heute in
die jfingerëGenerfttion der Armee so gut
wie nicbt vertreten."
In Italië, in Frankrijk, in Rusland
overal voelde bet leger zich bedrogen in
de groötkehe verwachtingen, die men had
gekoesterd. Oe reden lag hierin: dat men
nergens den persoonlijken dienstplicht tot
lijn goed recht liet komen, men stak, om
de wet aannemelijk te maken, den
gegoeck» s**nd«B, het intellect een reddings
plank toe, die hen van den eigenlijken dienst
ia «k k«zern«s vrij stelde; hetzij door
dadelijken overgang in de Jandweer(
08tenrijk) b«tnij door ruilen van nummers
tusscbéo feger en landsverdediging (Italië)
zelfs kon men hier door 2500 frs. te
Storten dadelijk in die categorie overgaan,
, hetzij door te gertege efcchen voor het
eenjarig vftloBtatiaat (Frankrijk en
KuaI*td) Overal blerf het sukkelen in
Oostenrp van 1867 1893, in Italiëvan 1872
1877, in Frankrijk van 1872-1887, in
Rusland van 1874?1886; overal waren
nieuwe wetten noodig om het leger in
werkelijkheid de voordeelen van de in
voering van den persoonlijken of
algetaeeneti dienstplicht te verzekeren.
Qök bij ons heeft men even van te
toren den jongelui van goeden huize, den
iueer ontwikkelden, ja zelfs den midden
stand die reddingsplank toegeschoven door
?de oprichting van bet reserve-kader.
Zootang dit be»taat t*l men geen meer
ontwikkeWen miiicifn in de kazernes zien,
de persoonlijke dienstplicht is hiermede
feène sinecure geworden voor de gegoede
«tanden, het legrr heeft er niet het minste
voordeel van, de reserve aanvoerders zullen
blijven ontbreken, althans goed geschoolde,
practieche aanvoerders, waaraan men toch
in oorlogstijd zooveel behoefte zal hebben.
fË=
dienstmeisje?mevroaw.
Oórtpieifalyfos Schets
DOOK
Memtutr B. DE GR.?v C.
(Slot).
De betren rookten izttusechen op oom's kamer.
Het merk oude wjjn bleef niet zonder
uitwerkirg by eten notaris en naar aanleiding van
een scaatdaaltje in stad wa^ de toon vrg los.
De notaris, die z?n glas nooit leeg bad gehad
noest nog eens «eer zeggen; hoe heerlyk mooi
bjj die Leentje vond.
Dat meisje brengt je ouwe hoofd heekmaal
op hol, Kromhout, riep van Uifen.
Dat ia r ou het voorrecht van ongetrouwd
te zjjn. Jij raag niet eens cmr 'r kyken wft
wel, hèdoel e r! Kom zeg ook 'es wat. Hoe
vindt jij er met je jonge oogen ?
Zeldzaam mooi en beschaafd, m'nheer
Krotahont. Nooit aag ik een jong meisje d*t
het onbevangene en onschuldige van de achttien
of negentien jaren ik hoor van mevroaw te U
nfet ouder z<Só vereesigt met het a-antrekkelyte
van een meer ontwikkelde seb.ooBb.eid ; ze ...
3e bent een kenner, doc'.er, riep Meriestein.
Geen wonder. Esculaap had z'n godinnetjes
«ok lief, hal ka! piepte Kromhout; dus Q bent...
Volstrekt geen brave Hendrik, uel van
Mierloo in, doch ik kom er rond votr uit,
m'nheer Kromhout, hoe ergerlijk ik het vind,
dat diens!m.ii-jee per se gerekend worden geen
eergevoel te bezi'ten...
Goed gezegd, docter, ik laat je aan het
woord, zei de gastheer.
Dezelfde mannen die de dechtero tas
den huize geen onbetamelijk woord zouden
toevoegen, durven tien mir.uten later een
dienstnefcje, dat geen de minste avances deed,
onhebbelijkheden zeggen ...
Jammer, van Mierloo, dat je geen
advokaat werd, bet heilig vuur voor een pleidooi
zit in je; alle moeie dieneftmeifj<es werden je
cliënten, dat duif ik wedder, schertste van Uifec.
Ze moesten een advokaat vinden in ieder
weldenktnd mensch. Als docter en in de gast
huizen zie je achter de schermen en vat ik
duif beweren is niet zonder grond. Zonde dat
een mei'j e als zy het mikpunt wordt tan slechte
bedoelingen. Wtarlp ja hoeft geen docter
c f groot menschenkenner te zyn om te ci«n
dat L sec i je onschuldig de wereld inziet. Ik
schaam me om zoo te preeken ... maar ... ~
Je vindt 'r te liei vo«r een grapj« ..,.
oolyfeert I grinnikte Kromhout.
De kamerdeur gicg open en een mooie,
heldere stem sprak:
Docter, de meid Tan mevrouw Lucèt is
er om te viag n cf u zoo vriendelijk wilt z(ja
vóór den r acht nog flvea aan te kernen voor
haar kindje.
Zal men bet reservekader als commandant
Van een veldwacht, als commandant van
eene gewichtige patrouille, kunnen ge
bruiken ? Hun het geleiden van eene kon
vooi, van krijgsgevangenen, het verdedigen
van een accè?, van een spoorwegtunne),
van een sta'ion op de tappelijn gerust
kunnen opdragen P Zal men hun het leven
van 50 man, van een peloton van 100
man kunnen toevertrouwen in de
vuurlinie, ia de hitte van het gevecht als de
troepenofficieren zijn gesneuveld of buiten
gevecht. gesteld ? Aan hen die nooit een
troep van eenig gewicht onder hunne hoede
hebben gehad, die alleen theoretisch eenig
idee hebben gekregen van de reglementen
en voorschriften ? Toch toont de ondervin
ding dat de Pruissische Vice-FeWwebel, en
de Fahnrieb, die een jaar hebben gediend,
goede diensten kunnen be wijten; in den
oorlog van 1870?'71 zien we hen her
haald zulk een klein commando voeren,
soms met schitterend succèj.
Ook wij zullen bet reservekader moeten
afschaffen of geheel moeten hervormen,
deze minister van oorlog scheen op dit
punt veel te beloven, doch de Kamers
hebben zijn ijver reeds gedeeltelijk weten
te remmen; mogen we spoedig, hoe eer
hoe beter, van die brooze instelling, van
»dat katplantje' zegt de heer Van Vlijmen
verlost worden!
Dat de invoering van den persoonlijken
dienstplicht meer publiciteit zou geven aan
sommige voorvallen in de kazernes, wie
zou het betwijfelen, in deze tijden van
reportage en interviews, nu zelf een mini
ster van binnemlandsche zaken niet altijd
aan hua invloed Weet weerstand te bieden P
We betreuren het ook geenszins, wat on
billijke geschiedt in de kazerne mag gerust
publiek worden, een ieder zal zich wat
leeren in te toornen en voor het jonge
kader is het volstrekt niet kwaad dat ze
weten dat hunne soms ondoordachte, harde
of scherpe uitdrukkingen kans loopen in
een nieuwsblad te zullen prijken. De dis*
cipline .Ml hierdoor minder lijden dan door
die onbillijke, grievende woorden of hande
lingen, deze wekken wrevel en ondermijnen
de krijgstucbt. De kazerne zal wel nooit
een seminarie of school met den bijbel
worden, maar elkeen zal zich meer in acht
keren aemen en dit zal eene nasporiog
zijn tot onderlinge hoogachting; niet door
vernedering, maar door opheffing van het
individu bereikt men den hoogsten graad
van discipline.
Dat ook de ménage ter sprake zou
komen, wie zal het wraken? Er zijn zoo
vele belangen en magen mede gemoeid ;
soms van 3?400 individuen, indien n
slaperige of non chalante kok het vuur
te hard gestookt heeft, of niet intijds uit
gehaald en dus de spijzen heeft laten aan
branden of het spek verschroeid is door
dat de vlam in de pot sloeg; kwaad kan
publiciteit hier niet, het blijft een prikkel
voor het legerbestuur en voor allen, die
er mede te maken hebben om de voeding
zoo goed mogelijk te doen zijn en steeds
alle krachten in te spannen. De voor
waarden van levering der levensmiddelen
-zijn wel aoo goed omschreven voor het
meerendeel dat men goede waren verkrijgt,
iiHiimitiiiiiMMiiiiHiiiimmimiiMMiHiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiHiMluiiiiiiiiH
Godtiori, flaisferde de notaris hoorbaar
tegen Weermann, de stem is waarachtig al
even a ooi ah "r figuur.
Leentje kreeg een kltur. Terwijl ze op ant
woord wachtte keek de docter op zy'n horloge
«n zei:
Mag ik daielyk even gaan, gastheer ?
dan kom ik na het bezork een kopje thee halen.
Zeg maar dat .ik komen zal, mëitje.
Leentje g ng n-aar beneden. Ter n«uwernood
bad ze de boodschap gegeven e-a de \ooriiewr
dicht of de docter stond naast ha*r.
Lïentje, ik zou J3 zoo gra*vg eens spre
ken, hoorde ze zeggen. Mag dat?
Maar, m'nheer, hoe koait u er aan ?
Morgen avond half acht kom ik hier langs
en g» den stationsweg op ; ik zal biyven wachten.
Onmogelijk ! was het weifelend antwoord.
Wees niet bang, meitja, ik heb werkelijk
geen kwaad in den zin.
Ma&r m'nheer ik kan r iet...
En ;.w:h wacht ik je. Ik reken er op
halt acht...
Overbluft bleef ze staan met de deurknop
in de h&nd.
* *
Haar eerste gedachte was om alles aan (acte
te vettcHen, maat w*t zon het gevolg zyn ?...
Ze treuzelde wat, ging borden in de
porceleinkast bergen o» op haar verhaal te komen en
zweeg voorloopig. Zwyjend liet ze een ha f
vwr later den dccter wetr binnen en tegen
half elf liet ze even zwygend de gasten u;t.
Leèni i 3 voelde dat haar vier keer een
galden n tweemaal twee kwarij s werden toe
gestopt. De warme, dikke vingers van den
notaris kieefdwi of kriebeldan even in haar
h«ndpalm bah l Ze voLd hem een man om
van te griezelen !
Zenuwachtig lachend vloog ze raar binnen,
de comedie was afgeloopen. De guldens en
kwartjes rolden over de tafel, de mu-:s girg af
en tante had er plezier in lekkere kliefcjes te
halen en LeenJje zelf (e bedienen.
Je zult een souveniertja van me hebben,
Do, uit dankbaarheid.
Oom die ter wille van A«orfja, tante's lieve
ling, e«n eindje met da heeren was opgeloopen,
kwam boos binnen.
Zulke grappen, K e, haal je nou neoit
meer in m'n huis uit. B 'grepen ? 'c Is schande
zooals Dora is aangekeken door Kromhout.
Is 't waa^ hoe akelig !
Je zoudt de dwaaste conflicten krygen ;
mijn lógéetjes spelen niet meer voor dienst
meisjes. GeinWkig hoorde Do niet alles wat er
geregl werd.
Zóó «rg was het toch nfet, man.
Afta tafel, omdat ze zich voer jeu in
hielden.
Gut, zei tante, was het zco erg ? Do was
ook zoo verbazend mooi met dat tullen muttjs.
Maar de notaris was toch zeber de nige; die
staat ook niet erg best tekend.
Ik meest heel wat hoortn onder het
rooken en had dikwyls moeite om niet uit te
roepen: Zwijg toch over Leenfji", ze is myn
nichtje!'' maar daarvoor was al te veel gezeid.
slechts voor een enkel artikel zouden we
de voorwaarden nader omschreven
wenschen en wel van de te leveren
aardappelensoorten. De aardappelen die worden aan
geboden zijn soms te groot van stuk, dan
voos en waterig of hebben een aantal
aangïoeisels, sommige soorten hebben
eene karde kern en de rand meelt dadelijk
bij het koken, waardoor de kern ongaar
blijft, terwijl de rest reeds tot moes is
gekookt, vooral bij de slechte inrichting
der koolspotten, die niet toelaten het water
op eens te verwijderen (af te gieten).
Dergelijke, kortom alle minder goede
soorten, van aardappelen moesten volgens
de omschrijving in de voorwaarden niet
kunnen geleverd worden, door deskundigen
zouden dus de soorten voor beesten voeder,
vcor aardappelenmeelfabrieken enz. moeten
worden genoemd als niet leverbare soorten,
de prijzen zouden dan wel wat stijgen,
doch men zou bij beter kwaliteit ook het
ration wat kunnea verminderen, zonder
schade van de voedingswaarde, de smaak,
het oogelij k e zouden er bij .winnen. De
aardappelen, al hebben zij minder voedings
gehalte, zijn toch een hoofdbestanddeel van
de voeding ia Nederland en alle waar
borgen moeten genomen worden dat alleen
de goede soorten verstrekt worden.
We «ijn het verder geheel eens met den
minister en den heer van G endt dat alleen
in de bereiding der spijzen de fout zit van
de vele -klachten, met die bereiding zijn
we niettegenstaande alle verbeteringen in
het menu, in de wijze van inkoop en ver
strekking nog niet veel verder cUn voor
50 jaren ongeveer. '
(Slot volgt). A. O EEHM.
Kwartjes vin derg.
De melkboer las het in 't ochtendblad,
de meid hoorde het van den melkboer,
mevrouw vernam bet op haar beurt van
de meid, de majoor zelf kwam 't ten slotte
van zijn doodelijk verschrikte vrouw te
weten : dat hij eerstdaags op pensioen ge
steld zou WO!der.
Men kent dit historisch verhaal, dat
Biet pleit voor de kieeebheid van het
Depanement yan Oorlog.
De pers, die een hoog woord heeft als
ze even op de teenen getrapt wordt, aarzelt
zelden om zulke onbescheidenheid in de
hand te werken, en zco gebeurt het wel
dat een, op haar gezag ontvanger, stapel
geluk wenschen «cht dagen later, r p gezag
van een achteraan hinkend officieel bericht,
tot een grafheuvel wordt.
Dit indelicaat gedoe heeft-, meer dan
men oppervlakkig denken zou, al heel wat
ontstemd, verbitterd, gegriefd, ja droeviger
gevolgen gehad; wie dit bij ervaring of
van aanzien weet, zal met mij van oordeel
zijn dat er een einde aan behoort te komen.
Het is voor het Departement van Oorlog
gemakkelijk, en in vele gevallen plicht,
aan deze kwartjesvindwij paal en perk te
stellen. Maar, zooala doorgaans, de drang
naar verbetering moet ook hier van onder
af komen. En menige penneprik zal er nog
wel toe noodig zijn.
Er is reeds een poging daartoe gewaagd,
die echter gestuit is op gemis aan mede
werking en op onvoldoende doorvoering.
De geschiedenis ervan is de volgende.
Een olficier komt in de gelegenheid een
En dee ds docter ook mee?
Die nieuweling met z'n sociale begrippen
en denkbeelden, waar ik mets voor voel, sprak
flink over de dienstmeisjes, de man hetft nufcele
legrippen.
Wat zei ie? vroeg mevrouw.
In enkele woorden vertelde oom het ge
sp) ek. Tante vond dat haar man wel veel
durfde zeggen in bijzyn van Do. Leentje zelve
zat met ue ara t s nsa t Zich, noten te pellen;
van tyd tot ty l diep bukkend over de
schille<j?s, om een opkomenden blos te verbergen.
Wat was ze veel wereldwijzer dan twaalf
uur geleden!
*,*
Onvoldaan, teleurgesteld ging Dira te bed
en dacht na over het gebeurde. Wat zou ze
den volgenden avond doen? Vertélde ze de
vraag van den docter aan tante, dan wist oom
het ook en zou haw zeker verbieden te gaan.
Zy zelve hal 2) jiar later moeten geboren
worden, ze durfde veel meer dan andere meisjes
van haar tyd, door natuurlyke vrym:>edigaeid.
Ojm was een beste mai maar 60 ,jaar; hy had
oudbakktn begrippen Er-n mei ja dat niet
minstens met de naaidoos thuis i at, de halve
week, en niet bloosde voor elk jong mensch
dat haar aankeek, was in zijn' oo^en een
g' emancipeerde".
Innerlyk was ze volstrekt niet ongenegen
dooter van Mierloo weer te ontmoeten. Hij
had een verstandig discour?, dat was |auw
genoeg door Leentje opgemerkt. Zy'n uiterlyk
was" bizrmder gui stig, lang, blank, denkende
oogen, mooi haar, fliiske kn*vel
D* held van Dora's raeijjesdroomen vroeg
»eniJ3, de tweede meid, om een, onderhoud.
Ze sliep onrustig en besloot ft gaan onder
een of andsr voorwendsel.
Allerlei drukte en bezigheden namen den
volgersden dag iu beslag. Tante zou 's a.'onds
een noodhulp kry'gen, t-jt zoo lang zouden zy
en Dora oude Gaerfje helper.
Ta twee uur li<p Dora door de gang, toen
het brievecbupJB de post aanmeldde. Ze nam
een couvert er uit aan het adre» van: Mej.
Leefc'jp, tweede meid, erz.
Niemand had iets gemerkt. Goed dat ze
zelve den brief vond. Wat zou de dooter te
zeggen hebben ? Naar de logeerkamer er mee
de deur op slot. Bevend brak Dora den brief
open en las:
Mejuffrouw.
D^n ganschen nacht hai ik uw lief gelaat
en mooi figuur voor me. Een zwart japonnetje
Maat lief en zed g, msar wat zou Leentja er
bekoorlyk uitzien in een mooi toiletje. L»ten
we Zondag als het uw uitgsansdag is en anders,
helaac, een weak later, eens samen naar Arn
hem gaan om er eentje te kiezen uit stalen
die ik by me zal hebben.
We gaan dan afeonderlijk met den trein van
1.40 en v.'nden elkaar op het perron te
Arahem. Ik zal je daar eecs laten rijden in e«n
open wagentje door de mooie bosEchen. Een
munfje hicrby voor reisgeld.
Hoor ik niets dan reben ik op je. Je zult by'
betrekking buiten het leger te verkrijgen;
zeer grondige redenen doen hem in ver
band daarmee besluiten, non activiteit aan
te vragen. Onder die redenen zqn er «in
tecderen aard, en, daar het noodig blijkt
die ook in zijn rekest te vermelden, komt
het den officier wenschelijk voor de ver
zending en behandeling van dat rekest
geheel vertrouwelijk te doen geschieden.
Dit laatste heeft tevens het voordeel, dat
niemand van het geheeie geral iets behoeft
te weten wanneer onverhoopt de non
activiteit niet verleend mocht worden. De
redenen, waarom geheimhouding wordt
gewemcht, doen er trouwens niets toe:
het feit alleen, dat een officier zijn parti
culiere belangen aan de discretie van zijn
chefs toevertrouwt, legt dien chefs den
plicht tot geheimhouding op, te meer
wanneer zij, zooals in het onderhavige ge
val, met geen enkel woord integendeel
te kermen geven, dat die plicht om de eren
of andere reden niet kan worden aanvaard.
De compagnies- en bataljons-commandan
ten deelen deze opvattingen van rekwestrant
geheel, en zijn verzoekschrift verlaat.het
bataljon, geheel behandeld volgens de
bestaande bepalingen omtrent vertrouwe
lijke dienstcorrespocdentie. Dat, gel\jk later
bleek, de bataljons-adjudant het stuk even
eens ónder de oogen kreeg, is incorrect,
maar kan hier verder buiten bespreking
binven.
Het rekest komt op 't regimentsbureau.
en is nu aan verdere conti !e of invloed
van den opsteller onttrokken. In 't
Voorbtfgauj) zij echter opgeorerkf, dat naar alle
waarschijnlijkheid ook regiments-adjudant
e» vaandeldrager het stuk te lezen kregen
Wftt evenzeer iccorrect is.
Nog in afwachting van de ministerieel*
beslissing, leest rekwestrant op een morgen
in den Rotterdammer, dat hij met ingang
van den zooveelsten non activiteit heeft
aangevraagd. Het etiecstgeheim blijkt alzoo
geschonden.
Niet verwachtende, dat de minister uit
eigen beweging een onderzoek naar den
fchuldige zal instellen, verzendt de betrok
ken luitenant een dienstgchrijven aan zijn
compagnies-commandant, waarin hij diens
medewerking verzoekt bij het opsporen der
oorzaken, wtlke tot genoemde schending
aanleiding gaven.
Opnieuw betuigen de beide onmiddellijke
chefs hun instemming) ea geven daarvan
daadwerkelijk Wijk door déklecht, met
gunstig advies, aan den kolonel op te zenden.
Na eenige dagen renvoyeert deze de
klacht, or.der opmerking : dat de behande
ling van het rekest, zooals trouwens te doen
gebruikelijk is tot in hoogste instantie ver
trouwelijk behandeld is; dat het vermoeden
voor de hand ligt als zou het kranten
bericht gf plaatst zijn, nadat de ministerieele
beslissing reeds gevallen was; dat de kolonel
overigens het gewicht der geheimhouding
niet gotd begrijpt, omdat het besluit der
op noh-activiitit stellirg de zaak immers
tcch publiek zal maken; dat er dus z. i.
geen termen bestaan om de klacht door (e
zenden, doch dat belanghebbende, zoo hij
hiermee geen genoegen neemt, de vrijheid
heeft zich bij rekest tot den minUter te
wenden.
Deze motiveerÏDg is uiterst zwak. Ten
eertte immers mombet volgers den kolonel
bestaacde gebruik, < m rekesten als het
onderhavige vertrouwelijk te behandelen,
hem een aansporing zijn om mede te werken
tot iet uitvinden van den schuldige, ook al
had de rekwestrant geheimhouding niet
gewetscht. Ten tweede is het zeer goed
mogelijk, dat het bericht verscheen toen de
?miniiiiimnmiiiiiniimmimi
tyds thuis zyp. Tien uur present. Mevrouw Zal
van niets merken.
Met een klein zoen'je in gedachte op je
mooie inoBdje, je vriend,
Notaris KROMHOUT.''
Tranen van fpijt n schaamte rolden Dora
over de wangen. Wat was ze begonien l Ze
had het toch zoo goe4 bedoeld. Schandelijk
vond ee dien brief, ze kreeg plotbelinèwn
gevoel van medelyden met alle dienstmeifjts,..
Wat was de wereld slecht! Ze had zich nooit
daarin vtrdiept.
Ze sloot brief en geld weg, en waschte on
willekeurig haar handen alsof z« bezoedel J
waren.
Ze was stilltr dan asders; tante meer de dat
zij moe was. Te haif «es werd gegeten. Na den
eten ging oom raar een vergadtrirg van den
kerkeraad. Dora schreef een brief naar huis
doch repte niet over de grap ? Toen ze kwart
over zeven tante een kopje ihee had geschon
ken zei z«: zelf den brief te zullen wegbrengen
naa-r de bus van het station ze schepte *n
meteen een Inch je".
Dan doe ik intusschen een du'je, zei (ante,
'k btn bly' dat van avond de noodhulp komt.
Esn zwart oud regenhoedje, een Mantel
van het vorige j»ar konden i.oo goed door
Leö&ljQ als Dora gpdragen worden.
Pn cies ha f &cUt \ iel de voordeur achter
haar dicht.
Juist liet ze den bri«f in de bus vallen toen
xe den docter bemerkte, die haar gevolgd wan.
Ze durfde niet omkyken, al voelde ze dat de
geregelde stap achter haar van hém was.
Eer Dora het \trmoeddf, zaten beiden op
«n rieten can»péin de hwlie, leege wachtkamer.
Leentje, begon de docter, ik zou je soo
grftag meer ontmoeten, hee zou dat kunnen?
Waarom doctsr! dat vraagt toch g««n
hfl«r aan een dienstmeisj».
Al ben je uit een anderen kring in
de raautschappy, wat scheelt me dat. Ztfcer
?ntbreekt het j« niet aan innerlijke beschaving,
dat w*et je zelf ook best.
Maar wat bedoelt u eigenlijk, docter?
Ik zou nadere kennismaking wenpchfcn;
was je een dame dan viel me dat gemakkelyk.
Nu is d« vraag: waar? zonder op-pra»k te
geven. Zou je misschien een go;de betrekking
willen aannemen buiten by' myn halve zusters,
die een jirge dames kostschool hebben (e Berger.
BgkaLS was Dora uit haar rol gestapt, daar
was ze twee en een half jaar- met groot
geLoegen geweest afe e«n veelbeminde
pensionnaire. Met nauw bedwongen lach vroeg ze
*co onbevangen mogelijk:
Waartoe zou ik veranderen, docter? .
Omdat ik daar dikwyls bom en weet dat
e daar in goede handen zijn zou; ik zou je
daar meer willen leeren kennen met de beste
alannen.
Leenfje zweeg nerstomd en verrukt.
ovendien leeft een dienstmeisje als jij
^n een wereld vol ve&zoekicg en het detkbteid
minister reeds had beslist; zoo lang ech
ter die beslissing niet in handen was van
den betrokken officier, had n re mat d bet
recht ze tot publiek tigendo» te make».
Ten derde legt het niet begrijp*» der
redenen van geheimhouding geen ge
wicht in de schaal, daar deze redenen Eet
particulier eigendom vaa den verzoeker
waren, en immers de boven besproken
mogelijkheid eener weigering van het ver
zoek ze reeds voldoende recht van be
staan gaf.
De belanghebbende overweegt een e«n
ander, en gevoelt veel lust zich inderdaad
tot den minister te wenden. Nu maak t zijn
bataljonscommandant hem echter opmerk
zaam dat hij, door opnieuw te rek west reereo,
veel moeite en geschrijf geeft aan menschen,
die geen schuld hebben aan 't gebeurde;
dat de bureaux tocb al zoo overladen zijn
met Werk; dat het- ten slotte de vraag is
ol het geval genoeg belangrijkheid bezit
om zooveel omslag te/wettigen.
Het valt te betwijfelen, of ook deae
motiveering bout snijdt. Waar men be
gonnen was instemming te betuigen en
mede te werken tot een gepast verzet, daar
zou doorvoering van dat verzet van meer
beginsel vastheid hebben getuigd. In elk
geval is het in den luitenant, nu hij
eenmftal pp weg was naar een, volgens zijn
overtuiging, goed doel, af te keuren dat
hij zich liet bt invloeden, en dit doei hal
verwege in den steek liet.
Is deze poging, om de kwartjes vinders
van Ojrlog aan de kaak te stellen, dus
mislukt het relaas ervan moge anderen
uitlokken prn haar met meer succes door
te zetten, opdat aan het ergelijk, soms
noodlottig, en altijd onbescheiden bedrijf
dier nieuwijepjag< rs een eir d gemaakt worde.
_^_____^ LUCTOR
Pruisische toestanden.
De Frankfurter Zeiluny klaagt luide
over de ergerlijke en onverkwikkelijke
Voorvallen op het gebied van Duilschlana's
binnenlandsche staatkunde. »Da regee
ring' zegt het blad »toont in deze
zaken eene in 't oog loopende lankmoe
digheid, maar niet eene lankmoedigheid,
die haar oors-prong hetft in eene on weder
legbare bebeersching van den toestand,
maar eene die slechts de uitdrukking is
van eene radelooze verlegenheid, die de din
gen haar gang laat gaan en zich bijna
geheel tot de rol van toeschouwer be
perkt.''' Op economisch gebied zijn de
vooruitzichten door de ongehoorde aan
matiging der agrariërs, voor welke de
regeeriug overal de vlag fcbijut te strij
ken, zeer verontrustend: de prijzen der
eerste levensmiddelen zijn hooger dun ooit
te voren. Daarbij hebben zich een aantal
incidenten voorgedaan, die op politiek ge
bied niet minder verontrustend zijn, die
de openbare meening in hooge mate heb
ben geprikkeld en- eei.e zeer scherpe kri
tiek hebban uitgelokt.
Het incident Löhniu^, waarbij een hoog
geplaatst ambtenaar der belastingen ge
dwongen is geworden zijn ottslag te flemen,
omdat hij zich |p hét huwelijk had begeven
met een onbesproken en beschaafd jong
meifje, tegen wie niets in ts brengen viel,
dau dat haar vader, een eerzaam burger,
Vroeger sergeant-majoor was geweest, geeft
zooals het Duitsche blad zeer terecht
op
'lliililliiimimrliimiiiiilimiiliiiiiiiimiiiiimmiiiiiMiiiiriiiiiiiiiiiiillllll
is me ondragelyk, dat die mcoie oogen den
verkeerden kant zouden gaan uitzien.
Leentje bloosde.
Leven je ouders cog?
Ja, decter, beider?.
Waar wonen ze?
Ze noemde den naam van hsar woonplaats.
Hoe heeten ze ?
.,. van Eiren.
Wat is je vader ?
Vader ? .. ? schilder.
De docter meende dat ze het ambacht van
verver bedoelde.
Heb je al lang gedietd ?
N«en, m'iheer, nooit nog.
Ben je al lang bij je mevrouw hier, ik
aag er je tot gisteiem niet.
Pas sinds ei.kele dagen, alles is me tog
aoo vreemd.
Wie leerde je dan dienen?
Moeder, die viLdt dat ik alles moet
leeren wat in een fatsoenlyke huishouding te
pas komt.
Natuurlyk leerde je lezen en schryven?
Lezen do« ik eert graag.
Bn wat las je «l zoo?
Oawe en nieuwe schryrers. Kif peveer b.v.
Ik dweep met de vereen van Jatquea Perk,'ai
begiyp ik ze niet allen.
Maar Leentje ...
Wat tint en gloed heeft trekt me aan ?
zeurige boeken leg ik op zy".
Als ik ja niet wist by de steronige
m'nkeer «n merrflu* Kistea»k«r, zou ik denken
aan een fcystificatie ... Hoor ik het goed, je
leest...
H^él vee), maar nu moet ik naar huis.
Het was voor Leentje amusant om de
v«rrnkking en verbazing te zien va« baar roman
held; ze was allerguitigst en keek stralend ia
de denkende oogen van van Mierloo.
Kan j« niet dadelyk naar je ouders
teruggaan ?
Nl«t da*«HJk... riep K s opstaande en
kwasie Mch bedenkend, zei ee:
Weet u wat, docter, kom morgenavond
een visite makea bij mevroaw, daa zal ik er
over peinzen en u wel een antwoerd weten te
geven.
Meteen groette ze beleefd en verliet de
wachtkamer.
* ?
In een eogwenk was Leentje thuis, wurp
haar goed af en vertelde 's avonds de geheeie
geschiedenis aan oein en tante-.
Je hebt met vuur gespeeld Dora en jij
stond dat toe, Kee! De brief van Kromhout
zal ik wel beantwoorden, by' de terugzending
van het geld. Die kerel zal geen voet meer
onder m'n tafel zetten!
volgeaden avond werd doctor van
Mierioe aangediecd door de noodhulp en pre
senteerde tante: -^ ASjjn nichtje 'üora vaa
Effen ook wel genaamd Leentje!
Een jaar later waa Dora yan Elten de
gelukkige jon^e mevrouw tan Mitrlco.