De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 2 november pagina 7

2 november 1902 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

-ft". N4 1323 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Boek- en SteeHdpukkepy, voorheen Ellerman, Harms & C°. EEN EEUWFEEST. ?' W#P3! dagelijks uit die Warmoesstraat over het publiek worden uitgebraakt.? wie zon dan niet naar het Gedenkschrift grijpen, om eens na te zien hoeveel ongevallen, door de firma v.h. Ellerman, Harms & Co., den lezenden lien berokkend, daarin worden vermeld. Toch zon de nieuws gierige lezer tevergeefs in dat rijk geïllustreerde, op conchépapier gedrukte, boekske zoeken. De auteur er van is de opgeruimdheid zelf en schijnt een echte onschuld. Hy vertelt waartoe al zijn lokalen dienen.... »de tweede en derde verdiepingen bevatten de hoofdzetterijen. Hier worden door bekwame werklieden werken gezet in meest alle Enropeesche talen, Hollandsch, Fransch, Duitsch, Engelsch, Zweedsch, Noorse!), Deensch, Russisch, Hongaarsch, Roemeensch, Spaansch, Italiaansch en in ver schillende Oostersche talen, zooals Hebreenwsch, Arabisch, Javaansch, Maleisch, Macassaarsch, Boegineesch enz., waarvoor de bizondere letters of karakters allen op onze zetterijen aanwezig zijn. Op de eerste, hoofdzakelijk platzetterij, worden de meeste van de door ons gedrukt wordende dag- en weekbladen, maandschriften en boekwerken, waaronder ook die voorreke ning van het buitenland, gezet; op de tweede, de smoutzetterij, wordt allerlei soort van han del s werk, al het werk voor de Hollandsche Ijzeren Spoorwegmaatschappij, illnstratiewerk, muziek, enz., gezet" Nietwaar, men bemerkt het, hij doet maar alsof er geen kwaad in de wereld was... vermenigvuldigd in alle talen, in beeld en schrift, en verzwijgt zelfs wat men recht zou hebben hem terdege kwalijk te nemen dat daar op zijn tweede en derde verdieping ook het zetfontenduiveltje huist... dat reeds op meer dan n zettery buiten de War moesstraat zoo menigen schrijver het begin van een hartkwaal en de herhaling van een aanval van beroerte heeft bezorgd! Of de brave Jan Ewoutsz. en zijne weduwe omstreeks 1535 en daarna reeds op diezelfde plek dit Satannetje huisvesting hebben verleend, Het huis op het Rokin. De Amsterdanuche Boek- en SteendruJckery, voatite»» Ellerman, Harms <èCo. heeft een, GetiMetehrift doen verschenen, waarin de wor ding en de geschiedenis worden verhaald van de 'firma, 'aan welke De Amsterdammer Week blad voor Nederland, mede haar ontstaan dankt, en b\j welke ons blad van sqn eerste verschijnen ' tot heden, in meermalen gewijzigd formaat, gedrukt is. Dat deze geschiedenis, evenals die van het Weekblad, van een voortdnrenden vooruitgang heeft te getuigen, blijkt reeds uit de afbeeldin gen der gebouwen, die wühet genoegen hebben onzen lezers hierbij aan te bieden. Op den Ie November 1802, vestigde zich de heer Isa&c Ellerman aan de Beurssteeg op den hoek van de Eromelleboogsteeg, wfjk 24, no. 112, als verkooper van kantoorbehoeften en zegels, terwijl hu in 1806 daaraan ook het bedrijf van Boekbinder toevoegde. In September 1835 trok hu zich uit de zaken terug en liet dezen over aan zyn zoon Ita&c Ellerman Junior, welke de affaire in het zelfde huis bleef drijven, doch reeds op 28. September 1842 kwam te overlijden. Zijne weduwe zette de zaken evenwel voort onder de firma Wed. I. Ellerman tot op l Januari 1860, toen zy overgingen in handen van den heer Gerrit Jan Holtz, die den firmanaam Wed. I. Ellerman bleef voeren, in hetzelfde huis, dat nu gerekend-werd te staan aan het Rokin. Nadat op 27 Maart 1865 zijn zoon, de heer Gerrit Jan Holtz Junior, in de firma was opgenomen, werd kort daarna het achterliggende perceel aan de Eromelleboogsteeg, tot dusverre verhuurd, mede voor de zaken in gebruik j genomen. Zooals in die dagen veelal gebruikelijk was, leverde de firma aan de door haar bediend wordende kantoren ook het benoodigde druk werk, hetwelk zij dan op andere drukkerijen liet gereed maken. Toen dit van meerderen omvang werd, richtte de heer G. J. Holtz Jr. op 12 Augustus 1872 in het perceel Krom-Elleboogsteeg no. 7, een Boekdrnkkerij op, terwijl hij op l Mei 1874 eigenaar werd van de Steendrukkerij van de firma Wilke & Harms in de Zandstraal, welke zaak hu voortzette als de firma Harms &Co. en die, na aankoop op 31 October 1874 van het perceel »Vrankryk", op de Spuistraat 218, daarheen werd verplaatst, evenals de Boekdrukkerq; waarna 20 Maart 1877 alle zaken werden vereenigd onder de firma Ellerman, Harms & Co. Enkele jaren later werd nog het perceel 216 aan de Spuistraat aangekocht en bij het perceel »Vrankryk" getrokken. Zoo was van 1881 de drukkerij Ellerman, Harms & Co gevestigd in het hierbovenstaand gebouw. (Huig in de Spuistr.) Hier bleef de firma werkzaam tot Nov. 1893. Weder was toename van zaken oorzaak geworden van plannen tot uitbreiding van de drukkerij. Reeds in 1887 werden daartoe perceelen aangekocht in de Warmoesstraat. Hieronder was ook een plekje begrepen in de geschiedenis der boekdrukkunst met eere ge noemd. >De gunstig bekende figuur- en letterinijder en boekdrukker Jan Ewoutsz en zijne weduwe waren in de jaren 1535 en volgenden gevestigd aan de destijds Kerkstraat heetende Warmoesstraat, het 9e huis van de St. Jansstraat (lijnde een gedeelte van het tegenwoordige nummer 149) »In den Vergulden Passer". Uit verschillende bekende houtsneden, uitgaven en opdrachten van voorname autoriteiten, zooals het stadsbestuur, de generale mnntmeesters enz. blijkt, dat onze voorganger in zijn vak uitblonk en steeds zal het ons streven zgn, zqn voorbeeld te volgen", zoo lezen wij in het Gedenkschrift. Gernimen tijd verliep er eer al de benoo digde panden in handen der firma waren overgegaan. Eerst op den 9 Januari 1893 kon de eerste paal voor het nieuwe gebouw worden ingeslagen, dat in October daarop volgende in gebruik werd genomen. De groote, flink ingerichte en ook uiterlijk zoo aanzienlijke drukkerij, werd door den architect A. Salm G.Bz. ontworpen en door Oerlijn & Zoon en de Haan gebouwd. Weldra echter bleek op nieuw de behoefte aan) nog meerdere ruimte. In 1896 werd ook een perceel aan den O. Z. Voorburgwal en 1898 het belendende perceel aan de War moesstraat No. 147- aan de reeds gebruikte ruimte toegevoegd, het laatste o. m. voor steendrukkerij en linieerderij. Wat er in deze lokalen vervaardigd wordt kan men nagaan, als men weet, dat in de machinehal, de boekdrukker^, niet minder dan negentien boekdrnkpersen staan, waaronder vele van groote afmeting en zoogenaamde dubbele persen, volgens het Gedenkschrift «rusteloos aan het werk tot het leveren van de gemidcfëTde productie van meer dan honderd duizend drnks daags in allerlei soorten,) van het hoofdje op eene enveloppe tot de fraaiste illnstratiedrnk, van het eenvoudigste circnlairetje tot defijnste drie- of vierkleu rendruk", terwijl in 'tbelendendperceel drie steendrukpersen zijn opgesteld. Het is altijd moeielijk zich te ver plaatsen in eens anders gemoeds toestand, maar wat er moet omgaan in de ziel van een drukkersfirma, die dagelqks zooveel in het licht doet verschijnen we zonden, met den besten wil, geen oogenblik ons daar in kunnen denken. Wat een troost en stichting, welk een veredeling en ver lichting «voorheen Ellerman, Harms & Co." zonder ver pozen onder haar medemenschen ge bracht heeft en nog altijd zich inspant te brengen, het is, dunkt ons, meer dan eengewoon mensch, diezichnietopeigen voortreffelijkheid wenscht te verhef fen, kan dragen. Of dat voor den tegenwoordigen, zeer gewaardeerden, Directeur, mede een aanleiding is geweest om de firma in eene Naamlooze Vennootschap, met aandeelhouders ?Amsterdamsche Boek- en Steen drukkerij" te ver vormen, bleef ons onbekend. Het zou ons echter niet verwonderen. Intnsschen de zaak kan ook van een andere zijde bekeken worden. Wanneer men bedenkt,: dat de drukpers vooral niet minder «geduldig" is dan het papier... en de mensch van nature j en of het gedrocht sedert dien tijd in een menigmaal retrospectief en profetisch werkt, zoodat men wel zou willen vragen: hoe komt de man toch aan al die wetenschap en wijs heid ? onthield zich van eenige aanduiding. noegelijk leven... zoo maar vlaknaast dehelsche machine van onzen tijd, met z\jn drievondigen vloek van stoom, electrisch licht en telefoon ? En dat op een feest l Is 't niet al te wreed ? Huisfin de Spuistraat. Het gebouw in de Warmoesstraat. zwak, onwetend, veelal meer zelfzuchtig dan waarheidlievend, in n woord zondig is, en men zon eens willen optellen hoeveel leugens daar toestand van voor- of achteruitgang zich be vindt, mochten w\j niet vernemen. Zelfs de alwetende Braakensiek, die met zijn stift zoo Toch, waarschijnlijk uit dankbaarheid, wyl in het oude Vrankryk in de Spuistraat, en in het nieuwe Huis in de Warmoesstraat, zoo veel bonderde teekeningen van hem voor de kijk- en leergierige menigte zijn vermenigvul digd, lei de be roemde artist een getuigenis af, aan gaande de snelheid van het bedrijf, dat ook hem zoo gaarne tot dienaar ver strekt. In het hier bijgevoegde: Voor heen en Thans (p.8) geeft hu een voor stelling van de pers-traagheid in 1802, naast eene van de pers-snelheid in 1902, als ware hij bij de eerste bestelling evengoed tegenwoordig[geweest,'als bij de laatste. En eerlijk gezegd, hoe zeer wij ons ook gemakkelijk be wegen in een demi-saison en een jaquet, en hoe wij zelfs de zegeningen van een kaasbolletje waardeeren, als wy 't voor 't kie zen hadden,zouden wij toch nog de pet met breede klep, de rok van den patroon en het buis van den kantoorlooper de voorkeur geven bo ven onze moderne kleedingstukken, indien ons de wel gedaanheid van dien Heer Boek drukker daarbij werd toebedeeld, die, ook wanneer hij tot den aller grootsten spoed wordt aangespoord, geen andere blijken van zenuwachtig heid vertoont, dan 'dat hij met het puntje van.. z\jn langen gou wenaar zich achter het oor krabt.. I Wy betwijfelen het daarom, of de firma er wél aan heeft gedaan deze twee tafereeltjes in haar Gedenkschrift op te nemen. Waartoe die herinnering aan een rustig, onbezorgd en geMaar zoo, 't is Braakensiek's schuld, zouden wij een somberen toon aanslaan, waar"" het oogenblik ons blijdschap voorschrijft. Het komt ons alzoo terstade op een deel [der drukpersvoortbrengselen te wijzen, dat in] het gebouw in de Warmoesstraat] zeer beteekenend is, en van welks verschijning die oude heer in 1802 met zijn collega's geen flauw vermoeden heeft gehad. Onze tijd, het strekt tot een kleine vergoeding, heeft door de drukpers meer kleur in de wereld gebracht. Ontelbaar zyn de vellen door v.h. Ellerman. Harms & Co. gedurende de latere jaren in kleurendruk afgeleverd. Men wil zien. Niet alleen in vormen van lijnen, in licht en schaduw steeds meer vraagt men daarenboven de kleur, waarin de voorwerpen worden waargenomen. En de techniek op dit gebied ontwikkelt zich zonder ophouden. In den aardigen omslag van dit Gedenkschrift, hier weergegeven, (p. 8) waarop, alweder iets nieuws, de vrouwen figuur, door den beeldhouwer geboetseerd en daarna fotografisch op zink overgebracht vindt men den twee-kleurendruk. Deze druktype is de jongste toepassing der techniek. Het beeld wordt eerst in een lichten toon gedrukt en daarna van een nieuwe plaat in donkere tint over gedrukt, waardoor de moge lijkheid tot het aanbrengen van fijnere nuanceering ontstaat. De drie- en vier kleurendruk vorderen drie platen, geel, rood en blaanw, of naast dezen als vierde, een plaat met zwart of grijs, die in verschillende samenvoegingen en tonen over elkander wor den gedrukt op een boekdrukpers, waardoor effecten worden verkregen als ware een veel grooter aantal kleuren gebruikt Het zon te veel van ons gevergd zijn in bijzonderheden aan te wijzen, hoe deze drukkunst de maat schappij dient, van de kinderen tot de vol wassenen, bevredigend de weetgierigen, helpend de opvoeding en de studie, en in velerlei richting dienstbaar aan het verstrekken van geestelijk genot. Zeker moet het boek nog geschreven worden, waarin de beteekenis van den invloed der uitvinding van den kleurendruk op de samenleving in alle deelen wordt bloot gelegd. Hier zonde ongetwijfeld van wonderen te verhalen zijn en meer dan n raadsel de ziel en zinnen rakend ter oplossing zich aan den denker kunnen voordoen. Ach, waarom leeft Goethe niet meer, of liet hij op niemand zyn mantel vallen! Wij echter achten ons gelukkig, ons heden tot het zeer eenvoudige feit te mogen bepalen, dat de drukkers van het Weekblad, nu reeds verscheidene jaren, onze artikelen ter perse hebben gelegd, te midden van zulk een tal van nooit verschietende kleuren: waaraan wij het dan ook gaarne toeschrijven, dat de >kleur" van ons orgaan tot heden zich niet heeft gewijzigd. Bij dit eeuwfeest vermelden wij nog de volgende personalia, wijl zij ook deel uitmaken van de geschiedenis van het Weekblad. In het huis op het Rokin, het Geboorte-huis, van,. het Weekblad, woonde als opvolger van de Ellermans de heer G. J. Holtz Sen., de gezeten Amsterdamsche kantoor-boekhandel-patroon,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl