De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1902 30 november pagina 10

30 november 1902 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. No. 1327 moeten worden. Gaan blijde boodschap. Wel licht de volgende week hierover meer. Voor de Amerikaansche sporen vind ik over 't algemeen wat betere noteering al gaat er weinig om ter beurze. Hiervan getuigt de volgende koersvergelijking: November. 20 27 Denver Rib c. v. a 38% 39M Erie commons 33% 33 K Kans. C. Sjnth. commons . . . 30H 32»6 > » » pref. .... 52% 55 » » » Ie hyp. . . . 69M G9% Miss. Kans. Tex. c. v. a. . . . 25!^ 25 % » » » pref 55X 54 Nas. Rwlr. of M«x. c. v. a. . . 16% 16% N. Y. Ontario & West commons 28% 29^0 Norfolk & West 6t% 69X Raading c. v. a 55 H 59 K South. Pacifis commons. . . . 62% 62-%S Union Pacifiüc. v. a. . . . . 100 99 «U De ontvangsten blij ren volgens de laatste opgave over 't algemeen goed. Voor de Kansas City Southern, waarvan de commons van 30 tot 32, de preferente 52 tot 55 avanceerden, bestond heden opnieuw bnitenlatdsche be langstelling. Over Oktober is de bruto-vertatrtntorirtg r ontrentten ruim zestig duizend dollars. Ook voor de Reading was da vooruit gang behmgtp. De c. v. B. gingen van 55 tot 59 vooruit. De fcewijien Mexico-syndicaat klommen tot 94%. Houden van Modjofearto 4 pCt. obligatiën zijn uitgenoodigd geworden hunne stukken in te leveren bij de Nederlandscho vereeniging tot behartiging van hunne belangen. Groot-Nederland Verschenen is het prospectus van GrootNederland, letterkundig maandschrift voor den Kederlandschen stam onder redactie van Cyriel Buysse, Louis Couperus en W. G. v. Nouhoya. Uitgave van Holkema & Warendorf, Amsterdam. «Zijn t r" EOO lezan wij daarin, »na het noemen van den titel en de verdere omschrijving, nog veel woorden noodig om de oprichting van ons maandschrift nader te motiveeren ?'' Wij meenen van niet. Het is een schoon streven, dat zich in het laatst der 19a eeuw onder ons zoo krachtig heeft geopenbaard: het streven om zooveel mogeljjk in een breed geestelyk verband saam te vatten alle streken, waar de Nedertemjeche taal het voertuig is der gedachte. Het breidt de grenzen van ons land uit, trots staatkundige scheidin gen ; het wordt niet gedeerd door afstanden, niet gekeerd door oceanen, en zoekt in de sympathie der zonen van een zelfden stam van verre en nabjj de duurzame bestendiging van een eenheid, feitelijk bestaande, maar te lang verwaarloosd. Uitbreiding van ons taalgebied: het is uit breiding van onze letteren tevens, 't Is voeling zoeken en onderhonden met allen die onze taal spreken zij 't ook niet bis Nederlandsch in beperkten zin en tevens de hand reiken aan a' len, die als kunstenaars het Nederlandsche woord kiezen tot materiaal voor hun werk. Zjjn er niet hoopvolle verschijnselen van een nieuwe Nederlandsen.-Indische literatuur in wording ? Bestaat er geen reden tot de ver wachting, dat in Zuid-Afrika, na de m eer dan droeve dagen, een tot volle bewustzijn gekomen volk aan dichters en schrijvers het aanzijn zal geven 1 Zien we niet met groote vreugde een frissohen herbloei der Viaamsche letteren r Door ons tijdschrift wenschen we aan dich ters en schrijvers uit Noord en Zuid de ge legenheid te bieden elkaar te ontmoeten als in 't zelfde huis, waar plaats is voor 'len. Bovendien zullen we trachten by voortduring onze lezers door bevoegden op de hoogte te doen honden van de ontwikkeling der Neder landsche letteren in den algemeenen zin. hier boven omschreven. De eerste tfbverirgen zullen bevatten: Louis Couperus, «De Zonen der Zon," Cyriel Buysse, >Daarna," (roman), Frans Netschar, «Een Haas," prof. Van Mansvelt, »De ZaidAfrikaansche letterkunde," W. G van Nouhuys, ?Een Keerpunt," Harm. Heijermans, >Fantastisohe Verhalen," M. Scharten-Antink, »Hat verzoenende leven," Marie Koning, »Dd Ring," Joh. de Meester, »Boersche Passie," en I a Boudier-Bakker, »Speeluur." Verder zullen geregeld verschijnen artikelen over tooneel van Frans Coenen, een Vlaamsche kroniek van Victor de Meijere, letterkundige overzichten van Van Nouhuys en Bibliogrsfi) door K. en zal eene nieuwe roman van Louis Couperus in een der volgende afls?ericgen aanvangen Groot- Nederland verschijnt op den eersten van iedere maand in aflavericgen van pl.m. 125 pagina's, royal octavo formaat. De prjjs per geheelen jiargang is /12 50 voor Nederland en ?15 voor Nederlandsen. Indië. NIEUWE UITGAVEM Frit» Wardland. Esn jongensboek, van C Jou KIEVIET, geïllustreerd door Jou BKAAKENSIEK. Tweede druk. Vik liet Leven van T)',l; Trom. Esn jongens boek, van C. JOH KIEVIKI, gtïlustreerd door JOHAN BBAAKEKFIIK Dei de druk. Zomer in Wtnttr. Vertellingen voor kinde ren, door EMMA KIUFT, Uit het Deensch ver taald door BETSY, Geïllustreerd door H. G. LorWEKSEN. BegM en Zonneschijn. Vertellingen voor kinderen, door EMMA KEAFI. Uit het Daensch vertaald door BÜTSY. Geïllustreerd door J. A. LOITWERSEN. Bovenvermelde vier kinderboeken zijn uit gegeven door P. Kluitman te Alkmaar. ?j-.s maanden vrijaf, door S. KAKEBEEKE. Met platen. Uitgave van D. Balie te Rotterdam. Freule Kitty. Naar het Duitsch van EUFEMIA vos ADLEBSFELD .BALT.ESTREM. Vertaling van Ei). VAN DER GHEYN J n G.-ïilustreerd. Uitgave van D. Balie te Rotterdam. Uit Tante's Jeujd, door IDA HEÏEEMANS. Geïllustreerd door C. BLANKENAAB. Rotterdam, Masereeuw & Bonten. Feesten, door JAC, VAN LOOT. Amsterdam, S. L v. Looy. Grondbeginselen ran het leekenen. Drie brieven aan eerstbeginnenden. Naar het Engelsch van JOHN RUSKIN, door En v AS DER GHÈ.YN JK. Met 10 afbeeldirgen. Utrecht, H. Horig. Ate Imperator '. Roman uit de dagen van keizer Nero, door J. HAARDT. Leideo, A. H, Adriani De Vegetarische Keuken. Kookboek van den Nederl. Vegetariërsbond, bevattende 475 recep ten, 2e uitgave, herzien en vermeerderd door E M. VALK-HEYSEMJK Amsterdam, S. L. v. Looy. Clarie Howald, door Jon W. BHOEDELET. Amsterdam, C. L G Veldt. Martinus Tlietwis Steyn, door FBEDEHIK ROMPKIJ, E J. POTGIETER. Brieven aan Cd. Busken Iluet, uitgegeven door G. Busken Huet. Derde deel 1870?1874 Haarlem, H. D. Tj?enk Willink. Zes maanden by de commando's, door N. HjpïMKYER 's Gravenhage, W. P. van Stockum & Zoon. Vriend Sart. Roman, door ANTON SMIT. Amersfoort, Valkhoff & Co. Ken klein gemoedrbezwaar. Naar het En gelach van mevrouw WILFHIU WAED, door^AiBERTiMB SMULDERS, 2 deelen. Leiden, J. W. van Leeuwen. Gerechtigheid. Een roman, door J. B. MEEBKEKK, 2 deelen. Sneek, J. F. van Druten Kykj:s op het dageltykfch leven, door TONT SCIIUMACHEK. Amersfoort, G. J. Slothouwer. ED THORN PBIKKEB. Kunstmentchen, 2 deelen. Amsterdam, Cohen Zonen. Hwgo, door Gus VAN DE MEER. Amsterdam, Co'en Zorei. ( Met de Boeren-Commando's Mrjtie ervaringen als veldprediker, door J. D. KESTKLL Amster dam?Pretoria, Boekh. voorheen. HÖVEKEB & Wormser. JÖRN UHL JSene FamilieGesck'edenis, door GCSTAV FEENSSEN. Uit het Duitsch vertaald door B. CANTER Afl 1. Van Holkema & Waren dorf te Amsterdam. Drinkivitervoorziening te plattenlande, be werkt door dr. CH H. ALI COHEN, G. GULDENSTERDEN EGELING, dr. H P. KAPTEIJN en P E. RIJK, in opdracht van het Nedeilandsch Congres voor Openbare Gezondheidsregeling, Zwolle, De Erven J. J. Tjjl. Blontlj',. Een verhaal voor jonge meisjes. N»ar het' Duitsch van T. VON HEINZ, bewerkt door CATÜ. A. VISSEB Met 4 platen. Uitgave van boekhandel en drukkerij, voorheen E. J. Brill te Leiden. Onder de Vanen van Vriend en Vijand. Naar het Duitsch door LOUISE ZAALBERG (H. B er tr and) Geïllustreerd. Uitgave van W. HilariuB Wzn te Almelo. - DJ boeken der Meine zielen. Zielenbeschewerwg, door Louis COUPEBUS, 2 deelen. Amster dam, L J. Veen. Ooer de nieuwe vrouw en hare lirfde, door FBDA, Haarlem, A. E. van der Heide. Tragedie van Liefdevoor PAOLO MANTEGAZZA. Naar het Italiaanse!), door ESTELLA LOÏES SÜASSO. Leiden, boekhandel en drukkerij voorh. E. J. Brill. Het leven een zegen. De weg tot waar leven, ware grootheid, vrede, kracht en geluk, door RALPH WALDO TBINB met eane voorrede van P. H. HUGENHOLZ JR. en portret van den schryver. Amsterdam, J. C. Dalmeyer. Giovanna en JKbélö, van Soplius Michaëlis, door D. LOGEMAN ? VAN DEE WILLIGEN. Haarlem, Vincent Loodjes. Drie sprookje, door ANNA VAK GOGHKAULBACH Gtïlustreerd door P. M. VAN WALCHREN. Haarlem, Vincent Loopjes. Raadsels, verzameld door dr. G J. BOEKENOOGEN Illustraties door NELLY BODENIIEIM, Amsterdam, S L v. Looy. Kamerplanten in echoot en huis. Handboekje tot bet kweeken en verborgen van gemakkelijk te behandelen bloem- en bJadplanten, voor de hoogste klassen der lagere school en voor het huisgezin, door B. BOON. Amsterdam, W. Versluis. ZISKA, Het raadsel van een verdorven ziel door MARIE COKH.LI u'.t het En^elsch door II. B. KENNEDY VAN DAM; Uitgave van C L. G. Veldt te Amsterdam. Een Jong Huühouditerije, door L. E. TIDDBMAN Uit het Engelsen door Mevr. J. VAN DER HOKVEN Geïllustreerd, uitgave van Cohen Zonen te Amsterdam. Op tnecumckocnen door Groenland, door S. ABRAMPZ Naar DE FBITHJOF NANSBN, Am sterdam, W. Versluys. Aan mijne vrouw, door H. J BOEKEN Am sterdam, W. versluys. Sjimnlning door J. EVEETS JE Amster dam, W. Versltys. Inhoud van Tijdschriften, Hygièiiscliz Binden. No. 11: De gemeentelijke gezoi.dheids lier st te Amsterdam, door dr. A. J. C Snijders. Da verspreiding van ziekte kiemen in en door de huishouding, door J. van der Bregtjen. Eisenen voor een gezonde woning. Bescherming der openbare gezondbei i in bet buitenland, door (G. W. B) Varia. De Natuur. Afl. 11 : Wat een roensch eet en hoeveel bij eet, door dr. A J. C. S lijders. De verspreiding van tijdseinen in Nederland, door dr. P. J. Kiiser. Da elektrische bovenen ondergrondscbte b»an te Barlyn, door J H. E. Rocker t. Dsaion-itratioproeven uit de leer van het licht, door dr. L Bleekrode. Ilagobeck's Indische tentoonstellirg »da Malabaren", door A. D. Hagedoorn. Tapyten, door dr. J. H. C. de Meijere. Sterrekundigs opgaven en mededeelingen Wear d>i zomer warmte blijft, (vervelg en fcloi). door dr. Ant l'araiekoek ( aecilia, Maandblad voor Mitzijk. 15 Nov. 1902: Da gatualan, door Sisiro Prawiro. Frederik de Groote als musinus, door S van Milligen, II Mathilde Wesendonck, Da dichteres van Wagner's liederen, door mr. H. Vioiti. Roemcensch^ liederen, door mr. M. G. L van Loghetn. Nieuwe rrnuijkuitgavea. Eigen ll-utrd No. 48: Da R)!terdamscha Juffer, historisch verhaal uit het midden der 17de eeuw, door F A lins, V. Hat tprootje van de vijf >Putti", door C L van Bilsn, met afb. E»n toont i.aar Tosari, den Bromo en Norskodjidjir, door J. F,. Jasper, roet afb. naar foto's van den Heer II. versnel, firma H, Silzwedel, te Soerabfjv I De brandweer-auto, cioor GOS. de Voogt met afb. Otto von Guericke, met portret en afb. Vloeibare lucht, raar bet Diiitsch van II. Dominik. Voischeidenheid: Feuilleton. miiilMiiiiiiiiiliiiHijMiiiiniMMiiiiiliiiiiijiiiniiniiiniiii Trdi-sclictseü. n. Het" punt van verschil. Waiiuecr wij, fort-Lser, zoo eikeu dag 's mor gens op hetze f ie uur raar Amsterdam paan en 's middags ook aliijd fteer nat dei.zelfden trein huiswaarts ketr^ji, (!a>i weten »ij dal \vij steeds reizeu met, meniciien, die ten aauzieii vau de raanipj»tq'iaebue met ous volkomen homogeen zijrj. J)ie q iai stie hetft een tpiUsing in de gelederen geurtcjl : bij elkaar kiuip-n de niensch-er, d!e vinden dat j.; aan j-; naam van t'tu teDinau" verj'fich'. brut j: m den trein eens Hink te iau-n doorvbui, u ; ii, een snc'c'e coufó wordt de sHregel gehuldigd, dat de vensters aau de vniidzijde steeds moeten ge sloten zijn en ecu derde groep vonneu de reizigers, die in een icok-couj:éjuist zooveel lucht laten bitnpnko.nen, dat men niet stikt. O, dat gaat zoo regelmatig, leder weet waar hij wezen moet en de man, dis in het hoekje komt te zitter, zorgt voor de toepassing van het, sAilzwijgena siaiigimmen tysleem. Ik behoor tot de middelste der zooeven ge noemde drie groepen. We zitten 's morgens nog niet, of jt kunt de vraag hooren: »Heeren, van welken kant komt de wind P" Voor leeken is 't antwoord op die vraag yrij eenvoudig, maar daar zit het 'm juist in: wij zijn geen leeken. Wij hebben bijna allemaal een wind wijzer op ons huis staan of hebben althans htt uitzicht op zoo'n instrument, dat aan onzen buurman toebehoort. Kn zweert ieder bij zijn eigen windwijzer en als vriend der vrije natuur gaat 't niet aan om, wanneer je eenmaal ge proclameerd hebt dat de wind Zuidoost is te erkennen, dat Zuidwest de waarheid is. Rijdt de trein eenmaal en zie-js de rookwolkens dan moet j 3 natuurlijk wel toegeven, maar dat is ook zoo erg niet, want je kuat dan toch nog volhouden, dat de win! in de vroegte Zuidoost was en sedert is gedraaid. Wanneer J3 dat met je eigtn oogea &an je windwijiet hebt, geiien is niemand zoo onbeleefd om je riet het laatste woord te gunnen. We lezen dan verder oaze courant en maten naar aanleiding van frappante berichten onze opmerkingen dan is 't eigenlijk jammer, dat we zoowat een besloten gezelscbap zijn, watt als onze woorden in ruimer l ring konden worden gehoord zou 't met de regeering van stad en land vrijwat b*tcr gesteld zijn. O-ize manier van doen leeren wij 't best apprecieeren, wanneer we eens met een anderen trein dan onzen gewonen reizen, 't Kin ge beuren, dat je vanwege den verjaardag vaa js vrouw wat later r.aar stad moogt gaan of dat je vanwege den verjaardag van je patroon wat vroeger naar huis moogt tecugkeereu. Djn wil 't wel eens zoo treffen, dat je tusschen menschen verzeild raakt voor wie 't iets hee,l bijzonders is in den trein te zitten. Z1; willen dat welis-waar niet weten, want in OES land scbijn-je heel erg naar de provincie te rieken wanneer ja niet Bet doet alsof je je in den trein vol komen thuis voelt, maar wij meiken al keel gauw, dat 't hier bloot schijn is en geen wezen. De raampjes zijn een onfeilbaar criterium. Wan neer ze daaraan zoo wanhopig zitten te sjorren, hun vinger uit het lid trekken aan het koperen oog aan den boverkant en soins zelfs met, de vuist op het glas bommen, dan weten wij al lang hoe laat 't is. Met behulp van welwil lend verstrekte adviezen die tusschen twee haakjes nooit gemakkelijk te begrijpen zijn, want je moet naar beneden en naar je toe trekken, zoodat 't op de resultante aankomt lukt \ eindelijk wel. E'n merkwaardig toeval wil, dat zulke onbereisde menschen in cegen san de tien gevallen het i a \mpjs aan den windkant openen. Onze forensen-hals, die op dit punt zeer gevoelig is, bespeurt dadelijk tocht dan moeten wij onze courant of ons boek uit de handea leggen, verzoeken het met zooveel moeite naar beneden gegleden raampje weer op te bijscheu en zelf het andere opener, waarbij wij dan een handigheid aan den dag leggen, die toch wel even bewondering wekt. Zulke stoornis brengt je uit j? doer. Ei LU heb ik nog het gunstigste eeval genoemd. Maar er zijn ook van die ktffïrs, die niet dadelijk aan onzen neus zien, dat wij forens zijn en derhalve het fp3orweg-reglement op ons du'inpj? kennen. Zj aarzelen ooi aan j; sluiting i-verzoek te voldoen en dan kua j? ze gaan betoogeii, dat ze itts zoo onrec'itvaard g-i doen, dut er een proces -verbaal op zit. Natuurlijk bezsf ijken zij daarvoor in den regel, vu aar ik vraag y, wa>, er op die manier van de bijmoedige stem ming, dh in een coupébehoort te hcer^chen, ttrecüt k'.jmt. O, het venster," zooals 't ia Let fpiorwegrrg:emeLt liett, kaïzooveel verhitten!,;; pev.-n. Onlangs uojr. Daar zj.t me zoo'u vreomiflirg die misschien voor de eerste maal <,]> 0113 traject reist, het laimpji ain rlen wiiidkaut op'i'. Volgt et n werkelijk beleef! verzo'-k om daaraan ten e nde te makel!. E';i si,auw is het, antwoord. Nu b< imeien aiidrre f.jroiiseic zich met het gev;i). Wij concludeert'; , dat h-t rdivnpj" moet gv'slo'en word in. e m'j'idi^s'.c haalt 'c ook wrrktl.'k in di hoo.'tc. I->:i (-aar urniKten gaat dat goed; allttn is 'r, duidelijk te zien, dat de in h c. t ongeluk gesteld* z t te mokken en op wiMak zint I'lotselu g fUat hij op, een gcriukkiiik van vallnid glas wordt g<rtoo'd: intit zijn stok hetft hij z.ch luch' vir sc'jaft. Tot het rahsie station htbieii wij (O'.u in den tocht moeten zitten en dut. g n f onzin vijand zooveel duifdsch geno gtr, dat hij de verscjuldigde boete met h.t groots>!e pleizier hfi-ft betaa'd. A's de spoorweg-maatschappijen wa'. meer met OD7.0 belaig.-u w.ldtn nkeiiig Louitu, dan zouden zij ailai'g dat verhaal bij den rem. dat, wij a'lemaa! op 'n prik u;t oi,s uoold keni er, htbben vtivausjcn rioM ten boidje lust, d-; bevelen van het fpiorweg-reglement in zake de raimpjes. Da&rdoor zou het rei/en veil veraangetaamd woi-dei', waarvan je de gevolgen zou terugvinden in de sta'istitke Ojg?.vei;. Maar neg iets crgers kan ois, f'jrersej', over komen, wanneer we te midden var, zulke losse reizigers belanden. S::ms verzeilen wij ouder stadsme!;fc!ier, die al Lui deuren ra rum e u met Zflf kar,t nebbeu laten bespiikeren, omdat 't ia die A'nsterdain^che LuUeu zoo kaïi t>cbtei). Z'j zoudeu iiiet liever willen dan dit al es gi:; l )ten bleef. Rojk cc'', op dat pu'jt zija zij zoo gemakkelijk, hoogstens gaan je ooguu tr wat van trauei1, maar dat, is O''k a'lcf. Ais 'r, in vredesrsam maar Liet tocht! Want daar kar.-jj nou alles ui', krijgen. Aai gezien wij, forensen, van vrede houden, vragen wij mear niet eer.s om Ltt heele raampj:; a*n den gotden kant te laten zakken. Wanneer wij htt leer maar op htt tweede knoopsgat mogen zetter, dan zullen wij nitt mopperen. Als een groole concessie wordt dat, dan ni'eital toegestaan; Urwijl j« uau met bezorgdbeii a^ii je loi;gen debkt, hoor j; een lieflielibend echt genoot aaa zijn vrouw vragen; //Moe, 't tocht miiiniiiinmiiniilii je hier toch niet, je zoudt wel gek zijn als je voor het pleizier van een ander een stijven nek zou oploopen." Ban je dan eindelijk 8an hi t station van bestemming, dan hoor je nop; tfr*?ijl Y: op het perron staat het raampje, nijdig dichtfltppen. Een staat)]0, door bet sluiten van de beide raampjes ontstaan, zal ik niet zoo heel l.cht vergeten. Ia de coupéwas een meneer, die op dit punt niet te vermurwen was, ta'uurlijk een vreemdeling. Hij zat bij het tent r.ampjs en een ander, die zijn partij koos, bij het tweede. Wie 'i hart had naar den leerop nem te grijpen om een venster (e opeiien werd gewoon terug- : geduwd. Wij waren met ons drieën forensen en wij voaden dat onze reputatie ons van bakkeleien diende terug te houden waren wij sterker vertegenwoordigd gewetst, dan had het geval natuurlijk ook anders gestaan. Wij hebben toen het eeni.e middel //aangegrepen" j in den letterlijken ziu des woords dat l binnen ojs bereik wa^; een van ons beeft aan ! den noodrem getrokken. Dat gaf'u opschudding! ; Om kalm te blijven spreek ik liever niet veel meer ovtr dit geval; alleen kan ik zeggen, dat wij wél in htt gelijk werden gesteld, maar dat 't tooh niet aanbevelenswaardig is om ooit ons voorbeeld te volgen. Orerigens moet ik erkennen dat, wanneer j? elke luchtstrooming beschouwt als tocht, 't om helsch te worden is>, wanneer je denkt voor je genoegen uit te g»an en wordt blootgesteld aan een permanenten aanval op je gezondheid. Er ziju reizigers, die, wanneer er een raampje open staat, werkelijk altijd tocht meenen te voelen. Zij a zij te bescheiden om van zich af te spn ken of vreezen zij voor verzet, zoodat, zij maar liever in stilte lijden, dan stemt hun fijuur inderdaad tot groote meewarigheid. Ais je er miar ver stand vau hebt, dan kan zoo iemand je stof leveren voor een completen p-ychologisehen roman. E rst zit hij te zuc'iten in zichzelf, dat het noodlot hem nu juist in gezelschap moest brengen van zulke Spartaansctie menscben, 'die geen kou voelen. Dan deskt bij aan de ellende, die hem te wachten staat, wanneer hij deze tocht.reis m^t een zware verkoudheid moest bekoopen. E ndelijk wordt hij bitter: op de spoorweg-maatschappij, op de mede-reizigers, ook op zichzelf, omdat hem hindert wat een ander blijkbaar goed bekomt. Hij blijft echter zwijgen, want anders komt er misschien no » een heel kabaal. De anderen willen immers toc'i niet naar hem luisteren: hij heeft zijn kraag al opgezet, hij is steeds dieper ia zijn jas weg gedoken en niemand heeft een hand tot ver lossing uitgestoken. Alleen wanneer ten laatste osk nog een ander reiziger tot de ontdekking komt dat 't i3 de couj-éniet zuiver is van tocht," dan borrelt over wat daarbinnen gistte, dan steunt hij met klem het voorstel om het, raampje i/iets" op te halen en de schuiven, van boven eens na te kijken en dai beu je, als forens, blij, dit j i j; voor zooveel lijdzaamheid eenige opoffering moogt getroosten. Voor zoo' eiikeie maal gaat dat ook best, maar j; waar deert 't toch dubbel dat j? gewone reisgezelschap van 'n ander kaliber is. A'ieen in het hartje van den winter, wanneer er sceeuwj icht is of wanneer \ vriest dat 't kraakt, is in a'le coupé-, vooral wanneer de zon (.-nier i», van de laampj-s-quapstie ni<:ts te bespeuren. Daarvoor heeft men de spoorwegrnaatïCjappijeu dank te weten. Zij zijn op het idee gekomen, dat er bij fslle kou soms reizi gers konden zijn, die maar al'es zouden wJlen Muite» t n aangezien dit, voor de gezondheid d ;r reui^ri toch heel slecht, ton wczsu, hebbca zij er iets op beHsc'it, om de g poUen vau zulk ee«i bedrijf te neiUralisaereu. VVat dat is? \Ve', al i 'i van den wiMer weer eens zoo waait a!s etkele digsn geleden en de tempe ratuur ook weer zoo laag i.", houd', dan uw liaud maar eei.s voor de gesloten portitrer, vo'iral voor den onderkant i-u pe zult ten-tn-al ver'üaz'ng zijn over het afloende van dez;n saititfciren maatregel. Wij, forensen, vinden het ceiiige vervelende trvaï', dat \v.i tr zu!ke koude vue'tii door krijgen. lllflIIMIMIinilllllllllllMinUIlllllllllllllllllllllMltlllIltllllllllllllllHlllllMI Het woord van Cambronme. De heer mr. J A. Lr;vy vangt, in dato i dezer, zijne beschouwing over wijlen j'ir. mr. J. W. H. Kutgers vau Rozenburg, in dn Weekblad, aldus aan : >-La garde rneurt et ne s? rend pas. Door (J-unbronne is het woord nooit gesproken". Dat is alzoo voor mr. LTVV een uitge maakte zaak. Wijlen de Leer tiiers, iets voorzichtiger, koos geen partij en sclireel (Hiïtoire du Consulat et de 1'E'iipire) met bet rok kin s tot Waterloo : *.L".s débris des bataillons de la garde, pjiictós pê'e-ruêle dans Ie vallon, se battent toujours sans vouloir se rendre. A ce moment on entend ce mot, (jui traversera les siècles, proïré. selon les uns, par Ie gé::éral Cambronne, selon les autres par Ie colonel Michel: La aarde meuri tl ne se rend pas". Cuvillier-Fleury, lid van de Fransche Academie, indertijd leermeester van den hertog van Aumale, wiens Discours tle réceptioa hij den 3 len April 1873 beant woordde, heeft in zijn Etudes et Portrails een hoofdstuk opgenomen, getiteld: Le Mot de Cambronne. Het hei ft betrekking op een fragment in Les Misérables van Victor Hugo niet het opschrift: Cambronne. Ik weet de betetkenis van dit stuk niet beter te vertolken, dan door te zeggen dat Hugo, in ongeveer vijf bladzij den, heeft getracht de verheerlijking te leveren van een straat woord, dat hii Cambronne, ten rechte of ten onrtchte, ik laat dat geheel in het midden, in den mond legt. Hugo be#eert daarmede Ie hebben overschreden het verbod: "de déposer du sublime da:>s l' histoire". (Juvillier-Fieuiy neemt Victor Hugo over diens tlicorie van het verhevene geducht or.der handen; daarna volgt iu hetzelfde werk, weifes titel ik hierboven vermeldde, een Aanhangsel, uitsluitend gewijd aan »het woord, dai volgens mr. Lnvy «nooit door Cambronne is gesproken". Ik zou meer ruimte behoeven, dan in dit Week blad, voor het onderwerp in quaestie, be schikbaar kan worden gesteld, indien ik het Aanhangsel in zijn geheel wilde over nemen. Ik meen met het volgende te kun nen volstaan. Tot de weinige overgeblevenen van het beroemd geworden cané(Cambronne zelf overleed den oden Maart 1842 bij Nantee) behoorde, in 1802, Aiitoine Deieau, tijdensden slag bij Waterloo 23 a 24 jaar oud. Bij zijn terugkeer van Eiba had Napoleon de oude garde met soldaten van de, jonge garde aangevuld. Deleau verhaalde het volgende: »Ik stond in het eerste gelid, een voor recht dat ik aan mijn hooge gettalte te danken bad. De artillerie dtr Fjtigelschen maaide ons weg en iedere losbarsting werd door ons met een, hoe larger hoe minder krachtig geweervuur bearitwooid. Tusschen iwee salvo's riep deEngelsche generaal: ^Srenadiers, geeft u over!" Gene raal Cambronne ik heb het duidelijk gehoord antwoordde; La garde meurt et ne se rend pas. Vuur! klonk het. Wij herstelden het carréen schoten terug. ?Grenadiers, geeft u over! Gij zult be handeld worden als de beste soldaten der wereld," hernam de vijandelijke bevelhebber. »La garde meurt et ne se rend pss:' riep Cambronne en deze kreet werd door oifiecieren en manschappen herhaald. Ik deed als de anderen. Wij kregen een nieuw salvo, dat wij zoo goed mogelijk beantwoordden. Geeft u over, grenadiers!'' riepen de Engelschen, die ons van alle kanten om singelden. Toen liet Cambronne, buiten zich zelven van ongeduld en toorn, zicb het bekende vloekwoord ontvallen. Het was het laatste woord, dat ik hoorde. Een kogel, die door mijn beeremuts drong, deed mij bewusteloos op een hoop lijken neerstorttn," Het bovenstaande, indertijd door den Heer Charles Deulin meegedeeld in T Esprit public, werd op verzoek van Cuvillier Fteuiy overgenomen door het J urital des Dtba.Cs ; hij drong er tevens op aan dat eene commissie van Fransche generaals zou worden benoemd om Deleau te ondervragen. Daar tegenover stond de wensch van den hetr L'ïcomte m Ie Monde illustréom ook het geiuigenie in te roepen van den préfet de la Cnarente, die'voor zijn vader, generaal Michel, de eer verlangde de beroemde woorden te hebben gf-spioken. Aldus geschiedde in een brief', geda teerd: Arigou'c.ue, l Juli 18G2, deelde de preftct, graaf' Michel, mede dat z,i<n vader op het. slagveld van Waterloo de bedoelde woorden (en geen a'idire) had gesproken ; hij beriep z;ch daarbij op etnige gefuigen, in den britf genoemd, u.J.; de h tenantkolond Mapr,nï:t. de maire van Nantesen de genoaal Berlrand, die inlutschen geen van diteë.i deel hebben uitgemaakt van het lasstfie canévan de garde l)<sar er itcds een jaar of tien waren verloopen sedert Antoine Deleau het bovenMaande aan den heer D-uhn had me jedtdd f n di'ze vreesde dat zijn geheugen hem vnet, op alle punten getrouw was ge bleven, vroeg hij Deleau opnieuw om inlichtingen. Deze bevestigde in alle op zichten de juistheid van het veihaal, be houder; s het cynische woord in les Misérables vooi komende, dat hij Cambronne biet had hooren zeggen. Del-;au, c tu onbesproken en intelligent landbouwer, die maire was geweest van d3 rerneente zijner inwoning, is toen taar J'b'jssel ontboden en heelt daar in tegen woordigheid van den maarschalk de MacMahou, hertog van Magen!a, den heer Valioti, «ptt-fet du 2sord'% den generaal Mestiat. bevelhebber in de 3 Ie militaire afdeelirig <n verscheidene andere hoofdoiiijieien, het gerxurde medegedeeld. Een daarvan opgemaakt proces-verbaal is toen i,aar r»]ijs gczos.den. Ik heb den slag van Wateiloo niet bijgewoord en kan de quaestie niet uitmaken. Mr. Le\y is in dat opzicht gelukkiger. Ik htb slechts getracht, met behulp van de bronnen, die ik hier op dit oogenblik beschikbaar heb, het geval etnigszins toe te lichten. P. J. VAX ELDIK THIEJIE. Bloemendaal, 17 Nov. 1902.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl