Historisch Archief 1877-1940
DB AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1346
9
82 M
90^5
44 K
44%
48%
36%
35
1371A
30%
53 %
25%
29 %
69%
58 M
57%
94
Bank wijst belangrijke veranderingen aan. De
binnenlandsche wisselportefeuille toch ver
meerderde bijna 3X millioen en het debet
saldo der beleeningrekening steeg ongeveer
2 H millioen. Bovendien verminderde de goud
voorraad rnim 2 millioen, terwijl de voor
schotten aan het Ryk ruim 3 H millioen toe
namen. In verband hiermede verminderde de
surplus metaaldekking van 34 tot by'na 30
millioen. Men moge evenwel niet vergeten dat
deze balans betrekking heeft op de week,
waarin vele financiers hun kas ty'delyk hebben
willen versterken om te voldoen aan de eischen
van het begin van de Grasmaand, waarin vele
coupon- en dividendbetalingen moeten worden
gedaan. Het kan daarom geen verwondering
wekken dat de geldmarkt heden wel wat gun
stiger gestemd was. De credietmeter der Engel
Bche Bank avanceerde reeds van 43% tot
48%. Voor de Amerikaansche sporen kan ik
naar de laatste drie kronieken verwijzen. De
strijd tusschen Harriman en Keene is nog niet
afgeloopen. Het publiek bleef by zyn gereser
veerde houding volharden. Zwak, flauw was
de beurs over 't algemeen in Wall-Street, in
Lombardstreet en in Gysbrecht's veste. Het
resultaat van de betrekkelijk geringe koers
veranderingen wordt door de volgende koers
vergelijking aangewezen.
April 2
Atchlson Topeka c. v. a. . . . 81%
Baltimore & Ohio c. v. a. . . 92 K
Ches & Ohio c. v. a. '. . . . 46
Rock Island commons .... 44^5
Clev. Akron c. v. a 50%
Denver en Rio c. v. a 36%
Erie commons 3i-%6
Illinois Central c. v. a. . . . 137
Kans. C. South, commons . . . 30%
» » » pref. .... 54>^
» . » Ie hyp. . . . 68%
Miss. Kans. Texas c. v. a. . . 25%
Nat. Rails of Mex. c. v. a. . . 18%
N.-Y. Ontario & West commons 30 L4
Norf. & West c. v. a 69 K
Reading c. v. a 59%
Southern Pac. commons. . . . G9?-iS
Union Pacific c. v. a 93%
Wabash c. v. pref. 471A
In de diversen, afdeeling Verenigde Staten,
vind ik een stijging van 1621/a tot 169'/2 voor
de Internationale Landsyndicaten. Deze stijging
is veroorzaakt door de annonce, die dividend
bewijs no. 6 betaalbaar gesteld heeft met /12
per aandeel. Als ik nu doe opmerken, dat deze
uitkeering voortvloeit uit subsidies en bonussen
en niet uit eenige landverkoopen, dan blijkt
deze koersverhooging nog te gering te zy'n.
Nog altyd verdienen deze syndicaat-bewezen
groote belangstelling. Wie grond bezit in een
streek, waar de bevolking, de landbouw, de
nyverheid, de veeteelt, de handel uitbreiden,
die heeft een viervoudig goede kans op winst.
De politieke beroeringen in het Oosten,waarbij
een groot deel vanEuropa rechtstreeks betrokken
is of betrokken kan worden, oefenden nog weinig
invloed op de koersen uit. De fractioneele
vermindering voor de 3 pCt. Duitsche
Ryksleening staat wellicht in verband met het
bericht, dat den 17den dezer, tegen den koers
van 92 pCt. de inschrijving zal opengesteld
worden op een nieuwe 3 pCt. Duitsche
Ry'ksleening, groot 290 millioen ryksmark.
In de groep der hypotheekbanken vragen
de Oranje-Nassau, de Residentie en de
Hollandsch- Geldersche, de aandacht door het ver
schijnen harer jaarverslagen. De Oranje-Nassau
Hypotheekbank verblydt hare aandeelhouders
met een dividend van 12% pCt, terwijl de
uitkeering op de oprichtersaandeelen is vast
gesteld op ? 11 76. Uit het verslag blykt dat
deze instelling op 31 Dec. j.l. een bedrag
van byna 5K millioen aan pandbrieven had
uitstaan. De reserves werden met ? 2000. ver
hoogd, zoodat de totaal-reserves ruim ? 73000.
bedragen.
De resultaten van het bedrijf over 1902
der Residentie-Hypotheekbank voor Neder
land, gevestigd te 's Gravenhagp, mogen in
verband met die van de eerste twee jaren
van haar bestaan, waarover slechts 2 pCt.
kon worden uitgekeerd, gunstig worden ge
noemd. Het dividend kon over het derde
boekjaar worden bepaald pp 5 pCt. over het
bedrag der verplichte storting en de uitkeering
voor de oprichters-aandeelen worden vastge
steld op ? 1.66'.
De algemeene vergadering van de
HollandGeldersche Hypotheekbank te Gorinchem,
keurde het voorstel der directie goed om, in
in verband met de gunstige resultaten van het
afgeloopen boekjaar, en ten einde de positie
der bank zoomogelijk te versterken, van de
netto-winst ruim ? 19000 bedragende, ruim
? 13000 af te schryven en van het ov'erbly vende
10 pCt. te storten in het reservefonds, 4 pCt.
dividend uit te keeren over het gestorte
kapitaal en voorts van het saldo als grond
slag voor een resevefondc ? 1500 te bestemmen.
Over haar eerste boekjaar kon IVs pCt.
worden uitgekeerd.
In de, op 27 Maart j.l. gehouden vergade
ring van de aandeelhouders der Levensverze
kering-Maatschappij «Dordrecht" werd verslag
gedaan van de uitkomsten over het 28e boek
jaar en besloten over dat boekjaar, als ge
woonlijk een voorloopig dividend uit te keeren
van 5 pCt. der storting, zijnde dit, het door
de statuten gesteld maximum. Het vermogen
der maatschappij bedraagt bijna lOVa millioen
gulden. Hiervan moet ruim 9 millioen aan
wezig zy'n voor de premiereserve der loopende
verzekeringen. Van het overblijvende is
?210 000 door de aandeelhouders gestort.
Als van dit surplus ook nog het saldo der
Acquisitiekosten wordt ingetrokken, bevat de
balans een bedrag van ruim ? 497 000, dat,
over verschillende reserverekeningen verdeeld,
uit de winsten van dit en voorgaande jaren is
afgezonderd. De voorstellen, die ter beoordee
ling werden voorgelegd, vertegenwoordigden
te zamen een verzekerd bedrag van ruim 10
millioen gulden. In de afdeeling Levensverze
kering bleven van kracht ruim 14 000 polissen
met 36 millioen gulden kapitaal en ruim
?400.COO jaarly'kdche rente; in de afdeeling
«Arbeidersverbetering" ruim 116.000 polissen ter
verzekering van ruim 7 millioen gulden kapitaal,
een en ander te zamen een bedrag van 47]4 mil
lioen vertegenwoordigend. De ontvangen premies
bedragen, na aftrek van aan herverzekeraars
betaalde herverzekeringspremies ruim ?115000
meer dan verleden jaar ; de ontvangen koop
sommen voor lijfrente, tegen by'na ? 37.000.
Aan interessen, huishuur en landpacht werd
? 51 000 meer ontvangen.
De periodiek aftredende commissarissen
mr. II. A. Nebbens Sterling, mr. F. N. Sickenga
en W. R. A. C. graaf van Rechtereri Limpurg
werden als zoodanig herkozen. Voorta werd
besioten het getal der te Dordrecht wonende
commissarissen met n te vergrooten en dien
overeenkomstig benoemd mr. G. J. W. van
Tricht. Het voorstel tot aanbrenging van enkele
wyzigingen in de statutec, ten eindu het werken
j .
in vreemde landen, naar de aldaar bestaande
wetten, gemakkelijker te maken, werd eveneens
goedgekeurd.
Met de tabak wil 't nog niet. De concurrentie
is nog te groot. De Amerikanen maken van
den trnstvorm een te goed gebruik. In de
petroleumpapieren vind ik eenige koersver
zwakking voor de Int Rumeensche, naar ik
meen, geheel ten onrechte. Binnen enkele dagen
verwacht ik een uitvoerige uitgave van ver
schillende afbeeldingen voorzien, die de lezers
volledige gegevens zullen verstrekken over
den bloeienden toestand van de beide zuster
maatschappijen: de Int. Rumeensche en de Au
rora. Omtrent de Moeara Enim hoorde ik wat
gunstiger berichten.
Amst, Marnixstr. 409. l 1fl A_,:,,ftQ TV
Bussuin, Borneo". } 10APnl 3-
DMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiMiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiit
Het Britsche Gouvernement
als Sweater.
't Is niet het individu, 't is de
arbeid die betaald moet worden.
Mina Krüseman in »Mijn
Leven", 2e deel, p. 114.
Op het Congres van Engelsche
postbeambten onlangs te Londen gehouden, zy'n bit
tere klachten geuit over de lage bezoldiging
van mannen en vrouwen door het Britsche
gouvernement geëmployeerd bij den post-,
telegraaf- en telephoondienst. Het gouverne
ment werd ronduit een «sweater van het slecht
ste allooi" genoemd. En daarvoor bestaan ge
gronde reden.
De jonge meisjes, verbonden by' den tele
phoondienst, begonnen op 17 tot 19-jarigen
leeftijd met 10 shillings in de provincies en
11 shillings in Londen als salaris te ontvan
gen. Na een tweejarige oefening en bij het
openen van den staatstelephoondienst in den
aanvang van dit jaar werd haar salaris ver
hoogd tot 15 shillings in de provinciesteden
en 17 shillings in Londen. Hebben zij een
vijfjarigen diensttijd achter den rug, dan zul
len zy respectievelijk 18 en 20 shillings ont
vangen. Zy zyn dan van 22 tot 24 jaar oud.
Doch hooger salaris kunnen zij niet ontvan
gen, tenzij ze benoemd worden tot een supe
rieure positie, waarvoor slechts enkelen kans
hebben.
De vrouwelijke klerken by den postdienst,
begonnen vroeger met een jaarlyks salaris van
60 pond sterling. Doch sedert een paar jaar,
is dat aanvankelijk salaris verlaagd tot 50 pond
sterling. De vorige postmeester-generaal ver
klaarde, dat hy genoeg vrouwelijke klerken kon
kry'gen tegen zoo'n salaris gedurende de eerste
paar jaren. De jonge dames hebben hem kort
geleden een staatje van uitgaven gestuurd,
waaruit hy kon opmaken hoe weelderig haar
bestaan is. Zy berekenden wekelijks uit te
geven voor: kamerhuur, vuur en licht T%
shilling»; voeding tehuis 5% shillings; voeding
gedurende den diensttijd (luncheon) \% shil
lings ; reisgeld anderhalve en wasch n shilling,
maakt tezamen een pond sterling per week of
52 p. st. per jaar. Niet alleen kunnen zij niets
voor ontspannieg, lectuur uitgeven, doch zij
hebben de twee p. st. die ze minder ontvangen
op hare voeding te bezuinigen.
Zoo'n toestand is te meer schandelijk voor
het gouvernement, nu blijkt dat de post- en
telegraafdienst jaarlyks vier millioen pond
sterling winst oplevert.
Ook de mannelijke post- en telegraaf be
ambten worden, naar verhouding van den
loonstandaard in andere vakken en bedrijven, veel
te laag bezoldigd, ongeveer 20 peraent beneden
het loon van een skilied werkman. Maar de
vrouwelijke beambten zy'n er neg erger aan
toe. Want inderdaad, haar loon is nog verre
beneden dat van de mannelijke beambten, terwy'l
zy hetzelfde werk hebben te verrichten.
Tegen zoo'n behandeling was het ferme protest
op het Congres geuit volkomen op zyn plaats.
J. K. v. n. V.
Nationale Vrouwenraad van Nederl.
De Nationale Vrouwenraad van Nederland
houdt zijn vierde algemeene vergadering op
Dinsdag en Woensdag 14 en 15 April te Utrecht.
By dezen Raad jsyn aangesloten 31 Neder
landsche vrouwen- en gemengde organisaties
van allerlei politieke en godsdienstige rich
tingen, terwyl hy zelf weer een onderdeel is
van den internationalen vrouwenraad, die in
15 landen zyne nationale raden telt.
Doel van dezen bond is aansluiting te
verkrygen van alle vrouwen in alle landen en de
positie der vrouw overal zooveel mogely'k te
onderzoeken. Het aldus verzameld materiaal
zal ongetwijfeld zyn sociaal nut doen.
Op den eersten avond zal over de verant
woordelijkheid van den verbruiker in een open
bare vergadering het woord gevoerd worden
door mej. Martina G. Kramers, den heer Th.
Sanders, mej. Anna Polak, mej. Suze Groshans
en den heer ds. A. S. Talma. Den tweeden
dag zal verslag van haar doel en werkzaamheid
worden gegeven door 11 vereenigingen, die
zich meerendeels op humanitair gebied bewegen.
Na afloop der vergadering vereeuigen zich alle
bezoekers, die zulks wenschen, aan een
gemeenschappelyken maaltijd.
Tijd en plaats der bijeenkomsten wordt nader
by' advertentie bekend gemaakt.
De Nederlandsche tiport-Revue, maandblad
gewy'd aan de belangen der sport, uit
gave van de Twantscbe boek- en han
delsdrukkerij. Almelo.
Een uitgave op sportgebied is in ons land
een heele onderneming. Hoeveel boeken zyn
er reeds verschenen ovtr wielrijden, voetbal,
cricket, etc , etc , om van »het Boek der Spor
ten" niet te spreken en hoeveel daarvan hebben
een succes gehad ? Hoeveel tijdschriften hebben
er al niet bestaan om telkens na korter of
langer ty'd aan gebrek aan belangstelling te
verdwijnen ? De uitgever van de Nederlandsche
Sport-revue weet dat blijkbaar heel goed, want
het proefnummer, dat voor ons ligt, begint
met de mededeeling, dat een ieder uitgenoodigd
wordt zich zoo spoedig mogely'k te abonneeren,
opdat er besloten kan worden of de uitgave al
dan niet door zal kunnen gaan.
't Is nu maar de vraag of dit wel de manier
is oin er in te komen en of niet de meeste
abonnés gewornen moeten worden door het
zien van verschillende verschenen nummers.
Wanneer het tijdschrift actueal zal blijken te
zijn, heeft het o. i. veel kans oin erin te komen.
Het proefnummer ziet er goed uit, de illus
traties zijn aardig en goed gedrukt, en hoewei
vele artikelan den indruk geven var. reeds
maanden geleden geschreven te zijn, zijn tocti
de namen der medewerkers ons borg lint er,
mocht de uitgave doorgaan, wel wat beter,-;
geleverd zal worden.
Onder de verschillende rubrieken, die be
handeld zullen worden zijn, noemen wij voor
eerst een medische rubriek.
Dit. is bepaald iets nieuws en iets praktisch,
want dikwyls zy'n de vooroordeelen tegen ver
schillende takken van sport, dat zy nadeelig
zy'n voor de gezondheid. Verder vinden we iets
over paarden, jacht en honden, automobilisme,
wielryden en wielrennen, voetbal, hockey en
bandy, golf, lawn-tennis, roeien, cricket,
athletiek, gymnastiek, eenige causerieën uit
Amsterdam, den Haag en Zwolle, die er o. i.
best uit kunnen blyven, omdat de daarin be
handelde sport-gebeurtenissen ook elders be
sproken kunnen worden, en eindelijk een arti
keltje over volks weerbaarheid.
NIEUWE UITGAVEN.
De Menschenliefde in de werken van Zola.
Eene lezing, door J. DE MEESTER. Uitgegeven
ten voordeele van het monument voor Zola.
Rotterdam, W. L. Brusse.
De Nieuwe Arbeidswet voorontwerp.
Wageningen, Naaml. Vennootsch. drukkery »Vada."
Zieleleven, hoofdredacteur P. H.
Hugenholtz Jr., uitgever J. C. Dalmeyer, Heeren
gracht 93, Amsterdam.
Hemel en Dampkring Orgaan van de Neder
landsche vereeniging voor weer- en sterren
kunde. Afl. 1 4. Amsterdam, Joh. G.
Stemler Czn.
Algemeen Weekblad voor het handels-,
credieten verzekeringswezen. Critisch populair orgaan.
Rotterdam, Willemsen & Co.
Gescliiedenis der wet op de ouderlijke macht
en de voogdij. Zesde afl. Groningen, J. B.
Wolters.
Ministerie van Binnenlandsche Zaken. Ryks
Ethnographisch Museum te Leiden. Verslag
van den directeur over het ty'dvak van l Oct.
1901 tot 30 Sept. 1902. Met 9 platen, 's
Gravenhage.
Inhoud van Tijdschriften.
Onze Kunst. No. 4 : Max Rooses, De Ver
zameling Pacully te Pary's. L, Simons, D.
Wiggers. Max Rooses, De Druiven persende
Boschgod met Tygerin, door Rubens.
Kunstberichten. Boeken en Tijdschriften
De llollandsc/ie Revue. No. 3: Wereldge
schiedenis. Belangrijke onderwerpen.
Karakterschets. Revue der tijdschriften.
Het boek van de maand. De Boekentafel.
Jeugd. 4e Afl.: De portier van de
Langepoort. Onze Gezondheid. Slapen.
Paus Leo XIII. Van jonge honden voor jonge
menschen. Vreemd en eigen. Li Hung
Chang, de oproerige. Uit het leven van
Mozart. Fotografie Eene herinnering
aan het Koninklijk paleis te Herrenchiemsee.
Waarheid en Fantasie. By de plaat (met
bylage.) Slöjdwerk (met bylage ) Kunstjes
en spelen. Raadsels. Onze Ruilhandel.
Natuurleven. Populair geïllustreerd weekblad
voor natuurwetenschappen, tuinbouw en bloe
menteelt : Druk bezoek. Het leven in y's
en sneeuw. De bloemkool. Het verpotten
der planten. De productie van staal over
de geheele wereld.
De Katholieke Gids. 4e Afl.: Pater Marcus
vanAviano, minderbroeder Capucyn en het beleg
en het ontzet van Weenen 1683, door P. Cyrillus,
Mind.-Cap. Het Spiritisme, (vervolg), door
Nuy'ens. Tydschriftentafel. In 't huis
des Heeren, door Henri W. J. Schoute.
Politiek overzicht.
Eigen Haard. No. 15: Eene die niet
medetelt!, door Louisse B. B. (Slot.) De
Dahlia, door J. K. B., met af b. Verhuizen,
door A. T. Costa. J. R. Thorbecke, door
mr. W. H. de Beaufort, met portr. en af b.
Groene Paasch, door Jer°. de Vries. Twee
achter-achter kleinkinderen van wy'len Z. K.
H. Prins Frederik, door C M., met portretten.
Een binnenlandsch reisje i de 18e eeuw, door
mr. H. Graaf van Hogendorp. (Slot). ? P. A. L.
van Ogtrop f, met portret. Verscheiden
heid. Feuilleton.
HIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIMIIIIIIIIHIEnlIlllllllliMllllllllllllllllllllllltlllH
LTSJES
Onlerlle jHlil,
een avond in 1901. Onder de
voor de Commissie tot Wering
't Was op
opgeroepenen
van Schoolverzuim bevond zich een man, die
een diep treurigen indruk by de leden dier
commissie achterliet, toen hij zich met een
nauw hoorbaren groet verwijderde, even geluid
loos als hij binnengekomen was. 't Was toch
aan allen gebleken dat die huisvader in 't
minst geen begrip had van de verantwoorde
lijkheid die op hem als hoofd van 't gezin be
rustte, noch van de ouderlyke macht.
Kon hy' het helpen dat z'n oudste volstrekt
geen sjenie" had in schoolgaan ? Tot zijn
tiende jaar was 't heel best gegaan, beweerde
hy, Maar toen kwam die wet en z'n zoon wou
nooit gedwongen worden; daar kwam z'n ge
voel voor vrijheid steeds tegenop. Direkt toen
hij er van hoorde (de tienjarige knaap name
lijk) had hij zich tegen die wet verklaard"
en gedurig verklaarde" hy thuis te willen
blijven en, als moeder" hem dan wat veel
om de ooren zeurde, dan liep hij de deur uit
en was 's avonds, als z'n vader om 8 uur
thuis kwam, somtijds nog ciet weerom, 't Was
al eens zoo hoog geloopen dat de nu elfjarige
jongen een geheelen nacbt was weggebleven,
wat z'n ouders (dat kon de commissie zeker
wel denken?) minder aangenaam was geweest.
Van anderen hadden zy later gehoord dat de
jongen met nog een anderen knaap van iets
ouderen leeftijd, bij een boer in het hooi den
nacht hadden doorgebracht, na van dezen, dien
ze een mooi verhaal van verdwaald-zijn enz.
hadden op de mouw gespeld, een flinke boter
ham te hebben ontvangen, 't Was dus heel wel
mogelijk dat hij meermalen do school verzuimde
zonder dat er thuis een haan naar kraaide.
Hij ontbrak ';?> icidda^s meermalen aan den
disdi; soms kwam hij dan errst na vieren thuis
on vroeg niet eens oia eten ala moe 'er niets
voor hem warm pehr,uden bad. l**en enkele
maal zelfs we gr^de by de voor hem klaarge
maakte boterham, omdat er ^eon worst op was
ge'p}.;d. I>i: o.omml.-sie kon wffi begrijpen, «Ut mei
/;oo''u jongen weinig te bexii nr<i was.
Bes^raf1ir:g ;i*-i stuk oi ,-iu'A touw, a?s ,.isv.edcr' cie
ga! overliep, wat ai! vcrze.ferdc ds man met
nadruk ook wel eens gebeurde, had eenvoudig
eene kortere of langere verwijdering uit de
woning ten gevolge. Hy' de vader liet hem
dan ook liever met rust. Hy zou als hy ouder
werd, wel wyzer worden en zy'n belang beter
inzien. Dat was althans te hopen en anders
was 't al heel naar; want hy allén gaf meer
last dan al de andere kinderen met elkaar,
vijf in getal, waarop de vader heel trotsch
scheen te zijn. Flinke kinders, heeren; zy gaan
alty'd trouw naar school zonder mankeeren."
Etrenals de oudste dus, vóór z'n tiende
jaar?"
Ja, mynheer!"
De ironie dier vraag was zoo 't scheen, niet
gevoeld. Berustend, met min of meer treurigen
blik keek hij naar z'n pet en heel eventjes
ook naar ieder der Commissieleden die tot hem
sprak of wel hem de eene of andere vraag deed.
Of hy, als de jongen weggeloopen was en niet
j aan den middagmaaltijd verscheen, hem ook
l ging zoeken ?
i Neen, dat ging niet best. Waar zou men
j loopen ?! En hy de vader was er zeker
l van l zou toch weigeren mee huiswaarts te
j gaan als men hem ergens aantrof. Dan was hy
l niet zóó mak. Z'n moeder durfde hy best
schoppen en slaan als 't zoo uitkwam. Hy
de vader kon ook wel op z'n kop krijgen
als hy tegen hem begon. En deze vader raadde
dan ook de Commissie aan, dit geval ter wille j
der 5 andere kinderen, die trouw zonder
murmureeren", naar school gingen, te laten
loopen. Er was toch tegen dien knaap niets
aan te vangen. Hy de vader achtte dit
kind tot alles in staat, als men hem niet liet
begaan tot hij ouder werd.
De treurige blik werd vaster en zelfs stug,
toen dien vader beduid werd dat hy' toch
verantwoordelijk was voor de daden van zijn
kind. Hij verantwoordelijk voor wat zoo'n
kwöjonge deed of niet verkoos te doen ? 't Zou
wat moois zijn ! Hij zou 's middags kabaal maken
en z'n vrijen tijd bederven ? 't eten laten koud
worden ? de stemming van z'n vrouw op 't
kookpunt brengen ? En 's avonds, dan sliepen
de kinderen, dan gingen ook vader en moeder
ter ruste (beiden hadden slaap noodig), maar
de deur werd niet op het nachtslot gedaat;
want anders zou hij geweld maken en uit
boosheid ook de rust der buren verstoren. Om
dat te voorkomen, bleef de deur open en de
jougen, als hy kwam, redde zich zelf, óók bij
de broodtrommel als hij honger had. Want het
was lang geen domme jongen, alleen maar wat
heel vryheidlievend en geen sjenie" voor
school, vooral nu niet, nu de wet er was.
* *
Er was een jaar verloopen en weer zat de
Commissie bijeen en kwamen enkele opgeroepen
ouders of hunne plaatsvervangers na elkander
binnen, om op hun beurt zich te verantwoorden,
ook weer de hierboven geschetste vader.
Wel een weinig zenuwachtig begint hy' als
hem het woord verleend wordt: My'n jongen
zal 't u niet meer lastig maken. Hy heeft het
zóó gortig gemaakt dat er is besloten dat de
rechtbank hem opzenden zal naar een
verbeterhuis. Dat zal thuis by ons ook een heele
ruat geven. Ik had de macht en heb er in
toegestemd dat hij weggestuurd wordt, 't Werd
in den laatsten ty'd al te erg; het liep al te veel
over de hooge schoenen ..."
Wij hadden er reeds van gehoord,
vanhij heett gestolen, nietwaar?"
,Ja, heeren! hij gapte wat hy krijgen kon,
hij en z'n kameraad, altijd etenswaren en lek
kers ... 't zy'n nog kinders, allebei pas dertien...
of haast, daar wil 'k af wezen. Hij kwam in
den laatsten tijd ook zoo dikwyls in geen twee
nachten thuis. Dan loopen ze niet alty'd zooveel
op, dat ze er van bestaan kunnen en op dien
leefty'd zyn ze hongerig."
Ja, lezers ! da,t was nu 't einde geweest. Die
knapen stalen wat ze krijgen konden en be
groeven wat zij niet dadelijk konden nuttigen,
in een gat in een buiten de ttad gelegen stuk
weiland. Wie zou 't daar vinden! Niemand
dacht er aan.
Maar niet iedereen is zoo op hun rust ge
steld als de vaders dezer jongens, want ook
die andere knaap heeft ouders die hem ook
lieten begaan, wijl 't toch niet helpt of je er
kabaal om maakt". Verantwoordelijkheid ? Zij
hebben er geen idee van. Dat de bestolenen
de jongens nagingen, dat vonden ze zelis maar
zóó-zóó. 't Waren en bleven kinderslrekev,
beweert de moeder van den anderen knaap.
Hij deelde zelfs wel eens iets mee aan z'n zusje.
En dan was ik wel kwaad op hem en zei:
dou komst nog in 't tuchthuis ! maar meer kon
'k «r ook al niet an doe-en l" Ouderlyke macht ?
ook dit ouderpaar kent bet woord alleen als
machtwoord, zoo hun jongen insgelijks zal wor
den opgezonden naar een
rijksopvocdingsgesticht. Want bij sette it hüa op stelten wat
ik je seg l"
Als men haar hoort, dan is schoolgaan maar
lak"; de op den deugniet volgende seun"
krijgt er ook al een hekel aan. Hy' is ai eens
met z'n ouderen broer er op uit geweest";
maar dat heeft zij hem verder belet,omdat hij met
gescheurde kleeren was tbuis gekomen en niet
zeggen wou hoe dat zoo kwam.
Wie weet er raad op, om vaders en moeders
als de bovengeschetste te doordringen van
verantwoordelijkheidsgevoel ? Wie geeft dezul
ken een juist begrip van ouderlijke macht?
Hoelang nog zullen kinderen in plaats van
geleid en opgevoed, verwaarloosd worden en
tot misdaad gevoerd, om daarna te worden
verbannen uit het ouderlijk huis ... tot een
beter leven?
't Is te hopen.
G. C. STi-:r.i,jN(i\\ KRV?JKNTIHK.
mlllllllllllMllllimlIIIGIIIIIIIIMIIlmlIIIIIMIIIIItlllllllllllltllMlllllllmlIIIII
Rossen, 5 April 1903.
Geachte Redactie,
Ik zal nog eens terug moeten komen op
hetgeen v. G. over bet vaccineweije schreef
e.i we! bepaald op dien zin door mij genoemd.
Ik heb niet ir. ij n twijfel uitgesproken aan de
juistheid var; dien anrgehsakien zin : De
pogingen tot rerhoadir.g enz. Maar onbegrijpe
lijk is het mij, dat de heer v. G mij toevoegt:
ZüoUirg u (ie on j ir: s i'H-i d evenmin kunt
aantooiien, dfiï(ieze woordon niet door den beer
D1; S. L in zijn rapport gouden zij u gebezigd.
is uwe aanmerking niet van het minste belang."
Is dat precies hetzelfde als »iloor hetgeen de
heer De S. L, toen minister, schreef na de
epidemie van 1891 ?" »Schryven" wil naar
my'n bescheiden meening zeggen: zyn eigen
opinie meedeelen. Doch hier is geen sprake
van des heeren Lohmans opinie. Onderaan
bl. 59 en bovenaan blz. 60 lees ik: De ontzag
lijke uitbreiding der epidemie in 1870/73 werd
blijkens het verslag des heeren Carsten en Van
O verbeek de Meyer >de pokkenepidemie in
Nederland in 1870?'73" geenszins uitsluitend
toegeschreven aan het verzuim der vaccinatie,
maar ook aan de schromelijke nalatigheid der
plaatselijke besturen en der particulieren ten
opzichte van het nemen van maatregelen voor
ontsmetting en het afzonderen van pokly'ders.
(De cursiveering is van my.) Vier regels verder
volgt dan de door v. G. aangehaalde zin. Uit
het verband blykt dus, dat het uit dat verslag
wordt aangehaald. Kan men dus zeggen, dat
dit een woord is van den heer De S L., zooals
uit de woorden van den heer v. G. is op te
maken ? Objectief heeft de minister alles
willen weergeven. Het zou goed geweest zyn,
indien v. G. ook zoo objectief was geweest
met mede te deelen, hoe die zin voorkwam
in het rapport van twee geneesheeren, bovenal
wat die heeren zeiden van de vaccinatie.
Ik wil hier niet op die kwestie verder
ingaaü, maar wel even meedeelen, dat diezelfde
minister in 1902 verklaarde (zie De Neder
lander van 30 Jan. 1902, hoofdartikel): >Laat
men vooral gebruik maken van het
isoleeringsstelsel, dat ook in andere landen wordt toege
past, en heel wat betere vruchten afwerpt dan
de vaccinatie, terwijl de Christenen in de ook
uit hygiënisch oogpunt zoo voortreffelijke
Mozaïsche wetgeving het bewys vinden, dat
isoleering van zieken geen ongeoorloofde
inbreuk is op de vryheid."
Vergeef my', geachte Redactie, dat ik nu iets
langer bij de zaak stilstond. Ik had gedacht,
dat de heer v. G. by het overlezen der genoemde
bladzyden dadelijk de fout had ingezien.
Hoogachtend teeken ik my',
Uw dw. dr.,
H. J. C. PIERSOK.
P.S. Nog eens, op welke epidemie van 1891
had de heer De S. L. toch het oog ? Ik zocht
al en alweer, maar kon het heusch niet vinden.
? ?
?
Aan den heer Pierson.
Geachte heer.
Gaarne neem ik er nota van dat u aan de
juistheid van den door my aangehaalden zin
niet twyfelt.
Dat de heer de S. L. eerst iets aanhaalt
uit een verslag der heeren Carsen en v. O.
de M. is zeer juist, doch dat «uit het verband
blykt" dat »die zin" ook uit dat verslag is
aangehaald, hierin zou de heer S. L. zelf
uitspraak dienen te doen. Het kan zijn dat
u gelijk hebt, doch aan .my'n critiek op het
wetje doet dit weinig af.
Wat het jaartal 1891 aangaat, ik had ge
dacht dat u over deze drukfout wel zoudt zy'n
heengestapt, bedoeld werd werkelijk, de epi
demie van 1871.
Achtend, uw dw.
v. G.
Van fle andere zijde bekeken.
Aan mevrouw Thérèse Hoven.
Mevrouw,
Uw stukje over prentkaarten heb ik met
groote verwondering gelezen. Wat u van de
«ansichten" zegt, het is waar dat daaraan veel
geld wordt vermorst, dat beter kon worden
besteed, maar de beschouwing, die u er aan
vastknoopt, gaat toch wel een beetje hél ver
van den rechten weg af. U beschouwt een
dienstbode als een heel onopgevoed wezen,
doch ik troost er mij mee, dat er heel wat
meer onopgevoede mevrouwen zy'n, dan u denkt.
Ik heb dat heusch niet «toevallig" gelezen,
doch zelve maar al te zeer ondervonden.
Zou u 't niet vry wat beter vinden, instede
van al dat hakken op de dienstbode over bstór
voile's, glacéhandschoenen, onsoliede japonnen,
en ik weet niet wat, (alsof de mevrouwen zich
nooit opdirken met goed, dat ze amper betalen
kunnen), dat ook de dienstbode in dezen
woeligen tijd van vooruit- en overgang, zich
kon opwerken uit een verleden, waarin zy
zoowel verstandelijk als zedelijk gely'k stond
met een minderwaardig wezen 't Zou u dat
onnoodige weelde vinden, als aan 't saaie leven
eener dienstbode eens wat meer poëzie werd
gehecht ? Zouden de dames niet veel minder
te klagen hebben over humeurige en brutale
dienstboden, als deze, behalve hun koken en
prutsen en flodderen ook hun menschzyn
eens wat meer bewust werden en niet zooals
in vele gevallen, en in vele gezinnen het geval is,
als een steen des aanstoots behandeld werden.
Eigen goed verstellen, best maar daar heeft
men geen 5 avonden in de week voor noodig,
uitgargsavond en Zondag niet mee gerekend.
In een enkelen rustigen avond is dat wascbje
heel. 't Zou echter stellig in uw oogen te veel
genot zijn voor de dienstbode, om zich bezig
te houden met een onschuldige liefhebberij
(elke liefhebbery', hoe gering ook, kost geld).
of zich na vermoeiende dagtaak te ontspannen
in mooie lectuur, of 't bywonen van een
kunstvoorstelling, die dan toch ook wel eens verede
lend werken kan. Uwe haren zullen wel te berge
rijzen als ik u vertel dat ik van mijne mevrouw
»Quo Vadis" te leen heb en dat ik dit boek
met veel genoegen lees.
Neen, werken moeten ze, en 's avonds alty'd
maar naaien, dat ook werken is, meiden hoe
ven immers niet veel te weten om later een
sloofje te worden in eigen gezin, en poëzie
hebben zij diiar niet noodig, die is alleen
voor de mevrouwen.
En zoo zou ik kunnen voortgaan mft 't op
noemen van treurige waarheden, waarvan er
eene is, dat er helaas nog veie mevrouwen
zijn zooals U, Mevrouw Hoven, die weinig oog
en oor hebben voor de !otsverbeterir;g der
dienstboden in 't algemeen, want dan zoudt l
begrijpen, dat de poëzie, die u veroord?alt,
omdiit ze een 'jeetje geld kost, al uing die
volgens de Génestet o»~era! te vinden zijn, tocb
nog ver te zoeker is in t' leven der gediensticfi!.
Hoogachtend Roem ik mij,
A. R., dicn&tltode,