Historisch Archief 1877-1940
No. 1348
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD V O O R N E D E RL AN D.
per doosjeTUiUU
IIIIIIIIIIMIIIIIimiMIUIMMI!IIIIIIHMMMUIH|MM"HMMIllliHMIIIIIHUIIIIHHHIIlMIU^ ltl!IIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIII11lllllMltnillllltllllllllltll|ll1lllllllttllllllHIIIIIIIIHIIIIIII!lllllllllllllH1IIHIIIIIIIMII Illllt
^ VOOEl
Vertrap ininkken.
Vooral ten wille van hen, die in bet onder
wijs werkzaam zijn, worden Zaterdag vóór Paasch
en de dagen dadelijk daarop volgend, bijzonder
geschikt geacht voor jaarvergaderingen van
vereenigingen, werkende over bet geheele land.
Vergaderingen dos, die overdag moeten ge
houden worden, zullen zoovelen mogelijk nog
'g avonds kunnen terugkeer en.
Alzoo stelde de jonge vereeniging: Vereen
voudiging voor Examen en Onderwijs
haar eerste Algemeene Bijeenkomst op Zater
dag 11 April,
Wat bad ik daar gaarne tegenwoordig ge
weest! en bet was ook mijn stellig plan, maar
de gevolgen der staking verbonden zooveel moei
lijkheden aan mijn naar Arnhem gaan, dat mijn
voornemen OD uit gevoerd bleef.
Het onderwijs beeft mij van jongsaf bijzon
dere belangstelling ingeboezemd, en ik heb er
altijd een eigen zienswijze op nagehouden. Zoo
min voor, als tijdens en nadat ik er praktisch'
in werkzaam ben geweest, beeft de inrichting
van het Lager- en Middelbaar Onderwijs mij
bevredigd. Wat ik dacht en wat ik wenschte,
toen ik nog geen leerares was, heb ik meer
malen geopenbaard in de /Nederlandsche
Spectator onder bet pseudoniem:
Hroswitha en in Dec. 1875 en Jan. 1876 in twee
Open Brieven aan Dr. D. J. Steyn Parvé,
toen Inspecteur van het M. O. Die brieven
zijn druk gelezen de geheele oplaag is uit
verkocht en aan bijvalsbetnigingen ontbrak
bet mij niet. Met dat al bleef de inrichting der
lagere en middelbare school) zooals ze was. Niet
onnatuurlijk, voorwaar! want zoo niet altijd,
dan toch overwegend dikwijls, wordt het haast
als misdaad toegerekend dengenen, die de eersten
zijn om op fouten te wijzen in wat bestaat
feitelijk zijn dezulken dan ook de
rustverstoorders der ingedommelden terwijl zij, die na
ben komen het veel gemakkelijker hebben, ja,
er eer mee oogsten.
Nu, de eerste of de tweede en eer of geen
eer, wat komt er dat op aan! Ik wilde alleen
naar Arnhem gaan om met eigen ooren te
booren, of de wenscben van Prof. Hol w er d a ook
in eenig opzicht overeen kwamen met wat ook
thans oog mijn lievelingsdenkbeeld is
eaindertüd nader door mij werd uitgewerkt: 1. aan de
H. B. Scholen geen toegang voor leerlingen
beneden ongeveer 15 jaar, maar ook geen af
wijzing om hoogeren leeftijd; 2.
facultatiefstelling van alle vakken, die zoo degelijk en
omvangrijk mogelijk worden onderwezen, en 3.
geen klaarmakérij voor Delft, of wat ook.
Tusscben de Nationale Vereeniging voor Vrou
wenarbeid, welke naar buiten werkt door bet
Nationaal Bvre u voor Vrouwenarbeid en den
Nationalen Vrouwen-Baad', wordt steeds overleg
gepleegd omtrent de plaats, waar de jaarver
gaderingen zullen gehouden worden; en de da
tums gesteld op twee achtereenvolgende dagen
ter vergemakkelijking van baar, die van
verre komen. Voor dit jaar was door de Alge
meene Vergaderirg Utrecht aangewezen, en
Dinsdag en Woensdag ia Paasch door de Be
sturen vastgesteld.
Beide vergaderingen waren bijzonder goed
bezocht; zelfs door personen van elders,
netgeen voorzeker van bijzondere belangstelling
getuigde en in de gegeven omstandigheden bijna
verbazing wekte. De voorzitster, mevr. Haver,
wees daarop in haar openingswoord.
Het jaarverslag der Directrice van het Bureau
deed hoor en, wat een oneindige massa werk
door het Bureau m het afgeloopen jaar was
verricht. Dit wekte bij ons eigenlijk geen ver
wondering niemand toch had iets anders
verwacht. Maar wat ons wel vreemd deed op
kijken, en ons de ooren nog scherper deed
spitsen, was de mededeeling, dat bet verzoek
der Directrice om voor het Bureau vrijstelling
der Personeele Belasting te verkrijger, gewei
gerd werd, en wel op grond besef toch goed,
wat ge geschreven ziet, lezer dat het Bureau
meermalen vrouwen aan werk hielp, dat ook wel
door mannen kon worden verricht, en derhalve
niet tot de inrichtingen van alge
meen nut mocht worden gereken d.
Als voor instellingen, die mannen werk bezor
gen, dat best door vrouwen kan worden gedaan,
dezelfde maatstaf geldt, dan zullen wel niet
veel soortgelijke inrichtingen de gewenschte
vrijstelling erlangen. Of zou ook bij deze auto
riteit meten met tweederlei maat in zwang
wezen? Hoe dit zij, de Directrice legde zich bij
de uitspraak niet neer, en in booger beroep zaj
zij haar verzoek ingewilligd.
Het finantièel verslag bewees de waarheid
van het spreekwoord: de paarden, die het
meeste haver verdienen, krijgen ze het minst."
Hoe bard er ook door allen, in de eerste plaats
door bet bureau, was gewerkt, de balans sloot
met een verlies vau ongeveer honderd gulden.
Mag bet nu ook streelend zijn voor het gevoel
zich onder de bardwerkendeu te zien gerang
schikt, de toekennicg eeoer belooning daarvoor
beneden het minimum noodig voor zelfonderboud,
valt zwaar en is niet te rechtvaardigen. Wie
dit met mij eens is, worde lid der zoo heilzaam
werkende Nationale Vereeniging voor Vrouwen
arbeid, of, zoo mogelijk, verhoogen haar zijn
jaarcontributie.
's Avonds hield de Nationale Vrouwenraad
zijn openbare vergadering. Tot onderwerp van
bespreking was gekozen: De Verantwoor
de! ij kheid van den Verbruiker.
Door twee sprekers en twee spreeksters werd !
bet licht van verschillende zijden ontstoken. ?
Den diepsten indruk op bet gehoor maakten de
woorden van mej. Anna Polak van Gronin
gen. Zij wees op de schaduwzijden van Ver- [
bruikersbonden en de onmogelijkheid van het
koopend publiek om met billijkheid te kunnen \
rechten tusschen werkjevers en werknemers.
Zoo niet overreed, dan zullen haar woorden l
velen der aanwezigen toch stellig een nieuw
gezichtspunt hebben geopend. 1)
Om 10 uur van den volgenden dag nam de
1) Dit wel doorwerkte stuk is in De Economitt
opgenomen ik hoop er op terug te komen.
j Algem. Vergadering vau den Nat. Vrouwenraad
j een aanvang. De agenda vereischte te veel tijd
dan dat zij in de morgenuren kon worden afge
handeld, zocdat zij in den namiddag werd voort.
gezet en daardoor de rapporten van elf der
aangesloten verernigingen niet alle een beurt
kregen.
Een warm woord van buide werd door de
waarnemende Presidente gebracht aan Douair.
Klerck?Van Hogendorp, die reeds verleden
najaar zich gedwongen zag door ziekte van de
leiding afstand te doen. In hooge mate merk
waardig is deze hooge vrouw door haar ver.
mogen om eigen sterk geprononceerde over
tuiging hoog houdende, die van ieder ander,
daaronder baar zeer antipathieke, volledig recht
te doen wedervaren.
Door samenloop van omstandigheden moesten
er dezen keer, niet twee, maar vier bestuurs
leden worden gekozen. De leden wezen aan :
Mevr. E. A. van Dorp?Verdam, Den Haag;
Jonkvr. C. M. van Hogendorp, Den Haag; Mevr.
H. Cop?Zeelt, Scbeveningen en Mevr. D. C.
Molijn?De Groot, Nunspeet. Daaria viel de
keus voor presidente op Mevr. Van Dorp.
Verder besloot de vergadering instemming te
betuigen niet bet adres aan H. M. de Koningin,
betreffende een Rijkswet in zake het verbod
van bordeelen, en met dat van de Uoüandscht
Dames-Zicemclub om zich te wenden tot den
Centralen Gezondhe d&raad, verzoekende alle
openbare bad- en zweminrichtingen in de ver
schillende gemeenten voor vrouwen en meisjes
toegankelijk te stellen op dezelfde voorwaarden
als voor mannen.
De vergadering stemde ia met verspreiding
op ruime schaal van een manifest, waarin wordt
aangedrongen den nood der slachtoffers van de
jongste stakingen, zooveel mogelijk te lenigen.
De jaarvergadering van 1904 zal de Nat.
Vrouwenraad doen samengaan met een congres
voor Kinderbescherming, in den
r u i m s t e n zin. Daarmede in verband werd
's Gravenhage als plaats van bijeenkomst aan
gewezen. Het Nat. Bureau beeft de voorbe
reidende werkzaamheden op zich genomen
daarover hebben wij ons dus niet bezorgd te
maken.
'sHage, 17 April '03. ELISE A. HAIGHTON.
Moteuyerplepi
De idiotenverpleging en opvoeding beeft zich
in de laatste jaren verbazend ontwikkeld. Liet
! men vroeger de o&gelukkigste aller
menschen' kinderen eenvoudig in stompzinnigheid en
| idiotisme ondergaan, tegenwoordig tracht men
de zwakke vonk van den merschelijken geest,
die nog in hen gloeit, tot steeds helderder
vuur aan te blazen. Veel is er reeds gedaan,
zeer veel, maar het allermeeste blijft nog te
doen. Wel zijn er eene gansche reeks van
opvoedingsgestichten voor idiote kinderen, teu
minste in het buitenland, want bij ons worden
deze grooteudeels ondergebracht op plaatsen,
waar zij eigenlijk niet behooren, in de krank
zinnigengestichten bv. In Meerenberg is eene
afzonderlijke afdeeling voor idioten, waar zij
onderricht ontvangen en ook lichamelijk ver
pleegd worden. Ook in de gestichten voor
lijders aan vallende ziekte te Haarlem, worden
eenige idioten opgenomen, voor zoover hun
toestand in verband staat met dit lijden. Alleen
in Den Haag heeft men, voor zoover ik weet,
eene brpaalde idiotenschool, die ectiter nog niet
eene modeiinrichtirg is als die in Berlijn.
Tot nu toe bad men in Duitschland alleen
privaatinrichtingeD, waarbij het geldverdienen
de hoofdrol speelde of anders werden de idioten
aan de opsnbare liefdadigheid overgelaten. Waar
de gemeente zich hen had aangetrokken, bad
men zich tot nu toe toch altijd beperkt tot
het //Exteroaat". nl. tot zulke idioteninrichtingen,
waarin de kinderen alleen onderricht ontvingen
en geestelijk ontwikkeld werden, die echter
's avonds tegen ongeveer zes uur hare poorten
sloten. Voor zoover ons bekend, heeft in Duitsch
land alleen de stad Berlijn, van gemeentewege,
een .Internaat" opgericht, eene inrichting,
waarin de kinderen, benevens bet onderwij?,
ook volkomen huiselijke verpleging vinden. De
idiotenschool in Dalldorf bij Berlijn is eei.e
modeliïrich'ing. In de lange jaren harer werk
zaamheid heeft zij reeds eindeloos veel zegen
gesticht en tallooze ongelukkige idiote kinderen
tot nuttige leden der inenschelijke samenleving
gevormd.
In de kringen der pedagogen, die zich met
idiotenopvoeding bezig houden, heeft men nog
geen beslissend antwoord gevonden op de vraag :
Externaat" of «Internaat". De een zegt:
//Men mag de kinderen niet aan bet gezin en
het huiselijk leven onttrekken. De leider der
Dalldorfermrichting, de inspecteur van Onder
wijs*, Piper, is het, steunend op veeljarige
ondervinding, beslist oneens met deze
be-chouwing. Het Externaat, dat uit
zuinigheidsoverwegingen, nog in de andere steden, bestaat,
werkt, volgens zijne uitspraak nadeelig op de
idiotenopvoeding. »Zal men de kindereu niet
aan de familie onttrekken 'f' vraagt Piper
men moet ze daaraan onttrekken, wil men iets
hoegenaamd bereiken."
Het idiote kind is abnormaal, normale men
schen begrijpen het in geenen deele. Zij
gelooven het eenen dienst te bewijzen, als zij
zijne afwijkingen met de grootst mogelijke toe
gevendheid tegemoet komen ; toegevendheid en
geduld zijn wel is waar onmisbaar tegenover
idioten, maar opvoeding moet daarmee hand
aan hand gaan, eene opvoeding met vaste hand,
die weet waar en hoe zij nog verbeteren kan
en waar hare macht ophoudt.
Buitendien blijft er nog eene andere vraag over:
Waarheen gaan de idioten als zij uit het Externaat
ontslagen worden; hoedanig is het gezin, waaraan
men ze niet onttrekken mag 'f De meeste idiote
kinderen komen voort uit de onderste lagen
der bevolking ; hunne ouders weten zelf dikwijls
nauwelijks waar zij het brood tot hun levens
onderhoud vandaan zullen halen. l)e kinderen
komen uit de holen der armoede en keeren
daarin terug. Zij, de zwakken en kranken die
bovenal lucht, licht, zindelijkheid en rust be
hoeven, wonen in krotten, waar de enge ruimte
gedeeld wordt, niet alleen met ouders en broe
ders en zusters, neen zoo mogelijk ook nog
met een half dozijn kostgangers en waar men
- geenerlei begrip beeft van bun zijn en wezen.
Hier tegenover biedt het Internaat hun een
onderkomen, dat aan alle hygiënische vetten
beantwoordt. De kinderen staan dag en nacht
onder toezicht van weionderwezen verplegers.
Zij wonen in groofe en luchtige vertrekken,
douche- en andere baden zorgen voor reinheid,
tuinen en parken voor de nood i ge frissche lucht.
Dalldorf vooral schijnt den bezoeker een
idyllisch verblijf. Verscholen in een prachtig
park, omgeven van heerlijke bloembedden en
uitgestrekte gazons, doet het meer denkeu aan
een landelijk buitenverblijf, dan aan een toe
vluchtsoord voor de armsten der armen. Groote,
vriendelijke zalen, breede gangen, lichte vesti
bules, lucht, licht en bloemen, waarheen men
ook ziet.
Het onderwijs op de idiotenscholen omvat
in 't geheel van drie tot zes klassen, die naar
den graad der ontwikkeling gevormd zijn. Het
Berlijnscbe instituut is in zes klassen verdeeld.
In de laagste afdeeling leert bet kind bet eerst
de vijf zintuigen gebruiken, benevens de beer
schappij over zijn eigen lichaam. Het leert
staan, gaan en eene goede houding aannemen,
de voorwerpen onderscheiden, booren en spreken,
spreken in de eerste plaat». Bijna alle idiote
kinderen lijden min of meer aan spraakgebreken,
zij stotteren en lispelen. Eindelooze moeite en
geduld wordt er vereischt om den kinderen de
eenvoudigste regels voor correct spreken in te
prenten. Tallooze uren moeten er verloopen,
vóór ze zelfs goed kunnen ademhalen. ledere
letter moet op zich zelf worden geoefend, voor
den spiegel wordt bestudeerd hoe men de lippen
moet houden.
Hebben de kinderen de laagste afdeeling
doorloopeB, en weten zij hetgeen zij zien, reeds
te onderscheiden, dan leeren zij de afzonderlijke
deelen der voorwerpen kennen, ieeren dat de
tafel van hout, het huis van steen is, dat het
deuren, vensters en muren heeft. De eerste
beginselen van het rekenen worden bun duidelijk
gemaakt door staafjes leggen. De vierde klasse
leerf reeds het nut van elk voorwerp op zich
zelf kennen, zij weet dat bet buis dient om er
in te wonen en de deur om er door te gaan.
Zoo gaat bet langzaam, maar gestadig verder.
Men begint met lezen en schrijven. De kring
der getallen wordt uitgebreid. Waar de derde
klasse slechts van l tot 10 telt, daar rekent
de tweede reeds tot 20. In de eerste wordt al
geschiedenis en aardrijkskunde onderwezen, al
is het natuurlijk binnen zeer bescheiden grenzen.
Naast de geestelijke ontwikkeling, wordt ook
de lichamelijke niet verzuimd. Bijna elke grootere
idioteninnctiting heeft, zooals Dalldorf, hare
eigen gymnastiekzaal, de kindereu die er licha
melijk voor geschikt zijn, leeren zelfs zwemmen.
Evenveel zorg wordt er gedragen voor de prak
tische ontwikkeling. Hel geldt niet alleen bet
geestelijke leven te wekken, de kinderen moeten
ook eenmaal op eigen beenen staan, zelf in
hun levensonderhoud voorzien. Zoo leeren de
meisjes naaien, stoppen, verstellen en alle
bandreikingen in de huishouding, zoo worden de
knapen voor een handwerk voorbereid.
Hoeveel geduld daarvoor noodig is, kan de
leek bijna niet begrijpen. Aan het kleine meisje,
dat moet leeren naaien, geeft de moeder een
stuk stof, naald en draad, maar het idiotekind
heeft een eigen toestelletje daarvoor noodig. In
een standaard rust een dun plankje met gaatjes
aan de kanten, daarop wordt een tweede ge
legd, precies eender gemaakt, zóó dat de gaatjes
op elkaar passen, het kleine naaistertje neemt
een smal lintje en trekt het, evenals een draad,
door elk der gaatjes, zoo leert het den
eenvoudigen stik naad, den overshandschen en
kruissteeknaad. Ook stoppen en verstellen wordt
met lint en plankjes geleerd.
Ook op den tuinbouw leggen de idioten zich
gaarne toe. lu blofmcnkweeken en landbouw
hebben ze veel plezier. In 't Dalldorfer paik
heeft ieder kweekeling zijn eigeu tuintje en de
kinderen vinden het heerlijk, als zij familieleden,
die hen komen bezoeken, in een prieeltje kunnen
brengen, dat zij zelf getimmerd hebben of kunnen
onthalen op vruchter, die zij zelf hebben ge
kweekt.
Vat men allts bijeei', wat de inrichting den
idioten biedt, zoo moet iaën den eisch van
Piper wel onderschrijven : ,Geen
gezinsverpleging voor het idiote kind." Het woord geldt
niet alleen voor de armste klassen, het geldt
ook voor de welgesteldeD. Zei f verloochenende
moederliefde die in den idioot alleen het
medelijdenswaardigste van al haar kinderen ziet,
werkt de opvoeding iu het gesticht bepaald
tegen, want ook de meest opofferende moeder
liefde kan het kind niet geven wat het gesticht
het geeft: eene vaste, zaakkundige opvoeding,
levenwekkend voor zijnen geest, die het toch
nog maakt tot een uuttisr lid der inenschelijke
samenleving. M. K.
Iets ora kanten,
Nu er hier en daar de vraag opduikt, of 't
gewenscht ware, dat ten behoeve van arbeid
sters het vervaardigen van kunst-kant meer
in de hand gewerkt werd, is wellicht het
volgende omtrent de vervaardiging van en de
nu betaalde prys voor oude kant, niet geheel
van belang ontbloot.
In Berlijn zag ik in een speciaal magazijn
van kostbare kant, een stuk van twee meter
lengte by' 35 centim. breedte z. g. n. »point de
rose" dat per meter f 1500 kostte; dit was
»kerkerikant"; voor vyltien tot twintig centim.
breede oude Venetiaansche kant of ook wel
?Pouet d'Alereon" weid ? 120 tot ? 300 per
meter berekend. Al deze soort kant werd met
de naald vervaardigd ; sommigen werden over
paardenbaar gewerkt. Uit zeer kleine stukken
maakte men met een onbegrijpelijke voorzich
tigheid en handigheid, dan later een geheel.
Het was wel voor 't meerendeel in kloosters,
dat »ter eere de kerk" dus zonder geldelijke
belooning, deze oogen en zenuwen moordende
arbeid door vrouwen ondernomen werd
Met wat door edellieden besteld, en voor
toenmalige verhoudingen, duur betaald werd,
werden gewoonlijk kerkheeren of kerkaltaren
begiftigd, terwijl de som voor de vervaardiging
betaald, in de kloosterkas werd gestort.
Behalve de reeds genoemde i adeelen, had
ook die kantverva&rdiging nog andere scha
duwzijden : de dunne draak kon alleen in
vochtige ruimten tegen afbreken bewaard blij
ven, en zoo zaten vrouwen schier haar geheele
leven lang in laaggelegen en vochtige kluizen
ten einde «om Godswil" deze kunstwerken te
kunnen vervaardigen.
Wy'le koningin Victorie, heeft wel de meest
kostbare en uit een oogpunt van kunst ook
de schoonste kan ten-verzameling weten bijeen
te brengen en daarvoor een museum opgericht.
Sinds langeren tyd is vooral in Sileziëen
ook in Noordelijk Bohemeo, een bloeiende
(altijd voor de fabrikanten) kanten-industrie
ontstaan. Men legt zich ook, niet zonder succes,
toe op de imitatie van antieke kanten. Veel
vrouwen wy'den zich in die ttreek aan de
vervaardiging van z. g. n. >Klöppelspitze" 1)
maar zeifg de meest gecchikten verdienen
slechts een karig stuk brook. Door de afzon
dering waarin, gedurende den winter, de be
woners van 't Ertsgebergte leven, is 't dezen
vrouwen hoogst moeielyk haar arbeid zelven
aan den man te brengen, dus worden de kanten
?opgekocht" en dit wel voor maar 'il te lage
pryzen. VROUWKB.
1) Dat is de soort kant, die wy >Forchon"
noemen
Museum van Kunstnijverheid
te Haarlem.
Het comitévoor de Tentoonstelling van
Kantwerken, die in het Museum van Kunst
nijverheid te Haarlem, van 10 Mei tot 28 Juni
zal worden gehouden, bestaat uit: Mejuffrouw
Johanna W. A. Naber, Amsterdam, Mejuffrouw
E. Rogge, Redactrice van het Maandblad ter
Verbetering van Vrouwenkkeding, Amsterdam,
Mevrouw Agathe Wegerif, Directrice der
Kantschool te Apeldoorn en den heer E. A. von Saher,
Directeur van het museum.
Scfloolpantoffels,
Bestuurderen van de »Vereeniging buiten de
Muiderpoort te Amsterdam, tot veredeling van
't volksvermaak en ter behartiging van de be
langen der bewoners," opgericht l Aug. 1893,
goedgekeurd bjj Kon. Besl. van 29 Jan. 1895,
alhier, brengen bare mede-ingezetenen in
dankbare herinnering, op welke uitstekende
wijze zij, zoowél door bijdragen in geld als
oude tapijten, in staat werden gesteld om in
den afgeloopen winter binnen 6 weken in 13
zoowel openbare als bijzondere armen scholen
een 1200 tal schoolpantoffels aan behoeftige
kinderen te kunnen doen uitreiken.
Aangezien z\j deze welgeslaagde proef
wederom met werkelooze behangers en stof
feerders tegen den a.s. winter op ruimer
schaal wenschen door te zetten, blijven z\j
zicb vooral, nu tijdens den schoonmaak, voor
dat liefdadig en doeltreffend werk, bij de
Amsterdamsche ingezetenen met warmte aan
bevelen.
Tapijten worden gaarne door onze zorg af
gehaald of kunnen worden bezorgd aan de
werkplaats van onzen commissarissen de beer
F. Hart, Wagenaarstraat 137, terwyi geldelijke
bydragen mede gaarne zullen worden inge
wacht by onzen penningmeester de heer G. A.
van Ginkel, Commelinstraat 21, waarvan ver
antwoording in de bladen op der gevers, ver
klaarbare wy'ze geschiedt,
J. F. de Booy, Voorzitter.
J. H. Busselman, Ie Secretaris.
G. A. van Ginkel, Penningm.
lltlllfltlllmlIIIIIMUIIIIIIIIIIItlHIIIIIHIHIIIIIIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIItl
IIIIIHIIIIIIIHHHIHIIIIIIIIItttlMtltllllllllllllllllMIIIIIMIIMIIMMIIIIIIIIIIIIIII
Modes, Emma Wuttke-Büler. Bertha.
von Suttner. Carmen Sylva.
^Nieuwe vrouwen-club te Weenen.
Doofstommen-dub te Parijs.
Van brooze teerheid, zóó week, zóó zacht,
dat allerlei lyrische en romantische woord
koppelingen moesten gesmeed worden, om aan
te duiden de gewenschte tint voor borduursels,
kanten en passementerie, ter versiering der
voorjaars-mantels en voorjaars-hoeden. Gy teere
»cendre-de-roses, o! gy limpide
clair-de-lunedans-le-lac, gy liefelijke gorge-de-pigeoc"
welk een honenden werveldans oefenen om
u uitgierende winden, zich parend met lustig
klaterende hagelbuien. Hoeveel vrouwen en
meisjes zullen gegriefd zy'n geweest, dat zij
zich met de Paascbdagen, bibberend in
wintermantel en winter japon moesten hullen, die
misschien al een ietsje «shabby" werden, terwy'l
de ivoor-, room-, champagne-, hél-grys en
bleu-mourant toiletten in donkere kasten ble
ven opgeborgen, hunkerend verbeidend het
wreed uitgestelde festyn der herboren lente.
Hoe ongelukkig trof bat juist met die
Paaschdagen ! Wy wéten immers, al zijn er vrouwen,
die «r niet aan hechten, dat het dragen van
een nieuw gewaad op het Paaschfeest, geluk
aanbrengt voor het héle jaar l Paasch-pop,
Paasch-best, Paasch-pronk bewyzen, hoe gaarne
wij ons tooien op die dagen. Geluk-aanbren
gen voor een hél jaar, het is een niet te
versmaden voorrecht.
Het zeventiende-eeuwsche bruidje zorgde,
dat zij op haar trouwdag iets »blauws", iets
«geleends" en iets «fonkelnieuwe" aan had,
want, het blauwe, het geleende en het nieuwe
verzekerden baar een gelukkig huwelyks-leven I
Bluik neerhangende garneersels aan hoeden,
mantels, corsages en rokken worden meer dan
ooit aangewend.
Le dernier cri op 't gebied van kapsel: Vier
8tjjve krullen, (knrketrekkers) neerdalend uit
den haarwrong, die reeds zér laag in den
nek gedragen wordt. Leelyk, m£ar nieuw.
Precies zoo'n lijzig, zoetelik, harkachtig
figuurtje van een Van Alphen-illustratie. Welk
een oefening voor ons verwend oog, die lijnen
weer mooi te vinden. Maar, als de mode ge
biedt da bilft kein Widerstreben!
Volmaakt gezond, krachtig en frisch, naar
lichaam en geest, heeft de bekende schrijfster
van kinder- en jonge- meisjes verbalen haar
zeventigsten verjaardag herdacht. De tallooze
bewijzen van sympathie aan de werkzame
vrouw geschonken, overtuigden haar, hoezeer
men ingenomen blijft met haar vroegere en
tegenwoordige producten.
Emma Biller werd in 1833 te Breslau ge
boren. Met hare drie zusters, waaronder Clara
Biller, de bekende briefschrijfster, genoot zij
een degelijke, ernstige opvoeding.
Op een-en-twintigiarigen leeftijd, trouwde
zij met Heinrich Wuttke, professor in de' ge
schiedenis aan de universiteit te Leipzig. Aan
hem dankt zij de grondige kennis van geschie
denis, die tot haar recht komt in de ge
schiedkundige verbalen «Barbara Ittenhauser",
vPflicht", «Markgrafin Barbara von
Brandendenburg" en »Unter dem Szepter der
Hofmeisterin." Van Emma Biller's hand bestaat
een uitgebreide verzameling kinderverhalen :
?Lidas Puppe", >Ulli", «Helenens Tagebuch",
?die Puppenfamilie", «das Hausiöehterchen",
die nog grif gelezen worden.
Het onverpoosd zich wijden aan letterkun
digen arbeid, begon voor Emma Wuttke- Biller
eerst in 1876, na den dood van haar echtge
noot. Dikwijls wisselde zij, na dit zware ver
lies, van woonplaats, als om te ontvluchten
de smartelijke uren die het verscheiden van
den geliefden en vereerden levensmakker haar
brachten. Zij zocht afleiding in München,
Parijs en Zwitserland.
Overal zocht zij steun en troost, tot zy'
eindelijk in Dresden ging inwonen bij haar zoon.
dr. Robert Wuttke. Zij begon niet vroeg met
het uitgeven vaa haar werken. Daarom is haar
geest r, n nog onvermoeid en werd haar boek
»Zwei Consinen", dat met Kerstmis j.l. ver
scheen, met groote vreugde begroet.
Bertba von Suttner, de schrijfster van «die
Waffen Bieder" zond haar eerste boek de wereld
in, toen zij ruim ach t -en -dertig jaar oud was.
Carmen Sylva liet haar eerste werk drukken,
toen zy' vyf- en- dertig jaar was, zooals zijzelf
getuigt in haar bundel «Sprookjes eer, er
Koningin."
?Toen ik huwde (züwas 26 jaar, toen zy
trouwde) had ik reeds een bundel verzen
geschreven en van alles beproefd, novellen en
treurspelen ; de eerste (oen ik elf jaar was,
de treurspelen schreef ik veertien jaar oud.
Wel wist ik, dat alles slecht werk was. Eerst
toen ik vy'f-en-dertig telde, liet ik een boek
drukken, vooral omdat kennissen veel van mij
naschreven en ik ze de moeite wilde sparen
dat te doen."
* *
*
£en commissie, bestaande uit de dames
Helene Forsmann, Nini von Furth, Yella
Hertzka, Hertha Jager en dr. Lucie Morawitz,
is bezig plannen te beramen, tot het oprichten
van een nieuwen Vrouwen -club" in Weenen.
Al het mogelijke zal gedaan worden, om het
de' eventueele leden van den nieuwen club
recht aangenaam te maken. In de leeskamer
wil men de beste binnen- en buitenlandsche
couranten, tijdschriften en romans bijeen
brengen. In de gezellige conversatie- zaai
zullen voordrachten worden gehouden door
menschen van uiténloopende richting, ten
einde de belangen der vrouw onder sterk af
wisselend licht te brengen en onpartijdig te
bespreken.
Vooruit maar l Du ehoc des opinions jaillit
la vérité. Eindelijk zullen wy' er wel achter
komen wat der vrouwe past en wat niet. Waar
haar belangen wél en waar zy' niet schuilen.
Het is verstandig gezien, dat men buiten
gewone zorg zal besteden, aan de bereiding
van eenvoudige, voedzame, gezonde spijzen en
dat men die zal nuttigen in een goed verlicht en
keurig gemeubeld lokaal. Vooral voor de maal
tyden zyn aanvragen en toezeggingen talrijk.
Vrouwen weten wel, dat men geeuwerig en
hongerig wordt van discussieeren, debatteeren
en eindeloos raisonneeren.
O ! die snaaksche Molière, die dood-leuk
beweert, dat >le raisonnement bannit la raison !"
Wat doet die man toch zulke inpertinenties
te zeggen 'i l En het ergste van alles is, dat
iedereen hem gelijk geeft en hem goedkeurend
toeknikt !
» *
#
Clubs . . . und kein Ende !
In Parijs is een Doof-Stommen-Club opge
richt. Ook het dienstpersoneel van dezen club
wordt geworven onder doofstommen. De be
zoekers van den club geven door verschillende
signalen op electrische bellen hun verlangens
te kennen naar spijzen, dranken, nieuwsbladen
enz. Alles gaat als van een leien dakje. De
clubgenooten houden onderling zeer levendige
gesprekken door teekens, het zoogenaamde
spreken met de handen.
Russisch vleeschgerecht. Benoodigdheden : 300
gr. kalisvleesch, 300 gr. varkensvleesch, 100
gr. ry'st, 2 uien, l ei, sshil van % citroen, 8
fljn gestampte kruidnagels, peper, zout, mus
kaatnoot, l groene kool, bouillon.
Bereiding : Men maakt farcie van het zeer
lijn gehakte vleesch, van den in bouillon ge
kookte, en fijn gewreven ry'st, vermengd met
geklopt ei, peper, zout, muskaatnoot, kruid
nagels, citroenschil. Men maakt balletjes van
de farcie en legt die in gaar gekookte
koolsbladen, vouwt ze dicht, wikkelt er een draad
om, en laat l % uur zacht koken in bouillon
Men presenteert sauce Tartare by' dit gerecht'