Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAW».
No. 1349
Inderdaad bezit dit Museum voor Kerkelijke
Kunst en Oudheden schatten, die het door
menig ander Europeesch Museum, zelf» door
den Loucre, met recht worden beuy'd.
Reeds dadelijk in de eerste zaal, die de
handschriften en de miniaturen bevat, toonde
Mgr. van Heukelum ons een Evangeliarium van
den heiligen Lebuinus, den Christen-zendeling
uit Ierland, die omstreeks de 8 te eeuw te
Deventer arbeidde. Weikelyk bevat het hand
schrift initialen in den zuiver Keltischen
versieringsvorm van grillig door n gevlochten lynen.
Latere vereerders van den heilige gaven aan
deze kosibare reliquie een niet minder kostbaar
omhulsel. In de 13de eeuw werd er namelyk
een zware houten band om heen gelegd. Dezen
overtrok men met plat geslagen goud; op dit
overtrek bracht men een kruis aan van fijn
gondsme 'dwerk, en plaatste tusschen de armen
van het kruis vier plaatjes van suft werk in
ivoor, de vier evangelisten voorstellende, en op
zich zalve weder merkwaardige proeven van
Byzantynsche kunst uit de l He eeuw. Als
ware de versiering nu nog Biet ry'k genoeg,
bevestigde men langs den rand stukken berg
kristal en onyx die blijkens de daarin geboor ie
openingen vroeger hadden gediend voor de
kettingen en halssnoeren, zooals de oude Kelten
die plachten te dragen. Diezelfde versiering,
bovendien nog afgewisseld met tal van antieke
gemmen, vindt msn terug op den band van
een daarnevens liggend E angelistarium, zooge
naamd van den heiligen Antridi. Deze
frontaalband, uit de 12de eeuw dagteekenend, is nog
byzonder merkwaardig om de daarop beveiligde
vier cirkelvormige p'aatjes van zuiver
Byzantjjnsch email cloiso/étiéof cellen-email. Deze
kunst, toenmails in het Westen nog onbekend,
bestaat in het bevestigen op een gouden of
koperen plaat van n'jr.e opstaande goulen ran
den, die verschillende lijnversieringen aangeven
en wier tusschenruimten worden gevuld met
gloeiend gesmolten glas van verschillende kleur,
terwijl zij, wanneer de plaat ca afkoeling wordt
gepolijst, als fijne omranding der verschillende
kleurpartijen zichtbaar blijven. De vraag naar
deze kunstvoortbrengelen was in de ouiheid
zeer groot. De sierlijke kleine plaatjes werden
door de goudsmeden verwerkt op kelken en
altaarsieraden, door de borduursters gehecht
op plechtgewaden en myters of wel zij werden
vo ger s aloud gebruik eenvoudig tot snoeren
en halskettingen aan n geregen. In dien
vorm kent het Hooglied ze reeds; ze worden
daar m'jlmae genoemd, wat men later vertaalde
door: moleasteenen. De inhoui van dezen
band is een handschrift uit de l Ide een», welks
tekstveraiering duidelyk wy'st, (reeds door het
meer gebruinde ly/.e der figuren) op den invloed
der Byiantu'nfche kunst. Het is dan ouk afkom
stig van het hof van keizer (Xto II, die eene
Byisanty'nsche prinses huwde, in wier gevolg
vele kuustenaren mede overkwamen en in
Duitschland als het ware eene schtol stichtten.
De voortgaande ontwikkeling der kunst van
verluchten geven andere vitrines gevuld met
tal van gebedenboeken en missalen (waar
onder een bly'kens de inscriptie afkomstig van
bi^chop David van Bour^ondië), Vooral die
uit het tydperk der Gathiek bezitten nog eene
groote bekoring door de heldere kleurenpracht,
de fijne afwerking der bloem en dieifiguren,
het le/endige der compositie. Dat in deze
miniatuurkunst het begin ligt der schilder
kunst, dat de meeste oude schilders als
miniaturisten zjjn begonnen, komt
duidelyk uit in de schilderstukken, die de wan
den dezer zaal versieren. Meeit zijn liet
prosven uit de school van Siena, van oude
Italiaanse hèmeesters uit de 14 ie eeuw, ala
Lippo. Vacni en P&olo di Wen. Daarnaast is
uiterst merkwaardig een stel geschilderde altaar
deuren met tafereelen uit het leven der Heilige
Maagd en afkomstig van de oude Keulsche
school, die omstreeks 1380 bloeide. Zeer
duidelyk is op dit stuk ca te gaan, hoe composi
tie, gelaatsuitdrukking het werk waren van
den meester zelf, terwjjl achtergrond,
drapeerirjg der gewaden en andere détails bleven
overgela'en aan de onder zy'ne leiding arbei
dende gezellen. Die meesterhacd komt dan
vooral uit in de portretten der schenkers van
verschillende altaarstukken, die, meest op de
zijdeuren aangebracht, met groote vocrlidde
«y'n behandeld en die zoo vol uitdrukking en
vol leven zijp, dat men voelt, dat ze moéten
hebben geleken. Van groote kracht in dit
opzicht zy'n de portretten van Jan van Scorel
(omstreeks 1530) waarvan hit museum er riet
minder dan vr^t' bezit. Ook van anderen dier
oude meesters vindt men hier menig meester
werk, zooals van Jacob Cornelisz van
Oostzanen (bloeide 1500?1533) en van zijnen leer
ling Joost van Cleef (1490?1544), den
ongelukkigen, waanzinnig pestorven kunstenaar,
wiens monogram eerst kortelirgs werd vastge
steld en wiens levendige, kleurige, innige voor
stelling der Aanbidding van de Wy'zen uit het
Ojsten iets hoogst aantiekkelijks heeft. Zelts
van oud F. atsche schilderkunst bezit men te
Utrecht een exemplaar, zoaals men dat in den
Louvre tevergeefs zal zoeken. Iii 't oogvallend
is ook by' oppervlakkige beschouwing van dit
stuk het groote verschil in typeering (usschen
de Hollandsche en da Fransche kunst in die
dagen reeds.
Da derde zaal van het museum bevat in
hoofdzaak kerkaieraden van edel en onelel
metaal. Enke'e daaraan werden door Mgr. van
Heukelum uit de kasten genomen en getoond.
Zoo een klein reliquie kas'je, gevonden in de
Betuwe en waarschijnlijk afkomstig uit de
keizeilijke Palts te Nymegen. Hat kleine
veorwerpje, nauwelijks een halven d M. lang en
een kwart d.M. breed en hoog, is vooral merk
waardig als een der weinige in gansch Europa
bekende proeven van verrottrie. Dit was in de
dagen van Karel de Groote eene poging tot
navolging van het ByzartijnschenHaiZc/otsowtje.
Dit Westersche werk geeft deze techniek nog
in allen eenvoud te zien ; de rrnden, die de
vlakken begrenzen zijn nog breed en hoekig;
de vulling bestaat eikel uit gespleten robynen.
Voor de geschiedenis der emailleerkunst is een
stuk als dit van het hoogste belang. Van veel
grooter volmaking reeds op dit gebied, maar
in hun soort ook minder zeldzaam, zyn een
ander reliquie kastje en een bisschopsstaf van
email chanip leréof email de Limiiges, waarbij
de achtergrond van op eene metalen plaa' ge
graveerde figuren werd uitgediept en daarna
weder met email gevuld. Zeer te bewonderen
in deze afdeeling is ook een massief koperen
processie-kruis krachtig en breed van bewer
king en stout van opvatting, daar het den
triomfeerenden Caristus aan het kruis weder
geeft : de doornenkroon vervangen door den
keizerly'ken diadeem, in plaats van het arm
zalig lendenkleed eene ry'kversierde tunica en
met opgeheven hoofde uitroepende: het is
volbracht!
Na schilderkunst en metaalbewerking kwam
de borduurkunst aan de beurt. De schoonste
borduursels van heiligen en martelaren waren
volgens onzen leidsman afkomstig uit de
Haarlemsche school. In de Spaarnestad moet die
tak van kunst byzonder hebben gebloeid. Het
verschil in uitdrukking der gelaatstrekken, de
fraaie drapeering, de eiele s'anden, de gevoel
volle groepeering dier kleine fijuren op hunnen
gouden achtergrond lokten tot stilstaan en
vergely'ken en telkens hernieuwd bewonderen.
Maar er was nog meer te zien en de tijd was
beperkt. Wy' moesten onzen leidsman volgen
naar de aangrenzende zaal, die met beeld
houwwerken is gevuld. Mees' waren het houten
beelden, veelal nog de spo-en vertoanende
hunner vroegere polychromeering en evenals de
geborduurde heiliger,figuren uit het tydperk
der Gothiek vol diep gevoel en hooge bezieling.
In al hunne geschondenh id blijven zij indruk
wekkend, die liefelijke kindergestalten, die
peinzende Midonna's, die vrome aanbidders.
Een museum van Kerkelyke Kunat, verklaarde
Mgr. van Heukelum, is eigenlyk een mu:euin
van alle takken van kunstnijverheid. Er is er
niet n, die de kerk zich niet dienstbaar heeft
weten te maken en in het Aartsbisschoppelijk
Museum zijn ze dan ook vry wel alle vertegen
woordigd. Zoo is de bovenzail in hoofdzaak
gewy'd aan voortbrengselen der textiele kunst,
aan overbly'faels dier oude zy'ien stoffen uit
Byzantium aangevoerd en zoo kostbaar, dit zij
in notariëele acten van overdracht werden ver
meld met uitvoerige bejcirryviDg de.-patroonen;
pa troon en, die meestal bestaan uit paarsgewijze
naar elkander toegekeerde dieifijuren binnen
cirkels of veelhoeken besloten. Sommigen dezer
zeldzame relieken was de gereconstrueerde
teekenirg van het patroon ter verduidelyking
by'gevoegd. Op de oude Bysanty'nsche weefsels
volgden de goudbrocaten, de Genu esche en
Venitiaanschs flaweelen stoffen, het U;rechtsch
trijp of velours d'Utncht en de passementwerken,
waaronder een stuk haute-lisie d'Arras, zooals
men dit in het Mineurn te Arras zelf tevergeefs
zoude zoeken. Verder volgden nog da galons,
de franjes, de linnen danasten en de kaïtwerken.
Tristes débris noemda onze leidsman by her
haling de stukken, die hy' ons met zoo groote
voorliefde vertoonde. Triates débris. Ea inderdaad
er is iets tragisch in deze kunstwerken, die
eens de uiting waren van den volksgeest, die
een onmiddeUyk uitvloeisel waren van wat het
volk voelde en da''ht, hoopte en vreesde, die
een wezenlyk bestanddeel waren van het
religieuse en inteUectueele leven van hunnen tyd,
hier te zien weggeborgen in de stille, zwijgende
rust van een museum. Toch is het niet enkel
van v;rvlogen dagen, van voorbijgegane kunst
vormen, dat zy tot ons ppreken. Getuigen van
een schoon verleden hebben nog eene roeping
in het tegenwoordige. Verzamelingen als deze
oefenen grooten invloed uit op de kunstontwik
keling van een volk. Toen Mgr. van Heukelum,
naar Zy'n Eerwaarde or.s verhaalde, voor nu
veertig jaren een eerste begin maakte met den
aanleg van dit museum, leef Ie er in U recht
nog slechts een enkele beeldhouwer. Sedert is
de liefde voor de versierende, voor de kerkelijke
kunst steeds stijgende geweest en daarmede het
aantal, het gehalte harer beoefenaars en met
came in de oude bisschopsstad. Voor dezen en
voor velen van buitenaf werd het
Awtsbisschoppely'k Museum te Utrecht een ryke goudmyn
van motieven en modellen, tot zelfs voor de
linnen-fabrikanten in Noord-Brabant. Thans
wordt te Utrecht niet alleen voor
binnenlandsche behoeften gewerkt, ook voor bet buitenland.
D3 laatste groote werken voor den Dom te
Keulen, een stel bronzen deuren, eenige ge
schilderde glasramen, werden hier uitgevoerd.
Een deel van de restauratie van den Kathedraal
te Bonn is mede Hollandsen werk. ZJQ is, wat
eertyds werd gedacht, gewerkt, gevoeld, nog
altijd een bron van levensuitingen in het tegen
woordige en in de toekomst.
JOHASNA W. A. FABER.
Een merkwaardig toet.
WILHELM HEGELER, Ingenieur Ilorstmann.
I.
Het aantal boeken, dat j nrliks door vlijtige
uitgevers in de magazijnen der dik «els be
klagenswaardige boekverkopers wordt opge
hoopt, is verbijsterend. Voor hem, die op de
hoogte wil bly'ven van het (betrekkelik weinig)
belangrike uit die stapel, valt zelfs als hy
doelmatig weet te sch ften zó veel te doen,
dat de literatuur van 't eigen land hem de
handen al vol gesft. Gelegenheid om zich met
de letterkundige voortbrengselen van naburige
landen vertrouwd te maken, blijft hem al heel
weinig over, en voor zover hij ercan kennis
neemt, leidt hem het toeval, de kroniek in het
een of ander buitenlands tijdschrifi 4at de «por
tefeuille" hem brengt, of de stem der reklams.
Tientallen uitstekende boeken bereiken r.ooit
zy'n leestafel, de namen van hun schryvers
dringen zelfs niet tot hem door. Hij moge
hierin berutten men kan immers niet «alies"
lezen -?toch ^al het hem een vreugde ??olie
gebeurtenis zy'n, wanneer de omstandigheden
een hem tot dusver orbekend buitenlands
schry'ver introduseren, wiens weik ver boven
het alledaagse blijkt te staan.
II-t lezen van Wilhelm Hegeler's «Ingenieur
Horstmann" was voor my' zulk een gebeur
tenis, en ik twy'fel niet of dit boek zal snel en
gemakkelik zy'n weg over onze grenzen wsten
te vinden. Het hieronder volgende zij op die
weg een woord van geleide.
II.
Eet is een gevaarlike orderneming, de waarde
te willen meten van een letterkundig werk. Han
digheid en roetine hebben in deze dagen
zulk een verbazende hoogte bereikt, dat zelfs
een kundig en geslepen kritikus tiet zelden
voor goede literaire kunst houdt, wat later
een ui stfkend soort surrogaat blijkt te zijn.
Toen Buffon, bij zy'n intreerede in de Académie,
zijn »le siy'e c'est l'horame" uitsprak, merkte
een spotter even geestig als boosaardig op:
«zouden er werkelik zó/eel slechte niesen
zy'n l" ER de boutade was niet kwaad. Maar
zonder te willen beweren, dat de mensen zicb,
als zodanig, sedert Butï'in zo duchtig verbe
terd hebben, meen ik toch te mogen volhouden
dat er tegenwoordig heel wat. ook middel
matige, lettermannen een verbhifend goed, lenig
en, als 't todig is, krachtig taalgeluid weten
te ontwikkelen. En het is zelh niet alies
louter uiterlikheid, louter roetine, wat er aan
die mensen is. Ook doorléeid hebben ze heel
wat, moeielike ty'den mee doorgevochten, hun
individueel lot, in de schaduw van grotere
mannen, met moed, en niet zonder rutlig te
zijn, gedragen. Ze konden verdienstelike mensen
zyn, en als zodanig st.rven, wanneer ze niet
de fout beginnen zich nu geroepen te gaan
voelen tot het schrijven van tweedelige romans.
Met open oog en oor door het leven te zijn
gegaan en z'n stijl van de laatste burokrathmen
gezuiverd te hebben, wil nog niet zeggen artiest
te zyn.
Goethe sprak: «Den Stcff sieht j dermar.n
vor sich ; den Gehalt fi ,det . ur der, derelwas
dazu zu thun bat, and die Farm iet ein
Gsheimniss der Meister." Zoals al dergelike
uitspraken, is ook die van G >ethe geen resept
voor artiesten, maar een leiddraad voor kritisi.
Langs die draad loopt de wag, die over het
surrogaat naar het onvervalste voert.
G3en »homme de lettres", geen handig
»arrangeur" maar een werker, die alle moderne
middelen van leveusweergave in artistiek even
wicht wist samen te brengen door ds kracht
van een volmaakte techniek: zoo leren we
Wilhelm Hügeler kennan in zyn ingenieur
Horstmann". Da kritiese beschouwer vreest
geen ogenblik zich in de waarde van dit boek
te zullen vergissen; zoeven hebben verblin
dende handigheid en bekorende schittering
van Franse lettré's hem een wy'l baduizeld,
zodat 't kiezen tussen schijn en wezen hem
schier onmogelik werd in het werk van
deze Duitser echter is alles onvervalst en
soliede, kan niets aangezien- worden voor iets
anders dan 't zy'n wil. Wie er in zoekt naar
«stemming", bekoring, naar klanken zoals die
ons oor alleen in van het leven losse stilte
bereiken hy' zoekt vergeefs. Hageler neemt
ons in zy'n boek mee naar 't slagveld van
menselike hartstochten, brengt ons midden in
't dichtst gewoel. Zyn onverbiddelike
levenswaarheid is zy'n grote eigenschap.
III
Hat inzicht, dat niets of niemand uit zich
zelf bestaat, noch beschouwd kan worden
buiten verband van andere dingen en personen,
dat integendeel alles een wording is in het
wordende, onverbrekelik geketend aan het
schynbaar verward tot een geheel verbonden
Al dat inzicht heeft in da latere jaren
de kunstenaar tot een ruimer bezien en waar
deren van het leven geleid, en zodoende
tot een rijper en inniger kunstvoortbrenging.
Het lot ?an de enkellicg heeft
belangrikheid voor hem gekregen, en wel de
belangrikheid van een histories produkt. A in de vor
ming van dit produkt ia gearbeid door een
lange ry' konkrete oorzaken, die in het verre
verleden wortelen, en elk nieuw ty'krak model
leert er aan voort. Wat vroeger nauwelika
gezien werd, boeit hed^n; het ia of nieuwe
mensen met nieuwe gedachten zich naar omhoog
geworsteld hebben, of brede, nieuwe
mensenscharen aan het oppervlak der historie zijn gere
zen zó verhelderd, zó verbreed heeft zich het
zien van de moderne kunstenaar. Zijn denken
wordt in nieuwe banen geleid, tot nieuwe
beeldvormingen geprikkeld
Hegeier is een van hen, die in elk individu
de samenhang zoeken met het Al, die de
krachten te peilen pogen, welker samenwerking
de richting van elk ?Emzelschickïal" bepaalt en
voortdurend wijzigt. Hy ziet de mens als
onderdeel van een wel is waar sosiaal ver
deelde, maar naar hogere moraal or.verbrekelik
tot een geheel verbonden mensheid, en de
steeds intensievre aanraking tussen da
maatschappelike klassen wy'st hem op de steeds
groter wordand"} ontnogelikheid om een
»Einzelschicksal" te kunnen verklaren buiten het
verband met zy'n milieu. Onze ty'd is er een
van nivellering, ineenvloaiing, en daarom een
van stry'd en botsi/g, waaruit telkens opnieuw
«ainzelseelische" tragiek ontspringt
Zu k een tralies tema ontwikkelt Higeler's
roman, die derhalve een stuk tyigesehiadenh
vormt, dat bestemd ia voor meer dan an
mensenlsefiy'd de aandacht te trekken van
ieder die zyn tyl ter harte neemt.
»Ea fragt der Geist nicht, wo er wehen soll,
aus oiederen HüMen fa'irt er oft mit Brausen"
deze woorden van Schiller zouden het boek
tot motto kunnen dieren; en wat de tragiese
kern betreft, telkens doet deze aan de grootse
oude legende van Simson en Delila denken
hoe vrouwenli»t minnenkracht verwon . . .
Ingenieur- Hjrttïianr, de hoofdpersoon uit
de roman, i< een reuzei fi.juur. Een
belfmade man. Hij, de arme, onbeschaafde zoon
van een smid, heeft door een tosval eens de
eenzaamheid van zijn Wupperdal verlaten, en
een spoortrein gezien. Hat snuivende, snel
lende monster hcf-ft zy'n ganse danken an
richting gegeven. Nu wil hy ook »S-j'n E
senbahner" worden. >Wia irh'a mache, weisz ich
nicht. Aber ich mach'»". Die drie laatste
woorden zetten zich in hetn vast, vergroeien
met hem, worden zijn karakter-zelf. Met esn
woedende wil »echt bij zich door alle tegen
spoed heen, door nood en ontbering Waar
anderen de byl er by' neerleggen, daar grypt
hy te steviger vast, en zyn roekeloza wagonj,
die geen bkrupules, alleen het tteeds opnieuw
ontwerpen van ongehoord stoutmoedige plan
nen kent, brengt hem van laag naar hoog,
van armoede tot rijkdom.
Maar deje blinde drang naar zijn doel heeft
tot nu toe héol zyn leven gevuld »Ein plumper
Il-ese, ist er durchs L?ben gestampft, in
biindem Tnateniirargo''. II.it genot van te leven,
het zuiver materieel gsnot, het verlargen naar
weelde, raar stiller geluk hy heeft het opge
spaard tot 't ogenblik, dat zy'n geboortedorp
hem, de kieioe, or.betektmende bosrerj >rgen,
als groot, beroemd man zal zien terugkeren.
Want: »ias war die Chini're, der er ail die
Jahre hindurch mit zühem S^ammn nachbing".
En het droombeeld wordt verwezenlikt: de
Slaat draigt heia de bouw van een
spoorwpgbrug op bij zy'n geboortedorp L'uingen. Met
n geweldige boo . zal zijn brug het diep
ingesneden Wupperdal overspannen de
stoutste, hoogste brug van Duitsland Hij pakt
aan. Dit weik zal de kroon op zijn vijftig j irig
leven zijn; de herinnering ook aan meri^
brutaal, twijfelachtig bouwwerk van vroeger,
onbeschaamd-geniaal in elkaar gfflinst, zal er
door uitgewist worder. Nu niet meer een:
»vat lach ik om do regels der kunst ik
iraa'f 't, het doet er niet toe hós!'; Neen, een
monument zal bij zich stichten, een uiterlik
ereteken voor zijn eigen kunnen, een teken
van troost voor lyden van eertijds. Meer dan
ooit overziet fcij nu da veelheid van
mogelikheden, die er voor een man als hij te gry'pen
liggen. Er is geen grens meer voor hem ook
het ardare deel van zy'n lerensdroom wil hij
nu vervuld zien : het smachten van een een
zaam man naar een vrouw, die schoonheid en
levensvreugde in zijn eenzaamheid brengen zal.
IüDü'seJdorf, waar hij da bouw van zy'n
brug voorbereidt, leert hij het meif-ja kannen,
dat hem, de plompe, onbehouwen
man-vande-daad verblindt met da glans van haar
veilij de schoonheid. Geweldig als al zijn
uitingen stort ?ijn liefde zich op de schoone
Anr:a Di'nbach, de dochter van den gestorven
K-gieruigsrat En de smidsjorgen, wiens vader
wegens een doodblng in da gevangenis stierf,
d8 lelike ruwe vijftiger tnet de stierennek,
wordt de verloofde van da elegante, in de
bedwelmende balzaal-atmosfeer opgegroeide
Anr.a Du bach. In hem heeft het oer-instinkt
gesproken, de goedmoedig brutale kracht van
het mannelike in baar de lenige
kattensluwheid van dft vrouw (üe tot elke prijs een
uitweg icekt. Want als Ilorstaahn haar't eerst
ontmoet, schijnt voor haar en haar moeder
elke uitweg afgesneden: de schulden hebben
zich opgehoopt, de deurwaarder is in aan
tocht, de laatste druppel olie ia opgebrand-als
de bezoeker heengaat. Er cüt redding dagen,
wil Anna blijven schitteren, uitgaan, dansen,
lachen, wil ze blijven léven dus. En Horstmann
brengt de redding.
De geschiedenis van hun huwely'k verhaalt
de val van een reus. Ling voor Horstmann
het vermoedt, knagen lichtschuwe machten aan
de wortel van zyn geluk : ny'd, hebzucht, haat.
Als hy' begrijpt, boa breed de kloof is die
tussen zy'n vrouw en hem bestaat, is het te
laat om die te overbruggen. Z'jn
wereld-vanarbaid ligt gescheiden van haar wereld-van
genot. Voor hem is zij de vrouw, die hij zich
gedroomd heeft: van wie de glans der schoon
heid, da bedwelming der zinnen uitgaat
maar ook de vrouw die hy, op zijn ruwe,
bruut-goed moedige manier, liefheeft; voor haar
is hy' alleen de man die haar door zy'n fortuin
terugleidt in weelde en genot. Haar moeder,
de veraraide wadawe van de regeringsraad,
door de speelduivel bezeten, bezit die gevaarlike
vronwansluwheid, waardoor een man als Horst
mann, die geen zijwegen kent, tienmaal over
bluft wordt eer hy 't weet; met yzige zeker
heid zat ze haar intrigante berekeningen door
tot ze elke pennisg van H )rstmann's fortuin
naar zich toe heeft geschraapt.
Da strijd tussen deze beide partyen, de taaie,
vreselika worsteling, waarin de eerlikheid van
de robuuste boerenzoon het moet fl'ggen
tegsn da huichelary' en de gewetenloosheid van
een bedorven en verrotte k'aase genotzoekers
die stry'd wordt door H^geler met aangrypenda
kracht geschilderd. Alle gebeurtenissen ont
springen een vaste, duidelik aangegeven basis ;
nergens verwarren zich de talrike draden waar
uit Hegeier zijn gekompliseerd weefsel samen
stelt; elke ecèie die by opzet heeft een bepaald,
scherp om'ijnd doel, een verklaarbare oorzaak
en de noodwendig te verwachten gevolgen.
j Mat yjervajte zekerheid ontwikkelt zich de
tragedie raar haar logies einde.
(Sht vo'ift) J TERSTEF.H.
NIEUWE UITGAVEN.
L°es- en taalbiek voor Hoogere Burgerschool
en Gy nriasium, Normaal- en Kveekschool,
door J. II. VAN DEN BOSCH en J. L C A. MEIJER,
darde deel voor kl. 3. Utrecht, Kennink.£ Zi.
Ethitclt Tantluï-me. Een studie, door P. H.
HUGENHOLTZ JR. Amsterdam, Van Holkema &
Warendoif.
l Eappuit dir Raadscommissie in zake de
j wik- en weegloonen te Alkmaar. Alkmaar,
S:oomdrnk A. Kusters.
l De Ecis naar ILdonië, door RIGA GELMI.
, Ansterdam, S. L. v. Looy
' Kinderspel en Kinderlu^t in Zuid Nederland,
i door A. IIK COCK en Is. TEIRLIÏCK. B.kroond
door de Koninklijke Vlaamsche Academie voor
taal- en letterkunde Tweede deel. III
Dansspelen. Gjrit, A S ft';r.
i Het Cnribtulyke 13 iib.%rendom in Europa.
Uit het Duitsch vertaald door Dr. Louis A
BaiiLKR. lüaricum, drukkerij »de Vrede".
i »Volks Ivnderbibliotheek van Nellie." Dl
wtt is: Lufile, verhalen voor de ry'perejaugd.
Rotterdam, Masereeuw & Bjuten.
! Sprokkclingen op Uchnisch hyg''ïnvc\ q^bled,
door J. V.'.N DER L/BEOGEN Bunüel II
S:hoolby^iërie, Nijverheidsby^iëne, Vochtige huizen
en Grondwater. ZiltDommel, H. J. van de
Garde & GJ.
i Inhoud van Tijdschriften.
i Tydrchrtft <:an het Koninklijke Nederlandsche
Gtnoi/tseli'tp voor Mtint- en l'^nninykande.
'2 t Afl : Njder)andsche penningen 1861?1898/
deel II 1879?1880, door W. K. F. Zwierzina.
I its over Dockumer historiepenningen, door
S. Wiegersma Hz'. De munt in de voikataal,
door J. E. ter G juw. Bjuwstoffjn voor eane
geschiedenis van het G3ld- en Muntwezen,
Instructies voor de Dordtsche mnntmeesters
van November 1520, door F. Galand.
GiiDengde Berichten.
'J'lal en Letteren. 4j Afl : J. II. van den
BjschjMjthadologie van het moedertaaljnderwy's
in de eerste klasje H B S en Gymnasium.
Dr. G. Ergels, Uitgaven van de Génestet'a
i dichtwerken. Dr. A Bjrgeld, Aristoteles
en Poyllis ??Boekaankondiging enz.
Tijdtchr-ft roor to'gepuste Scheikunde en
JJyjiene 4e Afl : Iviolzuurbepaling in verbran
dingsgassen, door J. Kutten. O-er
koolzuurbepaling in lucht, door E. H Ekker. De
zuivering van ois drinkwater en de sterilisator
Silvator systeem Vaillard Deaoiaruux, door
dr. H. J. Taverne. Het Suikerlaboratorium
der R jkslandbouw-ichool, door J. II Aberson.
Een woord ovar het keuren van levensmiddelen,
door dr. G. H. L'ignea Bakhoven. Iets over
het keuren van tarwemeel, door dr. G. H Loign.es
Bakhoven. Korte mededeelingen enz.
Ue L"i:ende Natuur. 2i Afl : Mijn mooiste
zandkuil, (met 11 ill.), door Jac. P Ttty'ase.
Ornithologische reisherinneringen, (tnet l ill.),
door mr. U. baron Snouckaert van Schauburg
Biologische Cjllecties, I, (met 4 ili.), door B.
Bom. M:iaèdepalm, (met 1G ill ), door M. J.
Blijdenstein. Adder Statistiek. Vragen
en korte mededeelingen, (met l ill.)
Eit/tn Uawd. No. 18: Een Dtveper, door
A. l'L'aux, Ilf. Melchior Treub, een korte
levenschets, door dr. J. P. Litsy, met af b.,
(ïlot ) De Koniiiklyke Trein, aangeboden
aan II. M. Wilhelmir.a, Koningin der Neder
landen, door de Hollandsche Ijzeren Spoorweg
maatschappij en de Maaatschappy tot Exploi
tatie van fctaatsspoorwegen, door ,1 II. H., met
afb. naar foto's van den heer C. E. Müjjle te
Rjtterdam. Hat vijf en-twintig jarig bestaan
der Nederlandsche Koorvereeniging, door W. F.
Loman. Feuilleton.
CORRESPONDENTIE.
Boeka's boek werd reeds besproken.
Aiiislenljiinseli Oii(lersk'iiiiiii|j;s-(i<)iiiilé.
Vele zyn de uitingen, die we in deze
dagen te hooren ? n te lezen krygen betref
fende de aan te riemen houding jegens de
slachtt fl'^rs der treurige stakingsdagen, stemmen
ten gunste van «ger.ade voor recht", raast
betoogen ter verdediging van zuivere ge
strengheid.
Wij wenschen geenszins het aastal dier
uitirgen te vermeerderen raet nog 2ene
orizerzyds, maar eenvoudig afgezien van eenige
oordeelvelling een beroep te doen op ieders
medewerking tot wat ons voorkomt te zy'n een
eis ;h van menschelyk meegevoel zondermeer:
tot gehielijken eteun voor tal van gezinnen in
onze gemeente, waar gebrek reeds heerscht of
voor de deur staat, steun om hen in den
allermoeilyksten ty'd altyd eenigazins tegemoet
te komen.
lader moge het «schuldig" of »niet schuldig',
over wie de daal bedrever, uitspreken naar
eigen verantwoording, niemand, die helpen
kan, zal lydeJyk willen aanzien de ellende,
waarin dan toch ontegenzeggelijk tal van
onschuldigen (denken we maar alleen a in de
kinderen) zyn meegesleept.
Dringend roepen wij daarom aller kracht
dadige hulp in tot steun aan de slachtoffers
te Amsterdam, bijdragen worden litfst spoedig
ingewacht by' de 12 Jaatst ondergeteekenden,
die zich gaarne belasten met uitreiking der
gelden, waar die het dringendst noodig zullen
blijken, daarbij rekening houdende met de
uitkeeringen door andere bestaande comité's
van wier weikzaamheid zy' zieh op de hoogte
bly'ven stellen.
Dr. J A. Bsijerman.
Mr. II. J. Biederlack.
Mej E. Boissevain.
P;-of W. Brandt.
Dr. H. Burger.
Dr. J. Il Gunning Wzn.
Mr. J. ft. van Hall
Dr. H W. Heitisius.
Dr. C. W. Jnnsten.
Prof. C. M Kan.
Prof. Dr C W. Kerrkamp.
Mr. E. J. Korthals Altes.
Dr. Gornelia de Lange.
Prof C. A Libry de Bruin.
M?j. Hel. Mercier.
Mej Joh. ter Meulen.
M i-j S. G. F. Meyboom.
J E. van der P<=k.
Mevr. L. van der Pek?W .int.
Dr II P.nkhDf.
C G Pulvliat
Dr. P. H R tter.
Ta Binders.
L Simons.
Mfj. C. Tilanus.
Pruf I. M. J. Valeton.
P. van oer Veen.
N. Ver»luif>.
Mr. A'fx H. Wtrtheim.
C F A. Zernike.
P. II. Hagenholtz Jr., Willemsparkweg 12,
la Voorz. Comitévan Uitvoering.
J. A T.jurs, R izenstraat, O.is II lis, 2j Voorz.
Coaiilévan Uitvoering.
Mr. J Hmgst, Van Ea^hsnstraat 111, Secr.
Coraitévan Uitvoering.
H. Wtsrtheim, Ojateinde 14, la Pjnningmeester
Comité«an Uitvoering.
Mej. J A Hingst, Joh. Verhulstatraat 103,
21 Penningmeester Cjoiitévan Uitvoering.
H P. B-rlage Nin, Overtoom 3<i5
Dirk B Berends, P/insengracht 1089
P. van der Lian, Prinsengracht G3i.
M-j Hecriette v. d Mey, van Baerlestraat 28.
Mnvr. Sariders?Huidekoper, van Eeghenstr. 78.
Mej. C. P. Asperen van der Velda, Secret.
O.n.s Huis, Rjzenstraat.
Rseda lag ons blad geraed om ter perse te
gaan, toen wy bovenstaanden oproep ontvingen,
dien wy gaarne ondersteunen.
DiitiitiiitiiiimiiiiiiittitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiH
Reclames.
40 cents per regel.
TRADEMARK
PÜARTELL'S COGNAC,
Dit beroemde merk is
verkrfjgbaar bij alle Wijnhandelaars en
bi] de vertegenwoordigers
HnorMAXM «fc BIUJLVIKR,
Wijnhanüelaars te Amsterdam.
Mzen m af ? 2.50 per Flest!
lioofcl-Depó*
VAN
Dr. JAEGER'S CRJG,
K. F. DEÜSCKLB-BENQM,
Amsterdam, Kalverstr. 157
Eenig specialiteit in dts(
nrtikelfin in eohoel Ned«wl
Rijwielen zijn de beste voor ?125
met 2 jaar garantie.
Vraagt, gt illustreerden Piijtcourant aan de
Hoofdagenten
A. DRUKKER & Co., Amsterdam,
O. Z. Voorburgwal 24^ en 2H b d Damstraaf.
BISCUITS
zijn de fijnste.
Arnhem, Koaiaggplein.
VLEUGELS an PIANINO'S in Koop en in Euw,
Ruilen.
heeren.
GRATIS en FRANCO
verzenden wij naar alle
landen der aarde de
Lieuwe fraai gtïlustr.
Pracht-Catalogus,
met nwntters an onze
tegen alle klimaten
besiand zijnde Sport en
Rnüittiif/nn en echte
Liden voor dames en
l' lüllSC'HBEUti & Co, Uit'uien.