De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 10 mei pagina 5

10 mei 1903 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1350 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. m 6 Tabletten. ? Bollen m 6 Tabletten. IIIIIUIIIIMMIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIMMIIIIIIIIMIMMIIIIMIIIIIIIIIMIIIIMIIMIMIIIIIIIHIIMIIMIIIIIIIII UIIIIIIIIIIIIMIMIIIIIIIMIUIII iiiiniiiiiiiniiiiiiiiiMiiiiiiiiMiiiiiciiHiiiiiMiMMiiiiiMiiiiiiiiitiiiiiiiniiiiiiiiiiniiiiiiiiMiiiMiiiii.iitiiiiiinii VOOEl DAMEjg. imiiiiiiimiiiiiiiiiiimiiiimiiiiiitmiiiHiMiHmiiiiinMiiiiitiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiMHm Een nieuw arbeifiMil roor vrouwen in Amerika. De uitgebreide schaal, waarop in de Nieuwe Wereld reclame wordt gemaakt, maakt dat dui zenden bezigheid vinden pp dat gebied, maar tot nu toe zijn daar weinig vrouwen onder. Wel zijn vele van de opgang makende reclameplaten en de bijschrift*n daarvan, betrtkkicg hebbende op nieuwe soorten kindermeel of toiletzeepen van de band van vrouwelijke artisten, die haar kunst tot zoo iets moeten leenen om den schoorsteen te doen rooken, maar het geheele arbeidsveld is toch een van de weinige, waarop zien tot nu toe bijna geen vrouwen vertoond hebben. Toch is het volstrekt geen ongeschikt vak voor vrouwen en de enkele, die zich niet lieten afschrikken, hebben onbetwistbaar euccee. Een van deze is aangesteld als chef van de reclameafdeeling van een groot New-Yorksch modemagazijn. Een beschrijving van baar werkkring, ontleend aan Woman's Journal, geeft meteen een aardig kijkje op de eigenaardige eischen, waaraan handig reclame maken moet voldoen. De jonge vrouw van wie sprake ie, had zich eigenlijk voorgesteld een letterkundige locpbaan te volgen, maar haar bizondere aanleg heeft haar van zelf in het vak gebracht, waarvoor zij speciaal geschikt was. Haar eerste pennevruchten brachten baar niet genoeg op om van te leven en daar zij aardig kon leekenen, besloot cij te probeeren of dat talent haar brood kon verschaffen. Zij ontwierp modellen voor japotnen en zond die ter keuring aan een der grootste firma's. Haar teekeningeu trokken de aandacht van een der firmanten en deze vroeg baar illustraties te maken voor eenige reclame plaat jes, waarvan hij den tekst opgaf. Een door baar voorgestelde verandering daarin bleek zoo doel treffend, dat baar raad werd ingeroepen voor de bewoording van de advertenties der firma. Deze schenen sinds eenigen tijd geen invloed uit te oefenen op het koopend publiek. De waardige, tactvol opgestelde advertenties, waar door toen de oude vervangen werden, badden zulk een opvallend resultaat, dat baar, tegen ruime vergoeding, cpgedragen werd in 't ver volg zich met het stellen van alle advertenties te beiasten. Tot dien tijd had de firma een agent in dienst gehad, speciaal voor het maken van contracten voor aanplakbiljetten, het opzoe ken van plaatsen, geschikt voor 't aanbrengen van reclamemiddelen enz. Langzamerhand werd tij ook daarin geraadpleegd en zij trad met zoo veel tact en succes op, dat de agent weldra niet heel veel meer deed, dan met drukproeven en ontwerp-contracten tusscben baar huis en het kantoor der firma heen en weer loopen. Toen de chefs zich daarvan bewust werden, gaven zij den agent zijn ontslag, stelden een apart reclame-departement in, en gaven de administratie daarvan in haar handen. Sinds 4 jaar is tij daarin met den besten uitslag werkzaam. Het stellen van advertenties is betrekkelijk eenvoudig en door een mensch met gezond ver stand best te leeren. Maar ofschoon de woordenkens van groot belang is, komt het er nog meer op aan 't publiek te kennen en dat is iets, wat men bij intuïtie krijgt) en niet kan aanleeren. Voor iedere courant moet het woord of de uitdrukking gevonden worden, die pakken zal in den speeialen kring, waarin die courant gelezen wordt Ook veel zorg moet besteed worden aan het kiezen van de letters, want de zuinigste ruimteverdeeling moet tegelijk in toepassing gebracht worden met de meest in 't oog vallende. Met eenige oefening is dat ook wel te leeren. Dan moet er voortdurend voeling zijn tusschen de verschillende af deeling en van 't magazijn en 't reclame-departement. B. v.: het boofd der afdeeling Kant, wenecht een speciale etalage. De chef der reclame gaat de weervoorspelling na en raadt het af. Er wordt voor de volgende dagen regen voorspeld. Bij regenweer blijft het deftige publiek, dat kant koopt, thuis*, 't Is beter juist dan een goedkoop artikel te annon ceeren, dat de menschen, die op koopjes uit zijn, genoeg trekt, om ze over siecbt weer te doen heenstappen. De chef der reclame moet ook steeds op de hoogte blijven van groote en kleine publieke gebeurtenissen. Als de President ernstig onge steld is, jaat de Beurs naar beneden en zijn de vrouwen der euremanmn niet geneigd tot groote inkoopen. De tijd om de Christelijke en Jpodsche feestdagen heen, is niet geschikt voor uitverkoopen. Het seizoen oefent natuurlijk ook grooten invloed uit, maar te weten welke, is niet zoo eenvoudig als men denken zou. Bij 't eerste koude weer b. v. zijn aanbiedingen van hnishoudgoed op hun plaats, omdat vele families dan van buiten naar de stad terugkeeren en hun linnenkast moeten aanvullen. De chef der reclame moet zich verder op de hoogte stellen, welke afdeeling een bizonder steuntje noodig heeft, 't Gebeurt wel eens, dat degeen, die de goederen inslaat, ongelukkig in z'jn keus geweest is en het publiek niet van de waar gediend is. Die maar steeds niet verminderende voorraad moet dan op zulk een onweerstaanbare wijze aangeprezen worden, dat de menschen blij zijn, als zij er nog wat van kunnen machtig worden. De proeven der advertenties moeten zoo nauwkeurig worden nagezien, alsof 't verzen van Browning waren. Eén drukfout zou de firma duizenden dollars kunnen kosten. Er wordt b. v. lint aangeboden van 19 cents de Meter. De zetter maakt van de 9 een O, de font wordt over 't hoofd gezien en de firma verliest den geheelen dag 9 cents op lederen Meter, terwijl natuurlijk dat buitengewone koopje menschen bij scharen naar den winkel trekt. Het salaris van een cbef der reclame is hoog, bij is een der best gesalarieerde beambten. In sommige groote magazijnen krijgt hij 5000 dol lars, 2000 dollars is volstrekt geen zeldzaam heid voor menschen, die 't vak volkomen beheerschen. Woman's Journal beveelt dus aan de vrouwen zeer aan te beproeven, of zij er iets in kunnen bereiken, maar voegt er de waarschuwing bij heel voorzichtig te zij» met het inzenden van proeven van werk. Op geen gebied wordt zooveel gestolen als op't gebied der idet en. De gewetens schijnen bizonder ongevoelig, waar 't zulk een abstract begrip peldt. Daarom is 't altijd zaak, zich in persoon te vervoegen bij de firma's, liefst ook alleen bij eenigszins bekende en nooit iets achter te laten, waarvan op minder geweGschte wijze gebruik kan worden gemaakt. M. G. Gbetto in Londen geconsternefll Neiher Jtw nor Of eek. A Story ofJewish Social Life. By Violet Gnttenberg. Londen: Cbatto and Wiridus. Miss Gnttenberg heeft met bovengenoemden interessanten roman, niet weinig consternatie \eroorzaakt onder vader Abraham's trouwe nakomelingen in £ast End. Ofschoon zy haar verbaal betitelde: Jood r och Griek, is de strekking daarvan feitelijk, dat de doop toch maar het ware voor een Israëliet is. En dat staat de rechtzinnige joden niet aan. Ze zeggen: wij laten ieder zalig worden op de manier die zijne of hare ouders goed dachten en het zal ons niet in het hoofd komen, om den Christenen den Talmud als het boek der levenswijsheid op te driegen. Waarom dan maken de christenen zich zoo druk om onze bekeering en willen zij pertinent, dat wij zullen gaan leren overeenkomstig de leer van het Nieuwe Testament ? En die klacht der joden is gegrond. De korte zin van dezen roman is, dat de beide hoofdpersonen een kunstenaar met zijn stiefiuster, joden zijn, beide verliefd raken op en ten slotte huwen met Christenen. Het meisje, eene actrice, heeft aanvankelijk een engagement met een jongen israëliet, die haar niet om hare persoonlijkheid, maar om baar geld trouwen wil. Haar vader, een schatrijke Znid-Afrikaansche speculant die in hart en nieren Israëliet is, vindt hem, ofschoon hy geen duit in de wereld bezit, een geschikte par l ij voor zijn eenige dochter, omdat bij zuiver in de leer is en haar dus in het rechte spoor zal houden. Zij echter stelt het huwelijk gedurig uit, oneens met zich zelf wat te doen. Liefde gevoelt zij niet voor hem. En passend voor haar, een intellectueel en fijngevoelig wezentje, is hq, een weetniet wiens levensideaal niet verder gaat dan rijk worden tot eiken prijs, even min. Buitendien, haar hart behoort een ander toe. Maar, dat is een christen. En züweet, dat haar vader haar verloochenen zal en alle joden haar verachten zullen, wanneer zij buiten haar ras huwt. Niettemin, zij breekt ten slotte het ijs en geeft baar verloofde zijn congé, vervolgens vindt zij het Jndaisme te materia listisch en in het christendom dat idealisme, waarnaar haar hooggestemde ziel hunkert. Met den doop verbeurt zjj niet alleen haar vader lijk erfdeel, maar tevens de sympathie van al hare joodsche kennissen en vrienden, die haar verstooten en smadelijk met den vinger na wijzen als een >m'strumadas", bekeerde jodin. Zij draagt dat lot met christelijke gelatenheid en wordt spoedig daarna gelukkig door het huwelijk met den man harer keuze. Haar stief broeder was aanvankelijk tegen een vermenging van rassen. Maar ook hij doet de ondervinding op, dat liefde machtiger dan ras en geloof is. Hij huwt eene christin. Maar vindt het niet noodig, om zich eveneens te laten doopen en daardoor formeel afstand te doen van het geloof zijner Vaderen, naar welks regelen bij nimmer leefde. De sleutel van dit verhaal, dat miss Gnt tenberg tot een roman van 333 bladzijden uitspon, zit in de volgende woorden, waarmede zij sis het ware zoodanig gemengde huwelijken zegent: «Neither Jew nor Greek . .. united, made oce in Christ. No difference between the J«w and the Gentile, for the same God is God for bothl" Geen verschil tusschen Jood en Christen. Maar, vereenigd in Christus, niet in Mozes; in het Nieuwe Testament, niet in den Talmud. Diarop komt het aan. Daarom is de schrijfster haar hoog ideaal, dat liefde met ras nog rekening houdt, voorbij gestevend. En d;i;irdoor heeft zij zooveel consternatie in het Ghetto van Londen teweeggebracht. Zij heeft, onbewust en ongewild wellicht, de London Society for Promoting Chriitianity among the Jews een prikkel gegeven, om ijveriger met het armzalig werk van het bekeeren van arme joden voort te gaan. Deze vereeniging verheugt zich in een jaar lijks inkomen van ongeveer 35000 pd. st. Daarvoor worden jaarlijks nog geen 35 personen bekeerd, zoodat iedere bekeerling minstens 15.000 gulden kost. En van hoe groote zedelijke waarde zijn die bekeeringen? Miss Guttenberg illustreert ze, naar ik weet, volkomen naar waarheid in deze regelen: «Daar bestaat, ongelukkig, een klasse van lage joden meestal vreemdelingen die bereid zijn om hun geloof te verwisselen tot zij van alle sekten deel uit maken, zoolang daaraan geldelijke voordeelen verbonden zijn. Het zijn over het algemeen werkeloozen, per sonen die niet in staat of te lui zijn om werk te vinden; zoo azen zij op de verschillende zendings- en bekeeringsvereenigingen, die, in verkeerd geleiden ijver, hen met open armen ontvangen. In hunne materieele zoowel als in hunne geestelijke behoeften wordt voorzien en zij doen aldus de ervaring op, dat bekeering, althans tijdelijk, een voordeelig zaakje is". Mevrouw Beatrice Webb, kwam jaren geleden bij het bestudeeren der joden van Oost-Londen tot dezelfde conclusie, dat de arme joden alleen door materieele argumenten en over wegingen bekeerd worden. Zij schreef: >Men kan zich de verzoeking denken, waarvoor de poverty-stricken bewoners der overbevolkte sloppen van de joodsche stambuurten geplaatst worden. En toch, niettegenstaande het dadelijk verstrekte comfortabele levensonderhoud en de j schitterende vooruitzichten in de toekomst, is het aantal bekeerlingen onbeduidend klein, een feit dat et n belder licht werpt op de zedelijke vasthoudendheid van het joodsche ras." Het is wel merkwaardig, dat de bekeeringsijyer der vorengenoemde L. S. P. C. J., de ry'ke joden van West-Londen totaal ongemoeid laat. Of hebben die den medicijn meester niet van noode ? Men zou denken, dat er in het kamp der christenen mér reden tot v0rheuging zou wezen over de bekeering van n Rothschild dan van duizend arme, Foolsche paupers, die den doop allén beschouwen als een assurantie tegen verhongering I Maar hoe dit zy, de joden hebben reden om zich gegriefd te gevoelen over het feit, dat christelijke zendelingen in hu'n Ghetto dringen met geen ander doel dan om hunnen kinderen het geloof der vaderen te ontfutselen. Geen christen zou dat dulden l Londen, Nov. 1902. J. K. v. D. V. Pnantasie en waarheid. Al heet waarheid ook »het lichtste spel van alle", voor het kind is bet vrij moeilijk, waar te zijn, beheerscht als het is door de phantasie. Dat die heerschappij tot onwaarheden voert, blijkt wel het duidelijkst uit het spel van het kind. Daarbüstelt het een wild dier, een soldaat, een koetsier of wat ook voor, het bromt als een beer, marcheert als een oud gediende, rijdt-met stokpaard of stoel als de beste ruiter enz., in een woord, het blijft getrouw aan wat het voorstelt. Wordt het by het soldaatje spelen met houten geweer, sabel of dolk «gewond", het blijft onbeweeglijk lig gen, is de pop «ziek", de .dokter'' verschijnt en schrijft drankjes, poeders of pillen voor, enz.: het kind net het waargenomene om m spel en combineert dat tot iets nieuws. Die combinaties nu kunnen allerzonderlingit zijn (in het oog van volwassenen) het kind gelooft er onbepaald aan, iets, waarvan Busken Huet een aardig voorbeeld geeft, in zijn keurige studie Kinderboeken. Een jongetje van vier jaar moest enkele weken bij vrienden van zijn ouders doorbrengen en werd tatnurlyk op tal van lekkernijen onthaald, 's Middags ontving het geregeld zijn lievelingsgerecht, gebakken aardappelen, waarvan het eens (toen het 's mor gens het poten van aardappelen gezien had) een grootere portie vroeg, niet om dat alles op te eten, maar om een' deel te «poten", iets, dat ook werkelijk geschiedde. Eiken dag be goot het de gepote aardappelen, en het toonde zich in het geheel niet verwonderd, toen het op zekeren dag, dank zij de vriendelijke attentie zijner verzorgers, op die plaats een bord met gebakken aardappelen vond. Het achtte het gevulde bord een volmaakt natuurlijk verschijnsel. Het had gezaaid, het was dus billijk, dat het oogstte. Naar zulke voorbeelden behoeft niet gezocht te worden: wie er op let, wat en hoe het kind speelt, weet, dat het kind in de waarheid zijner combinaties gelooft, dat het das heel wat dingen zegt of doet, die in het oog van volwassenen, onwaar zijn. En niet slechts bij het spel openbaren zich zulke onwaarheden, bij het gebeele doen van het kind zijn ze op te merken: het kind praat tegen bloemen, planten of dieren, het gelooft aan sprookjes, het twijfelt niet aan Sinterklaas, enz. Die heerschappij van de phantasie is dan ook een kinderlijke trek, een eigenaardigheid, waarmede de op voeder heeft rekening te houden by zijn opvoedenden arbeid, door verdichtingen en j waarheid aan het kind te geven, door zich aan te passen aan de kinderlyke wijze van doen. Om invloed op het kind uit te oefenen, is alzoo aansluiting bij de kinderlijke wijze van l zeggen en doen noodig, terwijl verwaarloozing hiervan zeer zeker ook schade berokkent. De producten der kinderlijke pbantasie gaan n.l. vergezeld van tal van ethische gevoelens (medelijden, zorg, trouw, enz J, die voor de moreele vorming van bet hoogste gewicht zijn. Door echter het kind de werkelijkheid te geven, zonder meer, nuchtere waarheid (in het oog der volwassenen), die niet tot den kinderlijken geest doordringt, wordt het kind dus zeer zeker geschaad. En daarom gelde als regel: Geef het kind de waarheid, zooals het kind die tiet. * * * Intusschen, de phantasie blijft niet steeds heerscheresse; langzamerhand worden de pro ducten der kinderlyke phantsie onder de con trole der buitenwereld gebracht, langzamerhand wordt het verstand de baas, en in dezelfde mate slinkt natuurlijk het aantal onwaarheden, dat op Tekening der phantasie gesteld moet worden: na het 8e jaar is de phantasie in den regel onttroond. Is dit niet het geval, blijft het kind ook daarna nog als vroeger in zijn zeggen en doen, vereischt het bijzondere zorg, dan kan het n.l. | behooren tot de dolle plannenmakers of avon turiers. Is dat het geval (en uit hetgeen het zegt, blijkt dit wel), dan moet niet slechts gezorgd worden, dat lectuur, die tot zulke plannen aanleiding geeft, wegblijft, maar ook, dan moet op verstandige wijze tegen zulke plannen opgetreden worpen. Niet dus door die plannen uit de hoogte te veroordeelen, niet door ze te bespotten (dat bewerkt slechts, dat die plannen niet meer medegedeeld worden), maar door zich te houden, als wilde men dat plan uitvoeren en dan, geleidelijk op de moei lijkheden te wijzen. Alleen zoo wordt ook by hen de phantasie onder de heerschappij van het verstand gebracht. W. A. W. MOLL. KüDstbtaeD, Het begin van het zomerseizoen toovert niet alleen in tuinen, weiden en bosschen, maar ook op de lichte strooboeden der dames een overvloed van liefelijke bloemen en bloesems te voorscbyn. Die kunstbloemen zijn natuurlijk niet allen gelijk in waarde en voor een kenner is het gemakkelijk met den eersten oogopslag de goede soorten van de mindere te onder scheiden. Zooals algemeen bekend is, komen de fijnste en duurste kunstbloemen uit Parijs, waar tegenwoordig meer dan 7000 vrouwen in dien tak van kunstnijverheid werkzaam zy'n. Het aantal mannen, dat zich met het maken van bloemen bezig houdt is daarentegen niet hooger dan 700, om de eenvoudige reden, dat zij alleen gebruikt worden voor bet grovere werk, zooals het persen en preparoeren van de verschillende stoffen waaruit de bloemen worden vervaardigd. Het eigenlijke bloemenmaken geschiedt uit sluitend door vrouwenhanden en het is wer kelijk geen overdrijving wanneer men deze bezigheid een kunst noemt. Terwijl men vroeger by het vervaardigen van kunstbloemen de fantasie dikwijls de zonderlingste sprongen liet maken, tracht men tegenwoordig zooveel mogelijk de voorbeelden van moeder natuur te volgen en het werk van een bijzonder be gaafde bloemen maakster is dan ook dikwijls byna niet te onderscheiden van een levende bloem. Men gaat zelf j zoover, elke bloem haar eigen aardigen geur te geven, en dit is een van de oorzaken, dat kunstbloemen in den laatsten tijd ook weer als kamerversiering worden ge bruikt. Verscheidene der Parijzer bloemenmaaksters zijn niet alleen kunstenaressen maar ook ervaren botanici, die een ernstige studie hebben gemaakt van bet leven en de eigenaar digheden der bloemen en daardoor zelfs de meest verborgen schoonheden van hun voorbeelden weten na te bootsen. Eén harer heeft dan ook van den minister van onderwijs de vereerende opdracht ontvangen bloemen en bladeren te vervaardigen ten behoeve van het onderricht in de plantkunde op de openbare scholen Het meest gebruikte materiaal voor het maken van bloemen is een soort van fijn, gaasachtig batist, dat tnsschen zware ijzeren cylinders zoo glad en dun mogelijk wordt uitgerold. Door middel van ijzeren mallen van allerlei vormen en afmetingen worden hieruit de bloemblaadjes geslagen, die daarna met kleine pincetten in de een of andere vloeibare kleurstof worden gedcopt. Dit bad wordt zoo noodig herhaald, totdat de juiste kleurschakeering is verkregen. Donkerder tinten aan den voet van een blad, lijnen, aderen en dergelijke worden natuurlijk uit de hand aangebracht en wel met een zacht penseel van kemelhaar. Bij de goedkoope soorten is biervan natuur lijk geen sprake, de daarvoor bestemde blaadjes worden en masse gekleurd door middel van een machine. Bij de goede kunstbloemen wordt zeer veel zorg besteed aan de bladeren, die uit een op bepaalde wijze geprepareerde soort taf worden vervaardigd. Hiervan worden stukken van ongeveer een meter lengte en breedte groen geverfd, op ramen gespannen om te drogen en daarna aan n kant gegomd, terwijl de andere met groen styfselwater wordt bestreken. Om fluweelachtige bladeren te verkrijgen, wordt op het taf een dunne laag matgroen wolpoeder aangebracht. Als alles droog is worden de bladeren in den gewenschten vorm uitgesneden en van aderen voorzien. Wanneer nu ook nog de stengels zijn vervaardigd spreidt de bloemenmaakster haar materiaal uit op haar werktafel en begint aan het samenstellen van haar kunstwerk. Hiertoe bedient zy zich van een dik soort stijfsel, een penseel en een houten staafje om de blaadjes mee vast te houden. Vele bloemenmaaksters beperken zich tot een enkele soort van bloemen, sommigen maken bijvoorbeeld alleen rozen, anderen viooltjes, weer anderen >rouwbluemen" in zwart, wit en lila, of orchideeën, die in den laatsten ty'd zeer veel worden gevraagd. Artistiek begaafde en goed geoefende bloemenmaaksters zijn natuurlijk zeer gezocht en worden goed betaald. In de grootste ateliers werken gewoonlijk niet meer dan dertig blcemenmaaksters, waaronder altijd eenige .artisten", die het voorbereidende werk aan haar helpsters overlaten, doch het beschilderen, vormen en samenstellen der bloe men eigenhandig verrichten en er haar eer in stellen de lerende kinderen van Flora tot in hun geheimste bekoorlijkheden te onderzoeken en die zoo getrouw mogelijk na te bootsen in haar dikwijls zoo bekoorlijke kunstwerken. lllltllllimilMIIIMMItllMIIIIIIHIIIflIIIIIIIMIIII Modes. Handbouquetten. Blauwe balsaal. Eorte rokken. Schoeisel. Dr. Vassiliades. Dr. Schabanowa. De ongekende weelde in kleeding, door goeden smaak vernuftig in toom gehouden, gaat gepaard met een zeldzame sierlijkheid in bloem versiering. Men is niet uitgekeken aan de knnstvolle wijze, hoe bloemen en sier planten in feestzaal en op feestdisch worden geschikt. In de handbouquetten op bals en bij trouwplechtigheden gedragen, is ook een verandering ten goede gekomen. Wat bij Eddy's kroning als nieuwtje werd ingevoerd, ziet men nu allerwegen ; het dragen van enkele kostbare bloemen of bloesemtakjes, losjes en luchtigjes in de hand gehouden, als ware men even in tuin en serre gegaan, om een-en-ander te plukken vóór men naar de feestzaal reed. De bloemen der debutantes jonge meisjes in baar eerste uitgaan-jaar, zijn lelietjesvan-dalen, witte seringen en witte rozen. Lelietjes-van-dalen. Wy blijven in een krin getje geen «cercle vicieux" ronddraaien. Met lelietjes getooid ging ook grootmoeder als hél jong meisje, voor 't eerst ten dans. Strikken en kanten worden voor handbouquetten in de danszaal, zoo weinig mogelijk gebruikt. Natuur, niets dan natuur. Wat zou men beter wenschen ? In New-York heeft een dame haar balzaal «blauw-blauw" gelaten. Alles blauw. De wanden zy'n bekleed met donkerblauw fluweel, de gordijnen zijn van zacht-blauwe z\jde evenals de bekleedinjt der sofa's en stoelen. Stoelen, guéridons en buffet zijn in zeer licht blauw pastei geschilderd. Het geheel lijkt ons meer eigenaardig dan mooi. Een friscb zomertoiletje, door de Engelsche tooneelspeelster Violet Vsnbrugh, onlangs in een harer rollen gedragen, viel hij de dames zoo in den smaak, dat er in verschillende ateliers be stellingen van gedaan werden. Luchtig en elegant. Geschikt voor tennisveld, by golf en hockey; aardig om vóór drieën na dien tijd gebiedt madameMode groot tenne-wandelingen te maken langs het strand, door bosch en veld, te spelemeien op 't water, enz. Rok van cru linnen, gegarneerd met wit borduursel en grove entre-deux, van zooge naamd torchon. Ter weerszijden van de voorbaan, af hangende koordgarneering wit-en-écru. Blouse van cru batist opgemaakt met witte kant niet in stijl met de entre-deux van de rok. Blouse met valenciennes. Twee-, drieëilei soort kant wordt voor n toilet gebruikt. Een stalenkaart van kant is het nieuwste van 't nieuwe. Lederen gordel van scharlaken leer, met dito zijden das. Wat materiaal en tinten der zomertoiletten betreft, ziet men in Parijs niet veel verschil met hetgeen in den natten 1902-zomer werd gedragen. De garneering maakt de steeds gewenschte afwisseling, maar, die is dan ook tot een hoogte opgevoerd, dat men bij zich zelf overlegt: 'dit zal nooit overtroffen worden, mooier k£n het niet." Gezochte kleuren-combinaties, zijn mauveen-groen, wit-en-geel; het beker.de, altijd bevallige wit-en-zwart, vindt nog trouwe aan hangsters. In Parijs ziet men nu werkelijk korte rokken voor wandelcostumes. De korte rok, la trotteuse eischt onberispelijk schoeisel. Men beweert dat Fransche en Amerikaanscbe dames de korte-rokken-mode met vreugde aanvaard hebben, omdat die zich verheugen, in het bezit van mooie, kleine voeten. De oppositie kwam van Engelsche, Germaansche en Hollandsche zijde. Die allen leven op-een-grooten-voet, maar geven biervan uit bescheidenheid geen kennis. Voor schoenmakers breekt een goede tijd aan. Groote voeten kunnen er zeer sierlijk uitzien, mits schuil gaand in mooie laarzen. Hollandsche vrouwen leggen een onverklaar bare onverschilligheid aan- den-dag, ten opzichte j van haar schoeisel. Zelfs, verwijt men in 't buitenland onze lieftallige, jeugdige Koningin, dat zy in dit opzicht niet kieskeurig genoeg is! Dit bewijst, hoe Wilhelmina van Oranje ten voeten uit, Hollandsen is. * * * In de Vrouwengevangenis te Athene, is sedert eenigen tijd een vrouwelijke arts aangesteld. Mevrouw dr. Vassiliades, is in Griekenland de eerste medica, die een staatsbetrekking vervult. * * * Mevrouw dr. Schabanowa, in Rusland de eerste vrouwelijke arts, directrice van het Einderziekenhuis te St. Petersburg, heeft haar vijf-en-twintig jarige ambtsvervulling herdacht. In haar geboorteland heeft dr. Schabanowa buitengewoon veel gedaan, door eigen voor beeld en vermaningen jonge, gezonde meisjes aan-te-sporen tot den arbeid. Haar leeringen werden ter harte genomen, haar voorbeeld gevolgd. Onder de studeerende vrouwen, levert Rusland een niet te versmaden aantal. Lang zamerhand zal men het teer gekoesterd, on zalig vooroordeel, dat vrouwen die haar hersens gebruiken, ónvrouwelyk worden, moeten prijs geven. Waarom zou een vrouw door geest es beschaving minder van kinderen, van bloemen, van vogels houden ? I Vrouwen met ontwikkeld verstand, verfijnden geest en geoefend oordeel, zijn niet gedoemd tot dorheid van gemoed en kilheid van zin. Helaas! al zijn er nog dwarse behoudslieden, die deze ongerijmdheid als onkruid doen opschieten, tóch wordt het aantal steeds grooter van hen, die leerden inzien, dat inertie, loomheid, verveling en het onge bruikt laten van aanleg en werkkracht, de vrouw allerminst kweekt tot een gevoelig wezen. By' monde van mevrouw Van Witte, echtgenoote van den Russischen minister, werd aan dr. Schabanowa hulde gebracht, voor alles, wat zij gedurende vijf-en-twintig jaar, met grooten ijver en zeldzame toewijding had ver richt, ten bate van het pbysiek en moreel welzijn van vrouwen en kinderen. CAPBICE. Zandtaart. Benoodigdheden : 250 gram boter, 250 gram suiker, 250 gram meel, 6 eieren, ammoniumpoeder. Bereiding: 250 gr. boter doet men in een kom, en zet dezen even in den oven, zoodat de boter week wordt. Voeg er by 250 gr. suiker en een messpitsje ammoniumpoeder. Roer 't mengsel flink. Voeg er stuk voor stuk 4 heele eieren, 2 dooiers en de nerf van l citroen by. Roer 10 minuten gestadig. Meng er 250 gr. gezifte tarwebloem luchtig onder. Beboter een taartvorm. Doe 't beslag er in. Strijk het hol uit tegen den kant, zoodat het hol inloopt. Bak de taart n uur in matig verhitten oven. Als ze gaar is, neemt men ze uit den vorm, nadat zij even bekoeld is. Bepoeder met fijne suiker. N.B. Nerf van citroen. Men neemt een stuk broodsuiker, wrijft er met een citroen of sinaasappel tegen, zoodat 't geel van de schil, de nerf, aan de suiker blijft zitten. Men krabt dit er af met een mes. Deze suiker gebruikt men in taartenbeslag, vruchtensansen, ijs enz. CORRESPONDENTIE. Naar aanleiding van het artikeltje over «Prentbriefkaarten", van Thérèse Hoven en het daarop gevolgd antwoord van een dienst bode, ontvingen wij nog eenige stukken over dat onderwerp, welke aan het debat-een veel wijder strekking geven, dan ons wenschelyk voorkomt. Eed.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl