De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 17 mei pagina 5

17 mei 1903 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

No. 1351 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. verluchten). Knnstberichten. Varia. Platen: Jan van Brugge; koning Karel V Tan Frankrqk; Fragment nit de Openbaring; Miniatuur voor Matthens' Evangelie. Frag ment nit de Openbaring. H. P. Berlage, architect. Park-wijk te Amsterdam. Park-w\jk te Hal; id. Schoorsteen en venster bank; id. Eetkamer; id. Studeerkamer. Paul Bril, Rotaig landschap. Joost de Momper, Landschap met bergstroom. Jan Wiens, Eigen portret O. L. V. Boodschap. Adriaan Collaert, Johannes de Dooper. Joris Hoefnagels, Gezicht pp Sevilla. Vademecum. Practische 10 cents Bibliotheek onder redactie van J. A. H. Jockin: Deel l: Behandeling van kamerplanten, door dr. A. J. M. Garjeanne. Deel 2: Nederl.-Hoogduitach Handelswoordenboek, door dr. F. Leviticus. Deel 3: De boekhouding voor den winkelier en kleinhandelaar, door Th. Messie. Amsterdam, Van Holkema & Warendorf. De Vrye Tnbime. Afl. 4: G. H. v. Senden, Over woordkunst, III, door Fr. v. Eeden?M. Jongeneel Jr., Je Maintiendrai. Oolbekbink, De klok in het woord der tijden, (vervolg). Jan Eelen, Uit lentelinde. J. J. Hoogewerff, Maaatschappelyke hervormingen, III. Ed. Schallinck, Nabetrachting. Willem Gyssels, Loki. De Katholieke Gids. Afl. 5: Pater Marcns van Aviano, Minderbroeder Capucyn en het beleg en het ontzet van Weenen 1683 (slot), door P. Cyrillns, mind. cap. Z.H. Leo XIII, Eene lezing, door W. de Veer, S. J. Het Spiritisme, (vervolg), door A. Nu yens. l Eigen Haard, No. 20: Een Dweeper, door A. Peanx, V. Holland op Ceilon, door Jer°. de Vries, met afb., I. Fnsains: op Montferland, door Edward B. Koster. Een nnicnm in Deli, door C. F. Hagee, met afb. naar opname van den amat.-fotograaf J. J. H. Soeteman. De nesten van onze zangvogels. Eene staats munt en eene staatsdrukkerij te velde, door H. J. Emous, met afb. Waschdag, met afb. Verscheidenheid. Feuilleton. IIIHIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIII IIIIIIIMIJJIIIIIIIIHIIMMHIIIIIIIIIIIIIII'IIIIIHIHIIIMIIIIII Maggi om te krniden Is een eenig beproefd middel om gerechten, groenten, vleezen, soepen, sausen, ragouts, oogenblikkelijk een krachtigen aangenamen, geur en smaak te geven. Weinig druppels xijn voldoende. Verkrijgbaar bij alle soliede kruideniers en comestibleshandelaren. lllllllllllllllllllllimmilllllllllllllllNIIMIHIimillHinillllMIIMIinmiimilllllllllllllllinHinMIIIIIIltHllimMllllllllllllllim De gehuwde vronw en de Teldarbeiil. Gabriele d'Annunzio zegt in Eotsmaagden: ?Bedenk, dat er een middel bestaat om steeds opgewassen te zy'n tegen de gebeurtenissen, en de wisselvalligheden van dit uiterst onzekere leven, wacht de gebeurtenissen met koninkIp gemoed." >Met koninklijk gemoed"; hoe weinig begrijpen wij in deze democratische tijden, wat die woorden beteekenen of wat het zeggen wil, de gebeurtenissen af te wachten. Wij, wy kunnen niet wachten; wij moeten en willen de omstan digheden voorzien, beheerschen, leiden; niets kan of mag er gebeuren, of wij moeten weten, waartoe, waarom, waarheen ? Overal onrust angst voor pverheersching, voor beperking van macht en invloed, in grooten en in kleinen kring. Manifesten van allerlei soort, van allerlei richting; heftige, onbesuisde, ondoordachte daden, gevolg van onrust en geprikkeldheid over onrechtvaardige toestanden, onbillijke arbeidsvoorwaarden, een. zich machteloos voelen tegenover den drang der tijden. Misschien bezit in deze dagen alleen de ernstige historicus-filosoof dat «koninklijk gemoed", dat hem met kalmte de gebeurtenissen doet afwachten, dat hem die zelfbeheersching en rust geeft om te blijven staan ver van de strijdende partyen; koninklijk in dien zin, dat hij zich boven de massa in zoover verheft, dat hij het strijdperk beter overziet, en kalm alleen omdat h\j zyn onmacht voelt, om te midden van al de losbarstende hartstochten het heer lijke woord te doen weerklinken, dat de ge schiedenis een machtiger stroom is dan al die bruisende, ruischende woorden, dat zjj haar weg gaat en vindt, trots elke belemmering en ieder verzet. Maar nu die wijsheid nog niet over ons gekomen is, nu w\j, die midden in de stuwende, dringende massa staan, het strijdperk niet overzien, spreekt het van zelf, dat w\j ieder persoonlijk en in vereenigiog met velen ons moedig, zelfs overmoedig soms, toerusten tot den strijd, met meer vertoon dikwijls ook dan goed is, om de zekerheid der overwinning te versterken. Tot een van die stormachtige, overmoedige uitingen reken ik het manifest aan alle vrouwen en moeders in Jederland, uitgegaan van het bestuur der Vereeniging ter behartiging van de belangen der vrouw, waarbij alle vrouwen in Nederland worden opgeroepen, om zich rekenschap te geven van hetgeen er gebeuren zal, als de nieuwe arbeidswet beperkende bepalingen zal maken voor vrouwenarbeid. Geen wonder, dat zq niet kalm den gang der gebeurtenissen kunnen afwachten, dat de angst hun om het hart slaat, als zjj zier, hoe, na onderzoek en bespreking van het adres ran het Algemeen NederlandschWerkliedenverbond, door het centraal bestuur gezonden aan den minister van binnenl. zaken, oot te wyzen op de misstanden in de steenfabricage, onder de middelen, die door de arbeidersorganisaties en door mannen van invloed tot verbetering werden aanbevolen, schering en inslag was ?verbod van arbeid voor de gehuwde vrouw", of sterker nog, «algeheel verbod van vrouwen arbeid", zooals de inspecteur van den arbeid in de 6de inspectie in zijn verslag over 1899 1900 aanraadde. Waar wij een te heftig optreden steeds be treuren, omdat het een goede zaak kwaad doet, weten wij toch allen ieder persoonlijk, dat, waar bat vrouwenarbeid betreft, er iets in ons wakker wordt van verontwaardiging, van angst, als wij iets hooren van beperkende bepalingen, omdat wij maar al te goed weten, dat door alle eenwen heen steeds meer werk ons uit de handen genomen is, en wy vreezen, dat het arbeidsveld der vrouw verkleind zal wor den, haar bijverdiensten of haar levensonder houd nog geringer zal worden. Al stellen ook vele beschouwingen van mannen en vrouwen, die op de hoogte zyn van arbeidstoestanden, ons gerust wat betreft wettelijke regeling, er staan talloos veel andere beschouwingen van autoriteiten op arbeidsgebied daar tegenover, die waarschuwen tegen wettelijke regeling van vrouwenarbeid. Kalm kunnen de vrouwen in het algemeen zeker niet de naderende veranderin gen zien komen of afwachten, omdat het gaat om alles wat ons dierbaar is, om vrijheid van arbeid, om zelfstandigheid, om geluk. Arbeid is ook voor ons, vrouwen, de groote zegen, die smart voorkomen en lenigen kan, die de vrouw terughouden kan van die grootste ellende, de prostitutie. Het manifest van »de vereeniging ter behar tiging van de belangen der vrouw" heeft aan doeningen van allerlei soort gewekt in socia listische en feministische kringen, uitingen, die zeker de vronw en ook de maatschappij niet ten goede komen, en naarmate wy beter de bezorgdheid van de vrouw voor alle arbeidsbeperking kunnen begrijpen, naar die mate zullen wy er ons meer in verheugen, dat het Bureau van Vrouwenarbeid, al was het dan ook maar met n stem meerderheid, besloten heeft zich aan te sluiten. Gematigdheid en bedachtzaamheid zal, naar wy hartelijk hopen daarvan het eerste gevolg zijn by ieder op treden der vrouwen tegen wettelijke regeling en als tweede gevolg, naar wij veronderstellen, grooter waardeering nog voor het taktvol beleid, het ernstig, onpartijdig onderzoek van bet Bureau van Vrouwenarbeid. Die Vereeniging wil en tracht te zy'n de filosoof-historicus in de vrouwenbeweging, die rustig, met onbevangen blik het strijdperk overziet, de beweging tracht te leiden met kalmte, vaardigheid en waardigheid. ?Rustig onderzoek, het hooren ran de be langhebbenden in de eerste plaats en verder een samenbrengen van alle meeningen, om daaiuit met groote omzichtigheid te concludeeren, dacht ik, dat onze taak is." Dit zijn woorden van de directrice van het Bureau; die groote voorzichtigheid en nauwkeurigheid spreken reeds dadelijk uit No. l der reeks ?goedkoope uitgaven", die het Bureau zich voorstelt te geven, ik bedoel uit »de gehuwde vrouw in den veldarbeid". In Augustus 1902 ontving het Bureau, evenals vele andere vereenigingen, de bekende vragen lijst van het Algeneen Nederl. Werklieden Verbond over den veldarbeid der gehuwde vrouw en de eventueele wenschelykheid van een wettelijk varbod. Met groote belangstelling nam het Bureau daarvan kennis en toen het, na ernstig onderzoek, tot de conclusie kwam, dat enkele punten of over het hoofd waren gezien, bf >te veel in de schaduw gelaten waren", punten, die het Bureau van zeer gewichtigen, ingrypenden aard achtte, had het de voldoening, dat de voorzitter van het Alg. Ned. Werkl. Verb. schreef, dat de drie, door het Bureau geformuleerde vragen, zouden worden geplaatst in de Werkmanebode en dat het bestuur den termijn voor de beantwoording der vragen, zou verlengen. Het Bureau zelf had intusschen aan een tachtigtal correspondenten, in of nabij landbouwstreken, de vragenlijst gezonden met het uitdrukkelijk verzoek, zooveel mogelijk de veld bearbeidende vrouwen zelven te ondervragen. En het resultaat ? Onvolledig natuurlyk. Slechts zeer, zeer weinig vrouwen zy'n onder vraagd en wij stuiten op tegenstrijdigheden. Dit laatste is natuurlijk het gevolg van individueele opvatting, het eerste het gevolg van het groot aantal vrouwen, die veldarbeid verrichten. Uit de Beroepsklapper (No. 2 der »goedkoope uitgaven" van het Bureau) blijkt, dat van 1889 tot 1899 alleeu het aantal gehuwde arbeidsters in de landbouwbedrijven met ruim 4000 is toegenomen; volgens de laatste beroepstelling werken ruim 16.8000 gehuwde vrouwen als veldarbeidsters. Veel zou ik kunnen aanhalen uit, of be spreken naar aanleiding van de verschillende antwoorden ; liever beveel ik allen, die belang stellen in organisatie van den arbeid, de lezing zeer aan, vooral ook omdat het oordeel van het Bureau onpartijdig is en dus bet meest de juistheid kan naderen. Ten slotte meen ik nog eens te moeten herhalen, dat wij vrouwen, die gevoelsmenschen zy'n, dikwijls te heftig ons uiten, te veel onder den indruk zy'n van n enkel resultaat van onderzoek, van n enkele beoordeeling, de grootste zelfbeheersching en bedachtzaamheid in acht moeten nemen, waar wy een woordje mede willen spreken in zake wettelijke regeling van vrouwenarbeid. Het onderwerp is zóó veel omvattend, het laatste woord vddr en tegen is in dezen nog lang niet gesproken. Maar ge lukkig acht ik het, dat wy reeds nu een Bureau van Vrouwenarbeid hebben, dat dadelijk by de uitgave van »de Gehuwde Vrouw in den Veld arbeid" getoond heeft, dat ook vrouwen in deze belangrijke zaak bedachtzaam en onparty'dig kunnen zy'n. Mogen velen belangstelling genoeg voelen voor dit onderzoek, om het boekje te koopen voor 15 cnnt aan het Bureau v. Vrou wenarbeid, Van der Doesstraat, 's- Gravenhage. C. A. WORP ROLAÏID HOLST. De neerscneiiile yronw. De heer W. T. Stead wees eenigen tijd geleden op de dreigende Amerikanisatie van Europa. Deze strooming «bedreigt" ons niet meer. Wij zitten er midden in. De Morgans en Rockefellers beheerschen, heimely'k meer dan openlijk, in toenemende mate het industrieele leven der voornaamste Europeesche landen, terwyl de Amerikaansche dames allengs meer beslag leggen op de harten der invloedryke mannen van adel, aldus het sociale leven domineerende. Het een zoowel als het ander, door middel van den almachtigen dollar! Het New-Yorksche blad World heeft de volgende merkwaardige ly'st verzameld van Amerikaansche vrouwen, die door haar huwelijk met bekende Europeesche edellieden een adellyken titel voeren : Engeland: hertogin van Marlborough, miss Van der Bilt; douairière hertogin van Marlborough, mrs. Hamersley; lady Orzon, miss Leiter; gravin van Eisex, miss Grant; lady Grey Egertan, miss Cuyler; lady Randolph Churchill, misa Jerome; markiezin van Dnfferin, miss Davis; viscountess Deerhurst, miss Bonynge; markiezin van Anglesey, miss King; lady Graven, miss Martin ; lady Harcourt, miss Motley; douairière hertogin van Manchester, miss Yznaga; lady Hesketh, miss Sharon ; lady Gordon Cumming, miss Garner; lady Naylor-Leyland, miss Chamberlain ; lady Frankland, miss Di Zerega; lady Playfair, miss Russell; gravin van Ox'brd, miss Corbin ; lady Butler, miss Vaughan ; lady Ross, miss Ellison; lady Barrymore, miss Wadsworth; lady Lister-Kaye, miss Yzn»ga; barones Ver non, miss Lawrence; barones Halkett, miss Stokes; lady Cheylesmore, miss French; lady E»mont, miss Towell; lady Newborough, miss Carr; hertogin van Manchester, miss Zimmermann. Duitschland: prinses Hatzfeldt, miss Huntington; barones von Oppenheim, miss Hutchins ; barones von Zedwitz, miss Caldwell; barones von Maltzahn, miss M'Dowell; gravin Lewenbaupt. miss Wilson ; barones von Schneken, miss Benziger; gravin Pourtales, miss Montgomery; barones von Schroeder, miss Donohue; barones von Stein, miss Foster; prinses de Daer, miss L^e; prinses Salm-Salm, miss Jay ; prinses von Auersper?, miss Hazard; prinses de Lynar, miss Parsons ; barones von Ehren, miss Woolridge; gravin Pappenheim, miss Wheeler; barones Bocklireon, miss Berwind ; barones von Courig, miss Bryce; gravin Koesel, miss Moore; gravin Waldersee, miss Lee; barones Friesen, miss Smith; gravin Sierstorff, miss Knpwlton ; gravin Trackenberg, miss Abbott; gravin Goetzen, miss Lay ; ba rones Zedlit, miss Roosevelt; barones Luknitz, miss Cary; barones Verson, miss Clements. Frankrijk: markiezin Roziere, miss Tilghman ; gravin de Gastellane, miss Gould; markiezin de Choisene, miss Gondert; hertogin de Arcos, miss Lowery; gravin de Chambrau, miss Longworth; gravin de Chavanne, miss Benson; hertogin de la Rocbefoucauld, miss "Mitchell; barones d'Este, miss Brown; hertogin van Choisent-Praslin, miss Forkes; barones de Riviera, miss Blunt; viscountess de Rozer, miss Miltenberger; gravin de Rohan-Chabot, miss Murray; gravin de St Romans, miss Slidell; prinses de Suzanet, miss Field. Italië: prinses de Peggia Tnasa, miss Curtis; markiezin de San Marzano, miss Gillender; gravin Sanza de Lobo, miss Allen; prinses Monketliard, miss Singer; gravin Sodozini, miss Stokes; prinses Vicovaro, miss Spencer; prinses Brancaccio, miss Field; mar. iezin Teodali, miss Conroy; gravin de Brazza, miss Slocum; prinses Colonna, miss Mackay ; gravin Palatine, miss Spencer ; gravin Devoune, miss Audenreid ; hertogin de la Torre, miss Haight; gravin Pieri, miss Schroeder; gravin Gibo, miss Lambert; prinsea de San Faustino, miss Watzon; viscountess Falkland, miss Reade. Rusland: prinses Cantacuzene, miss Grant; barones Stoecke, miss Howard; prinses Engalitscheff, miss Partridge; prinses Belossarki, miss Whittier ; princes Camporeale, miss Binney; prinses Emanuel, miss Curtis. Andere lauden: barones Lehmann, Nederland, miss Brown; barones Gevers, Ne derland, miss Wright; gravin Lerchen field, Beieren, miss Wyman ; prinses van Monaco, Monaco, miss Heine. Het aantal Amerikaansche vrouwen die de harten van niet-adellyke voorname mannen van Europa inpalmden, is natuurlyk veel groater. De derde vrouw van Engeland's koloniale secretaris, is eveneens van over de Oceaan afkomstig. Maar het zijn voornamelijk de adellijke harten waarop de Amerikaansche trouwlustige dames met goede bruidschatten jacht maken. En het pas verschenen nummer van de Review of Reviews bevat een treffend spotprentje uit de Cftica_,o Record Herald over genomen. Het stelt een millionair voor die met zijne vrouw en dochter uitgaat op «shoppirjg for a Title" in een tentoonstelling van adellijke huwelijkskandidaten, waarvan som migen z\jn afgebeeld als «rare bargains"! Londen, 14/3 1903. J. K. T. D. V. Internationale KMerlitteratmir. Kleine Kleuters, naar het Engelsch van EDITH FAEMILOE, door E. RESINK. Geïl lustreerd door de schrijfster. Te Amster dam büH. J. W. Becht. Reeds dikwijls had ik gehoord van de geestige Engelsche teekenaarster Edith Farmiloe, maar tot nu toe was me nog nooit iets van haar werk in handen gekomen. Eerst in dit boekje heb ik er kennis mee gemaakt en, vooral wat de teekeningen aangaat, met verbazend veel genoegen, deze zy'n alleraardigst en origineel. Geestige kinderfiguurtjes, vol leven en uitdruk king. Men zou ze bijna karikatuurtjes kunnen noemen maar dat zy'n ze toch eigenly'k ook weer niet. Alleen spreekt er een onbedwingbare humor uit. De teekenaarster ziet blijkbaar allereerst het grappige in de bewegingen en maniertjes der kinderen, en geeft dat eenigszins gechargeerd weer wat trouwens juist zulk een alleraardigst cachet aan haar werk geeft. En nu de inhoud: die is ook van de artiste zelve en, evenals haar teekeningen, vol humor en leven echt artistiek. Maar nu bly'ft het voor my nog alty'd de vraag, of ze dit werkje bedoeld heeft als een boek voor kinderen of voor volwassenen ? Men zou het laatste denken, wanneer men b.v. het volgende leest: Een klein meisje komt in een kruideniers winkel om een busje gecondenseerde melk te koopen, en vraagt of de bediende bet meteen eventjes open wil maken, daar baar moeders blikkeachaar weg ia. «De jonge man mompelde iets binnensmonds. «Waarom vraagt je moe me ook maar niet om 's morgens de bedden te komen opmaken," zei hy' sarcastisch; «of om met de zuigeling nit wandelen te gaan? Dat baantje kon zemy' ook nog best op my'n dak schuiven." Lili lachte minzaam, niet begrypend wat hy hiermee bedoelde, want sarcasme gaat voor kinderen verloren ... Dit is toch stellig voor volwassenen bedoeld, zou ik denken ! En de vertaalster schijnt het met me eens te zy'n, tenminste al die afkor tingenals »'r" dialect-uitdrukkingen als «veels te" en »hy heb" enz., zy'n toch waarlijk niet voor jongere kinderen geschikt. En toch de uitgever heefc het werkje doen drukken alsof't voor heele kleintjes bestemd is. Vele ouders, de aardige plaatjes en den grooten druk ziende, zullen in dan val loopen en het voor hun jongere kinderen aanschaffen, dat geloof ik stellig. En och, als ze hen er nu zelf zoo'n beetje uit vertellen by' de plaatjes dan gaat dat wel, maar voorlezen of zelf laten lezen, dat zou ik afraden. Het eerste verhaaltje zou nog gaan, maar 't tweede handelt over zulke leelyke kinderstreekjes, dat ik dit, boe uitstekend ook geschreven, toch aan vele kleinen liever niet in handen zou geven. Voor grooten echter z\jn ze kostelijk. 0> wat heeft die Edith Farmiloe die kindertjes goed bestudeerd in al hun doen en laten l 't Is een echt stukje kunst. Grappig, dat op den omslag de naam der toch zoo gunstig bekend staande artiste geheel genegeerd wordt. Men ziet alleen den naam der vertaalster. Gaarne wil ik aannemen dat het niet haar eigen bedoeling is geweest zich zoo op den voorgrond te stellen, maar ze zal toch stellig wel de drukproef van het bandje in handen hebben gehad, en dan zou ik in hare plaats bepaald daartegen geprotesteerd hebben. Wat de uitgevers daar eigenly'k moe beoogen weet ik niet, maar tegenwoordig ziet men telkens boeken verschijnen waarvan de namen der oorspronkelijke auteurs worden weggemoffald, of soms zelfs geheel genegeerd. Ver leden winter toch zouden de Erven Bohn een nieuwe uitgave van «Helen's kleintjes" de wereld in, op welks titelblad en omslag beide men te vergeefs den naam Habberton zoekt. Dit is een misbruik, waartegen voortdurend ernstig geprotesteerd moet worden een uiterst «unfaire" manier van handelen. Wat de vertaling betreft, die is, zooals ik reeds zei, niet direkt kinderlijk te noemen. Overigens tamely'k goed, maar toch ontbreekt er iets aan 't kon vlotter. En dan heb ik nog iets heel wonderlyks opgemerkt in dit boekje, waar ik toch nog eventjes nulding van moet maken: er komt n.l. een meisje in voor, dat kameleon-achtigeoogen schijnt te hebben. Eerst bespiedt ze, van achter het groote suikervat by den kruidenier, haar zusje met «een paar groene oogen". Later ziet ze «met haar groote blauwe kykers" haar moeder smeekend aan; een paar blz. verder vertelt de schrijfster weer, dat «'t was alsof Lili's roode kykers uit hun kassen dreigden te springen". En by dit laatste kan zelfs geen sprake zijn van looAgeschreide oogen ik heb 't nog eens uitdrukkelijk nagekeken. Of we deze merkwaardige speling der natuur aan de schrijfster of aan de vertaalster te danken hebben ? Ik weet het niet, maar van een artiste die met kleuren werkt en zich dus op dat gebied wel nauwkeurig rekenschap zal geven van wat ze zegt, zon men dit toch heusch niet kunnen verwachten. Ik vrees een beetje, dat Mej. (of de Heer) Resink misschien wat vluchtig is geweest, en zich niet genoeg in het origineel heeft ingedacht waarvan trouwens de geheele vertaling dunkt me wel een weinig de sporen draagt. Er is iets onafgewerkts in, dat niet bevredigt. Misschien ware bij een meer talentvolle bewerking Edith Farmiloe nog beter tot haar recht gekomen. Het boekje ziet er wel aardig uit, hoewel een meer artistiek bandje met wat minder goud misschien beter met den inhoud had overeengestemd, want nogmaals,?de plaatjes zijn heerly'k! Edith Farmiloe bly'kt eene van de zeer weinigen te zijn, die goed kinderfignurtjes kan teekenen. N. VAN HlCHTTJM. Ons Huis." Voor de naailessen, waar reeds verscheiden naaimachines in gebruik zy'n, zou nog een goede naaimachine meer, een bijzonder wel kome aanwinst zy'n. Wie dus zulk een machine te missen heeft en ze aan «Ons Huis" wil afstaan, zal daarmee aan de afd. naailessen een grooten en zeer gewaardeerden dienst be wijzen. *,* Welkom zy'n ook steeds boeken zoowel voor de «bibliotheek der clubs", alsook voor de «leeszaal", verstellessen enz.; waar de schoon maak ongebruikt liggende boeken te voorschijn brengt, hopen wy, dat die hun weg zullen vinden naar «Ons Huis", evenals dit reeds meermalen geschiedde. Den gevers by voor baat dank ! fHllllllllllllllllllllltllHIH Illlllllllllllllll Modes. Vrouwen als advokaat. Vrouwen ter beurze! Zelfs, de vroolyke, onverstoorbaar-goedgehumeurde Parisienne, is landerig ! Zij bromt o?er het aanhoudend ongunstige weer; over de lage temperatuur ; over de onbehagelijke nattig heid die haar «grippe" en verkleumde voetjes bezorgt. Tout comme chez nous ! Toch sluit zy' zich niet op in haar huis. Ernstig en kordaat trippelt zy' langs den weg, nieuwsgierig uitkijkend, naar de nieuwighe den, aangevoerd door de mode. Even wipt zy' binnen by' Callot, spert haar guitige, gry'sblauwe oogen wyd-open, en ondanks het kliemerig gevoel, van kou en vocht, laat zij de boa, die op straat hoog tegen wangen en kin werd opgetrokken, binnenshuis, losjes langs de tengere schouders afglijden; zy vergeet alle narigheid en verlustigt zich in den aanblik, van het pracht-materiaal, door Callot ten-toongesteld. Zomerstoffen, van voile, mousseline, Ninon, het buitengewoon fraaie mousseline, vernoemd naar Ninon de Lenclos, linon en batist zy'n daar ter keur en ter keuze. Al deze yle stoff-m zyn versierd, met handborduursel, applications en incrustations van valenciennes en guipure. La jupe cloche, strak om de heupen spannend en naar onderen zeer wijd uitloopend, wordt door Callot geprezen, als de nog meest gezochte. Die, n de rok, rondom in plooien neervallend. Als nieuwtje vertoont hij fijn -gerimpelde rnches, van taf-zy, in alle kleuren. De repen taf-zy voor deze ruches gebruikt, worden aan weerskanten uitgerafeld en hél fijntjes gerimpeld. Van die rnches worden allerlei figuren, strepen, touffes, vierkantjes, bladen enz. gemaakt, en in dien vorm als japongarneering aangewend. De modellen van Paquin doen 1830 her leven. Aan de corsages, lange, afhangende schouders, uitloopend in zeer wijde mou wen. Paquin lanceert by' voorkeur, vpet-vrye rokken, costume trotteur. Leve Paquin l Der traditie van 1830 getrouw, worden by dezen mode- koning de corsages afgeleverd zonder halsboord. Meestal bestaat de afwerking der taille, aan den hals, uit een smal entre- deux. Slaat-op uw geïllustreerden van Alphen, of, zoo gij ze bezit, mode platen uit dien ty'd, en gy zult zien, dat grootmoeders blanke, poezele hals niet tot aan de ooren was gekerkerd in «Ie col militaire." Op het plaatje ziet gy haar met ontblooten hals, waarom zich vleit een platte, ronde kraag van echte kant. Gorsage met spitse punt naar het middel ; afhangende slobberige schouders, wijde mouwen met ondermouwen van fijne tulle, of echte kant. Onbescheiden wy'de rok, golvend over den hoepelrok. In de hand, de chapean bergere met lange linten, die ook nu de hoed is. Het haar in 't midden gescheiden en glad of golvend, zich slingerend om de ooren. Dat alles wordt heden ten dage trouw nagebootst, met uitzondering van de crinoline, die wél pogingen doet er te komen, maar, die gelukkig wordt geweerd. . . Hoe lang nog ? Wat wij in onzen nerveuser, herrie -achtigen druk-woeligen ty'd bezwaarlijk kunnen vertoonen, is de volmaakt rustige, sereene uitdrukking van Grootjes lief, zachtmoedig gelaat. Getooid als zij, zullen wij toch een anachronisme blijken. Voor jonge meisjes heeft Paquin, de allerbeelderigste toilerjes van batist en tussor-zy de, met ryk- versierde bolero's en jakjes van taf zy, om van te droomen. Ook, hél mooie blouses, sluitend om het middel, met lederen gordel, of breed ceintuur van Liberty. Waarin hy steeds een specialiteit was, handhaaft hy voor dit zomer- seizoen, namelyk zy'n collectie man tels voor wandeling, rijtoeren en avondgebruik. Wat mantels betreft bly'ft als grondidee, de Japansche kimono den vorm beheerschen. Doucet, bly'ft trouw aan zijn stelregel, met kleine middelen groote effecten te bereiken, hy veroverde zich door die truc een wereldr putatie. Ook ditmaal verrast en verblijdt hy de toeschouwsters door de resultaten verkregen, dank zy het aanbrengen van allersierlykste niemendalletjes, «de petits riens." Zyn modellen worden het allermeest gecopiëeid, omdat die zich daartoe het beste teenen. Dr. Margaret Mac Veen heeft een aanstel ling gekregen, aan het Hof van Appèl te Kentucky. Mevrouw Johnson- Docley werd by de recht bank van Salt Lake als advocaat benoemd. In Noorwegen is een wetsontwerp aanhangig ten gunste van vrouwelijke juristen. Ook daar is men er niet langer afkeerig van, aan vrou welijke rechtsgeleerden, staatsbetrekkingen te verleenen. « * 4 In Rusland, hebben vrouwelijke chefs van aanzienelyke handelshuizen, een verzoek ge richt tot den minister van financiën, haar het recht te verleenen, ter beurze te mogen ver schijnen. Naar alle waarschijnlijkheid zal haar billijk verlangen worden ingewilligd. De Russische dames zullen niet de eerste vrouwen zijn, die haar handelsbelangen bepleiten en bezorgen aan de beurs. In het kleine stadje Erkelenz, wordt door drie zusters een groote graanhandel gedreven. Een van het kordate drietal, heeft haar vaste plaats aan de beurs te Erefeld, waar zy haar in- en vérkoopen regelt, met een durf, een vlotheid en een finantieelen blik, die menige man haar zou benijden ! Naast den hedendaagschen kreet : «Place anx jeunes"! verneemt men steeds duidelyker het : «Place aux femmes''! Wy zy'n overtuigd, dat, moedig en zonder aanstellery in 't openbaar werkende vrouwen, hél gaarne zullen «drinnen wallen", wanneer mannen, die zy liefhebben en achten, haar gulweg aanbieden hun naam, en het voorrecht, in 't vervolg voor b aar, de vrouw hunner keuze, te mogen gaan «ins feindliche Leben". In landziekigheid verkniezen, en werkeloos uitkijken naar den «preux chevalier" die soms niet, óf laat opduikt, voor dat ontzenuwend, heilloos bestaan, hoeden wy tegenwoordig, onze lieve, jonge, arbeidzame vrouwen. Arbeid adelt ! Alleen voor den man van kracht ? 't Ly'kt er niet naar. Aan 't roer van de huwelijks- boot, een vrouw, geadeld in de groote werkplaats van den stryd om het bestaan, welk een vei ligheid voor man en nakomelingen ! CAPRICE. * * * Omelette aux pointes d' af perges. Benoodigdheden : Dunne, jonge asperges, 3 eieren, l lepel tarwebloem, 2 lepels melk. Bereiding : Maak een beslag van drie flink geklopte eieren, twee lepels melk, l lepel tarwebloem, een ietsje zout. Bak met veel boter op een zeer zacht vuur. Wanneer hei baksel lichtbruin is, verwijdert men de pan van 't vuur en spreidt een laag asperges kopjes over de omelette, die men daarna oprolt. De asper ges zy'n vooraf in water en zout gaar gekookt en daarna overgoten met gesmolten boter en notenmuskaat.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl