De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 23 augustus pagina 2

23 augustus 1903 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

No. 1365 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Voor van den alom geren om meerden pn IWAGGI 011 om te kruiden. PïnotA AwAma **n «roenten, vleezen, ganzen en soepen. Hierin eenig en onoverl, I IJllalC Al Uilld trofien. Hltorct VAArHooliff' wees vooral spaarzaam in't gebruik, daar de oorspronkelijke 2. UIICI Dl VUUI UvCilg ? smaak der gerechten wel verhoogd, doch niet verdrongen moet worden. 3. U6Dl&KK6lIjKSte ID 6DrQlK in tegenstelling met de vaste extracten. 4 GOBuKOOp ". van ai 30 cents per flacon. MAGai'a onderscheidingen: 4 groote p lijzen, 25 gouden medailles, 4 erediploma's, 4 eerepryzen, zesifiaal buiten nrededinging o.a. 1899 en 19CO Wereldtentoonstelling te Parijs. lllflIUIIIIIIIMMIUHlHIMMmillMllllllltllllltllimillHIMHIMIIIUIIItllMIMIMMIIIIIinilllllllllllMIIIIIIIH Nationale YrraweEraail ?an Merlani i. Hat besef, dat door samenwerking van allen. die langs verschillende wegen naar eenzelfde doel streven, versnippering van kracht kan voorkomen worden, heeft aanleiding gegeven tot de vorming van Vrouwenraden. In een aantal landen zijn Nationale Vrou wenraden opgericht, welke zich weder onderling vereenigd hebben tot den «Internationalen Vrouwenraad". De hoofdgedachte bij het varman van deze organisatie is geweest, de bestaande vereenigirgen van vrouwen die ten doel hebben een bijzondere groep sociale belangen te behartigen, ongewijzigd in wezen te laten, doch ze ta vereenigen in n lichaam, waarin ge iamenlyk gewerkt kan worden tot wijziging van wetten, reglementen, zeden en gebruiken, waarover het allen eens zyn, of t>a uitvoerige bespreking eens worden. De Nationale Riad van Nederland (elk land is viy in de regeling der Nationale Ziket) wordt bestuurd door een algemeen bestuur, beslaande uit n vertegenwoordigster van elk der aangesloten vereenigingen, terwijl een Dagelyksch bestuur van 5 personen, gekozen door de aangesloten vereenigingen, uitvoering geeft aan de genomen besluiten. Bovendien verricht het Dag. bestuur alles wat bet kan, om voeling te houden met vereer igirgen, die ?«eiken in het belat g der vrouw en het ver zamelt zooveel mogelijk gegevens die dienen kunnen tot het aangeven der richting waarin in de naaste toekomst gewerkt moet worden. Elk der Nat. Raden is door een zijner leden in den Intern. Riad vertegenwoordigd. Hier door wordt symbolisch uitgedrukt, dat de vrouwen over de geheele wereld, in haren gtryd tot verheffiig der vrouw, solidair zyn, dat hare belangen n zyr. Praktisch wordt het hierdoor mogelijk, den gai g van zaken en den stand der vrouwenbeweging in andere landen nauwkeurig na te gaan. Dat dit van groot belang in, wordt duidelijk, wanneer men bedenkt, dat de hervorming in de verschiller.de landen niet in elk opzicht even ver gevorderd is en men door den onderlingen band de gelegenheid schept van elkaar te leeren op welke wijze de gewenschte veran deringen bet best tot stand worden gebracht. Toans zyn, alphabetisch genoemd, aan den Internationalen Raad aangesloten: Arger.tuië, Carada, Denemarken Buitsch land, Engeland, Frankrijk. Italië. Nederland, Nieuw-Zeeland, Nieuw Zuid Wafes,, Noor wegen. Oistemqk. Tosmania, Vereenigde Staten van Noord-Amerika, Zweden, Zwitserland en Victoria. Het algemeen bestuur van den Internatio nalen Riad komt elk jaar by'ee", om de Internationale belangen te bespreken en om de Internationale organisatie. Ou de 5 jaren wordt een Internationaal congres gebonden, waarheen de verschillende nationale Raden spreeksters zenden om verslag uit te brengen van de positie der vrouw op sociaal, economisch en politiek gebied in de verschillende landen. Op dat congres worden nieuwe wegen opgespoord waarin de vrouw een nuttigen en betaalden werkkring vindt, waarmede zij in eigen onderhoud kan voorzien en waarmede zy de maatschappij het best kan dienen. Het eerstvolgend Internatiocaal Congres zal te Berlyn gehouden worden in 1904. Voor de kennis van hetgeen op sociaal ge bied in ons lard door vrouwen wordt verricht is van groot belang het verslag te lezen van de vierde algemeene jaarvergadering van den Nationalen Vrouwenraad van Nederland. In dit verslag toch zyn de rapporten opgeno men van een deel der aangesloten, vereenigingen. De aangesloten vereenigingen zyn in IV groepen verdeeld en elk jaar rapporteert n dier groepen, benevens de in dat jaar nieuw toegetreden vereenigingen. In 1903 was groep I aan de beurt van rapporteeren. Het zou zeer wenschelyk zyn dat dit verslag (verkrijgbaar op aanvrage by de 1ste Sscretares mevr. H. Cjp?Zeelt, Delft) in wijder kring verspreid werd. Op het oogenblik staat daaraan in den weg de pry's die nu nog ? l bedraagt. Het is hoogst wenschelyk dat dit verslag zooveel mogelyk verspreid wordt, en dus zal er geprobeerd worden de pry's zoo laag mogelyk te stellen in het vervolg. In de elf vereenigingen wier rapporten in de vierde algem. jaarverg. van den N. R. warden voorgedragen, weerspiegelt zich al een zeer groot geheelte van het moderne humani tair streven. De Vegetar.ërsbond maakt pro paganda voor eene wy'ze van voeding die, naar haar inzicht der gezondheid des menschen op den duur. naar lichaam en ziel, ten goede zal komen. Veel wat wreed en wat onaesthetisch is zal in verband daarmede te gelyker ty'd kunnen verdwijnen. Vegetarische restaurants zyn opgericht in 's Gravenhage, Rotterdam, Haarlem, Leiden, Delft, Amsterdam en Utrecht. Als tweemaandeUiksch tydschrift verschynt: De Vegetarische Bode. Eerigszins verwant in streven met dezen Bond is de «Nederlandsche B jnd tot bestrijding der Vivisectie". Ook hier wordt gehuldigd de opvatting dat de normale groei van den individneelen mensch, en daarmede die van de maatschappij gebaat wordt door beperking van machtsmisbruik, waarvan de mensch zich schuldig maakt ten opzichte van hooggeorga niseerde schepselen. In dit geval wordt deze meening vastgeknoopt aan de verdediging van de stelling dat vele zeer gruwelijke proeven met vivisectie worden uitgevoerd waarvan de inrichting zoodanig is dat zy weinig licht werpen op de vraagstukken, waarvan de op lossing voor de menschheid noodig is. Deze Vereeniging verzamelt feiten en publiceert ze met het dofel de publieke opinie te winnen voor haar streven, de Regeering te bewegen wettelijke maatregelen te nemen tot opheffing van de vivisectie. De «Nederlansche Vrouwenbond voor Geheel onthouding werd in 1897 opgericht. Toen kwam de vraag ter sprake : «Zal een speciale vrouwenbond in uw behoeften voorzien ? Dsie vraag werd ongeveer als volgt beantwoord: «Er zyn «rog veel vrouwen, die in een gemengde ver gadering zwygen, of zelfs niet aan het open?bare leven deelnemen. Dzze, zullen door een ^vrouwenbond bereikt worden. Hieruit blijkt «dat, op den duur, het streven van dezen moet >zyn: zich overbodig te maken. >Een tweede reden wat, dat er nog geen ^neutrale vereeniging bestond, die giheel-ont?houding in haar vaandel had geschreven. «Spoedig werd een speciale werkkring voor «den vrouwenbond gevonden, n.l. Toynbeewerk «in verband met drackbestryding en diarom werd besloten als zelfstandige bond te blijven bestaan. Er zijn thans AfJeelingen te Amsterdam, Utrecht en Kuilenburg. Zoodra blijkt dat een plaats reeds n of meer afdeelingen van ge mengde Vereenigingsn bezit, waarin door de vrouwen werkelijk in de werkzaamheden wordt deelgenomen, treedt de Vrouwenbond daar niet op. Is het ongetwijfeld wanschelyk dit de vrou wen p >sitie kiezen in den stryd tegan den alkohol, wenscbelyk is het evenzeer dat zij zich een zelfstandig oordeel vormen over den «tfieuw-Malthusiaanschen Bind." Op heldere, wyze weerlegde mevrouw Rut gers?Hoitsema in baar rapport de bezwaren die tegen den Band worden uitgebracht en de verdachtmakingen waaraan deze nog altyd bloot staat. Den economist1 h.sn en den medischen kant liet zy onbesproken omdat deze voor 2 jaar, in denzelflen kring, door Dr. Aleita Jacobs waren behandeld Schyot het oppervlakkig beschouwd over bodig nog eens uit een te zetten wat deze Bond heoogt, uit het rapport blykt in tegen deel, dat het zeer noodig was nog eens duidelijk aan te wijzen wat de Bond wil en wat de Bind afkeurt. Maer en meer wint de overtuiging veld dat zal met kans op goeden uitslag de stryd tegen de prostitutie ge/oerd worden; Ie de deel neming van een zoo groot mogelyk aantal geschaafde vrouwen onmisbaar is en 23 de vraagstukken die er op betrekking hebben in het openbaar besproken moeten worden. De Ned. Vrouwenbond ter verhooging van het zedelijk bewustzijn is ijverig op dii gebied werkzaam. Afschaffing van de reglementeering der prostitutie, sluiting van de bordeelen en bemoei'ijking van den handel in blanke slavinnen zy'a de praktische doeleinden welke de Bond zich gesteld heeft G ilukkig bad de verslaggeeftter, uit de' laatst verloopen 2jiren verschillende heuchelyke feiten te vermelden. In de Ap-ilvergidering van dan Sitionalen Bond werd aangenomen het voorstel van dezen Bind: «aan II M. de Koningin een adres van adhaesie te zenden voor bet tot stand komen van een rijkswet in zake het verbod van bordeeler.'' In den sttyd tegen de reglementeering althans, gaat voor onze Koloniën met voorgenoemden Bjnd parallel de: Vereenigirg ter behar tiging der zedelykfaeid in de Nederlacdsche overzeesche bezittirgen". Dit blykt o a. uit een adres aan bet afdeelirgsbestuur te Bitavia aan den Gouverneur-Generaal waarin voor komt: «ook de reglementeering der prostitutie door de regeering achten wy ons verplicht te bestryden enz." Bahalve de prostitutie in alle vormen bestrijdt deze Vereeniging ook het concubicaat, dal o.a. in de ka ternes voorkomt. H. COP?ZERLT, (Stut ro'pO. 1ste Stcretans van den Nat. Vrouwenraad. Enkele bijzonderheden uit het een en dertigste jaarverslag der Algemeene Nederlandsche Vrouwenvereeniging ,,Tesselschade". In het afgeloopen vereenigingsjaar is het arbeidsveld van «Tesselschade" niet uitgebreid wat betreft de takken van werkzaamheid, wel echter wat betreft den omvang der vereeniging. Vy'f nieuwe vestigingiplastsen, Harlingen, Zwolle, H>ermor,d, Mappel en Sprang, met een gesamenlyk ledental van 261 personen, werden gesticht. De nieuw optredende bestuurderessen voelen zich in den regel meest aangetrokken tot de werkzaamheden, die de verter.iging in later jaren ter hand nam of aanzienlijk uit breidde, namely'k vakopleiding in tal van vormen, waarby persoonlijke aanraking, persoonlyke opwekking en voorlichting meer nog dan de verstrekte fondsen en toelagen van groote kracht waren. Voor de opleiding van 68 personen, werd / 4.209 besteed, in het geheel ? 747 meer dan verleden jaar. Het Centraal-bureau van voorlichting behandelde meest aanvragen betn ff tf.de de opleiding voor het examen kinderjuff ouw, voor zui?elbereiding, voor kantoorbediende, voor klerk en surnumerair by de posterijen, en de voor waarden om lid te worden van de Nederland sche Pansioensvereenigirg. De verhouding tusschen het Centraal-bureau van voorlichting en het Nationaal bureau van Vrouwenarbeid is eene uiterst vriendschappelijke In alle opzichten blykt het, dat de beide bureaux niet alleen zeer goed naast elkander kunnen bestaan, maar zelfs elkandar aanvullen en helpen en elkander het werk verlichten. Het Centraal-bemiddelingsbureau, dat kortelings werd opgericht, kan nog op weinig resultaten wy'zen, deels door gebrek aan wezenlijke vak kennis by de plaatsing zoekenden, deels door de nog niet voldoende geregelde samenwerking met de plaatselijke bemiddelingsbureaux. De proef zal worden voortgezet. Gesamenlyk plaatsten de verschillende bemiddelingsbureaux 575 candidaten. Aan werkloon werd uitbetaald netto ? 19.866. De totaalomzet aan goederen bedroeg ? 39.551. Aan legaten en giften werd ontvangen ? 1.853. Ean en twintig dames genoten eend toelage uit het Zegera-Veeckens fonds; aan zieke werks'ers werd ? 41250 geschonken. Het ledental bedraagt 5 325, ver deeld over 30 af Jeelingen en 28 correspondei.tschappen. In de meeste groote steden heeft de vereeniging thans hare plaatselijke bemiddelingsbnreanx en voorlichtingsbureaux, die eene groote werkzaamheid ontwikkelen. Hat bureau te Amsterdam plaatste eenige zijner beste candidaten in verschillende groote inrichtingen: het Wilbelminsgasthnis, het Binnengasthuis, het Bargerziekenhnis, het Bastedelingenhnis, eenige krankzinnigenge stichten enz. Voor Fransche en Zffitsersche bonnes waren meer aanvragen dan candidaten. 0)k trad het bureau bemiddelend op by pen sion en kamers verhuren. Het Hisgscbe bureau is voornemens zich te wenden tot de hoofden van handelsondernemingen, kantoren, broodfabrieken, melkinrichtingen en groote magazij nen, om inlichtingen te verkrijgen aangaande vrijkomende plaatsen en de daartoe cestelde vereischten. De opleidirg voor kinderjuffrouw werd daar opgedragen aan de Hansscne Vak school voor Meisjes In Januari 1903 begaf de Presidente der Vereeniging zich met de direc trice van het Haagsche bureau van voorlichting op audiëntie hy den Directeur Generaal der Posteryen en Telegraphie, om te vernemen, of het staeds minder worden van het aantal plaatsen, by dien U.k van dienst opengesteld voor vrouwen, ook nanreer deze veel beter cijfers behalen bvj de tximers dan de mannen, aan zoodanige oorzaken moet worden toege schreven, dat «Tisselscbade" zich voortaan van opleiding tot dat vak moet onthouden; of dat wellicht voor het vervolg betere vooruit zichten te wachten zyn. De verzekering van den Directeur-G inersal, dat by in principe riet is tegen vrouwelijke ambteraren, alsmede de verdere loop van het gesprek, geven hoop, dat bovenbedoelde andiëntin zal ten goede komen aan baar, die werschen werkzaam te zyn bij de besproken vakker. Da afleelirg Ritterdacn hetft eene afzon derlijke reservekas voor opleiding; enverstiekt daaruit ook rentelooze voorschotten; iets, waarmede zoo menigeen te helpen is, die reeds nu wat verdient, i f weldra zoover zal zy ', doch eene vry groote som niet in eer,s kan betalen; tflrwyl hetzelfIe geld trk«ns weer anderen kan helpen. Het bureau stelde zich per circulaire in betrekking met de hoofden van eenige groote handelshuizen en verkreeg spoedig daarop plaatsing voor verschillende candidaten. Gegevens werden verzameld omtrent het vak van scheikundige in fabrieken, waarvoor in Duitschland enkele vrouwen zyn aangesteld. 0~k werd door bemiddeling van denNitionalen Vrouwenraad aanraking verkregen met vereenigingen in Duitscaland van gelijke strekking als «Tesselschade" en wel ten behoeve van eene aldaar wonende hulpbehoevende damp. Het plan tot het verleehen van hulp in ge stichten, weeshuizen en dergslyke door be schaafde, ontwikkelde vrouwen is nog in t-tudie. Da kleinere bfjeelingen arbeidden in geiyke richting met meer cf minder succes. De meesten klaagden, dat de zich aanmeldende meig '8 weinig of niets kennen en tii-t doordrongen zyn van het besef, dit men ook voor kiudetj tïrouw, (waarvoor de meeste plaati-ing zochten) iets moet hebben geleerd. Die in bet bezit waren van een diploua warden gewoonlijk spoedig en gemakkelijk geplaatit Over het algemeen wordt de verkoop in de dei 6 s merkbaar minder en zoekt de Vereeni ging de kracht harer werkzaamheid meer en meer elders. Ten vorigen jare werd dan ook reeds besloten de Algemeene Bazar niet meer jaarlyks te doen plaats hebben. In het inleidend woord, waarmede da presi dente, jonkvrouwa J. de Basch Kemper, de jaarvergadering opende, herinnerde deze er aan, dat Tusselschade is eene der oudste vrouwenverenigingen in ons land en dat ieder der leden heeft te zorgen, dat zy niet veroudere, maar medega met haren tyd. Vroeger stond Tesselschade alleen ; thans zyn er tal van vrouwenvereenigingen opgericht; er is in het sociale leven bijna geen onderdeel, of het heeft ook in de vrouwenwereld zyne vertegen woordiging. Onder die allen heeft Tesselschade hare scherp omschreven taak, vastgelegd in hare statuten ; en ernstig meent de voorzitster te moeten waarschuwen tegen het gevaar van door uitbreiding van werkkrirg het eigenlijke doel ontrouw te worden. Zoo wordt wel eens geklaagd, dat Ttsselschade alleen de beschaafde, onvermogende vrouw bestaat Die betrekkelijk enge omlysting schrikt heden ten dage velen af om lid te worden. Ook de klasse der ar beidersvrouwen, der fabriekarbeidsters heeft ongetwijfeld recht op ons medegevoel maar de statuten der vereeniging sluiten die uit; en zoo lang er nog vrouwen uit den beschaafden stand hulp noodig hebben in het verkoopen van haren arbeid, in de opleiding tot eenigen werkkring, in het vinden van eene betrekking, zoolang heeft Tesselschade alle reden om zich te bepalen tot den zelf gekozen kring van hulp- en steunbehoevenden. Voor velen der leden is het een zeer omvangrijke taak ge worden om minder bevoorrechten te helpen zoeken naar eenen weg om loonend werk te vinden ; om zich op de hoogte te houden van de nieuwe banen, welke zich daartoe openen. De commissiën, waarin het hoofdbestuur is vertegenwoordigd, zyn vele tegenwoordig. «Dit alleen opkomen voor eigen werk", besloot de spreekster, »lkn niemand ons ten kwade duiden; maar aan ons dan ook de plicht om dit werk steeds uit te breiden, belangrijker te maken en onze verkregen plaats in de maatschappij te handhaven. Niet in breedte, maar in het ernstige en degelyke gehalte van ons werk zy onze kracht". Het hoofdbestuur is thans samengesteld uit jonkvrouwe J. de Bosch Kamper, voorzitster, en de dames Kluijver Honigh, C. D. Rueb, de Leeuw?N u hou t van Veen, Boddaert Schuurbacque Botye, E. Ladeboer, E. Baelde, Jitta?Wenheim en G. J. Rsyers. JOIIANNA W. A. NABEK. totduaverre daartegen aanbevolen maatregeItn, nog steeds zeer groot. Nog in het j sar 1901 kwamen op 168,219 geboorten 25,138 sterfgevallen voor van kinderen beneden den leeftyd van een jaar, en stierven dus van de honderd kinderen die geboren werden, in het eente levensjaar orgeveer vijftien. Reeds meer malen trok daze groote sterfte de aandacht der vereeciging van Nederlandsche kinder artsen, en leidde tot het besluit, om aan eer e commissie op te dragen een boekja samen te stellen, dat in kort bestek de toodz&kelykste en meest doelmatige wenken voor de verple ging van kinderen gedurende het eerste levensjiar zou bevatten, die commissie bestond uit de b. h. Dr. J de B uin te Amsterdam, Dr. G. C van den Heide te Arnhem en G. Scheltems, arts te Gionirger. H <t eerste en belangrijkste deel van het boel-je bardelt over de voeding van da zui geling, en wel over de voedirg aan de borst, de gemengde voeding, en de kunstmatige voeding, Hat tweede deel behandelt in korte trelken achtereen volgend : la. h 4 lichaams gewicht, het weg-m ; 2j. de ontlasting; 3). de kraam- oi kinderkamer; 4 >. de wieg; 5.i. de re niging ; 6j. de kleeding ; 7o regel en orde ; BJ. ds tenpsratuur van het kind; 9j. het verblijf in de hirtenlncht ; 10j. het huilen ; llo. f jpspener ; 12?. het tanden krygen;13>. Ofichoon hst boetji slechts 20 pagina's telt, is toch, z toals uit bovenstaande blykt, de inhoul zeer verscheiden, en bestaat in hoofdzaak uit een aantal koite wecken, die by ondervinding bleker, doeltreffend te zyn, ofschoon zeker ni«t ieder kinderarts allep, wat bovengenoemde cumomsie in het boekja heeft medegedeeld, zal willen onderschrijven. Over btt gehtel echter kan er vau gezegd worden, dat de commi^ie in baar doel om in kort bestek en op duidelijke wyze nuttige wenken te eeven, zeer goed is geslaagd. II .ar arbeii zal er veel toe kunnen bydragen om niet 'alleen de groote kindersterfte te doen afnemen, maar ook de grondslagen te leggen, waarop verder kan worden voortgebouwd, ten einde kinderen, ook na het eerste leven* j iar, gezond te doen blyven en voorspoedig te iloen opgroeien. O ja het boekji zooveel doenlyk in handen van iedere moeder, baker en verpleegster te brengen, is de pry's zeer laag en slechts op 10 certs gesteld, en het is, dunkt my, aan geen rtde'yken twijfel onderhevig, dat de eerste oplage spoedig zal zyn uitverkocht. De uit ga /er, de heer A E van der Heide te Haarlem zorgde vcor een net uiterlijk van het boekj >, voor een heldere duidelijke druk en goed papier. Amst., Aug. 19C3 Dr. V. v D. PLAATS. lllflIlHIIIIIIIIIIHMHMIHII De yerzoiró van oen zuigeling (In, opdracht der Nederlandsche Vereeniging van Paediatrie.) De sterfte van kinderen in Nederlard in hat eerste levensjaar is, niettegenstaande de Jüili, barones ron L'iudon. Mortimer en Durothy M.enpes Koninyin Draga s laatste j"pon. Calté. In het «Wiener Künstlerhaus" is een ten toonstelling geopend, waar de copieën van Helene (Eili) oarones von Lauden, naar fresco's van Acdrea d'Agnolo del Sarto groote bewon dering wekken. Deza hoog begaafde vrouw, geboren den 20iten Januari van het jaar 1852, zoekt allerminst naam te maken, en roem te verkry^en, door het leveren van oorspronkelijk werk, hoewel de talentvolle portretschilderes hiertoe volkomen in slaat is. Zy doet meer. Met ongekende piëteit werkt zy voor den roem van een kunstenaar als Andrea del Sarto, wiens heerlijk werk, muurschilderingen door hem gemaakt, in het klooster dello Scalzo te Floret.ce, dreigt verloren te gaan voor de nakomelingschap. Onverstand, ruwe handen, vocht, temperatuurwisseling en heillooze kalkvlekken spanden samen om den geheelen cyclus uit het leven van Johannes den Dcoper te ver nietigen. Eif studii jaren van onverdroten arbeid heeft Helene von Loudon reeds gewijd aan het doel dat zy nastretft: het zich geheel indenien en veieenzelvigen met de kunst van den grooten meester del Sarto. Zy beeft gewerkt en gestudeerd in Petersburg en in Parys, gesni'ffjld in vele arcbi ven van Europa, musea bezocht, en eindelyk, sedert een tiental jaren zich gevestigd te l'.orence, om te voltooien den reuzei arbeid, dien zy op zich heeft ge nomen. Over baar werk, schryft de schilderes het volgende: «Zeker, dit werk, dit kunst historisch navorschen eischt gezondheid, tyd, allerlei opofferingen en ontberingen. Maar, wanneer een vrouw zich met liefde aan iets wy'dt, dan houdt zy van de stilte, van het brengen van opc ff uringen en draagt zy ont bering. Daarom vult op dit kunstgebied veel te doen. Roem moet men in deze richting niet najagen, want het groote publiek en de oningewyden, zullen nooit anders dan van «copieën" spreken. Hut leveren van een goed portret, en het maken van een mooi schilderstuk, is niet onverdienstelijk, maar, de meesters der gouden kunst deden dit oneiniig beter dan wij- Aan een ziek, verwrongen tijdperk dat alles omver wil halen, was bet nimmer gegeven in kunst een eigen taal te doen hooren. »0nze beste, moderne kunstenaars, zyn zy, die rekening houden met détraditie der echtmenschelyke behoefte aan maat, schoonheid en voornaamheid. Zeer uitdrukkelijk wil ik er nog eenmaal op wijzen, dat ik aan alle zoe kende geweldtnaars myn volle sympathie schenk, want, uit het woest geklots der bran ding, zal in den Ijop der tijden een nieuwe schoonheid geboren worden. Wy echter zullen het niet meer beleven, daarvoor moet de beschavirgs-evolntie nog in een geheel andere richting komen." * * In Landen worden tentoongesteld de schil derstukken van Mortimer Mecpes, herinnerin gen aan den Delhi Durbar, gehouden ter eere van de kroning van Eduard VII. De schoonste versieringen en de treffendste oogenblikken van den Durbar, zyn door den schilder op 't doek gebracht. De Indische pracht en kleuren-weelde zyn goed door hem weergegeven. De schilder maakte de reis naar Britsen-Indië, vergezeld van zyn talentvolle dochter Dorotby, van wier hand reeds novellen verschenen. Behalve haar eigen schrijf- bezit zy het teekentalent van haar vader. Zy is een specialiteit in het ontwerpen en teekenen van sieraden ; zooals kettingen, armbanden, ringen, ceintuur-gespen en oorknoppen. De juweliers betwisten elkaar de primeurs van Dorotby MeTipes' vaardigen en smaakvollen arbeid. # * Toen de bestelling te Parijs in de Rae de al Paix aankwam, en de tappe vingers der handige, Parysche naaisters aan't werk gingen, om zich vlug van de opdracht te kwijten, vermoedde niemand, dat het prachtige toilet door Koningin Draga besteld, nooit onder haar oogen zou korren. Daags na den gruwelyken moord op de weerlooze vrouw, werd aan het paleis te Belgrado het pak afgeleverd, bevat tende Draga's laatst bestelde japon. Een robe van ivoorkleurlge zyde, gegarneerd niet Brnsselsche kant en goud-borduursel. * * * De zangeres Calvé, die gedurende de laatste >season" te | Londen veel opgang maakte, zei tot een Ergelsche dame: «Jullie Eneelschep, zyn goeie memchen, zeer vriendscbaphoudend, ik zing graag voor jullie, maar rog veel liever voor Amerikanen, want, die luiste) en met meer aandacht, omdat de brave Ametikanen er altrjd op uit zyn, iets te leeren. Jullie houdt er akelige verkoudheden op na, koorts, en een afscbuwely'k klimaat! Ik ben verzot op het B.itish Museum. Er, EU moet ik zeker eenen-ander uit my're kinderjaren opbiechten? vroeg de gevierde car.tatiice, m«t een snoezig kinderlyk glimlachje. Ik ben geboren te Avryron. Myn vader was irgenieur, myn moeder een Spaansche. Mijn eerste opvoeding geroot ik te Montpellifr by de zusteis, in het klooster du SactéCoeur. Daar zorg ik het Ave Maria en daar ontdekte men myn aanleg voor den zang. Vader verloor zyn geld. Toen ging ik stadeerer, om geld te verdienen en myn familie te steunen. In Pary's studeerde ik onder Puget, Marchesi en mevrouw Risir.e Ltborde. Die laatste ben ik het meest verschuldigd. In 't Zuiden van Frankryk heb ik myn eigen nestja, b-elemaal buiten. Aan zieken en armen breng ik persoonlyk lekkere beetjes, en dan zing ik voor ze... Ze houden meer vac hetgeen ik uit myn mand ie voorschijn haal, dan van myn gezang. Ean ouwe boerin zei eens tot me: «Mensch, wat is het toch t aar, dat ja zoo gilt l" Cilvémoest by die herinnering nog zoo hartelyk lachen, dat de tranen over haar wangen rolden. «Kijk eens, een portret van jullie Koningin. Zy is een snees. Zy gaf me dit portret eigenhandig. En hier is jullie verruk kelijke E;len Teny. Mooi portret, té? Draai het eens om en lees, wat ze er op schreef." Aan de achterzijde van de foto, had de tooneelspeelster geschreven : «One lesson in Englich I will give you. I love yoo, I love you, I love yon. E'len Terry."|De schrandere, zonnige, goedhartige zangeres zal het lege «el van buiten kennen. CAPRICE. UIT DE NATUUR XXVII. Epen in Zuid-Limburg. Wy hebben, nu het weer wat beter geworden i', een ware populatun flottante in ons dorpje; eiken dag andere gezichten, jongelui meestal, ook enkele herstellende oude dames of heeren. Maar die zul.'en 't hier, vrees ik, niet geheel naar hun smaak hebben gevonden, in ons huis althans en vooral by de maaltijden, kon het geducht roezemoezig zyn vanwege de vele kinderen en by' slecht weer verging je soms hooren en zien. In tr. ffende tegenstelling met die drukte binnenshuis is de volmaakte stilte in de straat, vooral 's avonds. Het kleine dorpje Epen zelf munt van naby gezien door niets uit boven a'.le dergelyke dorpjes in Z.-Limburg; integen deel, het mist eigenlyk alle speciale bekoorly'kheden; de huizen zyn niet mooi en de verspreiding is niet schilderachtig; ook At ligging is niet zoo, dat men er in of vlak by het dorp met genoegen naar kykt. Op een vyf minuten afstand emt, als terk en huizen gedeeltelyk verdwynen in 't geboomte, wanneer men alnaar men gedaald of gestegen is, er bovenop of er tegenop kykt, dan eerst kan het den blik een poosje boeien. Maar 's avonds als de volle maan het tescbynt, zooals eiken avond van de afgeloopen week, liggen daar die twintig huizen by de kerk innig mooi, wit en stil; degroezelige histeen en de miskleurige leemkalk hebben een bleeken zachten tint gekregen, de kleur van de blauwe pleister, die de leem- en rietwanden verbergen wil, is dan niet zoo schreeu wend als in 't felle licht en de donkere dakvormen komen scherp uit tegen de lichte luchr. De vlakke dprpstraat, waarin ook de vier huizen staan, die vreemdelingen opnemen, ligt halverwege op de steile helling van een hoogen heuvel en loapt van kerk tot school van noord naar zuid; die weg daalt vóór de kerk en achten de school vry snel en sterk, zoo dat in de straat van de overige huizen zoo goed als niet s te zien is. Dit geeft den indruk of het geheele dorp maar uit een tiental huizen en een kei k bestond, terwy'l er nog minstens evenveel in de krommingen verborgen liggen. Het gevolg van die vreemde ligging is, dat de wegen uit het dorp naar drie zyden sterk dalen, althans in 't begin, en naar n zyde, den ^westkant, snel stygen; het eigenaardige, het interessante daarvan is, dat al die toegangen naar de diepe Geulvallei tin oosten, naar het hooge bouwland, het hooge boscb. ten westen smalle holle wegen zyn; daar kan net i'n Limburgsche kar tusschen de braamstruiken en de clematisslingers doorwringen; komt ge zoo'n kar tegemoet, dan zult ge bf moeten omkeeren of tegen den steilen berm in de struiken moeten omhoog kruipen. Daarby, heb ben de meeste van deze dalende ravijnen tevens de functie van beek te vervullen, zoodat het wandelen daar soms overgaat in een bevallig huppelen van kei op kei. De breede karren gaan op de diepere plekken, waar een ander

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl