De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 4 oktober pagina 5

4 oktober 1903 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

N* 1371 Dl AMSTERDAMMER WEEKBLAD TOOR NEDERLAND. vAmsteroam. 5 OOTOBIR-IE: OUVERTURE DE LA SAISON et Pour en garder 1'exclusivité, nous n'exposons nos modèles de ROBES et MANTEAUX, que dans nos salons du 2me Etage, La Ufalson H l K SC H «fe C1E«, n'a pas de Succursale en Hollande. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiMimiHimiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiimimiHiiiiiiiiimiiin^ YOOïl DAMEjS. Tan ten Internationalen Yronwenraall. II. (Stot)In Nieuw Zuid-Wales werd in Mei 1902 het vrouwenkiesrecht voor het Parlement ingevoerd. De vereenigingen voor vrouwenkiesrecht zagen hunne werkzaamheid daardoor aanzienlijk uit gebreid. Overal werden meetings gehouden om de waarde en de beteekenis van het nieuw verworven recht te doen begrijpen. In groote getale kwamen de vrouwen bjj de verkiezingen op. De nieuwe bedoeling geefc den vrouwen grooter macht en grooter invloed om te voorzien in de nooden van vrouwen en kinderen. Zoo is thans door haar in het Parlement aan de orde gebracht een wetsontwerp ter bescherming van' kinderen in gevangenissen en in voorloopige hechtenis en voor de verbetering van zedelijk verwaarloosde kinderen. Ook wordt een onder zoek ingesteld naar de middelen om de vaders te dwingen in het onderhond hunner onwettige kindei en te voorzien. The Infants' Protection BiU", die thans in onderzoek is, bedoelt verbete .-ing van het gemeentelijk toezicht op de verpleging van kleine kinderen en de instelling eener afzonderlijke berechting voor kinderen. Volgens de Nationale Vrouwenraad van Nieuw-Zeeland is thans de tjjd gekomen om alle rechtsbepalingen op te heffen, die daar oog altijd, ook sedert het actieve kiesrecht werd verkregen, de vrouwen verhinderen deel uit te maken van de twee wetgevende licha men, of verkozen te worden tot eenig openbaar ambt; en dat wat betreft rechten en plichten voor de wet gelijkstelling van man en vrouw de grondslag der wetgeving moet zjjn. Ook sprak de Baad het in zijne jaarvergadering nog eens nadrukkelijk uit, dat de wettelijke erkenning der economische onafhankelijkheid der gehuwde vrouw zoowel een eisch der recht vaardigheid is, als eene onmisbare voorwaarde tot verbetering der huwelyksverhouding. De * vrouwen in Nieuw-Zeeland hebben dit jaar echter niet veel kunnen doen. Verworpen door het Parlement werd -.the Tonng Person's Pro tection Act", die in hoofdzaak bedoelde de ouders verantwoordelijk te stellen voor hunne kinderen, tot deze 14 jaar zijn; in sommige gevallen zelfs voor de meisjes tot zij 18 en voor de jongens tot tij 17 jaar zy°n. Uit Denemarken en uit de Vereenigde Staten was dit jaar geen verslag b\j het comitévoor de wetten ingekomen. De Dnitsche* vrouwen hadden alleen te melden, dat haar adres aan den Rijksdag om ook den vrouwen het recht van vereeniging in denzelfden omvang als aan de mannen toe te kennen, door den Rijksdag ter nadere overweging in handen van den rijkskanselier was gesteld. Aangaande Holland deelde de afgevaardigde, mevrouw Boddaert Schuurbecque?Boeye mede, dat de zoogenaamde Kinderwetten nog altijd slechts op het papier bestaan. Wel echter heeft de regeericg eene commissie benoemd, waarin ook vrouwen zitting hebben, als algemeen college van toezicht, bijstand en advies voor het Ryks-, tucht- en opvoedingswezen. Het werd 'ingesteld bij Koninklijk besluit van 23 Februari 1903. In den loop van 1902 werden Raden van Beroep ingesteld, waarbij ieder, die zich in recht op schadevergoeding bij ongeval gekrenkt gevoelt, in beroep kan komen. Het is den vrouwen niet gelukt hiervoor naast het actieve ook het passieve kiesrecht te verwerven. Dui zenden arbeidsters en vrouwen, die aan het hoofd van zaken staan, ia hierdoor een recht onthouden, dat den mannen de verzekering hunner belangen waarborgen moet. Tot leden van het nieuw ingestelde gezondheidstoezicht zijn slechts enkele vrouwen, ongeveer l pCt., benoemd, ofschoon heden ten dage zoovele vrouwen ernstig studie maken van het .woning vraagstuk, van de voorwaarden van kleeding, voeding en hygiëne. Door beide Kamers der Volksvertegenwoordiging werd eene wet aan genomen, waart>ij de wel verboden, maar uit ntilitëitsgronden stilzwijgend gedoogde nacht arbeid der vrouwen bij het haringspeten, werd beperkt tot vier uren. Een heftige strijd ont brandde deswege tnsschen de socialisten (man nen en vrouwen),, die er niet van wilden hooren, dat de vrouwen van hunne nachtrust werden beroofd ter wille der groothandelaars, en anderen, die meenden, dat men eene wet liever moest herroepen, als zij in de practyk toch niet kon worden nageleefd Nog anderen meenden, dat iedere afzonderlijke arbeidsbe scherming voor vrouwen bedenkelijk te achten is, dat het beter is de arbeidswetgeving zoo te regelen, dat zij alle arbeiders, mannen en vrouwen, gelijkelijk beveiligt. Bovendien wezen zq op het gevaar, dat de vrouw uit haren arbeid zoude worden verdrongen, als den werkgever het gebruik van vrouwelijke arbeids krachten door allerlei beperkende maatregelen hinderlijk werd gemaakt. Eene enquête, inge steld door het Nationaal Bureau van Vrouwen arbeid had intuBschen aan het licht gebracht, dat de haringspeetsters zelven niets wisten van de bestaande wetten tot verbod van den nacht arbeid voor vrouwen. Toen de zaak haar werd uitgelegd, vreesde zij algemeen hare brood winning te zullen verliezen, als de wet werd aangenomen. Op het oogenblik zijn vele vrouwen in groote zorg over het streven, uitgaande van arbeiderskringen, en door sommigen zelfs als eisen gesteld, om de gehuwde vrouw allen loonarbeid buitenshuis te verbieden. Verschil lende groote vrouwenverenigingen gaan thans onderling te rade, hoe dezen stroom te keeren, opdat bij de aanstaande herziening der arbeids wet ook met de wenschen der vrouwen reke ning worde gehouden. Oofschoon berichten uit niet bij den Inter nationalen Vrouwenraad aangesloten landen eigenlijk niet in aanmerking komen om in het verslag van het comitévoor de wetten te wor den opgenomen, meende Frau von Beschwitz aan het slot van haar rapport toch niet on ver meld te mogen laten, dat in Rusland eene keizerlijke ukase van 3 Januari 1902 de rechts positie van onwettige kinderen aanzienlijk verbeterd heeft. De nieuwe bepalingen houden in hoofdzaak in, dat de ouderlijke macht over het onwettig kind in haren vollen omvang aan de moeder toekomt; dat het onwettige kind den naam des vaders draagt en met toestem ming van vader en moeder beiden ook den naam der moeder. Verder wordt de vader verplicht om tot het onderhoud van het kind by te dragen tot zijne meerderjarigheid, of als het een meisje is, tot het huwt. Onwettige kinderen worden door het huwelijk der ouders van zelf gewettigd. JOHANMA W. A. NABEE, Afgev voor Nederland in het Pericomitévan den Intern. Vrouwenraad. De beschaafde, arbeidende vrouw in Engeland. i. Wie kent niet het verhaal van de vyf kleine, moederlooze meiejes, die, in eene pastorie in Yorkshire, op donkere winteravonden plachten te schikken om het vuur, om elkaar te vervroolijken met de gave, die ze alle in meer deze ot mindere mate bezaten: het talent van vertellen. Twee harer zyn jong gestorven, maar de andere drie hebben, met de jaren, die gave zien groeien en ontwikkelen, tot ze haar tot romanschrijfsters vormde en de namen van Charlptte, Emily en Anne Bronte bekend wer den, in geheel Engeland. Vooral Charlotte heeft zich door haar Jane Eyre wereldberoemd ge maakt. Lang voordat we de literaire waarde van het boek konden gevoelen, hebben wy, met kloppend hart, met gloeiende wangen, de lot gevallen gevolgd der arme kleine gouvernante; met haar vurig temperament en haar nog grooter zelf beheersching, als een afschaduwing van de schrijfster zelve. Want ook zij heeft vele jaren het bittere brood der dienstbaarheid gegeten en dat het beschrevene door haarzelve was doorleefd, dat heeft er ongetwijfeld die warm menschelyke tint aan gegeven. Later, teruggekeerd in baars vaders huis, heeft zij, in de eenzaamheid der eenvoudige dorpspas torie, op haar lange omzwervingen over de oneindige uitgestrektheid der Yorkshiresche heide, langzaam voor baar geest zien verrijzen het ideaal van de vrouw der toekomst, wel onderwezen en goed geschoold, met ruimer horizon, met eene werkkracht, die haar eene plaats in de maatschappij verzekert, vrij van al de vernederingen, die het gouvernanteleven van Charlotte Bronte en hare zusters zoo heb ben verbitterd. Hoever zij haar tijd vooruit is geweest, dat beseffen wij, als wij in aanmer king nemen, dat het reeds meer dan 50 jaar geleden is, dat zy in haar Shirley hare heldin laat uitroepen: Maakt ons vrouwen tot be kwame arbeidsters, in staat om haar eigen brood te verdienen, dat alleen kan ons tot goede, nuttige, gezonde menschen, met achting voor ons zelven maken I" Hoever is men, sedert het jaar 1849, waarin Shirley verscheen, het ideaal van Charlotte Bronte nabij gekomen ? In hoeverre heeft men het aangenomen, als bereikbaar en als waard om er naar te streven ? Geldt het ook heden nog als een ideaal voor de vrouw ? Deze vragen worden opgeworpen door Clara E. Collet M. A. (Master of Arts), gepromoveerd aan de universiteit van Londen, in haar boek Educated working women. Essays on the economie position of women workers in the middle classes. Miss Collet heeft, als regeeringsbeambte in Engeland, door hare statistische studiën reeds menige verdienstelijke bijdrage over vrouwenarbeid en de loonen der vrouwen geleverd. Zg behoort niet tot de optimisten en de vrouwenquaestie, maar zelfs haar antwoord luidt eenigszins bevredigend. Hoe ver is men het ideaal van Charlotte Bronte genaderd ? Nu verder, veel verder dan iemand in 't jaar 1849 vermoed heeft en verder dan vele pioniers der toenmalige periode wenschelijk achtten. Het is niet tegen te spreken, dat in Enge land elke vrouw uit den middenstand, van middelmatige gaven en 'middelmatige ontwik keling, in staat is haar levensonderhoud te verdienen, als zy' dat wenscht... Onze scholen zyn niet meer de toevlucht van vrouwen, door nood en ontbering gedwongen om onderwijzeres te worden. De ouders houden hunne dochters niet meer in ledigheid thuis, in de hoop ze aan den man te kunnen brengen, zy' worden tegen woordig opgevoed voor een beroep. En steeds meer neiging toonen de meisjes hare krachten op het gekozen werk te concentreeren; het huwelyk wordt beschouwd, als eene mogelijk heid, die haar wellicht te eeniger ty'd aan het beroep zal onttrekken, maar aan deze moge lijkheid wordt niet toegelaten invloed te oefenen op plannen en carrière. In die periode van 't leven, waarin de meeste gelegenheid is om te trouwen, nl. in de jeugd, is het tegenwoordig het moeilijkst het huwelijk aan te grypen om bezorgd te zijn. De economische vooruitgang is althans groot genoeg geworden om den vrou wen de achting voor zichzelven terug te geven." In hare uiterst belangwekkende onderzoe kingen, houdt miss Collet zich vooral bezig met den aard der werkzaamheden. Zy geeft toe, dat de beroepen, die door vrouwen worden uit geoefend, meestal nuttigen en bevredigenden arbeid opleveren, maar slechts de bijzonder begaafden kunnen het beroep kiezen dat haar aantrekt en het daarin ver brengen. De vrouw met middelmatige gaven, moet op lageren trap bly'ven. Dit is wel is waar ook bij 't andere geslacht dikwyls het geval, maar volgens de meening der schrijfster, is er een groot onder scheid tusschen mannen- en vrouwenarbeid. Zy spreekt de eenigszins betwistbare stelling uit, dat de man miss Collet spreekt van inge land in 't algemeen niet anders verlangt, dan dat zyn werk eervol en voordeelig is. Het behoeft niet interessant, of verheffend of heldhaftig te zyn. Do meeste vrouwen echter verlangen een beroep, waaraan zy zich met hart en ziel, kunnen wijden. De reden is niet ver te zoeken. De man leeft, vroeger of later, voor zyn gezin, de vrouw, die een beroep uit oefent, staat alleen. Daarom is de aard van haar arbeid voor haar van oneindig meer belang, dan voor den man. Volgens hare geheele natuur is dat een zeer belangryke factor; en zelfs waar goede betaling wordt aangeboden, als ver goeding voor vervelenden arbeid, zal eene vrouw nooit de hooge betaling waard zyn, als zy in het werk niet werkelijk belang stelt. Vandaar het resultaat, dat, over 't algemeen die vrouwen het meest verdienen, die hun arbeid om het werk zelf hebben gekozen, want in dat geval wordt hy' op de meest volmaakte wys uitge voerd en daarom het hoogst bezoldigd en het meest geëerd. Maar niet iedereen is in omstandigheden, om te kunnen kiezen. Vooral de onvermogende vrouw wordt in haar keuze op allerlei wijs aan banden gelegd; de kosten van opleiding of ook huiselyke omstandigheden dwingen haar maar al te vaak een weg te gaan, dien zy niet wenschte te betreden. Maar zelfs dan zal de ethische waarde, dien elke arbeid heef', haar | leven verruimen en verheffen. Het bewustzyn, de verantwoording die op haar rust, te recht vaardigen en in een goed geleid bedrijf, za' elke plaats met eene zekere verantwoordelyklykheid verbonden zyn het gevoel dat men zy'ne plaats vervult en zyn deel bijdraagt tot het slagen van het geheel, moet en zal eiken mensch eene zekere bevrediging schenken en den ontwikkelde en beschaafde met zijnen ruimeren blik eene grootere dan den minder intelligente. De hoofdstukken over den economischen toe stand der vrouw, die een beroep uitoefent en over het huwelyk, als vrouwenberoep zyn repro ducties van opstellen, die in de jaren 1890 en 1892 verschenen zyn. Als zoodanig hebben zy heden reeds gedeeltelijk een historisch belang, maar bevatten toch ook veel, wat ook nu nog actueel is en bieden eene aantrekkelijke en opwekkende lectuur. De schrijfster pleit voor eene meer indlvidualiseerende beroepsvorming der vrouw. De ty'den waarin de vrouwen ver hinderd werden hare vermogens te ontwikkelen door de bewering dat zy die vermogens niet bezaten, zyn voorbij. Tegenwoordig staat voor de vrouw in Engeland met slechts weinige uitzonderingen, datgene open, waartoe zy zich geroepen voelt. Maar de breede stroom der arbeidende vrouwen stort zich uit op enkele, bepaalde beroepen, die overstroomd worden, terwy'l andere ly'den aan te weinig toevoer. Ook heeft zich, sedert den ty'd, dat de vrouwen werden -aangespoord te bewijzen, dat zy het zelfde kunnen volbrengen als de man, onwil lekeurig eene neiging ontwikkeld om met den man te wedijveren op die punten, waar hy het sterkst is. Tegenwoordig nu twijfelen aan hun arbeidsvermogen een standpunt is, dat ver achter ons ligt, moet men ze aansporen niet hetzelfde te verrichten als de man, maar datgene aan te grypen, waarin zy iets beiers dan de man kunnen volbrengen. Er zyn vele dingen, die alleen door mannen goed gedaan kunnen wor den, ander werk wordt beter door vrouwen gedaan ; en weder andere, zelfs een groot aantal beroepen zyn er, die oneindig zouden winnen door een samenwerken van mannen en vrouwen. Nergens schy'nt dit de schrijfster zoo onbetwist baar als in de industrieele en commercieele vakken. Het deelnemen van beschaafde vrouwen aan de leiding van fabrieken b.v., moet niet als concurrentie, maar als coöperatie worden be schouwd. Den man vallen ten opzichte eener fabriek andere dingen in het oog, als de vrouw opvallen en beiden zouden hierby elkaar kun nen aanvullen. Dit geldt vooral van fabrieken, waarin ook vrouwen werkzaam zyn. Evenals de zonen er voor worden opgevoed om eenmaal de zaak van hun vader te leiden, zoo moest men ook de dochters, in zooverre zy daartoe geschikt zyn, aandeel geven in de directie, hetzy als leidster van sommige afdeelingen, als chemicus in het laboratorium, in de teekenzaal voor het scheppen van artistieke ontwerpen, als bestuurster van enkele takken van beheer, of alles waarvoor zy maar neiging of geschikt heid toonen." (Islot vervolgd). M. K. PMlanthropie en verbeterde fcleeding, De vacanties voor groote en kleine menschen zyn voorby; langzamerhand keert ieder weer tarug naar zyn of haar dagelyksche bezigheden. En wie geen drukke dagelyksche bezigheden heeft en over vrijen ty'd te beschikken, gebruikt dien gaarne ten bate van minder bedeelden. Een groot aantal vrouwen in ons land komen daartoe als leden van vereenigingen of kransj es by elkander om kleedingstukken te ver vaardigen, die dan met Sint Nicolaas of Kerst mis worden uitgedeeld. Het is zeer zeker een goede manier van weldoen, hulpbehoevenden in de winterkonde een degelyk, warm kleedingstuk te schenken, maar zyn die kleeren, hoe goed ook bedoeld, wel zoo praktisch, als men ze zon wenschen? De Vereeniging voor Verbetering van Vrouwenkleeding stelde zich onlangs op de hoogte van dit vraagstuk, en vond meest nog de traditioneele modellen van onderkleeding van voor veertig, vijftig jaar (men denke hier by aan de rechte baaien rokjes met diepe plooien aan een smal bandje gezet). Het oor spronkelijk patroon, jaren oud, werd steeds zorgvuldig nageknipt en in elkander gemaakt; niet, omdat men het zoo goed en praktisch vond, maar omdat men nu eenmaal gewoon was, het zóó te doen en niet anders. Boven dien was men er nooit op opmerkzaam gemaakt, dat eene andere wijze van vervaardiging vaak eenvoudiger was in het maken en praktischer in het gebruik. De Vereeniging voor Verbetering van Vrouwenkleeding raadt daarom allen philan tropisch gezinden vrouwen aan, eens na te denken over de wijze van vervaardigen van praktische en hygiënische modellen volkskleeding. Gehaakte, gebreide of van tricot gemaakte goederen genieten uit een gezondheidsoogpnnt de voorkeur boven die, welke uit zwaar keper of baai zyn vervaardigd. Tegenwoordig zyn in alle volkswinkels in de groote steden en bijna alle winkels in kleine plaatsen tricot modellen verkrijgbaar van lijfjes, rokken, broeken enz. voor volwassenen en kinderen. Het haken of breien van dergelijke kleedingstukken vordert vry' veel ty'd, doch is eene aangename bezigheid. Hecht men bepaald aan het gebruiken der onderwetsche stoffen, of moet men van oud, nieuw maken, laat men dan ten minste het aanbrengen van banden vermijden en de rokken en broeken van volwassenen afmaken met een ronden band en sluiten met knoopen en knoopsgaten, voor kinderen den rechten band vervangen door een lijfje met knoopsluiting, dus in plaats van rokjes er ly f rokjes van maken. Het zou ons te ver voeren alle verbeteringen op te geren, waarvoor de volkskleeding vat baar is. Vereenigingen of personen die be langstellen in de wijze waarop de Vereeniging voor Verbetering van Vrouwenkleeding zich die kleeding denkt, kunnen met opgave van doel, tegen betaling der verzendingskosten de doos met volkskleeding ter inzage vragen aan mevrouw A. Aukes?Timmers, Oude Gracht, Alkmaar. Deze dame belast zich welwillend met de administratie der doozen van het Hoofdbestuur en is gaarne bereid tot het geven van inlichtingen aan belangstellende dames, die ook in de uit te deelen kleedingstukken de verbeteringen van den laatsten ty'd willen invoeren. Wy hopen, dat vele ver eenigingen van deze gelegenheid zullen ge bruik maken. Namens de Vereeniging voor Verbetering van Vrouwenkleedind, JOHANNA A. KEKSTEN, ^^^^^^^^^ Secretaresse. Vermindering der geboorten in Engeland, Is het niet merkwaardig, dat in het land van Thomas Malthus, de menschen zich erg bezorgd gaan maken over het afnemen der geboorten.? Dat heeft die godgeleerde hervormer een eeuw geleden niet kunnen vermoeden, hy die juist d&irin de panacee voor de maat schappelijke nooden zag. Maar het menschdom heeft veel geleerd, sinds 1798 toen zyn fameus Essay on the Principles of Pöpulation verscheen. En tegenwoordig ziet men in onvruchtbaarheid der huwelijken niet meer een heilzaam ver schijnsel, vooral niet onder eene natie, die bestemd heet om de gansene wereld te beheerschen! Maar het schynt nu eenmaal uit de evolutie der dingen van dit ondermaansche leven te volgen, dat zelfs de grootste heeren niet altijd kunnen bly'ven regeeren en de schitterendste roem vergankelijk is. En dat zal wel de ver klaring zyn, van het verschijnsel van der Britten decadentie, die ook uit het afnemen der ge boorten valt op te merken. Een zekere heer Thos. A. Welton heeft aan de hand der verslagen over de verleden jaar gehouden volkstelling op deze eilanden, eenige desbetreffende statistieken opgemaakt en in de Times gepubliceerd, waaraan het volgende ontleend is. In 1880?81 werden in Engeland in Wales gemiddeld op elke 100 gehuwde vrouwen beneden den ouderdom van 45 jaar, 30.3 kinderen geboren; in 1900?91 was dat cijfer gedaald tot 25 8, een verschil van ongeveer 139.000 geboorten per jaar. Het aantal personen boven den ouderdom van 15 jaar, was in die beide landen by de volkstelling van 1881, 16.505848; van 1891, 18.830 290 (eene vermeerdering van 14 l pCt.); en van 1901 (naar schatting), 22.000.000 (eet; e vermeerdering van 16.8 pCt). Het aantal per sonen beneden den ouderdom van 15 jaar was in 1881, 9.468.591; in 1891, 10 172.235 (eene vermeerdering van 7.4 pCt); en in 1901, 10.526075 (eene vermeerdering van slechts 3.5 pCt). Ware de vermeerdering in de decade 1891?1901 gelyk gebleven aan die in de decade 1881?1891, dan zouden er ver leden jaar 2092.000 personen beneden den ouderdom van 15 jaar meer zyn geweest. In de ny'vere provincie Lancashire, was de iiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiililliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiimiiiiiiMiiiiiHii lltlMIIIIIIMIIIIIIII imiilllllinillllliiiiii MAGGI'S Soepenrollen in tabletten . 10 ets. voor 2 borden voortreffelijke soep zijn voor het gebruik gereed en slechts met bijvoeging van water in korten tijd bereid. Meer dan 25 soorten bieden rijkelijke afwisseling.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl