De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 29 november pagina 5

29 november 1903 – pagina 5

Dit is een ingescande tekst.

1379 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND. Daarom zou ik de behartiging harer belangen wlleB opdragen .aan een neutraal lichaam, dat VoOf deze taak als het ware is" aangewezen het Kationaal Bureau van Vrouwenarbeid." En waar men dan het onlangs door het Bureau' van Vrouwenarbeid bewerkte boekje, Tien jaren arbeidswetgeving, leest en herleest, daar moet men tot de conclusie komen, dat dit onderzoek dan met recht in goede handen zou zijn. Niet al te uitvoerig wil ik hier dit boekje 'bespreken; ik wil slechts in het kort releveeren, dat het Bureau door allerlei gegevens bijeen te brengen, speciaal de volgende drie vragen tracht te beantwoorden: 1. Is het aantal gevallen, waarin, tenge volge van de arbeidswet, vrouwen en meisjes in sommige fabrieken en werkplaatsen ver vangen zijn door mannen (gelijk spreekt uit enkele opgaven in de verslagen van de Inspec teurs van den Arbeid uit de jaren 1890?'97) in de laatste jaren steeds stijgende geweest, of is deze vervanging weinig voorgekomen ? 2. Hebben de mannen, die de plaats van die vrouwen en meisjes gingen innemen, altijd of dikwijls hooger loon ontvangen dan de vervangen vrouwen en meisjes voor diezelfde werkzaamheden ? 3. Zijn er voorbeelden met feiten te noemen, dat in sommige bedrijven de verkorting van den arbeidsdag voor de vrouwen ook ver korting van den arbeidsdag voor de mannen ten gevolge had, zonder dat loonsvermindering plaats greep ? Behalve een voorwoord en naschrift bevat het boekje in Hoofdstuk I Citaten (excerpt arbeidsverslagen) en de antwoorden dervragenlysten betreffende vraag l (vervanging). Hoofdstuk II. Citaten excerpt arbeidsverslagen, huisindustrie, met een opgave van lectuur over dat onderwep Hoofdstuk III. Antwoorden der vragenlijsten betreffende vraag 2 (loon bij vervanging). Hoofdstuk IV. Citaten (excerpt arbeids verslagen) en de antwoorden der vragenhjsten betreffende vraag 3 (algemeen gunstige gevolgen. Voor allen, die een studie maken van arbeidswetgeving, is dit boekje, dat voor den geringen prijs van 75 cent bij alle boekhanhandelaren te verkregen is, in alle opzichten waard geraadpleegd te worden, en uit den inhoud der hoofdstukkken blijkt tevens duidelflk, hoeveel belangrijke mededeelingen er ook voor belangstellenden in deze zaak in deze Uitgave te vinden zijn. Krachtig dringt de redactie van Tien jaar arbeidswetgeving in haar naschrift aan op het invoeren van den 10-urigen arbeidsdag voor allen zonder onderscheid, want, zegt zij: hoe meer de arbeidenden onder verschillende omstandigheden van tijd, plaats of toestand verkeeren, hoe moeielijker zij zijn saam te brengen in vakvereenigingen en organisatie. een andere niet minder dringende eisch voor ordening van den arbeid". En ten slotte dit: hoe meer men kennis neemt van alles, wat over het ontwerparbeidswet geschreven en gesproken is, hoe meer men tot de overtuiging komt, dat het de plicht der Regeering is, de vrouw te kennen in deze nieuwe arbeidsregeling, haar oordeel te vragen, voordat het ontwerp voor jaren tot wet verheven wordt. Hoe zouden wij wenschen ook in deze zaak een zienersblik te hebben, maar helaas ! Ook met dez% jiieawe arbeidswetgeving zal het gaan als niet zooveel andere dingen, onze stem zal z$n als die van de roepende in den storm, zjj zal niet worden gehoord. Er. zijn Oogenblikken, dat de beperking en het verbod van vrouwenarbeid, die zonder onderschei ding van weduwen, gescheiden vrouwen of vrouwen, die boven den leeftijd zijn van kinderen ter wereld te brengen, op den arbeid van de gehuwde vrouw zal worden toegepast, ons wanhopend maken kan over onze machteloosheid. Kalmeerend werkten «Jan ook op mij de woorden van de bekende redactrice van De Nieuwe Tijd, toen ik las in het nummer van Oct. 1.1. Er is dunkt mij geen enkele algemeene maatregel te be denken, die niet in bizondere gevallen hard en pijnlijk werken en in plaats van het leed verzachten nieuw lijden en ongerief schep pen zal". Ja, wie zou niet alle leed willen voor komen, maar wie kan met juistheid den besten weg aanwijzen ? Zeker toch altijd het best zij, die vrij van vooroordeel en harts tocht den gang der dingen volgen, die, als het Bureau van Vrouwenarbeid, al dre ge gevens trachten op te sporen en bijeen te brengen, die ons duidelijker inzicht kunnen geven in de zoo gecompliceerde arbeids toestanden. Terecht zegt Maeterlinck : i,Agir, ce n'est pas nécessairement triompher Agir, c'est aussi essayer, attendre, patienter, Agir, c'est aussi couter, se recueillir, se taire." 21 Nov. 1903. C. A. WORP?KOLAND HOLST. Internationale kimlerlitteratnnr, Een Fransche bibliotheek vóór jonge meisjes. » Le journal de Marguérite Plantin, par JEAN BEKTHEROY. Le chdteau des airelles, par GABEIEL PEANAY. Le roi des Neiges, par CHARLES FOLEY. Allen Verschenen in de bibliotheek Pour les jeunes filles", Librairie Armand Colin, Paris. Vraagt men mij, of ik bepaald nut zie in een aparte bibliotheek voor jonge meisjes, dan antwoord ik beslist neen !" wanneer men het n.l. opvat, zooals dat tegenwoordig algemeen geschiedt. Alleen dan zou ik het kunnen billijken, ja er zelfs krachtig vóór zijn, wanneer de een of andere fijn ontwikkelde litterator, die tevens echter een scherp menschenkenner zou moeten zijn, uit den grooten schat van de internationale klassieke en echt artistieke litteratuur, datgene met zorg uit koos, wat voor dezen leeftijd geschikt is. Want het is vooral bij het jonge'geslacht, dat de goede smaak zoo noodzakelijk gevormd moet worden. Juist in dezen overgangstijd toch, wanneer daarbinnen alles gist en woelt, wan neer de eigenlijke grondslag wordt gelegd voor de vrouw der toekomst, is m. i. niets schadelijker, dan onbeteekenende, romantische liefdesgeschiedenissen, die niet alleen de nei ging tot oppervlakkigheid en onbeduidend heid aanwakkeren, maar ook de fantasie op verkeerde paden leiden. Een volle, krachtige stroom van echte, ware kunst, van reine en hooge poëzie, is er noodig om de jonge zielen van al het lage, van al het prikkelende af te trekken, dat dikwijls een al te sterke aan trekkingskracht op de wordende jonge menschen uitoefent. En er is zooveel goeds te vinden in alle landen en bij alle volken ! Ik noem slechts de eeuwige werken van Home rus en Shakespeare, en zooveel andere alge meen bekende klassieke auteurs. De hoogste en zuiverste kunst is de beste. Het is al lang mijn ideaal geweest, eens een collectie voor de rijpere jeugd" geschikte internationale kunstwerken bij elkaar te heb ben. In Duitschland doet de Jugendschriftenausschuss" reeds veel in deze richting. Hadden we maar in alle landen een dergelijken machtigen, over 't geheele land vertakten bond! Maar om nu op de jonge-meisjes-bibliotheek van de Librairie Armand Colin, en speciaal op de drie hierboven genoemde wer ken, terug te komen : Een boek als het Journal de Marguérite Plantin, zou ik stellig in een bibliotheek van uitgezochte werken opnemen. Of de heer Bertheroy werkelijk een der gelijk dagboek ontdekt, en het voor onzen tijd bewerkt heeft? Men zou 't bepaald zeggen, want het geeft ons zoo echt een beeld van den tijd waarin het speelt d. i. de tachtig jarige oorlog. Marguérite is de dochter van den algemeen bekenden Antwerpschen druk ker Plantijn, en haar dagboek geeft ons een interessant kijkje, niet alleen op het leven in 't gezin van dien merkwaardigen man, maar ook op zijn zaken ; want Marguérite, hoe be scheiden en echt-vrouwelijk ook, leefde daar geheel in mee, en hielp haar vader in vele opzichten. Ze was blijkbaar een fijnbeschaafde, zeer ontwikkelde vrouw met een krachtigen, energieken geest, en artistieke aspiraties. Ze laat ons geheel meeleven in al de be zwaren en zorgen, maar ook in de kleine vreugden van het gezin Plantijn, en van allen die daarmee in verbinding staan. En wat een innig-reine liefdesgeschiedenis tusschen haar en den helper haars vaders, Bapheleng! Hoe typisch, die inrichting van het in den boekwinkel uitkomende kleine huisje, dat 't jonge paar zal bewonen, en dan later, als er een kindje komt, dat naar vader Plantijn Christophe wordt genoemd ! Toevallig heeft ook Marguérite's moeder terzelfder tijd nog een zoon en stamhouder ter wereld gebracht: een tweeden Christophe, en de dochter neemt de zorg voor beide op zich, om haar zwakke moeder wat meer rust te gunnen. Ook de politieke gebeurtenissen van dien veelbewogen tijd blijven niet zonder invloed op de zaken van den heer Plantijn. 't Gaat daarmee steeds op en af; maar de wakkere man, geholpen door zijn beide schoonzoons, komt er toch altijd weer bovenop. Het dag boek van Marguérite eindigt met een beschrij ving van de Spaansche Furie" te Antwerpen, in December 1573, waarbij de familie totaal geruïneerd werd. Al wat ze bezaten werd vernield of gestolen, alleen het verbranden van alle in voorraad zijnde boeken en het onbruikbaar maken der drukpersen, kon nog worden afgekocht met de som van ? 500. Marguérite en haar man schijnen in 1585 een filiaal van de Antwerpsche drukkerij teLeiden .te hebben opgericht, tenminste van daar is het naschrift van Rapheleng gedateerd, toen hij na den dood zijner lieve vrouw haar dagboek vond. Dat was den 18den April 1594, dus een heelen tijd later. Hij vertelt o. a. h'oe in 1589 de oude heer Plantijn gestorven is, de drukkerij te Ant werpen" aan zijn schoonzoon Jean Moretus, en die te Leiden aan hemzelven nalatende. Après 'cette mort, qui mit toute la r publique des Lettres en deuil, nous.retournames a Leyde, oüMarguérite vient de mourir Puissé-je ne pas tarder a la rejoindre! Dieu dans sa miséricorde nous recevra l'un et l'autre dans soii sein, malgréque nous l'avo'ns servi sous de formules différentes" (Kapheleiig was n.l. protestant geworden gedurende hun huwelijk, terwijl Maxguérite katholiek bleef). J'ai travaillécourageusement, tant que j'ai eu ma bien-aimée femme auprès de moi; mais maintenant je sens que Ie meilleur de moi-même s'est en alléavec elle,et je pense souvent a cette journée de printemps o j'entrai, pauvre tudiant vagabond, dans Ie bureau du : Compas d'or", et oüson doux sourire et son clair regard m'ouvrirent Ie tabernacle de la science, et tout Ie paradis de l'amour." Geen wonder, dat van dit eenvoudig-mooie en toch zoo interessante boek, al een tweede druk is verschenen. Een teeken dat er in Frankrijk ook nog wel góéden smaak te vin den is! Want voor hen die van prikkelende lektuur houden, is dit heusch niet geschreven! Minder prettig doet het me integendeel aan, dat van Le Chateau des Airelles waarlijk.al een vijfde druk is noodig geweest! Zeker, ook dit boek is niet bepaald slecht geschreven, maar het is veel minder waar dan 't vorige, al komen er dan ook enkele heel aardige tooneeltjes in voor. Er is echter iets dweeperigs, iets overspannens in, dat misschien juist voor jonge meisjes bijzonder aantrekkelijk, maar ik kan 't niet anders inzien toch bepaald verderfelijk is. Stel u voor: de heldin is een heel jong meisje, van 13 of 14 jaar, dat n.b. eerst vaneen jongen van 16 een liefdesverkla ring krijgt,en een paar jaar later reeds de liefde wint van den volwassen broer harer vriendin» welke neiging men al ziet opkomen van 't begin af aan, dat die twee elkaar leeren kennen. Kan men zich iets verderfelijkers denken, dan jonge meisjes van dien leeftijd op het idee te brengen, dat ook zijzelve misschien al een dergelijken hartstocht zouden kunnen opwekken ? Ik meen van niet, en daarom moet ik dit boek ten sterkste afkeuren. En nu Le roi des neiges; ja, wat moet ik daar van zeggen ? 't Heeft hier en daar iets van een oud heldendicht, maar toch is het veel te dweeperig, veel te ziekelijk-romantisch, waardoor het evenals het vorige, voor den overgangs leeftijd totaal ongeschikt is. Het prikkelt veel te veel de fantasie, en zou aanleiding kunnen geven tot ziekelijke droomerijen en onzuiver gevoelen. 't Geeft ons het verhaal van de verlossing van den jongen koning der Snorra-eilanden, Les les Bien-heureuses", welke door de Noren is opgelicht en in een vreeselijke rotsvesting opgesloten, met een waren menschenbeul tot wachter. Een jong edelman gaat uit om hem te be vrijden, en slaagt daarin na veel spannende avonturen. Interessant is de beschrijving van het eilanden-koninkrijk, zoover in het Noorden gelegen, en toch door den n\floed van den golfstroom altijd groen en bloeiend I Maar, zooals ik zei: 't boek is niet recht frisch ; de taal, hoewel hier en daar zeer zeker poëtisch, is veel te opgeschroefd; net iets voor jongelui orn hél erg mee te dweepen, maar juist daarom verwerpelijk. Er is zeker geen paedagogisch geschoolde redactie aan deze bibliotheek verbonden, en dat is jammer! Hoeveel kunnen goede boeken toch bijbren gen tot de vorming der karakters, en hoe weinig wordt hier nog door velen aan gedacht.' N. VAN HlCHTUM, Me Kinderen. Ondanks 't vele, wat reeds door Gemeente bestuur en particulieren op onderwijsgebied gedaan wordt, zijn er te Amsterdam nog steeds een aantal kinderen, die, hoewel leer plichtig, niet naar school kunnen gaan ten gevolge van een of andere chronische ziekte. Met het oog daarop, benoemde de Afdeeling Amsterdam van de Vereeniging Volksonder wijs dezen zomer uit haar midden eene Commissie, welke ten doel heeft, de belangen dezer zieke kinderen te behartigen. Uit een door haar ingesteld onderzoek, bleek der Commissie dat verschillende dezer kinderen in droevige omstandigheden verkeeren. Hoewel zij er reeds verscheidene met raad mocht bijstaan en reeds verschillenden dank iimiliiimiillill zij die raadgevingen in een of ander gesticht plaatsing vonden, blijft er toch nog een aantal kinderen, waarvan de ouders niet in staat waren, zulk een plaatsing te bekostigen ; of die door privaat-onderwijs geholpen moeten worden, 't Doel der Commissie nu is deze kinderen zooveel mogelijk te helpen. Daartoe is echter geld, veel geld zelfs, noodig, doch bovenal is noodig, dat er een fonds tot stand kome, waarop de Commissie steunen kan en waaruit zij jaarlijks de noodige onkosten bestrijden kan. Tot de totstandkoming van dit fonds doet de Commissie bij deze een beroep op alle ouders en kindervrienden. Dringend noodigt zij hen uit, van hun instemming met haar streven blijk te geven door 't zenden van jaarlijksche bijdragen of giften-in-eens aan den Penningmeester of aan een der andere leden. Elk bedrag hoe gering ook, zal dankbaar worden aanvaard. De Commissie: G. A. C. van Goor, voor zitter ; Mevr. de Wed. Mr. S. Katz?Geesink, secretaresse; A. Akkeringa, penningmeester, Singel 148 : Mejonkvr. E. Boddaert; Mevr. de Wed. Hoofiën; Mevr. T. Schook-Verboom; B. H. J. v. Lier, arts; J. W. v. Mameren Vzn., en J. A. Laarberg. Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid. Het' Nationaal Bureau van Vrouwenarbeid deelt mede dat verschenen is (bij den uit gever W. Versluijs te Amsterdam) no. 4 der werkjes van het Bureau van Vrouwenarbeid in de Steenfabricage", overzicht van een onderzoek naar dien arbeid over het geheele land, voornamelijk- met betrekking tot de gedwongen" arbeid en het oordeel der ge huwde steenarbeidsters over art. 79 van het Voorontwerp Arbeidswet. De omslag van het werkje is versierd met een foto van het beeld der Steenenkruister, dat indertijd op de ten toonstelling van vrouwenarbeid zulk een diepen indruk maakte. Het boekje is 75 pag. groot en door den geheekn boekhandel verkrijgbaar evenals de drie andere uitgaven: Tien jaren Arbeidswetge ving", De Beroepsklapper" en De Gehuwde Vrouw en de Veldarbeid". Ook kan men zich bij den uitgever op de geheele reeks werkjes abonneeren. llllllliimiimilimillimiilililimiliii IIMIMIMIIMIHIIIIIMIIIIIIIIIIIIIUUI Modes. Onttroonde vorstin. Crinoline. Costume traiteur. Blouse, boléro enz. Bazaar te Windsor. JVino Boucicault. Beatrice Harraden. Zooals wij reeds een poos geleden mee deelden, heeft madame Mode goedgevonden, vrijwillig geen druppel menschenbloed is er bij vergoten, haar zetel van all n-heerscheres te verlaten. Vol verwondering constateeren wij het feit, dat haar wuft breintje rekening houdt met de eischen van den dag. De aangebeden despote heeft gevoeld, dat men tegenwoordig om te slagen, liberale en democratische gezindheden moet kweeken. Leeg is haar troon; als eenvoudige toe schouwster is zij met hoofscheii zwier ver gleden onder de massa. Neen, zegt zij, ik neem u niet langer als kinderen aan de hand en roep u toe : dét en dat zult gij dragen, hiermede zult gij u tooien, ziehier den mantel die u schutten moet tegen koude, dit is de hoed, dien gij zult opzetten." Wij mogen handelen naar eigen oordeel en smaak. Laten wij echter de onttroonde vorstin niet uit het oog verliezen. Zij reist incognito, iederen dag bestaat de mogelijkheid,dat wij haar pad kruisen ! Wee! als haar aristocratische mond zich plooit in een spotlach, door onze verschijning. Wee ! als onze tooi ondeugende flikkeringen doet dartelen in haar onderzoe kende oogen! Zij wil ons niet ringelooren ; vrij wil zij ons laten, maar onder voorbe houd, dat wij ons gezond verstand in alles den doorslag laten geven. In alles, waarmee wij ons kleeden en tooien van kruin tot voetzool. Kekening moeten wij houden met persoonlijke bizonderheden die wij wel eens willen wegcijferen of verstoppen. Bij de keuze van elk kleedingstuk moeten wij tegen over ons-zelf, waar zijn. Leeftijd, tiguur, ge laatskleur, kapsel, kleur van ons haar, niets mag aan strenge zèlf-kritiek ontgaan, als wij er aan hechten sierlijk voor-den-dag te komen, zonder dat wij een loopje nemen met ons eigen ik". Kleeden wij ons in harmonie met ons uiterlijk, dan hebben wij kans, bij een toevallige ontmoeting met de omdwalende gebiedster, van haar een lief tallig, veelzeggend groetje te krijgen. Volgens fransehe modeberichten heeft de crinoline zich teruggetrokken. Des te beter! Zij dreigde met haar komst ; irtis er feitelijk reeds, maar, in al haar breedheid zich een weg banen door een dicht opéngeschoolde menigte, niet zure gezichten, zij durfde het iiiiiHtiiiiiiiiiHimiiiimmiiii niet aan. Vóórdat zij in den knel geraakte, heeft zij stiekem den aftocht geblazen. In doffe vergetelheid hunkert z\j naar betere tijden.... De practische Parisienne is verrukt over haar costume trotteur". Eens zoo vlug als anders, tript zij over het asphalt, heeft haar handen vrij om te omvatten de tallooze pakjes, die de fransehe vrouw altijd zélf meedraagt, uit de plaats, waar zij haar inkoopen deed, en lacht in haar vuistje over haar genoegelijke trottoir-ervaringen. Geen kramp meer in duimen en handpalmen, niet langer grauwig beslijkte laarsjes. Halve maatregelen kent de Franeaise niet. Steeds doet zij eere aan het spreekwoord van haar natie: II faut qu'une porte soit ouverte ou fermée." De korte wandelrok reikt nauwe lijks tot aan haar fijne enkels, en wordt meestal ongevoerd gedragen over een onder rok van ruischende taf-zij. Het Engelsch model is zeer in trek, namelijk het puntige heupstuk met gladde voorbaan, en geplooide zij- en achterbanen. De rokbanen blijven sterk gegeerd en vermeerderen steeds in aantal. De blouse heeft zich plechtig voorgenomen minstens even lang te leven, als de boléro. De sierlijke combinatie voldoet in zoo hooge mate, dat wij haar, in het mode-interregnum nog een langdurig bestaan toewenschen. Naast de blouse, ijvert het geheel aange sloten corsage om den voorrang. Onberispe lijke figuren komen in deze moulage deug delijk tot haar recht. De scherp-afgeteekende en diep tot op den bovenarm doorgetrokken schouderlijn, is mede een gevolg van de modetjes uit het Queen Victoria tijdperk, waarin neerhangende, sluike garneerselen schering en inslag waren. * * * Koningin Alexandra, die bizonder veel van kinderen houdt, heeft zeker aan haar gast, de koningin van Italië, een paar prachtige poppen medegegeven voor de Italiaansche prinsesjes Yolanta en Mafalda. De bazaar door de koningin van Engeland, de prinses van Wales, gravin Dudley en een aantal dames uit Albion's aristocratie, te Windsor gehouden, werd geopend ter eere van den koning en de koningin van Italië, op den dag van hun bezoek te Windsor. De bazaar bestond uit louter producten van lersche industrie. Het maken van poppen in natio nale kleederdrachten, heeft op 't oogenblik in Ierland een' hooge vlucht genomen. Konin gin Alexandra neemt dezen tak van nijver heid onder haar bescherming. Legio is het aantal kinderen, dat door de koningin van Engeland met mooie poppen beschonken wordt. De opbrengst van den Windsor-bazaar strekt ten bate der kidderziekenhuizen te Londen. * * * Onder de zeer jeugdige Engelsche tooneelspeelsters trekt Nina Boucicault steeds meer de aandacht. Zij is nog piepjong en reeds betwisten theater-directies elkander haar medewerking. Het veelzijdig ontwikkeld talent van Nina Boucicault is oorzaak, dat zij op trefl'elijke wijze rollen uitbeeldt va» het meest verschillend karakter. Op vijftien jarigen leeftijd vervulde zij den hoofdrol in Little Mary" een stuk van haar thans over leden vader, Dion Boucicault. Nina heeft reeds een tournee in Australiëen in Ame rika achter den rug. Roemrijke, voordeelige campagnes, die haar lauweren, geld en naam bezorgden. * # * Wij zijn haar nog lang niet vergeten, de kranige schrijfster van het schoone werkje Ships that pass in the Night." Met vreugde zien wij Beatrice Harraden weer opduiken in de dichte gelederen der letterkundigen. Een tijd lang, toen zij ijverig bezig was, fijne vruchten te kweeken, in Californië, hoorden wij niets van de vrouw die zich met haar verhaal Ships that pass in the Night" een naam maakte, die klinkt als een klok. Een nieuw werk, getiteld : Katharine Frensham" is thans van hare hand verschenen. De Engelsche pers is vol lof over Harraden's nieuwe boek en verklaart het een ideale liefdes-geschiedenis, die nimmer ontsierd wordt door een schijn van gemaaktheid, of een spoor van valsch gevoel. In Katharine Frensham heeft Beatrice Harraden nogmaals bewezen, dat haar kracht schuilt in scherpscherp-omlijndo karakterteekening. CAPRICE. debraden fazant. Benoodigdheden: l fazant, 75 gram spek, 100 gram boter. Bereiding : Men lardeert den fazant, of men dekt de borst van den vogel niet lapjes zeer vet spek. Ongeveer l uur in den oven braden, met 100 gram .boter. Af en toe bedruipen. Als de fazant gebraden is, snijdt men hem in stukken ; men overgiet die met de jus, die men eerst een beetje bindend maakt, door ze even te laten doorkoken. IIIIIIIMIIIMIIIIIIIIIIIlmlIIIIIIHIIIIIIIUIIIIIIIMMIIIIIIIIIIIIIIIIlmlIIIIIIMIMM Prof. Dr. JAIGER'S NORMAAL ONDER». Hit Je n\l pconcessionee* FaMek van W. BSH6IR SöHNE, S t n 1 1 ia r t, M e meest geschikte Onderkleeding voor Najaar en Winter en door H.H. Doctoren als het beste voorbehoedmiddel tegen Rheumatiek en Verkoudheid aanbevolen. Het ECHTE JAEGERGOED is niet duurder ei van veel tcter pliteit, ttalve sterker, dan Binnen- en Buitenlands* namaabels. In verschillende dilten en maten voor Heertn, Barnes en Kinderen veririjfita tij B. F. DEUSCHLE-BENGER, Hoofddepöt van .Dr. Jaegers Orig. Normaal Wolartikelen, &ïMin l ver* t ra at, lenig specialiteit in deze Artikelen in geheel Hederlaud.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl