De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1903 29 november pagina 8

29 november 1903 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

DE A M i T E il D A M M K K W K E K B L A D V O O R N E D E U L A N D. No. 1379 K l sonadjen en collegien als pok commissaris sen van stedelijke inrichtingen, hoofdamb tenaars van publieke werken, den architect Zocher en den aannemer met de werkbazen. 4. Uitnoodiging van Z. Mayesteit tot het bywonen van een dejeuner-dinatoire op kosten van de leden van het stedelijk be stuur op het raadhuis aan te bieden. 5. Illuminatie van de beurs en de koren beurs. Dit rapport werd 16 Juli in den raad behandeld en de nummers der voordracht veranderd en nog uitgebreid. Het werd aldus samengesteld: l en 2. Overgenomen van de commissie. 3. Bepaald dat de burgemeester een aan spraak zou houden en daarna by publicatie de beurs voor den handel zou openstellen. 4. Geen illuminatie van het beursgebouw. 5. De hulpbeurs van den Dam te amoveren en gedurende eenige dagen beurs te doen houden op het oude beursplein dat hoewel onoverdekt voor zeer geschikt werd gehouden. 6. Bij de plegtige opening niemand anders der autoriteiten uit te noodigen dan den gouverneur van Noord-Holland en verder toegang te verleenen aan zooveel mogelijk der gewone beursbezoekers. 7. Op kosten der leden van den raad welke zich daartoe willen verbinden een dejeuner-dinatoire aan te bieden aan Z. M. in de raadkamer op het stadhuis. Nu werd de commissie weder uitgenoodigd over deze 7 hoofdpunten een nadere voordracht te doen en te adviseren over het plaatsen van een gedenksteen.' De com missie vereenigde zich met deze 7 punten en stelde alleen voor het getal der genoodigden uit te breiden tot 7, verder een zit plaats voor den koning op de beurs te maken naar de zijde van de Warmoesstraat, en het stadhuis te illumineren, muzyk van de schutterij bij het dejeuner en ten laatste .stelt zij voor den gedenksteen te plaatsen boven de deur van het uitstek aan de Noord zijde en daarop te vermelden dat de beurs febouwd is op stadskosten en in tegenwoorigheid van Willem II voor den handel geopend is. Deze steenonkosten worden ge schat op 400 gld. Op den 3n Sept. werd tot een en ander door den Raad besloten. In een dagboek gehouden van het begin tot de voltooiing van den beursbouw, lees ik dat 9 Sept. op het middenplein een bron zen Mercuriusbeeld op marmeren voetstuk is geplaatst, door Z. M. ten geschenke ge zonden. Op 10 Sept. den feestdag, werd om 5 uur 's morgens begonnen met het hijschen der 59 vlaggen, toen werden de schuttingen afgebroken en aan de beursingangen mili tairen geplaatst. Tegen 10 uur kwamen de stedelijke waagdragers en corps ten getale van 42 op het beursgebouw om toezicht te houden over het afgeven der toegangsbil jetten. Daarna kwamen successievelijk de burgemeester, wethouders, leden van den raad, de commissaris der publieke werken Klijn en de architect Zocher in het huis van den plaatselijken commandant bij elkan der en gingen om V» 12 naar den hoofd ingang der beurs om den koning en de twee prinsen te recipieren. Nadat de hooge gasten naar hunne zitplaatsen waren geleid, hield de burgemeester P. Huidekoper een toe spraak van het spreekgestoelte. Nadat de koninklijke gasten in dezelfde orde vertrok ken als zij gekomen waren werd het gestoelte van Z. M. opgeruimd en ten 3 ure de eerste bijeenkomst der kooplieden gehouden, terwijl op het stadhuis een collation werd aange boden aan den koning en de prinsen waarbij ook genoodigd waren de commissaris pVer de publ. werken Klijn en de architect Zocher. Na afloop vertrokken de vorstelijke gasten weder naar den Haag. Des avonds werd in den Stadsschouwburg gegeven: de Inwijding der nieuwe beurs van Amsterdam, door M. Westerman, in twee tafereelen, voorafgegaan door de feestouverture van I. B. van Bree en gevolgd door de triumf van Arlaquin op zijn medeminnaar Capoen". De voornaamste publieke gebouwen, bene vens enkele huizen van ingezetenen werden geïllumineerd, de heer Zocher werd ridder van den Nederl. Leeuw en de heer Klijn kreeg een diamanten ring met naamcijfer van den koning Willem II. Daarmede was het feest tot aller genoegen afgeloopen. Mr. J. J. LOEFF. Hofsteden en buitenplaatsen ten zuiden Tan Haarlem, Een boekje, voor velen stellig hoogst welkom, zag kort geleden het licht bij de gebr. Brederode te Haarlem. Het geeft oude transporten en verbandbrieven van vele buitenverblijven, gelegen te Heemstede, Berckenrode en Bennebroek, tusschen de jaren 1628 en 1811 dateerende. Het is de heer A. van Damme, ambtenaar aan het Rijksarchief van Noord-Holland te Haarlem, die deze verzameling van overdrachten uit de Schepenen-protocollen in dat archief be waard, heeft bijeengebracht en wij geven hem de verzekering dat hij zich daardoor de erkentelijkheid van velen alleszins heeft waardig gemaakt. Wij vinden in deze verzameling van tal van buitenplaatsen, ware lustoorden, de stichters d. w. z. de eerste eigenaars, de latere en de koop prijzen vermeld, in den loop der tijden besteed, alsmede de wisseling der namen van de plaats. De vermelding der grenzen geeft ons de ligging en uitgebreidheid, vaak aanzienlijk vergroot. De verzamelaar der oorkonden heeft ons het eerste transport in extenso gegeven, van de latere geeft hij den voornaamsten inhoud. Onder de namen der eigenaars treffen wij voor het grootste deel die van Amstcrdamsche familien, waarvan vele tot de patricische geslachten behoorende. Slechts van een enkel buitenverblijf blijkt de oorsprong vroeger dan de eerste helft der 17e eeuw. In die eerste helft werden dan ook nog de kapitalen ge geerd" en beheerd"; eerst omstreeks 1650 begon de aanleg van de hofsteden en sedert de 18e eeuw werd die der uitgebreide lustplaatsen met hun aanzienlijke landhuizen algemeener, waarin zooveel schatten van kunst en weelde waren te vinden, gelijk uit menig transport hier gegeven, valt op te maken. De heer Van Damme heeft hier en daar het ontstaan van den tegenwoordigen toestand uit de vroegere deelen met hun benamingen toegelicht en wat geheel ver dween, wijst hij topographisch aan. Wij hebben blijkbaar aan zijn eigen veeljarige heugenis van deze streken te danken dat ook sorns een nuttige aanteekening door hem is bijge bracht, die waarlijk naar ineer doet smaken, Omtrent het buitenverblijf Oud-Berkenrode trof ons inzonderheid de vermelding van de schepenacte van 1745 waar wij lezen van het plaatsen door den heer Keter de la Court van dien naam op het hek van zijn plaats in 1741. Hiervan getuigt nl. Dirk Quakernaar, de tuinman van Mattheus Lestevenon, regeerend schepen van Amster dam, en heer van Berckenrode. Quakernaar, met den schout en den heer De la Court zijnde, hoorde dezen aan genen zeggen dat het plaatsen van dien naam strijdende was tegen het recht van den heer van Berckenrode doch dat hij schout in overleg met de zaak waarnemers van v. B., den naam op het hek zoude laten staan, totdat die heer er mee bekend zou zijn en deze dan naar zijn welgeval len kon handelen. Het blijkt uit de acte niet duidelijk of De la Court Out Berkenrode of roede op het hek had laten plaatsen, want beide benamingen schijnen in de verklaring van genoemden tuinman te zijn geschreven. Vermoedelijk is echter alleen Berckenroecfc bedoeld. In den text die Lutgers op zijn lithographische afbeeldingen gaf van Haarlem's omstreken, ongeveer in het jaar 1840 uitgegeven, vinden wij dat de naam OutBerekenroeA' werd gegeven na een proces gevoerd in de vorige eeuw waarbij aan den toenmaligen eigenaar het recht betwist werd om dien naam (Oud Berckenrode) aan de plaats te geven." Dit proces zou vlg. Lutgers vele jaren mi 1747 hebben plaats gehad. In dat jaar werd het huis Berckenrode, de plaats van M. Lestevenon, bij gelegenheid van de illuminatie wegens het feest van het erfstadhouderschap van Willem IV, grooten deels door brand vernield en sedert is het terrein verdeeld geworden. Een en ander schijnt alzoo, althans wat den tijd betreft, in strijd met de hier gegevene acte, volgens welke de naam Oud Berkenroede reeds in 1741 op het hek van de plaats werd gesteld. Mo gelijk dat M. Lestevenon later den naam heeft betwist, want de acte ziet op een processueele bestemming. Lutgers had zijn aanteekeningen uit den mond van mr. J. van Lennep ver zameld en de vroolijke mr. Ko deed gaarne een greep in zijn rijken schat van kennis aan traditloneele gebeurtenissen. AVij kunnen niet anders dan hartelijk wenschen dat de heer Van Damme zijn belang rijke verzameling zal voortzetten en ons, als het kan binnen een niet te lang tijdsverloop, ook alles geve wat de schepen-protocollen in zijn bereik, inhouden omtrent de hofsteden en buitenverblijven ten noorden van Haar lem, waar de historie van zoo menige lustplaats ongetwijfrld ook zeker de belangstelling van velen zal trekken. Bij het weerzinwekkend bedrijf der grondspeculanten van onze dagen, waardoor het historisch cachet van aanleg en beplanting van zoovele buitenplaatsen wordt opgeofferd aan alle zoodanige grondverdeeling die slechts het grofste winstbejag kan bevredigen, in deze onze dagen blijft voor velen van des te hooger belang alles wat bijdraagt tot de juiste kennis van het verleden zoowel van wat nog gespaard bleef als van wat verdwijnen moest. Mocht de heer Van Damme onzen wensch ter harte nemen en een tweede deeltje geven van noordelijk van Haarlem, dan zou een uitvoerig naam- en plaatsregister op beide boekjes zijn arbeid zeker hooge waarde bijzetten. Ook geven wij hem in overweging om op de namen in de acten zelven scherp toe te zien. De acten geven soms den naam n geradbraakt n juist op hetzelfde blad. Wij wijzen b.v. op den naam J. van Fontaine en verder het juiste Jean Fontaine ; Pierre Dominique Prevost, brigade-generaal en niet P. D., prevost brigade generaal zooals door ons werd opge merkt. Er zijn fouten van dien aard die de schrijver van de acten zelf niet zag, de over schrijver herstelle deze. Am s t., 12 Nov. 1903. V. Nederlandsch Indische Kunstkring. Het Bestuur van den Nederlandsch Indischen Kunstkring te Batavia heeft het plan gevormd tot het houden eener tentoonstelling van Chineesche beeldende kunst. Deze ten toonstelling zal plaats hebben op 't einde van November 1903, vermoedelijk in 't ge bouw van de Loge aldaar. Reeds werd de toezegging van belangrijke inzendingen ont vangen, terwijl, behalve de commissie die deze zaak zal regelen, de kunstkring zich de mede werking verzekerd heeft van den heer Stuart, ambtenaar voor Chineesche zaken, en van verschillende Chineesche ingezetenen. De Commissie van uitvoering bestaat uit de Heeren: Ch. B. Bakhuizen van den Brink, Resident van Batavia, Voorzitter; J. Einthoven, Ass.-Resident van Batavia; H. N. Stuart, Ambtenaar voor Chineesche zaken; Tio Fek Ho, Majoor Chineesch; V. Zimmermann, Koopman; J. Z. van Dijck, Leeraar ; J. G. van Ingen, Leeraar. Namens het Bestuur v. d. Kuustkring. A. S. CARPENTIER ALTING, Voorzitter. J. Z. VAN DIJCK, Secretaris. UIT DE NATUUR. XLI. In Artis. Er is van de week iets heel bizonders in Artis gebeurd. Een van de reuzenslaugen heeft aan het Genootschap een buitenkansje bezorgd, bestaande in drie en dertig welge schapen Boa-constrictortjes. Leuke jonge diertjes zijn het; al bij de geboorte zoo lang en dik als een matige wandelstok. Ze lagen eerst dicht opeengedrongen als een groote confituur taart, een platte kronkelige massa, waaruit hier en daar een lang niet leelijk miniatuur-boakopje uitstak, iets, dat een phantast uit oude tijden stellig van een veelkoppig wezen zou hebben doen verhalen. Zondagmiddag heeft er al eentje de stoutigheid gehad in een boom te klimmen en het jonge dier legde dadelijk boven in den stam een dikken, fraai geteekenden ring om een tak. Het hok wordt als altijd van onderen ver warmd, zoodat de bodem al heel lekker lauw moet aanvoelen; toch kruipen de jeugdige boa's dadelijk een eindje verder onder den wollen deken, als de oppasser, door het op lichten van een punt, aan de vele belangstel lende bezoekers een kijkje wil gunnen op 't interessante slangengebroed. De kleur van de jonggeborenen is in hoofdzaak als die van de ouden; het voorste deel is wat matter, maar de staart vertoont al de werkelijk mooie kleuren en teekeningen van de afjiodsslang. Dat is inderdaad een machtig mooi dier. Let eens op, met hoe weinige tinten en door welke eenvoudige verdeelintr het schitterend effect wordt verkregen van zoo'n getijgerde boa-huid; ongetwijfeld is het de mooiste slang van de Nieuwe Wereld, het netwerk van de Indische reuzenslangen is veel warreliger en doet het oog lang niet zoo aangenaam aan. Ik weet nog best dat ik in mijn jeugd hoofdzakelijk naar Amsterdam, en naar Artis verlangde om een Boa constrictor in leven den lijve te zien. Dat was een levend fabel dier. Daar ging je altijd bij vergissing op zitten als je in Braziliëop de apenjacht was. Door de warmte van 't kampvuur begon dan opeens de boomstam te leven en onder luid gegil vlogen de Indiaansche dragers de boomen in. Zoó'n Boa constrictor kon ook een hertebok met huid en horens kalmpjes inslokken en het monster was na zoo'n maaltijd zoo paf, dat je hem gerust kon aaien, doodslaan, vastbinden aan het zadel en zoo voortsleepen naar het naastbijgelegen kampement. En dan die prachtige platen uit de Aarde en haar Volken, de gevechten van menschen en jaguars met boa's van 15 M. lengte en een boom dik. Dat was om van te rillen en op te schrikken in den droom. Vermakelijk is het verhaal van onzen land genoot Cleijers, dat ook Brehm aanhaalt en dat indertijd voor waarheid doorging. Ik zag eens een boa van buitengewone grootte een buffel aanvallen, die aan een rivier stond te drinken. Het gevecht was schrikkelijk om aan te zien. Op een kanonschot afstand hoorde men de beenderen van den buffel kraken, toen deze in de kronkels van de slang werd doodgedrukt. Ik kocht zoo'n slang van eenen jager en bij 't' opensnijden vond ik er een groot hert in ; in een andere slang een wilden bok met lange horens en in de maag van een derde een stekelvarken met zijne lange pun tige stekels. Op 't eiland Amboina werd eens eene zwangere vrouw door eene andere soort boa verslonden!" Nu zijn al de schrikwekkende verhalen, die de eerste reizigers van negers en Indianen al te grif hebben overgenomen, geslonken tot minimale proporties. Vooral die nuchtere Duitsche natuurvorschers Schomburgk, de prins von Wied en prins Waldemar van Pruisen en de taaie, ongeloovige Engelschen als Bates en Gould, hebben daar schuld aan. Een Boa constrictor van 6 meter is al een baas in zijn soort; hij leeft voornamelijk van aguti's, hazen, eendvogels en is bizonder belust op ratten en muizen. Een Surinaamsche ree is al 't grootste dier, dat door deze reuzenslang wordt aangevallen en met heel veel moeite naar binnen geschoven. Gevaarlijk voor menschen is de Boa con strictor in 't "geheel niet; het beest gaat voor kinderen aan den haal en door een enkelen slag met een eind hout, die den kop treft, is het te verdooven. In 't noorden van ZuidAmerika en Middel-Amerika en ook op de landengte van Panama zijn de Boa constrictors in 't geheel niet zeldzaam; ze komen daar nog al eens de huizen binnen en worden in de voorraadschuren geduld, waar zij door 't wegvangen der ratten van groot nut kunnen zijn. Soms slapen de inlandsche wachters met hen onder n dak. De boa's dooden hun prooi niet door bijten, maar door platdrukken tusschen de kronkels en ze gewennen in gevangenschap ook aan dood voedsel. Een maaltijd van onze gewone inlandsche ringslang, die tusschen Amsterdam en Muiden veeL voorkomt, is een verschrik kelijkheid vergeleken, bij dien. van een boa. Zoo'n ringslang'drlïK een kikker niet eerst dood, maar schuift hem met behulp van haaktanden en zeer beweeglijke kaken, levend naar binnen. Na dïl langdurig proces, waarbij vooral de heupen van den kikker, die vier maal zoo breed zijn als de slangenkop, veel werk geven, schuift een ringslang nog kalmjes voort; en een Amerikaansch e reuzenslang die een volle maag heeft, is wel wat trager dan gewoonlijk, doch is allerminst in een stokstijven boomstam veranderd. Voor de jongkies in Artis onder den deken is al voedsel en een schaal met melk klaar gezet; 't is evenwel nog niet opgemerkt, dat een van alle gegeten of gedronken heeft. Jong geboren slangen schijnen van huis uit heel wat voedsel mee te krijgen, ik heb ten minste wel eens in September ringslangen uit eieren gekregen, die eerst in 't volgende voorjaar begonnen te eten en intusschen toch flink gegroeid waren. In reizende menagerieën, waar voor de slan gen meestal geen verwarmde hokken voorradig gehouden worden, liggen de volwassen dieren vaak onder wollen dekens, ook is 't rantsoen daar wel eens afhankelijk van de recette. In onvoordeelige kermistijden (ook een enkele maal in een diergaarde) gebeurde het dan ook wel, dat de oppasser of eigenaar 's mor gens zijn wollen deken miste ; een dief natuur lijk ; maar na eenige weken werkte een boa den deken, als een cylinder van een paar meter lengte en een decimeter dikte, weer naar buiten; geweven schapenwol schijnt zelfs voor een boa-maag te machtig te zijn. 't Is voor Artis te hopen, dat de jonge boa's even voordeelig gedijen als de anaconda's die in Februari van 't vorige jaar een hok verder in de slangenzaal geboren zijn. Ook deze liggen nog altijd onder een deken in het hok. Dat was nog gewichtiger feit ; want het was de eerste keer, dat een anaconda, de waterboa van de Surinamers, in gevangen schap levende jongen kreeg. Van die 26 anaconda's leven er nog 15 onder een wollen deken en vreten best. Zoo'n Anaconda-boa, waarvan Artis ver scheidene flinke exemplaren bezit, kan nog grooter worden dan een Boa-constrictor, waarschijnlijk tot 10 meter toe. De Javaansche Python die tot de allergrootste slangen gerekend wordt, bereikt volgens Schlegel die lengte nooit. Het schijnt inderdaad wel eens voorgekomen te zijn, dat een anaconda zich aan een mensen vergreep; maar dan meestal doordat de slang, bij het grijpen van een kleinere prooi gestoord werd en zich in blinde woede op den aanvaller wierp. Zulke geval len zijn uitteraard zeer zeldzaam en het dooden van een mensch door een anaconda, is nog nooit met zekerheid geconstateerd. Dat onze Nederlandsche diergaarde de eerste i s, waar een anaconda en een Japansche reuzensalamandor zich voortplantten, kan toe val zijn; maar in elk geval bewijst het feit, dat hier de dieren met bizondere zorg en met groote kennis van zaken worden behandeld. Dat neemt veel weg van het hinderlijke dat er voor ons in ligt, groote wilde dieren in enge gevangenschap gehouden te zien. Het voorbeeld van de reuzensalamanders, doet bo vendien weer eens uitkomen, vau hoe groote waarde voor de wetenschap een goed bestuurde diergaarde kan zijn. Do voldoening wordt te grooter als de teelt succes heeft, en dat schijnt bij de reuzensalamaiider werkelijk zoo te zijn. Zondagmorgen telde ik al een honderd jonge diertjes, die uit de eieren waren gekomen Uitgaven.: ollandia-DFiikkerij, B .A. .A. IR, MAX O'EELL HARE KONINKLIJKE HOOGHEID DE VROUW Prijs ?2.40.2e druk. Art. geb. ?2.90. ... Aller-amusantst. Het is een boek waarmede de uitgever succes zal hebben. Handelsblad. Dit is een interessant boek, dat wel de moeite waard is gelezen te worden. Telegraaf. . .. dit lezenswaardige en aangenaam geschreven boek. Anna de S a v o r n i n L o h m a n. MAX O'RELL DORA GRANTHAM Trouw en Artiste Prijs ? 2.40. Artistiek geb. ?2.90. MAX O'RELL ONDER DE ROOS Prijs ? 2.75. Artistiek geb. ?8.25. VICTOR H UGO WICKSTRÖM EEN MODERNE HISTORIE Prijs inyenaaid ? 1.50. MAX ESCHNER EEN KLEINE WONDERWERELD Natuur en Kunst in onze Wouing Voor Nederland bewerkt door J. HENDRIK VAX BALEN. Met 200 gra\ures naar het leven geteekend door BRUNO HÉROUX Prijs in prachtband ? 5.50. Bij onze Duitsche naburen heeft dit werk enormen opgang gemaakt. Een van Duitschland's populairste schrijvers, JULIUS STINDE, zei van dit goede boek : Een boek als dit zou mij zeer gelukkig gemaakt hebben als ik het gekregen had toen ik een jongen was, en nu het er is, hoop ik, dat iedere knaap en ieder meisje het op zijn of haar verjaardag krijgen zal. Dien wensch deelen wij ten volle. Nieuwe Courant. J. HENDRIK VAN BALEN OM DE HERTOGSKROON Een verhaal nit den tijd van Karel de Groote. Met 40 illustratiën Prijs ?1.50. Fraai geb. ?1.90 E. STRAUSS VRIEND HEIN Prijs ?2.40. Fraai geb. ?2.90. Zelden boeide een boek van dezen tijd mij zóó... Het is voor mij eene gebeurtenis van groot belang, mede te kunnen deelen, onder de vele schrijvers en letterkundigen nu een dichter ontdekt te hebben." Wiener Abendpost. De schrijver van deze zachte, wel luidende, droefgeestige geschiedenis is een werkelijk eenig kunstenaar. Das Litter arische Echo. Ik heb het boek met stijgende belangstelling gelezen. Allgemeine Zeitung. M. E. DELLE GRAZIE LIEFDE Prijs ?1.90. Artistiek geb. ?2.40. Er gaat een aparte bekoring uit van deze eigenaardige verhalen.... Geen lectuur voor bakvischjes; maar wel een kunst die in haar soort eenig is. Onze Eeuw. Met dit boekje in 'n gezellig hoekje, voel-je dat je leeft. Wolfgang in De Spectator. FRANZ PAHL THOMAS ALVA EDISON Met portret Prijs ingenaaid ? 0.75. Een interessant boekje zoowe voor jongelui als voor ouderen, be vattende een pittig geschreven le vensbeschrijving van dezen merkwaardigen man, waarin tevens op populaire wijze zijn verschillende uitvindingen behandeld worden. ANDREW HOME EEN SAMENZWERING OP SCHOOL Met 12 illustratiën Prijs ? 1.90. Fraai geb. ?2.40. Even aantrekkelijk als de titel is de geheele inhoud van dit jongens boek. Andrew Home zal zich gewis tal van vrienden onder de jongelui verwerven ; hij is onbetwistbaar een der beste jongensschrijvers van den tegenwoordigen tijd. MULTATÜLIANA e en onuitgegeven Stukken voorafgegaan door een Biblio grafisch Overzicht. DOOR Dr. A. S. KOK en LOUIS D. l'EÏIÏ. Prijs ingenaaid ? 1.75. Gebonden ? 2.25. Panorama-Gebouw. Amsterdam, Plantage-'. Antieke Meubelen, Porceleinen, Schil derijen, Perzische Tapijten. Vaste prijzen. Toegang vrij. Amerikaansch Cylinder-Bureau, beide onderkasten met laden, uitstekend van kwaliteit en inrichting, 127 cM. lang /' 65.?. Bureau Minister, eikenhout, prima eigen fabrikaat 150 X 80 cM. met schuifladen /' 65.?. Amerikaansche Sectie-Kasten, bij uitstek geschikt voor Boekenkasten, zoowel als voor verzamelingen van allerlei aard. Beste fabrikaat bij meest voordeelige prijzen. Men vrage gratis toezending der Speciale Prijscourant voor Kantoor-Inrichtingen DE PHOENIX", 234 Spuistraat, Amsterdam. L BINNEN-: :;.T.;:HUIS INRICHTINGTOT MEUBELEERING EN-VERSIERING IISDER- WONING^ 12O-ROKIN-12O 12 Etsen van WILM STEELINK, Met Tekst van J. F. VAN SOMEREN, Bibliothecaris te Utrecht Gedrukt op zeer fraai papier, de tekst in rood kader met vele vignetten en handteekeningen, kost dit prachtwerk (groot folio form.) gebonden slechts - /12.5O.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl