De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1904 17 januari pagina 1

17 januari 1904 – pagina 1

Dit is een ingescande tekst.

H*.'1388 DE AMSTERDAMMER A°. 1904. WEEKBLAD VOOR NEDERLAND Onder Redactie van J. DE KOO en JÜSTÜS VAN MAÜRIK Jr. Dit nummer bevat een bijvoegsel. Uitgevers: VAN HOLKEMA & WARENDORF, Heerengracht 457, Amsterdam. Het auteursrecht voor den inhoud van dit Blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad No. 124). Abonnement per 3 maanden / 1.50, fr. p. post ? 1.65 Voor Indiëper jaar mail 10. Afzonderlijke Nummers aan de Kiosken verkrijgbaar . . . . . 0.12'/2 DU blad U verkrijgbaar Kiosk 10 Boulevar-1 des Capncines tegenover het Grand Café, te Parijs. Zondag 17 Januari. Advertentiën van 1?5 regels / 1.10, elke regel meer f 0.20 Reclames per regel 0.40 Annonces uit DuitschlanJ, Oostenrijk en Zwitserland worden uitsluitend aangenomen door de firma KUUOLF MOSSE te Keulen en dooi alle filialen d-zer firma. I N H O V Dl VAN VERRE EN VAN NABIJ : Een gevaarlijk man. Genezing van Longlflders KUNST EN LETTEREN: Gysbreght van 'ematel, door L van Devssel. Vlaamqcha zichten en gezichten, door Karel van de Woastyne - A. D. v d. Gon Netscher, Het Principe, beoorJeelJ door W, Pik FE ILLETON: De Heilige van Olara Yiebig. Uit het Duitser,, door M. v. O - RECLAMES. VOOR DAMES: Kindermishandeling Wat is het spel der kinderen?, door John Stratcban, beoordeeld door O. Allerlei, door Caprice. UIT DE NATUUR, door E. Heimans Kunstveilingen in bet voorjaar van 1904, door F. van Haamatee. Verbintenissen in zake van knust, I. De Amsterdamsche Processie in het Gemeente-Museum door A J. Dei kinderen.?Het begrip van artistiek eigendom door het Binnenhuis, door R W. P. Jr. Een receptie bjj den Sultan, II, (Slot) door dr. N. i. Biagels. Wodan en Loke", door J. Aleida Nyland. - FINANCIEELE EN OECONOMISOHE KRONIEK, door D Stigier INGEZONDEN. SCHAAKSPEL- PEN- EN POTLOODKRASSEN. ADVEBTENT1EN. Een gevaarlijk man. De drukte ook nu weder door Dr. Kuyper gemaakt, zoodat de Europeesche pers van zijn Brusselsche reis wel moet spreken, als over een politieke gebeur tenis, zal dan toch eindelijk de oogen openen van hen, die nog niet mochten hebben begrepen, dat onze premier, be halve een groot", ook een voor zijn land gevaarlijk man is. Het Handelsblad is tot dit inzicht gekomen, en heeft het noodig geacht zijn meening dienaangaande te doen kennen in bewoordingen, die wij gaarne onderschrijven, wijl zij in strekking geheel overeenkomen met wat wij meermalen als onze overtuiging hebben uitgesproken. Wij ontleenen aan dit artikel het volgende: Wij hebben iu Nederland thans een pre mier wien niemand den titel eminent rnan" zal ontzeggen. Die premier is reislustig eu wij gunnen hem gaarne deze korte verpoozingen van zijn harden, dagelijkschen arbeid. Wij willen echter niet ontveinzen, dat het ons voor 's lands algemeen belang wenschelijker zou voorkomen zoo die ver poozingen en reisgenietingen wat minder druk door Kouter de geheele wereld door geseind werden. Een eminent Nederlander heeft, zelfs als hij minister is, het voorrecht in het buitenland zeer gemakkelijk zijn in cognito te kunnen bewaren. Aan uitnemende Duitschers, Engelschen, Fransehen of Russen gelukt dit minder goed, maar Denen, Zweden, Belgen, Portugeezen en Spanjaarden kunnen evenals Nederlanders ministers en hoogst begaafde ministers zijn zonder gevaar te loopen, in het buitenland terstond als zoo danig te worden erkend. Dit incognito heeft bovendien veel vóór, als men buitenlaudscbe toestanden goed wil onderzoeken. Daarom wekt het zooveel ver wondering, dat dr. Kuyper, als hij op zijne onderzoekingstochten in het buitenland is zoo moeilijk zijne hooge stelling weet te verliergen. Wij hebben uu in elk der jaren van zijn ministerieel leven eene geruchtmakende buitenlandsche reis van onzen minister van binnenlandsche zaken gehad. Van de eerste reis heette het dat zij den Sjuidafrikaanschen strijd op billijke wijze ter beëindiging zou brengen. Van de tweede, dat Nederland zich formeel zou aansluiten bij den Driebond, en van de derde, de tegenwoordige reis, weet do wel ingelichte buitenlandsche pers te melden, dat, Nederland zich zou steken in de netelige Congo-quaestie en tevens een tolunie zoude sluiten met België. Wij wezen er reeds op, dat dit laatste ons i hoogst onwaarschijnlijk voorkomt, zoolang Belgiëopenlijk protectionistisch gezind is, en meu hier te lande niet, verder durft gaan dan een fiscaal verhoogd tarief van invoer rechten voor te stellen, welks aanneming alles behalve zeker is. Wij hebben uitgezien naar eenige ophel dering in de ministerieel gezinde pers, maar behalve de modedeeling die ter geruststel ling ook reeds naar het buitenland geseind is, dat de aanstaande komst van onzen pre mier te Petersburg alleen beoogt een bezoek aan de daar thans gehouden tentoonstelling voor het kind, vonden wij daar niets." Dergelijke belangrijke diplomatieke zetten worden niet in eens gedaan, en nooit dooi den eersten minister in persoon. Frankrijk is in 1903 openlijk in nauwere relatie ge treden met Italiëen Engeland, maar de Eransche premier heeft daarvoor Parijs niet verlaten. Sinds jaren bestaat er een formeel verbond tusschen Frankrijk en Rusland, maar geen Fransche premier was nog tijdens de uitoefening dier functie te Petersburg, even min als Lord Balfour of Zanardelli naar Parijs zijn gegaan. Bij den Driebond is het iets anders. Toen deze eens gesloten was, hebben de eerste ministers herhaaldelijk samenkomsten gehad, doch alleen in hunne hoedanigheid van minister van buitenlandsche zaken, niet als premier. De voorbereiding eener nauwere politieke verhouding, geschiedt op eene geheel andere wijze. Eerst wordt stemming gewekt bij het publiek, dan onderhandelen de diplomaten, geheel onderling zonder gerucht, ten hoogste alleen met een paar extra reizen van een gezant, en is alles klaar, dan komt een officieel bezoek van het hoofd van den Staat het goed voorbereide publiek eene openbare bekrachting der nieuwe verhouding geven. Dr. Kuyper staat te hoog voor stemming maker. Hij is noch gezant, noch leider onzer diplomatie. Hij is evenmin hoofd van den Staat. Zijne reizen kunnen dus niet de beteekenis hebben die men er aan wil hechten, maar zij brengen Nederland noodeloos in opspraak. Is dit inderdaad zoo wenschelijk?" De heer Kuyper is in zekeren zin een groot man, maar hij toont al te dikwijls zóó klein te zijn, dat hij zijn eigen grootheid" veel belangrijker acht dan het belang van zijn land. Hoe meer herrie er van hem en om hem heen wordt gemaakt, des te aangenamer schijnt hem dat te wezen; figuurlijk gesproken, zoodra hij de grenzen over is... reist hij iti zijn tirolerpak; waar hij komt moet het een beetje kermis zijn meer acrobaat dan calvinistisch theoloog of diplomaat, is hij belust op veel bekijks. Zeker, Kuyper is een begaafd man; in enkele opzichten zeer bijzonder be gaafd; maar de kern van een man van beteckenis zal toch altijd zijn en blijven zijn diepe ernst, zijn hooge verheffing boven het banale, zijn zelfbeheersching en zijn zelf-negatie, waar hij staat in dienst van zijn ideaal; dit zij dan van staatkundigen of maatschappelijken aard. Wat vindt men hiervan in onzen reis minister ? Wat het HandcMilad hierboven zegt aangaande de taak van premiers en ministers is zoo juist en duidelijk, dat het geen toelichting behoeft. Ook wij hechten niet de minste waarde aan de geruchten omtrent onderwerpen van be teekenis, in die bijeenkomsten behandeld. Maar waren zulke vraagstukken inder daad aan de orde: met welk recht ging dan K-H ij per daarover te Brussel met Leopold redeneeren verduisterende zijn Minister van Buitenlandsehc Zaken en de Nederlandsche diplomatie? Aangenomen dat men aan niets anders heeft te denken, dan dat Leopold hem zoo graag eens heeft willen ontmoeten, waar om zou hij zich niet een oogenblikje hebben kunnen vertoonen aan den Congo-Souvorein, die reeds zoo veel in de wereld heeft gezien, zonder dat nu juist de kranten dat alles hebben verteld; om daarna Brussel te verlaten r1 Daar zijn toch nog steden genoeg, waar men, zelfs als Kuyper, aangenaam vertoeven kan. zonder zijn land in opspraak te brengen. En waarom dan niet vooruit of zonder verwijl in zijn Standfiard meegedeeld, dat er niets anders dan zoo'n aardigheidje pourvu Ie roi s'amusc aan de hand was? Maar neen, als wist hij niet hoe er in zijn eigen land, n in België, on in de europoesehe staten, dientengevolge over Holland en Belgiëzou worden gesproken en ge schreven, houdt hij zijn dineerend verblijf daar tot l (i Januari vol. Nu komt er onder de geruchten ook een voor, aangaande de waarschijnlijke uitwisseling van bezoeken door Leopold e n Wilholmina. Wij Nederlanders verlangen daar niet bijster naar. De oude voeten zijn hier te lande reeds lang vergeten; we kennen als natie elkaar; wij zorgen ieder zooveel mogelijk voor onze eigen belangen; maar hebben tegen Leopold en zijn Hogeoring een grief, nog al een gewichtige, dut /ij n.l. onze taal stelselmatig haar rechten ontzeggen. Wat wij Nederlanders nu eigenlijk aan Leopold zouden hebben, aan de verpersoonlijking van hot- over de Nederdietscho taal in Beliriöheerschend schrikbewind, begrijpen wij niet goed. De taal is" immers ganscli hot volk." Maar dit daargelaten, stol, wat wij niet aannemen, dat het doel zal ge weest zijn, dergelijk bezoek voor te bereiden, om daarna Wilhelmina naar Brussel te nooden wordt, na de wijze, waarop Kuyper zich te Brussel heeft laten fêteeren, zulk een bezoek van de Koningin zelve, wel iets meer dan een staartje van haar ministers allerglorieuste verschijning; zoo iets, dat men zal nemen op den koop toe ? M. a. w. zooals deze premier zich in den vreemde gedraagt, raken alle verhoudingen zoek. Nu zouden wij niet opnieuw hierover spreken, viel er niets anders aan te wijzen, dan het ridicule van het geval. Daar is voor ieder, die gaarne een inte ressant medemensen gadeslaat, in Kuypers optreden iets amusants. Een Cal vinist, die de glinsterende wereld met zooveel ambitie inwandelt, en de door hom opgevangen schittering genoeglijk van zich laat afstralen. Edoch zulk een man is als promier-diplomaat, om zijn eigenschappen, die tot onberekenbare gevolgen kunnen leidea, een niet te loo chenen gevaar. Wat kan er in een hoofd, bij deze bekende neiging tot het gedruisch- en naammakend op den voorgroad treden, niet opkomen; en waartoe kunnen zijn overleggingen en begeerten hem niet voeren, nu zijn gemoed den teugel eener krachtige zelfbeheersching mist ? Wat ons betreft en, we zijn er zeker van, zoo zullen er zeer velen in Nederland leven ? we kunnen ten opzichte van ons internationaal-politiek-beleid eerst gerust zijn, als de heer Kuyper weer professor aan zijn Universiteit, journalist en leider van de antirevolutionnairen zal zijn ge worden, instedovan leider van een kabinet. Genezing van Longlijders. Do bestrijding der tuberculose geniet steods moor de belangstelling van genooshooron en leekon. Thans hoeft ook de hoer Pijnappel, do bekende schrij ver in het Hmidrl.-tblad, een tweetal artikelen aan dit onderworp gewijd, die al weder zullen bijdragen tot hot ver spreiden van ccnigo kennis aangaande don toostand, waarin wij ten opzichte van deze aangelegenheid hier to lande verkooron. Vooral voor oen klein land als het onze kan hot nuttig zijn to vernemen, wat omtrent andere kleinere landen, als Portugal, Denemarken en Zweden, in deze wordt meegedeeld. Op initiatief van de Koningin van Portugal is aldaar tot stand gekomen de Nationale Vereeniging tot hot verleeneu van hulp aan tubereuleuzen, die aanstonds een groot aan tal leden verkreeg en aan wie door een wet een jaarlijksche subsidie v-a u Staat en Ge meenten van 120,000 guMen verzekerd werd. Zij nam in de eerste plaftts de propaganda ter hand en verspreidde kennis van de ziekte en de middelen er tegen, door woord en geschrift. De aangifte werd verplichtend ge stold en dispensaires opgericht. De zieken, die daarin hulp zoeken, krijgen alle mogelijke 1 inlichtingen on de armen ook voedsel. Twee. ! sanatoria voor scropliuleuzen werden opge richt aan de kust, met 1(1(1 bedden, eii weldra zullen er 1(>0 zijn. In de zomermaanden wor den ? i'|0 kinderen op een daartoe ingericht stoomschip, een zeesanatorium, geplaatst om een tocht op zee te ondernemen. De bouw van vier sanatoria voor tuberculeuzen is onde.r handen genomen. De ve.reeniging heeft thans oen kapitaal van 700,000 truiden eu een jaarlijksch inkomen van ?2011,000. In Denemarken bestond sinds eenige jaren een sanatorium, dat togen betaling toegan kelijk was, maar waarin van Staatswege door oen dotatie van (12,00(1 gulden eenige vrijboddon beschikbaar waren gestold. In het vorige jaar heeft Kopanhagen een eigen sana torium gesticht. In filol weid een nationale vereeniging opgericht on deze telt thans :>(>,<»<)() leden, die jaarlijks moer dan ? 100,000 aan contributie storten. Door haar worden drie sanatoria voor volwassenen gebouwd. I''.n eindelijk hooft de Minister van Justitie het vorige jaar een commissie benoemd om een wet to ontwerpen tot ondersteuning vau arme lijders. Volgens de bepalingen daarin opgenomen, zullen alle behoeftige tv«l»*rt>Hleuzen gratis behandeld worden. ..Al is Dene marken", zoo eindigt de rapporteur, ..oen klein land dat den strijd niet kan voeren zonals groote naties, omdat de kosten dan te hoog zouden worden, het kan toch ook strij den met hoop op succes, en ik ben er trotsch op dat in het volgend jaar, naai' ik hoop, ijri'n enl.'1'lc itrnii' zieke, in lieel Dmcmarkrn meer zonder hul/> ztd bchorreii te blijrm"'?']. In Zweden eindelijk werd ter gelegenheid van de viering dor 2"i-jarigo ivgeering van Koning Oscar, aan Zijne Majesteit oen be drag van 2,"i(Hl,(i(lo kronen, ruim anderhalf millioen guldon, tor hand gesteld door de inwoners van liet land te «uiien gein-acht, en de Koning bepaalde dat het geld zon strek ken tot bestrijding der tuberculose. De Rijks dag gaf nog een crediet van S.iO,000 kronen en terreinen en hout uit de bossehen van don Staat ter waarde van 150.(100 kronen, zoodat liet mogelijk werd drie sanatoria to stichten. Daarin kunnen dos winters '.'> l (i en des zomers :>">(; zieken worden verpleegd. Op groote schaal wordt, ter onderrichting van het pu bliek propaganda gemaakt door do maatre gelen die in liet belang der lijders en hunne omgeving kunnen worden genomen. De stad Stockholm stichtte een asyl voor vergevor derde zieken, mot los bodden, on een sana torium voor beginnende gevallen, waarin voor ;i2 lijders plaats is. Eindelijk is er oen sanatorium aan de zeekust voor scropliuleuze kinderen, en een tweede wordt gebouwd." Welnu, bij doze mcdodooling kan men aanstonds stollen, dat hier te lande voor oen vijf en twintigtal onvennogende patiënten uit hot Emma-fonds oen aan zienlijke reductie wordt mogelijk gemaakt ; dat hot Sanatorium teHellcndoornpl.m. /' 15.000 per jaar aan contributie ont vangt; voegt inou hier nu nog bij do *l Wij cursiveren. ?10,000 door Kuyper op de begrooting gebracht dan weet men zoo ongeveer, op welke hulp voor den arme tering lijder, bij ons r/erekend mag worden; natuurlijk, buiten hetgeen vrijwillig uit andere beurzon wordt verstrekt. In elk geval blijkt het dus, waar andere kleinere staten reeds een goed eind op weg zijn, om den strijd tegen de tuber culose voor de yehei'le arme bevolking te voeren, dat wij pas aan het begin staan van dezen grooten en kostbaren arbeid. Intusschen, al doende loerende, is men bij ons tot het inzicht gekomen, dat men niet op do boste wijs van wal is gesto ken. Algemeen wordt erkend, dat onze volkssanatoria te duur zijn geweest van bouw, on door oen te kostbare inrichting tot te hoogo verplcgingskosten moesten leiden, en zoo is, gelijk onze lezers reeds vroeger kondon vernomen, de vraag gesteld: zouden de arme teringlijders en lijderessen, die nu, bij gebrek aan middelen, zoo moeiolijk in eon Sanatorium kunnen worden opge nomen, niet op goodkoopere wijs d. w. z. voor 't zelfde geld in veel grootere getale kunnen geholpen worden aan die groote geneesmiddelen: rust, zuivere lucht c n krachtig voedsel. Men weet ook, dat de hoeren Hacntjos en Middelburg, de artsen van het Sana torium to Putten, die vraag niet alleen bevestigend beantwoord hebbon, maar dat zij zijn voortgeschreden tot do daad, noo dig om zulk 0011 goedkoop Sanatorium op te richten. In oen circulaire, dezer dagon verspreid ondertcekond door do hoeren .1. W. R. Ivoch, (XirmrreeiiJ Haeiitjes en Middelburg-, (PuttenJ lezen wij als volgt: In aangename opdracht van de vergade ring te l'trecht op 21! Deo. j.l. gehouden in het gebouw voor K. A: W., hebben wij de eer u te verzoeken wel te willen medewer ken tot het in .liet leven roepen van een sub-commissie in uw gemeente of kring van gemeenten, welke sub-commissie tot doel zal hebben steun te verwerven voor ons plan vau eon goedkoop volks-sanatorium, dat in de vcryutlercny alleszins uitvoerbaar werd geacht. De schetsen, door een architect uit toe wijding tot de zaak geheel belangeloos ge reedgemaakt, waren ter vergadering aanwe zig, terwijl toegezegd is, dat een sanatorium voor (10 patiënten voor de geringe som van ? ;>0.000.?zal kunnen gebouwd worden. De huishoudelijke begrooting geeft een cijfer aan run ?!.?o\' iitindi-r per da<j en per putient, zoodat ons geprojecteerd sanatorium zeer zeker den naam van goedkoope volksinrich ting verdient." Tevens vernamen wij, dat reeds eon paar giften van /'1ÜOÜon ook van ?100 waren ontvangen; torwijl men pogingen zal in 't werk stellen om giften in eens of jaarlijksche bijdragen te verkrijgen voor dit uitnemend dool. Nu is het zeker, dat olko begroeting onjuist kan blijken te zijn; de Heer Pijnappcl, hoozoor hij op bezuinigingen Tiioont te mogen rekenen, voert ernstige twijfel aan het toereikende der genoemde kosten. Daar staat echter tegenover, dat do Hoeren Maantjcns on Middelburg, die de bogrooting ontwierpen, toegerust zijn met oou kennis op jarenlange ervaring gegrond, wolko toch allicht dio van dr. rijnappel zal evenaren. Doch gesteld, dat do verplegingskostcn niet /'l of minder, maar /'l on iots moer zullen worden, do botcckonis van do stichting vau zulk oon sanatorium zou reods groot genoeg zijn, als hot do gelegenheid gaf voor /'l.2.1, /'l.:l') te verplegen, waar Laren en Hellendoorn /'2 en OranjeXassau-oonl zelfs .'i guldon vorderen; immers dit zou willen zeggen, dat, waai er in Oranje-Xassa.u-oor l 100 geholpen worden, er in Laren on Hollendoorn 150 on iu do nieuwe stichting 200 a .'!00 kunnon worde?) opgenomen voo?1 hotzolfdo bedrag. En daar hot hioi1 loopt over honderden, on, iu eon reeks van jarou over vele duizenden patiënten, bohooft liet geen nader botoo»- van welk oon groot belang dit is voor do arme longlijdondo bevolking, dio Nederland hooft aan te wijzen. \\ ij achten hot dan ook in de hoogste mato wcnscholijk, dat do Meeren Koch, Maentjoiis 011 M.iddellmrg den steun van allo monschliüvondo Nederlanders ontvangen; daar hun poiïcu er oen is, dat, mot succes bekroond, tot don bouw vau oen grootor aantal goedkoope sana toria zal leiden; tot zegen van zoovolen, dio nu, in vaak onbeschrijfelijke ellende, ton gronde gaan ofschoon zij het leven hadden kimne» behouden, eu do kracht tot arbeiden herwinnen. Toen wij voor hot eerst over do inza meling voor ranje-Nassau-oord on hot Emmafonds schreven, stond ons niets anders voor den geest, dan oen hande ling, als waarvan Zweden het voorbeeld "heeft gegeven, al hebben wij daarbij aan Zwedon niot gedacht. Koning Oscar van Zweden, men heeft het hierboven kunnen lezen worden, bij zijn 25-jarig jubileum, 2.300.000 kronen, 1.5 millioen gulden, door.de natie ter hand gesteld, en de koning bepaalde, dat dit zou strekken ter bestrijding van tuberculose. f.n gelijken geest schreven wij: maak van doze zeldzame gelegenheid gebruik, om Emma tonnen en tonnen gouds ter hand te stellen ter bestrijding van tuberculose. Geef haar de gelegenheid voor Nederland te worden de patrones der teringlijders; handol in het groot; heel de natie zal willen medewerken. Maar neen, zulk een denkbeeld schijnt alleen goed to zijn, voor Zweden; voor Nederland past het niet. Hier komt men mot zijn gedachte niet vorder dan tot Ora.nje-Nassau-oord; al wist men dan ook, even goed als wij, dat dit hot duurste middel is, om de a?-me teringlijders te holpen, on dat men daarmee voorloopig olko inzameling bederft, die voor het groote doel, o:>k voor Ncerland's oor, zoo broodnoodig is. Maar daar zijn wij Nederlanders voor! GysWt yan Aemstel, Het is een genoegen in den Stads-schouwburg op het Loidsche Plein te Amsterdam een voorstelling van Vondei's Gysbreght van Aemstel bij te wonen, gegeven door het Toonoelgezelschap, do Koninklijke Vereeni ging Het Xederlandsch ooneel. De localiteiten in den schouwburg, die de zaal omringen, zijn zeer ruim en goed ver licht en de zaal zelf is gezellig en maakt door zijn behagelijke, hooge, rijke vormen, in goed een geheel vormende samenstelling, den indruk van een Instituut, bestemd voor aanzienlijke bezoekers, die tevens vrij veeleischende kunst-liefhebbers zijn. Dit is mis schien niet de indruk dien de zaalbouw geeft, getoetst aan' een Ideaal van schouw burgzaal-bouw, maar wel de indruk, dien een eenvoudige vergelijking niet de schouw burgen van het Buitenland doet ontstaan. Bij de derde voorstelling van (fvsbreght was de zaal vol, en er werd aandachtig ge luisterd. Meerdere bezoekers volgden het voorgestelde gedicht in een medegebracht boek, met ernst en genegenheid. Dit alles te zamen maakt deze, jaarlijks wederkeerende, voorstelling tot eene gebeur tenis, waarvan het nationale een der grootste bestand-deelen is. Deze menigte menschen, deze menigte Nederlanders, is daar bijeen en luistert met aanhoudende belangstelling naar het gedicht, naar het over hun eigen land, over hun hoofdstad in zijn vroegste gedaante, voor hun eigen land, voor hun hoofdstad iu zijn grootste historische bloeitijdperk, door den grooten landsdichter in de eigen taal tot een schoon gedicht geschreven verhaal. Ken .Nederlander zal meer van Nederlanders houden dan van Buitenlanders om de zelfde reden als waarom gij meer van uw eigen familieleden houdt dan van andorer familie leden. Eu daarom is het niet alleen. inissehi.w zelfa niet iu de eerste plaats, een artistieke", maar is het tevens eene politische voldoening, die de Gysbreght ons geeft. Wanneer wij hooren tot hoe schoone vormen het Hollandsen hier is opgebloeid, maakt dit schoone ous nog meer blijde omdat het Hol landsen is, dan even schoon Duitsch en Fransch ous maakt omdat het schoon is. De Kunst vau Vondel moet men waardeeroii in haar eigen karakter. Kn zoo dus ook den Gysbreght" in 't bizonder. Ieder-een kan weten, dat do Gysbreght niet een toouoelspel is met intrige of actie, ook niet een in beeld gebrachte geschie denis met de verblindende levendigheid van voorstelling der oude Engelsche drama schrijvers, maar alleen is: een reeks van reci tatieven en tableaux vivants. Iets, wat wij op het tooneel zien vertoonen behoeft niet te zijn een tooneelspel iu den dikwijls als den eenig geldenden aangenomen zin van dat woord. Er behoeft niet zielkun dige verwikkeling, er behoeft niet strijd van harstochten bij te pas te komen. Het behoeft zelfs niet eene geschiedenis te zijn. De vraag is hier niet: wat liet wezen van een Drama is of aan welke wetten de structuur eener Tragedie, naar ideaal model, behoort te ge hoorzamen. De vraag is alleen wat redelijker wijze : op hot Tooneel vertoond kan worden. En indien wij dan den Gysbreght van Aemstel beschouwen als een gedicht dat, met behulp der bewegende beeldhouwkunst en der reciteer-kunst, die samen de tooneelspeelkunst vormen, tot zijn volledigste uit drukking wordt gebracht, zullen wij, na dit in de practijk te hebben gezien, moeten toestemmen, dat een dergelijk in-beeldbrengen, een dergelijk tot plastisch eu musikaal leven brengen, tot de meest gcwenschte verrichtingen van het schouwtooneel gerekend moet worden. De Gysbreght is plechtig en kalm als een orgelspel en wil niet drama-leven, maar alleen,

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl