Historisch Archief 1877-1940
Ko. 1392
DEAMSTERfrAMMER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
den componist behoeft gedeeld te worden.
Overigens z\jn er momenten ia van mooie
stemming, vooral tegen het slot.
Het Scherzo maakt ea eenigszins
Koboldac'itig grillig effect, door de hoofd passage met
de typische noten des en b. Geheel in het
karakter van dit thema, maakt de componist >
gedurende dit deel weinig gebraik van
symphonisehen samenklank der verschillende
instrumenten, doch doet hij ze meestal afwisse
lend alleen optreden.
Het Finale is wederom een Allegro
dat met het eerste deel op n lijn staat.
Goed gsevonden. is de getrouwe omkeering
van het aanvangsinotief uit het eerste deel.
Aan het slot verheft het werk zich tot een
grooten climax, zoodat het geheel
wirkungsvoll" wordt afgesloten.
Ik hoop dat Kersbergen's quartet spoedig
in druk moge verschijnen. Het is een mooi
werk waarmede ik den- componist van harte
geluk wensch. De\componist toonde zich in
zijn eigen werk als een gedistingeerd pianist;
hij werd uitstekend gesteund door de heeren
Flesch, Hofmeester en Mossel.
Deze drie heeren met den lieer Noach aan
de tweede vioolparty, voerden nog uit
Mendelssohn's reeds ietwat verbleekt e mol
strykquartet op 42 en Schumann's heerlij k quartet
op 41 in a. Met hun voortreffelijk spel oogst
ten zij den dank in der toehoorders.
*AKT. AVEKKAMP.
Den len Maart e.k. zal de firma Frans
Bufl'a en jïoneii in Pulchri bovenstaande
veiling doen uitvoeren. De catalogus, die er
van verscheen, is op zeer bizondere wijze
saaingesteld.
H. de B. schrijft daarin een breed opge
zette, zeer uitvoerige causerie over den
meester en zijn werk en doet zich kennen
als een enthousiast bewonderaar van
\Veissenbruch's kunst. De oprechtheid, die uit
het gehcele opstel spreekt, verdringt direct
liet stuitende van de omstandigheid dat oen
wel eens wat al te breed uitmeten vau
's meesters verdiensten juist moest geschie
den in een veilings-catalogns en zoodoende
een reclame schiep, die de te verkoopen
stukken toch waarlijk niet behoeven.
Maar voorop stellende dut dit geheel buiten
de bedoeling van den schrijver lag eu deze
dóór het uitspreken van zijn waardeering
voor den meester, slechts als bemiddelaar
werd aangewezen, om de aandacht van het
publiek nog eens op Weissenbruch's kunst
te vestigen, kunnen we ons best vereenigen
met de- waardige wijze, waarop deze auctie
wordt ingeleid.
We kunnen den vrienden van den schilder
de kennismaking van dit zeer lezenswaardige
artikel ten Sterkste aanbevelen.
Zonder te veel lust tot rubriceeren of tot
het maken van logische indeelingen wordt
de plaats, die de kunst van Weissenbmeh
innam, juist omschreven en de wijze waarop
de schrijver het geschilderde in taal weet om
te zetten,' verlevendigt werkelijk in hooge
mate on/e herinnering aan het ceuvre van
den meester.
Mij ten minste kwam bij het lezen al het
typisch, eigenaardige van die sympathieke,
groot-eenvoudige kunst helder voor den
geest en met welgevallen doorleefde ik weer
de aandoeningen die zij mij gegeven heeft.
En waar de schrijver wijst op Weissenbruch's
sterke oorspronkelijkheid, wil ik beamend
getuigen, hoe er bijna geen andere schilders
zijn die men zich op gelijke wijs herinnert
als Weissenbruch.
Aan zijn kunst denkend brengt meil zich
zelden een bepaald werk voor den geest,
maar deukt men zich die kunst als geheel,
met al de eigenaardigheden en al het per
soonlijke dat zij i-aamvatte het sterke type
blijft ons langer bij, dan de bizondere beko
ring vau enkele zijner meest uitmuntende
werken.
Er worden een paar gezegden van den
ouden, goedrouden natuurschilder aan gehaald,
te teekeuachtig en te goed zijn kinderlijk
naief karakter weergevend, om ze niet even
hier af te schrijven.
Lucht en licht zijn de gioote toovenaars.
De lucht bepaalt de schilderij. Schilders
kunnen nooit genoeg naar de lucht kijken.
We moeten het vau boven hebben. Wij
leven van licht en zonneschijn en gaan met
ons palet door de droge buien". En verder:
Als het stormt en regent, als het dondert
en bliksemt, ben ik in. mijn element. De
natuur moet men in werking zien. Dan
buiten, trek ik mijn jekker aan, steek mijn
voeten in klompen, zet een soort hoed op
en ga op marsch. Als de buien bedaren,
met houtskool of zwart kr^jt een krabbel
gemaakt, om vast te houden wat je ziet.
Bij het uitwerken komt toon eu kleur van
zelf in herinnering".
In een roeibootje door liet polderland
varen, of visschen, dat is ook zoo'ii kostelijke
natuurstudic. In een schuitje zitten schilderen,
het water in een oude klomp, een lekker pijpje
in den mond, dat is schilders heerlijkheid".
Welke biograaf zou. van den schilder en
zijn knust een juister beeld kunnen geven
dan deze weinige kernachtige regels!
De catalogus omvat l OU werken die elk
afzonderlijk met veel zorg, kennis en liefde
zijn omschreven, /oo ik meen is er veel
studiewerk bij, waarlijk niet het minst be
geerlijke voor de echte liefhebbers. Een
menigte reproducties, waarvan sommige zeer
goed het breedo en sappige van
Weissenbiuch's werk weergeven, versieren dezen
opmerkelijken catalogus. J. W. N.
Museum van kunstnijverheid
te Haarlem.
In de rotonde en aangrenzende blauwe zaal
van iiet museum van kunstnijverheid te
Haarlem is thans eene tentoonstelling van
Japansche kunst geopend.
De rotonde is geheel gevuld rpet
kaketaono's, hout- en ivoorsnijwerken, lakwerken,
porselein, aardewerk en verdere producten
der Japansche kunstnijverheid, uit de verza
meling van de firma Kleykamp te Rotterdam.
In de blauwe zaal werd bijeengebracht eene
keurige verzameling stootplaten, lakwerken
enz., tentoongesteld door eenige liefhebbers
van Japansche kunst.
De verzameling zal te bezichtigen zijn van
14 Februari tot 7 Maart.
Inhoud van Tijdschriften.
Op de Jloor/te, maandschrift voor de Huis
kamer, Hoofd-Redactrice mej. H. Verschuur.
N o. 2: Van verre en van nabij. In de
natuur. Kocht en wet. Medische en
hygiënische wenken. ? Modes. Voor keu
ken en huiskamer. Psedagogiek. Mu
ziek. Litteratuur. Correspondentie. Met
bijlage voor onze Jeugd". Amsterdam, M.
J. Portielje.
Eiyen .Haard, No. 9.: In de Branding, door
Marie de Negri, IX. Met de camera op
de vogeljacht, door dr. J. E. Rombouts, met
afb. G. A. Heinze f> me* portret. ?
Op de Nederlandsche Afdeeling der Tentoon
stelling De Wereld van het Kind" te
St. Petersburg, door II. S. S. K., met afb.
(Slot). ? Do opleiding onzer /ee-oilicieren.
door Nautilus, met afb. (Slot). Verschei
denheid. Feuilleton.
IIIIIIIIIIIIIIIMIIIlHtlllllllllllllUIIMHIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMtlllllllttMIHIIIIIIIIIIIHIIIHIIIIItlll N ItllMIIIIIIIIMII II1111
t^S A Rl $TI UU A OEI te KrUlCleil is een <?<-.??- beproefd middel
om gerechten, groenten, rlee/en, soepen, sausen, ragonts, oogenblikkelijk een krachtigen aangeiiamen
geur en smaak te geven. Weinig «Irupwefs zijn voldoende. lfP7
^ ^VV '^iW ? JB ? ? ? ^V^F ?????, Verkrijgbaar tij alle soli-do kruideniers en comestibleshandelaren.
MAGfil's onderscheidingen: 4 groote Prijzen, 28 Gouden Medailles, 6 Eere-Diploma's, 5 Eere Prijzen, zesmaal buiten mededinging, o a. 1899 en 1909 Wereldtentoonstelling Parijs.
^^m^^^m^m**^^?^a^*^?f?m*^m^m^mma^?c~mi?-i^?m?-?***i^^^^^^--Bm.=^^?x-*?*?-~xmLJ!mmmmM^jmn^^umÊtmm ? mi ?! l il ll»ll l l IIl!??? !? \nri^9SXJm^KJa^^^iaf^HlfnrViX!mmtimi^,^^i7^èKaÊ^lMMJaSH^^f^^S^f^i^^^^^^^^^^^^^^E^^^^^^
IIIIIIIHIIIItlMMIIHIMIIIIIItMIHIlIIllllllinilMMltlIIIIIMtMIIMMlrillllllitMIIJIIIItllllHllllllllllltlllllilllIllllllMlllllllllllllllUMII
iiiimniiiitimiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiintiiiiiiiii inHiMMiiHiiiMnMiinuiMiHiiiMiiiiiHiMiHiininiiiiiiniMiiiiiiiHiiiiiiniiiiiiHiiiiiMHiiiHiniiiiHiiiiiiiiiiiiiiHiiitniiiiiiuMiiiiiiiiii
VOOE( DAMBjS.
Onder arktóeifle Trouwen.
Naar li<'.t Duitsch, van DKTTA ZII.CKEST.
Ik zal niet zeggen, waar het huis staat,
waarin ik een halve maand, zonder herkend
te worden, ouder arbeidende vrouwen heb
doorgebracht. Wanneer men met de beste
bedoelingen de boeken zijner vrienden be
spreekt of de stichting van een Maecenas
roemt, kan men; er zeker van zijn, alles be
halve dank te oogsten. En wanneer ik hier
mijn avonturen, ia een tehuis voor arbeidende
vrouwen mededeelde en daarbij bekend maak
te, waar ik die beleeftie, dan- zouden de be
woonsters ongetwijfeld wegens mijne indiscre
tie in opstand komen.
De plaats doet weinig ter zake, daar de
inrichting van het huis, dat ik bezocht, in
het algemeen overeenkomt met die van derge
lijke instellingen in andere groote steden. Door
nieuwsgierigheid, en belangstelling gedreven,
heb ik perso«nljjk nagegaan, hoe de arbei
dende vrouwen onder elkander leven en hoe
men voor 25 mark in .de maand kan eten
en wonen.
Ik raoet beginne» met de opmerking, dat
de toch vrij groote overgang van dame tot
arbeidende vrouw" mij tot mijn eigen verba
zing geen moeite heeft gekost. Wat meer
zegt, ik kwam tot de overtuiging, dat het
mij volstrekt niet buitengewoon moeilijk zou
vallen^ mijn leven voor goed op die wijze
in te richten.' De Tehuizen verschaïl'en, wan
neer ze niet al te kazerneachtig zijn ingericht,
aan de arbeidende vrouw een veel gezonder
en aangenamer bestaan dan het op zichzelf
wonen. Dat geldt voornamelijk de voeding.
Wat hier voor een pensiousprijs van 60
pfennig per dag wordt gegeven, is alleen mogelijk
voor een huishouden, dat zijn inkoopen in
het groot doet en geon winst maakt, integen
deel van particulieren dikwijls giften ont
vangt. Het uitmuntende voedsel bestond
's morgens uit een kop kotlie met melk en
twee broodjes, 's middags uit soep, een stukje
vleesch, een groote portie groente, aardap
pelen en brood, 's avonds uit aardappel- of
ineelkost of soep met een toetje. Bier was
voor G pfennig per glas te krijgen, maar
daarvan werd weinig gebruik gemaakt. Som
migen der bewoonsters, voor wie de
peiisionsprijs van GO pfennig nog te hoog was,
deden van enkele dingen afstand, wat dan
in aftrek wordt gebracht, Zoo zag ik meis
jes, die 's middags niets dan brood en soep
aten samen voor G pfemrig. Soms ge
beurde het dan, dat een van de rneerge-'
goeden zulk een arme collega in stilte wat
meer liet geven. De meesten kenden den
nood uit eigen ervaring.
Er werd gegeten van geëmailleerd ijzeren
borden, in een gezellige, heldere eetzaal. Alles
was even zindelijk, ook do slaapkamers, die
de bewoonsters natuurlijk zelf moesten schoon
houden. Voor '2 mark per week kon men een
kamer alleen krijgen. Om met mijn
huisgeiiooten beter in aanraking te kunnen komen,
gaf ik er de voorkeur aan, niet alleen te
slapen ; dat kostte mij 1.50 mark per week.
Het vertrek was rood geverfd en bevatte,
behalve vier ijzeren ledekanten, vier stoelen,
vier waschtafels met blikken kommen, een
tafel en een commode. Verder waren er eenige
kleerkasten. Op de bedden lagen geen lakens
en dekens, alleen een dekbed. Daaraan moest
ik eerst wennen, overigens kon ik mij heel
goed in mijn nieuwe leven schikken. Overdag
heb ik in mijn slaapkamer wel gewerkt. Het
samenwonen niet mijn kauiergenooten viel
niij buitengewoon mee. Deze fatsoenlijke,
ernstig denkende meisjes uit het volk ver
oorzaakten bij mij volstrekt niot het gevoel,
dat ik mij te midden van een lagere klasse
van menschen bevond ; integendeel, zij ston
den mij in haar streven naar zelfstandigheid
veel nader dan menige vrouw uit mijn eigen
kringen. Nooit is de alle maatschappelijke
kloven dempende macht van den arbeid mij
zoo duidelijk geworden als daar. Ik zag niets
ruws; onder fabrieksarbeidsters gaat het
misschien anders toe. Wat mij trof, was aan
den eenen kant de groote terughoudend
heid, aan den anderen kant de verrassende
beschaving eu menschenkcnnis, die ik op
merkte.
Had ik gemeend, dat in een huis, waar
zeventig jonge vrouwen wonen, vroolijkheid
zou heerschen, dan luid ik mij vergist. Er is
een zeer groot onderscheid tusseheii een
meisjeskostschool, al is liet daar nog zoo
gireng, en een dergelijk tehuis voor meisjes.
die op eigen beenen staan. Al bestaat er
tusschen beide inrichtingen eenige uiterlijke
overeenkomst, al is de ouderdom der be
woonsters dikwijls dezelfde, de strijd om het
bestaan maakt de arbeidende vrouw ernstig.
Overal zag ik stille, ernstige gezichten. De
maaltijden werden zoo snel mogelijk gebruikt,
tersvijl er bijna niet werd gesproken. Vele
meisjes hadden niet eens tijd, om haar hoed
af te zetten. De middagrust, die op kantoren
en fabrieken gemiddeld vijf kwartier ot' ander
half uur duurt, liet niet toe, dat men eens
rustig met elkaar sprak, daar de meeste
meisjes nog een langen weg hadden af te
leggen. Maar ook 's avonds, wanneer er meer
tijd was, kwam het zelden tot een lang ge
sprek. Vertrouwelijkheid was iets onbekends.
Met verbazing merkte ik op, dat de meesten
niet eens wisten, wat haar huisgenooten uit
voerden. Er heerschte een beetje internatio
nale onverschilligheid in deze meisjes; zij
hadden al zooveel gezien, dat ha?, r nieuws
gierigheid verstompt was. Eu meer nog was
er misschien instinctieve slimheid in het
spel : zij vroegen anderen niet, teneinde zelf
niet uitgevraagd te worden.
Ik had dan ook niet den minsten last vau
onbescheiden vragen. Nienmnl scheen te
willen weten, wie ik was en hoe ik daar
was gekomen. Slechts eenmaal vroeg eeu
kamergenoot mij naar mijn beroep. Ik zei,
dat ik schrijfster was. Zij wist heel goed,
wat dat was, maar nam zonder verwondering
aan, dat ik geen geld had, om anders te
leven. Haar eigen verdiensten waren klein
genoeg. Zij was klerk op een advertentie
bureau, had een kweekschool voor onder
wijzeressen en een handelseursus doorloopen
en had nu ecu salaris van 4') mark per
maand. De overigen verdienden gemiddeld
evenveel. Modemaakstcrs en naaisters
verdk-nden bij een werktijd van 8 a 10 uur
1.51) tot 1.70 mark per dag. Een meisje, dat
pas van buiten kwam, vertelde, dat zij daar
voor 90 pfennig eu den kost van 's morgens
zes tot 's avonds acht uur bij de boeren
naaide. Thans, nu zij ook voor haar voed
sel zorgen moest, kwam zij niet veel beter
uit. Zich van een dergelijk inkomen ook
nog te moeten kleeden, vereischt heel wat
goeden wil en overleg. Toch zagen de mees
ten er netjes uit ; zij trachtten dan ook door
avond- en nachtwerk er wat bij te verdienen.
Ofschoon de eetzaal veel gezelliger was
dan de slaapkamers, was zij na het avond
eten spoedig leeg, U-rwi/I ir.en daarentegen
in de slaapvertrekken dikwijls nog lang licht
zag branden. De avonduren boden de beste
gelegenheid voor een zekere toenadering.
Ik merkte veel ninkheid op, veel gezond
verstand en een groote zekerheid in prak
tische dingen. Eens kwam het gesprek op
de verhouding tot «len man. Allen wisten
door haar dagelijkse!».-!! omgang met mannen,
die zich in haar tegenwoordigheid in het minst
niet ontzagen, genoeg, om zich geen illusies te
maken. Vrijheid en zelfstandigheid was haar
kostbaarste be-zit, eu het moest al iets heel
goeds zijn, waaraan zij dit zouden offeren.
Hier bleek dus ook, dat de maatschappelijke
zelfstandigheid van de vrouw* haar neiging
voor het huwelijk doet verminderen.
Menige treffende opmerking getuigde van
den scherpen blik, die verkregen wordt door
het leven in groote steden en meer nog dooi
den voortdurende!! omgang met vreemden.
Meer nog werd mijn aandacht getrokken
door de zucht naar onderricht. Op de com
mode in onze kamer ontdekte ik een kleine
bibliotheek, beslaande uit Eichendorir's ge
dichten, Gocthe's l-'ansi", een beschrijving
van Zuid-Afrika en een lumdatlas. Toen ik
mij verbaasd toonde hier een atlas te vin
den, antwoordde de bezitster mij, dat men
dien toch elk oogenblik uoodig had. Even
verbaasd was ik, toen ik eens twee meisjes
uit gekheid Italiaansch met elkaar hoorde
praten. Ik moft toen wel eeu heel verbluft
gezicht getrokken hebben, want later vertelde
een der bewoonsters, die mij had gadegesla
gen, dat zij gedacht had, dat die deftige" niets
van vreemde talen afwist. Ik merkte al spoe
dig, dat vele meisjes niet alleen velerlei
dialecten kenden, maar ook twee of drie talen.
Sommigen waren in Jtaliëgeweest, anderen
in Weenen. Parijs of Londen. Een naaister,
wier ouders indertijd naar Amerika waren
getrokken, vul- op .u1"1'1' geluk naar
Duit.ichhind gekomen, mn liet land harer vaderen te
leeren keinn n. Ken paar betrekking/,
eken.Kkameniers hu.id-.-i, in haar vorigen dien:-; half
Europa doorgereisd. Zij hadden heel wat luxe
gezien en konden slechts met moeite wijn
en sigaretten ontberen.
Niet alleen de woonplaats wisselde dikwijls
af, ook de aard van het beroep onderging
veel veranderingen. Het eene jaar verdiende
men zijn brood als klerk, liet tweede als
winkeljutl'rouw, het, derde als kinderjull'rouw.
Ook hier vond ik den bij de arbeidende klasse
steeds voorkómenden afkeer van allo werke
lijke of denkbeeldige controle. Ieder fabrikant
weet daarvan mee te spreken. Hier werd het
noodzakelijke, maar volstrekt niet strenge
huisreglement als een onaangename dwang
maatregel beschouwd, waaraan men zich
alleen onderwierp, omdat men nergens anders
goedkooper kon wonen. Het verstand behield
niet altijd de overhand ; soms werd de drang
tot op zichzelf wonen" te groot eu dan
verI liet men het bescherming biedende huis der
naastenliefde, om een veel slechter en
dnur! der kamertje tn betrekken.
In werkelijkheid bestond de vrijheidsbe
perking slechts daarin, dat men om's avonds
uit te gaan de permissie van de huisjuil'rouw
moest hebben. Ik heb ook eens van dit verlof
gebruik gemaakt. Ik ging naar een
galavoorstelling in den schouwburg en voelde
mij als Asschepoetster, toen ik uit mijn
armoedige kamer weer in voorname kringen
kwam.
En telkens moest ik met een heimelijk
lachje denken aan liet gezicht, dat mijn mooi
gemaakte buurvrouwen in de loge wel zouden
zetten, als zij wisten, waar ik vandaan kwam
en waarheen ik na de voorstelling weer
zou gaan.
Het klinkt misschien een weinig vreemd,
maar het zou zeker niet verkeerd zijn, wan
neer, evenals de soldaat uit goede familie
gedwongen" is, een tijd lang inde kazjrnete
wonen, het ook de plicht vau do vrouw uit
hoofere standen was, eeiiigeu tijd onder haar
arbeidende zusters uit het volk te leven. Ik
geloof, dat daardoor veel onrechtmatige
verhelling' en hoogmoed uit de wereld geholpen
zon worden en er een veel hartelijker ver
standhouding tusschen rijk en arm zou
ontstaan.
Een rijt leren.
AXXA SwAN"\vf('k'. A inciiioir an<l
licrolIcci'ion* ]<Si;-S?18!K>. Compiled by her
niece Mary T,. Brnce With portraits.
T. Fisher Unwin (i shill. net.
In een Engel se h blad ") vond ik de aan
dacht gevestigd op bovenstaande ..korte,
boeiende biographie'', waarvan o. a. werd
gezegd, ..dat het, niet anders dan heilzaam
voor den lezer kan zijn in aanraking ge
bracht te worden met een zoo beminnelijke,
gelukkige en sympathieke persoonlijkheid."
In 181 o geboren als du jongste van drie
meisjes, scheidde het huwelijk der middelste
haar van de zuster, aan wie zij zich het
sterkst hechtte, hetgeen dreigde baar tot
zwaarmoedigheid te doen vervallen. Als een
verdoovingsmiddel deed hei haar grijpen
naar de studie der Duitsche taal, al spoedig'
een vertaling' uitgeven van Goethe's
Iphigenie en Torcjiiaso Tasso en in dien arbeid
als bij instinkt een taak vinden voor geheel
haar leven.
Het dreef haar voor S maanden naar Ber
lijn, waar zij zich met hart en ziel wijdde
aan de studie der Duitsche. Grieksehe en
Hobreeuwsche taal, zoodat zij spoedig een
vertaling van Plato's J)iulu</m kon onderne
men en naar huis schrijven, dat, het haar
een weelde des harten was zijn l'luu'ilo te
lezen. Zij nam daarbij nog lessen in mathesis,
waarin zij even groot, belang stelde als in
wijsbegeerte en letterkunde, een zeldzaam
voorbeeld van groote intellectneele begaafd
heid en helder, diep doordenken, verbonden
niet een bijna kinderachtige eenvoud van
karakter.'7
Achtereenvolgens «af zij nu vertalingen
uit van werken van Goethe, Schiller enz.,
wat aanleiding gaf haar uit te noodigen er
ook eene van Goethe's Eaust te bezorgen.
Werd deze niet grooten bijval begroet, in
een tijd waarin onder den invloed van
Colcridge, C'arlisle enz. in Engeland eene groote
belangstelling was ontwaakt in l 'nitsche let
terkunde, de oorzaak «as Inch in de eer<lo
plaats de irrotile vortreiielijkheid er \ an,
waarvnnr zeker wel Int meest afdoende
bev>i;'- i-, dat 'T na !!0 jaar nog een vijfde druk
van werd uitgegeven, niettegenstaande er
verscheidene andere waren verschenen.
Het bewoog baron Bunsen haar op te
wekken tot (ene vertaling van Aeschylus'
drama's, den grootste maar het moeilijkst te
vertalen der Grieksche tooneeldichters. Is
l de tekst reeds moeilijk, het bedorvene er
i van maakt het verstaan zoo bezwaarlijk, dat
? het voor een vrouw een groot waagstuk
ge| acht moest worden het te beproeven, /ij
bestond het echter met glans. Het gaf een
der belangrijkste tijdschriften aanleiding te
schrijven : .,llier is reden voor de advocaten
van de rechten der vrouw bijeen te komen
en een hymne aan te herten ter eere van
en in herinnering aan de verbetering, welke
er door dien arbeid is gekomen in (ie positie
en het lot di-r vrouw." Een brief van
gelukweusch er mee volgde zelfs van Gladstone
aan Anna Swanwick Esi}., welke aanleiding
gaf tot een vriendschap, welke zij waar
deerde als een van haar grootste voorrechten.
Met difii arbeid ging z;j voort tot zij alle
drama's van Aeschylm had vertaald, won
daardoor groote bekendheid en beroemd
heid; kwam er door in betrekking met allerlei
bekende, voorname persoonlijkheden, maar
won de warme toegenegenheid en groote
vereering van tal van vrienden toch nog
door iets anders.
Een W-jarige vriendin schreef haar eens:
Ik herinner mij n als een aanvallig meisje van
zeventien jaar, er steeds op uit om vriende
lijkheid te bewijzen aan allen rondom haar
heen, en zie u nu nog, jaren daarna, geze
gend met dienzelfden geest. Het heeft het
geluk uitgemaakt van uw leven en aan
anderen een veel grooter vreugde verschaft,
dan gij u kunt voorstellen."
j Te midden vau haar aaugroeieuden
letter! kuudigen arbeid zocht en vond zij in haar
j woonplaats Londen tijd om lessen te geven
aan door haai1 opgezochte, arme meisjes, en
j avond- en Zondag lessen te geven aan jonge
menschen, waarvan zij eens getuigde: ik
ondervond dat zij de beste voortbrengselen
i der dichtkunst waardeereu, en dat elk ver
haal van heldenmoed en edele zelfopoffering
hen boeide en hun hart won."
Zij wijdde zich daarbij met al wat in baar
was aan het bevorderen van de hoogere vor
ming der vrouw en getuigde daaromtrent o.a.:
Bovenal hoort de vrouw zich te herin
neren, dat haar geluk en haar welslagen in
het leven afhangen zullen, niet van 't bloot
verwerven van groote geleerdheid, maar van
de veelzijdige ontwikkeling van haar geeste
lijk leven gepaard met een groote, warme
sympathie voor haar medemen-chen. Zij
behoort steeds te bedenken, dat ook de
grootste geleerdheid zonder liefde en barm
hartigheid in den ruimsten zin haar weinig
voordeel zal aanbrengen."
/elf bleef zij voortdurend buitengewoon
groot behing stellen in alles wat er omging
j in de oude en nieuwe wereld, in alle
weten| schappelijken vooruitgang, in alle uitvindin
gen en ontdekkingen; vereenigde hierdoor
jaren lang in haar salon in Londen alle
eersten op geestelijk gebied, maar
onder; scheidde zich daarbij ook altijd door eene
buitengewone en warme toegenegenheid voor
bloedverwanten en vrienden.
Toen dan ook in 187!) haar oudste zuster
i haar gezicht verloor, gaf zij bijna al haar
maatschappelijk werk. het werk harer liefde,
j op om zich te wijden aan de verpleging en
tijdkorting harer zuster.
Tot haar eindt! in hoogen ouderdom be
hield zij een wondervolle opgewektheid en
lust in het leven. Zij schreef zelf eens: Op
mijn 85.--te jaar gevoel ik, dat de tijd van
werken voor mij voorbij is, maar desniette
genstaande erken ik met vreugde, dat met
't toenemen mijner jaren mijn gevoel voor
de wondervolle schoonheid der schepping n
in 't oneindig groote u in 't oneindig kleine
steeds grooter is geworden, en is versterkt
door het besef, dat (iod zich aan ons hart
openbaart door de wondervolle schoonheid
Zijner heerlijke werken."
J.s 't een genot op zulk een rijk leven en
edel karakter de aandacht te vestigen, het
geschiedt natuurlijk om tot nadere kennis
making uit te lokken zeker, dat, ei' niet an
ders dan een bezielende en veredelende in
vloed van kan uitgaan,
A. CAULIER.
The liKjuiror.
tg -in Japtin. 3far'e ITull.
Mejuffrouw Jawotha. Tenioonstell'-m/
rtm hcreormldecd'mti te Wceiicn.
Sedert 18715 werd in Japan de Europeesche
l calender ingevoerd. De oude Japanners, de
j volbloed behouds-liedtón, gaan met die
nieni wigheid niet mee. Zij erkennen l Januari
! niet als Nieuwjaars-da-g, maar blijven den
tweeden Eebruari als dusdanig huldigen.
Naar Eranschou trant geeft uien elkaar in
l Japan op Nieuwjaars-da»; geschenken. Be
schilderde waaiers, zijden en pond-borduur
sels, kostbare en minder kostbare geschen
ken, al naar dat de beurs het toelaat. Elk
nieuwjaarsgeschenk, hoe rijk of bescheiden
het zijn uiogo, is vergezeld van liet
gelukaanbrengend attribuut, te weten : een stukje
gedroogde visch, netjes verpakt in een kleu
rig papiertje.
* x
*
Marie Hall, de jeugdige, talentvolle
vio. liste, van wie wij reeds eenmaal melding
maakten, toen zij debuteerde, is, om met Gvp
te spreken, dans l'traiu". /ij verdient schat
ten ; oogst lauwreren. Onverpoosd is zij dezen
winter aan het concerteeren. Overal wordt
het jonge meisje gevraagd, -dat enkele jaren
geleden nog met haar dood-arme, muzikale
ouders en niet haar oom op straat en in hotels
speelde. Marietje, de jongste der ex
cnteerenden moest toen met het bakje rondgaan,
wat zij verschrikkelijk vond. Door Kubelik's
voorspraak en tusschenkomst, werd zij aan al
die ellende onttrokken en naar bet
conservatoire te Praag gezonden. Den 6den Maart
e. k. zullen de concerten in Crystal Palace
weer beginnen. Marie Hall is geëngageerd
voor de eerste matinee, die op genoemden
datum zal plaats vinden. Over Marie llall's
techniek is men. eenparig, in lof, niet over'
haar Beethoven- en Bach-interpreta-tie. Som
mige critici houden lurar voor verbazend
knap. maar niet door-en-door muzikaal. De
tijd zal 't leeren. De kritiek oordeelt wel
een beetje, alsof Marie Hall er reeds geheel
i» ; zif moet nog: hard-werken en niemand is
hiervan gelukkig zóó doordrongen, als de
jonge artiste zelve. Dit is een geruststellend
feit, dat haar niet-traditioneele vertolking
nog geducht kan wijzigen.
* *
*
Mejuffrouw Janotha, pianiste, zond aan
prinses Aliee van . \lbany, op haar trouwdag,
een talisman in den vorm van een guirlande
van wit hcidekruid, de geluksplaut par
excellence.
Door de verceniging tot verbetering van
vronwenkleeding te Weenen wordt op dit
oogenblik, in Oostenrijk's hoofdstad, een
tentoonstelling gehouden. Prachtige inzen
dingen van hervormjaponnen, afkomstig
uit Weenen's eerste confectie-magazijnen.
Zoo op 't eerste gezicht zou men niet den
ken, hervorm-toiletten te zien. Mooie snit.
zuivere lijnen, garneersels uiterst
nienwerwetsch en volmaakt de/elfde als die gebruikt
worden voor niet-hervorm-kleeding. De luide
stemmen der medici zijn niet geweest als
de stem eens roependen in de woestijn.
Kleermakers en kleennaaksters hebben wel
degelijk rekening gebonden met het veto.
uitgebracht over (Je hoillooze drukking der
kleederen op vrouwen-schouders, waarop tóch
al zooveel geladen wordt!
Niet alleen de schouders, óók de heupen
dragen nu flink mee, dus, verdeeling van
arbeid, wat zoo up-to-date mogelijk is. Van
onderkleeding is op deze tentoonstelling
betrekkelijk weinig en niet veel nieuws te
zien. Uitgenomen de soustaille genaamd
Volmaaktheid" zelfs corpulente vrouwen
hullend 'haar weelderige vormen in Volmaakt
heid", worden vrij-wel omgetooverd in slanke
hinden ! was op dit ondergebied alles
nagenoeg hetzelfde van vroeger."
Behalve gioed-nienwe modellen
voorhuisjaponnen. diner-, soiree- en baltoiletten, alles
in hervormden stijl, zijn op deze tentoonstel
ling hél oude modeplatenen fotografie!! van
jaren-her te zien; ook de onvermijdelijke,
griezelige afbeeldingen der misvormde orga
nen van vrouwen die zich pennen". Om
van te rillen en te beven ! ! . . . en later niet
vaste hand het foltertuig" des te steviger om
't lijf te snoeren, volgens vrouwenlogica !
C'API:K'J-:.