De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1904 13 maart pagina 10

13 maart 1904 – pagina 10

Dit is een ingescande tekst.

to DE AMSTE'EiDAMME'K WEEKBLAD Vt><ï>ïl L AN B. 1394 millioen dollar. Ook voor 4e Miss. Kans. Texas is de Ie helft van 't loctpQnde dienst jaar wat minder "gunstig door verhooging van de exploitatiekosten. Belangrjjk echter asjjii ,de veranderingen in de cijfers van de bedrijfsresultaten betreffende het 2e kwartaal voor den loopenden dienst yan de Erie. Hier verminderden ook de bruto's en vermeerder den tegelijk de exploitatiekosten, zoodat het surplus voor dit tijdvak in 1902 groot 1.300.000 dollars veranderde in deficit van 78.000 dollars. Vermindering van aetto's zie ik verder voor :de Baltimore and Ohio, over de eerste zeven maanden van den loopenden dienst, tot een bedrag van 250.000 dollars; van 28.000 dollars voor het Ie halfjaar van de Cleveland Cincinnati; van 157.000 dollars voor iet Ie semester van de Illinois; van anderhalf millioen' voor het Ie halfjaar van de Rock Isl. Overigens zie ik meer of minder belangrijke .verbetering der netto's in het loo pend dienstjaar voor de Atchison, voor de Ches. and Ohio, voor de Minneapolis, voor de Central Pacific, voor de Grand Trunk of Canada, voor de Nashyille, .voor de Mexican Central, voor de jtfexican International, voor de Missouri Pacific, voor de Norfolk, voor de Peftnsylvania, voor de San Francisco, voor de Southern Pacific, voor de Southern Railway, de Union Pacific en last but not least voor de Heading. De Chicago & Northwestern heeft een kwartaalsdividend van 2 pCt. op de prefe rente geannonceerd. In de groep der europeesche spoorwegleeningen vraagt de Ned. Indische Spoor de vermelding van de uitgifte van ? 5.000.000 van de leening 1901, groot 15 millioen. De Ned. Handelmaatschappij heeft deze 5 mil lioen 4 pCt. obligaün overgenomen en stelt . Maandag, den 21en dezer, de liefhebbers in de 'gelegenheid om op die stukken van ? 1000 . ten' kantore van de heereii Ovens en Zonen, en Wurfbain en Zoon, te Amsterdam, in te schrijven tegen den koers' van 100 M pCt. De toewijzing zal geschieden allereerst aan de oprichters en houders van eerst-uitgegeven aandeelen, daarna aan de overige inscb.r(jvjjrs. De laatste koers der 4 pCt. obligatiën 9r01 is 101 %. :\ 1011A. Al is de gevestigde schuld met betrekking tot 't uitstaand aandeelen-kapitaal nog al groot en ofschoon in de prospectus niet wordt medegedeeld, hoe 'tgeld - zal worden besteed, toch geloof ik niettemin dat deze uitgifte wel succes zal hebben. De Ned. Indische Spoor heeft een gunstig ver leden gedurende de jaren 1898,1899,1900, 1901 en 1802 werd achtereenvolgens 10.1, 10.?, 11.1, 12.2, en 12.4 pCt. dividend uit gekeerd en ook de Ned. Handelmaatschappij en ,de betrokken bankierskantoren zijn van den eersten rang. De koers der aandeelen retir.eerde, on4er den invloed van deze aan staande uitgifte, in de afgeloopen week van 184 tot 180. In de amerikaansche diversen zie ik alleen een ongunstige verandering voor de Int. Landsyndicaten, zonder gegrond motief, en voor Am. Car en Foundry. Voor de Mexico /Syndicaten, waarvan nu een uitvoerig bericht van den leider is verschenen, zie ik een koersverbetering van 57 tot 61, in overeenstemming Jïvet de opmerkingen van de vorige week. , Aan dat bericht ontleen ik, de jongste mededeeling die ons hieromtrent bereikte luidde: nearly all estiinates outstanding in Mexico are paid and finances are comfortable". Toch moeten de middelen om het werk te voltooien voor een deel nog gevonden worden. De ondernemers van het plan hebben bewezen het moeiélijkste werk op finantieel gebied nl. bet vinden van het geld om de onder neming op touw te zetten en om een flink gedeelte van den weg te bouwen en in ex ploitatie te brengen te kunnen verrichten, nu men eenmaal zoover is gevorderd is er geen reden om aan te nemen dat ze tegen de geringere taak het vinden van de mid delen tot voltooiing van het werk, niet zouden zijn opgewassen. Van oöicieele zijde onder vindt de onderneming voortdurend nieuwen steun in Mexico. Ken bewijs daarvan was net telegram in het najaar van den ministor Juliys Prnltelman Broïimejjer. Een interessante tijd toch! Niet zoozeer om hetgeen er in 't buitenland voorvalt; al moet ik zeggen, dat je tenminste wee' met een zekere be langstelling ook daar om naar j o ochtend en je avondblad grijpt; maar vooral doe jo dat dan toch om wat er in je dierbaar vader land zelf gebeurt. En waaraan zal jo dan eer denken dan aandiengrootenstrijd, nog altijd daar op het Binnenhof gevoerd, met zijn veertien dagen vol van do hoogste welsprekend heid en de verbazing wekkendste donk-gymnustiek! Juist toen er verleden week oen pauze was ingetreden, om in de gelegenheid to zijn, ook wat van die kleine zakelijkheden af to doen, kwam Böhringer bij me, die maar geen woorden kon vinden, om zijn gemoed een weinig te ontlasten van de extase, waarin een trouw bijwonen van de kamerzittingen jiem had gebracht. Als emeritus-dominó, zei hij, kan je, wanneer je althans ecnig gevoel voor de eloquentre hebt, onmogelijk ergens nuttiger en aangenamer den tijd passeeren... dan in 't Haagje Ik kon hem hierin niet geheel ongelijk geven, maar maakte een bedenking, en gaf hem te ver staan, dat wij kooplui weer aun zaken hechtten dan aan woorden en spoedig genoeg ons meer dan voldaan zouden betoonen. Je beste preek, vriendlief, duurde maar zelden langer dan oen paar halve uurtjes en dat was immers dan toch nog lang genoeg, al stelde je je niet minder ton doel dan mij en mijn mede-zondaren voor Ae eeuwigheid gelukkig to maken. En nu bleek het me weldra, dat Böhringor zelf toch ook niet zoo heolemaiil tevreden ?was. Voor Kuyper had hij niets dan lof. Ah, riep hij uit: Welk een liohuuins-, wolk oen geesteskracht! U moet dat bijwonen; hot van justitie ontvangen: Governrnent will incre.ase Subsidy .when hundred kilometers cpmpleted". De bankiers der onderneming te Londen hebben ons ^oegezegd, dat zij ons voor de in April e.k. door ons syndicaat te ontvangen waarden te weten 22.590 dollars 4 pCt. gold bonds en 15.060 dollars 4 pCt pref. aandeelen een nader vast te stellen bod zullen uit brengen." Voor de hypotheekbanken werd ditmaal, in verband met mijne bespreking van een aantrekkelijke combinatie op dat gebied, mijn aandacht gevraagd voor den magnetischen werkkring van de Nationale Scheepsverbandmaatschappij te Amsterdam. Plaatsruimte gebiedt nüj evenwel de bespreking tot de volgende week uit te stellen. Bij de koloniale credietinst. en cultuurondernemingen zie ik wat beteren koers voor de aandeelen Vorstenlanden, voor de Ned. Handel Maatschappij, de Ned. Ind. EscomptoMaatschappij en voor de Ned. Indische Handelsbank. Vrij algemeen zwakkere koersen wijst de Tabaksgroep aan. De vorige week schreef ik : ik hoop dat 't pasgenoemde voorbeeld van samenwerking spoedignavolgingmoge vinden, om de daarbij genoemde reden. Dezer dagen las ik nu dat de aandeelhouders van de Tatoakmaatschappij Sakoeda, weldra zou len beraadslagen over een fusieplan van deze maatschappij met de Tabaksmij Namoe Djawie, Langkat Soekaranda en de Langkat Cultuur. Voor de petroleum zie ik wat hoogeren prijs voor de Int. Bumeensche, voor de Java petroleum eu voor de Kussian. De be richten omtrent de groote plannen waarbij de Int. Rumeensche een belangrijke plaats inneemt, worden allengs stelliger. Volgens den Bucharester correspondent van de B. B. C. zou de Internationale behooren tot die voor name groep, welke waarschijnlijk geroepen zou zijn, om binnen kort een belangrijke pluats in de rumeensche petroleum nijverheid iu te nemen. Ih de mijnbouwmaatschappijen munt de Redjang Leboug uit door een belangrijke verbetering van 255 tot 263, in verband met gunstige jaarcijfers en te verwachten uit keering. Voor de Madoera Stoomtram een klein zonnestraaltje aan den bewolkten hemel. Volgens de Soer. Courant zou zij verleden maand een acte hebben gepasseerd voor het vervoer van zout in briquettenvorm van af de zoutfabriek te Kaliangat naar de verschil lende pakhuizen in de residentie Soerabaya. In Februari zou de zoutverkoop in bri quettenvorm in dut gewest begonnen zijn. De bespreking van vele ontvangen verslagen moet tot de volgende week worden uitgesteld. Amst., Maruixstr. 409. l 1n ,r . ,?. -T. Bussum, Bornco". j 10 Mrt" 4' D' STIGTER' iiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiitiniiiiiiiiiiuiHMHiiniiiiiifiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii SAMUEL FALKLAND (Ilerm. Heyermans Jr.) Sclwtacn. Zevende bundel. Amsterdam, H. J. W. Beent. De uitgever, de pers en het publiek hebben hun. oordeel over de Falklandjes alvoorlang gezegd of getoond, 't Publiek leest ze met steeds klimmende belangstelling; de pers ik citeer uit het blaadje voor den Franschen titel waardeert daarin den humor en de satire, de scherpe opmerkingsgave, 't fijne sentiment, den geest, het overweldigende van den stijl, het machtige realisme, het zacht dichterlijk gevoel en nog heel veel meer; de .uitgever constateert, nu o. a. te hebben verklaard dut het geheim van Heyerman's kunst in zijn grooten eenvoud bestaat, dat de Falklandjes zijn van alle tijden. Zonder, als deze uitgever op het oordeel der nakomelingschap", waar aan Van der Palm een bijna overdreven gewicht hechtte, te willen vooruitloopen, onderschrijf ik, op een enkel voorbehoud na, al die uitspraken on getuigenissen. Anders zou ik mijn gevoel en mijn gevoelen kunnen uitdrukken misschien, beter allicht niet. Heyermans' pen is une plume qui va", de is in n woord verbijsterend. Die tooyerdans van denkbeelden on gevoelens in fijne, l kleurige, glimmende woordschoentjes 't herinnert mij zoo dikwijls aan een prima donna in hot ballet, waarbij je telkens donkt: schepseltje, schepseltje hoo houd jo het uit"! Maar wat do overigen betreft, dat zou nog beter kunnen zijn. Weet u, wat ik nog wol eens betreur:' Dat er zoo weinig dominós in ons parI lemeut zijn, wien do gave van het woord j werd toevertrouwd. Als ik dan Kuypcrs krachtproeven mag waarnemen, zeg ik: hoe jammer, dat Oosterzee niet oen dertig jaar later geboren en begraven is, en hij mot zijn wetenschap, zijn geloof, zijn beoldenrijkdom, zijn Ipngoiikracht, zijn lippenbewcgclijkheid on zijnhandengewichf,den strijd voor do JS'od. Herv. Kerk hooft mogen voeren togen de vaderen van do doleuntie. Och, wolk een schouwspel had dat kunnen zijn! I-In zoo komen mij nog wel andoren te binnen. Niet dut ik v. d. Vlugt geringschat, hij is mij moer nog dan lirunimelkump of-Uoes? sing het type van een denker; muur stel u voor, dat wijlen l'antokoek hot woord eens had mogen voeren over deze voor de wetenschap on het vaderland xóó ge wichtige zaak; of als u, in plaats van Visser tegenover Idsinga, den nog levenden Laurilhird had kunnen hooreii. Kom, zei ik, Laurillard. Niet dut ik hom niet hoog stel als redenaar. Ik zelf heb do heerlijkste herinneringen, zoowol aan zijn preeken, nis aan zijn voordrachten en nutslozingen; muur zoo zou jo even goed jo zelf kunnen noemen wat jo zeker al hing ge daan zou hebben, als je niet uitblonk door oon bescheidenheid, die ik altijd eer een beetje te groot dan to gering heb gevonden. Neen, antwoordde hij, wij kan u iu dit j verband onmogelijk noemen, want ik ben l niet Hervormd, nietwaar; Luthersch maar, zooals u. Wij, u en ik, hebben met do groote zaak, waarover tegenwoordig Uo debatten loopon, rechtstreeks niets te maken, tenzij als belangstellende toeschouwers. Zij, j die hot vaderland, do wetenschap, de volks eenhoid zullen redden . .. ziju Iterrormdc predikanten cu daarom zug ik zoo gaarne er een paar dozijn van in ons parlement ?-?? ! on Laurillard wel allerminst in de laatste plaats. Wist n dat niet hij is al oon dor ! voormannen. I jij heeft met 24 andere do! mines den strijd geopend. En daar begon ? Böhringer mij hot een on ander uit een adres voor te lezen, dat ik, tot mijn s -bande j moet ik het erkennen, overgeslagen had. auteur iemand. Oorspronkelijk dus. Humo ristisch, met zin en ziel voor het tragische en oog voor het komische. Met phantasie begaafd ook, phantasie door gezond verstand bestuurd. De pbantasmagorische, of wil men, allegorische schetsen zijn echter, uit 't oogpunt van kunst altijd, de beste niet. Maardat-ligt aan 't genre vervelend over 't algemeen, omdat het tot voortdurend transponeeren dwingt. In hun soort zijn evenwel ook Stalverschrikking, Vegetarische droom en Keerzij mooi. En leerzaam, met verloi gezegd. Wat laag bij den grond: Herr Doctor Falkland, Salon de coiffure, M'n vriend en het hemd en een enkel ander. Het laatste op 't kantje af van onwelriekend. Voor 't overige niet dan meesterstukjes. Klokken, Voeteneind, Oogenspel, Nieuwere tijden, Besje, ik weet niet, welke daarvan het mooist is. Ik geloof Oogenspel. Dat is het leven, veelzeggend in zijn kortheid. En voor zoo menigeen hét leven . . . Utrecht. W. PIK. 1ste Jaargang. 13 Maart 1904. Red. : C. H. BEOEKKAMP, Damrak 59, Amst. Verzoeke alle mededeelingen, oplossingen enz., deze rubriek betreffende, te richten aan bovenstaand adres. Probleem No. 3. van Jb. Meyer, Amsterdam. Zwart. Wit. Oplossingen moeten binnen veertien dagen worden opgezonden aan bovenstaand adres. Oplossing van probleem No. 2. Wit: 38?33,19?14, 28?23, 20?21, 37?31, 33 : 4. Zwart: alles gedwongen. Probleem No. l is goed opgelost door: J. P. Berkhout, Helder; J. Blankenaar, Rotterdam; J. van Daalen, Haarlem; A. v. d. Dool, Deventer; J. Fortgens, Haarlem; L. Goudsmit, Amsterdam ; II. A. J. de Grebber, idem; P. Kalbfleisch, Haarlem; F. H. Kernkamp, Edani; Jb. Meijer, S. J. Budelslieim, Amsterdam; W. Vijn, Hoogewoud. DE DAMSPELER". - II. Bij verplaatsing van de schijf, verandert deze gelijktijdig van nummer.. De ruit blijft hetzelfde nummer altijd behouden. (De pasbeginnenden en zij voor wien het noteeren vreemd is, worden aangeraden liet bord te nummeren of oen genummerde dia gram te gebruiken bij de oefening, dan is men in korten tijd het noteeren geheel meester). Het bord wordt verdeeld in 2 korte en 2 lange vleugels, hiertusscheii bevindt zich het centrum. De korte vleugels zijn van 17 naar (l en van 34 naar 45, de lange vleugels van l'J naar 5 en van 32 naar 4G, Zij wenden zich tot hen die geroepen zijn de nationale belangen in het Parlement te behartigen, en in de/en kring in de eerste plaats tot hen, die nog iets gevoelen voor de beteekenis, die de Volkskerk voor het volksleven had en heeft." ,,Zij zien in de bepalingen der wet, die blijkbaar de cardo re rum uitmaken, en die hctrckking hebben op den etl'ectus civilis en de bijzondere leerstoelen, eene zoodanige be voorrechting van eene bepaalde groep van ons volk, dut hierdoor aan de Hervormde Kerk en het wetenschappelijk gehalte van hare predikanten, muur niet minder aan de Theologie, de Universiteit en de eenheid van ons volksleven gevoelige slagen worden toe gebracht." Zij (de kiezers) hebben stellig niet bedoeld beginselen in ons volksleven in te dr.'gen, die niet alleen rechtstreeks, maar vooral zij delings, niet alleen in hunne voor de hand liggende toepassing, maar ook in hunne meer verwijde! do gevolgen voor de nationale een heid tdleri'firdi'i'fi'l'jkxl zijn en een antecedent j scheppen, dat bij logische gevolgtrekking heel d e toekomstige wetgeving op het punt van het onderwijs en hiermede de toekomst van ' land en volk zou beheerschen. i Alles wat in de voordracht inderdaad het | karakter van eene partieele wijziging draagt ; ter zijde latende, vragen zij, den ell'ectus l civilis niet aan de Vrije Universiteit toe te kennen, en althans niet bij wijze van ver goeding voor de hiermede verleende rechten bijzondere leerstoelen te helpen oprichten, zoo lang de Universiteit zelve in een abnorinalen toestand verkeert. Fr is voor de vrije kerken, in deze, waar lijk geen periculum in mora. Indien er voor dezen van rechtsherstel sprake moet zijn ook dit laten zij geheel in het midden - mag blijkens de historie, in de eerste plaats do Hervormde Kerk, de Theologische Faculteit, en in haar de Uni versiteit zelve hierop aanspraak maken." De omzetting van de Theologische Facul teit i u eene Faculteit van godsdienstweten schap was de uitdrukking van een beginsel, dut <le Universiteit en hen die zich van haar hebben te bedienen, in eene valsche positie brengt. Op te komen voor het herstel van de faculteit is derhalve rechtsJicrati'l te vragen niet alleen voor de kerk, die zij dienen, 'nxtiu' nok i'nttr de irefeiiKfhdp die C'/' erren en de riilkxeenheid. dn' ?''/' {/elirr/id'iifi/'/ ii'iUtit :!en. Men veroorlovo hun den nadruk ti'leggen op het feit dat dit herstel, welke waarde het Onder centrum wordt verstaan: De krach» van het spel geplaatst op het middenbord. Dit centrum kan zich bevinden, zoowel voor de witte als zwarte schijven tusschen het veld 4?7?44 en 47. De schijven 3 en 48 noemt men kroonschrijven", omdat zij de sterkste plaats in nemen en hoofdzakelijk dienen om de zwakste vleugel of het centrum te versterken. Men mag deze schijven niet te vlug in werking brengen, doch te lang laten staan is ook niet goed. In de praktijk zal men spoedig leeren deze schijven op de juiste tijd te ge bruiken. Een schijf wordt dam als zij de tegenover gestelde damlijn bereikt. Hiermede kan men schuiven in schuinen richting zoover men wil, als zij niet door andere schijven verhin derd wordt. Bij het slaan mag zij ook meer open ruiten passeeren. Dit is het eenige recht wat de dam is toegestaan. Kan men een gelijk aantal schijven slaan met dam of schijf, dan is men vrij in 't gebruik maken hiervan. De meeste schijven moeten geslagen worden. Als slaanbaar stuk heeft een dam niet meer waarde dun een schijf. Een attaque uitoefenen", wil zeggen, een aanval doen op een der vleugels om door te dringen tot de damlijn. Deze lijn is voor wit van l tot 5 en voor zwart van 46 tot 50. Ook kan een attaque uitgevoerd worden op het centrum om dit te verbreken. Onder dam of dammenkronen" wordt verstaan; als men in het eindspel staat met n dam tegen twee dammen en een schijf of een dam en twee schijven. Nu mag hij, die n dam heeft de schijf of schijven .kronen, dat wil zeggen tot dam of dammen maken, zonder dat deze schijven van plaats veranderen. Deze kroning kan goed, maar som? ook verkeerd zijn, b.v. wit heeft een dam op 5, zwart 2 dammen op 16 en 27 en een schijf op 18. Nu kan wit aan de beurt van spelen zijnde, (anders niet) deze schijf kronen. Het kronen wordt ook als een zet gerekend, dus hierna moet zwart spelen. Men ziet nu dat de kroning nadeelig is geweest, door de volgende zet 18?23. Had wit nog een tempo gewacht, en eerst gespeeld 40, daarna zwart 18?12 of 13, dan zou de kroning voor hem voordeelig geweest zijn omdat wit hier na in 3 zetten de partij moet beslissen, wat onmogelijk kan gebeuren. (Wordt vervolgd}. UIT DE DAMVVERELD. Ook te Hilversum wordt veel moeite ge daan om een Damvereeniging tot stand te brengen. Het zou wenschelijk zijn dat daar eens een Simultaan Séance werd georgani seerd, omdat meermalen is gebleken dat zulk een. Séance de beste manier is om. de. ama teurs bij elkander te brengen. De heer Ph. L. Battefeld, lid van liet V. A.. D. hield Dinsdagavond j.l. een Simultaan Séance in het speel-lokual, waaraan 13 leden en 2 introducé's deelnamen. Na een zware toch niet minder interes sante strijd, was de uitslag voor den heer B. als volgt: 9 partijen gewonnen, 3 verloren en 3 remise, wel een bewijs van groote kruchsontwikkeling bij deze betrekkelijk nog jonge amateur. CORRESPONDENT] F. J. M. K., te B. In de rubriek van 7 Febr. vindt gij reeds wat gij wenscht, en in die van 28 Febr. nogmaals het genummerde bord. Genoteerde partijen naspelen is even nuttig als nood i g. 'L. L. P., te G. Van No. l behoeft gij de winst, niet te betwijfelen. Xa 48 : (i is zwart gelijk een vogel, .die na aangeschoten te zijn nog wel kan spartelen, maar ten slotte in de pot terecht komt. Uw toegezonden stukje is geen pr. w. kan reeds op 2 manieren slaan zonder iets te verzetten. Dit mag nimmer gebeuren. lied. iiiitimmtMinmiiiiiHiiimiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiimmiHiiiiiiiiiiiitiiiH ook voor de Kerk moge hebben, in het beinni; der ire/e-iisctiit/i if. Dat herstel toch, waardoor de Theologie i u het middenpunt der wetenschappen, wordt geplaatst, maakt eene geloofsbelijdenis voor den Staat en eene professie van beginselen voor de Universiteit overbodig. Beide liggen in haar opgesloten en komen zooveel mogelijk tot haar recht in den invloed die van baar uitgaat." Zij uchteu het. onuoodig hier uiteen te zetten, waarom dit zelfs op het standpunt van de grondwet en den modernen Staat niet onmogelijk noch ongewenscht is. Dit eene slechts. Indien aun de Openbare Universiteit geeno plaats is voor do Theolo gie, dan is zij er evenmin voor de caricatuur die de Wetgever van haar heeft gemaakt, en indien de Theologie moet verdwijnen, clan moet dit op denzelfden grond van de .Juridische Faculteit worden geëischt. Dat de Theologie een ILermruid karakter moet dragen, ligt in den oorsprong van onze natie, in hare geschiedenis, alsmede in over wegingen aan de praktijk en het belang der Universiteit ontleend, en duet iiii'ts te, kort (nin den eiseh der orij"n't'jil i/heid, /ij vragen daarom dat aan de openbare Universiteit niet zal worden onthouden wat een bijzondere Hoogeschool kan bezitten : een Theologische Faculteit. De plaats die de Hervormde Kerk in het volksleven inneemt eischt dit." Nu, wat zegt n daarvan, vroeg Böhringer. "Wat zee; jij daarvan zou ik willen vragen; waarop Böhr'mger weer: ..Mijnheer Brommoijer, dit stuk geeft een nieuwen kijk op de dingen .... Toen ik 't voor liet rst lus, stond ik er vnn versteld. Dat begrijp ik, ik sta er ook versteld van maar zijn dat nu de ideeën van Lunrillard r1 .Ia, knikte Böhringer, en ook de ideeën van Berlage wie weet of' zij niet samen zoo'n logisch stukje hebben bedacht.... Dus, 7,ei ik, om de volkseenhoid, de volkskerk, de theologie, de wetenschap en het christendom te redden .... moeten de professoren, die nu theologie doceoren, to samengebracht worden in een ouderwetsche Hervormde theologische faculteit.. .. Welnu wat kan daar tegen zijn;' Het middel is wel het goedkoopste dat je maar denken kunt. Aangezien do Staat uu toch reeds alles betaalt, kost het het land geen cent. Waarom zou je 't niet beproeven 'i Neen, antwoordde Böhringor, -dat weet ik ook niet. 't Is eenvoudig ecu geniale greep. Zooals zij schrijven; de natie heeft het onrecht reeds lang veroordeeld do natie, dat is het volk van de volkske-rk.. En wat mij 't meest genoegen doet ? Dat er nu eindelijk eens een eind aan de lasterwordt gemaakt. Want die heerlijke volks kerk werd een tijdlang maar van alles beticht. Het heette dan, dat de menschen er in te samen leefden als de kat en de hond, die van n bordje moeten eten ; dat zij zich aan geloof noch beginselen gelegen lieten zijn, en elkaar eenvoudig duldden van wege de rijksdaalders, die zij elkaar niet gunden ; dat die volkskerk in ontbinding verkeerde, en het volk alleen gezond kon worden, als het dat ding in mekaar trapte ; dat opleidingsmiddel in karakterloosheid. En wat blijkt nu ??Dat juist die volks kerk de volkseenheid heeft gebracht, en dat zonder haar als leidster de natie uiteenvalt.. en de theologie haar ondergang te gomoet gaat, met de wetenschap er bij. Wij spraken nog eenigen tijd in opge wekte stemming over dit onderwerp door, zonder tot eeuig beteekenend verschil van appreciatie te komen. Alleen meende ik te moeten afdingen op de juistheid van het woord Volkskerk zelf'. Als je, zoo zei ik, al het volk bij elkaar telt, dat buiten d« volkskerk leeft, dan is hot toch zeer de vraag of de roomschen, de joden en de geloovige en ongelooyjge protestanten niet veel talrijker zijn dan het volksdeel, dat onder 'de Synode staat; maar Böbringer lei me dit anders uit. Ik heb er met Berlag» over gesproken, zei hij, en die verzekerde mij, dat Laurillard ook eerst iets voor zulk een objeetie had gevoeld. Maar broeder Vos. Komijn en Klap hadden hem ten duidelijkste onder 't oog gebracht, dat het niet aanging bij een zoo heilig instituut als de Volkskerk te tellen op de manier van Bartjes; daar diende je je rekening te maken naar de historische methode, en dan bemerkte je dadelijk, dat niet alleen het Kijk in Europa, maar ook dat in Aziëen waar 't verder mag liggen, tot de Volkskerk behoort, on daardoor de volkseenheid heeft verkregen. Ik kon dit moeilijk tegen spreken, doch 't eind van ons discours was. toch, dat Böhningor mij het niet al te kwalijk uaut, toen ik hem verzekerde, dat de rechten van de Koomsehen en van de rest mij koud lieten, maar ik er toch op zou staan, als deze poging tot redding van het ATaderland in de Kamer steun vond, dat we kregen niet een Herv ormde, maar een Luthersche Hervormde theologische faculteit, daar het Luthersche geloof toch eigenlijk de kern van alle waar heid en wetenschap is. Böhringer's gedach ten gingen echter een anderen koers uit; want zonder mij rechtstreeks hierin zijn steun te beloven, sprak hij in vervoering: Wat een heerlijk gevoel, mijnkeer Brommeijer, dat er nu weder zoo'n kracht van on* domino's uitgaat, en vooral, dat je een geestverwant-modern-theoloog als Berluge, in die richting ziet schrijden; en het moet succes hebbon. Nu de lui eenmaal te weten komen, dat zij Kuypor met zijn Vrijo Universiteit maar behoeven to nokken, om ons allen de eenheid, de waarheid, de god geleerdheid en de wetenschap torug to geven... zouden er verdwaasden in de Kamer moeten zitten, indien zij zich daar van afkeering betoonden. Jawel, zei ik, maar de politiek! je weet niet wat voor parten dio de wijsheid kan spolen. Maar Böhringer hield vol, dat wc nu zoo goed als aan 't eind van ons lijdon waven; ik zou or op durven» wedden zei hij, dat ook de Iloomsc'hen zich even hartelijk voor de Volkskerk zullen verklaren, als ik. Wij keuvelden nog een weinig voort, en toen E. weer vertrokken was, las ik op mijn gemak het adres eens over; telde, de vijf en twintig namon, dat hoele domi no's-ministerie, en tot mijn spijt bemerkte ik, dat ik met de moeste van die zeer geloerde mannen voor 't eerst in mijn leven kennis. maakte. Inderdaad goede kennissen er onder waron alloen Berlage on Laurillard. En daar begon ik onwillekeurig mij te verdiepen in hetgeen er in die beiden moest zijn omgegaan, vóór zij tot hun kloeke reddingsdaad liet besluit huilden genomen. Ach, wat kun je jo toch in de menschen vergissen, ducht ik toen. Daar pas nog volgde ik Laurillard bij zijn afscheidsrede; alles wat ik hoorde, de gezangen en psalmen niet uitgezonderd, het getuigde van tevredenheid en gemoeds rust, sprak van opgewektheid en levenslust, zoo dut ik nog bij me zelf' zei: wat heeft zoo'n man het goed gehad in zijn lang loven, en hoe bevoorrecht zoo blijjjoestiy en monter het bijltje or hij neer te mogen leggen; nu hij gereed staat naar zijn fauteuil te wandelen, om zijimvond-pijpje to rooken, ligt hem geen strootje in den weg. Hu wat zie je nu 1J Daar heeft do man al maanden, misschien wel jaren, lang zitten tobben, over liet steeds ernstiger wordend gevuur; over do Nederl. hervormde theolo gische faculteit, over de waarheid, do we tenschap, de volkskerk en de nationale eenheid i daar schrijft hij oen adres aan Jo Tweede Kamer als oen wanhoopskreet! En niet anders is 't met Borlage; zoo'u goeio oude heer; modern in hart en nieren : bedaard, degelijk, deftig; on zóó zeker van zijn toekomst, dut, als ze hem het aau» staande zijn van don dag des oordecjs kwamen aanzeggen, hij ternauwernood ten teeken van niet volstrekt ongevoelig daarbij te zijn, misschien zijn rechterbeen oven zon opheffen om 't over zijn linker to loggen. Maar jawel al lang 't hart vol van do rampen, over de geliefde kerk en over 't beminde vaderland uitgestort, door de ont kerstening der universiteit, bij gebreke van een licrconnde theologische faculteit; dage lijks met Hoedemaker, liühr, Göpkor en Liijge aun 't overleggen, hoe tussehenbeide te komen in dit vreesolijk geval! Want hoeveel is Or niet geleden, vóór tot de daad word overgegaan! Dat zij thans het zwijgen verbreken, is geen teeken van eene ter elfder ure ontwaakte belangstelling in de materie van liet llooger onderwijs, maar een bewijs hoe noode zij zich begeven op een buiten den kring van hunne ambtelijke werkzaamheid gelegen terrein, om hunne stem daar in het openbaar te verheffen. j\ls gevaren dreigen, rust op ieder de plicht er tegen te waarschuwen." /oo is hot mot dozo vijf en twintig uil.0. Do nood dwingt hou. Daar staun zij. Zij kunnen niet anders. Maar welk oon boven natuurlijke zolfberusting daarbij! Als jo zo tegenkomt, zoowel Berlage als Laurillard. ik ben or zokor van, dat je niets van hun groote smart zal bespeuren; zoo zijn nu eenmaal do holden in ons tranendal.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl