De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1904 22 mei pagina 2

22 mei 1904 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER BLAD VOOR NEDERLAND. No. 1404 een huwelijk teruggehouden door de bedreiging met ont&lag. Mr. Visser spreekt dan in de tweede plaats OTer 't toekennen van een dubbele stem op grond van hoogeren leeftijd en is van meening, dat men dit niet zal bestrijden, omdat het een klassebevoorrechting zoude zijn." Ten onrechte naar het mij voorkomt. Daar de gemiddelde levensduur bij de bezittende klasse hooger is dan bij het proletariaat, is 't toekennen van een dubbele stem op grond van hoogeren leeftijd indirect klassebevoorrechting, al kan toegegeven worden, dat in de praktijk dit voorrecht weinig hinderlijk aan den dag zou treden. Wie van meening is, dat 't onbillijk zou zijn allen onderwijzers voor hun diploma een tweede stem toe te kennen, omdat tal van burgers zonder ooit eenig examen te hebben afgelegd, intellectueel even hoog staan", moet ook toegankelijk zijn voor de opinerking, dat tal van juniores niet voor zeer vele seniores be hoeven, onder te doen. De schrijver van dit s'tikje, nog jong, verkeert met vele acquales in de pedante meening meer maatschappelijke ervaring en beter poli tiek inzicht te bezitten dan vele onderen. Het verstand komt met de jaren, zegt men graag, ja, -maar gaat ook met de jaren. En wat in 't dagelijkseh verkeer als levenservaring wordt versleten is niet zelden slechts de huisbakken angst van de conservatieve kip, die vreest, dat haar democratisch eendenkroost zal ver drinken; is 't gemis aan forsche levens kracht; is 't noodlot, frissche levensstroomen in woestijnen van bezwaren en bedenkingen te willen afleiden. Bij de ouderen soms de ervaring (echte ervaring), bij de jongeren in den regel de kracht van het ideaal. De volksver tegenwoordiging moet onafhankelijk zijn (?) De kiezers moeten onafhankelijk zijn. Laat men dan echter niet vergeten, dat meer bejaarden, of inderdaad, of in hua verbeelding in meerdere mite afhan kelijk zijn dan de jongeren. Voor den 45 jarigen leeftijd b.v. een tweede stem toe te staan zou beteekenen: een partij van Minores L annis in 't leven roepen. En dan een zuivere evenredige vertegen woordiging is in dit geval niet mogelijk, aaageziea de democratische partijen den sterkstea aanhang onder de jongeren vinden. Meervoudig kiesrecht en dat demo cratisch is niet mogelijk. A. KETELAAR. Japan's kansen. B'j het uitbreken van den oorlog tusschen Rusland en Japan is van vele zijden ook door ons de meening uitge sproken, dat de strijd tusschen de beide mogendheden noodzakelijk op eeue over winning van Rusland moest uitloopen, tenzij andere mogendheden zich in dien strijd mengden en daardoor tot eene ver plaatsing van de machtsverhoudingen aanleiding gaven. Het aanvankelijk suc ces der Japanners behoefde in deze op vatting geen wijziging te brengen: im mers het was bekend en het is op overtuigend* wijze gebleken, dat Rusland niet op het zoo spoedig uitbreken van den oorlog had gerekend en dus niet gereed was. Toch kan het van belang ziji, na te gaan. op welke gronden de Japanners meenen, dat hunne kansen in dezen, volgens onze opvatting zoo onge lijken strijd volstrekt niet slecht staan. Wij doen dat naar aanleiding van eene correspondentie uit Tokio aan den Figaro. Brtsland's grondgebied is vele malen grooter dan dat van Japan. Toegegeven, zegt de schrijver. Maar Japan is ook niet van plan om Rusland te veroveren of te arraexeeren: de strijd wordt gevoerd om Korea en Mandschoerije. iSfiet het aantal vierkante kilometers, maar het aantal manschappen zal den doorslag geven. Rusland heeft, in ronde cijfers, 139' miïliocn inwoners, Japan 47 miïlioen, dus ongeveer evenveel als Duitschland en aanmerkelijk meer dan Frankrijk. Rusland kan, naar men beweert, in oor logstijd: 6 inülioen man op de been brengen1; oene dergelijke verhouding tasschen het bevolkingscijfer eri de legersterkte z«u voor Japan '2,2 mi-llioen sol daten aanwijzen. Maar dit zijn slechts theoretische cijfers; de hoofdvraag is: hoe kunnen de troepen geregeld van levens middelen on ammunitie worden, voor zien. Wandschoor ij e is een zeer arm land;; zelfs in vredestijd moeten de Russen daar voor hun troepen grootc depots van levensmiddelen onderhouden. En de eeni-ge gemeenschapslijn tusschen Mand schoerije en het eigenlijke Rusland i-> de Transsiberrschc spoorweg, die niet eens dubbelspoor heeft,, en nog door het BaUtal-mefir wordt afgebroken. Iteods hierdoor zijn aan het aantal Ier Russische troepen in Oost-Aziëbepaalde grenzen gestald'. Rusland moet verder observatie corpsen onderhouden aan de grenzen van Duiteehland', Oostenrijk en Roemenië, en eene~ belangrijke troepenmacht in Transkaukasië. Aan de grenzen van Afgha nistan heeft het in denlaatsten tijd zijne troepen zelfs moeten vermeerderen. ITet heeft ran vier zijden gevaren te duchten: vaa dtnr rMkan, van Armenië, van Perzië, van Indre. In het binnenland smeult het vuur van haat en wrok in Polen, in Finland, in do Oostzee-provinciën, waar voortdurend de aanwezigheid van groote garnizoenen noodzakelijk is. Japan daarentegen behoeft zich even min bezorgd te maken voor de verdedi ging" van. territoriale grenzen als voor binuenlandsche verwikkelingen. Het geheele volk, van den Mikado tot den geringsten koelie, is vol geestdrift voor dezen nationalen oorlog en tot alle offers bereid. De correspondent ontkent, dat Japan tot dezen oorlog zou zijn gekomen door de noodzakelijkheid om een débouchéte vinden voor zijn overbevolking. In het eilandenrijk is nog plaats voor eene bevolkingstoename van millioenen. Wat Japan drijft, is eerzucht, nationale trots. En daarin volgt het het voorbeeld van alle volken, aan welke eene snelle ont wikkeling plotseling een nieuwe macht heeft gegeven. Zoo heeft Holland in do zestiende eeuw, teniuuvovnood bevrijd van het Spaansche juk, zich de verovering der zeeën ten doel gesteld." Verder wordt gewezen op Pruisen onder Frederikden Groote, wiens legers mot goed gevolg aan de drie grootste milifairu mogend heden van zijn tijd weerstand boden; op de eerste Fransche Republiek, die de invasie afsloeg en hare jonge b'ttaillons over gansch Europa wierp, op Duitsch land, dat zijn- moeielijk en langzaam ver kregen eenheid door een buitenlandoenen oorlog bevestigde. De oorlog met China, heeft Japan niet kunnen bevredigen ; de overwinning was te gemakkelijk. Maar dat het van die overwinning niet eens de vruchten mocht plukken, was Rushmd's werk, en dit heeft Japan aan Rusland nooit kunnen ver geven. Tot zoover de correspondent van den Figaro, die zijn sympathieën voor Japan en de Japanners niet onder stoelen of banken steekt, evenmin als Bebel dit in den Duitschen Rijksdag deed. Doch sympathieën en antipathieën hebben in deze quaestie niets in te brengen, voorloopig althans niet. En wanneer vroeger of later,-een der «jroote mogend heden zich geroepen mocht rekenen tot interventie, zal daarbij waarschijnlijk evenmin van sympathie of antipathie, maar alleen van eigenbelang sprake zijn. iiinimiimiimr.iiiiiiH ................ iiimnmiimiiiiiiiimiiiim ..... IHIIII Sociak IIIIIIIIIMIIUItlllUmiMlllimiimillUUMHlMllllltHIIIlM Benige grep nit bet ontwerp tot ra d m. In het eerste artikel heb ik er op gewe zen, dat de minister zich heeft gesteld op het enge,, prijaatre.ihteli.jke standpunt c u nu wil het mij voorkomen, dat de nadeden van dit standpunt vooral blijken bij Aa rege ling van het arbeids- of fabrieksrêgleine'rit. Terwijl in de Duitsdie eu Oostonrijltsohe (lewerbèordnuno-en en in de Xwits'ersehe en Belgische fabrieksvretten bepalingen zijn opgenomen, waarin aan de grootere orid rnentingen de uitvaardiging van een f'abrieksreglement als een plicht wordt opgelegd en op de niei-nakonii»« er van een straf wordt gesteld; terwijl in de genoemde lan den is verordend, dat aan ds arbeiders de gelegenheid moet worden gegeven vóór de vaststelling van het reglement hunne ineening daarover te doen kennen; terwijl voorts aan de overheid in de gemelde wet ten esn min of meer uitgebreid toezicht op de vaststelling der reglementen is opge dragen, ten einde er voor te waken, dat"de wettelijke bepalingen voldoende worden in acht genomen; terwijl dus dit alles is opge nomen in de bedoelde wetten, waarvan de samenstellers zich hebben gesteld op publiek rechtelijk standpunt, hooft de minister, zich in zijn eigen klein huisje opsluitende, zich daarmede niet bezig gehouden. Wel wordt in de Memorie van toelichting de belang rijkheid van deze voorschriften erkend, maar eene re-geling daarvan valt buiten het kader vaa het ontwerp. I)öminister is vom- een deel in goed ge zelschap en wol in dat van den heer Drucker. Xooals men weet heel't mr. Drucker in op dracht van rfen toenmaligen minister van justitie een ontwerp van wet tot regeling van de arbeidsovereenkomst samengesteld, welk ontwerp voor een zeer groot deel is overgenomen, zoowel in het regeeringsontwerp 1901 als in hot huidige. Ook de hoer Drucker heeft als niet passende in hot kader van zijn ontwerp daarin niet opge nomen de stellige verplichting om oen regle ment uit te vaardigen. Waar een fobrieksreglement zooveel er toe kan bijdragen om geschillen tusschen do patroons en do arbeiders te voorkomen, omdat zij zekerheid geven omtrent aange legenheden, die dikwijls niet in de arbeids overeenkomst zijn geregeld en omdat /ij bepalen de gedragslijn die de arbeiders hebben te volgen, is het zeer gowenscht, dat een dergelijk reglement in de gr jotere on dernomingen bestaat. Indien iedereen voor uit weet aan welke voorschriften van orde als anderzins hij zich heeft te onderwerpen, zal menig eonïlict voorkomen worden. Ge lukkig zien vele patroons zelf daarvan de noodzakelijk in, maar er zijn blijkens de enquête nog altijd velen, die alle's bij het oude laten, wel orde- en andere bepalingen wanneer het pas geeft, toepassen, doch verzuimen daarvan aan de werklieden bij hun indiensttreding kennis te geven. Deze hom-en in nrenig. geval, niet oerder van hot bestaan van een of andore bepaling voordat deze wordt toegepast. Meent men nu, dat de wetgever zooveel hij kan, er toe moot bijrrrngen conflicten te voorkomen, dan moet hij oolr in sommige gevallen op de werk gevers do verplichting leggen een regioment samen te stellen. Gaat dus de minister in zooverre met mr. Dracfeer mede, in een ander opzicht gaat de hoer Dmeker vorder. Terwijl in het regeeringsontwerp de overheid in geen enkel opzicht in hot reglement wordt ge moeid, heeft de heer Drucker in zijn ont werp' een bepaling opgenomen, waarbij aan de Gedeputeerde Staten een zekere bevoegd heid woi'dt gegeven. Doze bepaling luidt aldus: Bepalingen in oen reglement waarbij eene door of namens den werkgever op te leggen boet val dat de voorkomend alleen gelili zoover dezt betreft, door edongen voor het geleri in dat reglement ?ift overtreedt, zijn ,het reglement, voor ,'it'ten en bepalingen .iteerde Staten is goedgekeurd. Die goedkeuring wordt niet ver leend, wanneer het blijkt, dat, en mot welken uitslag de meerderjarige arbeiders, werk zaam in de onderneming oi' het gedeelte dor onderneming; waarvoor het reglement bestemd is, over die voorschriften en be palingen voor de vaststelling zijn geraad pleegd, en wel ieder afzonderlijk of geza menlijk, of bij monde van hunne door vrije keuze uit hun midden aangewezen verte genwoordigers. Overigens wordt do goed keuring alleen geweigerd op grond van strijd togen wettelijke voorschriften of tegen de goode zoden." In het stelsel Drucker moeten dus de boetebepalingen in oen reglement onder worpen worden aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten on dit collegie mag de goedkeuring alleen weigeren op drie gronden : 1. indien de bepalingen in strijd zijn met wettelijke voorschriften; 2. iudioii er strijd bestaat met de goede zedon ; ;}. indien do meerderjarige arbeiders niet voor do vaststelling /i.jn geraadpleegd. Deze goedkeuring heeft de minister niet gewild, vermoedelijk niet, omdat hij een toezicht van hooger hand in strijd acht met do privaatrechterlijke regeling van liet vraagstuk, liet enge keurslijf waarin de minister zich heeft gesnoerd, verhindert hem dus weer in zijn vrijheid van beweging. Ik zou het voorschrift van goedkeuring gaarne in het ontwerp zien opgenomen. Wel staat in het rcgeeringsontwerp, dat alle bedingen welke nietig zouden zijn, waren zij in de arbeidsovereenkomst opge nomen of welke strijdig zijn met wet, vevorJoning of' goode zoden, nietig zijn, doch deze bepaling zal niet zooveel geven. Im mers zij heeft eerst beteekenis, als er een conflict tusschen den patroon en zijn arbei der is uitgebroken en de nietigheid der bepaling voor de rechter wordt beweerd. Doch zoolang de bepaling niet is aange vochten en de arbeider bewust of onbe wust zich daarbij neerlegt, blijft ze van kracht, hoe slecht ze wellicht ook werkt. Daarom verdient de voorkeur een preven tief werkend .voorschrift, vooral in het ge val waar hot betreft boetebepalingen, op de wijze zooals de heer Drucker wil. Op het hooger toezicht uitoefenend college, hier Gedeputeerde Staten, rust dan de taak toe te zien, dat er geen strijd is. Ik wil er niot over twisten of juist Gedo^uteerde Staten hot college van toezicht moeten zijn. Ik zou mij ook als zoo'lüff kunnen donken de Kamers van Arbeid voor zooverre in deze het betrokken bedrijf is vertegenwoordigd. Hoofdzaak is, dat ovonmin als er strijd mug zijn tusschen provinciale en gemeenteverordeningen aan den cenon kant en de wet aan den anderen kant, evenmin mag er strijd zijn tusschon het reglement en de arbeidsovereenkomst, zooals deze door de wet is geregeld. (Slot col/j t.) Mr. Dr.II. S. VK.-.DMAX. iitmniinnntmriiniiiiiiMii'ii itMHMiMiimMiiiiiiinmmiiiHMiitiift» tel is n Hesflstai, Voor de tweede op voorin j in dit seizoan j had onzo \Vassiiervoreenigiug de keuze laten vallen op Luhengrin. liet was goed dit werk, na een paar jaren rust, andermaal ton tooiieole te brengen. Opnieuw bleek n.l. uit de strichlose" op voering welk oen geweldige dramatische kracht in Lohengrin steekt; maar dan moet ook gezorgd worden dat aan alle psycholo gische ei.-chen, dio het werk stelt, op zoo artistieke wijze voldaan wordt, als bij de WagnerTOreeniging geschiedt. Dat is te dunken in de eerste plaats aan Viotta, die niet alleen volkomen bekend is met de geheimen der partituur, maar die ook geheel ia doorgedrongen in den geest van liet drama en aldus het verband tusschen de verschillende zusterkunsten, die in Wagner's scheppingen vereenigd zijn, aan zijn uitvoerenden kan duidelijk ma-ken. In zijn trouwen medearbeider, den lieer Emil Valdck, regisseur aan bot iloflheater te Darinstadt, heeft hij hierbij oen grooten steun. Wat deze ten opzichte van de <;roopeering der koren heeft verricht, verdient l de grootste waardooring; want behoudens j nkele eonventioneele bewegingen, was hot spel zoodanig, dat men niet zou zeggen dat de dames en heeren leden der Waiinervcreeniging niet dagelijks op het toonetl verkccrcn. Dit gedeelte der uitvoering mocht ik met groote sympathie volgen; doch ook het vocale gedeelte der koorgro?pen valt zeer te prijzen. Do mannenkoren in de tweede acte b.v. werden mot ceu ivcn: vertolkt die een buitengewonen indruk maakte. Ken enkele keer liet do zuiverheid te wciischen over, waarschijnlijk ouidat men van het tooneel af hot orchest niet steeds duidelijk kon hoore.ii; ook stel ik mij voor dat unkt.ile passages een /achteren tint haddon kunnen verdragen; doch over het algemeen mag men ten hoogste ingenomen zijn, mot hetgeen door het koor werd te genieten gegeven. Onder do solisten stak Feinhals als Telramund verre nit boven zijn partners. Heer lijk klonk zijn prachtig orgaan dori gohoelon avond door, van do hoogste tot <le laagste tonen. Ken stroom van welluidendheid ont vlood zijn lippen. Bij hem kon men echt ge nieten, zinnelijk genieten van oen rijk ge- i timbreerde stom. Maar ook do geest word ; in de, hoogste mate geboeid door zijn over tuigend, krachtig spel vol warmte on uit drukking en zijn onovertroffen dictie, dio bet mogelijk mankte ieder woord duidelijk te verstaan. Feinhals is oen dor uitimintendste kunstenaars die ik ooit op bot too neel ontmoette; moge hij ons nog menig maal komen verheugen en verkwikken niet zijne heerlijke gaven. Clmrlotte lluhn was als Ortrud evenzeer voortreil'elijk. Kon enkelen keer scheen het dat haar stom niet moor zoo opgewassen was tegen de vecluischeiiJo inoeiolijkhoden harer rol als vroeger. In ruime mate vergoedde zij dit echter daar haar mooi doordacht spel. Wat zij in dat opzicht in de eerste acte pres teerde was inderdaad buitengewoon. Tegen de Klsa van mevrouw VV'ittich heb ik het bezwaar dat on verschijning i\ stem voor mijn gevoel niet jeugdig genoeg zijn os:\ juist het svmpathieke dezer rol weer te geven.. Iii de zachte tonen klinkt anders de stem van mevr. Wittich zeer mooi; in het forte daarentegen ietwat bard en schel. Onze landgenoot, de hoor Mergelkamp uit Leipzig. zong don Heerrafer" zeer goed, mot volle stem; alloen do uitspraak kan nog duidelijker worden; zuo waren enkele slot consonanten totaal onhoorbaar, bv. de t in Brabant. Do heer Hans Keiler uit Karlsruhe heeft een dorre, droge stem en dat kwam aan de creatie van zijn Ivonig Heinrich niet ten goede. Echter totaal misplaatst in dit milieu was Kniest van Dijck uit Antwerpen. Gedurende don '/eheelen avoiiil beeft hij mij wrevelig gemaakt on door zijn ziekelijke, verwijfde op vatting van den Godsgezant en door zijn (lotoneeron, on door zijn slechte uitspra .k van het Duitseh. In letterlijk geen enkel moment heeft Van Dijck iols gepresteerd, wat men als voorname kurst mag aanmerken. liet allerslechtst was hij wel in de derde acte bij de scène im Brautgemach." Daar was geen spoor van hoogheid waar te nemen; daar was Van Dijck eenvoudig een fransehe sulonjonker met smachtende stem en amoureuse gebaren in plaats van den verheven held uit bet Graalsgebied, den zoon van Parsifal. Trouwens de Gallische individualiteit van Van Uijok viel geheel uit het kader dezer omgeving. Indien de heer Van Dijck zich mag bedienen van de Fransehe taal, dan kan zijn zang misschien genot verscbaifen, hier, waar hij Duitseh moest zingen en die taal op de onbarmhartigste vvy'ze niassacreerde, moest men zicii voortdurend ergeren aan zijn tekort komingen. Kil dan bet detoneoreii! liet ergste wat uien in onze knust kan aantreffen en waarbij bet begrip van muziek genieten ge heel moet tor zijde worden geschoven! Bijna werd het mooie quintet Du kiindest min dein wahr Gericht" in gevaar gebracht, hadden niet te rechter tijd de orcbestbasseii het ge heel in toom gehouden. De medewerking van Van Dijck was een misgreep, die zich gedurende den gehoolen avond voelbaar maakte. Bij werken uit de latere periode van AVagner is aan bet orchest een grootere en meer gewichtige rol toebedeeld dan bij Lohengrin; daar heeft het orchest nog meer de zielestemmïftgen weer te geven van de hoofxl.fignren dan bij Loheftgrin. Daarom zal d/uir de minderwaardige vervulling van een der hoofdpersonen niet zoo sterk gevoeld worden. Wanneer echter dl zwanenridiler uitgebeeld wordt op een wjjze, die strijdig is niet Jou Stijl en het kiii'akter van Lohengrin, dan vormt zulks een vlek op de uitvoering, die men niet zoo ge makkelijk voorbij kan zien. Doch laat ik niet eindigen mét een wanklank en naast do uitmuntende andere solisten het orchest herdenken dat, al heeft het dan in dit werk nog niet zoo'n veel omvattende taak te vervullen, als in de latere werken van Wagner, den gcheelen avond door een prachtigen klank ontwikkelde en nu eens mot ecu weekheid en innigheid van toon dio weldadig aandeed, dan weder met een heroïsch accent dat trof door scherpe rhj'thmiek en adel van uitdrukking, den toe hoorder in verrukking bracht. In waarheid, wat Viotia met ons orcbest dien avond beeft gepresteerd was zóó schoon, dat hot ons wederom met do grootste bewondering hoeft vervuld voor ons keurkorps. Ten slotte zij nog even medegedeeld dat de kleedij, de wapenrustingen en tuigen zijn gemaakt naar het geschiedkundig ontwerp van den heer Molkenboer en dat de aanblik van het toonvel zeer schoon was en stijlvol. Ter wille der volledigheid wil ik nog met een paar woorden vermelden een uitvoering van wereldlijke cantaten van Bach, welke Dinsdag 1.1. onder mijn leiding plaats vond. Het zal voor menigeen vreemd zijn geweest te hebben kunnen hooren dat de patriar chale Bach als bumorist werken geschreven beeft, die thans nog niets verloren hebben van hun snaaksch karakter. En toch is dit zoo. Bach bad naast zijn cantoraat aan de Thonwsscliule, nog de directie waar te nemen van het Col.Ietjitim tnwtlcum, een wereldlijk muziekgezelscbap. waarvan o.a. veel studenten aan de Universiteit dool uitmaakten. Dit Culleijiwn musiniin, trad vaak op om bekende professoren te huldigen, of om vorstelijke personen bij hun bezoek te Leipzig het wel kom toe te roepen, ook wel bij gele jen beden van willekeur! gen aard. Zeer dikwijls ontleende dan de librettist (in casu Picander. de teltstdichter der Mattheuspassion) zijn stof aan de mythologie en dan werden in het gedicht eonige op 'Ie gelegenheid toepasselijke zin spelingen gelasc'it. /oo ontstond der Streit Zwischen Phübus nnd l'an" als een satire op de in Uaeh's tijd meer en meer veld winnende sympathieën, welke men den Italiaansehen optrastijl begon toe te dragen; zoo ontstond der /.ufnedougestellte Aeolus" als goiegenhoidsmuziek voor den naaimlag van een dor Leipziger professoren. De zg. Call'eec.intate eciicer het-ft haar ontstaan te danken aan Bach's voorüefle voor huiselijke, gemoe delijke tafereeltjes. Daarin worden besebreven een eerzame burgerdochter nit hot Leipzig der achttiende1 eeuw, die verslaafd was aan den geurigen zwarten drank, welke men pas had leeren bereiden uit het van Indio aan gevoerde product, en baar vader Sohlendrian", die deze neiging bij zijn dochter zoo veel mogelijk wil tegengaan en haar voor spelt dat zij geen man zal krijgen als zij bet koffiedrinken niet wil laten. Alleraardigst zijn de verwikkelingen, beschreven tusschen die twee. Uit der zufriedengestellte Aeolus" werd door de.ii beer Messcbaert op onnavolgbare wijze een Aria met recitatief voorgedragen; de beide andere cantaten werden in baa-r geheel uitgevoerd. Over de uitvoering zelve zal ik het stil zwijgen bewaren ; bet feit echter meende ik hier wel te mogen vermelden. A\T. AVEEKAMV. afscheid genomen van het publieke leven. Hol heeft de dood verrast, tamelijk onver wacht, te midden van zijn weikzaambeden, die hij nog niet volle energie waarna». Als het ware in volle wapenrusting, op het veld van eer, gaf bij den geest. \Ve«noed bezielt ons bij het heengaan van den man, die om zijn edelaardige eigen schappen, zijn minzaamheid, miu-.r vooral om zijn hooge gaven als kunstenaar alom in den lande en daarbuitenbeiniud was en aange schreven stond als een der allerbesten, ala oen der mannon waarop ons vaderland trotsch mag zijn. Hol t (1S2.Ï1'.)04.) Kerst waa bet Cuenen, toen lleinze, thans beeft do onverbiddelijke dood zijn oiier opgeëischt in oen van Nederlands begaafdste zonen, den grooten kunstenaar Richard Hol. Hadden do beide eerstgenoemde!! reeds De toekomstige biograaf van Richard Hol zal een zware maar dankbare t nok te ver vullen hebben ; want gewef kt iKwft Hol al» geen der ouderen on evenmin al* een der jongeren. De veelzijdigheid van liol's gaven en de resultaten zijner enorme werkkracht zijn zóó groot, dat men er van duizelt en zich onwillekeurig afvraagt boe bet mogelijk is dat een man dat alles vermocht tot stand te brengen. Ik zal in deze weinige regelen, die mij uit de pen vloeien als eerbiedige hulde aan de nagedachtenis van een groot man, niet trachten ook zelfs maar een beknopte biografie te schrijven van Kichard Hol. Maar toch wil ik enkele dingen aanstippen uit het leven van dien grooten werker, dingen die zich zoo ongezocht aan mijn herinnering opdringen en die, nieen ik, een klein begrip geven van het vel-e dat ons land en onze kunst aan Hol te danken hebben. .Laat ik dan beginnen, paet datgene wat zekef d<?n ontslapene het dichtst fuiiïhet hart gelojjen beeft, n.l. zijn compositiën. AVat al woYke'n zijn niét ontstaan s'edert zijn bekend, van liefde en gloed tintelend lied Ons Vaderland" gecomponeerd is? lloevele liede ren en daaronder zeer schoone, zooals b.v. Vrijheid, llo >ger Lente, Koos en Nachtegaal on nog zoovele andere, hebben niet de ronde gedaan in oiix'c concertzalen en vooral ook in onze biiisvertrekkeii V Hoeft Hol niet voor mannenkoor werken gewrocht, die mot het allerbeste wat in hot buitenland is gemaakt op ii lijn slaan en in menig opzicht nog daarboven? Vraag het aan onze liedertafels oi Hol niet is do populairste onzer compo nisten en of men zich oen Xedcrlaridscb. programma kan denken zonder den naam van Hol ? Staan zij j Hymne aan don Vrede, zijn Kots in /ee en zijn Vrijheidshymne niet bovenaan op de lijst der groote koren die in de bibliotheken voorhanden zijn, om niet eens te gewagen van de zoo sprekende, echt gezonde en humorvolle kleinere werkjeszooais Janmaat, Levensvreugde" en zoovele andere? Maar ook de werken ran grootoren omvang, voor mannenkoor, solo en orchest, zooals Loidon's Ontzet, de Vondelcantate enireiligerleecantaie, en voornamelijk daaruit het soldatenkoor, zullen bestemd zijn. oui nog jaren lang een sieraad uit te maken van onze mannenkoor-muziekfeesten. Behalve een paar kleinere werken voor gemengd koor zooals der blinde Kónig" en de Vliegende Hollander" danken wij aan Hoi nog een Oratorium in grooten stijl David" op tekst van Hofdijk. Zijn opera Floris V mocht zich herhaaldelijk op ons nationaal tooiieel in den grootsten bijval verbeugen. Ken drietal symphonieëu en het symphonisch gedicht Krkh'irung" welke werken dikwijls ook in het buitenland zijn uitgevoerd, geven een b-grip van bet talent van Hol op instru mentaal gebied. Maar \vaar zul ik eindigen? Al schrijvende komen mij te binnen kleinere werken van paedagogiseben aard voor de jeugd, zoowel op het gebied van do piano als op dat van den zang, te veel om op te noemen. Aan het begin van zijn loophaan was het Hol gegeven de liedertafel Amstels Mannen koor" tot zijn hoogsten roem op te voeren ; op do middaghoogte van zijn leven mocht Hol hot voo)recht smaken der Haagsche Liedertafel C.'aecilia" nieuwe lauweren aan baar kroon toe te voegen. Maar toch beeft Hol zijn grootste daden verricht te Utrecht, als directeur van Toon kunst en van de z.g. Stadsconcerten. Wat bij daar beeft gedaan voor onze heerlijke kunst, zal steeds met gulden letteren in de annal-üi van het V tree l it;se hèmuziekleven opgeteekend blijven. Wie herinnert zich niet de heerlijke mivziekfcesten te Utrecht? Wie onzer die daarvan getuige is gew'oest. voelt niet weder het hart kloppen bij de herinnering aan de werken van Bach, Beethoven, SohuUIHIIII en Brabms, daar uitgevoerd ? Vooral de laatste beide meesters wat heeft Hol niet voor ben gedaan? En welk een overtuigende waarheid, wat een gloed ging er niet uit van zijn directie? Hoe ongevein-d was de be wondering van eeri Kubinstein voor Hol's voorbereiding van het koor, tóén hij zijn das Verlorene Paradies" te Utrecht dirigeerde ? Ik heb zeer dikwijls het voorrecht gehaduitvoeringen onder Hol's leiding hij te wonen; zoowel te Utrecht, als toen Hol hier t Amsterdamsen paar jaren de klassieke con certen in het Paleis dirigeerde, en steeds heb ik oen levcndigöseiisatie gevoeld, steeds ben ik door Hol gevoerd tot' die stemming die slechts door een van warfrlif'id en over tuiging gloeiende geestdrift kalf wofden op gewekt. Bij Hol waren alle persoonlijke willek-eurigheden afwezig, zijn doel was eenig en alleen bet kunstwerk m zijn ware gedaante en dan in al zijn licht en luister te doen stralen. Het is bijna niet te begrijpen, dat Hol, naast zijne veel omvattende werkzaamheden, nog tijd vond om op te treden als organist aan de Domkerk te Utrecht en als zoodanig

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl