Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER
BLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1404
een huwelijk teruggehouden door de
bedreiging met ont&lag.
Mr. Visser spreekt dan in de tweede
plaats OTer 't toekennen van een dubbele
stem op grond van hoogeren leeftijd en
is van meening, dat men dit niet zal
bestrijden, omdat het een
klassebevoorrechting zoude zijn." Ten onrechte naar
het mij voorkomt. Daar de gemiddelde
levensduur bij de bezittende klasse hooger
is dan bij het proletariaat, is 't toekennen
van een dubbele stem op grond van
hoogeren leeftijd indirect
klassebevoorrechting, al kan toegegeven worden,
dat in de praktijk dit voorrecht weinig
hinderlijk aan den dag zou treden.
Wie van meening is, dat 't onbillijk
zou zijn allen onderwijzers voor hun
diploma een tweede stem toe te kennen,
omdat tal van burgers zonder ooit eenig
examen te hebben afgelegd, intellectueel
even hoog staan", moet ook toegankelijk
zijn voor de opinerking, dat tal van
juniores niet voor zeer vele seniores be
hoeven, onder te doen. De schrijver van
dit s'tikje, nog jong, verkeert met vele
acquales in de pedante meening meer
maatschappelijke ervaring en beter poli
tiek inzicht te bezitten dan vele onderen.
Het verstand komt met de jaren, zegt
men graag, ja, -maar gaat ook met de
jaren. En wat in 't dagelijkseh verkeer
als levenservaring wordt versleten is
niet zelden slechts de huisbakken angst
van de conservatieve kip, die vreest, dat
haar democratisch eendenkroost zal ver
drinken; is 't gemis aan forsche levens
kracht; is 't noodlot, frissche
levensstroomen in woestijnen van bezwaren
en bedenkingen te willen afleiden. Bij
de ouderen soms de ervaring (echte
ervaring), bij de jongeren in den regel
de kracht van het ideaal. De volksver
tegenwoordiging moet onafhankelijk
zijn (?) De kiezers moeten onafhankelijk
zijn. Laat men dan echter niet vergeten,
dat meer bejaarden, of inderdaad, of in
hua verbeelding in meerdere mite afhan
kelijk zijn dan de jongeren. Voor den
45 jarigen leeftijd b.v. een tweede stem
toe te staan zou beteekenen: een partij
van Minores L annis in 't leven roepen.
En dan een zuivere evenredige vertegen
woordiging is in dit geval niet mogelijk,
aaageziea de democratische partijen den
sterkstea aanhang onder de jongeren
vinden.
Meervoudig kiesrecht en dat demo
cratisch is niet mogelijk.
A. KETELAAR.
Japan's kansen.
B'j het uitbreken van den oorlog
tusschen Rusland en Japan is van vele zijden
ook door ons de meening uitge
sproken, dat de strijd tusschen de beide
mogendheden noodzakelijk op eeue over
winning van Rusland moest uitloopen,
tenzij andere mogendheden zich in dien
strijd mengden en daardoor tot eene ver
plaatsing van de machtsverhoudingen
aanleiding gaven. Het aanvankelijk suc
ces der Japanners behoefde in deze op
vatting geen wijziging te brengen: im
mers het was bekend en het is op
overtuigend* wijze gebleken, dat Rusland
niet op het zoo spoedig uitbreken van
den oorlog had gerekend en dus niet
gereed was. Toch kan het van belang
ziji, na te gaan. op welke gronden de
Japanners meenen, dat hunne kansen in
dezen, volgens onze opvatting zoo onge
lijken strijd volstrekt niet slecht staan.
Wij doen dat naar aanleiding van eene
correspondentie uit Tokio aan den Figaro.
Brtsland's grondgebied is vele malen
grooter dan dat van Japan. Toegegeven,
zegt de schrijver. Maar Japan is ook niet
van plan om Rusland te veroveren of te
arraexeeren: de strijd wordt gevoerd om
Korea en Mandschoerije. iSfiet het aantal
vierkante kilometers, maar het aantal
manschappen zal den doorslag geven.
Rusland heeft, in ronde cijfers, 139'
miïliocn inwoners, Japan 47 miïlioen,
dus ongeveer evenveel als Duitschland
en aanmerkelijk meer dan Frankrijk.
Rusland kan, naar men beweert, in oor
logstijd: 6 inülioen man op de been
brengen1; oene dergelijke verhouding
tasschen het bevolkingscijfer eri de
legersterkte z«u voor Japan '2,2 mi-llioen sol
daten aanwijzen. Maar dit zijn slechts
theoretische cijfers; de hoofdvraag is: hoe
kunnen de troepen geregeld van levens
middelen on ammunitie worden, voor
zien. Wandschoor ij e is een zeer arm land;;
zelfs in vredestijd moeten de Russen
daar voor hun troepen grootc depots van
levensmiddelen onderhouden. En de
eeni-ge gemeenschapslijn tusschen Mand
schoerije en het eigenlijke Rusland i->
de Transsiberrschc spoorweg, die niet
eens dubbelspoor heeft,, en nog door het
BaUtal-mefir wordt afgebroken. Iteods
hierdoor zijn aan het aantal Ier Russische
troepen in Oost-Aziëbepaalde grenzen
gestald'. Rusland moet verder observatie
corpsen onderhouden aan de grenzen van
Duiteehland', Oostenrijk en Roemenië, en
eene~ belangrijke troepenmacht in
Transkaukasië. Aan de grenzen van Afgha
nistan heeft het in denlaatsten tijd zijne
troepen zelfs moeten vermeerderen. ITet
heeft ran vier zijden gevaren te duchten:
vaa dtnr rMkan, van Armenië, van Perzië,
van Indre. In het binnenland smeult
het vuur van haat en wrok in Polen,
in Finland, in do Oostzee-provinciën,
waar voortdurend de aanwezigheid van
groote garnizoenen noodzakelijk is.
Japan daarentegen behoeft zich even
min bezorgd te maken voor de verdedi
ging" van. territoriale grenzen als voor
binuenlandsche verwikkelingen. Het
geheele volk, van den Mikado tot den
geringsten koelie, is vol geestdrift voor
dezen nationalen oorlog en tot alle offers
bereid.
De correspondent ontkent, dat Japan
tot dezen oorlog zou zijn gekomen door
de noodzakelijkheid om een débouchéte
vinden voor zijn overbevolking. In het
eilandenrijk is nog plaats voor eene
bevolkingstoename van millioenen. Wat
Japan drijft, is eerzucht, nationale trots.
En daarin volgt het het voorbeeld van
alle volken, aan welke eene snelle ont
wikkeling plotseling een nieuwe macht
heeft gegeven. Zoo heeft Holland in do
zestiende eeuw, teniuuvovnood bevrijd
van het Spaansche juk, zich de verovering
der zeeën ten doel gesteld." Verder wordt
gewezen op Pruisen onder Frederikden
Groote, wiens legers mot goed gevolg
aan de drie grootste milifairu mogend
heden van zijn tijd weerstand boden;
op de eerste Fransche Republiek, die de
invasie afsloeg en hare jonge b'ttaillons
over gansch Europa wierp, op Duitsch
land, dat zijn- moeielijk en langzaam ver
kregen eenheid door een buitenlandoenen
oorlog bevestigde.
De oorlog met China, heeft Japan niet
kunnen bevredigen ; de overwinning was
te gemakkelijk. Maar dat het van die
overwinning niet eens de vruchten mocht
plukken, was Rushmd's werk, en dit heeft
Japan aan Rusland nooit kunnen ver
geven.
Tot zoover de correspondent van den
Figaro, die zijn sympathieën voor Japan
en de Japanners niet onder stoelen of
banken steekt, evenmin als Bebel dit
in den Duitschen Rijksdag deed. Doch
sympathieën en antipathieën hebben in
deze quaestie niets in te brengen,
voorloopig althans niet. En wanneer
vroeger of later,-een der «jroote mogend
heden zich geroepen mocht rekenen tot
interventie, zal daarbij waarschijnlijk
evenmin van sympathie of antipathie,
maar alleen van eigenbelang sprake zijn.
iiinimiimiimr.iiiiiiH ................ iiimnmiimiiiiiiiimiiiim ..... IHIIII
Sociak
IIIIIIIIIMIIUItlllUmiMlllimiimillUUMHlMllllltHIIIlM
Benige grep nit bet ontwerp tot
ra d
m.
In het eerste artikel heb ik er op gewe
zen, dat de minister zich heeft gesteld op
het enge,, prijaatre.ihteli.jke standpunt c u
nu wil het mij voorkomen, dat de nadeden
van dit standpunt vooral blijken bij Aa rege
ling van het arbeids- of fabrieksrêgleine'rit.
Terwijl in de Duitsdie eu Oostonrijltsohe
(lewerbèordnuno-en en in de Xwits'ersehe
en Belgische fabrieksvretten bepalingen zijn
opgenomen, waarin aan de grootere orid
rnentingen de uitvaardiging van een
f'abrieksreglement als een plicht wordt opgelegd
en op de niei-nakonii»« er van een straf
wordt gesteld; terwijl in de genoemde lan
den is verordend, dat aan ds arbeiders de
gelegenheid moet worden gegeven vóór de
vaststelling van het reglement hunne
ineening daarover te doen kennen; terwijl
voorts aan de overheid in de gemelde wet
ten esn min of meer uitgebreid toezicht op
de vaststelling der reglementen is opge
dragen, ten einde er voor te waken, dat"de
wettelijke bepalingen voldoende worden in
acht genomen; terwijl dus dit alles is opge
nomen in de bedoelde wetten, waarvan de
samenstellers zich hebben gesteld op publiek
rechtelijk standpunt, hooft de minister, zich
in zijn eigen klein huisje opsluitende, zich
daarmede niet bezig gehouden. Wel wordt
in de Memorie van toelichting de belang
rijkheid van deze voorschriften erkend,
maar eene re-geling daarvan valt buiten
het kader vaa het ontwerp.
I)öminister is vom- een deel in goed ge
zelschap en wol in dat van den heer Drucker.
Xooals men weet heel't mr. Drucker in op
dracht van rfen toenmaligen minister van
justitie een ontwerp van wet tot regeling
van de arbeidsovereenkomst samengesteld,
welk ontwerp voor een zeer groot deel is
overgenomen, zoowel in het
regeeringsontwerp 1901 als in hot huidige. Ook de hoer
Drucker heeft als niet passende in hot
kader van zijn ontwerp daarin niet opge
nomen de stellige verplichting om oen regle
ment uit te vaardigen.
Waar een fobrieksreglement zooveel er
toe kan bijdragen om geschillen tusschen
do patroons en do arbeiders te voorkomen,
omdat zij zekerheid geven omtrent aange
legenheden, die dikwijls niet in de arbeids
overeenkomst zijn geregeld en omdat /ij
bepalen de gedragslijn die de arbeiders
hebben te volgen, is het zeer gowenscht,
dat een dergelijk reglement in de gr jotere on
dernomingen bestaat. Indien iedereen voor
uit weet aan welke voorschriften van orde
als anderzins hij zich heeft te onderwerpen,
zal menig eonïlict voorkomen worden. Ge
lukkig zien vele patroons zelf daarvan de
noodzakelijk in, maar er zijn blijkens de
enquête nog altijd velen, die alle's bij het
oude laten, wel orde- en andere bepalingen
wanneer het pas geeft, toepassen, doch
verzuimen daarvan aan de werklieden bij
hun indiensttreding kennis te geven. Deze
hom-en in nrenig. geval, niet oerder van hot
bestaan van een of andore bepaling voordat
deze wordt toegepast. Meent men nu, dat
de wetgever zooveel hij kan, er toe moot
bijrrrngen conflicten te voorkomen, dan moet
hij oolr in sommige gevallen op de werk
gevers do verplichting leggen een
regioment samen te stellen.
Gaat dus de minister in zooverre met
mr. Dracfeer mede, in een ander opzicht
gaat de hoer Dmeker vorder. Terwijl in
het regeeringsontwerp de overheid in geen
enkel opzicht in hot reglement wordt ge
moeid, heeft de heer Drucker in zijn ont
werp' een bepaling opgenomen, waarbij aan
de Gedeputeerde Staten een zekere bevoegd
heid woi'dt gegeven. Doze bepaling luidt
aldus:
Bepalingen in oen reglement waarbij
eene door of namens den werkgever op te
leggen boet
val dat de
voorkomend
alleen gelili
zoover dezt
betreft, door
edongen voor het
geleri in dat reglement
?ift overtreedt, zijn
,het reglement, voor
,'it'ten en bepalingen
.iteerde Staten is
goedgekeurd. Die goedkeuring wordt niet ver
leend, wanneer het blijkt, dat, en mot welken
uitslag de meerderjarige arbeiders, werk
zaam in de onderneming oi' het gedeelte
dor onderneming; waarvoor het reglement
bestemd is, over die voorschriften en be
palingen voor de vaststelling zijn geraad
pleegd, en wel ieder afzonderlijk of geza
menlijk, of bij monde van hunne door vrije
keuze uit hun midden aangewezen verte
genwoordigers. Overigens wordt do goed
keuring alleen geweigerd op grond van
strijd togen wettelijke voorschriften of tegen
de goode zoden."
In het stelsel Drucker moeten dus de
boetebepalingen in oen reglement onder
worpen worden aan de goedkeuring van
Gedeputeerde Staten on dit collegie mag
de goedkeuring alleen weigeren op drie
gronden :
1. indien de bepalingen in strijd zijn met
wettelijke voorschriften;
2. iudioii er strijd bestaat met de goede
zedon ;
;}. indien do meerderjarige arbeiders niet
voor do vaststelling /i.jn geraadpleegd.
Deze goedkeuring heeft de minister niet
gewild, vermoedelijk niet, omdat hij een
toezicht van hooger hand in strijd acht
met do privaatrechterlijke regeling van liet
vraagstuk, liet enge keurslijf waarin de
minister zich heeft gesnoerd, verhindert
hem dus weer in zijn vrijheid van beweging.
Ik zou het voorschrift van goedkeuring
gaarne in het ontwerp zien opgenomen.
Wel staat in het rcgeeringsontwerp, dat
alle bedingen welke nietig zouden zijn,
waren zij in de arbeidsovereenkomst opge
nomen of welke strijdig zijn met wet,
vevorJoning of' goode zoden, nietig zijn, doch
deze bepaling zal niet zooveel geven. Im
mers zij heeft eerst beteekenis, als er een
conflict tusschen den patroon en zijn arbei
der is uitgebroken en de nietigheid der
bepaling voor de rechter wordt beweerd.
Doch zoolang de bepaling niet is aange
vochten en de arbeider bewust of onbe
wust zich daarbij neerlegt, blijft ze van
kracht, hoe slecht ze wellicht ook werkt.
Daarom verdient de voorkeur een preven
tief werkend .voorschrift, vooral in het ge
val waar hot betreft boetebepalingen, op
de wijze zooals de heer Drucker wil. Op
het hooger toezicht uitoefenend college,
hier Gedeputeerde Staten, rust dan de taak
toe te zien, dat er geen strijd is.
Ik wil er niot over twisten of juist
Gedo^uteerde Staten hot college van toezicht
moeten zijn. Ik zou mij ook als zoo'lüff
kunnen donken de Kamers van Arbeid
voor zooverre in deze het betrokken bedrijf
is vertegenwoordigd. Hoofdzaak is, dat
ovonmin als er strijd mug zijn tusschen
provinciale en gemeenteverordeningen aan
den cenon kant en de wet aan den anderen
kant, evenmin mag er strijd zijn tusschon
het reglement en de arbeidsovereenkomst,
zooals deze door de wet is geregeld.
(Slot col/j t.) Mr. Dr.II. S. VK.-.DMAX.
iitmniinnntmriiniiiiiiMii'ii itMHMiMiimMiiiiiiinmmiiiHMiitiift»
tel is n Hesflstai,
Voor de tweede op voorin j in dit seizoan
j had onzo \Vassiiervoreenigiug de keuze laten
vallen op Luhengrin. liet was goed dit werk,
na een paar jaren rust, andermaal ton
tooiieole te brengen.
Opnieuw bleek n.l. uit de strichlose" op
voering welk oen geweldige dramatische
kracht in Lohengrin steekt; maar dan moet
ook gezorgd worden dat aan alle psycholo
gische ei.-chen, dio het werk stelt, op zoo
artistieke wijze voldaan wordt, als bij de
WagnerTOreeniging geschiedt.
Dat is te dunken in de eerste plaats aan
Viotta, die niet alleen volkomen bekend is
met de geheimen der partituur, maar die ook
geheel ia doorgedrongen in den geest van
liet drama en aldus het verband tusschen
de verschillende zusterkunsten, die in
Wagner's scheppingen vereenigd zijn, aan zijn
uitvoerenden kan duidelijk ma-ken.
In zijn trouwen medearbeider, den lieer
Emil Valdck, regisseur aan bot iloflheater
te Darinstadt, heeft hij hierbij oen grooten
steun. Wat deze ten opzichte van de
<;roopeering der koren heeft verricht, verdient l
de grootste waardooring; want behoudens j
nkele eonventioneele bewegingen, was hot
spel zoodanig, dat men niet zou zeggen dat
de dames en heeren leden der
Waiinervcreeniging niet dagelijks op het toonetl
verkccrcn. Dit gedeelte der uitvoering mocht ik
met groote sympathie volgen; doch ook het
vocale gedeelte der koorgro?pen valt zeer
te prijzen. Do mannenkoren in de tweede
acte b.v. werden mot ceu ivcn: vertolkt die
een buitengewonen indruk maakte. Ken
enkele keer liet do zuiverheid te wciischen
over, waarschijnlijk ouidat men van het
tooneel af hot orchest niet steeds duidelijk
kon hoore.ii; ook stel ik mij voor dat unkt.ile
passages een /achteren tint haddon kunnen
verdragen; doch over het algemeen mag men
ten hoogste ingenomen zijn, mot hetgeen
door het koor werd te genieten gegeven.
Onder do solisten stak Feinhals als
Telramund verre nit boven zijn partners. Heer
lijk klonk zijn prachtig orgaan dori gohoelon
avond door, van do hoogste tot <le laagste
tonen. Ken stroom van welluidendheid ont
vlood zijn lippen. Bij hem kon men echt ge
nieten, zinnelijk genieten van oen rijk ge- i
timbreerde stom. Maar ook do geest word ;
in de, hoogste mate geboeid door zijn over
tuigend, krachtig spel vol warmte on uit
drukking en zijn onovertroffen dictie, dio
bet mogelijk mankte ieder woord duidelijk
te verstaan. Feinhals is oen dor
uitimintendste kunstenaars die ik ooit op bot too
neel ontmoette; moge hij ons nog menig
maal komen verheugen en verkwikken niet
zijne heerlijke gaven.
Clmrlotte lluhn was als Ortrud evenzeer
voortreil'elijk. Kon enkelen keer scheen het
dat haar stom niet moor zoo opgewassen was
tegen de vecluischeiiJo inoeiolijkhoden harer
rol als vroeger. In ruime mate vergoedde
zij dit echter daar haar mooi doordacht spel.
Wat zij in dat opzicht in de eerste acte pres
teerde was inderdaad buitengewoon.
Tegen de Klsa van mevrouw VV'ittich heb
ik het bezwaar dat on verschijning i\ stem
voor mijn gevoel niet jeugdig genoeg zijn
os:\ juist het svmpathieke dezer rol weer te
geven..
Iii de zachte tonen klinkt anders de stem
van mevr. Wittich zeer mooi; in het forte
daarentegen ietwat bard en schel.
Onze landgenoot, de hoor Mergelkamp uit
Leipzig. zong don Heerrafer" zeer goed, mot
volle stem; alloen do uitspraak kan nog
duidelijker worden; zuo waren enkele slot
consonanten totaal onhoorbaar, bv. de t in
Brabant.
Do heer Hans Keiler uit Karlsruhe heeft
een dorre, droge stem en dat kwam aan de
creatie van zijn Ivonig Heinrich niet ten goede.
Echter totaal misplaatst in dit milieu was
Kniest van Dijck uit Antwerpen. Gedurende
don '/eheelen avoiiil beeft hij mij wrevelig
gemaakt on door zijn ziekelijke, verwijfde op
vatting van den Godsgezant en door zijn
(lotoneeron, on door zijn slechte uitspra .k
van het Duitseh. In letterlijk geen enkel
moment heeft Van Dijck iols gepresteerd, wat
men als voorname kurst mag aanmerken.
liet allerslechtst was hij wel in de derde
acte bij de scène im Brautgemach." Daar
was geen spoor van hoogheid waar te nemen;
daar was Van Dijck eenvoudig een fransehe
sulonjonker met smachtende stem en
amoureuse gebaren in plaats van den verheven held
uit bet Graalsgebied, den zoon van Parsifal.
Trouwens de Gallische individualiteit van
Van Uijok viel geheel uit het kader dezer
omgeving. Indien de heer Van Dijck zich mag
bedienen van de Fransehe taal, dan kan zijn
zang misschien genot verscbaifen, hier, waar
hij Duitseh moest zingen en die taal op de
onbarmhartigste vvy'ze niassacreerde, moest
men zicii voortdurend ergeren aan zijn tekort
komingen. Kil dan bet detoneoreii! liet ergste
wat uien in onze knust kan aantreffen en
waarbij bet begrip van muziek genieten ge
heel moet tor zijde worden geschoven! Bijna
werd het mooie quintet Du kiindest min
dein wahr Gericht" in gevaar gebracht, hadden
niet te rechter tijd de orcbestbasseii het ge
heel in toom gehouden.
De medewerking van Van Dijck was een
misgreep, die zich gedurende den gehoolen
avond voelbaar maakte. Bij werken uit
de latere periode van AVagner is aan bet
orchest een grootere en meer gewichtige rol
toebedeeld dan bij Lohengrin; daar heeft het
orchest nog meer de zielestemmïftgen weer
te geven van de hoofxl.fignren dan bij
Loheftgrin. Daarom zal d/uir de minderwaardige
vervulling van een der hoofdpersonen niet
zoo sterk gevoeld worden. Wanneer echter
dl zwanenridiler uitgebeeld wordt op een
wjjze, die strijdig is niet Jou Stijl en het
kiii'akter van Lohengrin, dan vormt zulks een
vlek op de uitvoering, die men niet zoo ge
makkelijk voorbij kan zien.
Doch laat ik niet eindigen mét een
wanklank en naast do uitmuntende andere solisten
het orchest herdenken dat, al heeft het dan
in dit werk nog niet zoo'n veel omvattende
taak te vervullen, als in de latere werken
van Wagner, den gcheelen avond door een
prachtigen klank ontwikkelde en nu eens
mot ecu weekheid en innigheid van toon
dio weldadig aandeed, dan weder met
een heroïsch accent dat trof door scherpe
rhj'thmiek en adel van uitdrukking, den toe
hoorder in verrukking bracht. In waarheid,
wat Viotia met ons orcbest dien avond beeft
gepresteerd was zóó schoon, dat hot ons
wederom met do grootste bewondering hoeft
vervuld voor ons keurkorps.
Ten slotte zij nog even medegedeeld dat
de kleedij, de wapenrustingen en tuigen zijn
gemaakt naar het geschiedkundig ontwerp
van den heer Molkenboer en dat de aanblik
van het toonvel zeer schoon was en stijlvol.
Ter wille der volledigheid wil ik nog met een
paar woorden vermelden een uitvoering van
wereldlijke cantaten van Bach, welke Dinsdag
1.1. onder mijn leiding plaats vond.
Het zal voor menigeen vreemd zijn geweest
te hebben kunnen hooren dat de patriar
chale Bach als bumorist werken geschreven
beeft, die thans nog niets verloren hebben
van hun snaaksch karakter. En toch is dit zoo.
Bach bad naast zijn cantoraat aan de
Thonwsscliule, nog de directie waar te nemen
van het Col.Ietjitim tnwtlcum, een wereldlijk
muziekgezelscbap. waarvan o.a. veel studenten
aan de Universiteit dool uitmaakten. Dit
Culleijiwn musiniin, trad vaak op om bekende
professoren te huldigen, of om vorstelijke
personen bij hun bezoek te Leipzig het wel
kom toe te roepen, ook wel bij gele jen beden
van willekeur! gen aard. Zeer dikwijls ontleende
dan de librettist (in casu Picander. de
teltstdichter der Mattheuspassion) zijn stof aan de
mythologie en dan werden in het gedicht
eonige op 'Ie gelegenheid toepasselijke zin
spelingen gelasc'it. /oo ontstond der Streit
Zwischen Phübus nnd l'an" als een satire
op de in Uaeh's tijd meer en meer veld
winnende sympathieën, welke men den
Italiaansehen optrastijl begon toe te dragen; zoo
ontstond der /.ufnedougestellte Aeolus" als
goiegenhoidsmuziek voor den naaimlag van
een dor Leipziger professoren. De zg.
Call'eec.intate eciicer het-ft haar ontstaan te danken
aan Bach's voorüefle voor huiselijke, gemoe
delijke tafereeltjes. Daarin worden besebreven
een eerzame burgerdochter nit hot Leipzig
der achttiende1 eeuw, die verslaafd was aan
den geurigen zwarten drank, welke men pas
had leeren bereiden uit het van Indio aan
gevoerde product, en baar vader
Sohlendrian", die deze neiging bij zijn dochter zoo
veel mogelijk wil tegengaan en haar voor
spelt dat zij geen man zal krijgen als zij bet
koffiedrinken niet wil laten. Alleraardigst zijn
de verwikkelingen, beschreven tusschen die
twee.
Uit der zufriedengestellte Aeolus" werd
door de.ii beer Messcbaert op onnavolgbare
wijze een Aria met recitatief voorgedragen;
de beide andere cantaten werden in baa-r
geheel uitgevoerd.
Over de uitvoering zelve zal ik het stil
zwijgen bewaren ; bet feit echter meende ik
hier wel te mogen vermelden.
A\T. AVEEKAMV.
afscheid genomen van het publieke leven.
Hol heeft de dood verrast, tamelijk onver
wacht, te midden van zijn weikzaambeden,
die hij nog niet volle energie waarna». Als
het ware in volle wapenrusting, op het veld
van eer, gaf bij den geest.
\Ve«noed bezielt ons bij het heengaan
van den man, die om zijn edelaardige eigen
schappen, zijn minzaamheid, miu-.r vooral
om zijn hooge gaven als kunstenaar alom in
den lande en daarbuitenbeiniud was en aange
schreven stond als een der allerbesten, ala
oen der mannon waarop ons vaderland
trotsch mag zijn.
Hol t
(1S2.Ï1'.)04.)
Kerst waa bet Cuenen, toen lleinze, thans
beeft do onverbiddelijke dood zijn oiier
opgeëischt in oen van Nederlands begaafdste
zonen, den grooten kunstenaar Richard Hol.
Hadden do beide eerstgenoemde!! reeds
De toekomstige biograaf van Richard Hol
zal een zware maar dankbare t nok te ver
vullen hebben ; want gewef kt iKwft Hol al»
geen der ouderen on evenmin al* een der
jongeren. De veelzijdigheid van liol's gaven
en de resultaten zijner enorme werkkracht
zijn zóó groot, dat men er van duizelt en
zich onwillekeurig afvraagt boe bet mogelijk
is dat een man dat alles vermocht tot stand
te brengen.
Ik zal in deze weinige regelen, die mij
uit de pen vloeien als eerbiedige hulde aan
de nagedachtenis van een groot man, niet
trachten ook zelfs maar een beknopte biografie
te schrijven van Kichard Hol. Maar toch wil
ik enkele dingen aanstippen uit het leven
van dien grooten werker, dingen die zich zoo
ongezocht aan mijn herinnering opdringen
en die, nieen ik, een klein begrip geven van
het vel-e dat ons land en onze kunst aan
Hol te danken hebben.
.Laat ik dan beginnen, paet datgene wat
zekef d<?n ontslapene het dichtst fuiiïhet
hart gelojjen beeft, n.l. zijn compositiën. AVat
al woYke'n zijn niét ontstaan s'edert zijn bekend,
van liefde en gloed tintelend lied Ons
Vaderland" gecomponeerd is? lloevele liede
ren en daaronder zeer schoone, zooals b.v.
Vrijheid, llo >ger Lente, Koos en Nachtegaal
on nog zoovele andere, hebben niet de ronde
gedaan in oiix'c concertzalen en vooral ook
in onze biiisvertrekkeii V Hoeft Hol niet voor
mannenkoor werken gewrocht, die mot het
allerbeste wat in hot buitenland is gemaakt
op ii lijn slaan en in menig opzicht nog
daarboven? Vraag het aan onze liedertafels
oi Hol niet is do populairste onzer compo
nisten en of men zich oen Xedcrlaridscb.
programma kan denken zonder den naam
van Hol ? Staan zij j Hymne aan don Vrede,
zijn Kots in /ee en zijn Vrijheidshymne
niet bovenaan op de lijst der groote koren die
in de bibliotheken voorhanden zijn, om niet
eens te gewagen van de zoo sprekende, echt
gezonde en humorvolle kleinere werkjeszooais
Janmaat, Levensvreugde" en zoovele andere?
Maar ook de werken ran grootoren omvang,
voor mannenkoor, solo en orchest, zooals
Loidon's Ontzet, de Vondelcantate
enireiligerleecantaie, en voornamelijk daaruit het
soldatenkoor, zullen bestemd zijn. oui nog jaren
lang een sieraad uit te maken van onze
mannenkoor-muziekfeesten. Behalve een
paar kleinere werken voor gemengd koor
zooals der blinde Kónig" en de Vliegende
Hollander" danken wij aan Hoi nog een
Oratorium in grooten stijl David" op tekst
van Hofdijk. Zijn opera Floris V mocht zich
herhaaldelijk op ons nationaal tooiieel in den
grootsten bijval verbeugen.
Ken drietal symphonieëu en het symphonisch
gedicht Krkh'irung" welke werken dikwijls
ook in het buitenland zijn uitgevoerd, geven
een b-grip van bet talent van Hol op instru
mentaal gebied.
Maar \vaar zul ik eindigen? Al schrijvende
komen mij te binnen kleinere werken van
paedagogiseben aard voor de jeugd, zoowel
op het gebied van do piano als op dat van
den zang, te veel om op te noemen.
Aan het begin van zijn loophaan was het
Hol gegeven de liedertafel Amstels Mannen
koor" tot zijn hoogsten roem op te voeren ;
op do middaghoogte van zijn leven mocht
Hol hot voo)recht smaken der Haagsche
Liedertafel C.'aecilia" nieuwe lauweren aan
baar kroon toe te voegen.
Maar toch beeft Hol zijn grootste daden
verricht te Utrecht, als directeur van Toon
kunst en van de z.g. Stadsconcerten. Wat
bij daar beeft gedaan voor onze heerlijke
kunst, zal steeds met gulden letteren in de
annal-üi van het V tree l it;se hèmuziekleven
opgeteekend blijven. Wie herinnert zich niet
de heerlijke mivziekfcesten te Utrecht? Wie
onzer die daarvan getuige is gew'oest. voelt
niet weder het hart kloppen bij de herinnering
aan de werken van Bach, Beethoven,
SohuUIHIIII en Brabms, daar uitgevoerd ? Vooral de
laatste beide meesters wat heeft Hol niet
voor ben gedaan? En welk een overtuigende
waarheid, wat een gloed ging er niet uit
van zijn directie? Hoe ongevein-d was de be
wondering van eeri Kubinstein voor Hol's
voorbereiding van het koor, tóén hij zijn das
Verlorene Paradies" te Utrecht dirigeerde ?
Ik heb zeer dikwijls het voorrecht
gehaduitvoeringen onder Hol's leiding hij te wonen;
zoowel te Utrecht, als toen Hol hier t
Amsterdamsen paar jaren de klassieke con
certen in het Paleis dirigeerde, en steeds
heb ik oen levcndigöseiisatie gevoeld, steeds
ben ik door Hol gevoerd tot' die stemming
die slechts door een van warfrlif'id en over
tuiging gloeiende geestdrift kalf wofden op
gewekt. Bij Hol waren alle persoonlijke
willek-eurigheden afwezig, zijn doel was eenig
en alleen bet kunstwerk m zijn ware gedaante
en dan in al zijn licht en luister te doen
stralen.
Het is bijna niet te begrijpen, dat Hol,
naast zijne veel omvattende werkzaamheden,
nog tijd vond om op te treden als organist
aan de Domkerk te Utrecht en als zoodanig