Historisch Archief 1877-1940
10
DE A M STEE'D l M M ER WEEKBLAD VOOR NEDERLAND.
No. 1407
bestaat, ^worden ia het verslag genoemd.
Evenzoo vind ik specificatie van de post
effecten groot bijna ?216,000. Bijna f 20,000
wordt op de nieuw« rekening gebracht; de
directie stelt zich echter voor daarvan een
gedeelte voor gratificatie aan het personeel
te bestemmen.
' Onder de hypotheekbanken schittert
?wederom de North Western Pacific, waarvan
de aandeelem van ruim :200 tot 215 klommen.
De schuldbewijzen van 140 tot 142 en de
winstbewijze» van 69 **t 76. Herhaaldelijk
is ook hier de aandacfct gevestigd .op den
grooten oecaaomischen vooruitgang in de
waarde der Kaste goedelen op het terrein
?van de werkzaamheden vafi deze toank
.<en op de abnormaal lage boekwaarde
«van de balans activa in vergelijking met de
«eëelo waarde.
Bij de cultnuivondernemimgen wat vastere
;feoersen voor de Vorstenlaeden. De
win«t&a,ndeelen stegen nu zelfs boven 14 pCL
Eeaige weken geleden was de noteering nsg
«leent* 6 pCt. Heel groot schijnt de kans voor
uitkeericg op deze «tukken niet. Van de ge
maakte winst moet eerst 10 p.Ct. voor het
reservefonds, daarna 5 pCt. voor de houders
yan preferente aandeelen uitgekeerd worden.
Van het dan overblijvende bedrag moet
5 pCt. voor de preferente en 5 pCt. voorde
gewone aandeelen worden ' bestemd. Eerst
. dan wordt van het restant 90 pot. gelijk
matig o.ver de preferente, de gewone en de
winstaanneelen uitgekeerd. Voor de bedoelde
voorafgaande uitkeeringen aan de preferente
en de gew.oae aandeelen ia ruim ? 600.000
noodig. In het vorige jaar was het winst
saldo ruim ? 1-30.000. Over de preferente
werd toen de bevoorrechte 5 pCt. maar aan de
gesrope werd geea uitkeering gedaan.
Onvermeld mag ik ook niet laten de
koersvejr beterjng van 43 tot 46 voor de aandeelen
Barge en Moorman. Een sprong voorwaarts
maakten déaandeelen Kaliw H. cultuurmij
van 26 tot 37,
Bij de mijnbouwmaatschappijen is ietwat
meer vertrouwen gewekt door het goede
voorbeeld van de Redjang Lebong, waarvan
de daling van de vorige week, deze week
met. l pCt, verminderde. De zoo noodige
verbinding tusschen hooger en lager niveau
voor de uitbreiding der prcduotie zou ver
kregen zyn. De aandeelen Kwadang
Boemalata verhooogden van 30 tot 34. De directie
zpu in haar pogingen tot het verkrijgen van
het noodig« geld tot het verdere exploitatie
vaa de aaak geslaagd zijn, Pat zou ook voor
Se Ptigoeat het geval zijn!
De rubriek der diversen heeft ditmaal aan
spraak op de bespreking van een tweetal
jaarverslagen.
?Pe naamlooze vennootschap het
Nederlandsche Veem" te Amsterdam-Kotterdam
heeft voor de eerste maal een jaarverslag
met balans, winst- en verliesrekening
gepurbliceerd. foor de ongunstige omstandigheden
van 1903 zjjn ook voor dit veem de resul
taten van dat jaar niet zooals werd verwacht.
De exploitatierekening te Rotterdam geeft
evenwel toch een overschot van ? 7300
tegen een nadeelig saldo van / 4 700 in 1902.
Ook te Amsterdam is het winstcijfer ietwat
beter. Op machines, gereedschappen, meubi
lair, op de balans in een post gecombineerd,
voor een som van ? 243.000 voorkomende,
wordt ruim ? 16.000 of 6.3 pCt, afgeschre
ven. Voor afschrijving op gebouwen is ruim
?14.000 of ruim 1.6 pCt. gereserveerd. Datis
niet veel. Dereserve voorafschrijving, waarvan
? 33.000 door deponeering bij de
Kasvereeniging is belegd, is meer dan ? 79.500 groot. De
stukken waarin de belegging is gedaan wor
den niet vermeld. Waaruit bestaat het Waar
borgfonds bij de Xederlandsche Dank dat
ik op de balans voor rijim / 48.000 zie aan
gewezen. Teruggekochte aandeelen" vind ik
op de balans voor bijna ? 81.000. Deze 361
aandeelen, volgens het verslag in 1899 ge
kocht, hadden toen een waarde van 250 X
plm. 100 (koers der aandeelen in 1899 was
van 100?120) X 361 = ? 90.250. Ofschoon
't verslag niet zegt hoeveel op deze aandeelen
is afgeschreven, zou dit volgens de bereke
ning ia 't geheel bijna ? 10.000 zijn. Vol
gens den tegenwoordigen koers van 56% pCt.
hebben die aandeelen een waarde van plm.
? 52.000. Staan ze op de Balans niet te
hoog gewaardeerd? Commissarissen zullen
dergelijke ongepaste inkoopen doen voor*
komen. Dat mag wel I
De 550 aandeelen Rheinschiffart A. G. vorm
Tendel, op de balans aangewezen voor een
som van bijna ? 356.000 zijn overgenomen
volgens een met die vennootschap en met
de firma Muller gesloten overeenkomst, waar
door de»omzet van de graanfactoren te Rot
terdam verdubbeld werd.
Dividend zal ook dit jaar nog niet worden
uitgekeerd; de geheele winst wordt voor de
bovengenoemde afschrijvingen bestemd, om
zooals het verslag zegt, geleidelijk tot een
gezonden financieelen toestand van de ven
nootschap te geraken.
De directie van hetBlauwhoedenveent.kan,
de slapte van zaken in 1903 in aanmerking
nemende, toch op bevredigende resultaten
wijzen. De vennootschap bleek tegen alle
moeielijkheden weerstand te kunnen bieden.
Verlevendiging van zaken wordt verwacht,
waarvan ook zij een evenredig deel hoopt te
krijgen. De bedrijfsrekening geeft een saldo
aan van bijna ? 177.000.?of ? 53.000.
minder dan in 1902. Het verlies dat de pas
opgerichte afdeeling te Antwerpen leed is
evenwel hierop afgeschreven. Op do gebou
wen, inventaris, schuiten en motorvaartuigen,
die op de balans nog voorkomen tot een
gezamenlijke waarde van meer dan 2.2
rnillioen is ? 33.130, of wel 1.5 pCt. afgeschre
ven. Is dat niet wat weinig? De nettowinst
is onder aftrek van deze afschrijving bijna
?96.000. Het dividend is 6% pCt. tegen 7.5
in 1902. Aan het reservefonds dat ik op de
balans zie voor bijna ? 132.000 is ? 5000
?toegevoegd. Bijna ? 125.000 is belegd; de
: fondsen worden in het verslag genoemd.
Voorts zie ik nog op de balans Reserve tot
.het vormen van een ondersteuningsfonds voor
?16.000. Meer dan ?15.000 is hiervan be
legd. Waarin? Ook voor de post effecten
groot ? 15700.?zie ik geen specificatie. De
balans maakt overigens een goeden indruk.
By vrouwe Fortöna kwamen nog al wat
lieden hun geluk beproeven, zoodat bijna al
haar artikelen tegen hoogeren prijs gevraagd
werden. De amsterdamsche en rotterdamsche,
de antwerpsche en de brusselsche, de
hongaarsche, de weener van 1800, die van 1874,
de russische van 1864, de madridsche, de
turksche, de Congo en zelfs de Panama, in
n woord al de genoemde loten gingen
vooruit.. Voor de Panama echter was de
koersverbetering van 70 !4 tot 72%, een ver
mindering van de datkig 77 X tot 70'!^ van.
de vorige week.
U'at zou het leven zyn zonder hoop.?
i '04. D.
?miiiifiHiiimMtimiiiiiiiiMiiiiiiiiiimimuiMiiiiiMiiiiiii
De Oranje-Collecte,
Pa, wat is een Oranje-Collecte?"
Ik keek vreemd op, dacht even na, en
.begon toen uitleggend: een collecte is een
inzameling van geld, voor het een of ander
.doel, meestal voor een goed doel. In dfi
.kerk collecteert men met .een zakje' zooal*
je weet. Aan de de.ureii doet men het mat
een bus of met een schaal. Men spreekt dan
ook van een sehaaleollecte ; het woord
bus.collecte is minder gebruikelijk. Wat nu een
Oranje- collecte is, dat weet .ik niet. Oranj.e
is .eeji kleur en voor ons meer. dan een kleur,
voor ons het Vorstenhuis dat vier eeuwen
lief ,e^i leed met ons volk gedeeld heeft.
Maar voor het Huis van Oranj.e wordt niet
gecollecteerd.
Dus u weet het niet?" zei de guit
dan zal ik het u maar zeggen, of
lees u het maar liever," en weg was hij.
Ea ik las; 7?10 Juni. Oranje-Collecte 19U4
Vereeniging voor Christelijk Onderwijs.
Afdeeling Rotterdam.
Waarde tëtadgenooten." Volgt een circulaire
vragend om een milde bijdrage voor het
Diaconie onderwijs. Die zij hun gegund. Al
prefereer ik voor mijn kinderen de openbare
school, er zijn nu eenmaal menschen die
secte-scholen verlangen. Laten wij dan, zelfs
met staatsgeld, maken dat ze goed zijn. Ik
wilde wel dat de tractementen der bijzondere
onderwijzers gelijk gesteld werden met die
van de openbare, en door de gemeenten
werden betaald. Maar dat is een luchtkasteel.
De circulaire bevat een woord van waar
deering voor het openbaar onderwijs en dank
voor den goeden invloed die van openbare
onderwijzers is uitgegaan, natuurlijk om er
aan vast te knoopen dat: het neutrale
boginsel van de openb. school ook den weg
openlaat voor invloeden die leiden tot allts
behalve Christelijke en maatschappelijke
deugden." Die invloeden hebben (och niet
in de openbare school op het kind van 6 12
jaar ingewerkt? En wanneer de openb. school
den weg opengelaten heeft, was er dan voor
den katholieken, den protestanschen en den
joodsehen vader geen gelegenheid oin zijn
invloed te laten gelden? Of worden de kin
dertjes van 6?12 jaar op de openb. school
allemaal atheistjes? Is.de huiselijke opvoeding
dan in protestantsche kringen zoo zwak dat
de school alles moet doen? En kan de school
dat, in die 25 uren per week die voor onder
wijs bestemd zijn? Enfin, daarover worden
we het nooit eens.
De strijd tusschen openb. en Christelijk
onderwijs is ten slotte een strijd tusschen
wereldbeschouwing," zoo vervolgt de schrij
ver. Wil men niets dan de vorming der
kinderen tot burgers van het Koninkrijk der
wereld dan heeft men aan het neutrale
onderwijs genoeg.
Ons zedelijk ideaal wordt werkelijkheid,
niet in het koninkrijk der wereld met al
hare schatten, (wat hebben de schatten der
wereld nu met de openbare school te maken)
maar alleen in het Koninkrijk Gods. Daarom
moeten de kinderen worden gevormd, ook
door den machtigen factor van het onderwijs
tot burgers van dat Koninkrijk."
(Hebt u wel eens een Christelijke school
zien uitgaan?)
De circulaire is blijkens de initialen der
onderteekening gesteld door Dr. J. Lammerts
van Bueren.
Doze heeft goed gevonden tot inleiding
van zijn pleidooi voor het Christelijk onder
wijs een verhaaltje te bezigen, dat tevens
dienen moet om stemming te maken voor
de a. s. verkiezingen voor de Prov. Staten.
Daarin vertelt een oude trouwe jagermeester,
in den dienst van zijn heer, een markies,
vergrijsd, aan dezen dat hij op diens
politieken tegenstander heeft gestemd, want , , . i
hij kan niet stemmen tegen zijn land en zijn
godsdienst, 't Is een tragisch gevalvoor dien
ouden getrouwen dienaar. Maar Waarom ver
telt dr. Lammerts van Bueren er nu het
slot van de geschiedenis niet bij ? Daar was
zulk een schoone gelegenheid den ouden
markies te laten antwoorden : Vriend, ik eer
biedig elke eerlijke overtuiging en de uwe
zal op onze goede verstand houding van geen
invloed zijn. Ge dwaalt echter als ge meent
dat ge door op mij te stemmen, tegen uw
land en tegen uw godsdienst zoudt' gestemd
hebben. Maar let op het kleine Holland,
daar kunt ge de zegeningen zien van een
Christelijke Regeering.
Ik kom terug op de voor mij onbegrijpe
lijke. benaming van Oranje-collectie. Welk
verband is er tu.sschen Oranje en het bij
zonder onderwijs der Christelijke Historischen?
Is het niet genoeg dat zij hun Christendom
het Christendom achten? Moet nu doordien
naam Oranje-collecte het volk in den waan
gebracht worden dat hunne bijdrage gevraagd
wordt in naam der Koningin? Heeft Hare
Majesteit goedgekeurd dat haar geslachtsnaam
wordt verbonden aan die collecte of gaat dat
zoo maar zonder vragen? Maar al was het
gevraagd en toegestaan, dan nog vind ik die
reclame-naam Oranje-collecte niet netjes, niet
eerlijk, niet fatsoenlijk. Want Oranje is het
symbool van eenheid en een bepaalde collecte
voo' zeker soort van secte-scliolen is niet
meer Oranje dan een collecte voor minver
mogende Israëlieten of een voor oudstrijders,
of voor slachtoli'ers van een ramp of voor
welk ander goed doel ook. Oranje is ons ulier
Koningin en geen secte of partij heeft her.
recht voor haar collecte van Haar Xaaia
gebruik te maken. X.
IIIIMIIIMMIItlUMItMII
De;
ra liet
(Oud-Indische fabel}.
Alvorens Buddha tot de opperste wijsheid
kwam en zijn licht ontstak over de aarde,
had hij verscheidene gedaanteverwisselingen
te ondergaan, waarvan ik er hier eene zoo
getrouw mogelijk zal trachten weer te geven.
Als Kuru-dier bewoonde hij eens de een
zaamste plek van een oerwoud, waar de
reuzen varen s en de lianen zich zoo innig
verstrengelden, dat er een eeuwig mystiek
half-duister hing onder de bloeiende ranken.
De gonzende insecten, het rijk gekleurd ge
vogelte, ja zelfs de wilde dieren, die geluid
loos wegslopen in donkere spelonken, allen
erkenden hun meerdere in liet Ruru-dier,
welks groote zarhtblauwe oogen getuigden
van een onbeschrijflijke goedheid, /ij n huid
Odol is het eerste en eenige tand- .en
mondreinigingsmiddel, dat het bederf in de
tanden tegengaat. Deze wetenschappelijk
bewezen zekere werking berust voornamelijk
op de eigenaardigheid van het Odol, dat
het in de holle kiezen en in de slijmhuid
der tanden dringt en deze in zekeren zin
verzadigt.
Men begrijpe goe<l hef enorme gewicht
van deze nieuwe uitvinding: terwijl alle
Wïis goudkleurig; hier en daar lichtten plekjes,
die glansden als robijn en topaas, emerald
en faphier en zijn horens schenen uit wonder
bare edelgetteenten te zijn gegroeid, zoodat
hij een schat van levende j,u woelen geleek.
Daar hij zich een begeerlijke buit voor
de jagers wist, waagde hij zich nooit buiten
de eenzame wildernis.
Doch eens gebeurde het, dat de boschbeek
door de aanhoudende regens ver buil en hare
oev'trg trail en in haar vaart een man mee
sleurde, die erbarmelijk om hulp riep.
Help! help! ik verdrink; ik ben moe en
kan niet meer! Help mij, armen dren
keling!"
Het Ruru-dier, dat de kreten vernam,
bedacht zich geen oogenblik, drong door het
dichte struikgewas en riep rnet luide
coeiischelijke stem: Vrees niet, vrees niet,
want ik ben bij u".
oen wierp hij zicli, op gevaar af van eigen
leven te veriieztn in den hoog
opbruischcnden stroom en zwom op den drenkeling toe,
die zich met inspanning van zijn laatste
krachten op den rug van het dier wierp.
Kampende met de golven bereikte het
Ruru-dier eindelijk weder den rivier-oever,
vlijde den bewusteloozen vreemdeling voor
zichtig in het gras en verwarmde diens ver
kleumde leden met eigen lichaam.
Toen de drenkeling na eenigen tijd weder
tot zichzelven gekomen was. zeide het
Rurudier: ga nu, mijn vriend", en hij wees
hem den weg.
Maar Je vreemde wierp zich op de knieën
en riep uit: ? Nrooit zal ik vergeten wat
gij voor mij gedaan hebt. Vriend noch broe
der zou zijn leven gewaagd hebben om het
mijne te redden. Beschouw mij voortaan als
uw volgeling en zeg mij wat ik voor u doen
mag."
Doch het Ruru-dier schudde het hoofd en
antwoordde: ga terug onder de menschen
en toon mij uwe dankbaarheid door met gén
levend wezen te spreken over uwe ontmoeting
met het Rnru-dier in het bosch. AVant de
jagers, tuk op buit, zouden mijn schuilplaats
maar al te spoedig vinden."
De man beloofde dit en sloeg het
boschpad in, dat leidde naar zijn woning.
Over het land nu, waarin het oerwoud
gelegen was, regeerde een machtig vorst,
wiens gemalin visioenen had, die altijd ver
wezenlijkt werden.
Eens, tegen het aanbreken van den dag,
droomde zij, dat een Ruru-dier zich plaatste
op den troon van haar gemaal en er met
een welluidende menschelijke stem de wetten
verkondigde aan den koning en zijn hove
lingen.
Xauwelijks ontwaakt, spoedde zij zich naar
de vertrekken van den vorst, die haar met
groote belangstelling aanhoorde. Zij deed de
verschijning van het Ruru-dier voorkomen
als een begenadiging Gods en eindigde haar
verhaal met de woorden: zie dit
wónderdier te bemachtigen, want zijn schittering
alleen reeds zal uw regeering maken tot een
helderen hemel, waaraan de sterrebeelden van
den dierenriem te fonkelen staan."
Paar de vorst gewend was, de droomen
zijlier gemalin steeds verwerkelijkt te zien,
twijfeide hij geen oogenblik of ook dit visioen
zou eenmaal waarheid worden. Hoe echter
zich meester te maken van dit wonderdier,
dat de diepste duisternissen bewoonde.
Onmiddellijk ontbood hij al zijne jagers en
gelastte een ieder, een onderzoek in te stellen
naar de schuilplaats van het Ruru-dier. Ook
liet hij dagelijks van de tinnen van het paleis
het volgende afkondigen : Onze wouden wor
den bewoond door een wonderdier met gou
den huid, overdekt met diamanten, dat nog
slechts van weinigen is gezien. Hem, die
omtrent dit dit'r renige aanwij tingen kan
geven, schenkt de koning een rijke stad en
twaalf bekoorlijke vrouwen.
Ook de man, die door het Ruru-dier gered
was, vernam het koninklijk besluit en daar
hij zeer arm was, overlegde hij, wat hem te
doen stond.
Zijn geheim bewaren stond gelijk met
gebrek lijden, zijn leven lang, terwijl hem nu
een glansrijke toekomst geopend werd. Wel
vreesde hij de hemulsche strallen, maar niet
het eens verkregen geld /ou hij wel kunnen
doen aan den arme, i'ii de booze geesten door
geurend*! spijzen kunnen verzoenen.
Hij begaf zich dus lot den koning zeg
gende : Sire, ik ken de plaats, waar dit
wonderdier zich ophoudt en ben bereid, uwe
dienaren derwaarts te geleiden."
oen sprak dn vorst verheugd : Vriend,
ik zelf zal u vergezellen" en, omringd van
zijne hovelingen, begaf hij xich terstond op
weg. Bij den bcrgstroom gekomen, deed hij het
woud omsingelen en allén, zijn gids volgend,
baande hij zich met moeite een weg door
het dichte struikgewas.
Plotseling stond zijn leider stil, fluisterend:
Xiet verder, sire. Door het gebladerte heen
kunt gij het reeds zien staan in al zijn
.heerlijkheid."
Werkelijk ontwaarde de vorst een machtigen
goudgloed, waaiin zich de zuivere lijnen en
rijzige verhoudingen van het Ruru-dier
afteekond'en. Bevend van innerlijke begeerte
spande de vorst zijn boog eu legde aan.
Doch het Ruru-dier, dat de menschelijke
stemmen vernomen had en uit het aan
groeiend, rumoer opmaakte, dat het aan alle
zijden omsingeld was, richtte zich tot den
koning met de woorden; Edele prins,
gaarne wacht ik den dood uit uwe hand,
doch sta mij toe, een vraag tot u te richten,
eer ik sterf. Wie was bet, Sire, die u naar
mijn verborgen schuilplaats leidde?"
Do koning, getrollen door die wonderstcm,
wees op zijn geleider, zeggende: hij is het,
die mij tot u gevoerd heeft."
Het Ruru-dier herkende terstond in den
overige tandreinigingsmiddelen slechts werken
kunnen, gedurende de weinige oogenblikken,
dat de tanden gereiuigd worden, laat het
Odol een antiseptischeu voorraad in de slijm
vliezen en de holle tanden achter die nog
uren lang nawerkt. Op deze wijze wordt een
voortdurende antiseptische werking bereikt,
die het gebit tot in de kleinste onderdeden
van alle tandwegvretende stoffen en zwam
men zuivert. Hieruit volgt, dijt iemand, die
gids den drenkeling, dien hij gered had en
riep uit: Wee, wee den ongelukkige! Beter
zou het geweest zijn, indien hij verdronken
ware."
Verbaasd luisterde de koning toe en daar
de woorden van het Ruru-dier hem duister
waren, zeide hij: Zeg mij, welke storm in
uw binnenste woedt en wat u aldus doet
toornen jegens dezen man."
En het Ruru-dier antwoordde: mijne
woorden waren scherp en hard, o koning,
maar is niet menigmaal de heelmeester ge
noodzaakt, bijtende stoffen te gieten in de
open wonden van zijn geliefden zoon, teneinde
do ziekte te bezweren?-Ik redde dezen man
met levensgevaar uit den vloed en dit is de
dank, waarmede hij mij beloont."
Diep verontwaardigd richtte de vorst zich
tot den gids, zeggencle: Zijt gij in waarheid
door dit dier van een wissen-dood gered?
Spreek, opdat ik handelen kan volgens de
wetten van het recht."
De man beefde over al zijne leden en
stamelde in gebroken woorden het verhaal
zijner wonderbare redding.
Vloek over u, rampzalige,", riep de vorst,
gij zijt een kind des doods." En zijn boog
grijpende, lichtte hij zijn pijl op het hart
van den ongelukkige.
Doch het Ruru-dier, overmeesterd door
een groot gevoel van niededoogen, wierp
zich tusschenbeiden, roepende: Halt, koning!
Straf dien zwaar beproefde niet ten tweeden
male. Het kwaad toch wreeJct zich zelve.
Zoodra zijn misdrijf bekend wordt, zal een
ieder hem zijn vertrouwen onthouden, zijn
zaken zullen verloopen on armoede en gebrek
zullen hun intrek nemen in xijn' huis. Hij
heeft een zwak karakter en evenals de vlinder,
die het licht zoekt en zich de vleugels zengt,
zoo heeft ook hij zich laten verleiden door
de schittering van het beloofde goud. Indien
gij hem doodt, edele vorst, ontneemt gij hem
tevens de kans, zijn misdaad te niet te doen
door een beter leven. Helpt gij hem liever
in den strijd tegen de verleiding, door een
kleinigheid af te staan van uwen overvloed...."
Als een openbaring ging de rede van het
Ruru-dier door de ziel des konings, en zich
op de knieën werpend, riep hij uit: Heil
u, begenadigde Gods, uwe woorden zijn rein
als de morgendauw. Gij zijt naar waarheid
een mensen te achten; wij zijn het slechts
naar den schijn." Uwen vijand zijn alle
gunsten toegestaan, die gij voor hem bedingt
en gij zijt vrij, in mijn koninkrijk te gaan,
waarheen het u behaagt."
Toen noodigde de vorst het Ruru-dier uit,
met hem de koninklijke koets te bestijgen,
het toesprekende als zijn leermeester. Hij
voerde het met grooten praal de hofstad
binnen en in het paleis gekomen, geleidde
hij liet naar den troon, vanwaar het
Rurudier voortaan de wet der liefde predikte aan
alle creaturen. MAE.IOX.
Nog eens Receiwdi.
Hooggeachte Redactie.
In zijn antwiord op mijn ingezonden stuk
onder den titel liecmsciren, neemt de heer
Jaarsina met z'n opponent en z'nle:erseen
loopje.
Doet hij dat nu weer dan verklaar ik gaarne,
dat hij 't debat gewonnen heeft.
Maakt hij echter ditmaal ernst, dan moet
hij, in plaats van over het wegmoffelen van
hoofdzaken te gaan praten, zich uitspreken
over de stelling, die ik hem bood als
wederzijdsche norm van beoordeeling : Gezonde en
billijke kritiek over den arbeid van anders
denkenden neemt Ixin levensbeschouwing
aan als gegeven.
En gaarne zou ik dan vernemen lo. of de
heer Jaarsina deze stelling beaamt of niet en,
zoo ja, 2o. of hij durft beweren ze te hebben
toegepast in de recensie in geding.
In het laatste geval ben ik gaarne bereid
hem zeer apertelijk te toonen alles wat hij
meent dat ik door listig gemolt'el aan het
publiek oordeel poogde te onttrekken.
Ik heb de eer te zijn, hooggeachte Redactie,
Uw dw. dr.,
SKERI- ANEMA.
's - (T r a v e n h a g e, l Juni 'l>4,
IIMIIIIUUIIIIMItlMIIIMIIIIIIIIIIIIIIIIHIIMIIIIlHIIIIIinillllllllllllllirillHMUH
1ste Jaargang. 12 Juni 1904.
Red.: C. H. BKOEKKAMP, Damrak 59, Arnst.
Verzoeke alle mededeelingen, deze rubriek
betreffende, te richten aan bovenstaand adres.
Probleem Xo. 8 is goed opgelost door: A. v. d.
Dool, Deventer; \V. v. d. Linden l'trecht; W.
Vijn, Iloogwoud ; J. Keuken, Nieuwe Niedorp ;
J. Lnteijn, Groede ; l'. C. J. G. de Jong, lleilo ;
K. en X. Bouwes en D. Kikke, Kdam '. J.
Fortgens, W. van Daalen «i P. Kalbüeisch, Haar
lem : L. en i). Goudsmit, M. Snijders, H. A.
J. de Grebber, S. 8. van Baaien, G. van Leeu
wen, S. J. Rudelsheim en Jb. Meyeiy Am
sterdam.
Partij Xo. S. Korte vleugelopening 32?27.
Dezo partij is gepeeld 13 Augustus 1899 in
het Grand Cafédu Globe te Parijs, tusschen
de twee beroemde meesters M. M. Raphael,
van Marseille en Weiss van Parijs, de
wereld1 kampioen. Zij is reeds vroeger geunaliseerd
door M.M. Leclercq, Balédent en Raphael en
wij hebben hiervan het goede zooveel moge
lijk overgenomen..
Het wil ons echter toeschijnen dat de fijne
combimrtie van wit na de 26ste zet van zwart,
geregeld dagelijks mond en tanden met Odol
reinigd, zijn kiezen tegen hol worden beveiligt.
Men wachtte zich intusschen voor namaak.
Onder den naam Odol worden talrijke
waardelooze, ja dikwijls zelfs schadelijke
namaaksels in doozen en fiesschen verkocht. Daarvoor
zij men op zijn hoede. Het echte Odol wordt
alleen in de bekende witte patentflacons
verkocht. Groote flacons ? 1.?, kleine 60 cis.
en die van zwart na de 49 eu 50ste zet van
wit hun ontsnapt zijn, omdat zij niets hierover
schrijven.
Wi'. Zwart. Wit. Zwart.
1.32 27 20"24 14.44 39 5 10
2.31 20 1520 15.4034 2024
3. 37 32 10 15 1) 16. 45 40 10 15
4.41 37 17 21 2) 17.40 35 14 20
5.26:17. 11:31 18.49447) 1823
0.36:27 ll 19.34308) 1218
7.46 41 11 17' 20.42 37 7 119)
8. 41 36 17 21 3) 21.47 42 21 26!
9.33284) ]8 23! 22.272210)18:27
10.39335) 23 29! 6) 23. 31:22 2 7
11.34:23 24 30 24.44 40 l 611)
12.35:24 20:18 25.504512) 712!
13.37 31 15 20 26.39 34 12 18
27.373113)26:37 44. 2$ 2220) 914!
28.42:31 18:27 45. 33 28 geil». 24 29!!
29. 31: 22 11 17! 40. 48 43 29 34
30.22:11 0:1714)47.38 3321) 23 29!
31. 30 25 15) 8 12! 48. 33: 24 19- 30
32.25:14 9:20 494338 1419-22)
33.3631 4 9 50.3833 192323)
34.3127 1721! 51.28:19 13:24
35.3429 23:34 52. 33 28 24) 30 35 beste
36.40:29 202516)53.2218 3439
37.29:20 15:24 54.2823 3943
38. 43 39 3 f. 17) 55. 27 22 43 48
39.3934 1218 56.23 1U! 24:13
40.342918)1823! 57.18: 9 830g*l»,
41.29:20 2514 58. 9:18 4826
42.35 SObenti 14 2ü59.18 12?25)21 27
43. 30 25 19) 20 24 00. 32: 21 16: 7
Opgegeven.
1) Deze opening wijkt geheel af van de
door ons het meest gevolgde.
2) Deze afruiling achten wij minder goed.
De korte vleugel wordt onnoodig verzwakt,
terwijl hiermede geen positie-voordeel wordt
verkregen.
3) Het opbrengen van schijf 6 tot op 21
is goed, doch hiervoor het centrum prijs te
geven, is wel wat gewaagd.
4) Wit profiteert onmiddellijk van deze
gelegenheid en neemt het centrum in zijn bezit.
5) 34?30 beschouwen wij voor beter, want
daarmede blijft het centrum behouden.
G) Zeer goed. Hierdoor versterkt zwart zijn,
korten vleugel.
7) In deze stelling kan wit 5 schy ven
brengen op de lijn 6?50, omdat hij meester
is van de ruiten 40 en 45. Wij zouden echter
de zet 50?45 beter gevonden hebben.
8) 34?29 is beter door het volgende:
z 28 : 34, w 39 : 30, z 20?25, w 44?39,
z 25:34, w 39:30!»
9) Wit wordt hiermede belet om 31?26
te spelen, want dan zou volgen z l?(i,
11:42! l?O hadden wij echter beter gevon
den, want hiermede werd hetzelfde bereikt,
terwijl de vrijheid bleef behouden over schijf 7.
10) Zeer goed gespeeld.
11) Een beste zet. Zwart kan uu onge
hinderd met 7?12 vervolgen.
12) 30?25 en aanstonds 40?34 was o. i.
sterker geweest.
13) Leclercq noemt 37?31 gedwongen. AVij
noemen deze zet fout, omdat hij een groote
verzwakking brengt aan de partij van wit.
Hier moestgespeeld zijn 30?25, waarna volgt
z 18 : 27, w. 32 : 21, z 23 : 41, w. 25 : 23, z 16 : 27
(de beste), w 30 : 47, [z 27?31, w 23?19!], of
indien [z 13?18, w 23 : 12, z 8 : 17, w 34?30!],
of indien [z 9?14, (de beste), w 42?37,
z 14?20, w 23?19, z 24?29, w 33 : 24, z. 20 : 21),
w 34 : 23, z 13 : 24, waardoor wit een beste
positie verkrijgt en zwart dwingt om zijn schijf
24 steeds te beschermen.
14) Zwart heeft op schitterende wijze ge
profiteerd van de fout-zet 37?31.
15) Wit is nu gedwongen om 30?25 te
spelen, zonder dat deze zet thans eenige
waarde heeft.
16) Zeer goed ! Zwart krijgt hierdoor een
attaque op den korten vleugel van wit.
17) Om te beletten dat wit 45?40 opbrengt.
Mtt 13?18 zou hij echter de partij verliezen
door het volgende : w 28?23, z 19 : 37,
w 3H?32, z 37 : 28, w 33 : 4!
18) Gedwongen, want op elke andere zet
volgt 18?22 eu 24?30.
19) 45?40 achten wij beter, omdat wit in
deze stelling verplicht is. de schijven zoo
veel mogelijk te sparen.
20) De beste voortzetting. Hiermede wordt
aan zwart betet om cS?12 te spelen, want
dan zou volgen w 22?18, 33?29, 48 : 8!
21) 43?39 was minder goed door het vol
gende : z 34?43, w 3S : 49, z 23?29, w 45?4:1,
z 19?24, w 49?44, z 14?19 enz.
22) Hier moest gespeeld zijn 34?4H,
w 25:34 (al, z 40:29. w 45?40, z 14?1'.),
w 40?35, z 19?24 eu:«.
(al w 45:34, z 3(1: 39, w 28?23 (de beste',
z!3 19, w 23?IS (1), z 19?24, w is?13 of T
z H : 19, w 22 IS, z 39?44, w 18?12, z 44?5(1,
w i2?7 (-), 'L 50?45, w 7?2, 7,45?29, enz.'.
(2) w 12?8, z 24?29, w 25 20 of? z 14 : 25,
w 8?;>, zöU?6, w 3 : 26, z 16?21, w 26 : 33,
z 6 : 39!
(1) w 25?20, z 19 : 37, w 20 : 9. z 21 : 4Ïenz.!
23) Deze zet is fout. 19?;4 had de winst
gebracht door het volgende: w 28?23,z34?40,
w 25 : 34, z 40 : 18!; of, w 33?29, z 24 : 33,.
w 28 : 39, z 34 : 43 enz.'; of w 25?20 (de bestel,
z 24:15, w 28?23, z 8?IS, w 22?17 (a),
z ;J4?39, w 17 : 19, z 39 :37, w 19?13 (de beste)..
z 21 :32 enz.!
(a) w 33?28, z 12?17, w 22:11, z!6:7,
w 27 : 16, z 34?39, w 23?22, z39?43, w22?17
(de beste), z 43?48, w 17?11 of?, z 30?34,
w 11 : 2, z 34?39, w 2 : 43, z 48 : 7 en',.!
24) Gedwongen, want wit kan niet vervolgen
met 22?18, omdat dan volgt 34?40 en«.
25) Deze zet is een blunder. 32?27,2.5?20
had zeker de remise gebracht.